Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
uitspraak van de enkelvoudige kamer van
[eiseres] te [plaats], eiseres
de Staat der Nederlanden(de minister van Justitie en Veiligheid), de Staat.
Rechtbank Gelderland
In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland geoordeeld over de intrekking van het recht op toeslag van eiseres per 1 januari 2021 en de terugvordering van de te veel ontvangen toeslag over de periode van 1 januari 2021 tot en met 31 mei 2022. Eiseres ontving een Wajong-uitkering en had recht op een toeslag op basis van de Toeslagenwet. Het UWV heeft het recht op toeslag ingetrokken omdat eiseres haar inlichtingenverplichting niet had nageleefd, doordat zij geen melding had gemaakt van de inkomsten van haar partner. Eiseres was van mening dat zij de inlichtingenverplichting niet had geschonden en dat het UWV te lang had gewacht met de besluitvorming, waardoor het terugvorderingsbedrag te hoog was opgelopen. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat eiseres wel degelijk de inlichtingenverplichting heeft geschonden en dat het UWV terecht het recht op toeslag heeft ingetrokken en de terugvordering heeft ingesteld. Eiseres heeft geen gelijk gekregen in haar beroep, dat ongegrond is verklaard. Daarnaast heeft de rechtbank geoordeeld dat er sprake was van een overschrijding van de redelijke termijn in de procedure, wat heeft geleid tot een schadevergoeding van € 1.500 voor eiseres, te betalen door de Staat. De rechtbank heeft de Staat ook veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van eiseres tot een bedrag van € 226,75.