dhr. H.G.J.M. Janssen

Hoger beroep over pachtovereenkomst; geïntimeerde moet zoon oproepen voor de procedure.

Het hof bevestigt de ontbinding van de pachtovereenkomst tussen [pachter] en [verpachter] en oordeelt dat [verpachter] € 10.000 schadevergoeding moet betalen, verrekend met € 1.300 aan pacht.

Centrale Grondkamer keurt geliberaliseerde pachtovereenkomst goed na herstel van fout in gebruik model.

Het hof verklaart [pachter] niet ontvankelijk in hoger beroep en veroordeelt hem tot betaling van proceskosten aan [verpachtster].

Hoger beroep inzake verzoek om inzage in stukken in pachtzaak. Het hof oordeelt dat [geïntimeerde] inzage moet geven in bepaalde documenten. Proceskosten worden aangehouden tot eindarrest.

Hoger beroep over een tussenvonnis waarin een voorschot op schadevergoeding is toegewezen voor het niet ter beschikking stellen van 2,7 ha bouwland. Het hof wijst een voorschot van € 35.000 toe aan de geïntimeerde.

Het hof bekrachtigt de ontbinding van de pachtovereenkomst wegens onvoldoende persoonlijk gebruik door de pachter en veroordeelt hem tot betaling van proceskosten.

Het hof wijst de vordering van [appellant] tot schorsing van de uitvoerbaarheid bij voorraad af, omdat het belang van [geïntimeerde] bij uitvoering zwaarder weegt.

Het hof bekrachtigt de beslissing van de pachtkamer over de beëindiging van de pachtovereenkomst en de schadeloosstelling van € 1.618.166,11. De vorderingen van beide partijen in hoger beroep worden afgewezen.

Centrale Grondkamer herzien pachtprijs naar € 81.402,- per jaar na hoger beroep over eerdere beschikking van € 77.645,57.

Het hof oordeelt dat de pachter niet aansprakelijk is voor stormschade aan de kas en bekrachtigt de afwijzing van de vorderingen van de pachtster.

Hoger beroep over pachtovereenkomsten tussen vader en zoon; hof bekrachtigt vonnis pachtkamer en wijst vorderingen af.

Koper vordert terugbetaling van € 940.000 voor pachtrechten na aankoop melkveebedrijf. Hof wijst vordering af, maar verplicht verkoper tot sluiten geliberaliseerde pachtovereenkomst met koper.

Het hof bevestigt de pachtovereenkomst tussen rabarberteler en grondbezitter, wijst ontbinding af en legt voorwaarden vast voor de pacht.

Het hof oordeelt dat het beding in de pachtovereenkomst niet in de weg staat aan de verzochte herziening van de pachtprijs binnen één jaar. De vorderingen van de pachtster worden afgewezen.

Hoger beroep over de pachtprijsberekening tussen [pachter] en It Fryske Gea. Het hof oordeelt dat artikel 2 lid 2 Ppb van toepassing is, waardoor [pachter] geen geld tegoed heeft. Hoger beroep afgewezen en proceskostenveroordeling in stand gehouden.

De rechtbank oordeelt dat de pachtovereenkomst niet kan worden ontbonden en dat de echtgenote als medepachter wordt aangemerkt, maar wijst de vordering om de zoon als medepachter aan te merken af.