In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 13 maart 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen een huiseigenaar en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam. De gemeente had twee bestuurlijke boetes van elk € 20.500 opgelegd aan de huiseigenaar wegens het verhuren van twee woningen aan één huurder, wat in strijd is met de Huisvestingswet. De huiseigenaar had bezwaar gemaakt tegen deze boetes, maar de gemeente verklaarde het bezwaar ongegrond. De rechtbank heeft vastgesteld dat de woningen aan toeristen werden verhuurd, waardoor deze aan de woningvoorraad zijn onttrokken zonder de vereiste vergunning. De rechtbank oordeelde dat de huiseigenaar onvoldoende toezicht had gehouden op het gebruik van de woningen en dat hij niet aannemelijk had gemaakt dat hij niet op de hoogte kon zijn van de overtredingen. De rechtbank verklaarde het beroep van de huiseigenaar ongegrond en bevestigde de opgelegde boetes.