ECLI:NL:RBDHA:2025:21517
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toetsing van de rechtmatigheid van de maatregel van bewaring in het bestuursrechtelijke vreemdelingenrecht
Op 14 november 2025 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak tussen een eiser en de minister van Asiel en Migratie. De eiser, die onder een maatregel van bewaring valt, heeft beroep ingesteld tegen het voortduren van deze maatregel, die op 26 mei 2025 was opgelegd op basis van artikel 59, eerste lid, aanhef en onder a, van de Vreemdelingenwet 2000. De rechtbank heeft eerder al meerdere uitspraken gedaan in deze zaak, waarbij de rechtmatigheid van de maatregel van bewaring is getoetst. De eiser heeft aangevoerd dat er geen zicht is op uitzetting binnen een redelijke termijn en dat de minister onvoldoende voortvarend handelt in zijn uitzetting. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat er geen aanleiding is om aan te nemen dat het zicht op uitzetting ontbreekt, aangezien de aanvraag om een laissez-passer nog steeds loopt en de minister voldoende stappen heeft ondernomen. De rechtbank heeft geconcludeerd dat het beroep ongegrond is, wat betekent dat de maatregel van bewaring in stand blijft en de minister geen schadevergoeding hoeft te betalen aan de eiser. De uitspraak is gedaan door mr. M.J.M. Verhoeven, rechter, en is openbaar gemaakt zonder dat er een rechtsmiddel openstaat.