4.3.Vereisten rapportage, blokkeringsrecht, recht van inzage
Een medisch specialistische rapportage beantwoordt ten minste aan de volgende vereisten.
4.3.a.DESKUNDIGHEID
i. De medisch specialist doet zijn uitspraken op grond van zijn kennis van de actuele stand van de medische wetenschap en op grond van de in zijn vakgebied algemeen aanvaarde inzichten en opvattingen, die relevant zijn in de context van de te beantwoorden vraagstelling. Hij doet geen uitspaken die buiten zijn vakgebied of anderszins buiten zijn competentie vallen.
ii. De medisch specialist informeert het CBR op basis van zijn deskundigheid of de keurling voldoet aan de normen uit de Regeling eisen geschiktheid 2000 en voor welke termijn en/of rijbewijscategorie.
4.3.b.ZORGVULDIGHEID
De medisch specialist houdt rekening met de positie van de keurling. Eventueel relevant geachte behandeladviezen zullen slechts met toestemming van de keurling aan behandelaren kenbaar gemaakt worden en de medisch specialist betrekt informatie van derden niet zonder medeweten van de keurling in zijn beschouwingen.
4.3.c.INTERSUBJECTIEVE TOETSBAARHEID
Constateringen berusten aantoonbaar op feiten, zodat een ander op basis daarvan tot dezelfde constatering kan komen (‘repliceerbaarheid’) dan wel die constatering kan verwerpen (‘falsificeerbaarheid’).
4.3.d.RELEVANTIE en ZUINIGHEID
De medisch specialist geeft in zijn rapport alleen aan wat relevant is voor het goed beantwoorden van de vragen. Hij geeft geen overbodige beschouwingen.
4.3.e.CONSISTENTIE
De gerapporteerde feiten, constateringen en overwegingen moeten op een logische en inzichtelijke wijze voeren tot de conclusies, waarop de antwoorden gebaseerd zijn. Dit betekent onder meer dat de medisch specialist geen relevante zaken weglaat of zijn conclusies op onvolledige gegevens of onjuiste feiten of op veronderstellingen baseert, in het bijzonder bij het formuleren van de conclusies en het beantwoorden van de vragen.
4.3.f.HET HANTEREN VAN EEN ALGEMEEN AANVAARDE ONDERZOEKSMETHODE
Hiermee wordt het veld van de toepasbare onderzoeksmethoden afgebakend tot dat van de actuele reguliere geneeskunde.
4.3.g.ONBEVOOROORDEELDHEID
De medisch specialist heeft een open en onbevooroordeelde attitude ten opzichte van verbale en non-verbale uitingen van de keurling over diens gezondheidstoestand, en ten opzichte van medisch-wetenschappelijke gegevens over de aard en het beloop van ziektebeelden of syndromen. De medisch specialist onderbouwt zijn bevindingen met toetsbare redeneringen en verwijzingen.
4.3.h.INZAGE-, CORRECTIE- EN BLOKKERINGSRECHT
De medisch specialist is verantwoordelijk voor het informeren van de keurling over inzage-, correctie- en blokkeringsrecht. Uit de rapportage dient te blijken dat de keurling geïnformeerd is over het blokkeringsrecht. Als de keurling correcties aangeeft, moet de keurend medisch specialist daar een korte schriftelijke reactie op geven alvorens het rapport in te sturen.
4.3.i.RAPPORTAGE
i. De rapportage wordt in getypte versie opgemaakt; daarnaast wordt bij keuringen in het kader van de Gezondheidsverklaringsprocedure het advies genoteerd op het keuringsformulier. Uitzondering hierop vormt de situatie waarbij er sprake is van een keuring waarvoor het CBR een keuringssjabloon heeft ontwikkeld voor de gezondheidsverklaringsprocedure.
ii. Rapporten worden zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen 4 weken, na de keuring gezonden naar het CBR. Conform het Reglement rijbewijzen stuurt de medisch specialist het rapport zelf in en laat dat niet over aan de keurling.
iii. De opbouw van het rapport voldoet aan de richtlijnen die binnen de beroepsgroep in het algemeen aan een medische rapportage gesteld worden. De richtlijn van de Werkgroep medisch specialistische rapportages kan hiertoe als leidraad dienen.
iv. Indien het CBR een keuringssjabloon heeft ontwikkeld voor een specifiek ziektebeeld kan een volledig ingevuld keuringssjabloon in de Gezondheidsverklaringsprocedure een volledige rapportage vervangen. Dit alleen als er geen andere aandoeningen aanwezig zijn op hetzelfde vakgebied waarvoor tevens een volledige specialistische rapportage noodzakelijk is.
v. Voor rapportages in het kader van Alcohol keuringen dient de richtlijn van de NVvP als leidraad. Voor rapportages in het kader van stemmingsstoornissen ADHD, schizofrenie en psychose dient de adviesnota rijgeschiktheid van NVvP als leidraad.
Hoofdstuk 5. Kosten aanvullende informatie
5.1.In geval de medisch adviseur in de Gezondheidsverklaringsprocedure of vorderingsprocedure verzoekt om een aanvulling op de rapportage, geldt het navolgende:
i. Ingeval het verzoek tot aanvulling gedaan wordt in verband met een rapport van onvoldoende kwaliteit (onvolledig, onvoldoende duidelijk en/of onvoldoende concludent) kunnen de kosten niet in rekening gebracht worden bij het CBR.
ii. Ingeval het verzoek tot aanvulling gedaan wordt in verband met nieuw verkregen informatie of doordat het CBR verzuimd heeft vooraf volledige informatie toe te sturen kunnen de kosten gedeclareerd worden bij het CBR. Hiervoor kan maximaal 1 maal het NZa tarief voor indirecte tijd aan het CBR in rekening gebracht worden.