Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 26 juni 2025 in de zaak tussen
[belanghebbende] , uit [plaats 1] , belanghebbende
de inspecteur van de Belastingdienst, de inspecteur,
de Staat der Nederlanden (de Minister van Justitie en Veiligheid), de Staat.
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
.De rentebeschikkingen over het jaar 2019 dient dienovereenkomstig te worden verminderd. De vergrijpboete voor het jaar 2019 dient te worden vernietigd. Daarnaast heeft belanghebbende recht op een immateriëleschadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn en een hogere kostenvergoeding voor de bezwaarfase. Hierna legt de rechtbank uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft.
Feiten
Op dinsdag 14 mei 2019 werd van het Team Criminele Inlichtingen een proces-verbaal ontvangen,
Aantreffen XTC-lab:
Ongetekende huurovereenkomst:
Vakantiehuisje huren ze ook:
Over de correcties genoemd onder punt 3.4 van het controlerapport, leggen wij naast de navorderingsaanslag en inkomstenbelasting ov er de jaren 2018 en 2019 nog een vergrijpboete op. Deze boete is gebaseerd op artikel 67e van de AWR en paragraaf 25 en 27 van het BBBB. Indien het aan opzet van de belastingplichtige is te wijten dat de aanslag en inkomstenbelasting over de jaren 2018 en 2019 tot te lage bedragen zijn vastgesteld of anderszins te weinig belasting is geheven, vormt dit een vergrijp ter zake waarvan de inspecteur hem, gelijktijdig met de vaststelling van de navorderingsaanslag, een bestuurlijke boete kan opleggen van ten hoogste 100 percent van de in het tweede lid omschreven grondslag voor de boete.