Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
VONNIS
Parketnummers: 13/997072-17 (zaak A), 13/997083-18 (zaak B) en 13/997006-19 (zaak C)
Datum uitspraak: 27 februari 2024
Vonnis van de rechtbank Amsterdam, meervoudige strafkamer, in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1981,
gedetineerd.
Inhoudsopgave
1.Onderzoek
1.1
Onderzoek ter terechtzitting
1.2
Inleidende opmerkingen
1.2.1
Werkwijze van de rechtbank
1.2.2
Start van het onderzoek
1.2.3
Procesdossier Marengo
2.Tenlastelegging
3.Voorvragen
3.1
Algemeen kader vormverzuimen
3.2.
De kroongetuige
3.2.1
Inleiding
3.2.2
Totstandkoming van de overeenkomst
3.2.3
Verweren betreffende de rechtmatigheid van de overeenkomst
3.2.4
Oordeel van de rechtbank ten aanzien van de overeenkomst
3.2.4.1 Onjuiste toepassing kroongetuigenregeling?
3.2.4.2 Zijn er ongeoorloofde toezeggingen gedaan?
3.2.4.3 Samenvatting en conclusie
3.2.5
Betrouwbaarheid van de kroongetuige
3.2.5.1 Verweer van de verdediging
3.2.5.2 Oordeel van de rechtbank
3.2.6
Prejudiciële vragen Hof van Justitie EU?
3.3
PGP-bewijs
3.3.1
Inleiding
3.3.1.1 Algemene uitgangspunten
3.3.1.2 Toetsingskader
3.3.2
Feitelijke gang van zaken
3.3.2.1 Ennetcom-data (onderzoek De Vink)
3.3.2.2 PGP-safe-data (onderzoek Sassenheim)
3.3.2.3 Hansken/Marengo-dataset
3.3.2.4 Controle geheimhouders Marengo-dataset
3.3.3
Gevoerde verweren
3.3.3.1 Verwerving
3.3.3.2 Verwerking
3.3.4
Oordeel van de rechtbank
3.3.4.1 Toepasselijkheid Unierecht bij de verwerving
3.3.4.2 Grondslag van de verkrijging van de data
3.3.4.3 Verwerking van de PGP-data in de onderzoeken Ennetcom en PGP-safe
3.3.4.4 Doorverstrekking van de PGP-data aan andere onderzoeken
3.3.5
Geheimhoudersbelangen bij verkrijging en verwerking van de PGP-data
3.3.5.1 Verweer van de verdediging
3.3.5.2 Oordeel van de rechtbank
3.3.6
Tactische en technische verwerking van de PGP-data
3.3.6.1 Verweren van de verdediging
3.3.6.2 Oordeel van de rechtbank
3.3.6.2.1 Inzage in brondata
3.3.6.2.2 Inzage in Marengo-dataset
3.3.6.2.3 Controle en contra-expertise Hansken
3.3.6.2.4 Hansken is geen (buitenwettelijk) technisch hulpmiddel
3.3.6.2.5 Onvolledigheid van de PGP-data
3.3.6.2.6 Forensische onbetrouwbaarheid van de PGP-data
3.3.6.2.6.1 Hashwaarden
3.3.6.2.6.2 Integriteit en betrouwbaarheid van de PGP-data
3.3.6.2.6.3 PGP-e-mailadres (mede) bij een ander in gebruik
3.3.6.2.7 Yüksel Yalçinkaya tegen Turkije
3.3.7
Voorwaardelijke verzoeken
3.3.7.1 Prejudiciële vragen Hof van Justitie EU
3.3.7.2 Aanhouden van de zaak
3.3.7.3 Overige voorwaardelijke verzoeken
3.4
Eerlijk proces ex artikel 6 EVRM?
3.4.1
Dubai-observatie
3.4.1.1 Feitelijke gang van zaken
3.4.1.2 Verweren
3.4.1.2.1 Verweer in de zaken van [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 3] en [medeverdachte 4]
3.4.1.2.2 Verweer in de zaak van [verdachte]
3.4.1.3 Oordeel van de rechtbank
3.4.1.3.1 Gestelde onrechtmatigheden
3.4.1.3.2 Conclusie
3.4.2 26
Koper-beschuldigingen aan adres verdediging [verdachte]
3.4.3
Beschuldigingen rechters-commissarissen aan adres verdediging [verdachte]
3.4.4
Overige beperkingen en schendingen verdedigingsbelangen
3.4.4.1 Standpunt van de verdediging
3.4.4.2 Oordeel van de rechtbank
3.5
Conclusie ten aanzien van de voorvragen
4.Waardering van het bewijs
4.1
PGP-identificatie
4.1.1
Identificatie e-mailadressen verdachten Marengo
4.1.2
Identificatie e-mailadressen overige gebruikers
4.1.3
Identificatie e-mailadressen [verdachte]
4.2
Zaaksdossier Kreta
4.2.1
Inleiding
4.2.2
Standpunten
4.2.3
Voorgeschiedenis
4.2.4
Verklaringen van [medeverdachte 5]
4.2.5
Duiding van de PGP-berichten in relatie tot voorbereiding moord
4.2.5.1 Periode van oktober tot en met december 2015
4.2.5.2 Periode van december 2015 tot en met januari 2016
4.2.5.3 Periode van 17 tot en met 19 april 2016
4.2.5.4 Periode van 20 mei tot en met 1 juni 2016
4.2.6
Duiding van de PGP-berichten en overige gegevens met betrekking tot (verdere) voorbereiding van moord en de uiteindelijke liquidatie van [slachtoffer 1]
4.2.7
Onderzoek naar de liquidatie van [slachtoffer 1]
4.2.8
Wegmaken van sporen
4.2.9
Betrouwbaarheid van [medeverdachte 5]
4.2.10
Oordeel van de rechtbank
4.2.10.1 Voorbereiding moord op [slachtoffer 1] , [betrokkene 1] , [betrokkene 2] en [betrokkene 3]
4.2.10.1.1 Juridisch kader voorbereiding
4.2.10.1.2 Voorbereidingsmiddelen
4.2.10.1.3 Conclusie
4.2.10.2 Moord op [slachtoffer 1]
4.2.10.2.1 Verweren van de verdediging
4.2.10.2.2 Oordeel van de rechtbank
4.3
Zaaksdossier Roos/Doorn
4.3.1
Inleiding
4.3.2
Standpunten
4.3.3
Feiten en omstandigheden
4.3.3.1 Telefoonnummers
4.3.3.2 Auto’s regelen
4.3.3.3 [betrokkene 4] invalide maken
4.3.3.4 [betrokkene 4] naar de hel sturen
4.3.3.5 7 januari 2017
4.3.3.6 8 januari 2017
4.3.3.7 Avond van 9 januari en nacht van 9 op 10 januari 2017
4.3.3.8 Periode van 10 en 11 januari 2017
4.3.3.9 Nacht van 11 op 12 januari 2017
4.3.3.10 Avond van 12 januari 2017
4.3.3.11 13 januari 2017
4.3.3.12 Auto herkend
4.3.3.13 Gesprek [medeverdachte 5] met familie [slachtoffer 2]
4.3.3.14 Incident 14 januari 2017
4.3.3.15 Loods in Landsmeer
4.3.3.16 Aantreffen Seat Ibiza
4.3.3.17 Ontmoeting [medeverdachte 5] met [betrokkene 8]
4.3.4
Oordeel van de rechtbank
4.3.4.1 Betrouwbaarheid verklaringen van [medeverdachte 5]
4.3.4.2 Berust de moord op [slachtoffer 2] op een vergissing?
4.3.4.3 Rol van [verdachte]
4.4
Zaaksdossier 140 Sr (criminele organisatie)
4.4.1
Standpunten
4.4.2
Oordeel van de rechtbank
4.4.2.1 Juridisch kader artikel 140 Sr
4.4.2.2 Gepleegde misdrijven
4.4.2.3 Wagenpark
4.4.2.4 Onderzoek Koper
4.4.2.5 Aangetroffen administraties
4.4.2.6 Verklaringen van [medeverdachte 5]
4.4.2.7 Conclusie ten aanzien van de criminele organisatie
4.4.2.8 Deelname aan de criminele organisatie
5.Bewezenverklaring
6.Strafbaarheid van de feiten
7.Strafbaarheid van verdachte
8.Motivering van de straf
8.1
Eis van het Openbaar Ministerie
8.2
Standpunt van de verdediging
8.3
Oordeel van de rechtbank
8.3.1
Ernst van de feiten en persoon van de verdachte
8.3.2
Redelijke termijn
8.3.3
Wet straffen en beschermen
8.3.4
Conclusie
9.Beslag
9.1
Standpunten
9.2
Oordeel van de rechtbank
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.Beslissingen
Bijlage 1 – Tenlastelegging
Bijlage 2 – Overzicht PGP-e-mailadressen en gebruikers
Bijlage 3 – Feitenvaststelling overige zaaksdossiers
Bijlage 4 – Bewijsoverwegingen criminele organisatie ten aanzien van de medeverdachten
Bijlage 5 – Standpunten en toelichting Openbaar Ministerie met betrekking tot beslag
1.Onderzoek
1.1
Onderzoek ter terechtzitting
Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen op 28 november 2018, 6 februari 2019, 18 april 2019, 10, 11 en 12 juli 2019, 24 september 2019, 12 en 13 december 2019, 27 en 28 februari 2020, 19 en 28 mei 2020, 11, 12, 13 en 27 augustus 2020, 3 september 2020, 28 en 29 oktober 2020, 3 november 2020, 10 december 2020, 13, 14 en 15 januari 2021, 11, 12 en 22 maart 2021, 7, 12 en 16 april 2021, 11, 21, 25, 29 en 30 juni 2021, 14, 15, 21 en 22 september 2021, 13 oktober 2021, 7, 9, 14, 16, 17, 20 en 22 december 2021, 1, 21 en 29 maart 2022, 17 en 20 mei 2022, 8, 9, 13, 14, 16, 20, 21, 23 en 28 juni 2022, 13 september 2022, 14, 15 en 17 november 2022, 6, 9 en 12 december 2022, 18 januari 2023, 22 februari 2023, 27 en 29 maart 2023, 15 en 17 mei 2023, 14 juli 2023, 6 oktober 2023, 21 december 2023, 6 en 14 februari 2024.
De rechtbank heeft de zaken, die bij afzonderlijke dagvaardingen onder de bovenvermelde parketnummers zijn aangebracht, gevoegd. Deze zaken worden hierna als respectievelijk zaak A, zaak B en zaak C aangeduid.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officieren van justitie (hierna: het Openbaar Ministerie) en van wat verdachte en zijn verdediging (hierna: de verdediging) naar voren hebben gebracht.
1.2
Inleidende opmerkingen
1.2.1
Werkwijze van de rechtbank
Het onderzoek Marengo heeft betrekking op zeventien verdachten. Zestien van hen worden verdacht van betrokkenheid bij een of meer moorden, pogingen daartoe of voorbereiding daarvan. Alle verdachten worden beschuldigd van betrokkenheid bij dezelfde criminele organisatie die gericht was op moorden, vuurwapendelicten en gekwalificeerde diefstal. In dit vonnis zijn de overwegingen en beslissingen opgenomen die in de strafzaak tegen de hierboven genoemde verdachte zijn gegeven. De rechtbank wijst vandaag ook vonnis in de zaken van de zestien andere verdachten die (grotendeels) gelijktijdig terecht hebben gestaan.
De rechtbank zal in plaats van de term ‘verdachte’ steeds de namen van de verdachten gebruiken: [medeverdachte 6] , [medeverdachte 5] , [medeverdachte 1] , [medeverdachte 7] , [medeverdachte 8] , [medeverdachte 9] , [medeverdachte 10] , [verdachte] , [medeverdachte 11] , [medeverdachte 12] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 3] , [medeverdachte 13] , [medeverdachte 14] , [medeverdachte 15] , [medeverdachte 16] en [medeverdachte 4] . De rechtbank gebruikt een voorletter in die gevallen waarin meerdere verdachten in het dossier dezelfde achternaam hebben en de hele voornaam als ze ook dezelfde voorletter hebben.
Omdat in de zaak van [medeverdachte 5] het onderzoek ter terechtzitting al was aangevangen bij de rechtbank Midden-Nederland treedt de rechtbank in zijn zaak op als de rechtbank Midden-Nederland. In de zaak van [medeverdachte 1] was het onderzoek ter terechtzitting met betrekking tot het onderzoek Zeilboot al aangevangen bij de rechtbank Midden-Nederland op het moment dat de zaak Marengo aanving bij de rechtbank Amsterdam. Dat is de reden dat er in de zaak van [medeverdachte 1] separate vonnissen worden gewezen.
Het onderzoek Marengo bestaat uit een groot aantal deelonderzoeken die onderling met elkaar verweven zijn, door de daarop gebaseerde verdenking van het leidinggeven aan dan wel de deelname aan de criminele organisatie. Deze verwevenheid maakt dat de rechtbank niet alleen op de verweren van de betreffende verdachte in zal gaan, maar waar nodig ook hetgeen is aangevoerd in de zaken van de andere verdachten (ambtshalve) in haar oordeel zal betrekken.
1.2.2
Start van het onderzoek
Op 14 januari 2017 heeft [medeverdachte 5] zich na overleg met zijn advocaat laten aanhouden en vanaf dat moment is een kroongetuigetraject gaan lopen. [medeverdachte 5] heeft in 41 kluisverklaringen verklaard over een aantal moorden of pogingen daartoe waar hij deels zelf bij betrokken is geweest. Op 27 december 2017 is dit uitgemond in een overeenkomst met [medeverdachte 5] als kroongetuige. Door zijn verklaringen en door ontsleutelde PGP-berichten is een groot aantal verdachten in beeld gekomen die ervan verdacht worden te behoren tot een organisatie die verantwoordelijk is voor tot op dat moment grotendeels onopgeloste levensdelicten. Het onderzoek dat hieruit voortkwam kreeg de naam Marengo. [medeverdachte 5] was op 5 september 2017, dus al voordat hij de overeenkomst sloot, als verdachte aangehouden in de zaak Roos/Doorn. Op 18 december 2017 is [verdachte] , op wie de nacht daarvoor een aanslag was gepleegd waarbij hij gewond is geraakt, als eerste verdachte aangehouden in het onderzoek Marengo. In de loop van 2018, 2019 en 2020 zijn de overige verdachten in het onderzoek Marengo aangehouden. [1]
1.2.3
Procesdossier Marengo
Het procesdossier bevat (zoveel mogelijk chronologisch) de volgende deelonderzoeken:
Rudolf: de moord op [slachtoffer 3] op 9 september 2015 en het beramen van een ontploffing in de spyshop te Nieuwegein in de periode van 15 augustus 2015 tot en met 19 oktober 2015;
Ster: de moord op [slachtoffer 4] op 17 april 2016 en het beramen van de moord op [slachtoffer 4] en [betrokkene 5] in de periode van 1 maart 2016 tot en met 17 april 2016;
Aker: de moord op [slachtoffer 5] op 9 mei 2016 en het beramen van de moord op [slachtoffer 5] in de periode van 1 januari 2016 tot en met 31 januari 2016;
Kreta: de moord op [slachtoffer 1] op 22 juni 2016 en het beramen van de moord op [slachtoffer 1] , [betrokkene 3] , [betrokkene 1] en [betrokkene 2] in de periode van 17 april 2016 tot en met 22 juni 2016;
Tennis: de poging tot moord op [betrokkene 6] op 11 oktober 2016;
Plato: de poging tot moord op [betrokkene 7] op 5 december 2016;
Zeilboot/Raspvijl: de poging tot moord en de moord op [slachtoffer 6] op 8 december 2016 en de poging tot moord op [slachtoffer 6] op 2 juli 2016;
Roos/Doorn: de moord op [slachtoffer 2] op 12 januari 2017 en het beramen van de moord op [betrokkene 4] in de periode 1 december 2016 tot en met 14 januari 2017;
De criminele organisatie in de periode van 16 juli 2015 tot en met 14 januari 2017.
Daarnaast bevat het dossier het onderzoek Alpine, dat gaat over een witwasverdenking tegen [medeverdachte 15] .
In het strafdossier van iedere verdachte is, behalve het gehele Marengo-dossier (met bovengenoemde negen deelonderzoeken), tevens gevoegd:
10. alle processen-verbaal van de terechtzittingen van de rechtbank tegen ieder van de Marengo-verdachten (met uitzondering van de processen-verbaal van de terechtzittingen over de persoonlijke omstandigheden van de verdachten en de processen-verbaal van de terechtzittingen waarin enkel is gepleit of gedupliceerd; deze processen-verbaal maken slechts deel uit van het strafdossier van de desbetreffende verdachte);
10. alle processen-verbaal van (getuigen)verhoor door de rechter-commissaris die in de zaken van een of meer van de verdachten zijn opgemaakt.
Alle verklaringen van alle verdachten zoals afgelegd op de terechtzittingen maken dus deel uit van het procesdossier, ook de verklaringen die zij in hun eigen zaak hebben afgelegd. Dit maakt dat het procesdossier voor elke verdachte (afgezien van de persoonsdossiers) gelijkluidend is.
2.Tenlastelegging
De tenlasteleggingen in de zaken A en B zijn op de zitting van 27 augustus 2020 nader omschreven. De tenlastelegging in zaak C is op die zitting gewijzigd. [verdachte] wordt kort gezegd beschuldigd van het volgende.
Zaak A (13/997072-17)
Feit 1: Betrokkenheid bij de moord op [slachtoffer 2] , gepleegd op 12 januari 2017 in Utrecht (ZD Roos);
Feit 2: Betrokkenheid bij de voorbereiding van de moord op [betrokkene 4] , gepleegd in de periode van 1 december 2016 tot en met 14 januari 2017 in Zaandam en/of Amsterdam en/of Utrecht (ZD Doorn).
Zaak B (13/997083-18)
Deelname aan een criminele organisatie met als oogmerk moord, gekwalificeerde diefstal en/of het bezit van vuurwapens en munitie in de periode van 1 januari 2016 tot en met 14 januari 2017 (ZD 140 Sr);.
Zaak C (13/997006-19)
Feit 1: Betrokkenheid bij de moord op [slachtoffer 1] op 22 juni 2016 in Utrecht (ZD Kreta);
Feit 2: Betrokkenheid bij de voorbereiding van de moord op [slachtoffer 1] en/of [betrokkene 1] en of [betrokkene 2] en/of [betrokkene 3] in de periode van 17 april 2016 tot en met 22 juni 2016 in Utrecht (ZD Kreta).
De volledige tekst van de tenlastelegging is opgenomen in bijlage 1, die aan dit vonnis is gehecht. Die bijlage geldt als hier ingevoegd.
3.Voorvragen
De verdediging heeft verweer gevoerd ten aanzien van de ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie in de vervolging. De rechtbank zal hier in het navolgende op ingaan.
3.1
Algemeen kader vormverzuimen
Als bij het voorbereidend onderzoek sprake is van onherstelbare vormverzuimen, kan de rechter daaraan gevolgen verbinden. Uit de wet en de jurisprudentie van de Hoge Raad volgt dat het moet gaan om vormverzuimen die zijn begaan in het onderzoek dat voorafgaat aan het onderzoek ter terechtzitting. Onder die vormverzuimen zijn in het bijzonder ook begrepen normschendingen bij de opsporing. De rechter kan ook gevolgen verbinden aan een vormverzuim door een ambtenaar die met opsporing en vervolging is belast, maar dat niet is begaan bij het voorbereidend onderzoek tegen de verdachte of aan een onrechtmatige handeling jegens de verdachte door een andere functionaris of persoon dan zo’n opsporingsambtenaar. Een rechtsgevolg kan dan op zijn plaats zijn indien het betreffende vormverzuim of de betreffende onrechtmatige handeling van bepalende invloed is geweest op het verloop van het opsporingsonderzoek naar en/of de (verdere) vervolging van de verdachte ter zake van het ten laste gelegde feit. [2]
De consequenties die de rechter aan schending van een vormverzuim kan verbinden zijn, in oplopende zwaarte: de enkele constatering van de schending van een vormverzuim, strafvermindering, bewijsuitsluiting of niet-ontvankelijkverklaring van het Openbaar Ministerie in de vervolging.
In het algemeen geldt dat hoe groter de ernst van het vormgebrek en de gevolgen daarvan zijn, des te zwaarder het rechtsgevolg is dat de rechter daaraan kan verbinden. Uit de jurisprudentie van de Hoge Raad volgt dat de zwaarste sanctie voor een vormverzuim, de niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie in de vervolging, slechts in zeer uitzonderlijke gevallen aan de orde kan zijn. In zijn arrest van 1 december 2020 [3] heeft de Hoge Raad over de aan te leggen maatstaf overwogen:
‘De strekking van deze maatstaf is dat in het geval dat een zodanig ernstige inbreuk op het recht van de verdachte op een eerlijke behandeling van zijn zaak is gemaakt dat geen sprake meer kan zijn van een eerlijk proces in de zin van artikel 6 EVRM, niet-ontvankelijkverklaring van het openbaar ministerie in de vervolging plaatsvindt. Het moet dan gaan om een onherstelbare inbreuk op het recht op een eerlijk proces die niet op een aan de eisen van een behoorlijke en effectieve verdediging beantwoordende wijze is of kan worden gecompenseerd. Daarbij moet die inbreuk het verstrekkende oordeel kunnen dragen dat – in de bewoordingen van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens – “the proceedings as a whole were not fair”. In het zeer uitzonderlijke geval dat op deze grond de niet-ontvankelijkverklaring van het openbaar ministerie in de vervolging in beeld komt, hoeft echter niet – in zoverre stelt de Hoge Raad de eerder gehanteerde maatstaf bij – daarnaast nog te worden vastgesteld dat de betreffende inbreuk op het recht op een eerlijk proces doelbewust of met grove veronachtzaming van de belangen van de verdachte heeft plaatsgevonden.
Aanleiding voor niet-ontvankelijkverklaring op deze grond kan bijvoorbeeld bestaan in het geval dat de verdachte door een opsporingsambtenaar dan wel door een persoon voor wiens handelen de politie of het openbaar ministerie verantwoordelijk is, is gebracht tot het begaan van het strafbare feit waarvoor hij wordt vervolgd, terwijl zijn opzet tevoren niet al daarop was gericht (vgl. HR 29 juni 2010, ECLI:NL:HR:2010:BL0655), of waarin gedragingen van politie en justitie ertoe hebben geleid dat de waarheidsvinding door de rechter onmogelijk is gemaakt (vgl. HR 8 september 1998, ECL:NL:HR:1998:ZD1239).’
Bij de beoordeling of sprake is van vormverzuimen waaraan de rechter een niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie kan verbinden dient, zoals hiervoor vermeld, te worden nagegaan of sprake is van de situatie dat “the proceedings as a whole were not fair”, met andere woorden: heeft de verdachte een oneerlijk proces gehad? Onderdeel van een eerlijk proces is dat de rechter die over de zaak oordeelt het onderzoek in de zaak onafhankelijk en onpartijdig, zonder vooringenomenheid, uitvoert en daarna een gemotiveerd oordeel geeft. Onderdeel van een eerlijk proces is ook dat de verdediging tegen het onderzoeksmateriaal en de beschuldigingen kan inbrengen wat zij daartegen wil inbrengen en daartoe het door haar gewenste onderzoek kan uitvoeren. Daarvoor moet de verdediging ook voldoende tijd en gelegenheid worden gegund. Of sprake is van een eerlijk proces is niet alleen afhankelijk van de mate waarin rekening wordt gehouden met de belangen van de verdachte, maar ook met de gerechtvaardigde belangen van anderen die bij het strafproces zijn betrokken, zoals slachtoffers en nabestaanden. Ook dient daarbij rekening te worden gehouden met het publieke belang bij het onderzoek en bestraffing van de specifieke strafbare feiten die het betreft. De beoordeling of sprake is geweest van een eerlijk proces kan in beginsel pas achteraf worden gemaakt. Dan kan namelijk pas worden bezien of de rechter alle betrokken belangen juist heeft afgewogen en beoordeeld. Dit betekent dat de rechtbank bij de beoordeling van de vraag of het Openbaar Ministerie ontvankelijk is in de vervolging, al vooruit moet kijken naar haar beoordeling over de eerlijkheid van dit proces in zijn geheel. De rechtbank moet zich dus al in het kader van de voorvragen (mede) een oordeel vormen over haar eigen beslissingen in Marengo en de wijze waarop deze zijn gemotiveerd.
Namens diverse verdachten is betoogd dat om meerdere redenen sprake is van vormverzuimen, die ieder voor zich maar ook in samenhang bezien en bij elkaar opgeteld (primair) moeten leiden tot niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie. Verdedigingen hebben zich over en weer bij elkaars verweren aangesloten. Het gaat dan onder andere om verweren in het kader van het PGP-bewijs, de rechtmatigheid van de overeenkomst met de kroongetuige en de verweren in het kader van de gestelde publieke berechting. De door de verdediging van [verdachte] gevoerde verweren, waaronder ook vallen de verweren waarbij namens hem is aangesloten, zullen in het navolgende worden besproken. De rechtbank zal daarbij beoordelen of sprake is van de door de verdediging gestelde vormverzuimen, en zo ja, of deze leiden tot de niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie. In het voorkomende geval zal de rechtbank beoordelen of een eventueel ander, minder zwaar, rechtsgevolg aan een geconstateerd vormverzuim verbonden zal moeten worden. De rechtbank zal voorts nagaan of een eventuele opeenstapeling van vormverzuimen die op zichzelf niet tot niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie leiden, in samenhang bezien wel dienen te leiden tot het oordeel dat geen sprake (meer) is van een eerlijk proces.
3.2.
De kroongetuige
3.2.1
Inleiding
In dit onderdeel zal de rechtbank de rechtmatigheid beoordelen van de overeenkomst die de Staat der Nederlanden heeft gesloten met [medeverdachte 5] als kroongetuige en daarnaast een oordeel geven over de betrouwbaarheid van de verklaringen die hij heeft afgelegd.
De rechtbank zal eerst de totstandkoming van de overeenkomst met [medeverdachte 5] beschrijven. Daarna zal zij de verweren bespreken die de rechtmatigheid van de overeenkomst betreffen. Vervolgens komen de verweren aan bod die de betrouwbaarheid van de verklaringen van [medeverdachte 5] betwisten. Hoewel de door de verschillende verdachten gevoerde verweren niet geheel overeenkomen en niet alle verdachten zich over en weer bij alle verweren hebben aangesloten, zal de rechtbank ze gezamenlijk bespreken, ook in de vonnissen van de verdachten namens wie geen verweer gevoerd is.
Het oordeel over de rechtmatigheid van de kroongetuigenovereenkomst ligt op grond van de wettelijke regeling primair bij de rechter-commissaris. Maar als de rechtmatigheid van deze overeenkomst uitdrukkelijk onderbouwd door de verdediging wordt bestreden, moet de rechtbank – als zij oordeelt dat de overeenkomst wel rechtmatig is – de redenen geven die daartoe hebben geleid (artikel 359 lid 2 van het Wetboek van Strafvordering (hierna: Sv)).
De rechtbank dient te beoordelen of de overeenkomst met [medeverdachte 5] dringend noodzakelijk was om de opsporing, voorkoming of beëindiging van feiten mogelijk te maken die anders niet of niet tijdig zou plaatsvinden, of er een redelijke verhouding was tussen het belang van de te verkrijgen informatie en/of de te leveren tegenprestatie en of de overeenkomst – in het licht van de gevoerde verweren – binnen de grenzen van het recht is gebleven.
3.2.2
Totstandkoming van de overeenkomst
[medeverdachte 5] is op 14 januari 2017 met een vuurwapen in Amsterdam aangehouden en vervolgens in voorlopige hechtenis genomen. Dit was een vooropgezet plan, waarover hij met zijn raadsman had overlegd. Na zijn aanhouding heeft hij verteld dat hij klem zat tussen twee groeperingen – de familie [slachtoffer 2] en de groepering rond [medeverdachte 4] –, dat hij zelf betrokken was geweest bij verschillende liquidaties en dat hij bereid was daarover verklaringen af te leggen. In de dagen daarna hebben gesprekken plaatsgevonden tussen [medeverdachte 5] , bijgestaan door zijn raadsman, het Team Bijzondere Getuigen (TBG) en de aan dat team verbonden officier van justitie (de TBG-officier van justitie). In die gesprekken heeft [medeverdachte 5] gemeld over welke levensdelicten hij zou kunnen verklaren en zijn de voorwaarden voor het afleggen van kluisverklaringen besproken. Uiteindelijk heeft hij tussen 26 januari 2017 en 18 mei 2017 in totaal 41 kluisverklaringen afgelegd. In de maanden daarna heeft een verificatieonderzoek naar deze verklaringen plaatsgevonden.
In september 2017 is [medeverdachte 5] als verdachte aangemerkt in het onderzoek Roos en in zijn cel aangehouden. Deze aanhouding was niet gebaseerd op de kluisverklaringen van [medeverdachte 5] (die immers nog in de kluis lagen), maar op andere onderzoeksbevindingen. In november 2017 heeft [medeverdachte 5] een voorovereenkomst ondertekend. Op 20 december 2017 heeft het College van procureurs-generaal toestemming gegeven voor de voorgenomen overeenkomst. Op 27 december 2017 heeft [medeverdachte 5] een overeenkomst gesloten met de Staat der Nederlanden, vertegenwoordigd door een officier van justitie, nadat de rechter-commissaris op dezelfde datum deze overeenkomst tussen de Staat der Nederlanden en [medeverdachte 5] had getoetst en rechtmatig had bevonden. De rechter-commissaris heeft deze beslissing op 29 december 2017 schriftelijk vastgelegd en ondertekend. De ondertekende overeenkomst is tekstueel gelijk aan de voorovereenkomst.
In de overeenkomst verbindt [medeverdachte 5] zich om als getuige verklaringen af te leggen met betrekking tot een aantal in de overeenkomst genoemde misdrijven (hierna: de dealfeiten) en doet hij afstand van zijn verschoningsrecht als bedoeld in artikel 219 Sv. Daarnaast verklaart [medeverdachte 5] dat de inhoud van zijn kluisverklaringen naar zijn beste weten volledig op waarheid berust. De officier van justitie verbindt zich om bij onverkorte nakoming door [medeverdachte 5] de strafeis voor zijn aandeel in de dealfeiten te zullen stellen op twaalf jaren gevangenisstraf. Daarbij verklaart de officier van justitie dat de strafeis tegen een verdachte die geen kroongetuige is, bij gelijke omstandigheden een gevangenisstraf van vierentwintig jaren zou inhouden.
In de overeenkomst is vastgelegd dat [medeverdachte 5] wordt vervolgd voor het medeplegen van de moord op [slachtoffer 1] (hierna: [slachtoffer 1] ) (subsidiair de medeplichtigheid daaraan) en voorbereiding voor deze moord, het medeplegen van de moord op [slachtoffer 2] (hierna: [slachtoffer 2] ) (subsidiair de medeplichtigheid daaraan, meer subsidiair voorbereidingshandelingen voor de moord op [betrokkene 4] (hierna: [betrokkene 4] )), het medeplegen van de poging tot moord op [betrokkene 6] (hierna: [betrokkene 6] ) (subsidiair de medeplichtigheid daaraan en – de rechtbank begrijpt, meer subsidiair – voorbereidingshandelingen voor die moord) en de deelname aan een criminele organisatie die in het bijzonder tot oogmerk heeft het plegen van liquidaties.
[medeverdachte 5] is na het sluiten van de overeenkomst nog tientallen keren, vaak hele dagen lang, verhoord. Vanaf maart 2018 is hij intensief verhoord door de (tactische) recherche. Op de terechtzitting van 11 juli 2019 is er een eerste gelegenheid geweest voor de verdediging om [medeverdachte 5] vragen te stellen. Verspreid over het eerste half jaar van 2020 is hij vervolgens veertien dagen verhoord door de rechter-commissaris, waarbij de verdediging hem voor het eerst uitgebreid vragen kon stellen. Vanaf december 2020 is [medeverdachte 5] meermaals ter terechtzitting verhoord, eerst door de rechtbank en vervolgens door diverse advocaten. Het laatste verhoor ter terechtzitting vond plaats op 6 februari 2024, in de zaak van [medeverdachte 11] . Het dossier bevat in totaal ruim 3.000 pagina’s aan verhoren van [medeverdachte 5] .
3.2.3
Verweren betreffende de rechtmatigheid van de overeenkomst
Er zijn diverse verweren gevoerd die strekken tot niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie dan wel tot bewijsuitsluiting van de verklaringen van [medeverdachte 5] , omdat de overeenkomst met [medeverdachte 5] niet rechtmatig is.
Zo is aangevoerd dat de huidige toepassing van de kroongetuigenregeling, zoals door de Hoge Raad is goed gevonden in het Passageproces, niet juist is in het licht van de wetsgeschiedenis. Uitgangspunt van de kroongetuigenregeling is dat een kroongetuige geen koopgetuige mag zijn, maar in de huidige praktijk is de beschermingsovereenkomst een vrijplaats voor het geven van een financiële beloning in ruil voor verklaringsbereidheid. Enig rechterlijk toezicht ontbreekt, terwijl artikel 226j lid 3 Sv daarvoor wel een aanknopingspunt biedt. In deze zaak zijn er door de iPhone-berichten van [medeverdachte 5] sterke aanwijzingen dat er een toezegging is gedaan van een buitenproportionele beloning. Uit die berichten blijkt dat [medeverdachte 5] geld wil zien en zelf een causaal verband legt tussen dat geld en zijn verklaringen. Dat is in strijd met de bedoeling van de wetgever en daarmee in strijd met de wet en dus onrechtmatig.
Doordat de verdediging geen inzicht wordt verschaft in de financiële inhoud van de beschermingsovereenkomst, een rechter hier geen kennis van heeft kunnen nemen en de vragen aan de kroongetuige over zijn financiële verwachtingen werden belet, kan niet worden volgehouden dat de verdediging een redelijke gelegenheid heeft gehad om de wederrechtelijkheid van de afspraken met de kroongetuige, waaronder de mogelijkheid van de beïnvloeding van de betrouwbaarheid van die getuige door die overeenkomst, te presenteren. Dit is een schending van de in artikel 6 van het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens en de fundamentele vrijheden (hierna: EVRM) vervatte ‘equality of arms’. Daar komt bij dat aannemelijk is dat de verklaringen van de kroongetuige, indien deze worden gebruikt, van doorslaggevend belang zullen zijn, maar er geen maatregelen zijn getroffen ter compensatie van het gebrek aan kennis van de verdediging over de totstandkoming van de overeenkomst.
Daarnaast is door de verdediging aangevoerd dat er aan [medeverdachte 5] ongeoorloofde toezeggingen zijn gedaan. Zo beweert hij zelf dat hem is toegezegd dat de straf die aan hem is opgelegd voor het wapenbezit op 14 januari 2017 op enigerlei wijze in de executiefase zou worden verdisconteerd in de aan hem op te leggen straf in de zaak Marengo. Als door het Openbaar Ministerie verdiscontering van de voornoemde straf is afgesproken, dan staat vast dat [medeverdachte 5] in strijd met de wet meer korting op zijn straf toegezegd heeft gekregen dan is toegestaan. Daarmee is in strijd met de wet gehandeld en derhalve is er wederom sprake van een schending van artikel 6 EVRM.
Ook het feit dat bij de strafeis rekening wordt gehouden met de inmiddels gewijzigde regeling met betrekking tot de voorwaardelijke invrijheidstelling (hierna: de v.i.-regeling) – waardoor netto slechts acht jaren gevangenisstraf resteert – levert volgens de verdediging een grotere korting op de straf op dan wettelijk is toegestaan. Daar komt bij dat de overeengekomen bruto-strafeis van vierentwintig jaren – vergeleken met de strafeisen in de zaken van de medeverdachten – al disproportioneel laag was. Bovendien is sprake van ontoelaatbare toezeggingen door [medeverdachte 5] niet te vervolgen in de zaken Zeilboot/Raspvijl en Orinoco, door hem niet te vervolgen voor Opiumwetdelicten, door het ongemoeid laten van het financiële voordeel (uit drugshandel, liquidaties, chantage en witwaspraktijken) en door de begunstiging van de levenspartner van [medeverdachte 5] . Dit geldt ook voor de keuzes die het Openbaar Ministerie gemaakt heeft bij het opstellen van de tenlasteleggingen van [medeverdachte 5] . Hij wordt in de zaak Kreta – anders dan zijn medeverdachten – niet vervolgd voor voorbereiding van de moord op de broers [betrokkene 2] en [betrokkene 1] en [betrokkene 3] (hierna: [betrokkene 3] ), hoewel hij daartoe wel handelingen heeft verricht. In de zaak Roos/Doorn wordt hij de facto niet vervolgd voor voorbereiding van de moord op [betrokkene 4] , nu dit meer subsidiair ten laste is gelegd en daar dus niet aan toe gekomen zal worden.
Tot slot stelt de verdediging dat er een extra begunstiging zit in bepaling 4.2 van de overeenkomst, waarin staat dat als [medeverdachte 5] de overeenkomst niet is nagekomen, hij een redelijke termijn krijgt om dat alsnog te doen. Dit is een toezegging die buiten het kader van artikel 226g Sv valt. Daarmee is in strijd met de wet gehandeld en een onrechtmatige overeenkomst gesloten. Ook dit levert een schending van artikel 6 EVRM op.
3.2.4
Oordeel van de rechtbank ten aanzien van de overeenkomst
3.2.4.1 Onjuiste toepassing kroongetuigenregeling?
In de Passage-arresten van 23 april 2019 heeft de Hoge Raad de door het gerechtshof Amsterdam geschetste kaders waarbinnen de kroongetuigenregeling moet worden toegepast, bevestigd. [4] Kern is volgens de Hoge Raad ‘dat toezeggingen met betrekking tot de feitelijke bescherming van de getuige geen onderdeel uitmaken van de in art. 226g, eerste lid, Sv bedoelde afspraak en evenmin kunnen worden beschouwd als afspraken in de zin van art. 226g, vierde lid, Sv, zodat voor het openbaar ministerie geen verplichting bestaat dergelijke toezeggingen bekend te maken en deze ook geen voorwerp zijn van toetsing door de rechter-commissaris op de voet van art. 226g, derde lid, Sv of door de zittingsrechter’. [5] Dat is de wettelijke regeling zoals zij op dit moment is. De omstandigheid dat er in de wetenschap en in de politiek af en toe gepleit wordt voor een aanpassing van de regeling en de invoering van een onafhankelijke toetsing van de op grond van artikel 226l Sv gesloten beschermingsovereenkomst, doet daaraan niet af. Voor een toetsing van de beschermingsovereenkomst door de rechter-commissaris biedt artikel 226j lid 3 Sv thans in ieder geval geen grondslag. [6]
Uitgangspunt van de kroongetuigenregeling is – daar heeft de verdediging gelijk in – dat de verklaring van de kroongetuige niet ‘gekocht’ mag worden. Anderzijds zullen de beschermingsmaatregelen die uiteindelijk worden getroffen veelal ook een financiële component bevatten. Een kroongetuige zal eenmaal op vrije voeten immers een nieuw bestaan moeten opbouwen en dat kost geld. De stelling van de verdediging dat er sterke aanwijzingen zijn dat er in het onderhavige geval sprake is van een koopgetuige en dat er (dus) een causaal verband is tussen de verklaringen van de kroongetuige (c.q. zijn verklaringsbereidheid) en een beloning, volgt de rechtbank echter niet. De rechtbank heeft kennisgenomen van de door de verdediging ingebrachte chats van de kroongetuige met familieleden, die zijn teruggevonden op de iPhone die hij in de periode september 2017 tot medio februari 2018 heimelijk in zijn cel heeft gehad. Op grond van die berichten lijkt de conclusie gerechtvaardigd dat [medeverdachte 5] in het kader van de beschermingsovereenkomst zoveel mogelijk geld wilde ontvangen. Er is echter geen aanknopingspunt voor de stelling dat er vervolgens ook daadwerkelijk zulke hoge geldbedragen aan [medeverdachte 5] zijn toegezegd, dat die redelijkerwijs niet meer met passende bescherming in verband kunnen worden gebracht.
Redengevend is daarbij dat de door de verdediging geciteerde berichten weliswaar duidelijk maken dat [medeverdachte 5] bepaalde financiële wensen heeft, maar dat nergens blijkt dat het Openbaar Ministerie deze wensen vervolgens ook heeft gehonoreerd. Verder dateren de berichten waarin [medeverdachte 5] zijn wensen aan zijn familieleden kenbaar maakt, voor een deel van januari 2018, dus van na het sluiten van de kroongetuigenovereenkomst. Op het moment van het sluiten van de overeenkomst op 27 december 2017 verbond hij zich om verklaringen af te leggen. Kennelijk waren de beschermingsmaatregelen en de daarbij behorende financiële afspraken toen nog niet geregeld. Daar komt bij dat de kluisverklaringen, waarin hij over alle dealfeiten uitgebreid heeft verklaard, ruim daarvoor – in de periode van januari tot mei 2017 – zijn afgelegd. Er was toen nog geen concreet zicht op een overeenkomst en een van de hoofdpunten van de kroongetuigenovereenkomst is, naast het afleggen van nadere verklaringen, dat hij in die kluisverklaringen de waarheid heeft verklaard. Die kluisverklaringen kunnen dus hoe dan ook niet aangemerkt worden als ‘gekocht’. Er is het voorgaande in aanmerking nemende geen aanknopingspunt voor de suggestie van de verdediging dat [medeverdachte 5] welbewust over zoveel mogelijk feiten is gaan verklaren, om een (financieel) zo gunstig mogelijke deal eruit te slepen.
De omstandigheid dat de verdediging de (financiële aspecten van de) beschermingsmaatregelen niet kan toetsen levert geen schending van het beginsel van ‘equality of arms’ op. De positie van de verdediging verschilt hierin immers niet van het zaaks-Openbaar Ministerie en de verdediging heeft bovendien volop de gelegenheid gehad om het waarheidsgehalte van de kluisverklaringen en (daarmee) de betrouwbaarheid van de kroongetuige te toetsen. Van een onjuiste toepassing van de kroongetuigenregeling – en van een schending van artikel 6 EVRM – is gezien het bovenstaande geen sprake.
3.2.4.2 Zijn er ongeoorloofde toezeggingen gedaan?
De verweren richten zich voor een groot deel op (vermeend) ongeoorloofde toezeggingen. Daarvoor geldt het volgende. De toezegging die in het kader van een kroongetuigenovereenkomst mag worden gedaan is dat strafvermindering met toepassing van artikel 44a van het Wetboek van Strafrecht (hierna: Sr) zal worden gevorderd, te weten – voor zover hier van belang – maximaal de helft bij een onvoorwaardelijke gevangenisstraf. Daarnaast kan er sprake zijn van zogenoemd gunstbetoon als bedoeld in artikel 226g lid 4 Sv. Dit gaat om het gebruik van wettelijke bevoegdheden door de officier van justitie die een gunstige invloed kunnen hebben op de bereidheid van de kroongetuige tot het afleggen van een verklaring, maar die niet strekken tot strafvermindering of anderszins verband houden met de beantwoording van de vragen van de artikelen 348 en 350 Sv. Gunstbetoon ziet op toezeggingen van relatief geringe omvang. Een toezegging die niet meer behelst dan hetgeen de officier van justitie onder normale omstandigheden met toepassing van het bestaande beleid zou hebben besloten, is geen toezegging in de zin van de wet.
In de door het College van procureurs-generaal opgestelde Aanwijzing toezeggingen aan getuigen in strafzaken (hierna: de Aanwijzing) is het kader van de toezeggingen nader uitgewerkt, waarbij in artikel 5 de niet toelaatbare toezeggingen zijn omschreven. Dit artikel luidt, voor zover van belang:
‘De officier van justitie mag geen toezeggingen doen met betrekking tot:
1. de inhoud van de tenlastelegging (zogenoemde plea-bargaining, bijvoorbeeld over het aantal op te nemen feiten in de dagvaarding en de zwaarte daarvan);
2. het in afwijking van het geldende opsporings- en vervolgingsbeleid afzien van actieve opsporing of vervolging van strafbare feiten (een toezegging die strekt tot het staken van de opsporing of tot een sepot na afsluiting van het opsporingsonderzoek in afwijking van het bestaande vervolgingsbeleid, is derhalve niet toegestaan);
3. (…)
4. het geven van een financiële beloning;
5. (…)
6. het geheel of gedeeltelijk achterwege laten van de tenuitvoerlegging van een rechterlijke beslissing;
7. het begunstigen van anderen dan de getuige, zoals diens levenspartner;
8. (…)’
Financiële beloning?
Hiervoor is al overwogen dat de berichten in de iPhone van [medeverdachte 5] weliswaar de conclusie rechtvaardigen dat hij zoveel mogelijk geld wilde ontvangen in het kader van de beschermingsovereenkomst, maar dat er geen aanwijzing is dat het Openbaar Ministerie hierin is meegegaan en hem – via de beschermingsovereenkomst – in ruil voor zijn verklaringen een financiële beloning heeft toegezegd.
Veroordeling wapenbezit in januari 2017
Uit het dossier blijkt dat [medeverdachte 5] zich op 14 januari 2017 heeft laten aanhouden met een vuurwapen omdat hij bescherming zocht. Bij een doorzoeking zijn vervolgens een tweede vuurwapen en een jammer aangetroffen. [medeverdachte 5] is hiervoor vervolgd en aan hem is uiteindelijk in hoger beroep op 20 september 2018 zeven maanden gevangenisstraf met aftrek van voorarrest opgelegd. Als basis voor de stelling van de verdediging dat sprake zou zijn van een ongeoorloofde toezegging, geldt de bewering van [medeverdachte 5] dat het Openbaar Ministerie hem zou hebben toegezegd dat de straf voor het wapenbezit bij de executie afgetrokken zou worden van de uiteindelijk op te leggen straf in de zaak Marengo. [medeverdachte 5] en zijn verdediging baseren dit op handgeschreven berekeningen van [advocaat 1] . Het Openbaar Ministerie betwist echter dat een dergelijke afspraak is gemaakt.
De rechtbank stelt voorop dat de afspraak die volgens [medeverdachte 5] gemaakt is, een afspraak zou zijn als genoemd in artikel 5 lid 6 van de Aanwijzing, en dat deze daarmee ongeoorloofd zou zijn. Dat deze toezegging door het Openbaar Ministerie gedaan zou zijn is echter niet aannemelijk geworden. De verklaring van [medeverdachte 5] en de berekeningen van [advocaat 1] zijn daarvoor onvoldoende, waarbij wordt meegewogen dat de andere advocaat die [medeverdachte 5] destijds bijstond heeft verklaard dat die afspraak niet is gemaakt. Bovendien hebben partijen bij het ondertekenen van de kroongetuigenovereenkomst ten overstaan de rechter-commissaris uitdrukkelijk verklaard dat er geen verdere of andersluidende afspraken zijn gemaakt.
Is de basis-strafeis van vierentwintig jaren proportioneel?
Zoals hiervoor besproken heeft het Openbaar Ministerie in de overeenkomst de basis-strafeis bepaald op een gevangenisstraf van vierentwintig jaren en toegezegd om vijftig procent hiervan als straf te zullen eisen bij nakoming van de verplichtingen door [medeverdachte 5] . In het algemeen geldt dat het Openbaar Ministerie bij het bepalen van een strafeis een ruime beoordelingsvrijheid heeft die de rechter moet eerbiedigen. Dat geldt ook voor een strafeis tegen een kroongetuige. Het is echter denkbaar dat een toegezegde basis-strafeis tegen een kroongetuige zo onbegrijpelijk laag is dat het verschil met een reguliere strafeis niet anders kan worden opgevat dan als tegenprestatie voor af te leggen verklaringen. Daarvan is sprake als het Openbaar Ministerie, gelet op alle omstandigheden van het geval en met inachtneming van zijn ruime beoordelingsvrijheid, in redelijkheid niet tot de toegezegde basis-strafeis heeft kunnen komen.
[medeverdachte 5] wordt (kort gezegd) vervolgd voor het medeplegen van de moord op [slachtoffer 1] (subsidiair de medeplichtigheid daaraan) en voorbereiding van deze moord (subsidiair de medeplichtigheid daaraan), het medeplegen van de moord op [slachtoffer 2] (subsidiair de medeplichtigheid daaraan, meer subsidiair voorbereidingshandelingen voor de moord op [betrokkene 4] ), het medeplegen van de poging tot moord op [betrokkene 6] (subsidiair de medeplichtigheid daaraan en – de rechtbank begrijpt, meer subsidiair – voorbereidingshandelingen voor die moord) en de deelname aan een criminele organisatie die in het bijzonder tot oogmerk heeft het plegen van liquidaties. In vergelijking met de straffen die het Openbaar Ministerie in de zaak Marengo heeft geëist tegen medeverdachten is de basis-strafeis van vierentwintig jaren gevangenisstraf naar de huidige maatstaven laag te noemen. Daarbij moet echter worden meegewogen dat de overeenkomst is gesloten in december 2017 en dat de straffen die destijds voor dergelijke feiten werden opgelegd beduidend lager waren dan thans het geval is. Alle omstandigheden overziend is de basis-strafeis van vierentwintig jaren niet zo onverklaarbaar laag dat deze niet anders kan worden verklaard dan als een verkapte tegenprestatie voor het afleggen van verklaringen, terwijl de maximale strafkorting van vijftig procent niet wordt overschreden. Daarom acht de rechtbank de overeenkomst met [medeverdachte 5] ook op het punt van de overeengekomen basis-strafeis niet onrechtmatig.
Aanpassing strafeis aan nieuwe v.i.-regeling
Uiteindelijk heeft het Openbaar Ministerie een lagere straf geëist dan in de overeenkomst is toegezegd. Aanleiding daarvoor is de inwerkingtreding van de Wet straffen en beschermen op 1 juli 2021. In deze nieuwe wet is de termijn van de voorwaardelijke invrijheidstelling gemaximeerd tot twee jaren bij gevangenisstraffen vanaf zes jaren. De basis-strafeis van vierentwintig jaren zou ten tijde van het sluiten van de overeenkomst een gevangenisstraf van twaalf jaren en een netto gevangenisstraf van acht jaren betekenen. Daar mocht [medeverdachte 5] volgens het Openbaar Ministerie bij het sluiten van de overeenkomst van uitgaan. Tijdens de gesprekken daarover met de raadslieden van [medeverdachte 5] is, toen het ging over de netto-strafverwachting, het voornemen van het kabinet om de v.i.-regeling te versoberen wel aan bod gekomen. Daarbij heeft het Openbaar Ministerie aan de raadslieden aangegeven dat de afspraak zoals die met [medeverdachte 5] op dat moment werd gemaakt (en de gerechtvaardigde verwachtingen die [medeverdachte 5] daaraan mocht ontlenen) door het Openbaar Ministerie zouden worden geëerbiedigd. Het Openbaar Ministerie heeft daarbij steeds gezegd dat het laatste woord hierover uiteraard aan de rechter is. De inhoud van de overeenkomst biedt volgens het Openbaar Ministerie ruimte om een gevangenisstraf te eisen die erop neerkomt dat de kroongetuige netto acht jaren moet zitten, nu in de overeenkomst is opgenomen: ‘onder gelijkblijvende omstandigheden’. Na de invoering van de Wet straffen en beschermen zijn de omstandigheden gewijzigd. In het requisitoir is daarom niet vierentwintig jaren gevangenisstraf als uitgangspunt genomen, maar twintig jaren gevangenisstraf, welke met vijftig procent is verminderd tot de uiteindelijke strafeis van tien jaren gevangenisstraf in plaats van twaalf jaren gevangenisstraf. De verdediging stelt zich echter op het standpunt dat het Openbaar Ministerie daarmee een grotere korting op de strafeis heeft gegeven dan de wet toestaat.
De rechtbank overweegt als volgt. Bij het aangaan van de overeenkomst in 2017 gold de oude regelgeving die erop neerkwam dat een veroordeelde tot een lange gevangenisstraf in beginsel na het uitzitten van twee derde van zijn gevangenisstraf in aanmerking kwam voor voorwaardelijke invrijheidstelling. Het Openbaar Ministerie en [medeverdachte 5] konden bij het aangaan van de overeenkomst geen rekening houden met de gevolgen die de Wet straffen en beschermen zou hebben voor de uitvoering van de aan [medeverdachte 5] op te leggen straf, omdat de invoering van die wet nog onzeker was. De mogelijkheid dat [medeverdachte 5] na de inwerkingtreding van deze wet bij een gelijkblijvende basis-strafeis in een nadeliger positie zou komen te verkeren dan waar hij op grond van de overeenkomst van uit mocht gaan, is wel onder ogen gezien. Hoewel in de overeenkomst alleen gesproken wordt over de basis-strafeis en niet over de netto uit te zitten gevangenisstraf, acht de rechtbank het aannemelijk dat juist de te verwachten netto gevangenisstraf voor [medeverdachte 5] van belang is geweest bij de vraag of hij de overeenkomst wilde aangaan. In die zin is er dan ook sprake van een wijziging van omstandigheden die tot gevolg heeft dat de overeenkomst voor [medeverdachte 5] nu anders uitpakt dan hij bij het aangaan van de overeenkomst mocht verwachten. Gelet op het belang dat opgewekt vertrouwen in beginsel gehonoreerd dient te worden is de rechtbank van oordeel dat het Openbaar Ministerie in afwijking van de overeenkomst zijn strafeis ter zitting mocht baseren op een basis-strafeis van twintig jaren gevangenisstraf. De rechtmatigheid van de overeenkomst wordt daardoor ook achteraf niet aangetast.
Het niet vervolgen voor bepaalde zaken en de keuzes bij de tenlastelegging
Volgens vaste rechtspraak van de Hoge Raad leent de beslissing van het Openbaar Ministerie om tot vervolging over te gaan zich slechts in zeer beperkte mate voor een inhoudelijke rechterlijke toetsing. Ditzelfde geldt voor de spiegelbeeldige beslissing om niet te vervolgen. Maatstaf is daarbij of niet geoordeeld kan worden dat een redelijk handelend lid van dat Openbaar Ministerie van vervolging heeft kunnen afzien. Het enkele feit dat die vervolgingsbeslissing een criminele getuige betreft maakt niet dat daardoor de beoordelingsmaatstaf verandert.
[medeverdachte 5] heeft verklaard dat hem enige weken na de poging om [slachtoffer 6] (hierna: [slachtoffer 6] ) te vermoorden door middel van een explosief onder zijn auto bij ’t Kalfje in Amsterdam (de zaak Raspvijl) door [verdachte] en [medeverdachte 11] is gevraagd of hij semtex kon leveren. [medeverdachte 5] heeft verklaard dat het zijn eigen conclusie was dat dit voor een nieuwe aanslag op [slachtoffer 6] bedoeld zou zijn. [medeverdachte 5] heeft daar toen navraag over gedaan bij een contactpersoon maar daar is het wat semtex betreft bij gebleven – deze is, zo verklaart [medeverdachte 5] , nooit door hem geleverd. Omdat de gesprekken die [medeverdachte 5] stelt te hebben gevoerd pas plaatsgevonden zouden hebben na de bomaanslag bij ’t Kalfje, kan de rechtbank niet inzien hoe dat leidt tot een strafbare rol van [medeverdachte 5] in de zaak Raspvijl. Ook los daarvan is niet onbegrijpelijk dat het Openbaar Ministerie heeft afgezien van vervolging, alleen al omdat het in de verklaring van [medeverdachte 5] enkel gaat over gesprekken en steunbewijs ontbreekt.
Voor wat betreft de zaak Zeilboot geldt dat het Openbaar Ministerie heeft aangegeven dat het leveren van kentekeninformatie door [medeverdachte 5] op 8 december 2016 onvoldoende is voor een strafbare rol van [medeverdachte 5] bij de moord op [slachtoffer 6] , nu hij vaker kentekeninformatie opvroeg en doorgaf, dit ook gebeurde voor bijvoorbeeld observaties door de politie en hij op dat moment niet wist dat de door hem opgevraagde informatie bedoeld was ten behoeve van de moord op [slachtoffer 6] . Voorts heeft het Openbaar Ministerie aangegeven dat het laten bevragen van kentekens en het doorgeven van die informatie wordt meegewogen in het verwijt van deelname aan de criminele organisatie. De rechtbank acht de beslissing om [medeverdachte 5] niet in de zaak Zeilboot te vervolgen – het dossier in ogenschouw nemend – niet onbegrijpelijk.
Met betrekking tot de zaak Orinoco – een schietincident op 24 december 2010 waarbij [medeverdachte 5] iemand in zijn been geschoten zou hebben – geldt dat het Openbaar Ministerie van het parket Midden-Nederland eind 2022 heeft beslist dat vervolging van [medeverdachte 5] daarvoor niet opportuun is ‘gezien (onder meer) het tijdsverloop, de recente veroordeling van [medeverdachte 5] voor het wapenbezit en de huidige vervolging van [medeverdachte 5] in 26Marengo, alsmede het feit dat de huidige ernstige problematiek op het gebied van cocaïnehandel en de daarmee gepaard gaande geweldsdelicten al alle focus en capaciteit kosten van politie en justitie Midden-Nederland.’ [7] Een dergelijke beslissing valt niet alleen binnen de beoordelingsvrijheid die het Openbaar Ministerie heeft, maar kan bovendien – nu deze vijf jaren na het sluiten van de kroongetuigenovereenkomst pas is genomen – nimmer worden aangemerkt als een (ongeoorloofde) toezegging in het kader van die overeenkomst. Dit zou alleen anders zijn als op voorhand zou zijn toegezegd dat er geen vervolging zou plaatsvinden voor na het sluiten van de overeenkomst opkomende verdenkingen, maar dat daar sprake van is, is gesteld noch gebleken.
Hoewel er – vooral op basis van de eigen verklaringen van [medeverdachte 5] – ontegenzeggelijk aanwijzingen zijn dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan Opiumwetdelicten, valt de beslissing van het Openbaar Ministerie om hem daar niet voor te vervolgen zonder meer binnen de beoordelingsvrijheid die het ten aanzien daarvan heeft. Het opsporingsonderzoek heeft zich immers niet hierop gericht, maar op een groter belang, namelijk een groot aantal moorden en pogingen daartoe, voorbereidingshandelingen voor moorden en een criminele organisatie die zich met moorden bezighield. Die beslissing van het Openbaar Ministerie beoordeelt de rechtbank niet als een ontoelaatbare toezegging.
Voor geen van de door de verdediging genoemde kwesties – het niet vervolgen van [medeverdachte 5] in de zaken Zeilboot/Raspvijl en Orinoco, het niet vervolgen voor Opiumwetdelicten – geldt derhalve dat de door het Openbaar Ministerie genomen beslissingen onbegrijpelijk zijn en buiten de beoordelingsvrijheid vallen die het Openbaar Ministerie toekomt. Dit geldt ook voor de (andere) keuzes die het Openbaar Ministerie gemaakt heeft bij het opstellen van de tenlasteleggingen. De keuze om [medeverdachte 5] in de zaak Roos/Doorn alleen in de subsidiaire variant voor voorbereiding van de moord op [betrokkene 4] te vervolgen is – nu hij na de (vergis)moord op [slachtoffer 2] is gestopt met die voorbereidingen – niet onbegrijpelijk. Dit geldt ook voor de keuze om hem in de zaak Kreta niet te vervolgen voor voorbereiding van moord op [betrokkene 3] en de [betrokkenen 1 en 2] , nu hij over de zaak Kreta uitgebreide verklaringen heeft afgelegd en het zwaartepunt van zijn voorbereidingshandelingen duidelijk lag bij [slachtoffer 1] . Dat het Openbaar Ministerie hierover – in strijd met het in artikel 5 lid 1 en 2 van de Aanwijzing verwoorde immuniteitsverbod – toezeggingen heeft gedaan aan dan wel afspraken heeft gemaakt met [medeverdachte 5] , is bovendien gesteld noch aannemelijk geworden.
Begunstiging levenspartner [medeverdachte 5] ?
De verdediging stelt dat uit de berichten in de hiervoor genoemde iPhone blijkt dat de levenspartner van [medeverdachte 5] spreekt over maandelijkse toelagen, gelden die verborgen werden, een huis in Marokko dat zou worden gekocht en een auto, waarbij er ontevredenheid is over de auto. Dit zijn financiële voordelen voor de levenspartner die in strijd zijn met artikel 5 lid 7 van de Aanwijzing, aldus de verdediging.
Vast staat dat de partner van [medeverdachte 5] – door buiten haarzelf liggende omstandigheden – uit haar normale leven is weggerukt en in een beveiligingsprogramma terecht is gekomen. Dat de situatie waarin zij verkeert met zich kan brengen dat zij van de overheid een toelage en bepaalde voorzieningen krijgt, wekt geen bevreemding. De berichten waar de verdediging op wijst bieden geen ondersteuning voor de stelling dat er daarbij sprake zou zijn van een verboden toezegging aan [medeverdachte 5] door het begunstigen van zijn levenspartner.
Ongemoeid laten van financieel voordeel (uit drugshandel, liquidaties, chantage en witwaspraktijken)?
De verdediging stelt dat [medeverdachte 5] niet geconfronteerd is met een ontnemingsvordering en dat hij geen vragen hoefde te beantwoorden over drugshandel, zijn financiële voordeel en zijn – uit de berichten in de iPhone naar voren komende – chantage- en afpersingspraktijken. De verdediging verzuimt echter te onderbouwen waarom dit op een ongeoorloofde toezegging aan de kroongetuige zou wijzen. Op grond van de kroongetuigenovereenkomst is het duidelijk waarover [medeverdachte 5] verplicht is te verklaren. Ten aanzien van ander (vermeend) strafbaar handelen dan de dealfeiten heeft hij geen verklaringsplicht. Over eventueel financieel voordeel dat hij gehad heeft als gevolg van de dealfeiten is hij op grond van de overeenkomst wél verplicht te verklaren. De rechtbank constateert dat hij dat ook gedaan heeft en dat het enige financiële voordeel dat hij – naar eigen zeggen – heeft gehad € 5.000,- was voor zijn rol in de zaak Tennis. De keuze om ten aanzien van dit bedrag af te zien van een ontnemingsvordering past – gezien de hoogte van het bedrag, afgezet tegen de aard en de omvang van de verdenkingen waarvoor [medeverdachte 5] wel vervolgd wordt – binnen de ruime beoordelingsvrijheid die het Openbaar Ministerie toekomt. Van een beslissing die zo onbegrijpelijk is dat deze moet worden gezien als een ontoelaatbare, verkapte tegenprestatie voor het afleggen van zijn verklaringen is geen sprake.
Is de bepaling in artikel 4.2 van de overeenkomst een ongeoorloofde toezegging?
Artikel 4.2 van de kroongetuigenovereenkomst luidt als volgt:
‘Zover de officier van justitie van mening is dat sprake is van de onder 4.1 sub a genoemde omstandigheid, zal hij zulks aangeven bij de raadsman van de getuige alsmede de getuige zelf en de getuige in staat stellen om binnen een redelijke termijn alsnog de voorwaarde uit de overeenkomst na te komen.’
Dit artikel verwijst naar het in artikel 4.1 sub a van de overeenkomst geformuleerde recht van de officier van justitie om deze schriftelijk te ontbinden in het geval dat de getuige enige voorwaarde uit de overeenkomst niet, niet volledig of niet naar behoren nakomt. De stelling van de verdediging dat er een extra begunstiging zit in deze bepaling kan de rechtbank niet volgen.
De verplichtingen van [medeverdachte 5] zijn in de overeenkomst als volgt omschreven:
1.1
De getuige verplicht zich vanaf de datum van ondertekening van deze overeenkomst telkens overeenkomstig de hem door of vanwege het College van Procureurs-Generaal of de officier van justitie gegeven aanwijzingen onvoorwaardelijk zijn medewerking te verlenen aan het afleggen van (nadere) verklaringen tegenover leden van het Openbaar Ministerie of door of vanwege de officier van justitie aangewezen ambtenaren als bedoeld in artikel 141 Wetboek van Strafvordering. De verplichting tot het afleggen van deze (nadere) verklaringen heeft betrekking op de misdrijven die worden beschreven in de (kluis)verklaringen die als bijlage bij deze overeenkomst zijn gevoegd.
1.2
Een zelfde verplichting als onder 1.1 genoemd bestaat ten aanzien van het afleggen van getuigenverklaringen tegenover de rechter-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in enig arrondissement en/of de strafkamer van enige rechtbank en/of de raadsheer-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in enig ressort en/of de strafkamer van enig gerechtshof in het kader van de strafrechtelijke vervolging, waaronder begrepen het op naam en zonder vermomming afleggen van verklaringen in een openbare terechtzitting, tenzij het Openbaar Ministerie vermomming noodzakelijk acht.
1.3
De getuige zal bij gelegenheid van de hiervoor onder 1.1 en/of 1.2 genoemde verhoren niet weigeren te verklaren over zijn eigen (al dan niet strafrechtelijk relevante) betrokkenheid bij de feiten die worden genoemd in de (kluis)verklaringen zoals neergelegd in de bijgevoegde processen-verbaal. Hij zal zijn verklaringen zonder voorbehoud, volledig en naar waarheid afleggen. De getuige doet afstand van het hem als verdachte toekomende verschoningsrecht als bedoeld in artikel 219 Wetboek van Strafvordering. Met betrekking tot onderwerpen die niet worden genoemd in de (kluis)verklaringen geldt het verschoningsrecht van de getuige onverkort.
1.4
De getuige verklaart door ondertekening van deze overeenkomst dat de inhoud van zijn (kluis)verklaringen, zoals deze blijkt uit bijgevoegde processen-verbaal naar zijn beste weten volledig op waarheid berust.
1.5
De getuige zal vanaf het moment van ondertekening van deze overeenkomst, behoudens het onder 1.6 gestelde, op geen enkele wijze tegenover derden, met uitzondering van zijn raadsman, zijn partner en zijn naaste familie, melding maken van deze overeenkomst en de (inhoud van) de daarin bedoelde verklaringen.
1.6
De getuige zal rechtstreeks noch door middel van een derde, onder wie zijn raadslieden, anders dan tegenover de rechter-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in enig arrondissement en/of de raadsheer- commissaris in enig resort en/of in een (openbare) terechtzitting van de strafkamer van enige rechtbank of gerechtshof, dan wel ingevolge enige (andere) wettelijke verplichting, mededeling doen over de totstandkoming van deze overeenkomst en de wijze waarop aan deze overeenkomst uitvoering wordt gegeven. De getuige zal geen mededeling doen over (aspecten van) getuigenbescherming(smaatregelen).
Slechts bij de eerste drie verplichtingen – het onvoorwaardelijk zijn medewerking verlenen aan het afleggen van nadere verklaringen over de dealfeiten tegenover de recherche (1.1), tegenover rechters (1.2) en het bij die verhoren niet mogen weigeren te verklaren over zijn eigen betrokkenheid bij de dealfeiten en het zonder voorbehoud, volledig en naar waarheid verklaren (1.3) – is het niet, niet volledig of niet naar behoren nakomen herstelbaar. Bij niet-nakoming van de overige verplichtingen, waarbij met name de onder 1.4 opgenomen verplichting voor [medeverdachte 5] dat de inhoud van zijn (kluis)verklaringen naar zijn beste weten volledig op waarheid berust in het oog springt, is niet-nakoming onherstelbaar. Naar haar aard kan een bepaling als artikel 4.2 slechts betrekking hebben op herstelbaar niet nakomen. Echter, ook zonder deze bepaling vloeit uit de artikelen 6:265 jo. 6:82 van het Burgerlijk Wetboek (BW) voort dat bij dergelijk niet nakomen pas tot ontbinding van de overeenkomst kan worden overgegaan nadat de schuldenaar een redelijke termijn voor nakoming wordt gesteld en nakoming binnen die termijn uitblijft. Een dergelijke contractsbepaling voegt dus niets toe. De stelling van de verdediging dat artikel 4.2 een vrijbrief is om te liegen en daarmee een ongeoorloofde toezegging van het Openbaar Ministerie, is derhalve onjuist.
3.2.4.3 Samenvatting en conclusie
Uit het hiervoor besprokene volgt dat de kroongetuigenregeling niet onjuist is toegepast door het Openbaar Ministerie en dat er geen aanwijzingen zijn dat aan [medeverdachte 5] verboden toezeggingen zijn gedaan in ruil voor het afleggen van verklaringen. Daarbij geldt dat de overeenkomst met [medeverdachte 5] betrekking heeft op feiten als bedoeld in artikel 226g Sv en het Openbaar Ministerie het naar het oordeel van de rechtbank op goede gronden dringend noodzakelijk heeft geacht om tot een overeenkomst met [medeverdachte 5] te komen. Hij kon immers verklaren over een aantal voltooide en mislukte liquidaties waarvan de opsporing op een dood spoor was beland en zonder zijn verklaringen niet binnen afzienbare tijd tot resultaat had geleid. Zijn verklaringen behelsden bovendien de vermeende opdrachtgever en het middenkader, die tot op dat moment niet of nauwelijks in beeld waren bij justitie. Door de verklaringen van [medeverdachte 5] kon zicht worden verkregen op een nog actieve criminele organisatie (zie hoofdstuk 4.4 Zaaksdossier 140 Sr (criminele organisatie)) die (mede) als oogmerk had het plegen van moorden, die tot dan toe onder de radar was gebleven. Ook in onderling verband en samenhang bezien is er geen sprake van een overschrijding van de grenzen van proportionaliteit en subsidiariteit, zodat de verweren strekkende tot niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie of het uitsluiten van de verklaringen van [medeverdachte 5] van het bewijs op die grond niet slagen.
3.2.5
Betrouwbaarheid van de kroongetuige
3.2.5.1 Verweer van de verdediging
Kern van het verweer van de verdediging is de stelling dat uit de bewoordingen van de wet en de Aanwijzing voortvloeit dat niet alleen de verklaringen van de kroongetuige op betrouwbaarheid dienen te worden beoordeeld, maar ook de persoon van de kroongetuige.
Daarbij heeft de verdediging in de eerste plaats gewezen op getuigen die [medeverdachte 5] omschrijven als een (pathologische) leugenaar. Ook wijst de verdediging op de wijze waarop [medeverdachte 5] (volgens de verdediging) overkomt als hij door rechters verhoord wordt (snel pratend, op het eerste oog betrouwbaar, maar ijskoud en zonder spijt) en het beeld dat opstijgt uit zijn iPhone-berichten (een nare houding naar zijn familie inzake getuigenbescherming, een schaker, een manipulator, ijskoud, iemand die aangeeft een boef te blijven, iemand die zich diffamerend uitlaat over de medewerkers van het Team Getuigenbescherming (TGB) en die het onderste uit de kan wil). Het beeld dat volgens de verdediging blijft hangen is een kroongetuige die enkel oog heeft voor zijn eigen belang, die zich superieur voelt, meedogenloos (over de ruggen van derden) en manipulatief is, die volgens eigen zeggen altijd crimineel zal blijven en die bereid is tot leugens voor eigen bestwil. Daarnaast heeft de verdediging zich uitgeput in het fileren van de vele verklaringen van de kroongetuige en daarbij gewezen op vele inconsistenties, ongerijmdheden dan wel onwaarschijnlijkheden, speculaties en – in haar ogen – kennelijke leugens in deze verklaringen. De conclusie van de verdediging is dat de kroongetuige niet betrouwbaar is en dat zijn verklaringen op vele punten onwaar zijn en daarom niet voor het bewijs gebruikt kunnen worden.
3.2.5.2 Oordeel van de rechtbank
De rechtbank overweegt als volgt. [medeverdachte 5] heeft verklaard dat hij een crimineel is, en dat blijkt ook uit het dossier. Ook heeft hij tijdens het proces onder ede tegenover de rechtbank gelogen over de telefoons die hij in zijn cel heeft gehad en heeft hij lange tijd gewacht met het beantwoorden van bepaalde vragen, terwijl duidelijk was dat hij die vragen wel moest beantwoorden. [medeverdachte 5] heeft nadien telkens uitleg gegeven over zijn beweegredenen voor zijn handelen tijdens die verhoren. Wat hier ook allemaal van zij – voor de beoordeling door de rechtbank is het uiteindelijk niet relevant. Waar het om gaat is of de verklaringen die [medeverdachte 5] over de dealfeiten heeft afgelegd betrouwbaar zijn. Het is niet aan de rechtbank om een oordeel te geven over het karakter of de rechtschapenheid (of het gebrek daaraan) van de persoon [medeverdachte 5] . Kennisname door de rechtbank en de procespartijen van een (al dan niet bestaand) psychologisch rapport dat (in een ander kader dan het kader van zijn strafzaak) over [medeverdachte 5] zou zijn opgemaakt acht de rechtbank daarom niet relevant. [medeverdachte 5] is een criminele getuige. Dat gegeven en de omstandigheid dat hij zelf van (betrokkenheid bij) zeer ernstige strafbare feiten wordt verdacht en het Openbaar Ministerie met hem een verklaringsovereenkomst heeft gesloten in ruil voor strafvermindering, noopt bij gebruik van zijn verklaringen voor het bewijs uiteraard tot behoedzaamheid. De in artikel 360 lid 2 Sv geformuleerde opdracht van de wetgever aan de rechter om in dat geval daarvoor in het bijzonder reden te geven is ingegeven door het aan de figuur van de kroongetuige verbonden risico. Immers, de voordelen die de kroongetuige uit hoofde van de met hem gemaakte afspraken (kunnen) toevallen bergen het risico in zich dat die getuige kan menen er voordeel bij te hebben om in meer of mindere mate niet naar waarheid te verklaren.
Los van het bovenstaande geldt dat de rechter op grond van artikel 344a lid 4 Sv het bewijs dat de verdachte het ten laste gelegde feit heeft begaan, niet uitsluitend kan aannemen op grond van verklaringen van (kort gezegd) kroongetuigen. Die bepaling verzet zich er echter niet tegen dat de bewezenverklaring in beslissende mate wordt aangenomen op grond van de verklaring van een kroongetuige. [8] Het voorgaande betekent dus dat voor een zaak met een enkele kroongetuige de gewone regels van het bewijsminimum van artikel 342 lid 2 Sv gelden. Dit betekent dat een bewezenverklaring niet geheel gebaseerd mag worden op de verklaring van deze getuige. Het bewijsminimum van artikel 342 lid 2 Sv betreft echter de tenlastelegging in haar geheel en niet een onderdeel daarvan. Deze bepaling verbiedt de rechter om tot een bewezenverklaring te komen als de door één getuige verklaarde feiten en omstandigheden op zichzelf staan en onvoldoende steun vinden in ander bewijsmateriaal. [9]
De verklaringen van [medeverdachte 5] dienen dus kritisch bekeken te worden. Daarbij geldt voor de rechtbank dat de kluisverklaringen bij de beoordeling van de betrouwbaarheid een sleutelrol vervullen, nu van deze verklaringen met de meeste zekerheid aangenomen kan worden dat ze niet zijn beïnvloed door voortschrijdende kennis van het dossier en mediaberichten en andere invloeden die (gewild of ongewild) de authenticiteit van verklaringen kunnen beïnvloeden. [medeverdachte 5] heeft in de periode van januari tot en met mei 2017 in de kluisverklaringen zeer uitgebreid verklaard over de dealfeiten. In deze periode had hij geen toegang tot enig dossier en ook geen toegang tot openbare bronnen (los van de toegang tot Google Maps of Google Street View tijdens verhoren, om bijvoorbeeld een locatie aan te kunnen wijzen). Hij heeft dus enkel uit zijn geheugen kunnen putten. De rechtbank constateert dat [medeverdachte 5] in zijn kluisverklaringen buitengewoon gedetailleerd heeft verklaard over de zaken waar hij zelf bij betrokken zegt te zijn geweest (te weten Kreta, Tennis, Roos/Doorn en de criminele organisatie), zowel over zijn eigen rol als over de rollen van medeverdachten. Over de andere dealfeiten – waar hij niet zelf bij betrokken is geweest – heeft hij eveneens uitgebreid verklaard en daarbij ook steeds aangegeven wat zijn bronnen van wetenschap waren (doorgaans van horen zeggen, waarbij zijn bronnen veelal ‘de straat’, [verdachte] en [medeverdachte 11] waren).
[medeverdachte 5] wist dat zijn verklaringen in aanloop naar een mogelijke kroongetuigenovereenkomst zoveel mogelijk geverifieerd zouden worden en dat leugens over zijn eigen rol (door deze kleiner te maken) of de rollen van anderen (door hen onterecht te beschuldigen) een kroongetuigenovereenkomst in gevaar konden brengen. Wat hij niet wist, was dat de Ennetcom-server en een deel van de PGP-safe-server gekopieerd zouden worden en dat in de periode na het afleggen van de kluisverklaringen een zeer grote hoeveelheid PGP-berichten rondom de dealfeiten boven tafel zou komen en dat deze PGP-berichten ook bij de verificatie van zijn verklaringen konden worden betrokken. De rechtbank constateert dat juist deze PGP-berichten de verklaringen van [medeverdachte 5] op veel punten (vaak tot in de details) ondersteunen. Daarnaast stelt de rechtbank vast dat [medeverdachte 5] tijdens de vele verhoren – bij de recherche, bij de rechter-commissaris en op zitting – consistent is blijven verklaren over de dealfeiten, zijn eigen rol en de rollen van anderen. De conclusie van de verdediging van [verdachte] dat [medeverdachte 5] een groot aantal evidente onwaarheden heeft verklaard onderschrijft de rechtbank derhalve niet. De rechtbank constateert dat deze beweerdelijke evidente onwaarheden voor zover het de dealfeiten betreft telkens (onderdelen van) verklaringen van [medeverdachte 5] betreffen die geen of weinig ondersteuning vinden in andere bewijsmiddelen. Dat maakt het echter geen onwaarheden. De omstandigheid dat een (deel van een) verklaring niet of niet geheel geverifieerd kan worden, maakt niet dat deze gefalsificeerd (en dus onwaar) is. Het kan uiteraard wel met zich brengen dat de bewijskracht van (dat deel van) die verklaring minder groot is.
De rechtbank beschouwt [medeverdachte 5] gezien het voorgaande als een betrouwbaar verklarende getuige, waar het gaat over strafbare feiten die aan hem en zijn medeverdachten in de zaak Marengo ten laste zijn gelegd. Uiteraard moet de rechtbank bij de beoordeling van de zaaksdossiers steeds onderzoeken of de voor het bewijs relevante onderdelen van de verklaringen van [medeverdachte 5] de betrouwbaarheidstoets kunnen doorstaan. Per zaaksdossier zal, voor zover de kroongetuige daarover voor de verdachten belastend heeft verklaard, nader worden ingegaan op de betrouwbaarheid van de verklaringen van [medeverdachte 5] .
3.2.6
Prejudiciële vragen Hof van Justitie EU?
De rechtbank begrijpt uit de dupliek van de verdediging van [medeverdachte 4] dat voorwaardelijk is verzocht om prejudiciële vragen te stellen aan het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna: Hof van Justitie EU) over – samengevat – de vraag of de beperkingen voor de verdediging om de financiële afspraken met de kroongetuige te kunnen controleren, onder meer tijdens de ondervraging van de kroongetuige, zich nog verdragen met een doeltreffend proces.
De rechtbank komt, gelet op de voorgaande beslissing, toe aan de beoordeling van dit verzoek. De rechtbank ziet in hetgeen de verdediging heeft aangevoerd geen grond voor het stellen van prejudiciële vragen. De rechtbank acht zich voldoende voorgelicht en wijst het verzoek daarom af.
3.3
PGP-bewijs
3.3.1
Inleiding
De verdediging heeft verweren gevoerd met betrekking tot de rechtmatigheid van de verkrijging en verwerking van PGP-berichten afkomstig uit de Ennetcom-data en de PGP-safe-data. De rechtbank zal hieronder eerst de feitelijke gang van zaken beschrijven en vervolgens de gevoerde verweren bespreken.
3.3.1.1 Algemene uitgangspunten
Uitgangspunt in ons recht is dat het privéleven en privé-gegevens een hoge mate van bescherming genieten. Dat geldt zowel in het Unierecht, waar dit is vastgelegd in de artikelen 7 en 8 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie (hierna: Handvest), als in het EVRM, waar het recht op privacy is vastgelegd in artikel 8, als ook in onze nationale wetten. De Nederlandse rechter toetst niet aan de grondwet, maar ook daarin zijn onder andere het recht op eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer (artikel 10) en het briefgeheim (artikel 13) vastgelegd.
Deze rechten geven echter geen onbeperkte bescherming. Inperking is mogelijk, maar moet bij wet zijn voorzien en noodzakelijk, evenredig en proportioneel zijn. Dit is bepaald in artikel 52 Handvest en in artikel 8 lid 2 EVRM. Daarbij geldt dat hoe zwaarder de verdenking is (zeer ernstige misdrijven, georganiseerd verband), hoe groter de inbreuk in principe mag zijn.
3.3.1.2 Toetsingskader
Het feit dat de Ennetcom- en PGP-safe-data niet in het onderzoek Marengo zijn vergaard maar in andere onderzoeken (De Vink en Sassenheim), staat niet (zie hoofdstuk 3.1 Algemeen kader vormverzuimen) aan een toetsing van de verkrijging en verwerking in de weg. Toetsing kan aan de orde komen bij een onrechtmatige handeling jegens de verdachte begaan in een
andervoorbereidend onderzoek indien het vormverzuim van bepalende invloed is geweest op het verloop van het opsporingsonderzoek naar en/of verdere vervolging van de verdachte ter zake van het ten laste gelegde feit.
andervoorbereidend onderzoek indien het vormverzuim van bepalende invloed is geweest op het verloop van het opsporingsonderzoek naar en/of verdere vervolging van de verdachte ter zake van het ten laste gelegde feit.
De rechtbank constateert dat de Ennetcom- en PGP-safe-berichten – overigens ook volgens het Openbaar Ministerie zelf – in het onderzoek Marengo een prominente rol spelen in de bewijsconstructie. De rechtbank is daarom van oordeel dat eventuele vormverzuimen bij de verkrijging en de verwerking van de PGP-data binnen de onderzoeken De Vink en Sassenheim van bepalende invloed zijn geweest bij het opsporingsonderzoek en de vervolging van de verdachten binnen Marengo. Dit betekent niet dat de rechtbank de onderzoeken De Vink en Sassenheim ziet als voorbereidend onderzoek naar de verdachten in het onderzoek Marengo. Het betekent uitsluitend dat zij reden ziet de rechtmatigheid van de verkrijging en verwerking van de Ennetcom- en PGP-safe-data te toetsen, naar aanleiding van de door verdediging op dit punt gevoerde verweren.
3.3.2
Feitelijke gang van zaken
3.3.2.1 Ennetcom-data (onderzoek De Vink)
In het dossier bevindt zich een groot aantal e-mailberichten afkomstig van in Canada bij het Nederlandse bedrijf Ennetcom veiliggestelde data. Ennetcom leverde diensten op het gebied van versleutelde communicatie. Met BlackBerry-telefoons voorzien van specifieke software konden via een PGP (
pretty good privacy)-protocol met daaraan gekoppelde e-mailadressen versleutelde tekstberichten en notities worden verzonden. De gebruikers van de telefoons en e-mailadressen konden op die manier anoniem communiceren. De encryptiesleutels waren opgeslagen op de BlackBerry Enterprise-Servers (hierna: BES-servers) van Ennetcom. Deze servers bevonden zich in Toronto, Canada.
pretty good privacy)-protocol met daaraan gekoppelde e-mailadressen versleutelde tekstberichten en notities worden verzonden. De gebruikers van de telefoons en e-mailadressen konden op die manier anoniem communiceren. De encryptiesleutels waren opgeslagen op de BlackBerry Enterprise-Servers (hierna: BES-servers) van Ennetcom. Deze servers bevonden zich in Toronto, Canada.
Na een rechtshulpverzoek van Nederland aan de Canadese autoriteiten zijn op 19 april 2016 de gegevens op de servers die door Ennetcom werden gebruikt veiliggesteld. Het rechtshulpverzoek zag op vier destijds lopende strafrechtelijke onderzoeken (Koper, Rooibos, Rendlia en De Vink). [10] Het onderzoek Marengo maakte hier dus geen deel van uit.
Op 13 september 2016 besliste het Superior Court of Justice in Canada dat de bij Ennetcom veilig gestelde data (hierna: de Ennetcom-data) aan Nederland mochten worden verstrekt. De Canadese rechter verbond hieraan de voorwaarden dat de Ennetcom-data alleen mogen worden gebruikt voor onderzoek en vervolging van strafbare feiten als deelneming aan een criminele organisatie, moord, doodslag, witwassen, brand/ontploffing, alsmede pogingen en voorbereidingshandelingen daartoe, die direct verband hielden met de eerder genoemde onderzoeken Koper, Rooibos, Rendlia en De Vink, tenzij hiervoor van tevoren een gerechtelijke machtiging door het Koninkrijk der Nederlanden was afgegeven. [11]
Op 12 januari 2018 hebben de zaaksofficieren van justitie van de onderzoeken Tandem I en II een machtiging gevraagd aan de rechter-commissaris om Ennetcom-gegevens uit Tandem I en II te verstrekken aan en te laten gebruiken door het onderzoeksteam Marengo. [12] In de toelichting op die vordering staat onder andere dat in de datasets in de zaken Tandem I en II gegevens zijn aangetroffen die voor de onderzoeken Tandem I en II niet van betekenis zijn, maar wel voor het onderzoek Marengo en dat tot de verdachten in dat onderzoek [medeverdachte 4] , [medeverdachte 5] , [betrokkene 9] , [betrokkene 10] , [verdachte] en [medeverdachte 11] behoren. Bij beslissing van 23 februari 2018 [13] heeft de rechter-commissaris het Openbaar Ministerie gemachtigd om de verzochte gegevens beschikbaar te stellen aan het onderzoeksteam Marengo. De informatie heeft geleid tot zestien e-mailadressen die te linken zouden zijn aan [medeverdachte 4] en/of zijn familieleden en aan een aantal liquidaties dan wel pogingen daartoe in de periode 2016/2017 (in het bijzonder de moord op [slachtoffer 4] (hierna: [slachtoffer 4] ) op 17 april 2016, de voorbereiding van moord op [betrokkene 5] (hierna: [betrokkene 5] ), de moord op [slachtoffer 6] op 8 december 2016, de moord op [slachtoffer 2] op 12 januari 2017, de moord op [slachtoffer 1] op 22 juni 2016, de moord op [slachtoffer 3] (hierna: [slachtoffer 3] ) op 9 september 2015 en de poging tot moord op [betrokkene 6] op 11 oktober 2016). [14]
Toen het onderzoeksteam Marengo toegang wilde tot de Ennetcom-data heeft het Openbaar Ministerie aan de rechter-commissaris daartoe op 7 maart 2018, aangevuld op 21 maart 2018, om toestemming verzocht. [15] Voor de inhoudelijke toetsing van deze vordering heeft de rechter-commissaris in lijn met eerdere beslissingen op vergelijkbare vorderingen aansluiting gezocht bij artikel 126ng Sv.
De rechter-commissaris heeft op 22 maart 2018 [16] geoordeeld dat in het onderzoek Marengo aan deze voorwaarden is voldaan en bepaald dat onderzoek wordt verricht aan en in de gegevens die zich op de servers van Ennetcom bevonden, dat dit onderzoek op de voet van het bepaalde in artikel 177 Sv via de officier van justitie wordt opgedragen aan het onderzoeksteam Marengo. De rechter-commissaris heeft verder bepaald dat dit onderzoek is beperkt tot de 26 e-mailadressen en de mogelijk vastgelegde contacten daarvan, zoals opgesomd in de vordering van de officier van justitie van 21 maart 2018 en voorts dat dit onderzoek wordt verricht aan de hand van het bij de vordering van 21 maart 2018 gevoegde plan van aanpak, waarbij door het Nederlands Forensisch Instituut (hierna: NFI) een dataset wordt samengesteld uit de Ennetcom-data. In de beslissing wordt bepaald dat alleen de gegevens in die dataset mogen worden onderzocht en dat voor zover relevante gegevens worden aangetroffen, deze bevindingen aan de processtukken in het onderzoek Marengo worden toegevoegd. Op aanvullende vorderingen van het Openbaar Ministerie heeft de rechter-commissaris overeenkomstig beslist op 25 april 2018 [17] en 10 september 2019 [18] . In het onderzoek De Vink heeft een controle op de aanwezigheid van mogelijke geheimhouders plaatsgevonden in de verkregen data van de servers van Ennetcom. [19]
3.3.2.2 PGP-safe-data (onderzoek Sassenheim)
In het dossier bevindt zich ook een groot aantal berichten die afkomstig zijn uit van in Costa Rica bij het bedrijf Rack Lodge S.A. veiliggestelde data. Het veiligstellen van die data heeft plaatsgevonden in het onderzoek Sassenheim. Dit onderzoek zag, kort gezegd, op de faciliterende rol van de aanbieders van PGP-safe. Deze aanbieders werden verdacht van betrokkenheid bij de verkoop van producten en diensten op het gebied van versleutelde communicatie (PGP encrypted BlackBerry’s) aan criminelen. Om onderzoek naar de data van PGP-safe te kunnen doen is op 4 april 2017 (aangevuld op 24 april 2017) een rechtshulpverzoek aan de autoriteiten in Costa Rica verzonden met onder andere het verzoek onderzoekshandelingen te verrichten aan de infrastructuur, waaronder data aanwezig op de (BES-)server(s), van de leverancier van PGP-diensten en -producten. [20]
Op 9, 10 en 11 mei 2017 is in Costa Rica uitvoering gegeven aan dit rechtshulpverzoek, waarbij onder andere data zijn veiliggesteld die werden aangetroffen op de (BES-)server(s) van PGP-safe. De BES-infrastructuur bevond zich in twee serverkasten waarvan er één sinds 2012 en één sinds 2016 aan PGP-safe was verhuurd. Het onderzoek is beperkt tot de serverkast die was verhuurd sinds 2012. Toen de Costa Ricaanse autoriteiten de doorzoeking beëindigden waren nog niet alle bestanden gekopieerd. De in Costa Rica aangetroffen data en overige goederen zijn vervolgens overgedragen aan het onderzoeksteam Sassenheim. [21] De voorwaarde van een rechterlijke toets voor gebruik van de PGP-safe-data in andere onderzoeken, zoals in de beslissing van de Canadese rechter bij de Ennetcom-data, is door de Costa Ricaanse rechter niet gesteld voor de Sassenheim-data.
In het proces-verbaal onderzoeksbevindingen van 21 december 2017 staat dat in het onderzoek Sassenheim met betrekking tot het PGP-adres ezfk116w@pgpsafe.net relevante berichten zijn aangetroffen met betrekking tot de moord op [slachtoffer 2] op 12 januari 2017 en de poging moord op [betrokkene 4] op 14 januari 2017, waarvan de zaaksofficier van justitie in Sassenheim toestemming heeft gegeven deze te delen. [22] Uit het proces-verbaal van 24 januari 2018 blijkt dat vervolgens door de zaaksofficier van justitie van het onderzoek Sassenheim ook toestemming is gegeven om de zogenoemde metadata van genoemd PGP-adres te delen met het onderzoek Marengo. [23] Vanuit het onderzoek Sassenheim is op 12 februari 2018 aan het onderzoek Marengo een aantal e-mailadressen verstrekt. [24] Op 13 maart 2018 heeft het onderzoeksteam Marengo vanuit het onderzoek Sassenheim e-mailberichten ontvangen van 44 e-mailadressen. Het betrof hier de eerste kring van contacten van de op 12 februari 2018 aan het onderzoek Marengo verstrekte e-mailadressen. Later zijn daar nog e-mailadressen aan toegevoegd. [25] In het onderzoek Sassenheim heeft ook een controle op de aanwezigheid van mogelijke geheimhouders plaatsgevonden in de verkregen data van de servers van PGP-safe. [26]
3.3.2.3 Hansken/Marengo-dataset
Het NFI heeft een zoekmachine, genaamd Hansken, ontwikkeld om grote hoeveelheden data te onderzoeken. Bij het onderzoek aan de Ennetcom-data is gebruik gemaakt van Hansken. De Ennetcom-data zijn in de periode van 13 oktober 2016 tot 12 juli 2017 in Hansken ingevoerd. [27] Op 29 maart 2018 is binnen Hansken een subset gemaakt onder de projectnaam Canadata_26Marengo_PC, die na een nieuwe versie van Hansken is uitgebreid in april 2019. [28]
Ook bij het onderzoek aan de Sassenheim-data is gebruik gemaakt van Hansken. Uit dit onderzoek zijn data verstrekt aan het onderzoek Marengo. Daartoe is op 4 januari 2018 binnen Hansken een zogenoemde subset gemaakt onder de projectnaam Sassenheim_Marengo_PC. Die subset is laatstelijk uitgebreid op 27 augustus 2018. [29]
Aldus is op basis van de (aangevulde) plannen van aanpak met behulp van Hansken gezocht in de Ennetcom-data en is op basis daarvan het Ennetcom-gedeelte van de Marengo-dataset samengesteld. Daarnaast is Sassenheim-data binnen Hansken in een subset ter beschikking gesteld aan Marengo. Tezamen vormen deze sets de Marengo-dataset (hierna: de Marengo-dataset).
3.3.2.4 Controle geheimhouders Marengo-dataset
Op 30 januari 2020 heeft de rechercheofficier van justitie van het Landelijk Parket, die sinds 1 januari 2020 optrad als geheimhoudersofficier van justitie met betrekking tot de Marengo-dataset, het deel van de Marengo-dataset afkomstig van Ennetcom gecontroleerd op de aanwezigheid van mogelijke geheimhouderscommunicatie. Daarbij zijn 77 dataregels voorlopig als geheimhoudersbericht aangemerkt. Op 17 februari 2020 heeft deze geheimhoudersofficier van justitie het deel van de Marengo-dataset afkomstig van PGP-safe gecontroleerd op geheimhouderscommunicatie. Daarbij zijn geen geheimhoudersberichten aangetroffen. Op 26 juni 2020 heeft de geheimhoudersofficier van justitie nader onderzoek gedaan aan de genoemde 77 geïdentificeerde dataregels op basis waarvan ten aanzien van een zestal dataregels is geconcludeerd dat hier geen sprake was van een geheimhoudersbericht. Er zijn 71 dataregels definitief als geheimhoudersbericht aangemerkt.
Op 22 september 2020 heeft de geheimhoudersofficier van justitie opdracht gegeven deze 71 dataregels in de De Vink-dataset en de Marengo-dataset definitief ontoegankelijk te maken. Deze opdracht is op 13 oktober 2020 uitgevoerd. De 71 dataregels zijn blijkens het proces-verbaal 36 unieke berichten. [30]
3.3.3
Gevoerde verweren
3.3.3.1 Verwerving
Er is met betrekking tot de verwerving van de PGP-data in de onderzoeken De Vink en Sassenheim – samengevat – het volgende aangevoerd. De verdediging heeft sterke aanwijzingen dat het hoofddoel van de rechtshulpverzoeken was om de inhoud van alle berichten te verkrijgen. Er is gehandeld in strijd met fundamentele rechtsbeginselen zoals het verbod op détournement de pouvoir, het proportionaliteitsbeginsel, zorgvuldige verslaglegging en de belangen van geheimhouders. Het Openbaar Ministerie heeft ten onrechte artikel 125i Sv aan de rechtshulpverzoeken – en daarmee aan de verkrijging van de PGP-data – ten grondslag gelegd. Artikel 125la Sv, met daarbij een machtiging van de rechter-commissaris, had als basis moeten dienen en bij de uitvoering is niet voldaan aan de beperkende voorwaarden van 125la Sv, gericht op het voorkomen van kennisname van ongerichte bulkdata in het strafrecht. Kennisname van vertrouwelijke communicatie is een doorkruising van grondrechten die gestoeld moet zijn op een bij wet voorzienbare procedure die waarborgt dat de inmenging gericht is en een bepaald karakter heeft met een voorafgaande onafhankelijke rechterlijke toetsing. Daarmee geldt dat bij de verkrijging van de data zonder rechterlijke toetsing vooraf is gehandeld in strijd met het Unierecht en niet aan de materiële eisen uit de Europese jurisprudentie is voldaan. Op basis van deze jurisprudentie is verkrijging van algemene en ongedifferentieerde toegang tot communicatie van tienduizenden Ennetcom- en PGP-safe gebruikers over een min of meer ongelimiteerde tijdsspanne nimmer gerechtvaardigd. De stellingen dat niet geconcludeerd kan worden dat het Openbaar Ministerie zich niet aan de beperkende voorwaarden van artikel 125la Sv heeft gehouden en dat witwassen een ruime grondslag biedt om te achterhalen of de PGP-telefoons voor criminele doeleinden werden ingezet, zijn niet houdbaar. Daarnaast zijn de Canadese en Costa Ricaanse autoriteiten misleid over de aan de rechtshulpverzoeken ten grondslag liggende bevoegdheid en op grond van het vertrouwensbeginsel hebben zij geen effectieve rechterlijke controle kunnen uitoefenen. Ook is de verdenking in het rechtshulpverzoek aan Costa Rica ten onrechte verzwaard met terrorisme. Bovendien is het niet aannemelijk dat de Canadese en Costa Ricaanse rechter zoveel willekeurige berichten van willekeurige PGP-gebruikers hebben willen verstrekken, aldus de verdediging.
3.3.3.2 Verwerking
Met betrekking tot de verwerking van de PGP-data heeft de verdediging daarnaast het volgende – samengevat – aangevoerd. Het betreft bulkdata die ongericht en zonder aanzien des persoons is verzameld, en die volledig is doorzocht en is verspreid over andere strafzaken. Gegevens mogen op grond van het Unierecht alleen door de politie worden verwerkt als zij rechtmatig zijn verkregen en er sprake is van doelbinding en minimale gegevensverwerking. Regels omtrent verwerking moeten duidelijk en nauwkeurig zijn en voorspelbaar voor degenen op wie deze van toepassing zijn. Daarvan is geen sprake. In de onderzoeken De Vink en Sassenheim zijn de berichten zo ruim mogelijk ontsleuteld, terwijl de communicatie in die onderzoeken kennelijk van ondergeschikt belang was. Dit is een verregaande niet-proportionele inbreuk op de privacy van de gebruikers en artikel 94 Sv vormt daarvoor geen toereikende wettelijke grondslag. Er is vervolgens een systeem opgetuigd waarbij het Openbaar Ministerie beschikt over ongedifferentieerde privacygevoelige informatie en deze met een machtiging van de rechter-commissaris doorverstrekt aan andere onderzoeken zoals Marengo en deze verwerking is in strijd met het Unierecht en het EVRM. Ten aanzien van de PGP-safe-data heeft bij de doorverstrekking geen enkele rechterlijke controle plaatsgevonden en de procedure via de rechter-commissaris die voor de Ennetcom-data is verzonnen is geen effectief rechterlijk toezicht aan de hand van voorziene en duidelijke regels. De verkrijging in Marengo kent als tussenschakel de verkrijging in Tandem II en bij de verkrijging in die zaak hebben eveneens ernstige verzuimen plaatsgevonden.
Voor wat betreft de verwerking heeft de verdediging verweren gevoerd die ingaan op de tactische en technische verwerking van het bronmateriaal via Hansken. Bovendien zijn volgens de verdediging bij de verkrijging en verwerking van de PGP-data geheimhoudersbelangen geschonden.
3.3.4
Oordeel van de rechtbank
3.3.4.1 Toepasselijkheid Unierecht bij de verwerving
De stelling van de verdediging dat de wijze waarop de Nederlandse opsporingsdiensten aan de Ennetcom- en PGP-safe-data zijn gekomen strijdig is met het Unierecht in het licht van Richtlijn 2002/58/EG betreffende de verwerking van persoonsgegevens en de bescherming van de persoonlijke levenssfeer in de sector elektronische communicatie (richtlijn betreffende privacy en elektronische communicatie, hierna: Richtlijn 2002/58/EG) en de rechtspraak van het Hof van Justitie EU die daarop betrekking heeft, is onjuist. Deze kwestie is voor wat betreft de Ennetcom-data al aan de orde gekomen in het arrest van de Hoge Raad van 28 juni 2022. [31] Ook in het arrest van 13 juni 2023 waarin de Hoge Raad prejudiciële vragen van de rechtbanken Noord-Nederland en Overijssel beantwoordt, wordt hier aandacht aan besteed. [32] Genoemde richtlijn is alleen van toepassing op de verwerking van persoonsgegevens in verband met de levering van openbare elektronische-communicatiediensten over openbare communicatienetwerken in de Gemeenschap, met inbegrip van openbare communicatienetwerken die systemen voor gegevensverzameling en identificatie ondersteunen (artikel 3 Richtlijn 2002/58/EG). In de onderzoeken De Vink en Sassenheim zijn geen onderzoeksresultaten verkregen op grond van aan Ennetcom en PGP-safe opgelegde verwerkingsverplichtingen. Het gaat in die zaken om de uitoefening door strafvorderlijke autoriteiten van bevoegdheden waarmee het veiliggestelde berichtenverkeer is verkregen. Bovendien geldt dat Ennetcom en PGP-safe een versleutelde berichtendienst aanboden, waarbij de gebruikers van die diensten in beginsel geen persoonsgegevens kenbaar hoefden te maken en waarbij men alleen met elkaar kon communiceren als men beschikte over een PGP-e-mailadres. Bij de PGP-telefoons die werkten op basis van de zogenoemde S/MIME encryptiestandaard van Ennetcom komt daar nog bij dat sprake was van een gesloten circuit, alleen PGP-telefoons die op basis van deze standaard werkten konden met elkaar communiceren. [33] Er was dan ook geen sprake van verwerking van persoonsgegevens door Ennetcom en PGP-safe. Om die redenen is Richtlijn 2002/58/EG hier niet van belang. Evenmin is er bij de beheerders van de servers sprake van een verwerkingshandeling die valt onder EU-verordening 2016/679 of diens voorganger Richtlijn 95/46/EG.
3.3.4.2 Grondslag van de verkrijging van de data
Uitgangspunt voor de rechtbank is dat de doorzoekingen in serverruimtes in respectievelijk Canada en Costa Rica hebben te gelden als doorzoekingen bij Ennetcom en PGP-safe. Het kopiëren van een server in het kader van een doorzoeking is – anders dan de verdediging stelt – niet gelijk te stellen met bulkinterceptie. Het gaat immers niet om het onderscheppen van communicatie. De door het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (hierna: EHRM) vastgestelde kaders voor bulkinterceptie [34] zijn daarom niet zonder meer toepasbaar op de doorzoekingen bij Ennetcom en PGP-safe. De stelling van de verdediging dat het hoofddoel van deze doorzoekingen was om de inhoud van alle berichten die op de servers aanwezig waren te verkrijgen – en dat er daarmee sprake is van overtreding van het verbod op détournement de pouvoir – heeft zij niet met concrete feiten en omstandigheden onderbouwd en kan de rechtbank ook niet afleiden uit het strafdossier. Dit verweer wordt daarom verworpen. Dit geldt ook voor het verweer dat de in de rechtshulpverzoeken verzochte doorzoekingen in strijd waren met het beginsel van proportionaliteit: ook daarvoor bestaan onvoldoende aanwijzingen.
Bij de beoordeling van de vraag of het Openbaar Ministerie de rechtshulpverzoeken waarin om deze doorzoekingen werd gevraagd (mede) had moeten baseren op artikel 125la Sv dient als eerste de vraag beantwoord te worden of aanbieders van diensten als Ennetcom en PGP-safe beschouwd moeten worden als “aanbieder van een openbaar telecommunicatienetwerk of een openbare telecommunicatiedienst” als bedoeld in dat artikel. De rechtbank beantwoordt die vraag bevestigend. De rechtbank Rotterdam bespreekt in haar vonnissen van 21 september 2021 tegen Ennetcom en haar middellijk bestuurder uitgebreid de wetsgeschiedenis dienaangaande. [35] Kern is dat er aan de hand van die wetsgeschiedenis alle reden is om aan te nemen dat het begrip “aanbieder van een openbaar telecommunicatienetwerk of een openbare telecommunicatiedienst” in artikel 125la Sv verouderd is, omdat het verwijst naar de oude aanduiding van voor de Wet Computercriminaliteit II. Blijkens de Memorie van Toelichting bij het nog in te voeren artikel 2.7.42 van het nieuwe Wetboek van Strafvordering (hierna: Sv (nieuw)), gaat ook de wetgever ervan uit dat destijds over het hoofd is gezien om artikel 125la Sv aan de nieuwe omschrijving aan te passen. [36] De rechtbank houdt het er daarom voor dat het begrip “aanbieder van een openbaar telecommunicatienetwerk of een openbare telecommunicatiedienst” in artikel 125la Sv dient te worden uitgelegd aan de hand van het begrip “aanbieder van een communicatiedienst” zoals thans verwoord in artikel 138g Sv. Een andere uitleg zou een merkwaardige, onbedoelde en met artikel 8 EVRM strijdige lacune doen ontstaan voor wat betreft de vertrouwelijkheid van elektronisch berichtenverkeer, waar gebruikers van dergelijk berichtenverkeer – destijds nog analoog aan het briefgeheim – in beginsel van uit mochten gaan. Inmiddels is de tekst van artikel 13 Grondwet, waarin de grondwettelijke bescherming van het briefgeheim is verwoord, overigens zodanig aangepast dat deze ook ziet op elektronische communicatie. Het briefgeheim wordt daarom nu brief- en telecommunicatiegeheim genoemd. [37]
Het bovenstaande betekent echter niet dat daarmee artikel 125i Sv geheel uit beeld verdwijnt. Juist in het bijzondere geval dat de aanbieder van een communicatiedienst tevens verdachte is – zoals het geval is bij Ennetcom en PGP-safe – kunnen de opsporingsdiensten in het kader van een doorzoeking gegevens die in een bij die verdachte aanwezige gegevensdrager zijn opgeslagen, vastleggen op de voet van artikel 125i Sv. Artikel 125la Sv komt als lex specialis van artikel 125i Sv in beginsel pas in beeld als er communicatie tussen derden op deze gegevensdrager wordt aangetroffen en de officier van justitie daar kennis van wil nemen. Uit het rechtshulpverzoek inzake Ennetcom komt naar voren dat de politie ter voorbereiding van het rechtshulpverzoek in een testomgeving de BES-infrastructuur heeft nagebouwd. Op basis daarvan verwachtten de opsporingsdiensten dat er mede versleutelde communicatie tussen gebruikers van de dienst op de server zou staan en dat deze wellicht ook te ontsleutelen was. Daarnaast blijkt dat het zoveel mogelijk kennisnemen van die communicatie, in het licht van de witwasverdenking en de daaraan gekoppelde premisse dat de gebruikers overwegend criminelen waren die met elkaar communiceerden over criminele zaken, een doel was van de hele operatie. Ook uit het rechtshulpverzoek inzake PGP-safe blijkt dat de opsporingsdiensten, op basis van de ervaringen die dan al zijn opgedaan met Ennetcom, verwachtten PGP-communicatie tussen gebruikers van de dienst aan te treffen en te kunnen ontsleutelen. De stelling van de verdediging dat het hoofddoel van de rechtshulpverzoeken was om de hand te leggen op alle communicatie is niet onderbouwd en acht de rechtbank, zoals hiervoor al is geoordeeld, ook niet aannemelijk. Het gegeven dat wel verwacht kon worden inhoudelijke communicatie aan te treffen maakt echter dat het Openbaar Ministerie naar het oordeel van de rechtbank artikel 125la Sv mede aan de beide rechtshulpverzoeken ten grondslag had moeten leggen en dat deze dus vergezeld hadden moeten gaan van een machtiging van de rechter-commissaris.
Het ontbreken van de voorafgaande machtiging door de rechter-commissaris levert een onherstelbaar vormverzuim op. Dit vormverzuim heeft zich weliswaar niet in het voorbereidend onderzoek jegens de verdachten in Marengo voorgedaan, maar zoals hiervoor overwogen zal wel moeten worden beoordeeld of dit vormverzuim tot consequenties moet leiden in deze strafzaak. Bij die beoordeling houdt de rechtbank rekening met het belang dat het voorschrift dient, de ernst van het verzuim en het nadeel dat daardoor wordt veroorzaakt.
De rechtbank acht niet aannemelijk dat het Openbaar Ministerie artikel 125la Sv bewust buiten toepassing heeft gelaten met als doel om (eventuele restricties van) een rechterlijke machtiging te omzeilen. Evenmin is gebleken dat het Openbaar Ministerie de Canadese en Costa Ricaanse rechter op dit punt doelbewust heeft misleid. De verdediging stelt dat de mededeling in het rechtshulpverzoek dat uit het centrale bedrijfsprocessen systeem naar voren komt dat PGP-safe toestellen voorkomen in onderzoeken met betrekking tot (onder meer) terrorisme als een verzwaring van de verdenking moet worden beschouwd en diende om de Costa Ricaanse autoriteiten te misleiden, maar die stelling kan de rechtbank niet volgen. Deze passage leest de rechtbank als een illustratie van het soort feiten dat met behulp van encrypte communicatie wordt voorbereid en gepleegd.
De rechtbank gaat ervan uit dat, als de officier van justitie in Nederland om een machtiging had verzocht, de rechter-commissaris deze had afgegeven, gezien de ernst van de verdenkingen en hetgeen bekend was over Ennetcom en PGP-safe, namelijk dat de diensten van deze aanbieders (bij uitstek) werden gebruikt om communicatie over ernstige strafbare feiten geheim te kunnen houden, zoals ook uitvoerig uiteen is gezet in de rechtshulpverzoeken. Het belang dat het geschonden voorschrift dient, te weten rechterlijk toezicht op het verkrijgen van gevoelige gegevens, is groot, maar nakoming van het voorschrift zou in dit geval voor deze zaak geen andere uitkomst hebben gehad. Kennisname van de communicatie van de gebruikers van de diensten van verdachten was immers van evident belang in het licht van de tegen hen – Ennetcom en PGP-safe – bestaande verdenking. De omstandigheid dat bij het kopiëren van de servers een – gezien het retentiebeleid van Ennetcom en PGP-safe – onverwacht grote hoeveelheid versleutelde berichten van gebruikers zijn vastgelegd, maakt dit niet anders.
Het nadeel dat door het vormverzuim zou zijn geleden, kan volgens vaste jurisprudentie niet gelegen zijn in de ontdekking van een strafbaar feit. In het onderhavige geval kan hoogstens in algemene zin worden gezegd dat bij het kopiëren van een dergelijke grote hoeveelheid versleutelde communicatie altijd in enige mate sprake is van privacyschending. De verdachten in Marengo betwisten overigens voor het overgrote deel dat zij degenen zijn die aan de veiliggestelde en overgedragen communicatie hebben deelgenomen. De rechtbank concludeert dat met constatering van het vormverzuim kan worden volstaan.
3.3.4.3 Verwerking van de PGP-data in de onderzoeken Ennetcom en PGP-safe
De opsporingsdiensten hebben gelet op het voorgaande de datasets met een zeer grote hoeveelheid vertrouwelijke communicatie rechtmatig verkregen door de servers van Ennetcom en PGP-safe te kopiëren. Een wettelijke regeling voor de toegang tot en het beheer van dergelijke datasets kent het Nederlandse strafvorderlijke stelsel nog niet. De datasets zijn immers niet in het beheer van de opsporingsdiensten gekomen door de inbeslagname van een gegevensdrager of door vordering van deze gegevens overeenkomstig artikel 126ng Sv. In de Smartphone-arresten van de Hoge Raad van 4 april 2017 is bepaald dat een opsporingsambtenaar een onderzoek aan deze gegevensdrager kan verrichten indien de met dat onderzoek samenhangende inbreuk op de persoonlijke levenssfeer als beperkt kan worden beschouwd. Indien bij het onderzoek sprake is van een meer dan beperkte inbreuk op de persoonlijke levenssfeer van de betrokkene is onderzoek door de officier van justitie of zelfs de rechter-commissaris aangewezen. Daarbij valt – in het licht van artikel 8 EVRM – aan onderzoek door de rechter-commissaris in het bijzonder te denken in gevallen waarin op voorhand is te voorzien dat de inbreuk op de persoonlijke levenssfeer zeer ingrijpend zal zijn, aldus de Hoge Raad. [38]
Uitgangspunt in deze arresten is het algemene kader voor inbeslagneming van voorwerpen en de daaraan gekoppelde bevoegdheid tot het verrichten van onderzoek aan die voorwerpen. Deze bevoegdheden kunnen op grond van de artikelen 95 en 96 Sv ook worden uitgeoefend door de op grond van artikel 148 Sv met het gezag over de opsporing belaste officier van justitie, nu deze blijkens artikel 141 aanhef en onder a, Sv met opsporing is belast. Voorts kunnen die bevoegdheden op grond van artikel 104 Sv worden uitgeoefend door de rechter-commissaris. De hier genoemde wettelijke bepalingen bieden tevens de grondslag voor het verrichten van onderzoek aan inbeslaggenomen voorwerpen door de officier van justitie respectievelijk de rechter-commissaris, indien de inbeslagneming is geschied door een opsporingsambtenaar. Deze wettelijke bepalingen vormen ook een voldoende grondslag voor onderzoek aan inbeslaggenomen voorwerpen als elektronische gegevensdragers en geautomatiseerde werken dat een meer dan beperkte inbreuk op de persoonlijke levenssfeer meebrengt. Naar het oordeel van de rechtbank dient dat ook te gelden voor dergelijk onderzoek aan van elektronische gegevensdragers en geautomatiseerde werken veiliggestelde gegevens, die op basis van een rechtshulpverzoek door een buitenlandse autoriteit zijn overgedragen. Dit is in lijn met het toekomstige artikel 2.7.38 Sv (nieuw), dat in grote lijnen een codificatie van de Smartphone-arresten bevat. Dit artikel spreekt naast stelselmatig onderzoek van gegevens in een digitale gegevensdrager of geautomatiseerd werk, ook over dergelijk onderzoek ten aanzien van gegevens die hieruit zijn overgenomen. [39] Het wettelijk stelsel, zoals door de Hoge Raad uitgelegd in de Smartphone-arresten, voorziet daarmee in een drietrapsraket voor onderzoek dat ook van toepassing is op de veiliggestelde PGP-data.
Het volledig kopiëren van een geautomatiseerd werk wordt in de Memorie van Toelichting van het hiervoor genoemde nieuwe wetsartikel genoemd als voorbeeld van een onderzoekshandeling waarbij op voorhand redelijkerwijs voorzienbaar is dat een min of meer volledig beeld van bepaalde aspecten van iemands privéleven kan worden verkregen. [40] Dat is in zijn algemeenheid juist als dit geautomatiseerde werk te koppelen is aan een persoon, maar daar is in het onderhavige geval geen sprake van. De verwachte privacyschending door het kopiëren van de Ennetcom- en PGP-safe-data is – zelfs bij volledige ontsleuteling van alle berichten – naar zijn aard beperkt, omdat niet te verwachten is dat de data op de server, waaronder de communicatie, direct te herleiden is naar individuele gebruikers. Deze hoefden immers niet hun identiteit of andere persoonsgegevens kenbaar te maken aan de aanbieders van deze dienst en dus is het hoogst onwaarschijnlijk dat (meta)data die rechtstreeks zou kunnen leiden naar de gebruikers, terug zijn te vinden op de servers van Ennetcom en PGP-safe. Ten aanzien van het berichtenverkeer geldt bovendien dat redelijkerwijs te verwachten was dat gebruikers niet onder eigen naam communiceren en dat de communicatie overwegend crimineel en zakelijk van aard zou zijn. Daardoor was in die fase niet op voorhand te voorzien dat bemoeienis van de officier van justitie of rechter-commissaris aangewezen zou zijn. Het onderzoek van de onderzoeksteams De Vink en Sassenheim was niet gericht op identificatie van de gebruikers van de dienst, maar op het vaststellen van de overwegend criminele context van hun communicatie. De kennisname van de communicatie door dit onderzoek was daarom niet meer dan een beperkte inbreuk op de privacy van iedere individuele gebruiker. De omstandigheid dat het veel gebruikers betreft maakt dat niet anders. Overeenkomstig het hiervoor geschetste kader is het ontsleutelen van de communicatie proportioneel en mocht dit vervolgonderzoek in die strafzaken door opsporingsambtenaren plaatsvinden.
3.3.4.4 Doorverstrekking van de PGP-data aan andere onderzoeken
De vraag is of de Nederlandse opsporingsdiensten door het bewaren van die gegevens – volgens de verdediging in strijd met nationale en internationale regels van privacybescherming – ongerichte bulkdata onder zich hebben. Dat er sprake is geweest van het bewaren van een grote hoeveelheid privacygevoelige data is voor de rechtbank evident. Van een algemene en ongedifferentieerde verzameling data, wat doorgaans bedoeld wordt met bulkdata, kan – anders dan de verdediging stelt – echter niet worden gesproken. Het gaat immers om de data van een afgebakende groep, namelijk de gebruikers van respectievelijk Ennetcom en PGP-safe, en om een concrete verdenking dat deze diensten gebruikt werden door criminelen die zich (in georganiseerd verband) met zeer ernstige strafbare feiten bezig hielden. Dat is een wezenlijk andere situatie dan bijvoorbeeld het bewaren van alle metadata van alle abonnees van een (willekeurige) telecomprovider ten behoeve van toekomstige strafrechtelijke onderzoeken. Desalniettemin staat voor de rechtbank vast dat reeds het bewaren van de data enige inbreuk maakt op de privacy van de betrokkenen. Dat hierbij zou zijn gehandeld in strijd met nationale of Europese wet- en regelgeving is door de verdediging echter niet aannemelijk gemaakt en is de rechtbank ook anderszins niet gebleken.
De vraag is echter wel hoe met deze hoeveelheid onderzoeksgegevens moet worden omgegaan. EU-Richtlijn 2016/680 heeft betrekking op de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door bevoegde autoriteiten met het oog op de voorkoming, het onderzoek, de opsporing of de vervolging van strafbare feiten of de tenuitvoerlegging van straffen. Deze richtlijn is in Nederland geïmplementeerd door wijziging van de Wet politiegegevens en de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens, alsmede het Besluit politiegegevens, het Besluit justitiële en strafvorderlijke gegevens en het Besluit politiegegevens bijzondere opsporingsdiensten. Deze regelgeving is van belang als (persoons)gegevens die onder verantwoordelijkheid van buitenlandse autoriteiten zijn verkregen en vervolgens aan de Nederlandse autoriteiten ter beschikking zijn gesteld, in Nederland worden verwerkt ten behoeve van de opsporing of vervolging. In zijn algemeenheid is doelbinding een belangrijk beginsel bij de normering van onderzoek aan in de opsporing verkregen gegevens. Met andere woorden: uitgangspunt is dat dergelijke gegevens slechts gebruikt worden voor het doel waarvoor ze verzameld zijn. Doelafwijkend gebruik is echter toegestaan als dit bij wet is voorzien, noodzakelijk en proportioneel is. De eerste Ennetcom-berichten die aan het onderzoeksteam Marengo werden verstrekt waren afkomstig uit het onderzoek Tandem. Dat aan de verkrijging in het onderzoek Tandem gebreken kleven die gevolgen zouden moeten hebben voor het onderzoek Marengo kan de rechtbank niet volgen. Bij de samenstelling van de Tandem-dataset is, om uitvoering te geven aan de voorwaarde zoals gesteld door de Canadese rechter, gekozen voor de daar beschreven procedure bij de rechter-commissaris, via een vordering van de officier van justitie op grond van de artikelen 181, 177 en 126ng Sv. Anders dan de verdediging aanvoert is de constructie die is gekozen om aan de voorwaarden van de Canadese rechter te voldoen, zie de Hoge Raad in het hiervoor aangehaalde arrest van 13 juni 2023, toelaatbaar. [41] Dat in het onderzoek Tandem bij de samenstelling van de dataset niet is gewerkt conform het plan van aanpak op de wijze zoals de rechter-commissaris dat voor ogen had, doet aan de rechtmatigheid van de Tandem-dataset niet af. De rechtbank heeft in die zaak (overigens) geoordeeld dat op dit punt sprake is van een onherstelbaar vormverzuim maar heeft aan dat vormverzuim geen consequenties verbonden. [42]
Dat het onderzoeksteam Tandem in strijd met de Canadese voorwaarde gegevens heeft gedeeld met het onderzoeksteam Marengo vindt geen steun in het dossier, nu dit met machtiging van de rechter-commissaris is gedaan. Anders dan de verdediging stelt, zijn er evenmin aanwijzingen dat opsporingsambtenaren de Tandem-dataset zonder rechterlijke toestemming hebben bestudeerd en gebruikt voor andere onderzoeken.
Hiervoor is bij de beschrijving van de feitelijke gang van zaken vermeld hoe informatie uit de onderzoeken Sassenheim en De Vink (via een tussenstap in het onderzoek Tandem) bij Marengo is gekomen. De vraag is of dit gebruik voor een ander doel is toegestaan. Bij de Ennetcom-data is, om uitvoering te geven aan de voorwaarde zoals gesteld door de Canadese rechter, gekozen voor de daar beschreven procedure bij de rechter-commissaris, via een vordering van de officier van justitie op grond van de artikelen 181, 177 en 126ng Sv. Hiervoor is al overwogen dat deze werkwijze toelaatbaar is. De doorverstrekking is dus bij wet voorzien. Zij is ook proportioneel en noodzakelijk, nu het in de machtigingen van de rechter-commissaris steeds gaat om e-mailadressen en zoektermen die rechtstreeks gerelateerd zijn aan levensdelicten en de identificatie van deze e-mailadressen slechts plaatsvindt voor zover de communicatie enige relevantie heeft voor het onderzoek naar deze levensdelicten. Voor de stelling van de verdediging dat de rechter-commissaris is misleid door een onzorgvuldige vertaling van de voorwaarde van de Canadese rechter heeft de rechtbank geen ondersteuning in het dossier aangetroffen.
Voor de doorverstrekking van de PGP-safe-data is de wettelijke procedure van artikel 126dd Sv gevolgd. Deze regeling kent geen voorziening van een rechterlijke toetsing voor zover de doorverstrekte data elektronisch berichtenverkeer betreft waarvan de inhoud in het eerdere strafrechtelijke onderzoek nog niet bekend was. Een dergelijke in de wet verankerde toets ligt – nu zonder meer vaststaat dat de bescherming van het briefgeheim zich ook uitstrekt tot dat elektronisch berichtenverkeer – wel voor de hand. Dit leidt de rechtbank ook af uit de hiervoor al aangehaalde arresten van het EHRM van 25 mei 2021 over interceptie van (bulk)communicatie. [43] De door het kopiëren van de servers van Ennetcom en PGP-safe verkregen communicatie is weliswaar niet door interceptie verkregen, maar het kader dat door het EHRM wordt gegeven voor de verdere verwerking van deze privacygevoelige data is in dit geval wel toepasselijk. Daarbij geldt dat er sprake moet zijn van een ‘independent authorisation’ indien dieper in de data wordt doorgedrongen, zodat een onafhankelijke autoriteit beoordeelt of de inbreuk op de in artikel 8 lid 1 EVRM genoemde belangen binnen de grenzen blijft van wat noodzakelijk is in een democratische samenleving. De Nederlandse officier van justitie voldoet niet aan die eis van onafhankelijkheid. Een machtiging door een rechter-commissaris voldoet daar wel aan. Ook een wijze van rechterlijk toetsen zoals voorgeschreven door de Canadese rechter bij de Ennetcom-data, waarbij kortweg alleen onderzoek naar zeer ernstige strafbare feiten een schending van het briefgeheim rechtvaardigt en een rechter die een en ander normeert, volstaat.
Het ontbreken van een machtiging van een rechter om de PGP-safe gegevens door te verstrekken aan andere onderzoeken is een onherstelbaar vormverzuim. De vraag is vervolgens welke gevolgen dit verzuim dient te hebben. Bij die beoordeling houdt de rechtbank rekening met het belang dat het voorschrift dient, de ernst van het verzuim en het nadeel dat daardoor wordt veroorzaakt. Het belang – bescherming van de privacy – is groot, maar de ernst van dit verzuim dient wel te worden gerelativeerd.
De rechtbank acht het niet aannemelijk dat het Openbaar Ministerie bewust een rechterlijke machtiging heeft willen omzeilen; de bestaande wettelijke regeling is immers gevolgd. De criteria op basis waarvan de officier van justitie de PGP-safe-data heeft doorverstrekt – het gaat om een op dat moment nog niet opgehelderd levensdelict en om specifieke e-mailadressen die te koppelen zijn aan de gebruikers van de e-mailadressen die hierover spreken – zijn bovendien zodanig dat een rechter zonder meer deze machtiging zou hebben afgegeven. Deze doorverstrekking voldoet aan de eisen van proportionaliteit en subsidiariteit. Het nadeel dat door het vormverzuim zou zijn geleden, mag volgens vaste jurisprudentie niet gelegen zijn in de ontdekking van een strafbaar feit. In het onderhavige geval kan als nadeel dan in algemene zin worden genoemd: een inbreuk op de privacy, al betwisten de verdachten in Marengo voor het overgrote deel dat zij degenen zijn die aan de veiliggestelde en overgedragen communicatie hebben deelgenomen. Gelet hierop concludeert de rechtbank dat met constatering van het vormverzuim kan worden volstaan.
3.3.5
Geheimhoudersbelangen bij verkrijging en verwerking van de PGP-data
3.3.5.1 Verweer van de verdediging
De verdediging betoogt dat de politie en het Openbaar Ministerie bij de verkrijging en verdere verwerking van de PGP-data structureel en opzettelijk tekort zijn geschoten in hun zorgplicht ten aanzien van geheimhoudersbelangen en -rechten en dat dit tot onherstelbare schendingen daarvan heeft geleid. Bovendien stelt zij dat deze schendingen structureel zijn en zich niet tot deze zaak hebben beperkt.
3.3.5.2 Oordeel van de rechtbank
De rechtbank overweegt als volgt. In zijn arrest van 20 september 2022 overweegt de Hoge Raad [44] dat met het voorschrift van artikel 126aa lid 2 Sv is beoogd het belang te beschermen dat eenieder de mogelijkheid heeft om vrijelijk een advocaat te raadplegen, zonder vrees voor openbaarmaking van wat aan de advocaat in diens hoedanigheid wordt toevertrouwd. Het voorschrift strekt ertoe dat gegevens die als gevolg van de toepassing van de bevoegdheden genoemd in artikel 126aa lid 1 Sv zijn verkregen, onmiddellijk worden vernietigd indien zij vallen onder het verschoningsrecht als bedoeld in artikel 218 Sv, zodat is verzekerd dat die gegevens geen deel uitmaken van de processtukken en dat daarop in het verdere verloop van het strafproces geen acht wordt geslagen. Uit artikel 126aa lid 2 Sv vloeit derhalve voort dat gegevens als in die bepaling bedoeld niet in het strafproces kunnen worden gebruikt.
In het Marengo-dossier zijn geen berichten uit de Marengo-dataset gevoegd die later geheimhoudersberichten bleken te zijn. Bovendien zijn er geen aanwijzingen dat in het onderzoek Marengo PGP-geheimhouderscommunicatie tussen verdachten en hun raadslieden op enigerlei wijze een rol heeft gespeeld. Van schending van geheimhoudersbelangen in de zaak Marengo is – voor zover het PGP-kwesties betreft – in zoverre dus geen sprake. Wat in het licht van bovengenoemd kader van artikel 126aa lid 2 Sv wel bevreemdt is dat op meerdere plaatsen in het Marengo-dossier (doorstuur)berichten voorkomen die als (mogelijke) geheimhoudersberichten zijn te identificeren en die kennelijk deel uitmaken van een proces-verbaal dat vanuit een ander onderzoek aan Marengo is verstrekt. Het Openbaar Ministerie noemt daarvan twee voorbeelden [45] en ook de rechtbank is nog een dergelijk bericht tegengekomen. [46] Dergelijke geheimhouderscommunicatie dient niet in een strafproces te kunnen worden gebruikt en dient dus ook niet te worden gevoegd in een ander strafproces. Of dit een verzuim is in de zin van artikel 359a Sv zal aan het eind van deze paragraaf worden besproken.
Voorts dient te worden besproken een door de verdediging aangevoerd incident, waarbij tijdens een inzage door de verdediging (mrs. [advocaat 2] en [advocaat 3] ) bij het NFI op 19 juli 2022 in de Marengo-dataset met behulp van Hansken een geheimhoudersbericht zichtbaar werd. Het NFI heeft in opdracht van het Openbaar Ministerie uiteengezet hoe dit heeft kunnen plaatsvinden. De uitleg komt erop neer dat de Hansken-omgeving waarin deze inzage plaatsvond een andere is dan die waartoe de politie toegang heeft en dat dit bericht abusievelijk zichtbaar was in de NFI-omgeving. [47] Dit zegt uiteraard iets over de (onvolkomen) wijze waarop het onleesbaar maken van geheimhoudersberichten plaatsvindt. Daarop zal verderop in deze paragraaf nader worden ingegaan. Genoemd bericht maakt echter – zoals onbetwist door het Openbaar Ministerie gesteld – geen deel uit van het Marengo-dossier of van de Marengo-dataset waarin procespartijen inzage hebben. Dit wordt bevestigd door het feit dat de verdediging na die inzage heeft verzocht om voeging in het Marengo-dossier van zeven PGP-berichten, waaronder het desbetreffende geheimhoudersbericht, maar dat de politie juist dat ene bericht niet kon vinden. [48] De rechtbank beschouwt deze kwestie dan ook als een onfortuinlijke vergissing tijdens de inzage bij het NFI en niet als een verzuim in de zaak Marengo.
In het begin van dit hoofdstuk heeft de rechtbank geoordeeld dat eventuele vormverzuimen bij de verkrijging en de verwerking van de PGP-data binnen de onderzoeken De Vink en Sassenheim van bepalende invloed zijn geweest bij het opsporingsonderzoek en de vervolging van de verdachten in het onderzoek Marengo. Gelet daarop dient de rechtbank te beoordelen of in die zaken schendingen van geheimhoudersbelangen hebben plaatsgevonden.
Daarbij geldt voor de rechtbank als uitgangspunt dat het voor de opsporingsdiensten bij het kopiëren van servers weliswaar niet evident was dat daar ook geheimhouderscommunicatie op zou staan, maar dat zij met die mogelijkheid wel rekening dienden te houden. Uit de processen-verbaal waarin hiervan verslag wordt gedaan blijkt ook dat zij dat hebben gedaan. De opsporingsdiensten hebben van meet af aan inspanningen verricht om te bewerkstelligen dat mogelijke geheimhouderscommunicatie werd onderkend en ontoegankelijk werd gemaakt. Zo is op de dag van het veiligstellen van de Ennetcom-data in Canada naar alle PGP-gebruikers van Ennetcom het bericht uitgegaan dat de serverinhoud in beslag is genomen en zijn professioneel verschoningsgerechtigden opgeroepen zich te melden bij de politie. Hetzelfde is gedaan op de dag dat in Costa Rica de PGP-safe server (gedeeltelijk) was gekopieerd.
Deze oproepen hebben er echter niet toe geleid dat enig professioneel verschoningsgerechtigde zich heeft gemeld als Ennetcom- of PGP-safe-gebruiker. Daaruit kan de conclusie worden getrokken dat ofwel professioneel verschoningsgerechtigden, waaronder advocaten, geen gebruik maakten van de diensten van Ennetcom en PGP-safe, ofwel dat zij zich om hen moverende redenen niet hebben willen melden. Als dat laatste het geval is, dan betekent dat dat er mogelijk communicatie die onder het verschoningsrecht valt is verscholen in de voor de opsporingsdiensten toegankelijke berichten. Omdat deze communicatie niet als zodanig is te herkennen zonder daar kennis van te nemen, neemt de professioneel verschoningsgerechtigde het risico dat zijn geprivilegieerde communicatie door de opsporingsdiensten wordt gelezen en zelfs (ongewild) een rol kan gaan spelen in een strafdossier. De verdediging heeft betoogd dat het in strijd zou zijn met haar geheimhoudingsplicht als zij gehoor zou geven aan een dergelijke oproep. Die stelling is – zo begrijpt de rechtbank – kennelijk gebaseerd op de vrees dat ondanks dat een advocaat zijn PGP-adres(sen) heeft doorgegeven, door de opsporingsdiensten kennis zal worden genomen van de inhoud van de berichten van die desbetreffende lijn(en) en/of dat/die PGP-adres(sen) van (een) cliënt(en) waarmee is gecommuniceerd via een achterdeur bekend worden bij de opsporingsdiensten. Dit kennelijk op wantrouwen jegens deze diensten gebaseerde standpunt mag de verdediging innemen, maar het niet melden heeft dan wel tot gevolg dat bovengenoemd risico wordt gelopen. Naar het oordeel van de rechtbank mag van een advocaat in deze situatie worden verwacht dat hij zich inspant om deze professionele spagaat te adresseren, bijvoorbeeld door zich hiermee te wenden tot zijn beroepsorganisatie, die hier vervolgens op kan acteren. Het is de rechtbank niet bekend of dit destijds is gebeurd.
Uiteindelijk heeft het Openbaar Ministerie zelf getracht professioneel verschoningsgerechtigden te identificeren door de Ennetcom- en PGP-safe-data te doorzoeken op relevant geachte zoektermen. Naar het oordeel van de rechtbank was er op dat moment geen aanleiding voor om bij die zoektocht individuele geheimhouders (die zich immers niet gemeld hadden) of enige beroepsorganisatie te betrekken. De zoekslag die volgde heeft geleid tot de vondst van berichten die herleidbaar waren naar e-mailadressen die mogelijk in gebruik waren bij professioneel verschoningsgerechtigden. Die e-mailadressen en de bijbehorende data zijn hierop onzichtbaar en ontoegankelijk gemaakt. Voorts is een procedure in het leven geroepen die inhoudt dat indien bij het doorzoeken van de data toch op mogelijke informatie van professioneel verschoningsgerechtigden wordt gestuit, deze informatie ontoegankelijk wordt gemaakt, waarbij door personen buiten het onderzoeksteam wordt beoordeeld of ook de andere communicatie die herleidbaar is naar dat e-mailadres mogelijk onder het verschoningsrecht valt. De beoordeling of in een dergelijk geval sprake is van geheimhouderscommunicatie wordt gedaan door een officier van justitie die niet bij het betreffende onderzoek betrokken is. In afwachting van diens beslissing wordt de aangetroffen communicatie steeds zekerheidshalve onzichtbaar gemaakt.
De vraag die beantwoord moet worden is of het Openbaar Ministerie met deze benadering de in acht te nemen zorgvuldigheid ter zake van de communicatie van professioneel verschoningsgerechtigden voldoende heeft gewaarborgd. Uit het hiervoor genoemde arrest van de Hoge Raad van 20 september 2022 leidt de rechtbank af dat het zogenoemde uitgrijzen van geheimhouderscommunicatie slechts te beschouwen is als vernietigen als bedoeld in artikel 126aa lid 2 Sv, als verzekerd is dat de gegevens geen deel uitmaken van de processtukken en daarop in het verdere verloop van het strafproces geen acht kan worden geslagen. Dat verzekeren heeft de Hoge Raad zodanig genormeerd dat vaststellingen dienen te worden gedaan over de wijze waarop is gewaarborgd dat personen die bij het opsporingsonderzoek zijn betrokken op geen enkele wijze toegang kunnen krijgen tot de uitgegrijsde gegevens, waarbij ook van belang is dat als er technisch mogelijkheden bestaan om eenmaal gegrijsde informatie opnieuw toegankelijk te maken, moet blijken voor wie, op welke wijze en onder welke voorwaarden deze gegevens dan opnieuw toegankelijk kunnen worden. [49]
Uit de hiervoor beschreven inspanningen blijkt dat het Openbaar Ministerie zich zeer bewust was van de noodzaak om protocollen te ontwikkelen over de wijze waarop voldaan zou moeten worden aan de bepalingen van artikel 126aa lid 2 Sv en artikel 5 lid 1 en 2 van het Besluit bewaren en vernietigen niet-gevoegde stukken.
Het dossier bevat de reeds aangehaalde processen-verbaal over het schoningsproces in de zaken De Vink en Sassenheim. Ook bevat het dossier algemene NFI-informatie [50] over de functionaliteiten binnen Hansken (zoals het toekennen van de verschillende ‘rollen’) om procedures rondom geheimhouderinformatie te faciliteren overeenkomstig de – eveneens in het dossier gevoegde – Handleiding Verwerking geheimhouderinformatie aangetroffen in inbeslaggenomen voorwerpen en in digitale bestanden van de landelijke vergadering rechercheofficieren, van juni 2014. [51]
De rechtbank stelt vast dat het uitgrijzen in de zaken De Vink en Sassenheim niet volledig aan de door de Hoge Raad geformuleerde standaard voldoet. Met name aan de eis dat ‘moet blijken voor wie, op welke wijze en onder welke voorwaarden deze gegevens dan opnieuw toegankelijk kunnen worden’ is in de zaken De Vink en Sassenheim onvoldoende kenbaar voor de rechtbank voldaan. En uit het incident waarbij de verdediging tijdens een inzage bij het NFI opeens op een geheimhoudersbericht in een zogenoemde werkset kon stuiten terwijl dat bericht eigenlijk uitgegrijsd was, leidt de rechtbank af dat in de uitvoering dingen mis kunnen gaan. Echt verbazingwekkend is dat natuurlijk niet. Het Openbaar Ministerie, de politie en het NFI hadden – door het kopiëren van de servers van Ennetcom en PGP-safe met daarop miljoenen versleutelde berichten – met een nieuw fenomeen te maken. Naar het oordeel van de rechtbank hebben zij daarbij geprobeerd zo goed mogelijk de belangen van professionele geheimhouders te beschermen.
Het niet-vernietigen als bedoeld in artikel 126aa lid 2 Sv (of overeenkomstig de door de Hoge Raad geformuleerde standaard uitgrijzen) van geheimhouderscommunicatie levert een onherstelbaar vormverzuim op. Dit vormverzuim heeft zich weliswaar niet in het voorbereidend onderzoek jegens de verdachten in Marengo voorgedaan, maar zoals hiervoor overwogen zal wel moeten worden beoordeeld of dit vormverzuim tot consequenties moet leiden in deze strafzaak. Bij die beoordeling houdt de rechtbank rekening met het belang dat het voorschrift dient, de ernst van het verzuim en het nadeel dat daardoor wordt veroorzaakt.
De rechtbank acht het niet aannemelijk dat het Openbaar Ministerie bewust laks is geweest met het ontoegankelijk maken van geheimhoudersberichten in de datasets. Integendeel, uit de verslaglegging leidt de rechtbank af dat het Openbaar Ministerie zijn uiterste best heeft gedaan om deze berichten zo snel mogelijk te onderkennen en af te schermen. Het belang dat het geschonden voorschrift dient, te weten het belang dat eenieder de mogelijkheid heeft om vrijelijk een professioneel verschoningsgerechtigde te raadplegen, zonder vrees voor openbaarmaking van wat aan deze professioneel verschoningsgerechtigde in diens hoedanigheid wordt toevertrouwd, is uiteraard groot. Van enig nadeel veroorzaakt door het vormverzuim voor de verdachten in de zaken De Vink en Sassenheim is echter geen sprake, reeds omdat de verdachten in die zaken niet door de niet-naleving van het voorschrift waren getroffen in het belang dat de overtreden norm beoogt te beschermen. Zij waren immers geen professioneel verschoningsgerechtigden en gesteld noch gebleken is dat berichten van hen met een professioneel verschoningsgerechtigde in het dossier waren gevoegd.
Dat geldt evenzeer voor de verdachten in de zaak Marengo. Ook zij lijden geen concreet nadeel. De berichten van de onderkende e-mailadressen van geheimhouders zijn in De Vink en Sassenheim ontoegankelijk gemaakt. Deze zijn, voor zover zij al deel uitmaakten van het door de rechter-commissaris goedgekeurde plan van aanpak voor Marengo, binnen de Marengo-dataset nooit zichtbaar geweest. Uit een latere controle van de Marengo-dataset is gebleken dat het deel afkomstig uit de PGP-safe-data geen (potentiële) geheimhoudersberichten bevatte. Het deel afkomstig uit de Ennetcom-dataset bleek bij die controle uiteindelijk 71 dataregels (36 unieke berichten) te bevatten die als geheimhoudersbericht waren aan te merken. Die zijn vervolgens alsnog ontoegankelijk gemaakt. [52] Op het onbetwiste totaal van ruim 875.000 dataregels die de Marengo-dataset bevat is dit aantal gering te noemen. Bovendien zijn, zoals hiervoor al is vastgesteld, vanuit de Marengo-dataset geen geheimhoudersberichten in het Marengo-dossier terechtgekomen en gesteld noch gebleken is dat het gaat om enige communicatie tussen een van de verdachten en hun raadslieden.
De stelling van de verdediging dat geheimhouderscommunicatie bij de start van de verdenking, bij het samenstellen van het dossier of bij beslissingen in de opsporing een rol hebben gespeeld, is op geen enkele manier onderbouwd. Ook de stelling dat geheimhoudersberichten lange tijd voor velen zichtbaar zijn geweest is niet onderbouwd. De rechtbank concludeert dat met constatering van het vormverzuim kan worden volstaan.
Los van het bovenstaande levert het voegen van uit andere onderzoeken afkomstige geheimhouderscommunicatie in het strafdossier Marengo – zoals hiervoor beschreven – ook een vormverzuim op. Het verstrekken van geheimhoudersberichten die onderdeel uitmaken van een proces-verbaal in een ander onderzoek aan Marengo is niet toegestaan. De omstandigheid dat deze communicatie pas op een later moment als geheimhouderscommunicatie wordt onderkend maakt dat niet anders. Met uitzondering van het door het Openbaar Ministerie aangehaalde tweede voorbeeld, uit de telefoon van [betrokkene 11] , lijken die (doorstuur)berichten communicatie tussen [medeverdachte 4] en zijn toenmalige raadsvrouw te bevatten en die communicatie hoort uiteraard niet in dit strafdossier thuis. Het belang om deze communicatie uit strafdossiers te houden is groot. Nu de communicatie echter geen relevantie heeft voor de strafzaak en hoogstens eruit afgeleid zou kunnen worden dat zij met elkaar communiceren, is er geen nadeel voor [medeverdachte 4] veroorzaakt door het vormverzuim. Ook voor de andere Marengo-verdachten geldt dat zij geen nadeel lijden door dit verzuim.
De verdediging van [medeverdachte 4] betoogt dat het geheimhoudersbericht in het eerste voorbeeld waarin de bijnaam van [betrokkene 12] (de verdachte in de zaak Tandem II, hierna: [betrokkene 12] ) voorkomt tactisch gebruikt is en verweven blijft met de aan [medeverdachte 4] toegeschreven accounts. Voor zover de verdediging daarmee bedoelt dat de identificatie van de PGP-lijn 39x7w1nz2h@ennetcom.biz (hierna ook: 39x7) van [medeverdachte 4] (mede) heeft kunnen plaatsvinden doordat kennis is genomen van dat geheimhoudersbericht, volgt de rechtbank haar daarin niet. De identificatie van de 39x7 heeft in het onderzoek Tandem II immers plaatsgevonden aan de hand van berichtenwisseling tussen [medeverdachte 4] en diens broer en zus. [53] De rechtbank concludeert het voorgaande beschouwend ook hier dat met constatering van het vormverzuim kan worden volstaan.
3.3.6
Tactische en technische verwerking van de PGP-data
3.3.6.1 Verweren van de verdediging
De verweren van de verdediging over de tactische en technische verwerking van de PGP-data zien voor een belangrijk deel op de stelling dat geen sprake zou zijn van een eerlijk proces als bedoeld in artikel 6 EVRM, in het bijzonder omdat het recht op gelijke proceskansen (equality of arms) als invulling van artikel 6 lid 3 onder b EVRM zou zijn geschonden. De verdediging meent dat zij onvoldoende gelegenheid heeft gehad om het met Hansken verkregen bewijsmateriaal te kunnen controleren en betwisten omdat zij geen toegang heeft gekregen tot de brondata en de software van Hansken. De ontwikkeling en het gebruik van Hansken zijn niet gereguleerd en er is geen mogelijkheid tot contra-expertise. Hansken had bovendien niet gebruikt mogen worden omdat het een buitenwettelijk technisch hulpmiddel is, nu het niet voldoet aan de eisen die daaraan in het Besluit technische hulpmiddelen strafvordering (hierna: het Besluit) worden gesteld. Ten slotte zijn de data onvolledig en forensisch onbetrouwbaar.
3.3.6.2 Oordeel van de rechtbank
3.3.6.2.1 Inzage in brondata
De rechtbank stelt voorop dat de brondata geen deel uitmaken van de processtukken. De Hoge Raad heeft in het eerste Ennetcom-arrest van 28 juni 2022 het juridisch kader voor de beoordeling van verzoeken van de verdediging om voeging van althans inzage in niet tot de processtukken behorende gegevens (nogmaals) uiteengezet. [54]
De maatstaf bij de beoordeling van een verzoek tot voeging van stukken bij de processtukken is op grond van artikel 315 lid 1 Sv in verbinding met artikel 415 Sv of de noodzaak daarvan is gebleken. Bij het nemen van zijn beslissing hierover moet de rechter in aanmerking nemen dat op grond van artikel 149a lid 2 Sv in beginsel alle stukken aan het dossier dienen te worden toegevoegd die voor de ter terechtzitting door hem te nemen beslissingen redelijkerwijs van belang kunnen zijn. Het gaat hierbij dus om de relevantie van die stukken.
De verdediging kan – mede gelet op het in artikel 6 lid 3, aanhef en onder b, EVRM gewaarborgde recht van de verdachte om te beschikken over de tijd en faciliteiten die nodig zijn voor de voorbereiding van zijn verdediging en met het oog op het doen van een verzoek tot het voegen van stukken aan het dossier – een gemotiveerd verzoek doen tot het verkrijgen van inzage in specifiek omschreven stukken. Tijdens het vooronderzoek kan een dergelijk verzoek worden gedaan overeenkomstig de in artikel 34 Sv geregelde procedure. Na aanvang van het onderzoek ter terechtzitting beslist de zittingsrechter – zo nodig op basis van de bevindingen van nader onderzoek dat door een ander dan de zittingsrechter, bijvoorbeeld de rechter-commissaris, is verricht naar de aard en de inhoud van de betreffende stukken en gegevens – of en zo ja, in welke mate en op welke wijze, die inzage kan worden toegestaan.
In dit proces heeft de verdediging meerdere malen verzocht om inzage in de brondata, welke verzoeken door de rechtbank zijn afgewezen. Anders dan de verdediging stelt volgt uit de Europese jurisprudentie niet dat de verdediging daar recht op heeft. Het EHRM overweegt ten aanzien van grote datasets onder meer dat het beginsel van equality of arms niet inhoudt dat de verdediging het ongeclausuleerde recht heeft op toegang tot de volledige dataset. Als de opsporingsinstantie niet op de hoogte is van de inhoud van de totale dataset en de verdediging niet duidelijk vermeldt welke specifieke kwesties in de data onderzocht moeten worden en daarvoor redenen aandraagt of specifieke zoekopdrachten voorstelt, is er geen sprake van het achterhouden van bewijs. [55] Het onderzoeksteam Marengo en het Openbaar Ministerie hebben allebei geen inzage in de brondata. De verdediging wenst in feite dus verdergaande toegang tot de Ennetcom- en PGP-safe-data te verkrijgen dan het Openbaar Ministerie heeft en daartoe bestaat, ook bezien in het licht van artikel 6 EVRM, geen aanleiding. Ten aanzien van de toegang tot de Ennetcom-data komt daar nog bij dat een verdergaande toegang in strijd zou zijn met de door de Canadese rechter gestelde voorwaarden. De verdediging heeft evenwel steeds de mogelijkheid gehad zich te wenden tot de rechter-commissaris met een onderbouwd verzoek, bijvoorbeeld met opgave van relevante zoektermen, om binnen de brondata te (laten) zoeken naar specifieke berichten waarvan de verdediging meent dat de Marengo-dataset daarmee zou moeten worden uitgebreid. Van deze laatste mogelijkheid heeft de verdediging geen gebruik gemaakt. Voor zover de verdediging heeft betoogd dat het vooraf moeten opgeven van zoektermen een ongeoorloofde inperking is van haar rechten, volgt de rechtbank haar daarin niet. Overeenkomstig artikel 34 Sv mag van de verdediging immers een concrete onderbouwing verlangd worden. Vanwege de met een ongeclausuleerde inzage gepaard gaande inbreuk op de privacy van zeer veel andere personen en gelet op de in het geding zijnde opsporingsbelangen, is de restrictie dat zij concreet, bijvoorbeeld door het opgeven van zoektermen, vermeldt waarnaar in de brondata gezocht zou moeten worden, gerechtvaardigd. De verdediging heeft alleen gesteld dat zich in die brondata mogelijk ontlastende PGP-berichten bevinden, maar deze enkele algemene stelling is onvoldoende voor het oordeel dat inzage in alle brondata noodzakelijk is voor de voorbereiding van de verdediging en met het oog op het doen van een verzoek tot voeging.
3.3.6.2.2 Inzage in Marengo-dataset
Uit de Marengo-dataset zijn berichten geselecteerd die volgens het Openbaar Ministerie redelijkerwijs van belang konden zijn voor enige door de rechtbank in de strafzaken van verdachten te nemen beslissing. Deze berichten zijn aan het procesdossier toegevoegd. De volledige Marengo-dataset behoort echter niet tot de processtukken. Daarvoor geldt hetzelfde juridisch kader uit het hiervoor aangehaalde arrest van de Hoge Raad van 28 juni 2022. De gedurende dit proces (herhaalde) verzoeken van de verdediging om de Marengo-dataset aan haar te verstrekken zijn door de rechtbank steeds afgewezen. [56] Hoewel het onderzoeksteam Marengo wel over de Marengo-dataset beschikt acht de rechtbank het niet verstrekken daarvan aan de verdediging gerechtvaardigd. De daartoe aangedragen argumenten – de privacybelangen van (onbekende) derden en het algemene belang dat berichten die mogelijk relevant zijn voor de opsporing in andere zaken, niet onnodig worden verstrekt – acht de rechtbank valide. De rechtbank wijst in dit verband op de mededeling van het Openbaar Ministerie op de zittingen van 27 en 28 februari en 6 maart 2020 dat ‘slechts’ tien procent van de (toen nog circa 610.000) berichten in de Marengo-dataset uit communicatie van de aan verdachten toe te schrijven PGP-lijnen bestaat en dat het bij de overige negentig procent van de berichten gaat om communicatie van derden of van verdachten via op dat moment (nog) niet geïdentificeerde PGP-lijnen. Ook het EHRM heeft in dit kader overwogen dat het noodzakelijk kan zijn om de verdediging de toegang tot materiaal te beperken om de fundamentele rechten van anderen of een belangrijk algemeen belang te waarborgen. [57] Dat de verdediging niet de beschikking heeft gekregen over de volledige Marengo-dataset maar daarin alleen inzage heeft gekregen acht de rechtbank – mede gelet op wat hierna over die inzagemogelijkheden wordt overwogen – dan ook niet in strijd met het beginsel van equality of arms.
De verdediging heeft wel recht op inzage in de Marengo-dataset. Zij heeft die inzagemogelijkheid gekregen vanaf 10 februari 2020. De Marengo-dataset kon door de raadslieden op afspraak bij politiebureaus in Amsterdam, Rotterdam en Utrecht worden ingezien. De Marengo-dataset was daarnaast ook op afspraak in te zien op een laptop in de penitentiaire inrichting in aanwezigheid van de gedetineerde verdachte. In de Extra Beveiligde Inrichting (hierna: EBI) in Vught waren op afspraak twee laptops met daarop de Marengo-dataset beschikbaar, zodat aan beide zijden van de glazen wand tussen de raadsman en de verdachte een laptop beschikbaar was. Ook kon de verdediging zelf op afspraak bij het NFI in de Marengo-dataset zoeken met behulp van Hansken. Enkele raadslieden hebben van deze mogelijkheid gebruik gemaakt. Verder heeft de rechtbank op 13 maart 2020 beslist dat de zogenoemde ‘eigen lijnen’ – te weten alle berichten van een door de politie aan een specifieke verdachte toegeschreven PGP-adres – tijdelijk ter beschikking moeten worden gesteld aan de raadslieden van die verdachte. Naar aanleiding van deze beslissing heeft het Openbaar Ministerie aan de raadslieden een laptop met die ‘eigen lijnen’ verstrekt. Het gaat dus om berichten uit de Marengo-dataset, maar die berichten zijn geen processtukken, behalve voor zover berichten van die lijnen al aan het procesdossier waren toegevoegd. Enkele raadslieden hebben nadat zij inzage hebben gekregen in de Marengo-dataset en/of de aan hen verstrekte ‘eigen lijnen’ verzocht om voeging van extra berichten, waarna die berichten aan het procesdossier zijn toegevoegd.
De verdediging heeft in de loop van dit proces herhaaldelijk gesteld dat de geboden inzagemogelijkheden onvoldoende waren vanwege – samengevat – praktische bezwaren rondom de inzage en problemen die zich bij het zoeken in de dataset voordeden. De rechtbank wijst erop dat zij op 11 en 12 maart 2021 een regiezitting heeft gehouden waarbij de verdediging specifieke PGP-onderzoekswensen kon indienen en zij de rechtbank heeft kunnen tonen tegen welke problemen zij aanliep bij de geboden inzagemogelijkheden. De rechtbank heeft ter zitting van 12 maart 2021 geconstateerd dat het zoeken in de dataset met wat tips en een nadere toelichting van het Openbaar Ministerie snel mogelijk was en dat het langer duurde als er niet efficiënt werd gezocht. De antwoorden op vragen van de verdediging bleken veelal terug te vinden in de bijgeleverde handleiding en bepaalde problemen of onhandigheden in het zoeken waren terug te voeren op (relatieve) onbekendheid of onervarenheid met zoekmogelijkheden in Excel of PDF. Niet alle raadslieden hadden op dat moment al gebruik gemaakt van alle geboden faciliteiten.
Naar aanleiding van het besprokene en getoonde op die zittingen heeft de rechtbank bij beslissing van 1 april 2021 geoordeeld dat de geboden wijze van inzage de verdediging voorshands voldoende mogelijkheid bood om een adequate verdediging te voeren. De rechtbank heeft daarbij toen ook betrokken dat de omstandigheid dat de inzage veel tijd kost enigszins gecompenseerd wordt doordat er, gezien de verwachte duur van het proces, veel tijd zou zijn om deze inzage te doen. Al met al zag de rechtbank in hetgeen op die zittingen naar voren is gekomen onvoldoende aanleiding om de Marengo-dataset aan de raadsman en verdachte te verstrekken ten behoeve van de inzage. [58]
Het oordeel van de rechtbank van 1 april 2021 betrof een voorlopig oordeel. Onder verwijzing naar die overwegingen is de rechtbank ook thans van oordeel dat de geboden inzagemogelijkheden afdoende zijn geweest. Bij pleidooi heeft de verdediging nog gesteld dat de inzage bij het NFI met Hansken onwerkbaar was vanwege de afstemming van de agenda’s van de personen die daar bij moesten zijn en andere aan haar opgelegde beperkingen. Zo zou tegen de verdediging gezegd zijn dat zij niet mocht zoeken naar ontlastend materiaal en mocht zij alleen berichtcodes noteren en die berichten vervolgens opvragen, waarna die pas weken later werden verstrekt. Wat er van deze stellingen ook zij, de rechtbank constateert dat de verdediging naar aanleiding van de inzage bij het NFI om voeging van slechts zeven berichten heeft gevraagd, waarna deze berichten – met uitzondering van het niet te vinden geheimhoudersbericht, zoals hiervoor is vastgesteld – zijn gevoegd. Waar de verdediging dan precies zou zijn gehinderd in haar controlemogelijkheden is niet duidelijk gemaakt. De omstandigheid dat de verdediging bij die inzage geen vragen over de werking van Hansken kon stellen aan de aanwezige NFI-medewerkers acht de rechtbank niet relevant, omdat dat ook niet het doel was van die geboden inzagemogelijkheid. Voor de verdediging heeft steeds de mogelijkheid bestaan om (via de officier van justitie) aan het NFI te vragen om een specifiek bericht nader te laten controleren. Voor zover de rechtbank bekend heeft zij hiervan geen gebruik gemaakt. De stelling dat het zoeken in de dataset op de politiebureaus in een Excel-bestand onwerkbaar was, is evenmin concreet geworden. Dat het lastig is geweest om afspraken te maken en de inzage voor de verdediging veel tijdsinvestering vergde wil de rechtbank wel aannemen. Daar staat echter tegenover dat de termijn waarop de inzage mogelijk is geweest bijzonder lang is geweest. De inzagemogelijkheden in de Marengo-dataset hebben immers – als gerekend wordt tot de startdatum van de eerste pleidooien in september 2022 – ruim tweeënhalf jaar bestaan en ook ten behoeve van de dupliek heeft de verdediging daar gebruik van kunnen maken. De rechtbank is dan ook van oordeel dat de geboden inzagemogelijkheden in de Marengo-dataset voldoende zijn geweest om een effectieve verdediging te voeren.
3.3.6.2.3 Controle en contra-expertise Hansken
De verdediging betoogt dat zij onvoldoende mogelijkheden heeft gehad om de werking van Hansken te controleren en de software van Hansken aan een contra-expertise te onderwerpen. Zij heeft daartoe tijdens regiezittingen en bij pleidooi gewezen op de rapporten van de in het kader van het onderzoek Tandem II ingeschakelde deskundige [naam deskundige 1] van 15 januari 2018 en 4 maart 2018 waarin [naam deskundige 1] concludeert dat die controlemogelijkheden met betrekking tot de rol en functionaliteit van Hansken in het digitaal forensische onderzoeksproces onvoldoende zijn.
Onder verwijzing naar de vonnissen van 21 september 2021 [59] van de rechtbank Rotterdam in de zaken tegen Ennetcom en haar middellijk bestuurder – waarin een soortgelijk verweer is gevoerd – onderkent de rechtbank het door de verdediging geschetste gevaar dat bij de analyse van bulkdata door complexe algoritmische systemen de resultaten van het systeem leidend worden zonder dat de achterliggende algoritmen kunnen worden gecontroleerd. In het kader van het recht op een eerlijk proces (en dus gelijke proceskansen) moet de verdediging kunnen controleren of de door Hansken geproduceerde resultaten betrouwbaar zijn. Daartoe mag van de verdediging echter wel worden verwacht dat zij concreet maakt op welke punten deze controle moet plaatsvinden. Het in algemene zin stellen dat ‘de controlemogelijkheden onvoldoende zijn’ kan niet als zodanig gelden. Het voorgaande klemt temeer nu in het Marengo-dossier stukken zijn gevoegd waarin is ingegaan op de werking van Hansken. Gewezen wordt het rapport van deskundige [naam deskundige 2] (hierna: [naam deskundige 2] ) van 5 februari 2018 in datzelfde onderzoek Tandem II, waarin hij vragen van de verdediging in die zaak over de betrouwbaarheid en volledigheid van Hansken als selectietool beantwoordt. [60] [naam deskundige 2] is vervolgens op 12 februari 2018 in dat onderzoek gehoord door de rechter-commissaris en de verdediging in de zaak Tandem II heeft daar in aanwezigheid van haar eigen deskundige [naam deskundige 1] vragen kunnen stellen aan [naam deskundige 2] . Ook dat proces-verbaal van verhoor is toegevoegd aan het procesdossier. [61] Verder geldt dat over principes en de werking van Hansken peer-reviewed artikelen zijn verschenen. [62] De verdediging heeft gesteld dat [naam deskundige 2] – nu hij niet rechtstreeks betrokken was bij het gebruik van Hansken ten aanzien van de Ennetcom-data (het antwoord op vraag 2 van de verdediging in het rapport van 5 februari 2018) – vragen niet heeft kunnen beantwoorden, maar zij heeft daarbij onvoldoende concreet gemaakt wat zij nog wil controleren en/of onderzoeken. [naam deskundige 2] heeft in zijn beantwoording bovendien gezegd, en het Openbaar Ministerie heeft hierop ook herhaaldelijk gewezen, dat bij twijfel over de volledigheid van een bericht altijd extra controles uitgevoerd kunnen worden in Hansken zelf of met analysemogelijkheden buiten Hansken. De mogelijkheid tot controle en contra-expertise heeft dus wel degelijk bestaan, zij het dat de verdediging dan wel moet laten weten wat, op welke wijze en door wie onderzocht moet worden. De verdediging heeft dit op de speciale PGP-regiezitting van 11 maart 2021 niet, althans onvoldoende, concreet gemaakt. Ook later heeft zij dit niet gedaan. De rechtbank onderschrijft dan ook niet dat de verdediging geen effectieve controlemogelijkheden heeft gehad.
De verdediging heeft bij pleidooi nog verwezen naar Europese jurisprudentie waaruit volgens haar volgt dat zij recht heeft een contra-expertise. [63] De rechtbank is echter van oordeel dat de verwijzing naar die jurisprudentie niet opgaat omdat Hansken en de met Hansken verkregen resultaten niet aan te merken zijn als deskundigenrapportages.
Bij pleidooi heeft de verdediging gewezen op voorbeelden van ‘fouten’ in Hansken. Deze voorbeelden zijn echter eerder op regiezittingen besproken en – voor zover nodig – verduidelijkt en opgehelderd. Zo heeft de verdediging wederom verwezen naar het in het onderzoek De Vink uitgebrachte NFI-rapport van 16 juni 2020. [64] Het gaat in dat rapport echter niet om een fout in Hansken, maar om een verandering van de naam ‘email from’ naar ‘mailbox name’, welke verandering is ingegeven door voortschrijdend inzicht voor wat betreft de benaming van dat ‘veld’. Het hoe en waarom van die verandering wordt in het rapport van 16 juni 2020 verder uitgelegd. Ook heeft de verdediging wederom verwezen naar ‘fouten’ in de exportfunctie naar de Excelbestanden. De verdediging doelt hier, zo begrijpt de rechtbank, op de brief van 14 september 2020 in het onderzoek Himalaya. [65] Ook die brief gaat niet over fouten in Hansken, maar over een geconstateerd verschil tussen de weergave in Hansken en de weergave in het ten behoeve van de inzage gemaakte Excel-bestand. Het NFI heeft dit geconstateerd en hersteld.
De verdediging heeft nog gesteld dat de werking van Hansken beperkingen kent, zoals het niet kunnen zoeken op minder dan drie tekens waardoor zij niet kan zoeken naar woorden met een ‘y’, zoals ‘hy’ in verband met de aan [medeverdachte 4] toegeschreven schrijfwijze. De rechtbank stelt echter vast dat deze beperking evenzeer geldt voor het Openbaar Ministerie, zodat in zoverre geen sprake is van ongelijke proceskansen. De conclusie van de verdediging dat deze beperking verdachte in zijn verdedigingsrechten heeft geschaad volgt de rechtbank niet, alleen al omdat de verdediging ook op langere woorden met een ‘y’ kon zoeken.
3.3.6.2.4 Hansken is geen (buitenwettelijk) technisch hulpmiddel
De rechtbank is in navolging van eerdere uitspraken van rechtbanken van oordeel dat Hansken niet kan worden aangemerkt als een technisch hulpmiddel in de zin van artikel 126ee aanhef en onder a Sv. [66] De eisen zoals genoemd in het Besluit zijn daarom niet van toepassing. Die eisen zien namelijk op technische hulpmiddelen die worden ingezet bij een stelselmatige observatie, het opnemen van vertrouwelijke communicatie of het opnemen van telecommunicatie en daarvoor wordt Hansken niet gebruikt. Hansken is ook niet aan te merken als een buitenwettelijk technisch hulpmiddel. Het wordt namelijk niet gebruikt voor het verkrijgen van bewijs. Hansken wordt ingezet ten behoeve van het bekijken van bewijs, nadat het is verkregen. De verdediging heeft nog gesteld dat de werking van de Hansken-software heeft bepaald welke PGP-berichten ter kennis kwamen van het onderzoeksteam zodat de uitgangspunten uit de wetsgeschiedenis van artikel 126ee Sv voor Hansken van belang zijn. Die stelling maakt het oordeel van de rechtbank niet anders. Het citaat uit de wetsgeschiedenis waar de verdediging naar verwijst benadrukt het belang van waarborgen aangaande de kwaliteit en de onschendbaarheid van de met technische hulpmiddelen vastgestelde waarnemingen die (immers) in de plaats komen van eigen waarnemingen door verbalisanten. De PGP-data zelf zijn echter niet vastgelegd met Hansken, zodat overeind blijft dat Hansken niet is gebruikt voor het verkrijgen van bewijs.
3.3.6.2.5 Onvolledigheid van de PGP-data
De verdediging heeft uitvoerig uiteengezet dat de PGP-data onvolledig zijn. Voor zover de verdediging hieraan het verweer heeft gekoppeld dat de PGP-berichten niet of in onvoldoende mate kunnen bijdragen aan het bewijs overweegt de rechtbank als volgt.
De PGP-berichten dienen te worden aangemerkt als andere geschriften in de zin van artikel 344 lid 1 onder 5 Sv. Dit betekent dat deze berichten alleen voor het bewijs kunnen worden gebruikt in samenhang met andere bewijsmiddelen.
Bij het gebruik van de PGP-berichten voor het bewijs past behoedzaamheid. De rechtbank is zich ervan bewust dat veelal sprake is van incomplete PGP-communicatie. Dit komt in de eerste plaats doordat op de servers niet alle communicatie meer te vinden was vanwege het retentiebeleid van de aanbieder van de dienst. [67] In het geval van PGP-safe geldt bovendien dat niet alle servers zijn gekopieerd, maar dat de keuze is gemaakt voor het kopiëren van de apparatuur uit de serverkast die vanaf 2012 werd gehuurd. De apparatuur die in de vanaf 2016 gehuurde serverkast stond, is dus niet gekopieerd. Het kopiëren bij PGP-safe is bovendien op enig moment door de Costa Ricaanse autoriteiten beëindigd toen die servers nog niet volledig waren gekopieerd. [68] Daar komt bij dat in het dossier die berichten terecht zijn gekomen die het Openbaar Ministerie uit de Marengo-dataset als relevant heeft geselecteerd. Hierbij past overigens de kanttekening dat de verdediging inzage heeft gehad in de Marengo-dataset en zij zelf ook heeft kunnen verzoeken om voeging van berichten die zij relevant vond.
Verder geldt dat de meeste verdachten hebben ontkend de (enige) gebruiker van een bepaald PGP-account te zijn, dan wel zich op hun zwijgrecht hebben beroepen. Slechts enkele verdachten hebben duiding gegeven aan de inhoud van de berichten. In de berichten wordt soms onduidelijk gesproken. In sommige gevallen zijn conversaties onvolledig. In een deel van de conversaties ontbreken zelfs alle berichten van een van de deelnemers. De context van de berichten is dan ook niet steeds duidelijk. Daar staat tegenover dat voor de bewijswaarde relevant is dat personen die een versleutelde berichtendienst gebruikten zich onbespied waanden en vaak openlijk communiceerden over waar ze mee bezig waren, zonder pogingen dit te verhullen. Ook dat weegt de rechtbank mee bij de beoordeling.
Het voorgaande leidt de rechtbank tot de conclusie dat weliswaar met behoedzaamheid naar de PGP-berichten voor het bewijs moet worden gekeken, maar dat het niet zo is dat de PGP-berichten in algemene zin niet of in onvoldoende mate aan het bewijs kunnen bijdragen vanwege hun onvolledigheid.
3.3.6.2.6 Forensische onbetrouwbaarheid van de PGP-data
De verdediging betoogt dat de PGP-data niet voor het bewijs gebruikt kunnen worden omdat deze forensisch onbetrouwbaar zijn.
3.3.6.2.6.1 Hashwaarden
De rechtbank stelt voorop dat in het dossier is verantwoord dat de data zoals die in Canada en Costa Rica zijn veiliggesteld en gekopieerd ook de data zijn die in Nederland zijn gebruikt. Die vaststelling kon worden gedaan aan de hand van een vergelijking van de zogenoemde hashwaarden van die data. [69]
3.3.6.2.6.2 Integriteit en betrouwbaarheid van de PGP-data
De verdediging heeft herhaaldelijk gesteld dat zich bij Ennetcom integriteitsproblemen en storingen hebben voorgedaan die mogelijk van invloed kunnen zijn geweest op de betrouwbaarheid van het PGP-materiaal. Met name rond en op de PGP-regiezittingen van 11 en 12 maart 2021 is hierover het debat gevoerd tussen de verdediging en het Openbaar Ministerie. De rechtbank heeft vervolgens op 1 april 2021 het verzoek van de verdediging om een deskundige te benoemen en getuigen te horen in verband met deze integriteitsproblemen en storingen afgewezen. [70] De verdediging heeft bij pleidooi opnieuw aandacht gevraagd voor dezelfde gestelde integriteitsproblemen en storingen.
De rechtbank overweegt in navolging van het arrest van 11 februari 2022 van het gerechtshof Amsterdam [71] het volgende. Bij elk ICT-systeem dat is aangesloten op het internet, en dus ook bij het Ennetcom-systeem, bestaat de mogelijkheid dat de data worden gewijzigd, bijvoorbeeld door een hack of door een technisch gebrek. Deze omstandigheid is echter onvoldoende om aan te nemen dat de Ennetcom-data onbetrouwbaar zijn. Daarbij is van belang dat duizenden gebruikers jarenlang (kennelijk naar tevredenheid) gebruik hebben gemaakt van de diensten van Ennetcom. Overheidsdiensten bleken lange tijd niet in staat om de communicatie die via dit systeem werd gevoerd te onderscheppen en de daarbij behorende PGP-telefoons te ‘kraken’. Uit de verklaring die de bestuurder van Ennetcom op 7 juni 2021 als getuige heeft afgelegd bij de raadsheer-commissaris van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden blijkt verder dat Ennetcom in zijn bedrijfsvoering aandacht had voor onregelmatigheden in het communicatiesysteem, voorzorgsmaatregelen nam om dergelijke onregelmatigheden te voorkomen en ook maatregelen trof bij incidenten. [72] De rechtbank verwijst in dit verband ook naar het verhoor bij de rechter-commissaris van de rechtbank Gelderland van 6 februari 2019 van de bij Ennetcom van december 2014 tot januari 2016 werkzame service- en supportmanager. [73] Deze verklaart onder andere dat de controles na een incident in Parijs medio 2015 werden aangescherpt. Uit een door de bestuurder van Ennetcom opgestelde lijst blijkt dat dergelijke incidenten zich wel voordeden, maar dat het aantal incidenten – afgezet tegen de hoeveelheid klanten en de omvang van door hen verstuurde berichten – in al die jaren betrekkelijk gering is. [74]
De rechtbank stelt vast dat de vragen van de verdediging die specifiek raken aan de integriteit van de data in het dossier zijn beantwoord. De rechtbank wijst op het reeds aangehaalde rapport van [naam deskundige 2] van 5 februari 2018 en het eveneens eerder aangehaalde verhoor bij de rechter-commissaris van 12 februari 2018 in het onderzoek Tandem II. In dat verhoor heeft [naam deskundige 2] onder andere gereageerd op de bevindingen van [naam deskundige 3] in zijn – op verzoek van de verdediging – opgestelde rapportage van 16 januari 2018. [75] Ook wijst de rechtbank op het rapport van [naam deskundige 2] van 9 maart 2018 in het onderzoek Tandem II. [76]
De uitleg van [naam deskundige 2] komt er in de kern op neer dat ‘een beetje ontsleutelen’ van PGP-data niet mogelijk is. Als de ontsleuteling niet correct zou zijn, dan zou dit een onsamenhangende en onleesbare tekst hebben opgeleverd. Manipulatie van de inhoud van de berichten zou in beginsel mogelijk zijn maar is, gelet op de PGP-versleuteling, eigenlijk praktisch onmogelijk. De rechtbank ziet gelet op deze uitleg geen aanleiding om aan de juistheid van de ontsleuteling te twijfelen. De rechtbank wijst in dit verband ook op het proces-verbaal waarin de recherche een aantal zuiver theoretische scenario’s heeft doorgenomen rondom de integriteit en de betrouwbaarheid van de gegevens van de Ennetcom-servers. [77] Daarin wordt gesteld dat manipulatie van de inhoud van berichten tot inconsistenties in de berichtenuitwisseling of zelfs tot onleesbaarheid van de berichten zou moeten leiden en dat daarvan niet is gebleken. Ook staat daarin dat configuratiefouten of technische gebreken het bedrijfsmodel van Ennetcom zouden raken en dat het onaannemelijk is dat dergelijke gebreken door de beheerders niet onmiddellijk zouden worden opgelost. De rechtbank kan dat goed volgen, aangezien – zoals hiervoor al overwogen – vele gebruikers jarenlang (kennelijk naar tevredenheid) gebruik hebben gemaakt van de diensten van Ennetcom. Er zijn, zo schrijft de recherche in dat proces-verbaal, geen indicaties aangetroffen voor sporen van technische gebreken in de berichtenuitwisseling of in de BES-systemen. In de conclusie van het proces-verbaal wordt de verdediging erop gewezen dat, als zij concrete feiten en omstandigheden aanwijst, scenario’s verder kunnen worden onderzocht. [78] Van die mogelijkheid heeft de verdediging geen gebruik gemaakt.
De rechtbank is gelet op het voorgaande niet gebleken dat de gestelde integriteitsproblemen of storingen invloed hebben gehad op de ontsleutelde inhoud van de PGP-berichten. Bij het voorgaande betrekt de rechtbank nog dat de inhoud van de PGP-berichten op een groot aantal onderdelen bevestiging vindt in andere bewijsmiddelen, zoals hierna bij de bespreking van de zaaksdossiers zal worden weergegeven.
3.3.6.2.6.3 PGP-e-mailadres (mede) bij een ander in gebruik
Enkele raadslieden voeren het verweer dat hun cliënt niet de enige gebruiker was van een bepaald e-mailadres en/of dat een e-mailadres op enig moment tijdelijk in gebruik was bij een ander dan de eerdere gebruiker.
De rechtbank stelt in dit verband voorop dat, waar dit het geval zou zijn, dit geen invloed heeft op de integriteit van het bericht zelf, gelet op wat hiervoor over de ontsleuteling is overwogen. De rechtbank heeft in de zaaksdossiers inderdaad voorbeelden aangetroffen van het wisselen van de gebruiker van een PGP-telefoon en het tijdelijk gebruiken van een PGP-telefoon van een ander. Deze gevallen komen voor zover nodig in die zaaksdossiers aan de orde. In voorkomende gevallen wordt in de processen-verbaal van identificatie verantwoord op basis waarvan is geconcludeerd dat een e-mailadres op een volgende gebruiker is overgegaan.
Op basis van het dossier heeft de rechtbank niet kunnen vaststellen dat gewisseld werd van gebruiker zonder dat dit kenbaar werd gemaakt aan de andere deelnemer aan een gesprek. Dat ligt ook voor de hand: het zou immers ernstig afbreuk doen aan het vertrouwen van de andere deelnemers aan de versleutelde communicatie als zij het risico zouden lopen dat hun berichten onbedoeld bij derden terecht zouden kunnen komen. Dat geldt temeer nu de gesprekken in het dossier Marengo veelal zien op (voorbereidingen van) liquidaties. In het verlengde hiervan ligt ook niet voor de hand dat een derde gebruik maakt van een PGP-toestel van een ander zonder dat de eigenlijke gebruiker dat weet, en al helemaal niet dat die derde dan communiceert over (voorbereidingen van) liquidaties. Al met al brengt dit de rechtbank ertoe om, behoudens duidelijke aanwijzingen voor het tegendeel, ervan uit te gaan dat als een PGP-account aan een geïdentificeerde persoon kan worden gekoppeld, de berichten van dat account ook door die persoon zijn verzonden of ontvangen.
3.3.6.2.7 Yüksel Yalçinkaya tegen Turkije
De rechtbank heeft zich rekenschap gegeven van het na de dupliek van de verdediging gewezen arrest van het EHRM van 26 september 2023 in de zaak Yüksel Yalçinkaya tegen Turkije, waarin het EHRM oordeelt dat artikel 6 EVRM is geschonden. [79] Dit arrest geeft de rechtbank evenwel geen aanleiding om anders te oordelen over de geboden inzage- en controlemogelijkheden voor de verdediging in relatie tot het recht op een eerlijk proces. Daartoe is redengevend dat het EHRM in dat arrest expliciet heeft overwogen – kort gezegd – dat de omstandigheid dat het bewijs ziet op versleutelde elektronische data geen aanleiding is om een andere toets toe te passen in het licht van artikel 6 EVRM dan de toets die het steeds heeft aangelegd. [80] Ook waar het gaat om het niet aan de verdediging verstrekken van alle brondata verwijst het EHRM naar zijn eerdere jurisprudentie. [81] Bovendien verschillen de feitelijke vaststellingen in die Turkse zaak zodanig van de feiten in Marengo dat een vergelijking niet opgaat. De rechtbank wijst er onder andere op dat de klager in die Turkse zaak geen toegang had tot gegevens die specifiek op hemzelf betrekking hadden, dat dit (ByLock-)bewijs van doorslaggevend belang was voor de veroordeling en klager geen reële mogelijkheid had om het bewijs te betwisten. Ook was de Turkse rechter niet ingegaan op de verweren van klager over de rechtmatigheid en de betrouwbaarheid van de gegevens. Die omstandigheden doen zich in Marengo – zoals hiervoor uiteen is gezet – niet voor. Zo heeft de verdediging wél inzage in de Marengo-dataset, hebben de raadslieden de ‘eigen lijnen’ op een laptop verstrekt gekregen, kan de verdediging desgewenst bij het NFI met Hansken in de Marengo-dataset zoeken en heeft zij gedurende dit proces verzoeken met betrekking tot dat PGP-bewijs kunnen doen en daaromtrent verweren kunnen voeren, waarop de rechtbank steeds gemotiveerd heeft beslist.
3.3.7
Voorwaardelijke verzoeken
3.3.7.1 Prejudiciële vragen Hof van Justitie EU
De verdediging heeft voorwaardelijk, namelijk indien de verdediging niet wordt gevolgd in een of meerdere van de door haar ingenomen standpunten over de uitleg en schending van het Unierecht met betrekking tot de verkrijging en verwerking van de PGP-data, dan wel als wordt volstaan met constatering van een vormverzuim, prejudiciële vragen te stellen aan het Hof van Justitie EU, met het verzoek aan het Hof om de zogenoemde versnelde procedure (een procedure préjudicielle accélérée, PPA) toe te passen. Daartoe stelt de verdediging een aantal concreet geformuleerde vragen voor.
De rechtbank komt gelet op voorgaande beslissingen toe aan de beoordeling van dit verzoek. De rechtbank heeft hiervoor uiteengezet dat zij de verdediging niet of niet steeds geheel volgt in haar standpunten over gestelde schendingen van Unierecht en de daaraan te verbinden rechtsgevolgen. Het antwoord op de te stellen vragen ligt echter naar het oordeel van de rechtbank al besloten in de jurisprudentie van het Hof van Justitie EU zoals die eerder is besproken. De rechtbank acht zich dan ook voldoende voorgelicht en wijst het verzoek daarom af.
3.3.7.2 Aanhouden van de zaak
De verdediging heeft bij dupliek aan haar voorwaardelijk verzoek het subsidiaire verzoek toegevoegd dat als de rechtbank het (nog) niet noodzakelijk acht zelf prejudiciële vragen te stellen, de zaken van verdachten aan te houden tot na de beslissing van het Hof van Justitie EU op de prejudiciële vragen van het Berlijnse gerecht van 19 oktober 2022. Die vragen zijn vooral relevant voor de vraag of uit het Unierecht, in het bijzonder uit het doeltreffendheidsbeginsel, volgt dat schendingen van het Unierecht – samengevat – ook bij ernstige strafbare feiten niet geheel zonder gevolgen mogen blijven en ten minste gevolgen moeten hebben voor het bewijs of de op te leggen straf.
De rechtbank heeft acht geslagen op de Europese jurisprudentie, ook die waarin het doeltreffendheidsbeginsel een rol speelt. Daarover acht de rechtbank zich voldoende voorgelicht. De omstandigheid dat een ander, niet Nederlands gerecht (mede) over dat onderwerp prejudiciële vragen heeft gesteld, geeft de rechtbank geen aanleiding de zaken aan te houden in afwachting van die beantwoording. De rechtbank neemt daarbij in aanmerking dat verdachten in deze zaak zich al zeer lange tijd in (geschorste) voorlopige hechtenis bevinden en voor hen van belang is dat de zaken thans worden afgerond.
3.3.7.3 Overige voorwaardelijke verzoeken
De verdediging heeft voorts voorwaardelijk, namelijk voor het geval de rechtbank tot enige bewezenverklaring zal komen, verzocht om alle Ennetcom- en PGP-safe-data die met de rechtshulpverzoeken aan Canada en Costa Rica zijn verkregen op toegankelijke wijze verstrekt te krijgen en daar het Openbaar Ministerie opdracht toe te geven. Daarnaast is voor dat geval verzocht (alsnog) de volgende personen als getuige te horen/als deskundige te benoemen:
1. [betrokkene 13]
2. [betrokkene 14]
2. [betrokkene 14]
3. [naam deskundige 2] of een andere direct bij de werking en ontwikkeling van Hansken betrokken deskundige (van het NFI)
4. [naam deskundige 1]
4. [naam deskundige 1]
5. Onafhankelijke deskundigen teneinde te onderzoeken:
- De effectiviteit, waaronder ook de betrouwbaarheid, van de methode om middels
zoekwoorden een selectie van de brondata te maken in het kader van waarheidsvinding;
- Of voldoende is voorzien in controle op betrouwbaarheid van onderliggende brondata;
- Of Hansken voldoende stabiel is, loggegevens en versies qua instellingen en tools inzichtelijk zijn en resultaten van de inzet van Hansken voldoende correct, reproduceerbaar en controleerbaar zijn;
- Of sprake is of kan zijn van een effectieve mogelijkheid van tegenonderzoek omtrent de
verwerking van de Ennetcom- en PGP-safe-data middels de software van Hansken en de
ontwikkeling en toepassing van Hansken door de medewerkers van het NFI in dat kader;
- Of en zo ja welke nadelen voor de mogelijkheden van contra expertise het gevolg zijn van de keuzen om data in bulk te verkrijgen;
- Of de mogelijkheden voor het overzetten van resultaten uit Hansken naar het dossier
voldoende betrouwbaar en controleerbaar zijn;
- Of onafhankelijkheid van bejegening van de data gegarandeerd is;
- Of voldaan is aan eisen van het Hof van Justitie EU en het EHRM (op grond van de artikelen 7 en 8 EU Handvest en artikel 8 EVRM) over de bejegening van dergelijke data in bulk door mensen en technisch middel;
- Of de ten behoeve van het beroepsgeheim ingezette waarborgen voldoende effectief en
inzichtelijk zijn;
6. De Canadese rechter [naam Canadese rechter] van het Superior Court of Justice in Toronto, omtrent de uitleg van de door hem geformuleerde voorwaarden, zoals ten aanzien van het woord “for”
en het door hem bedoelde toezicht en de toestemming en welke data (omvang en aard) hij
meende te verstrekken aan Nederland;
7. De Costa Ricaanse rechter die over de uitvoering van het rechtshulpverzoek van het
Nederlandse Openbaar Ministerie aan de Costa Ricaanse autoriteiten heeft beslist omtrent
welke data (omvang en aard) hij meende te kunnen laten kopiëren voor en verstrekken aan
Nederland naar aanleiding van dat rechtshulpverzoek.
Omdat de rechtbank tot bewezenverklaringen zal komen, komt zij toe aan de beoordeling van deze verzoeken. De rechtbank wijst het verzoek tot verstrekking van alle brondata af omdat – zoals hiervoor gemotiveerd uiteen is gezet – de verdediging daar geen recht op heeft. Ook de verzoeken tot het horen van getuigen en het benoemen van deskundigen worden afgewezen. De rechtbank acht zich voldoende ingelicht op basis van de stukken, de uitvoerige behandeling op met name de speciaal voor dat doel gehouden PGP-regiezitting van 11 en 12 maart 2021 en de daarna nog gewisselde standpunten en toelichtingen ter terechtzitting. Van de noodzaak tot het horen van de door de verdediging verzochte personen is daarom niet gebleken. Om dezelfde reden is de rechtbank de noodzaak tot het benoemen van de verzochte deskundigen niet gebleken. De verzoeken worden afgewezen.
3.4
Eerlijk proces ex artikel 6 EVRM?
De verdediging betoogt dat het recht op een eerlijk proces ook omvat dat de verdachte een effectieve verdediging kan voeren gericht op het kunnen toetsen van het bewijs, zowel wat betreft de rechtmatigheid van de verkrijging van dat bewijs als ook de betrouwbaarheid en betekenis van de inhoud van dat bewijs. Dit is nog meer van belang gelet op de aard van het bewijs in Marengo, waar naast PGP-bewijs sprake is van de verklaringen van de kroongetuige. Daarnaast voert de verdediging aan dat de vrijheid en integriteit van de verdediging is geschonden. Een proces dient in zijn geheel eerlijk te zijn.
De rechtbank bespreekt als eerste de door de verdediging gestelde schending van de vrijheid en integriteit van de verdediging. Daarna komen de overige beperkingen en schendingen van verdedigingsbelangen aan de orde die, op zichzelf dan wel in onderlinge samenhang bezien, volgens de verdediging bijdragen aan de vaststelling dat geen sprake is geweest van een eerlijk proces als bedoeld in artikel 6 EVRM. Deze worden door de rechtbank gezamenlijk besproken.
3.4.1
Dubai-observatie
3.4.1.1 Feitelijke gang van zaken
Op 17 juni 2019 komt bij het Team Criminele Inlichtingen (hierna: TCI) informatie binnen dat [advocaat 4] op 19 juni 2019 met vlucht EK0148 om 15:20 uur naar Dubai zal vliegen en dat hij hoogstwaarschijnlijk daar de gezochte [medeverdachte 4] gaat ontmoeten. Het Openbaar Ministerie besluit naar aanleiding van deze informatie tot observatie van [advocaat 4] op Schiphol en in Dubai.
[advocaat 4] is kortstondig geobserveerd op Schiphol en met een artikel 126ne Sv vordering zijn de gegevens uit het Travel Information Portal (TRIP) verkregen. Daaruit blijkt dat [advocaat 4] inderdaad om 15:20 uur naar Dubai zal vliegen, met een terugvlucht op 23 juni 2019. Nadat op 19 juni 2019 op Schiphol blijkt dat hij in gezelschap is van [advocaat 5] wordt besloten ook hem te observeren.
Uit het dossier maakt de rechtbank op dat via de liaison officer aan de autoriteiten van Dubai het verzoek is gedaan om [advocaat 4] (en vervolgens ook [advocaat 5] ) in Dubai te observeren. Aan de afdeling Interpol van het Criminal Investigation Department van de Dubai Police (hierna ook: Interpol Dubai Police) is meegedeeld dat [advocaat 4] een advocaat is, maar niet de advocaat van [medeverdachte 4] , en dat het Nederlands recht zich niet verzet tegen deze inzet. Op 19 juni 2019 wordt een schriftelijk verzoek aan Interpol Dubai Police verstrekt inhoudend onder meer het verzoek tot 24-uurs observatie van [advocaat 4] en zijn hotelgegevens, waaronder hotelgegevens waar hij mogelijk eerder heeft verbleven. Voorts wordt gevraagd om een regelmatige (om het half uur of bij elke start/stop van [advocaat 4] ) update van de ontwikkelingen in Dubai, bijvoorbeeld cameraobservatie van een locatie/pand waarbij het vermoeden bestaat dat [medeverdachte 4] daar verblijft en het uitvoeren van alle opsporingshandelingen die leiden tot de aanhouding van [medeverdachte 4] .
Op 20 juni 2019 wordt door de Dubai Police in de lobby van het hotel een ontmoeting geobserveerd tussen [advocaat 5] en een onbekend persoon (die later [betrokkene 15] (hierna: [betrokkene 15] ) blijkt te zijn). Van deze ontmoeting wordt een foto gemaakt die via de liaison officer bij de Nederlandse politie terechtkomt. Op 21 juni 2019 wordt door de Dubai Police een ontmoeting geobserveerd tussen mrs. [advocaat 4] en [advocaat 5] en [betrokkene 15] en een andere onbekende man met een bril en een pet. Ook van deze ontmoeting wordt een foto gemaakt die via de liaison officer bij de Nederlandse politie terechtkomt. Omdat de Nederlandse politie vermoedt dat de onbekende man [medeverdachte 4] is, wordt om zijn aanhouding gevraagd, maar de Dubai Police doet dit niet omdat zij onvoldoende overtuigd zijn dat dit [medeverdachte 4] betreft. De Dubai Police verstrekt ondanks verzoeken daartoe geen verslag van de observaties. Voor zover bij de Nederlandse politie bekend zijn er geen andere ontmoetingen door de Dubai Police geobserveerd.
Op 10 december 2021 zijn door middel van een rechtshulpverzoek tien gedetailleerde vragen aan de autoriteiten van de Verenigde Arabische Emiraten (hierna: VAE) gesteld over de Dubai-observatie. Op 2 oktober 2023 wordt een antwoord gegeven, waarbij geen gedetailleerde informatie is verstrekt.
3.4.1.2 Verweren
De kern van de verweren van de verdediging van [verdachte] en die van [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 3] en [medeverdachte 4] is dat het (stelselmatig) volgen van de raadslieden onrechtmatig en in strijd met de beginselen van een goede procesorde is en een vormverzuim als bedoeld in 359a Sv oplevert, respectievelijk een bouwsteen is daarvoor. Deze verweren lenen zich voor gezamenlijke bespreking.
3.4.1.2.1 Verweer in de zaken van [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 3] en [medeverdachte 4]
De verdediging stelt zich op het standpunt dat door het Openbaar Ministerie geheimhoudersrechten zijn geschonden door het zonder daartoe strekkende machtiging stelselmatig observeren van twee advocaten tot in Dubai in juni 2019. Een zorgvuldige belangenafweging over de doorbreking van hun beroepsgeheim is niet gemaakt, gelet op het gevaar dat uitging van de operatie voor mrs. [advocaat 4] en [advocaat 5] . Onduidelijk is gebleven welke waarborgen zijn bedongen in relatie tot hun veiligheid. Het Openbaar Ministerie neemt ten onrechte aan dat er geen sprake is geweest van stelselmatige observatie en heeft uit eigen beweging niets verantwoord in het dossier. De dwingend voorgeschreven procedures voor het schenden van geheimhoudersrechten zijn niet gevolgd. Een bevel tot gevangenneming voor [medeverdachte 4] is bovendien pas op 24 september 2019 verstrekt. Volgens de verdediging is daarmee sprake van ernstige verzuimen in het kader van het waarborgen van het beroepsgeheim en het belang van cliënten en eenieder om zich vrij van vrees voor openbaarmaking voor advies tot een professioneel verschoningsgerechtigde te kunnen wenden. Daarbij heeft het Openbaar Ministerie herhaaldelijk willens en wetens, structureel en zelfs beleidsmatig in strijd met de fundamentele wettelijke rechtsbeginselen en normen gehandeld en dus in strijd met het recht van cliënten op vertrouwelijke en effectieve rechtsbijstand. Daarmee is het recht op een eerlijk proces ex artikel 6 EVRM geschonden. Het Openbaar Ministerie heeft tevens ontoereikend gehandeld op het gebied van transparantie en de veiligheid van personen, hetgeen eveneens een schending van de artikelen 2, 3 en 6 EVRM met zich brengt.
3.4.1.2.2 Verweer in de zaak van [verdachte]
De verdediging voert aan dat de Dubai-observatie blijk geeft van een Openbaar Ministerie dat de pijlen is gaan richten op een aantal advocaten. De zeer onzorgvuldige en disproportionele wijze waarop dit is gedaan schendt de vrijheid en integriteit van de verdediging en wijst op kwade wil. Voor zover een belangenafweging heeft plaatsgevonden is deze onvolledig en onzorgvuldig geweest en de verdedigingsrechten van [verdachte] zijn ongerechtvaardigd geschonden. De feitelijke grondslag voor de observatie is onvoldoende en een juridische basis voor de inzet ontbreekt. Een zorgvuldige besluitvorming heeft niet plaatsgevonden en het overleg met de autoriteiten in Dubai was zeer beperkt. Er was geen enkel toezicht en geen enkele controle of invloed vanuit Nederland op de wijze waarop de Dubai Police de verzoeken zou uitvoeren, behalve toen Nederland in aanwezigheid van mrs. [advocaat 4] en [advocaat 5] de verkeerde persoon wilde laten aanhouden. De gevaarzetting die daaruit volgt wordt door het Openbaar Ministerie weggewuifd. De Dubai-observatie kan de toets van subsidiariteit en proportionaliteit niet doorstaan en is daarmee onrechtmatig. Het voorgaande dient als bouwsteen voor de artikel 359a Sv-verweren en er wordt aandacht gevraagd voor de steeds meer complex wordende positie van (strafrecht)advocaten, waarbij in de samenleving door dergelijk handelen een negatief sentiment verder wordt aangewakkerd, waartegen die advocaten zich onmogelijk of slechts zeer beperkt kunnen verweren.
Het Openbaar Ministerie heeft geconcludeerd tot verwerping van de verweren.
3.4.1.3 Oordeel van de rechtbank
Vooropgesteld wordt dat de observatie heeft plaatsgevonden in het kader van de opsporing ter aanhouding van [medeverdachte 4] op de voet van artikel 565 Sv (oud) (in het onderzoek CapeCoral) en niet in het kader van het voorbereidend onderzoek tegen [verdachte] ter zake van de aan hem ten laste gelegde feiten (in het onderzoek Marengo). Indien al een verzuim kan worden vastgesteld, dan is dat buiten het verband van dit voorbereidend onderzoek en is artikel 359a Sv dus niet van toepassing. De vraag of een rechtsgevolg moet worden verbonden aan een onrechtmatige handeling die buiten het bereik ligt van artikel 359a Sv is daarmee echter niet uitgesloten. De rechtbank verwijst voor het hiervoor geldende kader naar hetgeen hiervoor (zie hoofdstuk 3.1 Algemeen kader vormverzuimen) is opgenomen.
3.4.1.3.1 Gestelde onrechtmatigheden
De omstandigheid dat bij de besluitvorming om tot observatie over te gaan op basis van de TCI-informatie is geacteerd, acht de rechtbank geoorloofd. De informatie was voldoende concreet en actueel en de omstandigheid dat over de betrouwbaarheid van die informatie geen oordeel kon worden gegeven, doet daar niet aan af.
Artikel 126g lid 1 Sv vereist een bevel tot observatie van de officier van justitie als het gaat om het stelselmatig volgen van een persoon of het stelselmatig waarnemen van diens aanwezigheid of gedrag. Het Openbaar Ministerie stelt dat de verwachting was dat de observatie in Dubai slechts gedurende een korte periode zou plaatsvinden op vermoedelijk alleen openbare locaties. Gelet daarop was een bevel ex artikel 126g Sv dus niet nodig. Een en ander hoefde daarom ook niet in het (artikel 565 Sv (oud) BOB-)dossier van [medeverdachte 4] te worden verantwoord, aldus het Openbaar Ministerie. In het licht van hetgeen aan de Dubai Police gevraagd is volgt de rechtbank het Openbaar Ministerie daarin niet. Er is immers verzocht om 24-uurs observatie met een regelmatige update van de ontwikkelingen (om het half uur of bij elke start/stop van [advocaat 4] ) en bijvoorbeeld cameraobservatie. Een dergelijke observatie kan – nu deze kennelijk op geen enkele wijze voor wat betreft de intensiteit is ingeperkt, zeker indien een en ander uit handen wordt gegeven aan een buitenlandse opsporingsdienst waarover geen enkele controle kan worden uitgeoefend – potentieel tot resultaat hebben dat een min of meer volledig beeld van bepaalde aspecten van iemands leven wordt verkregen en dat dus sprake is van stelselmatige observatie. Een bevel ex artikel 126g Sv was dus vereist.
Het ontbreken daarvan is een vormverzuim, maar het betreft geen onherstelbaar vormverzuim waaraan de rechter gevolgen kan verbinden. In de zaak van [verdachte] geldt immers dat het ontbreken van een dergelijk bevel geen vormverzuim is dat is begaan in het onderzoek dat voorafgaat aan het onderzoek ter terechtzitting, nu het is begaan in het onderzoek ter opsporing en aanhouding van [medeverdachte 4] . Ook anderszins kan aan het vormverzuim geen gevolgen worden verbonden, nu in geen geval geoordeeld kan worden dat de Dubai-observatie van bepalende invloed is geweest op het verloop van het opsporingsonderzoek naar en/of de (verdere) vervolging van een van de Marengo-verdachten ter zake van de ten laste gelegde feiten in de zaak Marengo.
Vervolgens komt de vraag aan de orde of er door (besluitvorming rondom) de observatie anderszins sprake is van onrechtmatig handelen van het Openbaar Ministerie. Daarbij stelt de rechtbank voorop dat iedere niet-verdachte ongewild onderdeel (en daarmee onderwerp) van politieonderzoek kan worden. Advocaten zijn hiervan niet uitgezonderd. Zij hebben echter – gezien hun verschoningsrecht en het grote maatschappelijke belang van dat verschoningsrecht – wel een bijzondere positie, die maakt dat het Openbaar Ministerie zeer omzichtig te werk moet gaan als een advocaat op enigerlei wijze in een strafrechtelijk onderzoek wordt betrokken. Dit wordt benadrukt in de door het College van procureurs-generaal opgestelde Aanwijzing toepassing dwangmiddelen en opsporingsbevoegdheden bij advocaten (hierna: de Aanwijzing). Deze luidt voor zover hier van belang:
‘De toepassing van opsporingsbevoegdheden en dwangmiddelen tegen advocaten vergt een hoge mate van zorgvuldigheid. (…) Dat betekent niet dat het OM nooit zou mogen overgaan tot het toepassen van dwangmiddelen jegens advocaten. Wel zal in die gevallen waarin het verschoningsrecht (mogelijk) in beeld is, zeer goed acht geslagen moeten worden op de eisen van proportionaliteit en subsidiariteit.’
De rechtbank gaat ervan uit dat mrs. [advocaat 4] en [advocaat 5] beroepshalve – en niet privé – de reis naar Dubai hebben gemaakt en dat daarom de Aanwijzing van toepassing is. [medeverdachte 4] stond al enige tijd internationaal gesignaleerd ter aanhouding in verband met het onderzoek Marengo. De officier van justitie belast met de opsporing van [medeverdachte 4] heeft over de ontvangen TCI-informatie contact gehad met de rechercheofficier van justitie en de plaatsvervangend hoofdofficier van justitie van het Landelijk Parket. Er is door hen besloten over te gaan tot de observatie vanwege het grote maatschappelijk belang bij de aanhouding van [medeverdachte 4] en de zeer grote maar vruchteloze opsporingsinzet om hem aan te houden. Meegewogen is dat er op dat moment een grote dreiging uitging van het (vermoedelijke) criminele samenwerkingsverband, terwijl het niet voor de hand lag dat [medeverdachte 4] cliënt was van [advocaat 4] en het doel uitsluitend de aanhouding van [medeverdachte 4] betrof. De observatie zou gedurende een beperkte periode op publiek toegankelijke plekken worden uitgevoerd. Desgevraagd heeft de betreffende officier van justitie op verzoek van de rechtbank een nader proces-verbaal opgemaakt met betrekking tot de mogelijke gevaarzetting voor de betrokken advocaat, waarbij de officier van justitie inzicht biedt in de afweging en ten slotte opmerkt dat er op geen enkel moment aanwijzingen zijn geweest voor enige vorm van concrete gevaarzetting jegens de advocaat.
In het licht van het belang van de opsporing en aanhouding van [medeverdachte 4] acht de rechtbank het op zichzelf niet onbegrijpelijk dat het Openbaar Ministerie tot deze afweging is gekomen. Door het enkel observeren van ontmoetingen die advocaten hebben in de publieke ruimte komt hun verschoningsrecht niet onmiddellijk in het gedrang. Anders dan de verdediging van [verdachte] meent volgt uit de beslissing tot de Dubai-observatie niet dat het Openbaar Ministerie – al dan niet uit kwade wil – de pijlen op de advocatuur richt. De rechtbank neemt daarbij aan dat de inzet ook was gevolgd als de TCI-informatie een ontmoeting met een niet-advocaat betrof. In het licht van het enorme belang om [medeverdachte 4] aan te houden – de ernst van de verdenking tegen hem, het gevaar dat hij kennelijk op vrije voeten vormde en de langdurige, vruchteloze inzet van een grote hoeveelheid opsporingscapaciteit – voldoet het initiële besluit om [advocaat 4] te (doen) observeren aan de eisen van proportionaliteit en subsidiariteit.
Wel geldt dat in de uitvoering van het besluit om te observeren – los van het ontbreken van het bevel ex artikel 126g Sv – een aantal zaken naar het oordeel van de rechtbank niet goed is gegaan. Waar kennelijk in de afweging van het Openbaar Ministerie is betrokken dat de observatie gedurende een beperkte periode op publiek toegankelijke plekken zou worden uitgevoerd, blijkt niet – althans, voor de rechtbank niet kenbaar – dat dit op deze wijze is gedeeld met de Dubai Police. Dat had wel gemoeten, nu het verzoek om 24-uurs observatie zonder deze beperking veel ruimer door de Dubai Police zou kunnen worden opgevat. Daarnaast geldt dat het verzoek aan de Dubai Police om de man met een bril en een pet die bij de tweede ontmoeting aanwezig was aan te houden terwijl mrs. [advocaat 4] en [advocaat 5] nog aanwezig waren, kennelijk als impulsieve reactie, terugkijkend buitengewoon risicovol was. Niet alleen had, als dit gebeurd was, voor hen ter plekke een gevaarlijke situatie kunnen ontstaan, maar bovendien kan bij iemand die zich al geruime tijd schuilhoudt en die in een dergelijke situatie wordt aangehouden, of bij zijn entourage, (ten onrechte) het idee postvatten dat de advocaten iets met deze aanhouding van doen hebben. De gevolgen van deze onregelmatigheden dienen echter te worden gerelativeerd. De Dubai Police heeft immers alleen de eerder genoemde twee ontmoetingen in de hal van het hotel aan de Nederlandse politie gemeld. Een gedegen verslaglegging van de observaties ontbreekt, maar er zijn geen aanwijzingen dat zij met hun observaties verder in het privéleven van mrs. [advocaat 4] en [advocaat 5] zijn doorgedrongen. Ook geldt dat de Dubai Police zelf heeft besloten om de man met een bril en een pet niet aan te houden, waardoor de hiervoor geschetste mogelijke veiligheidsrisico’s voor mrs. [advocaat 4] en [advocaat 5] zich uiteindelijk niet hebben voorgedaan.
3.4.1.3.2 Conclusie
De conclusie is dat er in de besluitvorming en de uitvoering van de Dubai-observatie fouten zijn gemaakt, die gelukkig zonder gevolgen zijn gebleven. Van een zodanig fundamentele inbreuk op de beginselen van een behoorlijke procesorde dat deze de niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie tot gevolg zou moeten hebben is echter geen sprake. De rechtbank onderkent wel dat de positie van (strafrecht)advocaten complexer is geworden en dat advocaten zich tegen een inzet zoals de Dubai-observatie onmogelijk of slechts zeer beperkt kunnen verweren. Het is dan ook niet voor niets dat de rechtbank van het Openbaar Ministerie openheid van zaken heeft verlangd en in dit kader getuigenverzoeken heeft gehonoreerd. Op grond van artikel 126g Sv had (het bevel tot) de observatie op schrift dienen te worden gesteld, had dit verantwoord moeten worden in het artikel 565 Sv (oud) BOB-dossier van [medeverdachte 4] en was er een notificatieplicht ten opzichte van [advocaat 4] . Maar los daarvan had het het Openbaar Ministerie gepast dat zij ter toetsing van haar handelen – nu er een inzet op advocaten is geweest – uit eigen beweging de gang van zaken van meet af aan had vastgelegd en de relevante stukken in het dossier had gevoegd. Dat dit niet is gebeurd maakt echter niet dat de gevolgde handelwijze daarom als onrechtmatig moet worden aangemerkt.
Zoals hiervoor is weergegeven hebben de autoriteiten van de VAE recent – op 2 oktober 2023 – in zeer algemene bewoordingen geantwoord op de door de rechtbank geformuleerde en door middel van een rechtshulpverzoek aan hen gestelde gedetailleerde vragen. Dit is teleurstellend en onderstreept het belang van een goede verslaglegging in Nederland. Het leidt echter niet tot een andere conclusie.
Dat de Dubai-observatie grote impact heeft gehad op [advocaat 4] staat voor de rechtbank vast. De stelling dat de verdedigingsrechten van [verdachte] hierdoor zijn geschonden kan de rechtbank echter niet volgen. De observatie had immers niets met hem, de relatie tussen hem en zijn advocaat of zelfs maar zijn zaak te maken. Dat [medeverdachte 4] een van zijn medeverdachten is maakt dat niet anders.
De verweren worden dan ook verworpen.
3.4.2 26
Koper-beschuldigingen aan adres verdediging [verdachte]
De verdediging voert aan dat met het zogenoemde 26Koper proces-verbaal [82] en de toelichting van het Openbaar Ministerie op de zitting van 11 augustus 2020 de verdediging willens en wetens (nog verder) is geschaad. Niet alleen is dit proces-verbaal gelekt waardoor media raadslieden onder meer hebben neergezet als ‘loopjongens van de Mocromaffia’, het Openbaar Ministerie heeft ook bepaalde raadslieden, in het bijzonder van het kantoor van de verdediging van [verdachte] , geplaatst in het frame van ‘organisatieadvocaten’ en daarmee dus ook deze verdediging zelf. Er bestond geen enkel belang bij verificatie van verklaringen van [medeverdachte 5] over advocaten. De verdediging voert aan dat deze niet over de ten laste gelegde feiten gaan en daarnaast dat zijn redenen van wetenschap in geen geval zijn gebaseerd op zijn eigen waarneming. De conclusie dient hier te zijn dat slechts één doel werd nagestreefd en dat is het beschadigen van de reputatie van de raadslieden en daarmee ook het beschadigen van de verdedigingsbelangen van [verdachte] .
De rechtbank overweegt als volgt. In haar beslissing van 29 september 2020 [83] heeft de rechtbank al geoordeeld dat het opmaken van het 26Koper proces-verbaal en de voeging daarvan in het zaaksdossier Marengo niet onbegrijpelijk is. Daar blijft de rechtbank bij. Het Openbaar Ministerie beschouwt de zaak Koper immers als aanloop naar een aantal liquidaties waarvan verdachten in de zaak Marengo worden vervolgd, [medeverdachte 5] heeft kluisverklaringen afgelegd over de zaak Koper en het proces-verbaal geeft inzicht in de wijze waarop de deelnemers aan het criminele samenwerkingsverband rondom [medeverdachte 4] aan voor hen relevante informatie wilden komen. De rechtbank heeft daarbij overwogen dat gekozen had kunnen worden voor een andere, voor een aantal advocaten minder beschadigende, wijze van verslaglegging. Voor de wijze van berichtgeving in de media zijn uiteindelijk die media verantwoordelijk. Dat een aantal advocaten die in het onderzoek Koper betrokken waren hinder van de mediaberichten heeft ondervonden wil de rechtbank aannemen. Dit betrof echter niet in de eerste plaats de raadslieden van [verdachte] . De rechtbank acht het los daarvan niet aannemelijk dat het Openbaar Ministerie dit verificatieonderzoek heeft laten uitvoeren en het 26Koper proces-verbaal heeft laten opmaken met als doel de reputatie van een aantal advocaten – en daarmee de verdedigingsbelangen van [verdachte] – te beschadigen. Er was immers een legitiem onderzoeksbelang bij het opmaken en voegen van dit verificatie-proces-verbaal. De nadere onderbouwing bij pleidooi leidt niet tot een ander oordeel.
3.4.3
Beschuldigingen rechters-commissarissen aan adres verdediging [verdachte]
Naar aanleiding van een tweetal beschuldigingen door twee betrokken rechters-commissarissen aan het adres van de raadsman heeft een wrakingsincident plaatsgevonden. De beschuldigingen luiden als volgt: “De rechter-commissaris moet nu met verbijstering constateren dat de raadsman, zonder enige noodzaak, daar immers zonder enige verwarring de aanduiding ‘partner van‘ kan worden gebruikt, de naam van deze persoon toch weer volledig uitschrijft. Dit geeft niet alleen blijk van een volstrekt gebrek aan respect voor de beslissingen van de rechter-commissaris, maar ook voor de veiligheidsbelangen van deze persoon en haar naasten.” Het verwijt dat de verdediging het Openbaar Ministerie maakt is dat zowel bij de rechters-commissarissen op 18 maart 2020 als bij de zitting in de wrakingsprocedure het Openbaar Ministerie heeft aangegeven zich te kunnen vinden in de bewuste twee beschuldigingen en ook dat heeft een schadelijk effect voor de verdedigingsbelangen.
De rechtbank overweegt als volgt. Op de zitting van 27 augustus 2020 heeft de verdediging al aangevoerd dat deze beschuldigingen, samen met de Dubai-observatie en het 26Koper proces-verbaal, moeten zijn ingegeven door een door het Openbaar Ministerie gecreëerd (kwalijk) frame van de raadslieden. De verdediging heeft indertijd gesteld dat er van de zijde van het Openbaar Ministerie sprake is van een bewuste, gecoördineerde beschadigingsactie gericht op de integriteit van de verdediging, om de aandacht af te leiden van de grote problemen waarin [medeverdachte 5] is komen te verkeren. In de eerder genoemde beslissing van de rechtbank is overwogen dat argumenten daarvoor bezwaarlijk gehaald kunnen worden uit een beslissing van een rechter-commissaris. In de wrakingsprocedure is geoordeeld dat van vooringenomenheid bij de rechters-commissarissen niet is gebleken. De rechtbank ziet niet in dat het Openbaar Ministerie het bij de twee genoemde gelegenheden niet vrij zou staan zich uit te laten in de door de verdediging genoemde zin. De stelling dat dit een schadelijk effect zou hebben op de verdedigingsbelangen, wordt dan ook verworpen.
3.4.4
Overige beperkingen en schendingen verdedigingsbelangen
3.4.4.1 Standpunt van de verdediging
De verdediging heeft naast de bovengenoemde omstandigheden – die zien op de vrijheid en integriteit van de verdediging – enkele andere (de verdediging belemmerende) omstandigheden aangevoerd die in haar ogen maken dat het proces in eerste aanleg in de zaak van [verdachte] niet eerlijk is geweest. Zij voert daartoe het volgende aan.
Te lang moeten wachten op horen kroongetuige
In maart 2018 was er in de zaak van [verdachte] al sprake van het inbrengen van de – jegens hem bezwarende – verklaringen van [medeverdachte 5] . Ondanks herhaalde verzoeken daartoe heeft de verdediging [medeverdachte 5] pas voor het eerst in juli 2019 kort op de zitting kunnen horen en pas vanaf medio januari 2020 bij de rechter-commissaris. De verdediging heeft aldus bijna twee jaren moeten wachten voordat het ondervragingsrecht kon worden uitgeoefend, terwijl [verdachte] zich wel in voorlopige hechtenis bevond (mede) op basis van de (recherche)verklaringen van [medeverdachte 5] . Daarnaast is ook sprake van onherstelbare schade vanwege het verstrijken van de tijd en de negatieve invloed daarvan op het geheugen van [medeverdachte 5] . Bovendien heeft hij op deze manier de gelegenheid gekregen zich voor te bereiden op de verhoren door de verdediging en de rechters, zijn verklaringen aan te passen en af te stemmen op de inhoud van het dossier en naslag via internet kunnen doen. Het Openbaar Ministerie heeft niet steekhoudend kunnen onderbouwen waarom de verdediging zo lang heeft moeten wachten en daarom kan maar aan één reden worden gedacht en dat is de verdediging op ongeoorloofde achterstand brengen.
Weigerachtigheid verklaren kroongetuige
[medeverdachte 5] heeft meermaals en langdurig geweigerd te verklaren. Nadat hij – na de moord op [advocaat 1] – een nieuwe raadsman had gevonden konden de verhoren bij de rechter-commissaris beginnen. Vanaf maart 2020 ontstonden perikelen nadat [medeverdachte 5] de wens had opgevat om [vertrouwenspersoon] als vertrouwenspersoon te hebben. Vervolgens heeft [medeverdachte 5] vanaf eind mei 2021 geweigerd op de zitting te verklaren in verband met onenigheid met het Openbaar Ministerie over veiligheidsmaatregelen. In juni 2021 zijn de verhoren op de zitting niet doorgegaan met als reden voor zijn weigering (ongespecificeerde) gezondheidsproblemen. In deze periode was het juist de bedoeling [medeverdachte 5] te ondervragen over de iPhone-chats. De weigeringen van [medeverdachte 5] zijn in strijd met zijn verklaringsplicht op grond van zijn overeenkomst met de Staat. Het Openbaar Ministerie wordt het verwijt gemaakt hiertegen niet te zijn opgetreden, terwijl dit wel mogelijk was, bijvoorbeeld door (vordering tot) gijzeling en vervolging ex artikel 192 lid 2 Sr. Daarnaast heeft [medeverdachte 5] geweigerd bepaalde specifieke vragen te beantwoorden met misbruik van het argument van veiligheid. Als voorbeelden worden genoemd het niet beantwoorden van vragen over zijn mogelijkheden tot internetgebruik tijdens detentie en het niet noemen van de namen van twee personen (die volgens [medeverdachte 5] door [verdachte] benaderd zouden zijn in relatie tot de liquidatie van [slachtoffer 1] ) in de zaak Kreta tijdens een verhoor bij de rechter-commissaris. Dit moet het Openbaar Ministerie worden aangerekend omdat het wederom niet adequaat tegen de weigeringen is opgetreden.
Weigering horen partner kroongetuige inzake relatie tussen [verdachte] en de kroongetuige
De verdediging heeft met dit verhoor de onaannemelijkheid van de – door [medeverdachte 5] gestelde – vertrouwensrelatie tussen hem en [verdachte] willen aantonen. De verdediging heeft ten onrechte hiervoor geen ruimte gekregen van de rechters-commissarissen en de rechtbank. Dit klemt temeer omdat de rechters-commissarissen op 12 mei 2022 – kort voor het requisitoir – tijdens een verhoor in de zaak van [medeverdachte 5] hieromtrent wel vragen hebben gesteld aan deze getuige. Er is met twee maten gemeten. De rechters-commissarissen zijn tijdens dit verhoor ook meegegaan in een door het Openbaar Ministerie gesteld, maar te beperkt, kader voor de vraagstelling aan de partner van [medeverdachte 5] . De beslissing van de rechtbank over het horen van de partner van [medeverdachte 5] over ‘telefoons (mogelijk) in de cel van verdachte [medeverdachte 5] in 2017’ is op instigatie van het Openbaar Ministerie versmald ‘tot de tweede PGP-telefoon en december 2017’. Het bewuste proces-verbaal van verhoor in de zaak van [medeverdachte 5] is gevoegd in het dossier van [verdachte] en is daarmee van belang voor hem. Het betreffende verhoor is bovendien door het Openbaar Ministerie in het requisitoir aangehaald, juist waar het gaat over de beweerde vertrouwensrelatie. Het Openbaar Ministerie heeft de verdediging belemmerd om aan de hand van bevraging van deze getuige de beweerde relatie tussen [medeverdachte 5] en [verdachte] te kunnen betwisten alsmede de daarop gebaseerde beschuldigingen van [medeverdachte 5] aan het adres van [verdachte] .
Belemmeren zicht op onderzoek Amazone
Tijdens het verhoor van [medeverdachte 5] op de zitting in juli 2019 heeft hij het gebruik van een tweede PGP-toestel tijdens detentie verzwegen, hetgeen aanleiding was voor [verdachte] om op 22 oktober 2019 te verklaren over een tweede toestel. Daarmee had [medeverdachte 5] PGP-contact met [verdachte] en heeft hij hem naar een plek gedirigeerd waar vervolgens een aanslag op zijn leven heeft plaats gevonden. Het onderzoek Amazone betreft deze aanslag op [verdachte] op 17 december 2017. Het Openbaar Ministerie volgt de ongeloofwaardige lezing van [medeverdachte 5] en niet de geloofwaardige verklaring van [verdachte] . Daaruit blijkt een disbalans voor wat betreft het onderzoek Amazone en het selectief inbrengen van onderzoeksresultaten uit die zaak. Het Openbaar Ministerie heeft vrijelijk uit dit dossier kunnen selecteren terwijl de verdediging ondanks vele verzoeken daartoe slechts een zeer beperkt deel van het dossier Amazone heeft kunnen zien.
Belemmeren zicht op onderzoek Orinoco
Het voorgaande geldt volgens de verdediging ook voor het onderzoek Orinoco, betreffende een incident op een woonwagenkamp in Overvecht eind 2010 waarbij [medeverdachte 5] op een persoon heeft geschoten. Hierover heeft [verdachte] op 22 oktober 2019 verklaard, terwijl [medeverdachte 5] hierover tot dan toe had gezwegen. Bij een politieverhoor heeft hij het nadien wel bekend. Het Openbaar Ministerie ontnam aanvankelijk het zicht op de afdoening van deze zaak. Nu inmiddels duidelijk is dat [medeverdachte 5] niet vervolgd wordt voor dit feit, kan gesproken worden van een extra ongeoorloofde prestatie van de Staat aan [medeverdachte 5] .
Gebrekkige verificatie/falsificatie verklaringen kroongetuige
Ten onrechte is de focus van dit onderzoek hoofdzakelijk gericht op verificatie en niet op falsificatie van de verklaringen van [medeverdachte 5] .
Belemmeren onderzoek naar PGP-berichten
Het Openbaar Ministerie heeft zich telkens verzet tegen de vele verzoeken om inzage in de totale ‘bak’ aan PGP-berichten door de verdediging en [verdachte] , om daar zelf onderzoek naar te kunnen doen. In de periode dat [verdachte] in de EBI verbleef is het hem niet toegestaan zelfstandig op zijn cel de PGP-berichten op een laptop te doorzoeken. Er is alleen de mogelijkheid geboden om met twee laptops, een voor [verdachte] en een voor de raadsman, tegelijk de PGP-berichten te doorzoeken tijdens bezoek van de raadsman. Het enige doel dat daarmee gediend kon worden was het belemmeren van de verdedigingsmogelijkheden. Het kunnen beschikken over de berichten van de aan [verdachte] toegeschreven PGP-lijnen op een laptop is onvoldoende om adequaat onderzoek te doen. In de zaak Bosnië/Brandberg heeft het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden het verdedigingsbelang hierbij onderkend; in die zaak konden de verdediging en de verdachte zelf wel beschikken over de gehele dataset. Het Openbaar Ministerie heeft door deze belemmeringen de verdedigingsbelangen in ernstige mate geschaad en het beginsel van gelijkheid der wapenen geschonden. Daarmee zijn de belemmeringen in strijd met een eerlijk proces.
Belemmeringen inzake EBI
De verdediging voert aan dat zij sinds oktober 2021 tijdens bezoeken aan [verdachte] in de EBI het eigen digitale verdedigingsdossier niet meer mocht meenemen. Deze EBI-belemmeringen hebben circa driekwart jaar geduurd, totdat [verdachte] naar een andere inrichting is overgeplaatst. De verdediging heeft meermaals gevraagd hier verandering in te brengen en verwijt het zaaks-Openbaar Ministerie zich nimmer zichtbaar te hebben ingespannen om deze weg te nemen, terwijl daar mogelijkheden voor waren. Daarmee zijn verdedigingsbelangen onherstelbaar geschaad.
Ongelijkheid vervolgingen [verdachte] en kroongetuige
Aan de hand van een analyse van de verklaringen van [medeverdachte 5] voert de raadsman aan dat er een grote ongelijkheid in vervolgingen is tussen [medeverdachte 5] en [verdachte] . Zo wordt [medeverdachte 5] voor een aantal feiten niet vervolgd, terwijl daar wel voldoende bewijs voor is. [medeverdachte 5] is bij de (voorgenomen) moorden aanzienlijk meer actief geweest. Het verschil in strafeisen is dan ook onbegrijpelijk. Dat geldt ook voor het standpunt van het Openbaar Ministerie dat [medeverdachte 5] er op mocht vertrouwen dat het oude v.i.-regime zou gelden, terwijl het Openbaar Ministerie zich ertegen verzet dat dit in de zaak van [verdachte] gebeurt. Daarbij komt nog de ongelijkheid in de door het Openbaar Ministerie gebezigde bewoordingen bij de motivering van de strafeisen, waarbij bij [verdachte] steeds strafverzwarende duidingen zijn gebruikt en dit bij [medeverdachte 5] niet is gedaan. Deze meervoudige ongelijkheid dient bij te dragen tot de niet-ontvankelijkheid en/of bewijsuitsluiting als bedoeld in artikel 359a Sv.
Inhoud bajes-PGP en proceshouding Openbaar Ministerie dienaangaande
De op 17 januari 2024 door het Openbaar Ministerie verspreide inhoud van het PGP-toestel dat [medeverdachte 5] in detentie onder zich heeft gehad toont aan dat hij vanuit detentie, terwijl hij de voor-overeenkomst al heeft getekend, doorgaat met het plegen van zeer ernstige (levens)misdrijven. De kroongetuigenregeling biedt geen plaats aan een kroongetuige die tijdens detentie onder de vleugels van het Openbaar Ministerie ernstig crimineel handelen blijft voortzetten. Een Openbaar Ministerie dat aangeeft dat de berichten passen bij de eerder door de kroongetuige afgelegde verklaringen en zich over dit crimineel handelen in stilzwijgen hult noopt tot een krachtig signaal. Dit is een nieuwe bouwsteen voor de niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie.
Alle hiervoor genoemde onderdelen leveren (tezamen) een ernstige inbreuk op van het recht op een eerlijk proces. Dit dient te leiden tot niet-ontvankelijkverklaring van het Openbaar Ministerie en subsidiair tot bewijsuitsluiting van de verklaringen van [medeverdachte 5] en het PGP-bewijs.
3.4.4.2 Oordeel van de rechtbank
In de algemene inleiding van dit hoofdstuk (zie hoofdstuk 3.1 Algemeen kader vormverzuimen) heeft de rechtbank weergegeven wat de kaders zijn voor de beoordeling of er sprake is van een eerlijk proces. De verdediging heeft een groot aantal omstandigheden aangevoerd die in haar ogen maken dat het proces in eerste aanleg in de zaak van [verdachte] niet eerlijk is geweest.
De rechtbank ziet dit anders. Dat de detentie van [verdachte] in de EBI, met de daarbij behorende beperkingen, de voorbereiding van de verdediging soms lastig heeft gemaakt wil de rechtbank aannemen. Een verdediging voorbereiden met een cliënt in de EBI is complexer dan met een cliënt op vrije voeten of in een regulier Huis van Bewaring. Dat is zeker het geval nu er de laatste jaren – door omstandigheden buiten [verdachte] en de verdediging om – in de EBI aanvullende maatregelen zijn getroffen die het overleg tussen raadsman en cliënt ingewikkelder maken. Het voorbereiden van een verdediging met een cliënt in de EBI kost simpelweg meer tijd. De rechtbank heeft daarom – meermaals – aangegeven desgewenst meer tijd te willen bieden en juist door de lange duur van het proces heeft de verdediging die extra tijd ook gekregen. Inmiddels is [verdachte] overgeplaatst waardoor deze belemmering is vervallen. Hoe dan ook kan niet gezegd worden dat door het verblijf in de EBI geen sprake is van een eerlijk proces.
In het algemeen geldt dat het Openbaar Ministerie een ruime beoordelingsvrijheid heeft bij de beoordeling van de vraag of, en zo ja waarvoor, iemand wordt vervolgd. In het licht hiervan kan niet gezegd worden dat het Openbaar Ministerie in redelijkheid [medeverdachte 5] heeft moeten vervolgen voor meer en/of andere feiten, noch dat zij in redelijkheid [verdachte] niet heeft mogen vervolgen op de wijze als gedaan. Bovendien heeft het Openbaar Ministerie van zowel [medeverdachte 5] als [verdachte] handelingen in zaaksdossiers waarvoor zij niet apart zijn vervolgd meegewogen bij de ten laste gelegde criminele organisatie. Naar het oordeel van de rechtbank is er geen sprake van ongelijke behandeling van gelijke gevallen.
De verwijten die de verdediging het Openbaar Ministerie maakt in relatie tot de onderzoeken Amazone en Orinoco kan de rechtbank niet volgen. De onderzoeken Amazone, het schietincident waarbij [verdachte] slachtoffer is geworden op 17 december 2017, en Orinoco, het kampschietincident waarbij [medeverdachte 5] een persoon zou hebben beschoten in 2010, zijn geen onderdeel van de zaak Marengo. De rechtbank ziet reeds daarom niet dat het in Marengo relevant is of het Openbaar Ministerie inzake Amazone meer geloof zou hechten aan de lezing van [medeverdachte 5] of die van [verdachte] . De verdediging is steeds in de gelegenheid geweest op de zitting standpunten in te nemen en verzoeken te doen. Dit laatste is een aantal malen gedaan en daarop is door de rechtbank beslist. Zo is er de beslissing van 29 september 2020 [84] met betrekking tot het inzageverzoek in beide dossiers en de vraag of het zaaks-Openbaar Ministerie beschikt over het dossier Amazone, hetgeen niet het geval was, en is er de beslissing van 17 november 2020. [85] Het Openbaar Ministerie heeft op 6 december 2022 op de zitting meegedeeld dat het parket Midden-Nederland in nauw overleg met de politie besloten heeft om geen strafrechtelijk vervolg te geven aan het schietincident van 24 december 2010 omdat vervolging niet opportuun wordt geacht. Hiervoor (zie hoofdstuk 3.2.4.2 Zijn er ongeoorloofde toezeggingen gedaan?) heeft de rechtbank al beslist dat deze beslissing niet kan worden aangemerkt als een ongeoorloofde toezegging.
Het verwijt dat de focus van het verificatie/falsificatie-onderzoek naar de verklaringen van [medeverdachte 5] hoofdzakelijk is gericht op verificatie en daarmee te eenzijdig is, volgt de rechtbank niet. Als er verificatieonderzoek naar een verklaring wordt verricht kan de uitkomst zijn dat de verklaring geverifieerd kon worden of dat deze niet geverifieerd kon worden. Ook het feit dat niet geverifieerd kon worden kan afbreuk doen aan de betrouwbaarheid van de verklaring. Bovendien is het mogelijk dat tijdens een verificatieonderzoek informatie wordt gevonden die strijdig is met de verklaring. Dat dergelijk onderzoek eenzijdig is, volgt de rechtbank niet. Verklaringen van [verdachte] over bijvoorbeeld het kampschietincident en zijn bezoek aan de sportschool op 22 juni 2016 zijn onderzocht. Verder heeft de verdediging ook inzage verkregen in het zogenoemde verificatiejournaal, zie laatstelijk – over de vorm waarin – in de beslissing van de rechtbank van 29 januari 2021. [86] Het heeft de verdediging ook steeds vrij gestaan verzoeken te doen, waaronder ook nadrukkelijk verificatieverzoeken en verzoeken tot voeging van stukken.
Ten aanzien van de stellingen van de verdediging dat zij onvoldoende mogelijkheden heeft gekregen om de PGP-berichten te onderzoeken verwijst de rechtbank naar hetgeen zij hiervoor heeft overwogen (zie hoofdstuk 3.3.6.2.2 Inzage in Marengo-dataset).
De verdediging heeft tot slot een aantal bezwaren geuit die betrekking hebben op beslissingen van de rechtbank over:
- het verhoor van de partner van [medeverdachte 5] als getuige (waarbij een deel van de bezwaren zich richt op beslissingen van de rechters-commissarissen);
- het verhoor van [medeverdachte 5] zelf (de planning van deze verhoren en de beslissingen van de rechtbank omtrent welke vragen al dan niet beantwoord moesten worden).
De rechtbank begrijpt de verdediging zo dat het niet zozeer de inhoud van deze beslissingen van de rechtbank is die zij (hier) aan de kaak stelt, maar dat de standpunten van het Openbaar Ministerie in dat kader gezien moeten worden als belemmeringen die de verdedigingsbelangen in ernstige mate schaden. De rechtbank kan de verdediging hierin niet volgen. Het Openbaar Ministerie heeft net als de verdediging het recht zich uit te laten over stellingen, verzoeken, tijdens verhoren gestelde vragen en (beslissingen over) de planning van de rechtbank. De verdediging heeft ten aanzien van deze onderwerpen op de zitting standpunten kunnen innemen en verzoeken kunnen doen. De omstandigheid dat de verdediging zich niet in de visie van het Openbaar Ministerie kan vinden, maakt niet dat [verdachte] geen eerlijk proces heeft gehad. De rechtbank stelt wel vast dat bij het verhoor van de partner van [medeverdachte 5] , toen zij als getuige werd gehoord in de zaak van [medeverdachte 5] , door de rechters-commissarissen is gevraagd naar de relatie tussen [medeverdachte 5] en [verdachte] , terwijl dit buiten de opdracht van de rechtbank viel. Het proces-verbaal van dit verhoor is, zoals te doen gebruikelijk in Marengo, in de zaken van de andere verdachten in Marengo gevoegd. De verdediging heeft destijds om haar moverende redenen besloten om er vanaf te zien om bij dit verhoor bij de rechters-commissarissen aanwezig zijn. Niet valt in te zien hoe het Openbaar Ministerie een verwijt valt te maken van het gegeven dat de rechters-commissarissen in een verhoor in de zaak van [medeverdachte 5] enigszins langs de randen van de aan hen verstrekte opdracht vragen aan deze getuige hebben gesteld.
De stelling van de verdediging dat de inhoud van de op 17 februari 2024 verspreide chats – afkomstig uit het PGP-toestel dat [medeverdachte 5] in detentie onder zich heeft gehad – en de reactie daarop van het Openbaar Ministerie, een bouwsteen zijn voor de niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie, kan de rechtbank niet volgen. De rechtbank constateert dat deze chats in lijn zijn met wat [medeverdachte 5] heeft verklaard over zijn gebruik van dit toestel. Niet valt in te zien hoe het Openbaar Ministerie ten deze een verwijt gemaakt kan worden dat de ontvankelijkheid zou kunnen raken.
Alle door de verdediging aangevoerde omstandigheden leiden, afzonderlijk noch gezamenlijk, tot de conclusie dat de wijze waarop het proces zoals het in eerste aanleg gevoerd is tegen [verdachte] , niet eerlijk is geweest.
3.5
Conclusie ten aanzien van de voorvragen
Voor zover in het voorgaande al vormverzuimen of (andere) onrechtmatigheden zijn vastgesteld leiden deze noch op zichzelf, noch gezamenlijk tot de conclusie dat het Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk is in de vervolging. De conclusie van de rechtbank is daarom dat het Openbaar Ministerie ontvankelijk is in de vervolging.
Verder is de dagvaarding geldig, is deze rechtbank bevoegd tot kennisneming van de ten laste gelegde feiten en zijn er geen redenen voor schorsing van de vervolging.
4.Waardering van het bewijs
4.1
PGP-identificatie
4.1.1
Identificatie e-mailadressen verdachten Marengo
De rechtbank heeft op basis van de processen-verbaal van identificatie – en in voorkomende gevallen op basis van overige informatie in het dossier en/of wat is besproken ter terechtzitting – vastgesteld wie de gebruiker van een PGP-e-mailadres was. Ook is op basis daarvan vastgesteld of, en zo ja onder welke bijnamen een bepaalde gebruiker bekend stond of werd opgeslagen. In bijlage 2 bij dit vonnis is een overzicht opgenomen van deze PGP-e-mailadressen en de gebruikers met hun eventuele bijnamen.
De rechtbank zal hierna ten aanzien van [verdachte] aan de hand van de vindplaats in het dossier weergeven op grond waarvan is vastgesteld dat hij de gebruiker van een bepaald e-mailadres was. Als die verwijzing naar de vindplaats in het dossier – waar de feiten en omstandigheden die leiden tot de identificatie zijn beschreven – nog tot een inhoudelijke reactie nopen, naar aanleiding van hetgeen door de verdediging is aangevoerd of ambtshalve is geconstateerd, zal de rechtbank daarop hierna ook ingaan.
4.1.2
Identificatie e-mailadressen overige gebruikers
Het dossier bevat een aantal processen-verbaal van identificatie met betrekking tot e-mailadressen die door het Openbaar Ministerie aan andere personen, niet zijnde verdachten in Marengo, worden toegeschreven. In sommige gevallen is de identificatie van de gebruiker(s) van die overige e-mailadressen van belang voor de beoordeling en duiding van conversaties uit de zaaksdossiers en/of voor de koppeling van e-mailadressen aan (Marengo-)verdachten. Om die reden is de rechtbank nagegaan of de identificatie op basis van de in die processen-verbaal van identificatie genoemde feiten en omstandigheden gerechtvaardigd is. De rechtbank komt tot de conclusie dat dit het geval is. Om die reden zijn ook deze overige gebruikers van e-mailadressen in de genoemde bijlage bij dit vonnis opgenomen.
4.1.3
Identificatie e-mailadressen [verdachte]
De rechtbank stelt op basis van de processen-verbaal van identificatie vast dat [verdachte] de gebruiker is geweest van het e-mailadres ezfk116w@pgpsafe.net, [87] gebruikt in de periode december 2016 en januari 2017 en het e-mailadres intz327x@pgpsafe.net, [88] gebruikt in april 2016. De rechtbank stelt verder vast dat het e-mailadres gvsy826n@pgpsafe.net [89] aan [verdachte] kan worden toegeschreven op basis van de verklaring van [medeverdachte 5] . Dit nummer staat onder de contactnaam ‘Panter’ in de BlackBerry van [medeverdachte 5] opgeslagen. [medeverdachte 5] heeft hierover verklaard dat dit het nummer van [verdachte] is dat hij ( [verdachte] ) heeft van een maand voordat [medeverdachte 5] vast kwam te zitten (de rechtbank begrijpt: het nummer dat [verdachte] vanaf een maand vóór 14 januari 2017 gebruikte).
4.2
Zaaksdossier Kreta
Op 22 juni 2016 rond 21:52 uur is [slachtoffer 1] (hierna: [slachtoffer 1] ) beschoten op de [adres] te Utrecht. [90] Hij is ter plaatse overleden als gevolg van een groot aantal schotverwondingen. [91] Uit onderzoek is gebleken dat sprake is geweest van een gerichte aanslag op het leven van [slachtoffer 1] .
[medeverdachte 7] , [medeverdachte 8] , [medeverdachte 5] , [medeverdachte 9] , [medeverdachte 10] , [verdachte] , [medeverdachte 11] , [medeverdachte 12] , [medeverdachte 2] en [medeverdachte 4] worden allen vervolgd voor het medeplegen van de moord op [slachtoffer 1] en voor het medeplegen van de voorbereiding van moord op [slachtoffer 1] in de periode van 17 april 2016 tot en met 22 juni 2016. Daarnaast is de verdenking gerezen dat ook [betrokkene 3] (hierna: [betrokkene 3] ), [betrokkene 1] (hierna: [betrokkene 1] ) en [betrokkene 2] (hierna: [betrokkene 2] ) doelwit waren van te plegen aanslagen. Met uitzondering van [medeverdachte 5] worden voornoemde verdachten ook vervolgd voor het medeplegen van de voorbereiding van moord op hen in de periode van 17 april 2016 tot en met 22 juni 2016.
4.2.1
Inleiding
Het onderzoek naar de gewelddadige dood van [slachtoffer 1] is indertijd gestart als TGO Kreta. Nadien heeft [medeverdachte 5] (kluis)verklaringen afgelegd en zijn PGP-berichten beschikbaar gekomen die beide in relatie tot dat onderzoek staan. Voor de bewijswaardering acht de rechtbank de volgende onderwerpen van belang: een schets van de voorgeschiedenis, de (kluis)verklaringen van [medeverdachte 5] in relatie tot het onderzoek Kreta, relevante PGP-berichten en andere onderzoeksbevindingen. Hieronder volgt een (beknopte) weergave en de duiding daarvan. Het overzicht met PGP-berichten is chronologisch en begint met het oog op de begrijpelijkheid op een eerder tijdstip dan de ten laste gelegde periode.
4.2.2
Standpunten
Het Openbaar Ministerie stelt zich op het standpunt dat het medeplegen van moord op [slachtoffer 1] en het medeplegen van voorbereiding van moord op [slachtoffer 1] , [betrokkene 1] , [betrokkene 2] en [betrokkene 3] kan worden bewezen.
De verdediging bepleit dat [verdachte] ten aanzien van beide feiten wordt vrijgesproken.
4.2.3
Voorgeschiedenis
[betrokkene 1] is op 24 juni 2015 door de politie gewaarschuwd dat zijn leven gevaar liep en dat er (mogelijk) een baken onder zijn huurauto heeft gezeten. [92] Hij is door de politie als getuige gehoord op 27 juni 2015 en 7 september 2015. [93] Op 12 juli 2016 is hij bij de rechter-commissaris als getuige gehoord in het onderzoek Koper. [94] De bijnaam van [betrokkene 1] is Chino. [95]
[betrokkene 3] heeft op 27 juni 2015 aangifte gedaan van bedreiging. [96] Hij heeft verklaard dat hij enkele maanden daarvoor in België is gevolgd. Een van de drie inzittenden van de achtervolgende auto, een negroïde man, heeft hij herkend als iemand die volgens hem liquidaties pleegt voor [medeverdachte 4] . In de aangifte verklaart [betrokkene 3] dat een vriend, [betrokkene 1] , eerder die week is gewaarschuwd. Volgens [betrokkene 3] heeft dat ermee te maken dat [betrokkene 1] wordt gebruikt om bij hem te komen of om hem, [betrokkene 3] , een signaal te geven dat hij aan de beurt komt. [betrokkene 3] verklaart verder dat [medeverdachte 11] ook voor [medeverdachte 4] werkt. Hij zou [medeverdachte 4] aangeven waar een mogelijk slachtoffer is en hij zou ook mensen hebben die voor hem uitkijken naar personen. Als zij die persoon zien, dan geven zij dat door aan [medeverdachte 11] en hij stuurt dat dan met een PGP-bericht door aan [medeverdachte 4] . [medeverdachte 4] laat dan de negroïde man weten waar en wie degene is die dood moet. Op 9 oktober 2015 heeft [betrokkene 3] verklaard deze negroïde man te kennen als [betrokkene 16] , die in juli 2015 is aangehouden in verband met de wapenvondst van Nieuwegein. Bij een fotoherkenning blijkt dit om [betrokkene 16] (hierna: [betrokkene 16] ) te gaan. [97] Op 27 augustus, 9 oktober en 9 november 2015 heeft [betrokkene 3] verklaringen afgelegd in het onderzoek Bornheim. [98] Dit onderzoek hangt samen met het onderzoek Koper. Op 2 oktober 2018 zijn tijdens een doorzoeking in de berging van de woning van een zus van [medeverdachte 4] drie USB-sticks aangetroffen. Op deze USB-sticks stond een pdf-bestand met daarin verhoren van [betrokkene 3] uit de onderzoeken Bornheim en Koper. [99] In het onderzoek Koper heeft op 10 juni 2016 een getuigenverhoor van [betrokkene 3] bij de rechter-commissaris plaatsgevonden. [100] De bijnaam van [betrokkene 3] is Slager. [101]
Op 15 september 2015 zijn in het tv-programma Opsporing Verzocht onder meer beelden vertoond van een ontmoeting van twee mannen bij het Carlton President Hotel in Maarssen. [102] Deze beelden/filmopnames zijn in het onderzoek Koper op gegevensdragers aangetroffen. [103] De beelden zijn vermoedelijk op 17 november 2014 heimelijk opgenomen. [104] Op 16 september 2015 heeft [slachtoffer 1] contact gezocht met de politie omdat hij zichzelf en een vriend heeft herkend op de in Opsporing Verzocht vertoonde beelden. [105] De politie heeft [slachtoffer 1] die dag gewaarschuwd dat hij mogelijk slachtoffer van een liquidatie zou kunnen worden.
In de woning van [slachtoffer 1] is na zijn dood op 22 juni 2016 een oproeping aan hem aangetroffen om op 30 juni 2016 te getuigen bij de rechter-commissaris in het onderzoek Koper. [106]
4.2.4
Verklaringen van [medeverdachte 5]
heeft in zijn tweede kluisverklaring op 26 januari 2017 verklaard dat hem is gevraagd mee te helpen met het observeren van [slachtoffer 1] , in de zin van: mocht je hem zien, gelijk melden alsjeblieft. Voorts verklaart hij dat Slager (de rechtbank begrijpt: [betrokkene 3] ) verklaringen heeft afgelegd en iedereen bij elkaar heeft opgenoemd waardoor iedereen naar hem op zoek was. [medeverdachte 5] heeft een deel van deze verklaringen gelezen op een USB-stick die hij van [medeverdachte 11] heeft gekregen. [107] Dit is ruim voor de moord op [slachtoffer 1] geweest. [medeverdachte 5] verklaart dat hij (doorstuur)berichten heeft gezien waaruit duidelijk wordt dat het niet lukt om [betrokkene 3] te vinden en dat daarom is geprobeerd via zijn ‘kliekje’ bij hem te komen. Het gaat om [slachtoffer 1] en de Chino’s (de rechtbank begrijpt: [betrokkene 1] en [betrokkene 2] ). [betrokkene 1] reed in die tijd in een witte Mercedes CLA. [medeverdachte 5] heeft kentekens doorgekregen met het verzoek het meteen door te geven als hij ze ziet. [slachtoffer 1] is ook gezien met een witte Mercedes CLA omdat hij weleens voor de deur werd opgehaald door deze persoon (de rechtbank begrijpt: [betrokkene 1] ). [108] heeft verder verklaard dat er een stroomversnelling is ontstaan na een incident in mei 2016 waardoor is gedacht dat [medeverdachte 11] ontvoerd zou worden. [109]
[medeverdachte 5] verklaart dat [medeverdachte 11] altijd buiten de oorlog van [medeverdachte 4] is gehouden en geen nieuwsgierig type was die door gaat vragen. Die houding van [medeverdachte 11] is na het ontvoeringsincident veranderd. [medeverdachte 4] wilde vanaf dat moment gelijk de twee broers Chino aanpakken en [slachtoffer 1] later. [110] [medeverdachte 5] verklaart verder dat ‘we’ later met het idee zijn gekomen [slachtoffer 1] te ‘zenderen’ (de rechtbank begrijpt: een tracker plaatsen) maar dat vonden ‘ze’ geen goed idee. [111] [medeverdachte 5] verklaart verder dat de [betrokkenen 1 en 2] zijn nagetrokken, dat hun autogegevens en adressen zijn gedeeld, dat er heel veel druk is ontstaan en alles op alles is gezet tegen [slachtoffer 1] , omdat hij op korte termijn moest getuigen in het onderzoek Koper. [112]
In zijn kluisverklaring van 27 januari 2017 gaat [medeverdachte 5] uitvoeriger in op het onderzoek Kreta. [113] Hij verklaart dat hij kort na het ontvoeringsincident met [medeverdachte 11] via [medeverdachte 11] (doorstuur)berichten van [medeverdachte 4] kreeg waarin de gegevens van de [betrokkenen 1 en 2] stonden met de bedoeling het in de gaten te houden, ook in de lounge. [medeverdachte 5] is gevraagd te helpen hun auto’s te traceren en hij heeft dat gedaan. [verdachte] en andere personen, waarvan [medeverdachte 5] niet weet wie dit zijn, ook. [114] Blijkbaar is het de bedoeling om te beginnen met [betrokkene 1] . Een week later – een week voor de ramadan – willen ze toeslaan, de [betrokkenen 1 en 2] zouden makkelijk zijn. Dat is lastiger gebleken en er is een omwenteling gekomen waarbij de nadruk meer op [slachtoffer 1] is komen te liggen. Bij de observatie van [slachtoffer 1] is er een (doorstuur)bericht gestuurd dat hij nu op de Straatweg is. Er zijn ook rechtstreeks berichten gestuurd door [medeverdachte 11] aan [medeverdachte 5] met de vraag: kan je aan de slag om die jongens te spotten? [115] [medeverdachte 5] verklaart dat [medeverdachte 10] (de rechtbank begrijpt: [medeverdachte 10] ) goed contact heeft met [slachtoffer 1] . Zij hebben telefonisch contact met elkaar. [medeverdachte 10] probeert [slachtoffer 1] te traceren en geeft het door als hij met hem heeft afgesproken. Er zijn mensen aan wie gevraagd is om het door te geven als zij [slachtoffer 1] zien en er zijn mensen die hebben gezocht naar [slachtoffer 1] en daar een bedrag voor te horen hebben gekregen. Er is dan van [slachtoffer 1] bekend dat hij op de (Amsterdamse)straatweg komt, bij het Griekse café, welke auto hij rijdt, het kenteken daarvan en andere informatie. [medeverdachte 5] verklaart dat hem in deze periode ook is gevraagd of hij professionele autorijders kent, waarop hij zegt te hebben geantwoord dat hij niet zo iemand kent. Er was blijkbaar wel iemand om te schieten, maar geen chauffeur. Hij heeft verklaard dat hem is gevraagd of hij een huis kan regelen in de omgeving van Overvecht. Er is tegen hem gezegd: zeg maar gewoon dat het voor een drugsdeal is. Vanwege het noemen van Overvecht begrijpt [medeverdachte 5] dat het verband houdt met [slachtoffer 1] . [116] De rechtbank stelt vast dat de voorgaande verklaring tot in detail wordt bevestigd in de hierna weergegeven PGP-berichten.
[medeverdachte 5] verklaart dat [verdachte] en hij een discussie hebben gehad over een huis, waarbij [verdachte] heeft geopperd een van de buurjongens te vragen. [medeverdachte 5] heeft vervolgens een buurjongen benaderd en hem gezegd dat hij een huis nodig heeft voor een drugsdelict. Via deze buurjongen is een andere jongen uit de buurt gevraagd, die uiteindelijk ook zijn huis in Bilthoven heeft uitgeleend in ruil voor een vakantie van circa € 1.700,-. [117] Dit is door [medeverdachte 5] aan [medeverdachte 11] doorgegeven en hij heeft daarmee ingestemd. De chauffeurs zijn het adres gaan bekijken en hebben het goed gevonden. [medeverdachte 5] verklaart dat hij contant geld heeft gekregen van [verdachte] , die op dat moment niet wist waar het voor was. Het geven van contant geld is wel normaal, dat gebeurt vaker. [verdachte] wist in zijn achterhoofd wel waar het om ging. [118] [medeverdachte 5] verklaart dat hij het geld aan de bewoner heeft gegeven en die heeft gezegd het geld te gaan storten en de vakantie te gaan boeken. [medeverdachte 5] heeft de sleutels gekregen en op verzoek (via een doorstuurbericht waarin stond: lees wat ze zeggen, maak sleutels na) van [medeverdachte 11] laten kopiëren. [medeverdachte 5] heeft de sleutels afgegeven. [medeverdachte 5] is gevraagd een ander adres, aan de [adres] , te bekijken. Dat heeft hij gedaan en hij heeft [medeverdachte 11] laten weten dat het oké is. Door de eigenaar zijn, na de liquidatie van [slachtoffer 1] , in dit huis kogels aangetroffen. Blijkbaar is deze woning door [medeverdachte 10] geregeld. Nadat de bewoners van de woning in Bilthoven op vakantie zijn gegaan is er gelijk actie ondernomen. Het hele verhaal van observeren is opnieuw begonnen. [119] [medeverdachte 5] verklaart dat [slachtoffer 1] niet makkelijk te vinden was en dat er berichten zijn geweest dat hij mogelijk in het buitenland verblijft waarbij gevraagd is toch bij het huis te posten. Het plaatsen van een zender die mogelijk niet te traceren is, is overwogen en dat idee is uiteindelijk verworpen. [medeverdachte 5] verklaart dat [medeverdachte 10] niet volledig wilde meewerken. Er is hem gevraagd [slachtoffer 1] te lokken en daar heeft hij blijkbaar moeilijk over gedaan en ook op berichten heeft hij niet altijd gereageerd. [medeverdachte 10] wist dat [slachtoffer 1] gepakt ging worden. [slachtoffer 1] heeft ook niet steeds de waarheid verteld aan [medeverdachte 10] . Er moet met [medeverdachte 10] overleg zijn geweest over wat [slachtoffer 1] heeft gedaan en waarom hij gepakt gaat worden, aldus [medeverdachte 5] . De rechtbank stelt vast dat al het voorgaande nagenoeg geheel ondersteuning vindt in de hierna weergegeven PGP-berichten en in verklaringen van de bewoners van de twee woningen, alsmede in financieel onderzoek naar de betaling en vakantie van de bewoners van de betreffende woning in Bilthoven.
[medeverdachte 5] verklaart dat in de dagen kort voor 22 juni 2016 een auto met camera is geplaatst op de [adres] met enig zicht op het huis van [slachtoffer 1] . [medeverdachte 5] verklaart dat hij en [verdachte] dat hebben gedaan. [verdachte] heeft de beelden uitgelezen, het was moeilijk en heeft niet gewerkt. [120] De dag voor zijn liquidatie is [slachtoffer 1] getraceerd en in de avond is er een raam bij hem ingegooid. [medeverdachte 10] heeft een bericht aan [medeverdachte 11] gestuurd dat hij met [slachtoffer 1] heeft afgesproken. [medeverdachte 5] is zich gaan stationeren op de [adres] . Hem is gevraagd zicht te houden op de woning van [slachtoffer 1] . De afspraak met [medeverdachte 10] is toen niet doorgegaan. Omstreeks 22:30 uur heeft [medeverdachte 5] (thuis) bericht ontvangen dat [slachtoffer 1] thuis is en of hij wil gaan kijken en het in de gaten houden tot het andere team er is. [medeverdachte 5] heeft een bericht ontvangen dat het andere team is aangekomen en dat hij kan gaan. Kort daarna is er weer een verzoek of hij naar de woning van [slachtoffer 1] terug kan gaan. [medeverdachte 5] heeft daar rondgelopen en een (doorstuur)bericht ontvangen van [medeverdachte 11] dat de spot nu moet wegwezen waarop [medeverdachte 5] is weggegaan. Blijkbaar heeft iemand toen een baksteen door de ruit gegooid. Daarover is de volgende dag gezegd dat dit is geweest om [slachtoffer 1] uit huis te lokken, aldus telkens [medeverdachte 5] . [medeverdachte 5] kreeg diezelfde nacht bericht, dat de heads het hebben geprobeerd, maar dat het niet was gelukt, en dat die hond door het keukenraam had gekeken maar niet naar buiten was gekomen. [121]
[medeverdachte 5] verklaart dat hij op 22 juni 2016 in de nacht of vroege ochtend bericht ontvangt dat zij de hele dag op [slachtoffer 1] gaan zitten en dat waar hij ook is er gelijk actie wordt gezet. [122]
[medeverdachte 5] is vervolgens via [verdachte] in een andere auto gaan rijden, hij wil niet langer rijden in auto’s uit zijn privésfeer. [medeverdachte 5] verklaart dat hij de sleutel van de Seat Ibiza van [verdachte] heeft gekregen. [123] [medeverdachte 5] is met deze auto bij de [adres] (plek A) gaan staan, daar is hij op een gegeven moment gezien door een buurtbewoner en daarom is hij verplaatst naar de [adres] (plek B). [verdachte] is aan het eind van de middag ook gekomen en hij vertelt [medeverdachte 5] dat hij [medeverdachte 10] in zijn auto heeft gezien maar dat hij niet reageert op berichten. [124] [medeverdachte 5] is op zoek gegaan naar [medeverdachte 10] en ziet hem in gezelschap van [slachtoffer 1] uit de [adres] komen rijden. [medeverdachte 5] stuurt een bericht hierover aan [medeverdachte 11] en ook hij laat weten dat [medeverdachte 10] niet reageert op zijn berichten. [medeverdachte 5] ziet wat later [medeverdachte 10] bij de autoboulevard rijden, geeft dat door en raakt hem vervolgens kwijt. [medeverdachte 5] krijgt daarna bericht dat [medeverdachte 10] heeft laten weten dat hij met [slachtoffer 1] is geweest en dat [slachtoffer 1] nu thuis is, aldus steeds [medeverdachte 5] . [125] [medeverdachte 10] heeft verklaard dat hij de betreffende middag met [slachtoffer 1] naar een autoverhuurbedrijf is gegaan. [126] De rechtbank stelt vast dat deze verklaring ondersteuning biedt aan die van [medeverdachte 5] over het volgen van [medeverdachte 10] en [slachtoffer 1] die dag. Ook is uit het verificatieonderzoek gebleken dat [medeverdachte 5] ’s beschrijving van de route die hij reed bij het volgen van [medeverdachte 10] en [slachtoffer 1] overeenkomt met de feitelijke situatie en dat het volgen bevestigd wordt door de verkeersgegevens van [medeverdachte 5] en [medeverdachte 10] . [127] De beschrijving door [medeverdachte 5] van de auto waarin [medeverdachte 10] reed is daarin eveneens bevestigd. Die auto (een zwarte Volkswagen Passat) stond op naam van de broer van [medeverdachte 10] en [medeverdachte 10] is op 24 juni 2016 in die auto gecontroleerd in Amsterdam met [medeverdachte 11] als bijrijder. [128]
[medeverdachte 5] verklaart dat hij op enig moment een bericht ontvangt van [medeverdachte 11] dat ‘die hond’ thuis is en ook of de spot daar naartoe kan gaan. [medeverdachte 5] is eerst naar de [adres] (plek A) gegaan tot de eerdergenoemde buurtbewoner hem daar weer ziet om dan naar plek B te gaan met zicht op de woning. [verdachte] staat op de [adres] (plek C) met zicht op een hek. Dat hek kan [medeverdachte 5] niet in de gaten houden. Een man met een groen shirt (geïdentificeerd als [betrokkene 17] , hierna: [betrokkene 17] ) belt bij [slachtoffer 1] aan en [medeverdachte 5] ziet hem met [slachtoffer 1] naar buiten komen. [medeverdachte 5] informeert meteen [medeverdachte 11] . [slachtoffer 1] en de man met het groene shirt lopen de bocht om. [medeverdachte 5] verklaart dat hij het zicht op hen zou verliezen, maar dat [verdachte] wel zicht zou hebben als hij naar plek D gaat. [medeverdachte 5] stuurt [verdachte] hierover bericht en hij is op dat moment naar plek D gegaan. [verdachte] antwoordt dat hij ze ziet, dat ze staan te praten en vervolgens dat ze terug lopen. [medeverdachte 5] krijgt ze vervolgens inderdaad weer in zicht. [129] [medeverdachte 5] ziet ze bij het huis op de hoek van [adres] met [adres] stoppen. Zij gaan weer de [adres] op. [medeverdachte 5] ziet ze niet meer en gaat ervan uit dat [verdachte] dan klaar staat op plek C. Heel kort daarna ziet [medeverdachte 5] [slachtoffer 1] rennen, hij ziet een vrouw die geschrokken was en daarom wist hij dat de actie gaande is. Hij rijdt direct weg en stuurt [verdachte] bericht. Ook stuurt hij [medeverdachte 11] meermaals bericht dat die mensen actie zetten waar hij bij is, dat dit niet de bedoeling was. [medeverdachte 11] laat weten dat hij het gewoon heeft doorgestuurd. [medeverdachte 5] verklaart vervolgens dat hij [verdachte] heeft gevraagd waar zij elkaar gaan zien en dat hij van de Seat Ibiza af wil. Deze heeft hij geparkeerd ergens in het verlengde van de Straatweg (de rechtbank begrijpt: Amsterdamsestraatweg). De sleutel heeft hij aan [verdachte] gegeven, die zijn auto ook in deze omgeving heeft geparkeerd en samen zijn zij bij de Straatweg (de rechtbank begrijpt: Amsterdamsestraatweg) bij [betrokkene 18] (hierna: [betrokkene 18] ) in de auto gestapt. [medeverdachte 5] verklaart dat hem werd gevraagd waar hij was, dat hij geantwoord heeft dat hij aan het parkeren is en waar hij staat, dat [verdachte] toen nog zou komen en dat hij blijkbaar contact had gehad met [betrokkene 18] . [130] [medeverdachte 5] verklaart dat er politieauto’s en helikopters te horen waren en dat zij naar de McDonald’s zijn gegaan om te eten. Onderweg heeft [medeverdachte 5] een bericht ontvangen met de vraag dat met spoed het adres in Bilthoven nodig was, waarna hij het adres aan de [adres] heeft gestuurd. Kort daarna komt het bericht dat de heads veilig zijn. Zij hebben een kilometer moeten rennen, het is een doorstuurbericht van [medeverdachte 4] . [131] Bij McDonald’s komt ook Lange Pep. [132] Na het eten zijn [medeverdachte 5] en [verdachte] door [betrokkene 18] af gezet bij de Platinum Lounge. [verdachte] heeft nog gezegd: nu gaan we naar de hel toe. [medeverdachte 5] verklaart dat dit hem bevreemdde, omdat het gebeurde niet de bedoeling was, hij is gaan helpen, maar dit was van te voren niet gezegd. [133] Na de berichten dat de heads veilig zijn heeft [medeverdachte 5] doorstuurberichten van [medeverdachte 11] ontvangen, met de tekst: ‘Machine preacher heeft hem goed te pakken’, ‘Die waterhoofd leeft niet meer’ en ‘Hij heeft vijf, zes bullets door zijn hoofd heen gejaagd.’ Daar is in de chats lachend op gereageerd. [verdachte] heeft deze berichten blijkbaar niet gekregen. [medeverdachte 11] heeft er niet om gelachen, aldus [medeverdachte 5] . [134]
[medeverdachte 5] verklaart verder dat hij toen hij de Platinum Lounge uit liep [verdachte] met [medeverdachte 10] zag praten en dat [medeverdachte 10] gestrest was. [medeverdachte 5] is weggegaan en krijgt later een bericht van [verdachte] dat hij naar hem toe komt. Hij kwam vervolgens met [betrokkene 18] naar [medeverdachte 5] en gaf [medeverdachte 5] een stuk of zes of zeven kogels, een flesje met spul erin, een jackje en handschoenen. [verdachte] vroeg [medeverdachte 5] de kogels schoon te maken en alles te dumpen. Dat heeft hij gedaan. [verdachte] heeft verteld dat [medeverdachte 10] in paniek was, dat hij de woning (aan de [adres] ) geregeld had en dat de bewoner kort na de liquidatie van [slachtoffer 1] naar huis is gegaan en kogels en die spullen heeft gevonden. [medeverdachte 5] verklaart dat [verdachte] , als het goed is, erheen is gereden en de spullen heeft aangepakt. [medeverdachte 5] heeft het jasje in een kledingbak gedaan. [135] [medeverdachte 11] heeft [medeverdachte 5] een doorstuurbericht van [medeverdachte 4] gestuurd waarop hij heeft geantwoord dat hij de kogels, schoongemaakt, in het water heeft geloosd, handschoenen in de vuilcontainer, flesje in een andere en het jasje in de kledingbak. Hij krijgt bericht terug dat de kleding en handschoenen verbrand moesten worden.
[medeverdachte 5] verklaart dat hem met een doorstuurbericht van [medeverdachte 4] door [medeverdachte 11] is gevraagd de woning in Bilthoven op te ruimen. Daar zou een tas met kleding zijn en er zouden ook wapens zijn in de berging. [medeverdachte 5] vindt daar een tasje met twee wapens, een wapen met demper en een Glock 17 of 19. Het wapen met demper herkent [medeverdachte 5] van (een foto van) de zaak Koper. [136] [medeverdachte 5] neemt dit mee. [medeverdachte 5] verklaart verder dat [verdachte] laat weten dat hij naar de Hornbach gaat om inkopen te doen en daar een slijptol, handschoenen, een overall, mondkapjes en doekjes heeft gekocht. [verdachte] en [medeverdachte 5] hebben in de schuur van [medeverdachte 5] de wapens in stukken geslepen en met allesreiniger de kogels schoongemaakt. [medeverdachte 5] heeft dit op verschillende plaatsen in de rivier en een kanaal gegooid, terwijl [verdachte] de boel in de gaten hield. De kleding is verbrand bij [medeverdachte 11] op de camping in Makkum. [medeverdachte 5] verklaart dat hij op de terugweg (maar in Nieuwegein) een boete heeft gekregen voor te hard rijden. [137] [medeverdachte 11] heeft [medeverdachte 5] op de camping gezegd dat hij over twee, drie dagen een nieuwe telefoon zou krijgen en dat iedereen overstapte naar een nieuwe telefoon. [138] [medeverdachte 5] en [verdachte] is nog gevraagd de woning in Bilthoven schoon te maken maar dat hebben zij allebei niet willen doen en de originele sleutels zijn teruggegeven aan de bewoner. [139]
4.2.5
Duiding van de PGP-berichten in relatie tot voorbereiding moord
Voor de beoordeling van deze zaak zijn berichten uit in beslag genomen telefoons en uit de Marengo-dataset van belang.
4.2.5.1 Periode van oktober tot en met december 2015
Het dossier bevat PGP-berichten van [medeverdachte 13] aan [medeverdachte 3] onder de kop: Berichten over observeren dikkop/groothoofd. [140] Deze leiden de rechtbank tot de volgende conclusies.
[medeverdachte 13] heeft het in deze berichten aan [medeverdachte 3] over [slachtoffer 1] . In oktober 2015 is [medeverdachte 13] bezig te achterhalen waar [slachtoffer 1] woont met de bedoeling hem (heimelijk) te kunnen observeren. [medeverdachte 13] houdt [medeverdachte 3] hiervan op de hoogte. De rechtbank gaat er, gezien het verloop van de berichten, zowel wat betreft tijd als inhoud, van uit dat [medeverdachte 3] actief deelneemt aan de communicatie.
13 oktober 2015
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
19:27
[medeverdachte 13]
[medeverdachte 3]
Ok luister en huiver
Was toevallig op winkelc
Zag hem gewoon lopen gelukkig hij mij niet hahaha
Hij is slim daar vol met camera
Daar onmogelijk om hem te timere
Als wat gebeurd ze kijken beelden
En ops ben ik niet aan t kijke
19:35
[medeverdachte 13]
[medeverdachte 3]
Ik denk binnne paar weke weet ik waar hij woont
15 oktober 2015
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
13:58
[medeverdachte 13]
[medeverdachte 3]
Op t winkelc kunnen we hem niet volgen omdat daar teveel cameras staan snap je dan krijgen we zoiets als [betrokkene 19] dat ze film laten zien dat hij achtervolgt word
Dat wil je niet hebben snap je
18 oktober 2015
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
10:43
[medeverdachte 13]
[medeverdachte 3]
Ik loop na bus toe
Loop ik gewoon dikkop tegemoet
Hahahaaha
10:47
[medeverdachte 13]
[medeverdachte 3]
Ik snaeky gekeken waar hij heen liep richting ze huis hahahahaa
ik weet ongeveer nu
Ik dacht ergens anders dus dit scheelt tijd hahaha
Dichter bij mij dan ik dacht hahaha
10:52
[medeverdachte 13]
[medeverdachte 3]
Nu kunnen we in een kleinere straal ot doen hahaha scheelt echt veel tijd
4.2.5.2 Periode van december 2015 tot en met januari 2016
[medeverdachte 4] heeft rond 22 december 2015 een dossier aan [medeverdachte 8] gegeven. Dat blijkt uit onderstaande berichten. [141] Gelet op de inhoud stelt de rechtbank vast dat het dossier waarover gesproken wordt het dossier van het onderzoek Koper is.
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
onbekend
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Sir wanneer heb ik u die dossier gegeven? Wanneer bent u neergeschoten welke datum sir?
24 januari 2016
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
00:57
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
“Sorry mr zat in de bioscoop zie nu pas die mailtjes! Ik ben 12 november neer geschoten mr! Waar zag hij die golf in utrecht? Die chino is ergens in de 40 mr!
00:59
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
“Dossier heeft u mij gegeven rond de kerst periode, rond 22 december zo mr!
In dezelfde periode heeft [medeverdachte 4] een foto van [betrokkene 3] , waarover hij op dat moment kennelijk de beschikking had, aan een onbekend gebleven persoon (gebruiker van het PGP-account l774580d6z@ennetcom.com) verzonden. [142]
29 december 2015
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
21:04
[medeverdachte 4]
l774580d6z@
ennetcom.com
Dit is die hond
De rechtbank leidt uit de volgende berichten van [medeverdachte 2] af dat hij met [medeverdachte 4] bespreekt dat [betrokkene 3] (wiens bijnaam immers Slager is) heeft gepraat en dat dit gevolgen moet hebben. [betrokkene 3] is kennelijk onvindbaar. De inhoud van het bericht van 19:24 uur sluit aan bij de verklaringen bij de politie van [betrokkene 3] waarin hij [betrokkene 16] , [medeverdachte 11] en [medeverdachte 4] heeft genoemd. De rechtbank gaat ervan uit dat met ‘book’ [betrokkene 16] wordt bedoeld, want zijn bijnaam is Boek, en dat met ‘kale’ [medeverdachte 11] wordt bedoeld, een van zijn bijnamen is Kale. De rechtbank gaat er verder van uit, gezien het verloop van de berichten wat betreft tijdstip en inhoud, dat [medeverdachte 4] reageert op de berichten van [medeverdachte 2] .
7 januari 2016 [143]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
19:05
[medeverdachte 2]
[medeverdachte 4]
Gaat over slager toch , met andere woorden ze gaan niks doen met hem
19:12
[medeverdachte 2]
[medeverdachte 4]
Ok dus iemand lult over ons en dan moeten wij hem met rust laten toch ? Geruststelling of zekerheid ? Die man is snitch , zo werkt dat niet .
19:24
[medeverdachte 2]
[medeverdachte 4]
Het kan ook zo zijn , dat ze weten hoe u over snitches denkt en die man praat veel over u book kale , dat ze weten die man word toch gepakt !
19:38
[medeverdachte 2]
[medeverdachte 4]
Niemand kan die slager vinden toch ? Maar hen wel ze hebben hem mishandeld toch een paar dagen ? Dus nu horen ze hem af te geven , want hen weten hem te vinden !
Dat [medeverdachte 4] en [medeverdachte 2] inderdaad actief met elkaar communiceren wordt bevestigd door latere berichtenwisselingen, waaronder het hieronder genoemde. De rechtbank leidt uit deze berichten af dat [medeverdachte 2] en [medeverdachte 4] ervan uitgaan dat [betrokkene 3] beschermd wordt en dat degenen die hem beschermen in ieder geval met [medeverdachte 4] bezig zijn. [medeverdachte 4] vindt dat ‘we’ (de rechtbank begrijpt: in ieder geval [medeverdachte 4] en [medeverdachte 2] ) informatie over deze personen moeten verzamelen met de bedoeling toe te kunnen slaan.
9 januari 2016 [144]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
15:23
[medeverdachte 2]
[medeverdachte 4]
Dit hadden we nooit verwacht toch ? Dat die gangster [medeverdachte 10] die slager zou beschermen ! Ik denk die gasten zijn bezig met u of ons !
15:25
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
Ja met my 100000% sir 100000% en u moet ook even weg gewoon relax want die gasten zyn vieze mensen sir moeten alles weten over ze dan weten we hoe we ze toe moeten slaan
Uit de navolgende berichten van 11 januari 2016 blijkt dat [medeverdachte 11] (bijgenaamd: Steen of Kerdas) [medeverdachte 4] op de hoogte houdt van de verblijfplaats van [slachtoffer 1] , [betrokkene 1] en twee andere personen. [medeverdachte 4] informeert [medeverdachte 2] daarover. [medeverdachte 2] vermoedt dat [betrokkene 3] daar dan ook zal zijn. [medeverdachte 4] bevestigt dat [betrokkene 3] de dag ervoor ‘mocro’ (de rechtbank begrijpt: Marokko) in is geweest. Hieruit blijkt dat [medeverdachte 4] op de hoogte is van bewegingen van [betrokkene 3] . De rechtbank gaat ervan uit dat, gelet op de inhoud van het doorgestuurde bericht met tijdsaanduiding 18:28 uur, het proces-verbaal waar [medeverdachte 11] het over heeft een proces-verbaal uit het onderzoek Koper betreft. Dat dossier is eind december 2015 verspreid ten behoeve van de pro formazitting van 14 januari 2016. [145] Uit het bericht van 17:51 uur blijkt dat [medeverdachte 4] er al voor deze zitting van op de hoogte is dat door [slachtoffer 1] en [betrokkene 1] verklaringen zijn afgelegd en uit de eerder genoemde communicatie met [medeverdachte 2] op 7 januari 2016 geldt ditzelfde ten aanzien van [betrokkene 3] . De rechtbank maakt uit deze communicatie ook op dat [medeverdachte 4] en [medeverdachte 2] er (steeds meer) van uit gaan dat zij door een andere groep, waar [betrokkene 3] , [slachtoffer 1] en [betrokkene 1] deel van uitmaken, als vijanden worden beschouwd en dat deze andere groep er mogelijk op uit is hen (de rechtbank begrijpt: in ieder geval [medeverdachte 4] en [medeverdachte 2] ) te doden.
11 januari 2016 [146]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
17:30
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
"Salam sir alles goed Onder
------Origineel bericht------
Van: Steen
Aan: Eigen/own
Onderwerp:
Verzonden: 11 Jan 2016 18:28
Salam broetje die [slachtoffer 1] plus twee yogos en die [betrokkene 1] die in procesverbaal voorkomt zijn in tanger
17:31
[medeverdachte 2]
[medeverdachte 4]
"Ok wat doen ze daar ? Denk ik dat die slager ook wel daar zal zijn .
17:34
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
“Onder dit zei ik of ze zyn bezig ja die slager is gisteren mocro in geweest
------Origineel bericht------
Aan: Steen
Onderwerp:
Verzonden: 11 Jan 2016 18:34
Die mensen zyn vies broer hy weet [medeverdachte 10] is u vriend en hy het tegen u gaat zeggen deze mensen zyn aan het schaken !
17:40
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
"Ja zo wie zo en ze weten kerdas is vriend van [medeverdachte 10] ! Kerdas zegt net ja [slachtoffer 1] heeft [medeverdachte 10] gebelt als die hersens heeft doet ie express hy weet [medeverdachte 10] gaat tegen kale zeggen en kale tegen ons begryp je nu waarom ik zeg zyn aan het schaken
17:43
[medeverdachte 2]
[medeverdachte 4]
"Zo is het en niet anders , maar ze laten zo wel merken ook al is slager snitch ze zijn met hem ? Dus zijn ze aan het uitdagen dus .
17:44
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
“Deze gaan zeker wat proberen sir want ze weten wy laten geen snitch gaan begrypt u gewoon valse info doorgeven niks anders [slachtoffer 1] gaat helemaal uit tanger [medeverdachte 10] bellen en zeggen ja ben hier met die en die in tanger zelfs een mongool weet is bullshit
17:50
[medeverdachte 2]
[medeverdachte 4]
"Er klopt iets niet zker niet , maar het zou goed kunnen , dat die yoegos ook verklaring hebben afgelegd zit ik nu te denken
17:51
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
"Ja zeker die [slachtoffer 1] en die chino hele groep sir
17:53
[medeverdachte 2]
[medeverdachte 4]
"Ok dan begin ik het te begrijpen , voor hen is dit niet snitchen , ze zien ons als vijanden , dus mogen zeggen wat ze willen tegen scotu (zogenaamd voor hen veiligheid )
17:54
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
"Juist hun denken ingedekt dus als ze ons nu laten slapen dan is het uit zelfverdediging sir is een hele plan dit
Tijdens de pro formazitting in de zaak Koper heeft [medeverdachte 3] (bijgenaamd: Piet) de navolgende berichten, waarin door [medeverdachte 15] die hij in zijn telefoon heeft opgeslagen als Brada Bril, verslag wordt gedaan van die zitting, doorgestuurd naar [medeverdachte 4] . [betrokkene 3] , [betrokkene 1] en [slachtoffer 1] zijn daar – mede – onderwerp van gesprek.
14 januari 2016 [147]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
10:12
[medeverdachte 3]
[medeverdachte 4]
Ja vrouw van boek en jongste zwager zitten bij de rechtzaak op het moment hij houdt mij op de hoogte ik zou u mailen..De eerste lichting zit bril en zn mattie( naam box fieten). [betrokkene 20] is er niet bij.Ze hebben het erover hoe betrouwbaar die verklaring van die [slachtoffer 5] en [betrokkene 3] is.Uw naam is niet gevallen nog..officier is boos ze lopen te flippen waarom iedereen zwijgrecht doet en hoe panorama aan info komt
10:21:00
[medeverdachte 3]
[medeverdachte 4]
------Origineel bericht------
Van: Brada bril
Aan: Eigen/own
Onderwerp:
Verzonden: 14 Jan 2016 10:13
Getuige!! Zijn die mannen wie op sd kaart te zien zijn!! Ze willen hun bij commasaris horen
10:21:43
[medeverdachte 3]
[medeverdachte 4]
-----Origineel bericht-----
Van: Brada bril
Aan: Eigen/own
Onderwerp: Re:
Verzonden: 14 Jan 2016 10:17
Nee sir niet nu!! Die gasten die ze hebbe laten zien op opsporing!! [betrokkene 3] [betrokkene 1] [slachtoffer 1] [slachtoffer 5] [betrokkene 21] en nog eentje die is opgenomen op de tel!!
-----Origineel bericht-----
Van: Piet
Aan: Eigen/own
Onderwerp:
Verzonden: 14 Jan 2016 10:15
Komen de getuige nu?wie willen ze bij commesaris horen?
Het verloop van de pro formazitting van 14 januari 2016 wordt door [medeverdachte 4] en [medeverdachte 2] op 15 januari 2016 besproken, zoals blijkt uit onder andere onderstaande berichten. Uit deze berichten blijkt dat [medeverdachte 4] en [medeverdachte 2] bespreken dat [slachtoffer 1] (die yoego), [betrokkene 1] (chino) en [betrokkene 3] (slager) als getuigen zullen worden gehoord in het onderzoek Koper. De reactie van [medeverdachte 2] komt er op neer dat hij vindt dat een aantal mensen (de rechtbank neemt aan: in ieder geval de genoemde mensen) gedood moeten worden (gaan slapen). [medeverdachte 4] vindt dat hij en [medeverdachte 2] goed met elkaar moeten praten want het is nu een echte oorlog, zij zijn vogelvrij verklaard en dat vraagt om een (re)actie. Later deze dag spreken [medeverdachte 2] en [medeverdachte 4] weer over de getuigen, waaronder [slachtoffer 1] , [betrokkene 3] en [betrokkene 1] .
15 januari 2016 [148]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
00:37
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
“Ja sir vandaag hoge piet advo gemeld dat tito zwaar op lyst staat ook maar u ziet sir zyn slimme mensen echt uitgekookt die actie van die vieze verrader ook niet te begrypen ook opgezet sir die yoego en die chino ook verklaart dus alle 3 sir!
00:56
[medeverdachte 2]
[medeverdachte 4]
"Ja is wel belangrijk , dat wat gasten moeten slapen , want ze maken openlijk acties zwaar op dit moment
01:00
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
“Zwaar zwaar sir maar moeten goed praten sir want dit is een echte oorlog nu ze hebben ook adressen van iedereen ook van my moeder etc en openlyk zo verraden sir zelf kranten zeggen en sites unicum gebeurt nooit zo door hun zyn jongens ook gepakt etc dus die zyn veeel van plan sir veel ! By petten ingedekt dus al laten ze openlyk slapen zelfverdediging
01:02
[medeverdachte 2]
[medeverdachte 4]
"Ja dat bedoel ik , net als of scotu uitzoekt waar we allemaal zitten en wie exact bij wie hoort en doorgeven ! Aan die zogenaamde goeie crimis (snitches dus)
01:17
[medeverdachte 2]
[medeverdachte 4]
“Is ook belangrijk eigenlijk datje scotu heb , dus is wel te begrijpen , maar hoe die gasten het spelen zijn ze slachtoffer en willen ze ons vogelvrij verklaren
01:18
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
“Juist hebben ze al gedaan sir !
01:33
[medeverdachte 2]
[medeverdachte 4]
“Ok dat is duidelijk vooral als ze 2mans zijn , desnoods rijder fix die 2 gasten zelf doen is belangrijk meneer
10:27
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
"Er zyn 15getuiges sir
10:52
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
"Weet je niet sir 3zyn duidelyk yoego die chino en slager en 12willen ze naam niet van geven sir
Uit het dossier blijkt dat op 19 januari 2016 een bestelbus voorzien van tennisstickers in beslag is genomen. Deze bus was uitgerust met software om heimelijk video-opnames te maken. In de bus is een SD-kaart aangetroffen met daarop observatiefoto’s van [betrokkene 22] (hierna: [betrokkene 22] ), een neef van [medeverdachte 4] , bijgenaamd Bolle. [149] Het onderzoek Vosbergen ziet op deze vondst. Op 23 januari 2016 stelt [betrokkene 22] [medeverdachte 4] ervan op de hoogte dat hij is gewaarschuwd door de politie (petten) en dat zijn leven mogelijk in gevaar is.
23 januari 2016 [150]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
14:00
[betrokkene 22]
[medeverdachte 4]
Salaam broth,
Alles goed?
Der waren net 2petten by me thuis broth van landelijke recherche onderzoek:26 vosbergen. Ze lieten me foto's zien van mijzelf die zyn by mensen aangetroffen en dat ik waarschynlyk sta op een dodenlijst en dat ik moet uitkijken en welke auto ik rij en of ik weet wat bakens zyn ik zij kweet van niks en kweet ook niet wat bakens zijn... Toen ging die me uitleggen wat het was en dat k daar voor moet opassen...
14:04
[betrokkene 22]
[medeverdachte 4]
Voor me deur broth... 3foto's van my dat ik voor de deur sta en een foto van een tennisclub bus...
[medeverdachte 4] informeert een paar minuten later [medeverdachte 3] [151] en [medeverdachte 2] . [152] Kort daarna informeert hij [medeverdachte 11] [153] en weer wat later informeert hij [medeverdachte 8] . [154] Ze denken alle vier mee met [medeverdachte 4] en [medeverdachte 11] en [medeverdachte 8] geven aan dat zij gaan uitzoeken wie er achter zou kunnen zitten. Uit de berichten komt naar voren dat [medeverdachte 8] de mogelijkheid met [medeverdachte 4] bespreekt dat [betrokkene 3] er achter zou kunnen zitten. De rechtbank leidt uit deze berichten af dat [medeverdachte 8] suggereert dat eventueel een lid van de familie van [betrokkene 3] vermoord zou kunnen worden. Hij zegt ook toe informatie te verzamelen en actie te ondernemen en hij geeft daadwerkelijk informatie over de familie van [betrokkene 3] aan [medeverdachte 4] . [155]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
16:12
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Als aanwijzingen zijn naar die hond toe, pakken we gewoon iemand van zijn fam heel simpel! Nemen we hem mee, en voor goed weg! In belgie is er plek iemand weg te doen, gewoon helemaal late verdwijnen! In een badje zoutzuur!
16:16
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Ik ga alles voor u na mr met plezier wollah! En maakt u zich geen zorgen we neuken hun moeders, heb genoeg mensen klaar staan ook die aan onze kant staan! We gaan alles na en halen alles boven water of hun! Ze hebben ook een slagerij [betrokkene 3] heet die, van zijn vader enzo was die en fam die er in werkt! Maar ik denk dat hij dat niet gaat durven die laffe mietje, die zit alleen achter zwake mensen aan! Daar staat hij bekend om.. Zeg u neefje, plaats allemaal spycams en allerlei dingen bij zijn huis en omgeving dat hij altijd alles goed kan checken ook op afstand en vreemde figuren en altijd een cam die gericht is op zijn auto!
[medeverdachte 4] heeft de observatie van [betrokkene 22] dezelfde avond ook gedeeld met [medeverdachte 9] . Ook hij doet actief onderzoek naar wie er achter de tennisbus zit. [156] Uit berichten aan en afkomstig van [medeverdachte 8] blijkt dat hij in de dagen daarna door [medeverdachte 4] op de hoogte wordt gehouden van hetgeen [betrokkene 22] zegt over wat voor persoon met die bus te maken zou hebben en in wat voor auto deze persoon zou rijden. Weliswaar is de afzender van deze berichten niet bekend, maar gezien de inhoud van deze (doorstuur)berichten in samenhang met gedateerde berichten van [medeverdachte 8] aan [medeverdachte 4] leidt de rechtbank af dat de ongedateerde berichten van [medeverdachte 4] afkomstig zijn. [medeverdachte 4] heeft [betrokkene 22] opgeslagen in zijn PGP-toestel als Bolle n. In deze berichten wordt gesuggereerd dat Chino (de rechtbank begrijpt: [betrokkene 1] ) met de bus te maken zou hebben. [157]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
[medeverdachte 8]
Onder
------Origineel bericht------
Van: Bolle n
Aan: Eigen/own
Onderwerp:
Verzonden: 24 Jan 2016 00:39
Ja k ben naar die geweest maar die wist niets ik ga het morgen aan ze vader vragen... Die bus heeft er periode's gestaan dan weer een paar dagen we'll en een paar dagen niet...
Soms kwam die weken niet... Broth ik heb we'll eens een korte persoon gezien precies naast die bus lopen&is in een golf 4 gestapt een kort beetje dikke mocro milimeter haar maar die kan ik niet zeker zeggen dat die daar was by die bus... Maar die heb ik verder nooit meer gezien... Ik en ryder hebben toen een extra rondje gemaakt maar die golf reed gelijk weg...
[medeverdachte 8]
Sir een donkerblauwe golf 4 die beschryving mocro bolle beetje chino of niet?
[medeverdachte 8]
Ok sir en heeft die chino of ze broertje golf 4 donkerblauw
[medeverdachte 8] informeert [medeverdachte 4] over het type auto’s waar de [betrokkenen 1 en 2] in rijden en vraagt waar [betrokkene 22] de Volkswagen Golf 4 heeft gezien. De rechtbank gaat ervan uit, gelet op de inhoud van het doorgestuurde bericht van [betrokkene 22] (Bolle n), dat onderstaand bericht van [medeverdachte 4] afkomstig is en een reactie is op de vraag van [medeverdachte 8] . [158]
24 januari 2016 [159]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
01:01
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
"Laatste keren dat ze reden was bmw x1 hoge model! En silvere polo mr! Waar heeft hij die golf 4 gezien?
[medeverdachte 8]
------Origineel bericht------
Van: Bolle n
Aan: Eigen/own
Onderwerp:
Verzonden: 24 Jan 2016 01:02
Dat busje is een ford busje beetje verlengt model met groene tennisballen aan de zijkant en 1racket....
Een korte mocro eind jaar 30 leren jasje millimeter haar deed breed maar had een buikje en deed zijn nek korter maken.
Hij stapte in een donkerblauwe golf 4 die heb ik 1x gezien samen met het busje...
Dat busje viel me op rond november/december.
[medeverdachte 8] laat [medeverdachte 4] weten dat zij rond gaan vragen. Uit de berichten blijkt dat [medeverdachte 8] daadwerkelijk bij zijn broer [medeverdachte 7] (Brede) navraag doet en diens antwoorden aan [medeverdachte 4] doorstuurt. [160]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
01:03
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
“We moeten rond vragen mr! Altijd als ik een verdachte auto zie maakt niet uit waar! Pak ik altijd de kenteken direct mr, altijd paranioa.. Ik ga even rond vragen wie er zo een auto kan hebben met die beschrijving!
01:12
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
"Onder mr heb mijn broertje gevraagt die weet het ook niet!
------Origineel bericht------
Van: Brede
Aan: Selftest (28/12/15)
Onderwerp:
Verzonden: 24 Jan 2016 02:11
Nee is mijn niet bekend,is er wat gebeurt?heb je kentekens ik kan ze na trekken voor je?
01:24
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
"Onder mr! Die kleine van mij, als u kent wilt checken voortaan of iets!
------Origineel bericht------
Van: Brede
Aan: Selftest (28/12/15)
Onderwerp:
Verzonden: 24 Jan 2016 02:22
Hoofdpijn ik zal me ogen open houden als ik wat zie dan laat ik het je weten,als zoiets nog gebeurt probeer kentekens te pakken geef dat door aan je maat 75,- per kent... En ik zal niks zeggen tegen niemand zulke dingen zijn geen grap. Hoe gaat het met de pijn?
[medeverdachte 5] heeft – het is hiervoor al weergegeven – als achtergrond van de moord op [slachtoffer 1] geschetst dat Slager (de rechtbank begrijpt: [betrokkene 3] ) verklaringen heeft afgelegd over [medeverdachte 4] , [medeverdachte 11] en anderen, waardoor iedereen naar hem op zoek was. [161] Een deel van deze verklaringen heeft hij gelezen en hij heeft (doorstuur)berichten gezien waaruit duidelijk wordt dat het niet lukt om [betrokkene 3] te vinden en dat daarom is geprobeerd via zijn ‘kliekje’ bij hem te komen. Daarmee worden [slachtoffer 1] en de Chino’s (de rechtbank begrijpt: [betrokkene 1] en [betrokkene 2] ) bedoeld. De hiervoor aangehaalde berichten in de periode december 2015 tot en met januari 2016 ondersteunen de verklaring van [medeverdachte 5] over de achtergrond van de moord op [slachtoffer 1] . De berichten uit oktober 2015 maken duidelijk dat er al langer naar [slachtoffer 1] is uitgekeken. Dat geldt ook voor [betrokkene 3] en [betrokkene 1] blijkens hun verklaringen uit 2015 (zie hoofdstuk 4.2.3 Voorgeschiedenis).
4.2.5.3 Periode van 17 tot en met 19 april 2016
Op 17 april 2016 is [slachtoffer 4] , bijgenaamd Hak, in IJsselstein doodgeschoten. Dezelfde dag vindt onderstaande berichtenwisseling tussen [medeverdachte 4] en [betrokkene 23] (hierna: [betrokkene 23] ), een contact van hem, plaats. De rechtbank acht deze van belang omdat hierdoor duidelijk wordt dat er een link bestaat tussen [slachtoffer 4] , [betrokkene 3] en de [betrokkenen 1 en 2] en dat zij allemaal in verband staan met een kennelijke oorlog. Ook de verklaring van [betrokkene 3] speelt hierbij een rol. De gewelddadige dood van [slachtoffer 4] moet de andere partij duidelijk maken hoe ver [medeverdachte 4] bereid is te gaan in een oorlog. Gelet op de inhoud van de berichten gaat de rechtbank ervan uit dat dit dezelfde oorlog is waar [medeverdachte 4] en [medeverdachte 2] het over hebben in berichten van januari 2016. Wat [medeverdachte 4] betreft gaat [betrokkene 3] dood (slapen), ongeacht of hij zijn verklaring intrekt.
17 april 2016 [162]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
17:23
[betrokkene 23]
[medeverdachte 4]
Pfff was het een mokro bro ?
------Original Message------
From: Broer. Niw.
To: Moi-myself-yo-ben
Subject:
Sent: Apr 17, 2016 7:20 PM
Hahahaha en check straks weer een hoerenzoon
17:26
[medeverdachte 4]
[betrokkene 23]
Ja tuurlyk vriendje van slager chino huilt is zyn brada alle info heeft hy gegeven en zeg die [medeverdachte 10] slager was in kanaleneiland en heb hem gelaten zodat die ze die kk verklaring intrekt en anders oorlog deze jongen was met ons 30jaar en heeft ons verkocht nu kan ze moeder huilen kk hoeren zoon !!! Dus willen ze oorlog gaat nooit meer stoppen!! [medeverdachte 10] wil oorlog om een kk kk verrader begrypt het leven niet meer broertje en zal u zeggen by deze vermoord myn hele familie my kunnen ze niet raken zal rust hebben als myn fam dood is zal ze allemaal laten zien wat oorlog is voor kk kk kkk informanten u afpersen bedreigen genoeg geweest ! [medeverdachte 10] moet weten deze jongen op myn hand opgegroeit en dus niks met hun te maken beter maakt die slager dood
17:31
[betrokkene 23]
[medeverdachte 4]
Bro die slager is ie gewoon in utka ?
17:33
[betrokkene 23]
[medeverdachte 4]
En deze jongen heeft ale info aan slager gegevn of wouten ?? Was deze jongen vriend van u bro ?? En die kk slager ging tog zijn verklaring intreken!!
17:37:20
[betrokkene 23]
[medeverdachte 4]
Ok bro ik ga van de week na m toe moet u mij exact zegen wat ie moet doen !! Doet het gelijk doet ie het niet dan moet ie zelf weten !
------Original Message------
From: Broer. Niw.
To: Moi-myself-yo-ben
Subject:
Sent: Apr 17, 2016 7:32 PM
Broertje tot de dood en verder en erna!! Heb ze fotos heads konden hem neuken en die broertje van chino u lees alleen slager beter praat u met de [medeverdachte 10] kk stront tyfus gangster als iemand van my praat dood hem my zelf broertje grote woorden voor een informant zyn leerling en allah vergeef wy sturen ze erheen!
17:37:41
[medeverdachte 4]
[betrokkene 23]
Broertje wil alleen weten of die nog achter die kk kk hoerenzoon van slager is met ze oorlog dan op ze oude dag zal die geen rust meer zien al denkt ie in utka king te zyn met verrader is uit gespeelt zodat we openlyk oorlog voeren tot aan onze kinderen aan toe !
17:38
[betrokkene 23]
[medeverdachte 4]
dus die kk homo heeft genoeg hun info gegevn !! En die hond heeft we'll balen dat ie gewoon rond loopt !!
------Original Message------
From: Broer. Niw.
To: Moi-myself-yo-ben
Subject:
Sent: Apr 17, 2016 7:34 PM
Deze hoerenzoon heeft alle info gegeven aan slager hy is met chino en ze broertje 24uur en was myn leerling 30jaar broertje dus [medeverdachte 10] moet weten wat ik met myn leerlingen doe. En iedereen fuck hun allemaal oorlog zeker tot dood en verder en nog slager in utka lopen hahahaha tfffooeeeeee vieze kk kk flikkers !
17:42
[medeverdachte 4]
[betrokkene 23]
Hy gaat slapen zodra die zyn verklaring intrekt en iedereen mag het weten hy gaat broertje fuck hem en alles hy hoeft niks in te trekken !!! Kk kk kk hoerenzonen
17:44
[medeverdachte 4]
[betrokkene 23]
Ken die hele hoerenzoon good good niet en die moet ook slapen check mocro deze week !! En dubai nergens meer gaan ze rust vinden
17:45
[betrokkene 23]
[medeverdachte 4]
K weet broer al deze elende heb ik gecreert mijn excuus broer zijn egt rotzooi gasten broer heben geen manieren geen eer niks !! En hun denken dat ie good good er achterzit begrijp u !!
------Original Message------
From: Broer. Niw.
To: Moi-myself-yo-ben
Subject:
Sent: Apr 17, 2016 7:41 PM
En die hele slager is om u broertje niemand anders ! En echt zit my dwars ! Zwaaar dat iemand nog zo praat en hy is goed met u tzzzzzzzzzz fuck hun en iedereen van hem erby laat hem nu info uit iemand halen
17:49
[medeverdachte 4]
[betrokkene 23]
Ok laat het zo broertje is goed slager gaat slapen
Uit onderstaande berichten blijkt dat [medeverdachte 4] en [medeverdachte 8] het de dag nadat [slachtoffer 4] vermoord is over hem hebben, hij was een vriend van de [betrokkenen 1 en 2] . [medeverdachte 8] noemt deze mensen ratten en honden. [163] Verder laat [medeverdachte 4] zijn broer [betrokkene 10] die dag weten dat [medeverdachte 9] (black) nieuwe spot auto’s moet regelen. De spots moeten klaar staan. [betrokkene 10] had al aan [medeverdachte 9] doorgegeven dat er snel nieuwe auto’s moeten komen. Uit het bericht van 20:29:14 uur in samenhang met het antwoord van [betrokkene 10] blijkt dat de auto’s ook zijn geregeld door [medeverdachte 9] . [164]
18 april 2016
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
20:14
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
"Gaat goed hmdl en met u mr? Nee niet echt alleen een dief die is gaan slapen voor de rest niks bijzonders mr haha!
20:17
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
"Was een vriend van die chinos de broertjes gewoon ratten en honden!
20:27
[medeverdachte 4]
[betrokkene 10]
"Waar hun willen hoe eerder hoe beter ! Zorg dat spots klaar staan en die polos moeten uit elkaar zeg black nieuwe spot autos pakken ! Als wat by mam is direct erheen
20:29:05
[betrokkene 10]
[medeverdachte 4]
"heb black al doorgegeven snel nieuwe fietsen te regelen.
20:29:14
[medeverdachte 4]
[betrokkene 10]
"Zyn er !
20:30
[betrokkene 10]
[medeverdachte 4]
"Hij moest nog papieren regelen dat kon niet in 1 dag.
4.2.5.4 Periode van 20 mei tot en met 1 juni 2016
Door [medeverdachte 5] is verklaard dat zich ergens in mei 2016 bij de Platinum Lounge in Utrecht een situatie heeft voorgedaan waardoor gedacht werd dat [medeverdachte 11] ontvoerd zou worden en dat [betrokkene 3] en [betrokkene 2] daarbij betrokken waren. [165] De volgende chats bevestigen dat daar inderdaad sprake van is geweest. [166] Uit onderstaande berichten blijkt verder dat [medeverdachte 4] direct als hij dit hoort informatie over [betrokkene 3] vraagt aan [medeverdachte 8] . [167] Weliswaar ontbreken bij deze chats de antwoorden van [medeverdachte 11] en [medeverdachte 8] , maar uit de inhoud van de chats blijkt dat zij wel hebben geantwoord. [medeverdachte 4] legt aan [medeverdachte 11] uit dat er een oorlog gaande is, dat er op [betrokkene 3] gejaagd gaat worden en dat niet alleen [betrokkene 3] gedood zal worden. [slachtoffer 1] (die yoego), [betrokkene 1] (chino) en [betrokkene 2] (zyn broertje) moeten ook dood. [medeverdachte 4] laat [medeverdachte 8] weten dat [betrokkene 3] iemand (van hem) heeft willen laten ontvoeren en dat nu eerst [betrokkene 3] en dan [betrokkene 1] en [slachtoffer 1] gedood zullen worden. [medeverdachte 4] stuurt [medeverdachte 8] berichten van [medeverdachte 11] (Steen) door. [medeverdachte 4] geeft aan dat als [medeverdachte 11] het wil er ook met [betrokkene 1] kan worden begonnen, hij is in Kanaleneiland en makkelijk voor de jongens van [medeverdachte 4] .
20 mei 2016
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
10:58
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Huh wat zeg je wie wou jouw meenemen? Waar hoe??
10:59
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Wie wou u meenemen wie zegt dat?
11:01
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Leg even uit hoe wat waar???
11:02:20
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Ok heb je die gasten aangesproken??
11:02:57
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Broer die slager is vaak vaak kanaleiland met die broertje van chino!
11:03
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Salam sir even vraag hebt u nieuws van die slager??
11:05
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Wat voor gasten broer?? Die slager gaat 10juni na rechtbank zyn aanklacht terug trekken alles zeggen ze hebben wat in zyn koffie gedaan! Die slager die wil echt geen problemen als je wilt gaan we vol op hem jagen meteen slapen zeg maar! Maak ik er 24uur werk van
11:07
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Je moet meer hoek van die Amersfoort kyken broer heb u al gezegt ze kunnen niemand van ons pakken alleen jy blyft daar trippen alsof er niks aan de hand is en iedereen weet u bent onze broer en is zware zware oorlog dat heb ik u tevaak uitgelegt u denkt is spelletjes!
11:09
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Ok broer dan gaat ie slapen gaan vol op hem dan 24uur kyk jy welke info je kan krygen ook in span laat ik hem ook slapen waar dan ook België ook goed
11:10
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Nee dan ben je zeker oké duidelyk
11:41
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Maak je niet druk maar je moet weten als slager gaat slapen moet ook die yoego en chino en zyn broertje! En die neefje van [medeverdachte 10] waar jy altyd mee zit zyn broer die is altvd altyd met slager weet alles broer
11:45
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Sir die slager wou gisteren iemand laten ontvoeren die hond
12:01:11
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Ja iemand van my sir haha u kan gedachte lezen gaan ze allemaal laten slapen ben deze hond zat
12:01:13
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
FW: Steen [05/20/2016 @ 2:3 pm]
Toen ik naar buiten kwam hun kwamen niet uit de richting van die bus maar van andere kan of zijn hun afgezet of zijn ze met andere auto gekomen maar toen ik naar de auto liep zag ik hun in die bus zo dome ackie van hun
12:01:17
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
FW: ANGEL OF DEATH
[05/20/2016 @ 2:10 pm]
FW: Steen [05/20/2016 @ 2:5 pm]
lk denk twee morcros en zo holander of oosterblok gast en 1 was op het uit kijk voor de deur bij zo brand trap
12:05:12
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Broer wat is er met u spoor je niet of zo ik vraag.u alleen wat voor auto en gasten zodat ik kan uitzoeken dus wat zeg jy my nu allemaal zeg ik u bent gek of wat?? En zo wie zo die hond slapen
12:05:45
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
100 procent die ! Want hij werkt met die slager en is zo een domme ezel! Was het een beetje dunne mocro beetje lang rond de 1,85 donkere ogen en beetje dikke wenkbrauwen! Als hij dat kon zien!
12:06
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
FW: Steen [05/20/2016 @ 2:2 pm]
Zo grote bus mercedes sprinter of vw kraffter wel hele grote witte
-----Origineel bericht------
Van: 777777 19 03
Onderwerp: <$RemoveOnDelivery,Confirm> B33AQ
Verzonden: 20 Mei 2016 13:46
Wat voor busje en waren het mocros? Of blackas??
12:11
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Had die geen koelcel boven die bus? Dat het een koelcel bus was? Met die ventialtie systeem op de boven kant? En een grijze achter deur toevallig? En het is 100 procent die groep!, die [betrokkene 49] iemand van zijn jongens of iets en die slager die hond dan! Kan niet anders! Als het die groep is!
12:13
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Steen [05/20/2016 @ 2:20 pm]
Subject: Re:
1 lange dun en twee stevig komt wel met die beschrijfting wat u net gaf
12:13
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Broer dan is die neef van [medeverdachte 10] erby die is altyd nu met slager niet die op die jongen had geschoten maar zyn broer
12:15
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Als u wilt beginnen we met die chino, die is in kanaleneiland en makkelijk voor mijn jongens ook! Kunnen hem helemaal afzetten en snel doen..
Kennen alles daar! Als u ok zegt laat ik er werk van maken! Ben ze ook allemaal zat wollah!
12:19:07
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Als het die slager is, dan is die neef het zeker! Hij is zo een type, hij heeft even kort gezeten voor die ontvoering van goed goed! Deed hij het ook met die slager en [medeverdachte 10] ! En later is er gelekt dat ze weinig geld hadden gekregen en die joegos 6ton! En die neef maar 20 ruggen werd hij gek hahaha! Zij hij tegen [medeverdachte 10] 2 ton ook of ik maak jou af! Want hij had goed goed over de grens en alles gereden enzo!
12:19:08
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Nee hebben oorlog met [medeverdachte 10] broer
12:25
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Broer doe godverdomme niet eigenwys jy weet geen shit man doet alsof je alles weet ga beter info vragen!!!! Die neefje is by [medeverdachte 10] ze broer aan deur gegaan met die suris van nieuwegein bedreigt alles man doe godverdomme niet alsof je beter weet als my ga je info opnieuwvragen
12:39:28
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Broer u bent eigenwys weet precies alles wie wat en waar! U niet blykbaar is met werk geworden mensen na hel sturen en info verzamelen!
12:39:30
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Toen had [medeverdachte 10] die neefje gebeld! En begon hij hem te dreigen ik maak je af en je moet betalen 2ton! Dus afperssen zeg maar!
12:41
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Ik weet dat het klopt u weet geen moer alleeen wat je op straat hoort
Over de kwestie in de laatste chats rond een persoon die twee ton (van [medeverdachte 10] / [medeverdachte 10] ) wil en aan de deur is geweest (by [medeverdachte 10] ze broer) ontspint een discussie tussen [medeverdachte 4] en [medeverdachte 11] . De rechtbank hecht hier belang aan omdat de berichten duidelijk maken dat [medeverdachte 4] over zichzelf zegt dat hij alles weet, informatie verzamelt en mensen naar de hel stuurt, dat dat zijn werk is geworden, terwijl [medeverdachte 11] alleen zou weten wat op straat is te horen.
[medeverdachte 4] laat vervolgens kort na elkaar aan [medeverdachte 11] [168] en [medeverdachte 8] [169] weten dat alle zeilen worden bijgezet om [betrokkene 3] snel te doden. [medeverdachte 11] moet [medeverdachte 4] foto’s sturen van [betrokkene 3] . De rechtbank kan niet vaststellen dat [medeverdachte 11] dat daadwerkelijk heeft gedaan. [medeverdachte 4] gaat nu 24 (de rechtbank begrijpt: 24 uur per dag) achter [betrokkene 3] aan. [medeverdachte 4] weet waar [betrokkene 1] en [slachtoffer 1] zijn (heb ik allang lang geplaats) en zij kunnen vandaag meteen worden gedood. Daaruit leidt de rechtbank af dat [medeverdachte 4] daarvoor de mensen gereed heeft. [betrokkene 3] is kennelijk in Spanje (span) en kan gevonden worden via observatie (OT) op een ander (schele [betrokkene 24] ). [170]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
12:22
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
1st die hond slager dan de rest ben ze zat nu die chino en yoego zyn stront
12:46
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Maar ok is genoeg geweest we gaan gewoon vol vol op die slager nu kk hoerenzoon moet slapen klaar! Stuur my zyn foto's geef ik het aan de jongens in span
12:47
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Sir laten we even vol vol op de slager gaan waar die ok is gaat ie slapen nu klaar ermee
12:53
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Broer stuur my zyn foto aub
13:33
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Ok broer ga er nu 24op klaar dan chino en yoego kan ik vandaag direct doen
13:41
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Die heb ik allang lang geplaats chino en die yoego die kk [betrokkene 25] is gaan slapen gaf hun info over ons daarom na hell gestuurt die slager gaat en al moeten we ze hele familie laten slapen klaar ermee
14:12
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Broer als we OT op die schele [betrokkene 24] zetten hebben we die slager zo!! Hy zit barca [betrokkene 24]
14:18
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Broer twyfel niet aan myn info ben er 24uur dagelyks mee bezig wat begrypt u niet wilt u dat slager gaat slapen of blyven praten om niks
14:24
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Ok dan volg my wat ik u zeg die man gaat slapen en ze hele kk familie u mee nemen heb u 1000000000x gezegt is oorlog
[medeverdachte 4] en [medeverdachte 2] bespreken een dag later ook de bijna ontvoering van [medeverdachte 11] . Weliswaar ontbreken de antwoorden van [medeverdachte 2] , maar uit de inhoud van de berichten leidt de rechtbank af dat hij heeft geantwoord. [medeverdachte 4] benoemt in de berichten dat [medeverdachte 11] pas na dit incident wil dat [medeverdachte 4] en [medeverdachte 2] (wy) [betrokkene 3] pakken en dat zij klaar staan voor [medeverdachte 11] . Het is gebeurd bij de zaak van zijn kleine, de rechtbank begrijpt hieruit dat de Platinum Lounge wordt bedoeld. [medeverdachte 5] verklaart dat [medeverdachte 4] vanaf dat moment de twee [betrokkenen 1 en 2] (Chino) wil aanpakken en [slachtoffer 1] later. [171] De verklaring van [medeverdachte 5] dat de houding van [medeverdachte 11] is veranderd sinds dit incident wordt ondersteund door bovenstaande berichten. Het aspect dat [medeverdachte 11] tot het veronderstelde ontvoeringsincident buiten de oorlog van [medeverdachte 4] wil blijven wordt verder ondersteund door de volgende berichten van [medeverdachte 4] en [medeverdachte 2]
.
.
21 mei 2016 [172]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
11:22
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
Ok die kale Was byna ontvoert hy zegt die slager
11:25
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
Ja heb hem dat heeeel duidelyk gemaakt nu komen huilen die slager moet slapen zei hem duidelyk hy wou niks niks ermee temaken hebben
11:26
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
Nee in utka sir by zaak van ze kleine die man doet alsof er niks is en wat blykt 99% die neefje van [medeverdachte 10] wou hem meenemen
11:43
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
Hy Was met ze kleine en had ze door nu pas wil die dat wy slager pakken pffffff
11:47
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
Ja precies dat legde ik hem uit en u ziet wie staat er klaar voor hem wy niemand anders
11:52
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
Ja precies sir u hebt echt gelyk beter kan ik het niet zeggen sir
[medeverdachte 11] heeft diezelfde dag contact met zijn broer [medeverdachte 12] (die door [medeverdachte 11] is opgeslagen onder de naam Hary). Deze denkt mee met [medeverdachte 11] en stelt voor om een zender onder de auto van [betrokkene 1] (chinees) te plaatsen om op die manier bij [betrokkene 3] uit te komen. Dat gaat niet omdat [betrokkene 3] in Spanje is. [medeverdachte 11] laat zijn broer [medeverdachte 12] weten dat hij [betrokkene 1] en [betrokkene 2] wil pakken om daarmee een boodschap af te geven. [medeverdachte 12] wil dan weten wat [medeverdachte 4] (die kleine) erover zegt. [173]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
18:53
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
Nee die is in spanje
------Origineel bericht------
Van: Hary
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp:
Verzonden: 21 Mei 2016 20:51
Ja goed hoor ben even in a dam.
Nu. Nog wat gehoord.
Weet je wat ik denk als ik een zender onder die chinees ze wagi zet dan weet je wel gelijk waar die slager is denk je niet. ??
18:56:08
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
Ik denk ik pak gewoon die chinees en zijn broertje [betrokkene 2] dan wetten ze ook niet spotten
18:56:58
[medeverdachte 12]
[medeverdachte 11]
Ok.
19:03
[medeverdachte 12]
[medeverdachte 11]
En wat zegt die kleine ??
Op 23 mei 2016 stuurt [medeverdachte 4] een bericht van [medeverdachte 11] (Cold stone) door aan [medeverdachte 8] , waarin [medeverdachte 11] beschrijft wat er is gebeurd tijdens het ontvoeringsincident. Hij was in de Platinum Lounge (zaak van mijn broetje). [medeverdachte 12] en [verdachte] waren daar ook ( Z en M ). [verdachte] heeft [medeverdachte 5] ( [medeverdachte 5] ) een bericht gestuurd. Vanaf een trap buiten is hij in de gaten gehouden door een broer van [betrokkene 1] ( [betrokkene 1] ), die met [betrokkene 3] (slager) en [slachtoffer 1] ( [slachtoffer 1] ) gaat. [174] De rechtbank leidt uit dit bericht ook af dat [medeverdachte 4] op dat moment weet wie [medeverdachte 5] is, over hem wordt immers geen enkele uitleg gegeven. Dit bericht stemt geheel overeen met de verklaring van [medeverdachte 5] . [175]
23 mei 2016
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
11:02
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Onder
------Origineel bericht------
Van: Cold stone
Aan: Selftest 19-2 16
Onderwerp: Re:
Verzonden: 22 Mei 2016 10:20 AM
Oke ik was net in utrecht aangekomen toen ben ik naar zaak van mijn broetje gegaan Z was daar ook M ook ik dacht wat etten dan ga ik weg M is weg gegaan de deur uit zag hij iemand met petje voor de deur bij die trap hij smsde [medeverdachte 5] of hij die jongen in de gaten moest houden maar ik wist niks ervan toen zei Z tegen mijn met dat en jongen in de zaak is de compa van M is dat hij ook [betrokkene 2] heet op eens gaat die jongen weg uit de zaak toen werd ik wakker ik dacht ik moet hier weg ja hoor er liepen drie gasten zo yogos twee liepen naar bus en 1 liep naar richting die jongen die mijn in de gaten had toen wist ik hoe laat het is op de trap buiten waar die jongen zat kon mijn vanaf de trap mijn in zicht houden die jongen is broertje van die [betrokkene 1] die met slager gaat en [slachtoffer 1] (…)
[medeverdachte 4] heeft op 23 mei 2016 uitgebreid contact over de kwestie met [medeverdachte 8] , hij wil dat de [betrokkenen 1 en 2] , [betrokkene 3] en [slachtoffer 1] gedood worden. [betrokkene 2] (die kk broertje van chino’) is degene die aan het posten was. [medeverdachte 4] vraagt [medeverdachte 8] om hulp om deze mensen te plaatsen zodat zij meteen gedood kunnen worden. Hij vraagt [medeverdachte 8] ook in welke volgorde hij vindt dat zij gedood moeten worden. [medeverdachte 4] zal zijn schutters (heads) sturen en wil een chauffeur (ryder) van [medeverdachte 8] , omdat zijn mensen de weg kennen. [medeverdachte 4] heeft ook twee auto’s (fietsen) staan en wil er met spoed vier bij. [medeverdachte 4] regelt de rest zelf. Hij heeft alles klaar en het liefst pakt hij [slachtoffer 1] , [betrokkene 1] en [betrokkene 2] tegelijk, desnoods met twee teams. [medeverdachte 4] heeft er al een team op zitten en binnen drie uur staat alles klaar. Uit de berichten maakt de rechtbank op dat [medeverdachte 8] daadwerkelijk een chauffeur zal leveren. Hij heeft [medeverdachte 4] ook voorgesteld een zender te gebruiken, welk aanbod is afgeslagen. Uit het bericht van 11:27 uur maakt de rechtbank verder op dat [medeverdachte 8] het adres van [betrokkene 1] heeft gegeven aan [medeverdachte 4] en dat [medeverdachte 4] hem gevraagd heeft ook het adres van [betrokkene 2] te geven. Uit een doorstuurbericht van [medeverdachte 4] , via [medeverdachte 11] aan [medeverdachte 12] , van 11:30 uur (dat verderop in dit vonnis is opgenomen) blijkt dat [medeverdachte 4] een paar minuten later ook weet waar [betrokkene 2] woont. [176]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
08:35:27
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Sir die kk broertje van chino Was aan het posten 2yoegos en mocro die waren bus wilden die jongen ontvoeren in overvecht! Die chino en ze broertje moeten slapen koste wat kost! En die kk slager
08:35:41
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Hoe bedoelt u tegen [medeverdachte 10] ?
08:40:18
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Hy stond op brandtrap zaak in de gaten houden en 1yoego liep na hem snel maar die jongen had ze door
08:41
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Maar moet die chino met ze broertje plaatsen tegelyk doen beste!
08:44
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Daarom enkeltke kan u my. Helpen die honden te plaatsen meteen hell
08:47
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Stuur my heads sir beter houd u erbuiten plaats ze als u een ryder hebt zou top zyn dan deze dagen doen we ze! Wat zegt u die chino en broertje 1st of [slachtoffer 1] ?
08:50
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Hoe heet die neefje van u?
08:57
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Beste is als we die [slachtoffer 1] en chino tegelyk kunnen doen en zelfde dag die broertje!
08:58
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Mietjes sir als jongen ze niet doorhad Was die nu in hun handen
09:07
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Sir wil ze deze week doen! Direct checkt u alleen ryders voor my heads stuur ik!
09:10:06
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Ok sir dan deze week meteen weg als u ze hebt geplaatst stuur ik de heads!
09:10:26
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Fietsen heb nog 2staan dus moeten even nog 4fietsen erby met spoed
09:18
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Nee nee sir u doet al meer als genoeg ryder is genoeg dan leren ze hoe het moet wil niks aan toeval overlaten
09:22:31
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Daarom u mensen weten de weg rest regel ik!
09:22:40
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Als kan morgen al
09:24
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Ok dan heb alles klaar als kan die [slachtoffer 1] en chino en die broertje tegelyk desnoods 2teams zet ik zelfde dag
09:28
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Ja weet waar die woont alles heb ook al team erop!
11:14
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Hoeren troep daarom aub aub plaats die chino en [slachtoffer 1] en daarna gaat die broertje die slager vind ik zeker
11:19
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Sir wy staan klaar als u ryder zegt fietsen afgeven my heads zyn er direct! Binnen 3uurtjes zorg ik dat alles klaar staat max
11:21
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Beste met die [slachtoffer 1] samen sir kunnen ze elkaar handen vast houden in hell!
11:24
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Ze gaan het ook krygen fuck hun kk hoerenzonen! Geen track sir zyn scherp op dat!
11:27
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Geef my adres van die broertje ook sir aub!
11:28
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Ok
11:47:48
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Yes sir duidelyk die [slachtoffer 1] weet waar die woont maar is daar al tydje niet geweest sir! Zorg dat u ryder klaar staat ik heads staan klaar
11:47:55
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Beste als we ze samen treffen!!
11:50
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Ok dank u sir ik sta klaar fietsen heads alles maar u jongens weten wyk beter
13:10
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Ja precies Was even druk maar nu vol op hun probeer zo af testemmen 2teams sir dus 2ryders nodig stuur met iedere ryder 2heads
Diezelfde dag is er contact tussen [medeverdachte 11] en [medeverdachte 12] . [medeverdachte 11] wil zijn broer toevoegen aan zijn SkyECC contactenlijst en stuurt hem vervolgens (op zijn SkyECC e-mailadres) doorstuurberichten van [medeverdachte 4] . De antwoorden van [medeverdachte 12] ontbreken, maar uit de context leidt de rechtbank af dat hij geantwoord heeft. [medeverdachte 4] laat in de doorstuurberichten weten dat de [betrokkenen 1 en 2] en [slachtoffer 1] zullen worden gedood, dat [medeverdachte 11] beter weg kan gaan en dat ‘u kleintjes’ (de rechtbank begrijpt: [verdachte] en [medeverdachte 12] ) goed moeten opletten (of ze die [betrokkene 17] in hun zaak zien). [medeverdachte 11] informeert [medeverdachte 12] over wat er gaande is, over de auto en locatie van [betrokkene 1] en de woonplaats van [betrokkene 2] . [177]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
10:52:13
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
Steen would like to add you to their private SkyECC encrypted contact list.
10:52:34
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
Salam dit ook mijn pgp
10:57:06
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
77777777Z [05/23/2016 @ 3:47 am]
Broer die [betrokkene 2] en ze broer chino gaan slapen die [slachtoffer 1] ook en die slager vinden we hoe dan ook anders ze hele kk familie slapen klaar
10:57:41
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
Dat is wat ik van die kleine krijg
10:58
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
77777777Z [05/23/2016 @ 4:4 am]
Lees goed broer en ga gewoon beter weg u en zeg u kleintjes goed opletten!
[betrokkene 17] mr, ze noemen hem comando.. Broer van [betrokkene 26] en [betrokkene 2] ! Ik ga die honden goed afleggen dan komt het goed inchaallah.. Want die yogos allemaal komen toch van die [slachtoffer 1] in opdracht van die slager, het zijn allemaal hoeren en die slager bepaald! En die 2 chinos zijn grote hoeren en mietjes! Praten altijd met petten enzo.. Die kleine chino is een 100 procente informant mr!
11:08
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
Shit willen ze zeker anders anders hadden ze geen actie willen doen want die slager zit te schaken van afstand
11:14
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
Nee ze zijn nog bij elkaar ze spellen speletjes op de achtergrond [betrokkene 5] bedoel je tog
11:15
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
[medeverdachte 10] ganster is ook met slager
11:18
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
Want [medeverdachte 10] ganster verdedigt slager hij komt openlijk naar buiten ermee alleen die [betrokkene 5] op de achter grond
11:21
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
77777777z [05/23/2016 @ 6:29 am]
Die chino, is een eitje! Als jongens gisteren klaar stonden kon hij meteen gaan! Hij rijd een witte cla station kenteken zit iets met [kenteken] of [kenteken] en eindigd op [kenteken] .. Een amg pakketje! Zag die hond ook gisteren! Die zijn echt super makkelijk.. Hij parkeer hem voor de flat in kanaleneiland.. Goede parkeer plek in het donker daar en hij is zo weg!
11:22
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
Nee niet van amsfoord van friend van [medeverdachte 10] ganster
11:30
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
77777777z [05/23/2016 @ 6:38 am]
Nee nooit broer en adres van die [betrokkene 2] heb ik voor je die woont vleuten met ze vrouw en Kids heb alles dus komt goed ga gewoon weg uit ukta en zeg je kleintjes goed opletten of ze die [betrokkene 17] in hun zaak zien dan weet je genoeg
Nadat [medeverdachte 11] de gegevens over [betrokkene 1] heeft ontvangen van [medeverdachte 4] vraagt hij aan [verdachte] of [betrokkene 18] (Spanjaard) hem kan helpen met observatie. Uit het daarop volgende bericht van [medeverdachte 11] leidt de rechtbank af dat [verdachte] iets of iemand anders voorstelt. [178] Vervolgens vraagt [medeverdachte 11] aan [medeverdachte 12] naar auto’s en ook of [betrokkene 18] of ‘buch’ daarmee kan helpen. [medeverdachte 11] stuurt [medeverdachte 12] een bericht door van [medeverdachte 4] , dat kennelijk over de te stelen auto’s gaat en laat hem weten dat zij (de rechtbank begrijpt: in ieder geval [medeverdachte 11] en [medeverdachte 4] ) er meteen voor zullen betalen. Daarna vraagt [medeverdachte 11] (met een doorstuurbericht van [medeverdachte 4] ) aan [medeverdachte 12] om vier automatische wapens (kalas) aan te pakken en goed schoon te maken, ook de munitie (snoepjes) en extra magazijnen (magas). Later die middag (zie het bericht van 14:23 uur dat verderop in dit vonnis is opgenomen) stuurt [medeverdachte 9] een bericht aan [medeverdachte 12] dat hij vier automatische wapens (ak) moet geven. De rechtbank concludeert uit de inhoud van de chats dat [medeverdachte 12] antwoord geeft. Ook concludeert de rechtbank dat het ondanks de verschillende (straattaal)benamingen om dezelfde wapens gaat.
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
11:32
[medeverdachte 11]
[verdachte]
Salam alees goed wil die spanjaard niet mijn bEetje helpen met ot
11:38
[medeverdachte 11]
[verdachte]
Oke is ook goed als het kan
11:58
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
Kan jij mensen die waki stelen snele
12:03
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
En die spanjaard kan hij geen waki fixen
12:05
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
77777777z [05/23/2016 @ 7:2 am]
Dan pak ik ze direct en zeg ze weg schoonmaken met amoniak en laten sweapen voor je afgeeft anders stuur ik sweaper voor ik ze weg zet
12:07:07
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
We betaal hem gelijk
12:07:45
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
En buch kan hij niks fixen
12:12
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
77777777z [05/23/2016 @ 7:18 am]
Broer kan u 4kalas laten aanpakken en met amoniak goed schoon laten maken en snoepjes schoon extra magas schoon!
12:16
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
Bij jood is ook goed
12:17
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
Doe mond kapje voor dna
Uit onderstaande berichten van [medeverdachte 4] aan [medeverdachte 2] maakt de rechtbank op dat laatstgenoemde inmiddels bezig is geweest met het regelen van schutters, maar dat zij vooruit betaald willen worden. De reactie van [medeverdachte 4] is dat als iemand niet dood is (‘slaapt’) er niet wordt betaald. [medeverdachte 2] moet van [medeverdachte 4] een kennelijke tussenpersoon duidelijk maken dat de auto’s (fietsen), wapens (yzer) en chauffeur (onze driver) van de kant van [medeverdachte 2] en [medeverdachte 4] zijn en dat de schutters (heads) van de kant van die persoon zijn. [179]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
13:29
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
Dus ze willen geld vooruit sir zo werkt dat niet ik regel wel heads sir beter dan! Want als iemand niet slaapt krygen ze niet betaalt heel duidelyk daarin
13:31
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
Ben daar niet sir maar al bent u er niet ze weten toch woord is woord swa weet dat toch?
13:33
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
Ja die sporen niet zeg hem duidelyk fietsen yzer onze driver heads van hunb!
13:34
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
Sir ga geen geld vooraf geven zyn gek sir
13:44
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
Ok sir beter
[medeverdachte 4] stuurt vervolgens [medeverdachte 11] en [medeverdachte 2] informatie (door) over de auto waar [betrokkene 2] in rijdt. Uit de berichten van [medeverdachte 4] aan [medeverdachte 8] blijkt dat ook zij het (weer) over de voorgenomen actie tegen de [betrokkenen 1 en 2] (die zyn makkelijk) en [slachtoffer 1] hebben gehad. [180] Dat in eerste instantie gedacht is dat de [betrokkenen 1 en 2] makkelijk te vinden zouden zijn stemt overeen met de verklaring van [medeverdachte 5] .
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
14:15
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Hahahahahaha u ziet broer maak je niet druk
14:19
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
FW: Steen [05/23/2016 @ 4:25 pm]
Oke heb het genoteerd broer en ik weet nog geen shit van mijn kant
------Origineel bericht------
Van: 777777 19 03
Onderwerp: <$RemoveOnDelivery,Confirm> C3F5Q
Verzonden: 23 Mei 2016 16:06
[kenteken] grijze vw polo gti pakket van die broertje van die chino..
Hij reed nu nog langs mij toevallig in kanaleneiland
14:19
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
Heb alles geven aan die kale Hahaha lees wat die stuurt hahaha
14:22:01
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Ok sir die zyn makkelyk
14:22:04
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Die [slachtoffer 1] nog dan actie alle 3weg
14:23
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Ok top die [slachtoffer 1] moet ook weg dat is de contact met yoegos
[medeverdachte 9] heeft op hetzelfde moment contact met [medeverdachte 12] over de vier automatische wapens die hij naar hem moet brengen. [181] Uit deze berichten maakt de rechtbank op dat [medeverdachte 9] het door iemand anders laat ophalen en dat hij contact met deze persoon houdt en diens informatie doorgeeft aan [medeverdachte 12] . De antwoorden van [medeverdachte 12] ontbreken, maar uit de inhoud van de berichten leidt de rechtbank af dat hij geantwoord heeft. De vier automatische wapens zijn blijkens de berichten hieronder via (iemand die de opdracht uitvoert voor) [medeverdachte 9] daadwerkelijk aan [medeverdachte 12] afgegeven. Dat blijkt ook uit de berichten vanaf 18:26:10 uur, die verderop in dit vonnis zijn opgenomen.
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
14:23
[medeverdachte 9]
[medeverdachte 12]
Ik moet u zo wat geven sir 4 ak
14:51
[medeverdachte 9]
[medeverdachte 12]
Wet ik nog niet hy is bezig met schoonmaken
15:08
[medeverdachte 9]
[medeverdachte 12]
30 min is die daar bro en het zit in jumbo tas hy had geen sport tas. 17.45 is die daar
15:10
[medeverdachte 9]
[medeverdachte 12]
Denk het wel maar dan zit er vuiniszak omheen
15:48
[medeverdachte 9]
[medeverdachte 12]
Hy is er met 2 min
15:52
[medeverdachte 9]
[medeverdachte 12]
Hy komt met ouwe c klasse donkere kleur tata jongen hoe herkent hy jou
15:53
[medeverdachte 9]
[medeverdachte 12]
Hy staat er al
15:55
[medeverdachte 9]
[medeverdachte 12]
Oké top
[medeverdachte 11] heeft ondertussen de autogegevens van [betrokkene 2] en [betrokkene 1] aan [medeverdachte 12] en [verdachte] doorgegeven. De rechtbank stelt aan de hand van onderstaande berichten, waaronder die van [medeverdachte 4] aan [medeverdachte 2] , vast dat [medeverdachte 11] de gegevens aan zijn broers [verdachte] en [medeverdachte 12] heeft doorgegeven zodat zij de auto’s kunnen herkennen als deze in de buurt (van de Platinum Lounge) zijn. [182] De verklaring van [medeverdachte 5] dat de [betrokkenen 1 en 2] zijn nagetrokken en dat hun autogegevens en adressen zijn gedeeld met de bedoeling het in de gaten te houden, ook in de lounge, stemt hiermee overeen. [183]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
15:12:42
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
77777777Z [05/23/2016 @ 9:23 am]
FW: ANGEL OF DEATH [05/23/2016 @ 4:16 pm]
[kenteken] grijze vw polo gti pakket van die broertje van die chino..
Hij reed nu nog langs mij toevallig in kanaleneiland
15:12:58
[medeverdachte 11]
[verdachte]
77777777Z [05/23/2016 @ 9:23 am]
FW: ANGEL OF DEATH [05/23/2016 @ 4:16 pm]
[kenteken] grijze vw polo gti pakket van die broertje van die chino..
Hij reed nu nog langs mij toevallig in kanaleneiland
15:16
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
Ja precies zei hem net hy wilt ze kleintjes niet by betrekken maar als die kogel in ze kop heeft zyn ze erby betrokken begrypt u die man is raar ben hem al lang zat toen in mocro al om die tatas werd ie gek omdat Z die ding plaatste gek gewoon
15:17:21
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
77777777Z [05/23/2016 @ 9:30 am]
[kenteken] witte cla station daar rijd die chino zelf in die vriend van [slachtoffer 1] ..
Ze zijn allebei in kanaleneiland nu! Bij hun ouders de flat..
15:17:41
[medeverdachte 11]
[verdachte]
77777777Z [05/23/2016 @ 9:30 am]
[kenteken] witte cla station daar rijd die chino zelf in die vriend van [slachtoffer 1] ..
Ze zijn allebei in kanaleneiland nu! Bij hun ouders de flat..
15:23:20
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
77777777Z [05/23/2016 @ 9:33 am]
[kenteken] deze polo rijd die chino de broeertje ook mr.. Deze staat nu bij winkelcentrum kanaleneiland! Wisselen ze der in af..
15:23:31
[medeverdachte 11]
[verdachte]
77777777z [05/23/2016 @ 9:33 am]
[kenteken] deze polo rijd die chino de broeertje ook mr.. Deze staat nu bij winkelcentrum kanaleneiland! Wisselen ze der in af..
15:24:06
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
FW: Steen [05/23/2016 @ 5:33 pm]
77777777z [05/23/2016 @ 9:33 am]
[kenteken] deze polo rijd die chino de broeertje ook mr.. Deze staat nu bij winkelcentrum kanaleneiland! Wisselen ze der in af..
Deze heb ik doorgeven aan mijn kleintje plus ook die andere zo dat ze wetten welke auto ze rijden dat ze daar rekening mee houden
15:24:21
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
Kyk heb alle info gegeven lees hahaha
15:25
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
Ja ik ook heb u gezegt als hy met petten is mag die niks met slapen te maken hebben sir! Zo denk ik niet anders!
15:26
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
Hy mag crimi uithangen maar geen slaap dingen!
15:27
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
Sir wat voor werk zeg my? Heb alles van die mensen enigste is slapen lees wat die zegt alleen voor die auto's kyken by de zaak begrypt u dat!
15:28
[medeverdachte 11]
[verdachte]
Daarom als ze bij jouw in buurt komen dan weet je dat hun het zijn
15:36
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
Ja precies sir iets klopt er niet en u weet dat weten wy al 18jaar sir rare dingen allemaal
15:38
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
Dat heb ik hem ook duidelyk gemaakt kyk my kleine nu in mocro die [betrokkene 27] aan het plaatsen motors voor die [betrokkene 28] geregelt oso alles die man wilt graag en beter hy dan een anders erby begrypt u sir!
Die avond stuurt [medeverdachte 11] aan [medeverdachte 12] de opdracht van [medeverdachte 4] door om de (via [medeverdachte 9] ) ontvangen wapens goed schoon te maken en twee ervan klaar te zetten met extra magazijnen. [medeverdachte 12] doet dat en overlegt hierover met [medeverdachte 11] . De vraag welke twee hij moet klaarzetten stuurt [medeverdachte 11] door aan [medeverdachte 4] en zijn instructies worden door [medeverdachte 11] aan [medeverdachte 12] doorgestuurd. Het worden twee korte wapens met extra magazijn. [184]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
18:26:10
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
77777777Z [05/23/2016 @ 1:30 pm]
Ok maak goed goed schoon met amoniak broer en zet 2klaar met extra maga!
18:26:20
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Ok is goed dan zorg ik dat head klaar staat wie gaan we doen of alle 2?
18:36
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
Lange of korte ak
18:41
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Ja als overstap is die goed broer! Maar zeg hebben snelle snelle nodig ook extra! Voor morgen actie heb alles geen probleem maar meteen door met die honden
18:45
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
Hary [05/23/2016 @ 1:54 pm]
Ze zijn met amoniak schoon gemaakt
Wat voor 2 grote. Klaar zetten. ???
En met extra magaziin groot of klein ??
18:46
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
77777777Z [05/23/2016 @ 1:55 pm]
Ok maak 2korte klaar broer met extra maga erby!
18:54
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
Bij K hebben we nog twee daar korte
19:57
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
Ja dan heb je twee kleintjes als je wilt
Inmiddels heeft [medeverdachte 8] een chauffeur geregeld en [medeverdachte 4] een schutter. Dat blijkt uit het volgende bericht van 18:26 uur en de hierna te bespreken berichten van 24 mei 2016. [medeverdachte 4] legt [medeverdachte 8] weer de vraag voor wie ze zullen doden (doen), of alle twee. [medeverdachte 11] heeft een auto beschikbaar, die goed is als overstap. Alles is klaar voor morgen, maar [medeverdachte 4] wil meteen door en daarom zijn er snelle auto’s (ook) extra nodig. [185]
De volgende dag – 24 mei 2016 – gaan de voorbereidingen verder. [medeverdachte 2] moet van [medeverdachte 4] 19 stuks munitie (bonen) pakken, schoonmaken en aan de schutter (head) geven als hij hem afzet bij de chauffeur (ryder) van [medeverdachte 8] (SZ). De rechtbank concludeert dat [medeverdachte 2] het wegbrengen van de schutter overdraagt aan [medeverdachte 9] , omdat hij 15 minuten later daarover rechtstreeks contact heeft met [medeverdachte 8] . Uit dat bericht (van 14:39 uur) blijkt dat [medeverdachte 9] zich ervan bewust is dat hij een schutter vervoert. [186] Uit de berichten tussen [betrokkene 29] en [medeverdachte 2] (vanaf 14:16 uur) leidt de rechtbank af dat [betrokkene 29] contact heeft met [medeverdachte 9] , op verzoek van [medeverdachte 2] . [187] [medeverdachte 8] heeft verklaard dat de schutter inderdaad is afgezet bij de chauffeur, [betrokkene 30] (hierna: [betrokkene 30] ), die hij heeft geregeld via zijn broer [medeverdachte 7] . Hij heeft ook verklaard dat tegelijkertijd een Glock is aangeleverd en een tasje met extra kogels en waarschijnlijk een extra magazijn en dat er die dag ook een (vlucht)auto is afgegeven. [188] Het doorstuurbericht van [medeverdachte 11] via [medeverdachte 4] aan [medeverdachte 2] bevestigt dat de liquidatie van [slachtoffer 1] aanstaande is. 25 mei 2016 zal [slachtoffer 1] (yoego) de hele dag worden gevolgd, later op de dag zien ‘ze’ de chauffeur, die nog een PGP-toestel moet krijgen zodat de spots en driver in contact met elkaar staan. [189]
24 mei 2016
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
13:46
[betrokkene 29]
[medeverdachte 2]
1BDEA2@activeshield.net deze is ook van u vriend sir u moet hem daarop mailen
13:56
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
Angel of DEATH would like to add you to their private SkyECC encrypted contact list.
14:05
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
Ontv u my
14:16
[betrokkene 29]
[medeverdachte 2]
Ja ik kan Black bereiken sirr
14:19
[betrokkene 29]
[medeverdachte 2]
Oké sirr
14:21
[betrokkene 29]
[medeverdachte 2]
Ja meneer ik heb gemaild
14:24
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
Sir pak 19bonen maak goed schoon en aan head geven als u hem afzet by ryder van SZ ok 19bonen
14:31
[betrokkene 29]
[medeverdachte 2]
Nog niks sir
14:32
[betrokkene 29]
[medeverdachte 2]
Hij zegt dat hij ook niks kan sirr
14:39
[medeverdachte 9]
[medeverdachte 8]
Hallo sir hoelaat en war moet ik head by u brengen??
14:43:32
[betrokkene 29]
[medeverdachte 2]
Sirr hoelaat moet hij opgehaald worden
14:45:35
[betrokkene 29]
[medeverdachte 2]
Oké kun hem sturen naar die BP daar sirr
14:45:50
[betrokkene 29]
[medeverdachte 2]
5 min staat hij er
14:56
[betrokkene 29]
[medeverdachte 2]
Sirr 30 min zegt hij nu
23:49
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 2]
FW: Kale [05/25/2016 @ 1:58 am]
Oké brot, morgen gaan ze yoego volgen heledag, en dan zien ze later op de dag driver. Moeten nog wel pgp regelen voor driver. Die staat met spots dan in contact.
Het volgende bericht van [medeverdachte 9] naar [medeverdachte 8] van 25 mei 2016 sluit hierop aan. [190]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
09:00
[medeverdachte 9]
[medeverdachte 8]
Salaam sir weet u toevallig waar die fiets staat?
Twee dagen later – op vrijdag 27 mei 2016 – blijkt uit de chats met een niet geïdentificeerde PGP-gebruiker (icqx24tm@hiddennet.info) dat nog niet alles gereed is, maar dat [medeverdachte 4] uiterlijk zondag actie wil (dan stuur ik iedereen mocro hell). Zijn schutters (myn heads) kunnen kennelijk niet wachten op de plek waar zij zijn. Daaruit leidt de rechtbank af dat deze schutters op dat moment dus wel geregeld zijn. [medeverdachte 4] wil nog zelf twee spotters sturen en verwacht twee auto’s (BMW 545). Een BMW staat klaar, de ander wordt nog gestolen en als dat niet lukt is er nog een zwarte BMW die wel al kan worden afgegeven. [191] De rechtbank concludeert dat er dus ook al twee auto’s zijn geregeld.
27 mei 2016
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
20:49
[medeverdachte 4]
icqx24tm@
hiddennet.info
Ok sir dan doen we het u manier en beter stuur ik ook myn spotters als ik morgen max zondag klaar ben stuur ik wel 2van myn spotters ook! En sir wanneer kan ik die 2x 545 krygen wil morgen max zondag actie doen dan stuur ik iedereen mocro hell voor ze daar myn heads kunnen daar ok niet wachten
20:50
icqx24tm@
hiddennet.info
[medeverdachte 4]
Ja sir dat was Ons manier tog? u spottr zou zeggen waar die zat en ot zou overnemen en hem plaatsen.. 1 545 staat klaar als goed is morgen en vanavond gaan ze proberen die donker blauwe 545 te pakken (…)
23:34
[medeverdachte 4]
icqx24tm@
hiddennet.info
Weet ie daarom zegt ie ook geef 1man die 24uur met hem is hy wil zich bewyzen ze hadden my in hun dromen hahahaha sir afffff tot dood en verder en erna aub die bmws morgen nl op ze kop
23:37
icqx24tm@
hiddennet.info
[medeverdachte 4]
Tabojenmahom zeker in hun dromen!! 1bmw staat klaar sir andere gaat ze vandaag proberen te pakken ik dacht ineens beter 2afgeven gelijk als die donkerblauwe vanacht niet lukt dan geven ze die zwarte bwm morgen alvast af
Die zondag – 29 mei 2016 – is er veel berichtenverkeer. [medeverdachte 8] vraagt in de ochtend aan [medeverdachte 7] een vuurwapen (gtje) af te geven en hij geeft hem instructies over het schoonmaken van magazijnen en munitie. [medeverdachte 7] doet dat en geeft de problemen die hij hierbij ondervindt door aan [medeverdachte 8] , die dit op zijn beurt bespreekt met [medeverdachte 4] . Als alles nagekeken is zal het wapen rond 16:00 uur aan [medeverdachte 9] worden afgegeven, laat [medeverdachte 4] weten, en uit het bericht van 13:11:50 uur blijkt dat [medeverdachte 8] dat ook aan zijn broer, [medeverdachte 7] , heeft doorgegeven. [192]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
11:07
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 7]
Hoe gaat het met je? Kan je straks die gtje afgeven met die goede maga aub! En die 2 kapot maga der ook bij doen! En als je die goede maga gaat schoonmaken, niet onder spuiten! Met ammo.. Maak hem met iets anders lichtjes schoon.. En die bonne apart schoon! In een zakje maar afdrogen, want die ammo maakt alles kapot!
11:11
[medeverdachte 7]
[medeverdachte 8]
Gaat goed goed hmdl,en met jou,ja is goed ik ga zo in orde maken voor je kleine uurtje is alles klaar,en ik ga geen ammo voor de maga gebruiken allen voor de bonen.
11:13:02
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 7]
Ja gaat goed hmdl, oke dankjewel! Geef en seintje als het in orde is! En gebruik extra tasjes enzo! Voor sporen! Dan laat ik je weten waar je hem kan afgeven over en uurtje!
11:13:52
[medeverdachte 7]
[medeverdachte 8]
Komt goed geen zorgen doe extra tasje erom heen,je hoort me zo.
11:15
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 7]
Bij moskee daar afgeven..
11:16
[medeverdachte 7]
[medeverdachte 8]
Ja dat is goed,je hoort me zo als ik klaar ben.
11:18
[medeverdachte 7]
[medeverdachte 8]
Oke is goed ik maak et vast klaar,dan hoor ik wel van je hoe laat het word.
12:44
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Salam mr, leest u even onder!
------Origineel bericht------
Van: Brede
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 29 Mei 2016 14:41
Hi jongen, ik weet het probleem was bij de maga. Door de ammo blokkeert de veer in de maga.. Waardoor de boontjes niet meer omhoog komen, alles valt eruit.
12:45
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 7]
Ok en zijn die magas nu goed of nog steeds geblokkeerd die viering?
12:46
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Salam sir ja was duidelyk moekteb vloek dag sir! Check of u nieuwe maga ervoor kan regelen dan testen we hem of geef hem aan black
12:49
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Ja heb een nieuwe maga der voor! En zeker mr, was elmouktab.. Inchaallah gair de volgende keer! Rond en uurtje of 16uur geef ik hem aan black af..
12:50
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Top dank u sir hebt u al bonen geregelt?
12:52:15
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Nee had alleen 15 bonen nog mr! Precies voor deze gtje van u..
12:52:32
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Onder mr!
------Origineel bericht------
Van: Brede
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 29 Mei 2016 14:51
Die kan je niet meer gebruiken ze zijn niet meer bertrouwbaar,ik heb die nieuwe maga erin gezet die doet het perfect 17 bonen zit erin.
12:53:06
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Top sir is die getest?
12:53:20
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 7]
Hoeveel bonen heb je totaal?
12:53:47
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Die oude maga niet meer te vertrouwen mr! Dus niet meer te gerbuiken! Die nieuwe maga werkt percet en veert goed de bonen terug!
12:54
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Ok top sir dank u!
12:55
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Nee niet getest mr! Maar wel door trekken of de bonen der uit springen enzo! Dan moet hij perfect werken! Steeds het huis uit gooit! Vorige keer was dat niet zo! Vielen die bonen uit de maga om die die veer geblokkeert was der onder!
12:56
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Ok dank u sir perfect!
12:59:02
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Onder mr, totaal zo veel bonen nog!
------Origineel bericht------
Van: Brede
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 29 Mei 2016 14:57
Ik 17in de maga die zit in de gtje,en ik heb er 16 bonen los bij gedaan ik ga die maga nog 1keer goed wassen met heet water en goed met olie spuiten en dan proberen je hoort me zo.
12:59:39
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 7]
Spuit die andere ook goed met olie in aub! Die nieuwe maga en die loop en alles van die gtje..
Vervolgens informeert [medeverdachte 4] naar wapens (ratelslang en bazo, de rechtbank begrijpt: een automatisch vuurwapen en bazooka) die [medeverdachte 8] kennelijk nog van hem heeft. [medeverdachte 8] heeft daarnaast ook zelf nog wat wapens (paar aktjes) voor [medeverdachte 4] . [medeverdachte 8] moet alles klaarzetten want [medeverdachte 4] gaat beginnen met die hoerenkinderen, waaruit de rechtbank opmaakt – zie ook de berichten van 13:10:09 uur en 13:11:51 uur – dat daarmee wordt bedoeld het doden van [slachtoffer 1] en de [betrokkenen 1 en 2] . Rond 16:00 uur kan [medeverdachte 7] de wapens afgeven aan [medeverdachte 9] . [193]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
13:01
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Top sir dank u had u al gekeken welke ratelslang u nog had van my sir? Bazo en nog iets toch? Moeten even zwaar klaarstaan sir
13:04
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Die ratteslang is nog steeds niet uit de stash mr! Bazo ligt er ja.. En heb zelf en paar aktjes nog.. Kunt u altijd gebruiken! En ben er mee bezig met nieuwe ijzers hoop ze elke moment te krijgen!
13:08:30
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Ok sir aub kyk dat u alles klaarzet want gaan beginnen met die hoerenkinderen
13:08:50
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Morgen heeft u inchaallah die rattelslang van u.. Dan weten we meteen wat voor een het is!
13:10:09
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Inchaallah mr, en geloof mij mr! Als die [slachtoffer 1] en die chinees weg zijn is er niks! Het zijn allemaal honden en dieven mr.. En stellen niks voor die honden! Ik weet dat ik niemand moet onderschatten, maar zijn echte ratten en echt lafaards en bangerikken!
13:10:59
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Onder mr!
------Origineel bericht------
Van: Brede
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 29 Mei 2016 15:10
Ik heb hem gemaakt hij doet het perfect,ik heb alles goed gespoten met speciale ijzer olie alles loopt soepel, 1 keer gtje met 1 keer maga 17keer bonen in de getje.en 1keer maga extra 15keer bonen. Hoe laat kan ik het afgeven?
13:11:50
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 7]
Top dankjewel! Word rond en uurtje of 16uu zo.. Dus blijf in de buurt van kanaleneiland!
13:11:51
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Hy kan aan black afgeven sir! En u weet hoe ik ben 10000 [slachtoffer 1] en chinos schyt aan ze gaan omdat ze gaan!
13:12:49
[medeverdachte 7]
[medeverdachte 8]
Ik sta paraat ben in de buurt tot zo.
13:14
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Ja zeker mr! Ik weet wat daar zit en wat voor honden het zijn! Ze zijn zelfs bang voor hun eigen schaduw.. Die slager gaat hem echt poepen als die weg zijn hahaha! Hij poept nu al.. En geen hond die een vinger voor ze zal uit steken voor zulke smerige honden! Misschien wat joegos van hun! Maar in utrecht mogen ze geen kans maken vuile honden!
13:16
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Pffff ze gaan hell zien hoerenkinderen !
Kort hiervoor heeft [medeverdachte 11] met een doorstuurbericht van [medeverdachte 4] aan [medeverdachte 12] laten weten dat de twee automatische wapens (kalas) met extra magazijnen aan [medeverdachte 9] moeten worden gegeven. Ook stuurt hij [medeverdachte 12] het bericht van [medeverdachte 4] door om voor een alibi te zorgen. [medeverdachte 9] stuurt net als op 24 mei 2016 iemand anders naar [medeverdachte 12] , nu om wapens op te halen, en met die persoon en [medeverdachte 12] onderhoudt [medeverdachte 9] contact over zijn aankomsttijd. [medeverdachte 11] controleert bij [medeverdachte 12] nog of er geen DNA op de wapens zit, niet van [medeverdachte 12] maar ook niet van hemzelf. Hij heeft de dag ervoor het wapen meegenomen in de auto en daar was [medeverdachte 5] ( [medeverdachte 5] ) bij aanwezig. De rechtbank stelt vast dat dit overeenkomt met de verklaring van [medeverdachte 5] dat hij samen met [medeverdachte 11] automatische vuurwapens heeft getest vanuit de auto. [194] Het testen van deze wapens door [medeverdachte 11] en [medeverdachte 5] wordt ook ondersteund door de latere berichten van 19:44 uur en 19:46 uur. [195] Uit de berichten blijkt verder dat [medeverdachte 9] de wapens zelf niet kon schoonmaken en dat deze daarom naar [medeverdachte 12] zijn gegaan. [medeverdachte 11] maakt zich zorgen om een kogel die in een automatisch wapen is achtergebleven. De rechtbank concludeert dat daarover contact is geweest met [medeverdachte 9] , want hij vraagt aan [medeverdachte 12] hoe die kogel eruit gehaald moet worden. De rechtbank maakt uit deze chats ook op dat de wapens door [medeverdachte 12] daadwerkelijk zijn afgegeven en dat [medeverdachte 9] in contact staat met degene die de wapens heeft.
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
12:56
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
77777777z [05/29/2016 @ 3:4 pm]
Hamdoelilah broer geef die 2kalas aan Black en doe er 2extra magaz by en broer top top schoon!!
13:00
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
77777777z [05/29/2016 @ 3:7 pm]
Ja dus 2magas erin en 2extra erby goed goed schoon! En zorg dat je ergens bent met alibi
13:05
[medeverdachte 9]
[medeverdachte 12]
Ja kan moment
13:23
[medeverdachte 9]
[medeverdachte 12]
Hy is er met 5 min was vergeten die ander bericht te versturen
13:40
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
En die tas waar je die kalas geeft ook goed schoonmaken voor dna
13:44
[medeverdachte 9]
[medeverdachte 12]
Blauwe peugot
14:02
[medeverdachte 9]
[medeverdachte 12]
Oké bro ik geef het door
14:05
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
Maar zit er geen vinger afdruk van jouw of dna
14:06
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
Wat nog in die kalas zat kon je gewoon deruithalen dat weet je tog ook
14:08
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
Het is percies als kleine pistool als 1 in de loop zit
14:09:02
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
Plus daar zit ook mijn dna op van gistereen
14:09:57
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
Ik heb ze tog gistereen mee genomen in de auto
14:12
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
Op die kalas tog ik heb erboven op gepraat met [medeverdachte 5]
14:18
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
Je weet waarom ik zei maak ze goed schoon ik vroeg je het niet voor niks
14:24
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
Ik ben niet uit de auto geweest ik heb het rijdend gedaan
14:29
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
Als black ze kon schoonmaken had hij ze niet geven aan ons broer
14:30
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
efe gaan vragen
14:32
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
Dat is ook niet de mijne maar ik probeer goed mogelijk te doen
14:34
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 12]
Fon calent [05/29/2016 @ 4:43 pm]
Dat gaat denk ik niet meer lukken met tyd sir en die jongen is nu echt bezig met het schoonmaken ervan bonen maakt die ook schoon alles
14:46
[medeverdachte 9]
[medeverdachte 12]
Om die bullet eruit te halen die erin zit dan moet die hem toch gewoon doorttreken??
14:48
[medeverdachte 9]
[medeverdachte 12]
Oké doe ik
19:46
[medeverdachte 5]
[medeverdachte 12]
Oke is goed broer hoor je snel!
------Origineel bericht------
Van: Lucas
Aan: Selftest
Onderwerp: Re:
Verzonden: 29 Mei 2016 21:46
Salam nee maar maakt niet uit broer ik heb niet gevraagt
------Origineel bericht------
Van: Diablo 2015
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp:
Verzonden: 29 Mei 2016 21:44
Salaam broer alles goed? Heeft u nog gevraagd of het er 3 of 4 waren die hulzen
Intussen heeft [medeverdachte 4] aan [medeverdachte 8] gevraagd na te laten gaan of [slachtoffer 1] en [betrokkene 1] samen zijn. [medeverdachte 8] is zelf ook aan het posten en geeft informatie aan [medeverdachte 4] over de locatie van [slachtoffer 1] . [medeverdachte 4] laat weten dat ze vandaag hun laatste ronde maken en even later dat zij krijgen wat ze nog nooit hebben gezien. De rechtbank concludeert dat het de bedoeling is [slachtoffer 1] en zo mogelijk [betrokkene 1] deze dag te doden. [medeverdachte 8] geeft door dat [slachtoffer 1] op (de rechtbank begrijpt) de Amsterdamsestraatweg is. [medeverdachte 4] vraagt of [medeverdachte 8] iemand heeft om [slachtoffer 1] in de gaten te houden als hij weggaat en met welke auto hij dan vertrekt omdat [medeverdachte 4] hem niet wil (laten) liquideren op de (Amsterdamse)straatweg . [medeverdachte 8] houdt [slachtoffer 1] zelf in de gaten en krijgt ook informatie van een ander (Age m). [medeverdachte 8] geeft informatie over [slachtoffer 1] en [betrokkene 1] door aan [medeverdachte 4] . [196]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
14:21
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Sir aub kyk of u vandaag spot kan laten checken of chino en [slachtoffer 1] samen zyn sir en waar ze heen ryden!
14:22
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Ja zeker mr, ga er nu gelijk werk van maken inchaallah! Gisteren reden ze straatweg op in de nacht.. Ze rede gewoon rondjes die honden!
14:23
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Top laat ze insch’allah vandaag hun laatste ronde maken
17:13
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Sir check of u [slachtoffer 1] met chino is sir
17:16
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Ben bezig er mee mr, ben zelf ook persoonlijk aan het posten! Zodat we geen fouten maken inchaallah!
17:19
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Insch’allah vandaag krygen ze wat ze nog nooit hebben gezien
17:39
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Heeft u iemand die hem in gaten kan houden en welke fiets die zwarte golf zeker
17:40
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
[slachtoffer 1] zit op straatweg mr.. Heb hem nu nog gezien! Bij die joego cafe.. Of griekse cafe..
17:49
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Heeft u iemand die hem in de gaten kan houden als die beweegt en welke fiets die zwart golf is die mee ga hem niet op straat weg doen!
17:50
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Ik probeer hem zelf in de gaten te houden mr.. Hij staat buiten wat te drinken met een andere joego.. Kale kop ook! Ik ga der zo weer langs rijden!
17:53
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Ja ik heb sky bij me gewoon mr! We kunnen daar op praten! Dacht beter pgp praten! Na die klus gooi ik deze tel meteen weg!
17:56
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Nee stuur hem na andere land even aanlaten dan wipen verbranden sir niet direct uit
17:59
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Ok komt goed inchaallah mr! Ik ga vanancht even vliegen naar maroc dus komt goed..
18:03
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Ok sir
18:05
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Komt goed insch’allah vandaag zyn dag
18:09
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Hahaha ja sir zit al 2dagen op hem haha insch’allah gaat hy en als allah wil die chino erby
18:10
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Amin inchaallah mr.. Hun verdiende loon vuile tering honden dat ze zijn!
19:36
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Onder mr, die chino nog steeds niks!
------Origineel bericht------
Van: Age m
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 29 Mei 2016 21:36
Neej hij is daar niet bro
19:37
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Ok beter sir
Uit daarop volgende berichten blijkt dat [medeverdachte 4] weet dat [slachtoffer 1] thuis is en hij geeft dat door aan [medeverdachte 8] . Als [medeverdachte 7] aan [medeverdachte 8] laat weten dat er een auto beschikbaar is antwoordt hij dat zij er verder over praten als de actie die gaande is, klaar is. [medeverdachte 8] stuurt het bericht over de auto door aan [medeverdachte 4] en als hij opmerkt dat een polo toch niet snel is reageert [medeverdachte 8] dat het voor een korte afstand is en dat de fik er in gaat. Hieruit blijkt dat [medeverdachte 8] weet dat er op dat moment aangestuurd wordt op de liquidatie van [slachtoffer 1] en dat hij via zijn broer [medeverdachte 7] (en [betrokkene 30] ) bezig is een auto te regelen die bedoeld is om bij een liquidatie te gebruiken. Dit leidt de rechtbank af uit de bewoordingen: klusje op korte afstand….En de fik in! [197] Ook [medeverdachte 4] en [medeverdachte 11] hebben contact en bespreken dat [slachtoffer 1] naar buiten moet komen. [medeverdachte 11] gaat daarvoor zorgen. Hij vraagt [medeverdachte 10] om [slachtoffer 1] naar buiten te laten komen. [medeverdachte 11] houdt [medeverdachte 4] hiervan op de hoogte en laat [medeverdachte 10] weten dat er haast bij is en hijzelf geen gevaar loopt. [medeverdachte 11] neemt ook contact op met een niet geïdentificeerde PGP-gebruiker (nen111z@pgpsafe.net, door [medeverdachte 11] opgeslagen als Buurman) en vraagt hem om het telefoonnummer van [slachtoffer 1] . Hij krijgt dat en stuurt dat nummer direct door aan [medeverdachte 10] . [medeverdachte 10] belt [slachtoffer 1] en geeft aan [medeverdachte 11] door dat [slachtoffer 1] op de (Amsterdamse)straatweg is. Uit de telecomgegevens blijkt dat [medeverdachte 10] en [slachtoffer 1] tussen 23:11 uur en 23:56 uur drie keer telefonisch contact hebben gehad. Rekening houdend met de zomertijd (UTC+2) past dit bij het bericht van 21:12 uur en daarom gaat de rechtbank ervan uit dat [medeverdachte 10] daadwerkelijk heeft gebeld naar [slachtoffer 1] zoals [medeverdachte 11] hem gevraagd heeft. [198]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
20:14
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Die kk [slachtoffer 1] rthuis
20:16
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Misschien dat hij nog buiten komt inchaallah! En die chino kan nog op duiken.. Zijn de jongens in de buurt gewoon?
20:17
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Ja maar gaan voor [slachtoffer 1] vandaag hopen dat chino met [slachtoffer 1] is gewoon
20:19
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Inchaallah tisir ou gair mr! Hopen dat die [slachtoffer 1] uit huis komt dan nog zo inchaallah!
20:33
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Oké ik ga die [medeverdachte 10] smsen of hij het kan fixen zonder weet wat er gaande is
------Origineel bericht------
Van: 111 Kleine brother
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp:
Verzonden: 29 Mei 2016 22:32
Broer kan je zorgen dat die [slachtoffer 1] na buiten komt nu?? Als die dan terug na huis gaat is die weg!!
20:34
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Is hij thuis of moet hij naar huis komen ??
------Origineel bericht------
Van: 111 Kleine brother
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp:
Verzonden: 29 Mei 2016 22:32
Broer kan je zorgen dat die [slachtoffer 1] na buiten komt nu?? Als die dan terug na huis gaat is die weg!!
20:38
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Ik heb [medeverdachte 10] gesms ik wacht op zijn smsje nu
------Origineel bericht------
Van: 111 Kleine brother
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp:
Verzonden: 29 Mei 2016 22:37
Nu aub broer laat hem met [medeverdachte 10] ergens zitten even dan staat alles klaar als die weer thuis komt
20:39
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Oké
------Origineel bericht------
Van: 111 Kleine brother
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp:
Verzonden: 29 Mei 2016 22:38
Ok broer zorg dat ie na buiten gaat nu !
20:40
[medeverdachte 10]
[medeverdachte 11]
Ik ben gewoon in de buurt
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 29 Mei 2016 22:40
Wat ben je aan het doen
20:42
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 10]
Kan je die [slachtoffer 1] bellen of hij naar jouw kan komen naar kanaaleiland dat je hem haast nodig hebt als hij bij jouw is vraag hem of iemand weet wat handel wil kopen drug aub
20:44:15
[medeverdachte 7]
[medeverdachte 8]
Lees even onder.
------Origineel bericht-------
Van: Mrd
Aan: Ik
Onderwerp:
Verzonden: 29 Mei 2016 20:41
Salaam bro alles goed, heb wagievoor je polo gti
20:46
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 10]
Of bloken beter dat hem gaat zeggen handel voor 21000 euro wel bij afnamen van 20 kg of hij dat wil verdienden
20:46:20
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 7]
Wat is prijs? Die jongens zijn nu bezig met en actie.. Als deze actie klaar is praten we verder!
20:46:39
[medeverdachte 8]
R. [medeverdachte 4]
Onder mr!
------Origineel bericht-------
Van: Brede
Aan: Selftest
Onderwerp: Fw:
Verzonden: 29 Mei 2016 22:44
Lees even onder.
------Origineel bericht-------
Van: Mrd
Aan: Ik
Onderwerp:
Verzonden: 29 Mei 2016 20:41
Salaam bro alles goed, heb wagievoor je polo gti
20:47:09
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Polo is niet snel toch sir
20:47:53
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 10]
Oké wel haast aub jij loopt geen gevaar broer
——Origineel bericht------
Van: Porche bently april
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp: Re:
Verzonden: 29 Mei 2016 22:45
Ik heb hem nr niet had in ander kaartje ga even kijken op ander tlf daar stond hem nr bro
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 29 Mei 2016 22:44
Of hij voor. Jouw en pistool kan fixen dat je het haast nodig hebt
20:48:56
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Is een gti, aardig snelle voor een klusje op korte afstand.. En de fik in! Ik ga even checken hoeveel pk moment mr!
20:49
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Leest onder wat [medeverdachte 10] zegt en ik zei hem dat haast moet maken
------Origineel bericht------
Van: Porche bently april
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp: Re:
Verzonden: 29 Mei 2016 22:45
Ik heb hem nr niet had in ander kaartje ga even kijken op ander tlf daar stond hem nr bro
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 29 Mei 2016 22:44
Of hij voor. Jouw en pistool kan fixen dat je het haast nodig heb
20:53:49
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Ik zet druk op hem dat hij vaart moet maken
------Origineel bericht------
Van: 111 Kleine brother
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp:
Verzonden: 29 Mei 2016 22:51
Die [medeverdachte 10] allemaal viezerikken broer laat hem die man na buiten krygen nu gewoon
20:54
[medeverdachte 10]
[medeverdachte 11]
Oke ik ben met paar minuten thuisd
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 29 Mei 2016 22:53
Probeer hem naar buiten te lokken want hij is thuis nu maak met hem afspraak nu aub haast
20:56
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Hij zegt hij is met paar minuten thuis voor hem telefoon nummer te pakken
20:57
[medeverdachte 11]
nen111z@
pgpsafe.net
Kan je mijn numer geven van [slachtoffer 1] aub
21:04
[medeverdachte 10]
[medeverdachte 11]
Oke ga hem nu bellen moet ik zegen na kaneiland komen
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp: Fw:
Verzonden: 29 Mei 2016 23:03
Hier onder telefoon van [slachtoffer 1] broer bel hem
------Origineel bericht------
Van: Buurman ? mei
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp:
Verzonden: 29 Mei 2016 23:00
Ok 0617660006
21:06
[medeverdachte 10]
[medeverdachte 11]
Oke bro
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 29 Mei 2016 23:05
Ja aub zo dat je hem van huis weg lokt
21:10
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Top hoop met chino samen dan tegelyk
21:12
[medeverdachte 10]
[medeverdachte 11]
Ja ben met hem gesprek hij is in straatweg
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 29 Mei 2016 23:10
Heb je hem gebeld
Op basis van onderstaand intensief berichtenverkeer concludeert de rechtbank dat er op gekoerst wordt dat [slachtoffer 1] die nacht zal worden geliquideerd. [199] [medeverdachte 10] bericht aan [medeverdachte 11] dat hij zelf naar [slachtoffer 1] toe gaat en [medeverdachte 11] houdt [medeverdachte 4] hiervan op de hoogte. [medeverdachte 4] vraagt vervolgens aan [medeverdachte 8] of hij kan nagaan of [slachtoffer 1] op de (Amsterdamse)straatweg is. [medeverdachte 8] gaat dat vervolgens zelf doen, gelet op zijn bericht van 21:36 uur. De werkelijke tijd van deze en de andere hieronder vermelde chats was overigens – rekening houdend met de zomertijd (UTC+2) – twee uur later. [medeverdachte 4] stuurt [medeverdachte 8] een bericht dat ‘iedereen gaat slapen vandaag’ en kort daarna (om 22:04 uur), laat [medeverdachte 8] zijn broer [medeverdachte 7] weten dat ‘ze’ bezig zijn. De rechtbank leidt hieruit af dat ook [medeverdachte 7] op de hoogte is van de op dat moment actuele gerichtheid op liquidatie. [medeverdachte 11] geeft [medeverdachte 10] instructies om [slachtoffer 1] bezig te houden zodat hij wat meer tijd heeft. [medeverdachte 4] informeert [medeverdachte 11] dat zij over een half uur ongeveer klaar staan en hij laat [medeverdachte 11] weten dat hij ergens naar toe moet waar camera’s zijn voor een alibi. [medeverdachte 11] is thuis maar [medeverdachte 4] vindt dat hij ergens moet zijn waar mensen hem kunnen zien. Als blijkt dat [slachtoffer 1] gedronken heeft en niet kan rijden hoopt [medeverdachte 4] dat [betrokkene 1] [slachtoffer 1] naar huis zal brengen, daarom moet goed gekeken worden wie dat doet. [medeverdachte 4] vraagt [medeverdachte 8] of [betrokkene 1] al thuis is. [medeverdachte 8] is op dat moment onderweg naar de (Amsterdamse)straatweg, daar was [slachtoffer 1] volgens hem eerder in de avond al. Hij gaat nu ook op zoek naar de auto van [betrokkene 1] , waarover hij al eerder informatie heeft gestuurd (witte Mercedes CLA station). Iemand moet [slachtoffer 1] naar huis brengen en als het [betrokkene 1] is (chino bingo), dan gaat hij er ook aan volgens [medeverdachte 4] . [medeverdachte 4] wil weten of [medeverdachte 10] al weet wie er bij [slachtoffer 1] is en of [betrokkene 1] hem thuis gaat brengen. [medeverdachte 11] vraagt dat vervolgens aan [medeverdachte 10] en hij antwoordt dat hij alleen is met [slachtoffer 1] . [medeverdachte 4] maakt dan [medeverdachte 11] duidelijk dat [medeverdachte 10] hem niet naar huis mag brengen omdat de schutters iedereen zullen doden (‘laten slapen’). [medeverdachte 11] waarschuwt [medeverdachte 10] , die op zijn beurt vraagt hem, [slachtoffer 1] , niets te doen, omdat hij met hem heeft gepraat. [medeverdachte 11] vraagt [medeverdachte 10] nogmaals met klem [slachtoffer 1] niet thuis te brengen en zegt hem dat [slachtoffer 1] zijn – [medeverdachte 11] ’s – dood wilde. [medeverdachte 4] bericht [medeverdachte 11] dat de dood van [slachtoffer 1] de fout is van [betrokkene 3] en iets daarna dat zij moeten weten wie [slachtoffer 1] naar huis gaat brengen. [medeverdachte 11] drukt [medeverdachte 10] nogmaals op het hart dat hij hem niet naar huis moet brengen.
Dan laat [medeverdachte 4] [medeverdachte 11] weten dat er teveel politie (petten) in de buurt is van de schutters (heads). De politie heeft de schutters gezien, zij zijn daarom weggegaan. [medeverdachte 10] is nog steeds met [slachtoffer 1] op de Amsterdamsestraatweg en hij moet nog wel kijken wie [slachtoffer 1] naar huis brengt. De rechtbank stelt vast dat de actie om [slachtoffer 1] (en zijn eventuele chauffeur) te doden door aanwezigheid van politie in de nabijheid van de schutters is afgebroken. Direct hierna laat [medeverdachte 11] aan [medeverdachte 4] weten dat hij(zelf) dan weggaat van de plaats waar hij is. [medeverdachte 11] stuurt vervolgens het bericht aan [medeverdachte 10] dat hij hem (de rechtbank begrijpt: [slachtoffer 1] ) vandaag niet gaat pakken. De rechtbank stelt vast dat [medeverdachte 10] wist dat [slachtoffer 1] die avond gedood zou worden, en dat zijn gesprek met [slachtoffer 1] daar niets aan heeft veranderd. Desondanks geeft [medeverdachte 10] nadat de actie voor die avond is afgeblazen aan [medeverdachte 11] door waar de auto van [slachtoffer 1] op dat moment staat.
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
21:14:28
[medeverdachte 10]
[medeverdachte 11]
Lader van de auto laad niet op. Mijn pgp is op rood bro maar ik ga even na hem
21:14:46
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Ok beter laat hem die hond opzoeken relax dan staat alles klaar laat hem zeggen welke auto die heeft
21:15:01
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Sir [slachtoffer 1] is straatweg kan u dat na gaan
21:15:45
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Moment mr, ga er nu werk van maken!
21:16:09
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 10]
Oké ga naar hem tog zeg hem dat je en pistolen nodig hebt en kijk gelijk wat voor auto hij rijdt aub.
21:16:29
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Ok klaar 30 a 40 min staan wy klaar sir
21:17
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Oké dat heb ik hem gezegt dat hij naar hem moet gaan en moet kijken welke auto hij rijdt
------Origineel bericht------
Van: 111 Kleine brother
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp:
Verzonden: 29 Mei 2016 23:14
Ok beter laat hem die hond opzoeken relax dan staat alles klaar laat hem zeggen welke auto die heeft
21:18
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Zorg voor goeie alibi broer nu!! Ergens met cameras!!!
21:19
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Ik ben bij iemand thuis
21:20
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Ga waar mensen je zien broer beter:!!!!!!
21:26
[medeverdachte 10]
[medeverdachte 11]
Oke bro ik heb net gebeld zij kom hij zegt kan niet rijden ik wou hem hier bij transwijk laten komen maar hij zegt ben dronken
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 29 Mei 2016 23:19
Hou hem beetje lang bezig zo dat ik straks tijd genoeg heb
21:33:02
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Hoop hy is met chino kk honden insch'allah brengt chino hem thuis
21:33:34
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Daarom beter dus kyken wie hem thuis gaat brengen zeker die chino
21:34
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Sir chino is die al thuis [slachtoffer 1] is dronken en geen auto dus iemand gaat hem thuis brengen
21:36
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Ik was op weg naar straatweg, wil het persoonlijk checken! Dus [slachtoffer 1] is daar zeker nog? Ik zag hem daar ook bij die griek in de avond.
21:37:00
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
100000% sir maar zonder auto dus iemand gaat hem thuis brengen insch'allah chino bingo!!!
21:37:03
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Gisteren waren ze ook samen op straatweg! Kans is groot dat chino hem kan brengen!
21:37:27
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Amin inchaallah mr, ik ga nu langs chino checken mr!
21:42:01
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Auto chino staat er niet mr! Kan dat hij hem later ophaalt nog!
21:42:35
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Zodra ze een witte mercedes cla station wagen zien wat ik stuurde is het chino mr..
21:44:16
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Ja weten alles iedereen gaat slapen vandaag insch'allah!
22:04
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 7]
Ze zijn bezig! Praten we later over!
------Origineel bericht------
Van: Brede
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 00:03
Hi jongen laat je me weten over de polo hij wacht op antwoord?
22:15
[medeverdachte 10]
[medeverdachte 11]
Ja ben met hem bro
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 00:13
Broer heb je die man gezien
22:26
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Ik heb [medeverdachte 10] net 5 min gesmst ze zijn nog samen in amsterdamstraatweg
22:27
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Ok weet ie al wie hem gaat brengen is chino met hem?
22:29
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Die vraag heb ik hem net gesteld ik wacht op antwoord
------Origineel bericht------
Van: 111 Kleine brother
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 00:27
Ok weet ie al wie hem gaat brengen is chino met hem?
22:33
[medeverdachte 10]
[medeverdachte 11]
Nee ohij is alleeen dronken
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 00:28
Is chino met hem broer gaar hij hem naar huis brengen
22:36
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Broer hij is dronken en chino is niet met hem
22:51:39
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Broer laat [medeverdachte 10] hem absoluut niet na huis brengen anders gaat [medeverdachte 10] slapen die heads laten iedereen slapen duidelyk
22:52
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Oké
22:53:01
[medeverdachte 10]
[medeverdachte 11]
Bro ben hier met hem hij praat hij zegt ander allemaal rotzooi die slager hij zegt niks met hem verdiend en hij zegt moet 30juni voorkomen in amsterdam
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 00:28
Is chino met hem broer gaar hij hem naar huis brengen
22:53:46
[medeverdachte 10]
[medeverdachte 11]
Waaarom bro.
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 00:53
Broer breng die man niet naar huis aub niet doen
22:54:19
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Leest onder
------Origineel bericht------
Van: Porche bently april
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp: Re:
Verzonden: 30 Mei 2016 00:53
Bro ben hier met hem hij praat hij zegt ander allemaal rotzooi die slager hij zegt niks met hem verdiend en hij zegt moet 30juni voorkomen in amsterdam (…)
22:54:58
[medeverdachte 10]
[medeverdachte 11]
Bro niks doen heb met hem gepraat door tlf en hij heeft ook zijn vriend gepraat door tlf.
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 00:53
Broer breng die man niet naar huis aub niet doen
22:55
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 10]
Niet doen aub niet naar huis brengen luister na mijn je bent mijn broeder
22:56:28
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 10]
Broer niet brengen aub die man wou mijn dood hebben
------Origineel bericht------
Van: Porche bently april
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp: Re:
Verzonden: 30 Mei 2016 00:54
Bro niks doen heb met hem gepraat door tlf en hij heeft ook zijn vriend gepraat door tlf. (…)
22:56:48
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Ja weet ik zyn dood is slager zyn fout moeten weten wie hem thuis brengt
23:11:41
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Broer wie brengt die man thuis??
23:11:51
[medeverdachte 10]
[medeverdachte 11]
Neee bro ik denk hij pak taxi
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 01:01
Heb je vermoeden wie hem naar huis gaat brengen
23:12
[medeverdachte 10]
[medeverdachte 11]
Oke bro
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 01:11
Je mag pratten door de telefoon maar gebeurd niks nu broer maar ik zeg jouw niet naar huis brengen aub
23:26
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 10]
Ben je nu alleen
23:28
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 10]
Broer ben je nu alleen
23:38:15
[medeverdachte 10]
[medeverdachte 11]
Oke ik ga met 5min weg
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp: Re:
Verzonden: 30 Mei 2016 01:33
Oké. Laat mijn allees wetten dus luister goed niet naar huis brengen meer zeg ik je niet broer
------Origineel bericht------
Van: Porche bently april
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp: Re:
Verzonden: 30 Mei 2016 01:31
Neee bro nog in straatweg hij zit elke keer jij sms ik heb tlf in lader hij gokast en naaast hem
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 01:30
Broer geef antwoord
23:38:41
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Teveel petten daar by heads word niks vandaag
23:40
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Hij is nog in amsterdamstraatweg achter en gokkast zit hij en [medeverdachte 10] gaat met 5 min weg bij hem
23:44:13
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 10] gaat met paar minuten weg naar zijn eigen huis broer
------Origineel bericht------
Van: 111 Kleine brother
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 01:41
Heads zyn weg petten hebben ze gezien!! Laat [medeverdachte 10] kyken wie hem thuis brengt
23:44:55
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Oké dan ga ik ook hier weg waar ik nu ben
23:50
[medeverdachte 10]
[medeverdachte 11]
Ik ben nu in de auto alleen zijn auto staaat gwn opstraatweg die golf
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 01:46
vandaag ga ik hem niet pakken broer
23:55
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Die golf van die [slachtoffer 1] is in amsterdamstraatweg zag [medeverdachte 10] net hij is bij hem weg nu
23:56
[medeverdachte 10]
[medeverdachte 11]
Bro heb hem uit gehoord hij zegt niks vijandig over jou en hij zegt die slager klootzaak niks verdiend j zegt maar die ander amigo van jou wil mij pakken hij zegt staat in dosier en liet mij brief hij moet 30juni naar de rechtbank en hij zegt gaat om die ontvoering van goedgoed hij zegt heb daar niks mee te maken hij zegt jou amigo wil mij. Slapen hij zegt politie zegt dat ik zij nee poltie niet geloven
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 01:46
vandaag ga ik hem niet pakken broer
23:57
[medeverdachte 10]
[medeverdachte 11]
Bro heb heeel lang met hem gepraaat maar ik moet je live Zien
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp: Re:
Verzonden: 30 Mei 2016 01:51
Oké
------Origineel bericht------
Van: Porche bently april
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp: Re:
Verzonden: 30 Mei 2016 01:50
Ik ben nu in de auto alleen zijn auto staaat gwn opstraatweg die golf (…)
Op 30 mei 2016 heeft de politie een gestolen blauwe BMW 545i aangetroffen op de Rhodosdreef te Utrecht en in beslag genomen. [200] In de auto zijn twee flessen met benzine, een jerrycan en drie aanstekers aangetroffen. Op een van de flessen is een DNA-spoor aangetroffen (vanaf de drinkopening en de dop van een colafles). Uit het NFI-rapport van 24 januari 2017 blijkt dat dit overeenkomt met het DNA van [betrokkene 31] . [201] Daarmee staat een verband vast met de loods in Landsmeer die werd gebruikt voor de opslag van (gestolen) auto’s. Verderop in het vonnis wordt daar nader op ingegaan (zie hoofdstuk 4.4 Zaaksdossier 140 Sr (criminele organisatie)). Dat de inbeslaggenomen BMW daadwerkelijk de auto is waarin de schutters in de nacht van 29 op 30 mei 2016 klaar stonden om [slachtoffer 1] (en degene die hem thuisbracht) te doden wordt bevestigd door onderstaand bericht van [medeverdachte 4] aan [medeverdachte 11] van 31 mei 2016. [202]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
00:35
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Broer denk even met my mee heb een goeie ryder nodig die ov goed kent en een safehuis dichtby gisteren heads petten zagen hun in bmw 545 meteen probleem zyn heads snel weggegaan overgestapt jongen gaat terug bmw pakken vol petten weggesleept! En wil ze alle 2zelfde dag doen die honden! Fietsen alles regel ik heads alles alleen top ryder die niet paniek raakt en fiets fikt en overstapt heads veilig
Nadat de politie hen heeft gezien zijn de schutters snel weggegaan en later, toen ze weer terug gingen om de achtergelaten BMW 545i op te halen, bleek deze te zijn weggesleept.
Uit de navolgende berichten blijkt dat de observatie op [slachtoffer 1] in de middag van 30 mei 2016 is voortgezet. [medeverdachte 4] meldt aan [medeverdachte 11] dat hij er mensen (spots) op heeft gezet. Degene die voor [medeverdachte 11] gaat zoeken gaat tegen 20:00 uur beginnen. [medeverdachte 11] zal het meteen aan [medeverdachte 4] laten weten als [slachtoffer 1] is gevonden. [medeverdachte 11] vraagt [medeverdachte 5] om hem te helpen [slachtoffer 1] te vinden. [medeverdachte 5] zegt dat toe en vraagt om instructies. Hetzelfde vraagt [medeverdachte 11] aan [medeverdachte 10] en ook hij vindt dat goed. [medeverdachte 11] bericht [medeverdachte 10] dat hij van [slachtoffer 1] (hem) af wil. [medeverdachte 11] geeft de locatie waar [slachtoffer 1] rondhangt, waar hij woont en het type auto door aan [medeverdachte 5] . Vervolgens gaat [medeverdachte 11] bij [medeverdachte 10] na waar [slachtoffer 1] de vorige avond was en geeft ook die informatie aan [medeverdachte 5] . [medeverdachte 5] gaat daadwerkelijk kijken en stelt vast, afgaand op het kenteken (dat inderdaad van de auto van [slachtoffer 1] is), dat [slachtoffer 1] thuis is. [203]
[medeverdachte 5] heeft verklaard (zie hoofdstuk 4.2.4 Verklaringen van [medeverdachte 5] ) dat het de bedoeling is geweest ongeveer een week voor de ramadan toe te slaan. In eerste instantie is het idee geweest om te beginnen met de [betrokkenen 1 en 2] , dat bleek lastig en daardoor is een omwenteling gekomen waarbij de nadruk meer op [slachtoffer 1] is komen te liggen. Bij de observatie van [slachtoffer 1] is een (doorstuur)bericht gestuurd dat hij nu op de (Amsterdamse)straatweg is. [medeverdachte 10] (de rechtbank begrijpt: [medeverdachte 10] ) heeft goed contact met [slachtoffer 1] en probeert hem te traceren en geeft het door als hij met hem heeft afgesproken. Van [slachtoffer 1] is bekend dat hij op de (Amsterdamse)straatweg komt, bij het Griekse café, in welke auto hij rijdt en het kenteken daarvan, aldus steeds [medeverdachte 5] . [204] Dit komt overeen met de voorgaande en hierna volgende berichten.
30 mei 2016
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
14:32
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Oké ik ga kijken wie hem op afstand kan volgen dat hij samen met die chino kan zijn weinig kans behalf als hij snel met hem wat te bespreken is dan misschien
------Origineel bericht------
Van: 111 Kleine brother
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 16:27
Hmdl broer! Broer vandaag kyk wie die [slachtoffer 1] kan volgen ook precies dan doen we hen het liefst als die samen met chino is
14:44
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Eergisteren waren ze samen rondjes ryden
14:45
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Oké ik zit te kijken hoe ik ga het fixen
14:46
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Ok ik heb ook spots erop maar zodat we zeker weten
17:25
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Oké broer want die jongen zou rond 20..00 begingen. Zoeken zei die
17:38
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Zodra hij hem heeft gevonden laat ik je gelijk wetten
------Origineel bericht------
Van: 111 Kleine brother
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 19:33
Ok is perfect
17:44:27
[medeverdachte 5]
[medeverdachte 11]
Ja kan broer wat moet gebeuren moet gebeuren.
------Origineel bericht------
Van: Lucas
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 19:43
Goed hamdulah zou u mijn beetje helpen om die [slachtoffer 1] water hoofd te tracksereen
17:47
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 10]
Oké dank u want ik wil van hem af zodat ik die chino ook aanpak weg ermee rotzooi mensen
------Origineel bericht------
Van: Porche bently april
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp: Re:
Verzonden: 30 Mei 2016 19:45
Oke is goed
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 19:44
Ook goed rustig zou u mijn vandaag helpen om die waterhoofd te tracksereen aub
17:49
[medeverdachte 5]
[medeverdachte 11]
Zenderen geen optie?
------Origineel bericht------
Van: Lucas
Aan: Selftest
Onderwerp: Re:
Verzonden: 30 Mei 2016 19:48
Gewoon naar amsterdamstraatweg daar blijft hij hangen en zijn adres is [adres] golf 7 zwart (…)
17:56
[medeverdachte 5]
[medeverdachte 11]
Oke broer weet u wel waar die ongveer hangt op straatweg welke café?
------Origineel bericht------
Van: Lucas
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 19:55
Nee beter niet
18:00:49
[medeverdachte 10]
[medeverdachte 11]
Ja tegen over blokker
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp
Verzonden: 30 Mei 2016 19:58
Waar was hij gisteren achter gok kast in amsterdamstraatweg café ???
18:08
[medeverdachte 5]
[medeverdachte 11]
Oke dat dacht ik al daar zitten al die oostblokkers ga zo van auto switchen en meteen checken
------Origineel bericht------
Van: Lucas
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 20:07
Leest onder
------Origineel bericht------
Van: Porche bently april
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp: Re:
Verzonden: 30 Mei 2016 20:05
Griekse cafe achterin gokkast hij zegt vaak daaar
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 19:58
Waar was hij gisteren achter gok kast in amsterdamstraatweg café ???
18:47
[medeverdachte 5]
[medeverdachte 11]
Hij is niet in die cafe broer
18:57
[medeverdachte 5]
[medeverdachte 11]
[kenteken] is dat die kenteken?
18:59
[medeverdachte 5]
[medeverdachte 11]
Hij is dan thuis
------Origineel bericht------
Van: Lucas
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 20:58
klopt
19:03
[medeverdachte 5]
[medeverdachte 11]
Hoe bedoeld u rijden? Ik zie die auto nu staan.sta 300meter verder op heb zicht op die auto.als die auto gaat rijden zit ik erop?
------Origineel bericht------
Van: Lucas
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 21:01
Oké zijn vrouw rijdt ook erin efe beetje rijden mischien kom je hem tegen
Die avond gaat het berichtenverkeer door. [medeverdachte 4] vraagt aan [medeverdachte 11] of (de rechtbank begrijpt:) [slachtoffer 1] al gevonden is. [205] [medeverdachte 11] laat weten dat er zicht op zijn auto is voor de deur van zijn woning. [medeverdachte 11] vraagt dat nog na bij [medeverdachte 5] die dat bevestigt. [206] [medeverdachte 4] vraagt of [medeverdachte 10] ( [medeverdachte 10] ) hem eventueel naar buiten kan lokken. [207] [medeverdachte 5] laat [medeverdachte 11] dan weten dat [slachtoffer 1] is ingestapt bij [betrokkene 1] . [medeverdachte 11] stuurt dat bericht meteen door naar [medeverdachte 4] . [medeverdachte 5] geeft kentekens door en deze worden naar [medeverdachte 4] doorgestuurd door [medeverdachte 11] . [208] Het kenteken van de witte Mercedes CLA is het kenteken dat [medeverdachte 5] gekregen heeft. [209] Intussen heeft [medeverdachte 10] aan [medeverdachte 11] laten weten dat [slachtoffer 1] hem heeft gevraagd om naar dezelfde plek als gisteren te komen. Dit bericht stuurt [medeverdachte 11] ook door aan [medeverdachte 4] . [210] [medeverdachte 4] heeft bericht ontvangen dat de auto (GTI) morgen klaar staat. [211] [medeverdachte 11] laat [medeverdachte 4] (weer) weten dat [slachtoffer 1] bij [betrokkene 1] is ingestapt. [medeverdachte 4] vraagt [medeverdachte 11] of hij een chauffeur (prof ryder) heeft die nu met de schutters (heads) wil rijden. [212] [medeverdachte 11] vraagt aan [medeverdachte 5] of hij iemand kent die de schutters (die heads) wil rijden. [213] [medeverdachte 5] kent niet iemand die dat wil doen. Dit stemt overeen met de verklaring van [medeverdachte 5] dat hem in deze periode is gevraagd of hij professionele autorijders kent waarop zijn antwoord is dat hij niet zo iemand kent en dat er blijkbaar wel iemand was om te schieten maar geen chauffeur. [214] [medeverdachte 4] vraagt of [slachtoffer 1] samen met [betrokkene 1] op de (Amsterdamse)straatweg is. [215] [medeverdachte 11] doet navraag bij [medeverdachte 10] en legt hem de informatie over auto’s en kentekens voor die hij van [medeverdachte 5] heeft gekregen. Als [medeverdachte 11] vervolgens aan [medeverdachte 10] vraagt of hij een (goede rijder prof) chauffeur heeft voor de schutters (heads) die hij heeft, en dat alles al klaar is, antwoordt [medeverdachte 10] dat hij iemand uit Zeist kent. Die persoon kan goed rijden en is ook bereid iemand te volgen. [216] [medeverdachte 10] bericht dat hij meteen naar hem toe gaat.
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
19:19
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Al gevonden?
19:21:16
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Nee nog niet zijn golf staat voor de deur daar is iemand op uitkijk waar hij gisteren was iis hij daar niet amsterdamstraatweg
19:21:50
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Ok dus ze golf staat by zyn huis gewoon?
19:22
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Ja voor de deur
19:23:16
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Ok dus hy is thuis! Die [medeverdachte 10] kan hem na buiten lokken eventueel toch?
19:23:53
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Ja dat zou kunnen
19:25
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Ok als laatste optie
19:28:25
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Dus jy hebt nu zicht op zyn auto toch??
19:28:52
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Ja klopt
19:33
[medeverdachte 5]
[medeverdachte 11]
Ja broer die staat er nog steeds
------Origineel bericht------
Van: Lucas
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 21:33
Broer hebt u nog uizicht op die golf
20:01
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Leest onder
------Origineel bericht------
Van: Diablo 2015
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 22:00
Broer die chino is hier net aangekomen die hond is bij hem ingestapt ze zijn scherp en op hun hoede
20:03
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Leest onder
------Origineel bericht------
Van: Diablo 2015
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 22:02
Die cla [slachtoffer 1] is een duitse auto aangekomen en bij hun ingestapt.stuur je zo die kenteken
20:04
[medeverdachte 5]
[medeverdachte 11]
[kenteken] Mercedes B Klasse
20:05
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Deze nieuws is van [medeverdachte 10] dat hij naar amsterdamstraatweg gaat [slachtoffer 1]
------Origineel bericht------
Van: Porche bently april
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp: Re:
Verzonden: 30 Mei 2016 22:02
Hij belde net hij zij kom waar hij gisteren was
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 21:57
Broer niks nog geen nieuws
20:06
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Leest onder
------Origineel bericht------
Van: Diablo 2015
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 22:05
Hij wou die b klasse naast zn golf parkeren daarna zij straat gepakt toen is die in die CLA ingestapt en zijn ze weg gereden.
20:07
[medeverdachte 5]
[medeverdachte 11]
[kenteken] in deze is die gestapt.
20:08
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Leest
------Origineel bericht------
Van: Diablo 2015
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 22:07
[kenteken] in deze is die gestapt.
20:09
[medeverdachte 5]
[medeverdachte 11]
Ja.dat is die auto waarvan ik keneken heb gehad.daar stapte hij in
------Origineel bericht------
Van: Lucas
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 22:08
Witte cla
20:12
[medeverdachte 5]
[medeverdachte 11]
Die duitste auto moet gezenderd worden die gaat je meer info geven
20:13
icqx24tm@
hiddennet.info
[medeverdachte 4]
sir gti sleutel hebben ze nog kunnen fixen! Dus staat morgen klaar
20:16
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
[slachtoffer 1] is bij chino ingestapt voor zijn huis ze zijn nu in die wite cla van chino
20:21:28
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Nu niet gelijk want ik bespreek met niemand wat kwa dit
------Origineel bericht------
Van: 111 Kleine brother
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 22:19
Broer heb je een prof ryder die nu wil ryden met heads?? Geef hem fietsen en overstap ?
20:21:56
[medeverdachte 5]
[medeverdachte 11]
Wat wilt u dat ik nu nog doe broer?
20:31
[medeverdachte 5]
[medeverdachte 11]
Nee broer die chauffeurs die ik ken gaan dit niet doen.
------Origineel bericht------
Van: Lucas
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 22:29
Bro weet u geen prof rijder om met die heads mee te rijden
20:33
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Is die [slachtoffer 1] nu samen met die chino op straatweg sir?
20:36:38
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Nee hij is bij chino ingestapt dan gaat chino zeker hem terug brengen naar zijn auto want chino gaat nooit daar naar amsterdamstraatweg dat is wel zeker
22:36
[medeverdachte 10]
[medeverdachte 11]
Was hij met hem. In die grieks cafe
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 31 Mei 2016 00:32
Salam broer leest onder je zegt die man is niet met hun
------Origineel bericht------
Van: Diablo 2015
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 22:00
Broer die chino is hier net aangekomen die hond is bij hem ingestapt ze zijn scherp en op hun hoede
22:39
[medeverdachte 10]
[medeverdachte 11]
Oke bro hij is niet in die golf7 ander auto gistern was hij met golf alleen daar in die cafe
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 31 Mei 2016 00:37
Nee chino heeft hem opgehaald van huis in overvecht
22:47:16
[medeverdachte 10]
[medeverdachte 11]
Oke die witte is dat berlijn kenteken
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp: Re:
Verzonden: 31 Mei 2016 00:45
In die auto reed hij broer vanmiddag hij is naar huis gegaan gelijk bij chino in gestapt wite cla mercedes
------Origineel bericht------
Van: Porche bently april
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp: Re:
Verzonden: 31 Mei 2016 00:43
Dat zijn die klante uit berlijn hij zij tegen mij dat hij duitse had die blokken willen
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp: Fw:
Verzonden: 31 Mei 2016 00:41
Hier rijdt die [slachtoffer 1] ook broer Duits auto
------Origineel bericht------
Van: Diablo 2015
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp:
Verzonden: 30 Mei 2016 22:04
[kenteken] Mercedes B Klasse
22:47:51
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 10]
Oké efe en vraagje heb je voor mijn en goede rijder prof heads heb ik allees al klaar
------Origineel bericht------
Van: Porche bently april
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp: Re:
Verzonden: 31 Mei 2016 00:46
meestal is hij in die golf eertste had hij grijze auto maar die heeft hij niet meer die duitse auto denk is niet van hem
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp: Fw:
Verzonden: 31 Mei 2016 00:41
Hier rijdt die [slachtoffer 1] ook broer Duits auto (…)
22:50:03
[medeverdachte 10]
[medeverdachte 11]
ik kan iemand die kan rijden uit zeist
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 31 Mei 2016 00:48
Nee daar rijdt chino in nl plaaten
23:01
[medeverdachte 10]
[medeverdachte 11]
Oke nu gelijk na hem gaan
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp: Re:
Verzonden: 31 Mei 2016 01:00
Oké kan je hem vragen aub
------Origineel bericht------
Van: Porche bently april
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp: Re:
Verzonden: 31 Mei 2016 00:58
Hij had mij gezegt toen als klus ga ik rijden bro maar moet na hem ;ij had mij ook keer gezegt voor iemand volgen dat is deze jongen
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp: Re:
Verzonden: 31 Mei 2016 00:55
Wil hij wel voor die klus
------Origineel bericht------
Van: Porche bently april
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp: Re:
Verzonden: 31 Mei 2016 00:52
Hij heeft wil vroeger snelkraken gepeelgt kan wil rijden goed raak niet paniek
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 31 Mei 2016 00:50
Is hij prof met rijden
23:03
[medeverdachte 10]
[medeverdachte 11]
Oke
------Origineel bericht------
Van: Paco
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 31 Mei 2016 01:01
Graag aub
Die nacht – het is inmiddels 31 mei 2016 – gaat het berichtenverkeer nog even door en de volgende middag wordt het hervat. [medeverdachte 4] vraagt [medeverdachte 11] om chauffeurs en een safehouse. [medeverdachte 11] vraagt vervolgens [medeverdachte 10] en [medeverdachte 5] of zij plofkrakers kennen die willen rijden. [217] [medeverdachte 11] vraagt [medeverdachte 5] ook of hij een safehouse in Utrecht kan regelen. [medeverdachte 11] vraagt ook de onbekende gebruiker van nen111z@pgpsafe.net, door hem opgeslagen als ‘Buurman’, of hij een goede chauffeur kent. [218] [medeverdachte 11] heeft alles klaar behalve een goede chauffeur. Kort daarna wordt door de onbekende gebruiker van icqx24tm@hiddennet.info aan [medeverdachte 4] gevraagd waar de auto (een zwarte Volkswagen Golf GTI) kan worden afgegeven. Dat wordt 20:00 uur aan de Mexicodreef in Overvecht. [219] [medeverdachte 5] heeft intussen navraag gedaan, maar het huis dat hij op het oog had is niet beschikbaar. [220] In zijn kluisverklaring heeft hij hierover in gelijke zin verklaard. [221]
31 mei 2016
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
00:35
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 11]
Broer denk even met my mee heb een goeie ryder nodig die ov goed kent en een safehuis dichtby gisteren heads petten zagen hun in bmw 545 meteen probleem zyn heads snel weggegaan overgestapt jongen gaat terug bmw pakken vol petten weggesleept! En wil ze alle 2zelfde dag doen die honden! Fietsen alles regel ik heads alles alleen top ryder die niet paniek raakt en fiets fikt en overstapt heads veilig
00:41
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Salam Zeker ben ik bij de les mee denken ik kon twee mensen maar nu heb je er niks aan 1 profkraker die is nu in duidsland aan het werk en andere pas over 10 dagen vrij daarom zei ook niks tegen je maar ik zit verder mee te denken niet dat ik stil sta kwa denken en wie geschikt is broer dat is belangrijkste van dit werk
00:44
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Oké
------Origineel bericht------
Van: 111 Kleine brother
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp:
Verzonden: 31 Mei 2016 02:43
Ja gewoon snelkrakers plofkrakers zyn beste ! En check een oso in de buurt waar heads even kunnen rusten en volgende dag weg !
00:51
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 10]
Broer kan je die man niet trackeren die plofkraker die in Duitsland is of iemand anders
00:52
[medeverdachte 5]
[medeverdachte 11]
Broer ik zou echt niet weten wie.plofkraker's die ik ken is die spanjaard maar heb geen contact meer met hem.
------Origineel bericht------
Van: Lucas
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 31 Mei 2016 02:49
Broer efe en vraagje ken jij geen plofkraker die willen rijden prof rijders
12:50
nen111z@
pgpsafe.net
[medeverdachte 11]
En heb je iets gehoort over die hond..
12:54
[medeverdachte 11]
nen111z@
pgpsafe.net
Nee niks broer ik moet eerst wat hier in nl pakken dan komt die hond wel boven water komen
12:56
[medeverdachte 11]
nen111z@
pgpsafe.net
ze zijn nog wat van plan die chino met [slachtoffer 1] want gisteren heeft chino [slachtoffer 1] van huis opgehaald en rondje gaan rijden in chino auto
12:58
[medeverdachte 11]
nen111z@
pgpsafe.net
buurman efe en vraagje kan je mijn helpen
12:59
nen111z@
pgpsafe.net
[medeverdachte 11]
Als ik kan ja waroomt niet .
13:01
[medeverdachte 11]
nen111z@
pgpsafe.net
Ik zoek en goederijder prof die niet in paniek raakt
13:03
nen111z@
pgpsafe.net
[medeverdachte 11]
Ben je vandag hier in de buurt.
13:04
[medeverdachte 11]
nen111z@
pgpsafe.net
Nee broer waarom ik heb allees klaar behalf goede rijder
14:25
icqx24tm@
hiddennet.info
[medeverdachte 4]
Salam sir alles ok? Hoelaat en waar gti afgeven?
icqx24tm@
hiddennet.info
20uur mexicodreef sir overvecht
15:06
icqx24tm@
hiddennet.info
[medeverdachte 4]
-----Origineel bericht-----
Van: Bahelo
Aan: Own
Onderwerp:
Verzonden: 31 Mei 2016 17:07
Yooo bro 20 uur staat
Sleutel word gezet in de arm leuning
Er zijn 2 sleutels 1 is die blok voor open en dicht
En nog 1 gewone daar start je mee
Waggies gaan ze open neerzetten
Dus instappen loesoe
17:58
[medeverdachte 5]
[medeverdachte 11]
Geen probleem broer als er wat anders moet gebeuren hoor ik het wel
------Origineel bericht------
Van: Lucas
Aan: Selftest
Onderwerp: Re:
Verzonden: 31 Mei 2016 19:55
Salam oké schokraan voor de moeite broer thanks
------Origineel bericht------
Van: Diablo 2015
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp:
Verzonden: 31 Mei 2016 19:54
Salaam broer alles goed ? Broer heb diegene gevraagd die huis is niet beschikbaar voor de rest weet ik niemand broer
Die avond worden er ook chats verzonden. [medeverdachte 4] vraagt [medeverdachte 8] of hij maandag een chauffeur beschikbaar heeft voor een te plegen aanslag op [betrokkene 1] . Het andere team zal dan [slachtoffer 1] dezelfde dag doden. [222] [medeverdachte 8] antwoordt dat de chauffeurs in Marokko zijn. Degene die alles heeft verkend komt maandag 6 juni terug, zo laat hij [medeverdachte 4] weten. [medeverdachte 4] heeft hem dit gevraagd op dinsdag 31 mei 2016, dus daarmee doelt [medeverdachte 8] – naar de rechtbank begrijpt – op 6 juni 2016. Vervolgens vraagt [medeverdachte 8] aan [medeverdachte 7] om ene ‘ [betrokkene 32] ’ te vragen of hij klaar staat op maandag. [medeverdachte 7] stuurt dan [betrokkene 30] een bericht met de vraag of hij meegaat met de actie die gepland is op 6 juni 2016 en overlegt ook verder met hem en [medeverdachte 8] . Wat [medeverdachte 4] betreft moet het die dag gebeuren want ‘die hond’ moet op 10 juni 2016 getuigen. De rechtbank concludeert dat hiermee [betrokkene 3] wordt bedoeld; hij heeft op 10 juni 2016 een getuigenverklaring afgelegd bij de rechter-commissaris. [medeverdachte 8] laat [medeverdachte 4] weten dat hij desnoods een ander, zijn neefje, stuurt. [medeverdachte 4] heeft schutters, hij wil ze uit het buitenland laten komen en moet daarom zeker weten dat er een chauffeur is. [medeverdachte 8] kan via het neefje ook over een ruimte beschikken waar de schutters kunnen wachten tot de volgende dag. [medeverdachte 4] stemt hiermee in. [223]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
21:39
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Sir gaat lukken dat we maandag die chino kunnen doen met 1ryder van u en andere team doet die [slachtoffer 1] zelfde dag
21:40
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Probleem is allebei de rijders zijn nog in maroc mr.. Die alles heeft verkend komt pas 6juni terug mr.. Dan kunnen we die chino doen inchaallah!
21:41
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Ja kan dan wel, maandag is 6 juni dan is die terug inchaallah!
21:42
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 7]
Kan ja [betrokkene 32] vragen of hij klaar staat die hond te doen maandag als hij terug is! Want die dag gaan 2 mensen daarom! Dan stemmen we het zo af! 2 teams staan klaar dan!
21:45
[medeverdachte 7]
[medeverdachte 8]
Ja is goed ik ga het vragen,maar welke maandag? hij is 6juni pas terug en als het dan ramadan dan doet hij het niet hij werkt niet in de ramadan.
21:51
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 7]
Vraag even want die dag moeten er 2 mensen gaan! Hij rijd met een team en die andere team doet iemand anders op een andere plek in utrecht! Want die chinees en [slachtoffer 1] moeten de zelfde dag gaan!
21:59
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Onder mr! Dan krijgen we dat weer pfff!
------Origineel bericht------
Van: Brede
Aan: Selftest
Onderwerp: Fw:
Verzonden: 31 Mei 2016 23:57
Lees even onder.
------Origineel bericht------
Van: Mrd
Aan: Ik
Onderwerp: Re:
Verzonden: 31 Mei 2016 21:57
Dan is et al ramadan man liever niet. Ik hb wel eventueel driver voor in mijn plaats
------Origineel bericht------
Van: Kast
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 31 Mei 2016 23:54
Salaam bro alles goed? Als je de 6de terub ben ga je nog mee met die actie? Hij staat de 6de gepland.
22:03
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Hahaha ramadan jammer dan die honden mogen niet eens leven in ramadan sir ! Ook goed als hy zyn driver kan laten route zien myn heads gaan gewoon sir ! Want die hond moet 10juni getuige !
22:05
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Ja zeker mr, zo heb ik het ook duidelijk gezegd! Ramadan of niet! Werk is werk en hij moet altijd klaar staan! Want mijn kleine behoud contact met hem!
22:07
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 7]
Zeg hem is goed.. Komt goed! Want 10 juni moeten die honden getuigen en daar voor moeten ze weg zijn!
22:10
[medeverdachte 7]
[medeverdachte 8]
Is goed zal het door geven aan hem. Maar bedenk alvast wel plan B voor het geval hij niet kan.
22:23
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Hahaha ja daarom! Gair inchaallah komt goed.. Anders gewoon mijn neefje als laatste optie! Die zwijgt tot zijn graf! En doet hem zelfs persoonlijk als ik hem dat vraag!
22:29
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Ja zeker begrijp u mr! Inchaallah gair.. Ga er werk van maken, als die driver van laatst niet kan! Dan even plannen met mijn neefje inchaallah!
22:30
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Insch'allah sir belangrykste overstap en waar ze dan heen gaan timeren tot sochtends en weg
22:33
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Ja moet goed gepland worden inchaallah mijn neefje heeft eigenhuisje in leusden! Dus dat valt allemaal te plannen alleen overstap en alles goed regelen, ik moet dan en beetje voor hem gaan denken en plannen enzo!
22:34
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Ok sir en die [betrokkene 5] gaat ook deze ramadan heads gaan gewoon na binnen waar die ook zit! Beste die ac van [betrokkene 33]
22:38
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Ja inchaaallah mr, laatste keer was makkelijk als ze naar binnen zouden komen! Makkelijk precies bij de deur die hond!
22:39
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Ja zo gaan we doen sir insch'allah deze ramadan alle honden na hell
22:42
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Amin inchaallah mr, gair ou tisir inchaallah! Verdiende loon van die tering honden!
Later die nacht brengt [medeverdachte 8] , met een doorstuurbericht van [medeverdachte 7] , [medeverdachte 4] op de hoogte van de locatie waar [betrokkene 1] is gezien. [medeverdachte 8] legt [medeverdachte 4] voor dat hij heeft gehoord dat [betrokkene 1] zijn verklaringen zou willen intrekken en vraagt hem of het dan niet beter is hem daarna te straffen. Uit het daaropvolgende bericht van [medeverdachte 4] leidt de rechtbank af dat dat voor hem een gepasseerd station is. [224]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
23:30
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Onder mr!
------Origineel bericht------
Van: Brede
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 1 Jun 2016 01:15
Die [betrokkene 1] shinees rijd nu voor mij columbuslaan naar zijn ouders witte cla
23:34:08
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Ja en gisteren waren ze samen die [slachtoffer 1] en chino snachts ook en ramadan helemaal
23:35
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Afstraffen die honden inchaallah! Maar ik hoorde die chino gaat verklaringen in trekken! Is dat niet beter daarna te doen straffen! Dan helemaal beter toch
23:38
[medeverdachte 4]
[medeverdachte 8]
Is onzin sir gewoon straffen fuck hun verklaringen zyn stront ze hadden myn naam niet moeten noemen want wou die chino of [slachtoffer 1] helemaal niet
23:48
[medeverdachte 8]
[medeverdachte 4]
Inchaallah gair mr, komt goed!
4.2.6
Duiding van de PGP-berichten en overige gegevens met betrekking tot (verdere) voorbereiding van moord en de uiteindelijke liquidatie van [slachtoffer 1]
Op 11 juni 2016 heeft [medeverdachte 11] contact met [medeverdachte 5] , waaruit blijkt dat zij (nog steeds) bezig zijn met het lokaliseren van [slachtoffer 1] . [225]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
16:24
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 5]
[medeverdachte 10] heeft hem gebeld donderdag toen zei [slachtoffer 1] tegen [medeverdachte 10] dat hij in Spanje zit barcalona maar ik geloof hem niet hij liegt
Op 13 juni 2016 hebben [medeverdachte 11] en [medeverdachte 5] contact in verband met het regelen van een huis voor korte tijd. [medeverdachte 11] laat hem weten dat ervoor betaald wordt. [226]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
14:59
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 5]
oké is goed nee niks zeggen
-----Origineel bericht-----
Van: Diablo 2015
Aan: Seltest 11-03
Onderwerp:
Verzonden: 13 Jun 2016 16:54
Oke broer ga straks die kant op na de file ga even verzinnen wat ik ga zeggen.want als ik dit vertel zegt ie sowieso nee omdat ie een schijterd is en echt hoofdpijn man.ga zeggen dat ik wat buitenlanders verwacht die moeten 1 dagje blijven even je huis nodig.
-----Origineel bericht-----
Van: Lucas
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 13 Jun 2016 16:52
Laat we houden ruim 1 dag
[medeverdachte 5]
[medeverdachte 11]
komt goed mail u straks
-----Origineel bericht-----
Van: Lucas
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 13 Jun 2016 17:02
Oké we betalen hem er voor
Op 15 juni 2016 is een contant geldbedrag gestort op de rekening van een van de bewoners van de woning aan de [adres] en op 16 juni 2016 is een groot deel hiervan op de rekening van een reisbureau gestort (zie hoofdstuk 4.2.7 Onderzoek naar de liquidatie van [slachtoffer 1] ). [227]
Op 17 juni 2016 is [slachtoffer 1] enkele dagen op reis gegaan met een geleende auto. [228] [verdachte] vraagt in de nacht van 17 op 18 juni 2016 aan [medeverdachte 5] of hij ‘die ene’ al is tegengekomen. Uit het antwoord van [medeverdachte 5] begrijpt de rechtbank dat hiermee [slachtoffer 1] wordt bedoeld, die immers zijn eigen auto heeft laten staan terwijl vaststaat dat [medeverdachte 5] naar hem op zoek is. [229]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
22:38
[verdachte]
[medeverdachte 5]
Oke
-----Origineel bericht-----
Van: Sua
Aan: Selftest 28-12 15
Onderwerp: Re:
Verzonden: 18 Jun 2016 00:34
Auto staat voor zn deur maar hij is niet thuis.hij wordt als goed is gebeld en uitgelokt
-----Origineel bericht-----
Van: Mister P
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 18 Jun 2016 00:35
Salaam bro alles goed heb je die ene al tegengekomen?
Op 20 juni 2016 om 21:26 uur is een foto gemaakt vanaf de [adres] , met zicht richting de [adres] . De foto is gemaakt met de Samsung Galaxy Edge van [medeverdachte 6] en aangetroffen op zijn laptop. [230]
[slachtoffer 1] is op 21 juni 2016 om 22:00 uur van zijn reis thuisgekomen. [231] [medeverdachte 5] heeft verklaard dat hij rond 22:30 uur een bericht kreeg dat ‘die hond’ thuis was, en dat hij naar de woning van [slachtoffer 1] is gereden. Hij zag dat er licht brandde en dat de auto voor de deur stond. Hij gaf dit door aan [medeverdachte 11] die hem zei daar te blijven tot het andere team kwam. Daarna ontving hij bericht van [medeverdachte 11] dat hij kon gaan. [medeverdachte 5] verklaart verder dat hij rond 23:30 uur het verzoek van [medeverdachte 11] kreeg om terug te gaan naar de woning. [medeverdachte 5] ging terug en gaf door dat het licht brandde. Toen stuurde [medeverdachte 11] hem bericht dat de spot daar nu moet wegwezen. Later heeft [medeverdachte 5] gehoord dat geprobeerd is een ruit in te gooien om [slachtoffer 1] naar buiten te lokken. [232]
Op 22 juni 2016 wordt rond 01:00 uur een baksteen tegen een raam van de woning van [slachtoffer 1] gegooid. [233] De partner van [slachtoffer 1] laat daarom in de vroege ochtend de politie komen waarbij zij aangeeft dat zij bang is dat er een aanslag op haar man zal worden gepleegd. Zij vertelt dat [slachtoffer 1] al langere tijd wordt bedreigd omdat hij getuige is in een onderzoek naar liquidaties.
[medeverdachte 5] laat in een bericht op 22 juni 2016 aan [medeverdachte 11] weten dat hij achter hem staat en geeft aan dat hij er 24 uur zal staan als er een auto voor hem geregeld wordt. [234] Dit bericht past bij de verklaring van [medeverdachte 5] dat hij op 22 juni 2016 in de nacht of vroege ochtend een bericht ontving dat zij de hele dag ‘op [slachtoffer 1] zouden gaan zitten’ en dat waar [slachtoffer 1] ook was, er gelijk actie zou worden gezet. Het bericht is ook ondersteunend aan zijn verklaring dat hij niet langer in een auto uit zijn privésfeer wilde rijden en dat hij in de middag de sleutel van een Seat Ibiza heeft gekregen, via [verdachte] . [235]
22 juni 2016
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
[medeverdachte 5]
[medeverdachte 11]
Ja is goed broer we mailen ik ben met u tot de rest broer.alleen ben echt beperkt in opties op dit moment ik regel wat ik kan regelen fix auto en ik sta daar 24uur
-----Origineel bericht-----
Van: Luca 2
Onderwerp:
<$RemoveOnDelivery,Confirm> 158Q
Verzonden: 22 Jun 2016 02:29
Thanks
4.2.7
Onderzoek naar de liquidatie van [slachtoffer 1]
Getuige [betrokkene 17] heeft – samengevat – het volgende verklaard. Hem is in de middag gevraagd om naar [slachtoffer 1] te gaan, omdat er bij hem een raam was ingegooid. Hij gaat in de avond, in een groen shirt, naar [slachtoffer 1] toe. [slachtoffer 1] komt naar buiten en zij lopen voor de deur heen en weer. [betrokkene 17] ziet twee mannen, donker gekleed en met een bivakmuts op, aan komen rijden op een scooter. De passagier stapt af met een vuurwapen in handen. [slachtoffer 1] en [betrokkene 17] rennen weg maar de dader schiet meteen op [slachtoffer 1] , die ten val komt. Hij schiet daarna met een ander wapen, een handvuurwapen, door het hoofd van [slachtoffer 1] . De daders rijden vervolgens weg op de scooter. [236]
Op de plaats delict zijn 27 kogelhulzen aangetroffen, 8 daarvan zijn vermoedelijk verschoten met een (semi)automatisch werkend pistool, merk Glock en 19 kogelhulzen zijn vermoedelijk verschoten met een (semi)automatisch werkend machinepistool, mogelijk van het type R9 Arms. [237]
Een getuige heeft verklaard dat hij voor de schietpartij twee mannen heeft gezien met een legergroene scooter bij de eerste portiek op de [adres] . [238] De bestuurder van de scooter en de passagier dragen een bivakmuts. De passagier heeft een rugzak bij zich waar zichtbaar ‘iets’ in zit. Direct hierna hoort de getuige knallen en na een korte pauze nog een aantal. Ook andere getuigen hebben het over twee series schoten door een van de twee personen met een bivakmuts, en over een scooter. [239]
De scooter die bij de liquidatie is gebruikt is kort daarna gevonden. Dat het dezelfde scooter is blijkt uit het volgende. Er zijn getuigen die de vluchtroute van de scooter hebben aangegeven. [240] Een van deze getuigen heeft op 22 juni 2016 tussen 22:05 uur en 22:10 uur twee mannen gezien, lopend op de [adres] en komend vanaf het fietspad. De volgende ochtend heeft de getuige een scooter aangetroffen in de bosjes. De scooter en de plaats waar deze is aangetroffen zijn forensisch onderzocht. [241] Rond de scooter hangt een sterke benzinegeur. Vlakbij de scooter ligt een jerrycan waar de dop vanaf is gedraaid. Op de jerrycan is een DNA-spoor dat matcht met het DNA van [betrokkene 34] (hierna: [betrokkene 34] ). [242] Er is onderzoek gedaan naar schotresten op de scooter. Deze zijn aangetroffen en vergeleken met schotrestdeeltjes op de hulzen die op de plaats delict zijn aangetroffen. [243] In het opgemaakte rapport wordt geconcludeerd dat de bevindingen van het onderzoek waarschijnlijker zijn als de deeltjes op de scooterbemonsteringen afkomstig zijn van het verschieten van de aangetroffen zevenentwintig hulzen. De bemonsterde delen van de scooter en de handvatten van de scooter hebben volgens het onderzoek een vrijwel zekere relatie met een schietproces.
Voor de rechtbank staat vast dat deze scooter voor de liquidatie in de berging heeft gestaan bij [medeverdachte 6] . Dat blijkt uit een tapgesprek op 10 mei 2017 tussen twee buurvrouwen, waarin dat met zoveel woorden wordt gezegd: “Maar ja kijk., weetje., die ehh.. d'r stond een ehh.. voertuig in de scoet. in de schuur., waar ehh.. die is gebruikt., maar dat is voor dat ie is geliquideerd werd, was ie bij [medeverdachte 6] in de schuur, maar dat is toen.. Toen hebben ze 'm opgehaald in die schuur of eh.. die scooter en ehh.. toen is die man geliquideerd..” [244] Mede redengevend daarvoor is de aanwezigheid van een DNA-spoor van [betrokkene 34] – een contact van [medeverdachte 6] – op de jerrycan die vlakbij de scooter is aangetroffen. Dat geldt ook voor de omstandigheid dat [medeverdachte 6] op 22 juni 2016 via Facebookmessenger contact heeft met [betrokkene 34] en dat zij rond 21:37 uur – kort voor de liquidatie – buiten met elkaar afspreken. [245]
De rechtbank stelt bovendien vast dat de daders voorafgaand aan de liquidatie hebben verbleven in een woning aan de [adres] . Dat blijkt uit het volgende. Naar aanleiding van de verklaring van [medeverdachte 5] is de bewoner van deze woning als getuige gehoord. [246] De woning blijkt te zijn geregeld door [medeverdachte 10] die voor het gebruik ervan € 150,- aan de bewoner heeft betaald. De bewoner is op 22 juni 2016, nadat hij op straat heeft gehoord dat iemand was doodgeschoten, naar zijn woning gegaan. Bij thuiskomst trof hij op tafel een tas met een nat servetje met kogels en ammonia aan. De getuige verklaart dat [medeverdachte 10] het tasje met inhoud heeft opgehaald en naar de woning is gekomen met iemand met een auto. Uit historische telecomgegevens blijkt dat de bewoner en [medeverdachte 10] in de periode van 6 tot en met 22 juni 2016 regelmatig telefooncontact hebben gehad. [medeverdachte 5] heeft verklaard dat hij op verzoek van [medeverdachte 11] dit adres aan de [adres] rond 18 juni 2016 heeft gecontroleerd. [247] [medeverdachte 5] heeft daarnaast verklaard dat hij na de liquidatie van [slachtoffer 1] van [verdachte] onder meer kogels (de rechtbank neemt aan: uit deze woning) heeft gekregen om weg te gooien (zie hoofdstuk 4.2.8 Wegmaken van sporen).
[medeverdachte 5] heeft op verzoek van [medeverdachte 11] (en indirect van [medeverdachte 4] ) ook zelf een woning geregeld, te weten voor de daders als safehouse na de liquidatie. Dat blijkt uit zijn eigen verklaring en ook uit het volgende. [248] Die verklaring wordt ondersteund door de hiervoor weergegeven berichten van 31 mei 2016 tussen [medeverdachte 4] en [medeverdachte 11] , respectievelijk [medeverdachte 5] en [medeverdachte 11] , en die van 13 juni 2016 van [medeverdachte 5] aan [medeverdachte 11] . De woning die [medeverdachte 5] heeft geregeld betreft een woning aan de [adres] te Bilthoven. Via een buurjongen heeft [medeverdachte 5] iemand gevonden die wel een week weg wilde in ruil voor een vakantie. De bewoners van de betreffende woning zijn daadwerkelijk op vakantie gegaan van 17 tot 26 juni 2016 en hebben daarvoor betaald gekregen. [249] De rechtbank stelt vast dat deze contante betaling tussen 13 juni 2016 en 15 juni 2016 heeft plaatsgevonden, gelet op de berichten van 13 juni 2016 en de contante storting op 15 juni 2016. [medeverdachte 5] laat [medeverdachte 11] weten dat hij de sleutels van de woning heeft en laat deze kopiëren. De kopieën heeft [medeverdachte 5] afgegeven aan een man in een Skoda Fabia of een Volkswagen Polo. [250] Kort na de liquidatie van [slachtoffer 1] heeft [medeverdachte 5] naar eigen zeggen een bericht ontvangen met de vraag: ‘met spoed, met spoed, we moeten die adres hebben’, ‘Van Bilthoven’. Daarop heeft [medeverdachte 5] het adres aan de [adres] gestuurd. Daarna is het bericht ontvangen dat de schutters (heads) veilig zijn. [251] De rechtbank gaat hiervan uit omdat de betreffende woning voor dat doel inderdaad door [medeverdachte 5] is geregeld en de omstandigheid dat de scooter van de daders het heeft begeven, waardoor zij hebben moeten rennen en dit laatste door getuigen is bevestigd.
Voor en tijdens het schietincident heeft [medeverdachte 5] op 22 juni 2016 bij de woning van [slachtoffer 1] geobserveerd. [252] Hij heeft gezien dat er bij [slachtoffer 1] werd aangebeld door een man in een groen shirt (de rechtbank begrijpt: [betrokkene 17] ) en dat [slachtoffer 1] naar buiten kwam. [medeverdachte 5] heeft hierover een bericht gestuurd aan [medeverdachte 11] . Hij zag [slachtoffer 1] met [betrokkene 17] de hoek om lopen en weer terug zijn kant op komen. Zij zijn, uit zijn zicht, de [adres] opgelopen. Heel kort daarna heeft [medeverdachte 5] gezien dat [slachtoffer 1] de hoek om kwam rennen. [medeverdachte 5] is weggereden omdat hij ervan uit ging dat de actie op dat moment was begonnen. De verklaring van [medeverdachte 5] komt overeen met die van andere getuigen waardoor het voor de rechtbank buiten twijfel is dat [medeverdachte 5] ten tijde van de moordaanslag op [slachtoffer 1] ter plaatse is geweest. Zendmastgegevens van de PGP-telefoon van [medeverdachte 5] bevestigen zijn aanwezigheid in de omgeving van de woning van [slachtoffer 1] om 20:16 uur. [253]
4.2.8
Wegmaken van sporen
[medeverdachte 5] verklaart dat hij na de moordaanslag op [slachtoffer 1] eerst naar McDonald’s en daarna naar de Platinum Lounge is gegaan. Op het moment dat hij de Platinum Lounge verlaat ziet [medeverdachte 5] buiten [verdachte] met [medeverdachte 10] praten. [medeverdachte 5] gaat weg en rond middernacht krijgt hij een bericht van [verdachte] dat hij hem moest zien. [verdachte] is langs gekomen en heeft [medeverdachte 5] zes of zeven kogels en een flesje gegeven. [medeverdachte 5] denkt (achteraf) dat het flesje ammoniak bevat. Ook krijgt [medeverdachte 5] een jack en verknipte handschoenen. Het komt allemaal van [medeverdachte 10] , die de woning heeft geregeld vanwaar de daders voor de liquidatie vertrokken zijn. De bewoner is te vroeg thuis gekomen en nu moet [medeverdachte 5] de spullen laten verdwijnen. [medeverdachte 5] verklaart dat hij die kogels heeft schoongemaakt en in het water heeft geloosd. De handschoenen en het flesje heeft hij in een vuilcontainer gegooid en een jasje heeft hij in een kledingbak gegooid. [medeverdachte 5] verklaart dat hij circa drie kwartier later een (doorstuur)bericht van [medeverdachte 11] heeft ontvangen in verband met het schoonmaken van de woning. De heads hebben [medeverdachte 4] bericht dat zij daar spullen hebben achtergelaten en dat heeft [medeverdachte 11] aan hem gestuurd. [medeverdachte 5] heeft hem geantwoord wat hij gedaan heeft met de spullen en daarop is gereageerd met een bericht dat de kleding verbrand moest worden, aldus nog steeds [medeverdachte 5] . [254] De verklaring van [medeverdachte 5] is voor wat betreft het aantreffen van de goederen in het safehouse aan de [adres] in het voorgaande al bevestigd. Ter bevestiging van zijn verklaring over het wegmaken van deze goederen en het ontvangen van (doorstuur)berichten daarover acht de rechtbank de volgende berichten van belang. [255]
23 juni 2016
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
00:33
[medeverdachte 11]
[medeverdachte 4]
Genghis Khan [06/23/2016 @ 2:42 am]
Ok maar jas verbranden en kogels in rivier
Onderstaand bericht is (door)gestuurd door [medeverdachte 11] aan [medeverdachte 5] en door hem beantwoord. Het is ongedateerd, maar dit moet op of na 23 juni 2016 zijn geweest.
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
[medeverdachte 5]
[medeverdachte 11]
Ja die jas is grote vuil container in gegaan.die worden morgen opgehaald kogels clean gemaakt en de rivier in
-----Origineel bericht-----
Van: Luca 2
Onderwerp: <$RemoveOnDelivery,Confirm> 225Q
Verzonden: 23 Jun 2016 02:31
Genghis Khan [06/23/2016 @ 2:41 am]
Ja is goed toch maar moest verbranden die jas! En die kogels?
De verklaring van [medeverdachte 5] komt overeen met deze berichten en mede daaruit leidt de rechtbank af dat de afzender ‘Genghis Khan’ [medeverdachte 4] is. Daarvoor is nog een andere aanwijzing in het dossier, te weten dat uit onderzoek Tandem II is gebleken dat een PGP-adres van [medeverdachte 4] in een aangetroffen BlackBerry Q10 telefoon is opgeslagen onder de naam ‘Dzjengis KHAN’. [256]
[medeverdachte 5] verklaart voorts dat hem met een doorstuurbericht van [medeverdachte 4] door [medeverdachte 11] is gevraagd de woning in Bilthoven op te ruimen. Daar zou een tas met kleding zijn en wapens in de berging. [medeverdachte 5] vindt daar een tasje met twee wapens, een wapen met demper en een Glock 17 of 19. Het wapen met demper herkent [medeverdachte 5] van (een foto van) de zaak Koper. [257] [medeverdachte 5] neemt dit mee. [medeverdachte 5] verklaart verder dat [verdachte] hem laat weten dat hij naar de Hornbach gaat om inkopen te doen en daar een slijptol, handschoenen, een overall, mondkapjes en doekjes heeft gekocht. [verdachte] en [medeverdachte 5] hebben in de schuur van [medeverdachte 5] de wapens in stukken geslepen en, net als de kogels, schoongemaakt. [medeverdachte 5] heeft dit op verschillende plaatsen in de rivier en een kanaal gegooid, terwijl [verdachte] de boel in de gaten hield. De kleding is verbrand bij [medeverdachte 11] op de camping in Makkum. [medeverdachte 5] verklaart dat hij op de terugweg (maar in Nieuwegein) een boete heeft gekregen voor te hard rijden. [258] [medeverdachte 11] heeft [medeverdachte 5] op de camping gezegd dat hij over twee, drie dagen een nieuwe telefoon zou krijgen en dat iedereen overstapte naar een nieuwe telefoon. [259] [medeverdachte 5] en [verdachte] is nog gevraagd de woning in Bilthoven schoon te maken maar dat hebben zij allebei niet willen doen en de originele sleutels zijn teruggegeven aan de bewoner, aldus steeds [medeverdachte 5] . [260]
Er is een aantal onderzoeksbevindingen die de verklaringen van [medeverdachte 5] over deze gebeurtenissen ondersteunen. Zo is uit een kassabon gebleken dat op 23 juni 2016 om 17:51 uur bij het Hornbach filiaal te Nieuwegein de volgende goederen contant zijn afgerekend: 1 Worx Haakse Slijper, 1 Rally Overall Katoen, 1 3M Adembescherming, 3 Paar Handschoen None-Stic, 6 Slijpschijf Metaal en 1 Hornbach Draagtas. [261]
Dit komt overeen met de goederen die [verdachte] volgens [medeverdachte 5] bij de Hornbach heeft gekocht. Ook is op de door [medeverdachte 5] aangegeven plaatsen in het water gezocht. Daar zijn onderdelen van twee vuurwapens in het water aangetroffen. [262] Uit onderzoek van het NFI blijkt dat het gaat om onderdelen van een Glock en een machinepistool R9-Arms, kaliber 9 mm Parabellum.
In een aanvullend onderzoek is aan het NFI de vraag gesteld wat de bewijskracht is van de overeenkomst van de gebruikte types wapen op de plaats delict en de gevonden types wapen in het water. [263] Het NFI hanteert daarbij als hypothese 1 dat de in het water gevonden vuurwapens gebruikt zijn bij de liquidatie van [slachtoffer 1] en als hypothese 2 dat dit niet zo is. Het NFI concludeert als volgt: “De bevindingen (de aanwezigheid van de combinatie kenmerken van een Glock en R9-Arms machinepistool op zowel de plaats delict als in het water) zijn veel waarschijnlijker wanneer hypothese 1 waar is dan wanneer hypothese 2 waar is. Gecombineerd met de a-priori kans op deze hypothesen levert dit de uiteindelijke kans op dat hypothese 1 waar is.”
De rechtbank stelt vast dat in dit geval de a-priori kans dat bij het schietincident van 22 juni 2016 in Utrecht de vuurwapens gebruikt zijn waarvan onderdelen zijn gevonden in het water, genoemd in hypothese 1, zich daadwerkelijk voordoet. Dat is immers exact wat [medeverdachte 5] heeft verklaard. Daarbij komt dat de wapenonderdelen die in het water zijn gevonden verzaagd waren, hetgeen ook past bij zijn verklaring dat de wapens zijn verslepen. De rechtbank houdt het er daarom voor dat de op aanwijzing van [medeverdachte 5] aangetroffen onderdelen van twee vuurwapens daadwerkelijk de wapens zijn die hij op instructie van [medeverdachte 11] en [medeverdachte 4] uit de woning in Bilthoven heeft moeten weghalen. Daarmee staat ook vast dat de schutters deze daar hebben achtergelaten en dat dit dus de wapens zijn waarmee [slachtoffer 1] is gedood.
Ook geldt als ondersteuning voor de verklaring van [medeverdachte 5] dat hij op 24 juni 2016 om 21:22 uur een bekeuring van € 250,- voor een snelheidsovertreding heeft gekregen op de Rijksweg A27 te Utrecht. [264] In al deze omstandigheden ziet de rechtbank een bevestiging van de verklaring van [medeverdachte 5] over het wegmaken van sporen.
4.2.9
Betrouwbaarheid van [medeverdachte 5]
De rechtbank overweegt inzake de betrouwbaarheid van de verklaringen van [medeverdachte 5] als kroongetuige inzake het zaaksdossier Kreta het volgende.
[medeverdachte 5] verklaart in zijn kluisverklaringen zeer gedetailleerd over de gebeurtenissen van mei en juni 2016. Zoals uit het bovenstaande blijkt, worden die verklaringen op veel punten bevestigd door (pas later ontsleutelde) PGP-berichten. Ook worden de verklaringen van [medeverdachte 5] ondersteund door andere onderzoeksbevindingen, zoals de bevindingen dat een contant geldbedrag is gestort op de rekening van een van de bewoners van het safehouse aan de [adres] en dat op 16 juni 2016 een groot deel hiervan op rekening van een reisbureau is gestort, de verklaring van de bewoner van de [adres] , de kassabon van de Hornbach, de verkeersboete en de hierboven weergegeven bevindingen van het NFI terzake de verzaagde wapens.
De rechtbank heeft in de verklaringen van [medeverdachte 5] inzake het zaaksdossier Kreta geen wezenlijke onjuistheden aangetroffen. Zoals al in het hoofdstuk betreffende de kroongetuige is overwogen, zijn er wel (onderdelen van) verklaringen van [medeverdachte 5] die geen of weinig ondersteuning vinden in andere bewijsmiddelen (zie hoofdstuk 3.2.5.2 Oordeel van de rechtbank). Dat maakt het echter geen onwaarheden. De omstandigheid dat een (deel van een) verklaring niet of niet geheel geverifieerd kan worden, maakt niet dat deze daarmee gefalsificeerd (en dus onwaar) is. Het kan uiteraard wel met zich brengen dat de bewijskracht van (dat deel van) die verklaring minder groot is. Dit alles doet aan de betrouwbaarheid echter niet af. De rechtbank concludeert dat de verklaringen van [medeverdachte 5] inzake het zaaksdossier Kreta betrouwbaar zijn.
4.2.10
Oordeel van de rechtbank
4.2.10.1 Voorbereiding moord op [slachtoffer 1] , [betrokkene 1] , [betrokkene 2] en [betrokkene 3]
4.2.10.1.1 Juridisch kader voorbereiding
Op grond van artikel 46 lid 1 Sr is sprake van strafbare voorbereiding wanneer de verdachte opzettelijk middelen verwerft, vervaardigt, invoert, doorvoert of voorhanden heeft die bestemd zijn tot het begaan van een misdrijf waarop naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van acht jaren of meer is gesteld. Bij de beantwoording van de vraag of de in het eerste lid vermelde voorwerpen, stoffen, informatiedragers, ruimten of vervoermiddelen (hierna gezamenlijk ook aangeduid als: voorwerpen) bestemd zijn tot het begaan van het misdrijf in de zin van deze bepaling, dient te worden beoordeeld of deze voorwerpen, afzonderlijk dan wel gezamenlijk, naar hun uiterlijke verschijningsvorm ten tijde van het handelen dienstig kunnen zijn voor het misdadige doel dat de verdachte met het gebruik van de voorwerpen voor ogen had. Voldoende is dat uit de bewijsvoering kan worden afgeleid dat de bewezen verklaarde gedragingen van de verdachte strekten ter voorbereiding van dat misdrijf en dat zijn opzet op het begaan daarvan was gericht. Daar komt bij dat aan [verdachte] het medeplegen van voorbereidingshandelingen ten laste is gelegd. Deze deelnemingsvorm vereist een nauwe en bewuste samenwerking, alsmede opzet van de verdachte op de door hemzelf verrichte gedragingen en op de samenwerking.
4.2.10.1.2 Voorbereidingsmiddelen
Blijkens de hiervoor weergegeven berichten heeft [medeverdachte 4] zich, samen met anderen, al ruim voor de ten laste gelegde periode beziggehouden met het lokaliseren van [betrokkene 3] , [betrokkene 1] en/of [slachtoffer 1] . [medeverdachte 4] en [medeverdachte 2] hebben het er in berichten van januari 2016 al over dat zij gedood moeten worden. Na het ontvoeringsincident op 20 mei 2016 laten de berichten van [medeverdachte 4] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 11] en [medeverdachte 8] een duidelijk beeld zien: [betrokkene 3] , [slachtoffer 1] , [betrokkene 1] en inmiddels ook [betrokkene 2] moeten dood, alleen de volgorde waarin staat nog niet helemaal vast. [betrokkene 3] is moeilijk vindbaar maar de anderen zouden makkelijk te traceren zijn. Gaandeweg komt de nadruk steeds meer op [slachtoffer 1] te liggen en als het lukt, dan samen met (een van) de [betrokkenen 1 en 2] . Zij worden geobserveerd en informatie over hun verblijfplaatsen en autogegevens wordt gedeeld. Er worden schutters, auto’s en chauffeurs geregeld. Vuurwapens en munitie worden geleverd, getest, schoongemaakt en afgegeven aan schutters. Als een geplande liquidatie in de nacht van 29 op 30 mei 2016 stukloopt wordt toegewerkt naar een nieuwe actie. Er zijn twee safehouses en een scooter voor de schutters als [slachtoffer 1] uiteindelijk op 22 juni 2016 wordt geliquideerd.
[verdachte] wordt voor het eerst genoemd in een bericht van 23 mei 2016 om 11:02 uur, waarin [medeverdachte 4] een verslag van [medeverdachte 11] over het ontvoeringsincident doorstuurt. [verdachte] was de avond van het incident in de Platinum Lounge aanwezig, vertrouwde de situatie niet en heeft [medeverdachte 5] daarover een bericht gestuurd, hetgeen overeenstemt met de kluisverklaringen van [medeverdachte 5] . [medeverdachte 11] noemt in dit bericht [betrokkene 1] , [betrokkene 2] , [betrokkene 3] en [slachtoffer 1] [medeverdachte 11] informeert [medeverdachte 12] uitvoerig en stuurt hem ook het bericht van [medeverdachte 4] door, dat [betrokkene 2] , [betrokkene 1] , [slachtoffer 1] en [betrokkene 3] zullen worden gedood. [medeverdachte 4] adviseert [medeverdachte 11] weg te gaan en zegt hem dat zijn jongere broers (u kleintjes) goed moeten opletten. De rechtbank acht het niet voorstelbaar dat [medeverdachte 11] zijn broer [verdachte] hierover niet heeft geïnformeerd, nu ook [medeverdachte 5] verklaart dat hijzelf de berichten waarin dat gebeurt, heeft gezien. Bevestiging dat [verdachte] op de hoogte was van het moordplan van [medeverdachte 4] ziet de rechtbank ook in het bericht waarin [medeverdachte 11] aan [verdachte] vraagt of [betrokkene 18] kan helpen met observeren (ot). [verdachte] wil dat kennelijk niet zelf doen en stelt iemand of iets anders voor.
[medeverdachte 11] stuurt zowel [verdachte] als [medeverdachte 12] dezelfde dag nog berichten van [medeverdachte 4] door met de (kenteken)gegevens van de auto’s van [betrokkene 2] en [betrokkene 1] . Dat zal ook zijn geweest om hen te waarschuwen, het bericht van [medeverdachte 11] die dag: ‘Daarom als ze bij jouw in buurt komen dan weet je dat hun het zijn’, wijst daar op. De rechtbank gaat ervan uit dat deze informatie mede bedoeld is voor [verdachte] en [medeverdachte 12] om de auto’s van de [betrokkenen 1 en 2] te herkennen en hen in de gaten te houden. Op 29 mei 2016 testen [medeverdachte 5] en [medeverdachte 11] automatische wapens vanuit een auto, laatstgenoemde heeft hierover ook contact met [medeverdachte 12] . Als op 30 mei 2016 [medeverdachte 11] , na het mislukken van de geplande liquidatie van [slachtoffer 1] , aan [medeverdachte 5] vraagt hem te helpen om [slachtoffer 1] te vinden zegt [medeverdachte 5] dat toe en gaat daarmee aan de slag. [medeverdachte 11] doet op 13 juni 2016 het verzoek aan [medeverdachte 5] een safehouse te regelen en dat doet [medeverdachte 5] vervolgens. [verdachte] vraagt [medeverdachte 5] in de nacht van 17 op 18 juni 2016 of hij [slachtoffer 1] al heeft gezien.
De rechtbank komt nu toe aan de bespreking van de ten laste gelegde voorbereidingsmiddelen en de rol die [verdachte] bij een en ander heeft gehad. De hiervoor weergegeven berichten zijn daarbij van belang.
een of meer vuurwapens en/of munitie
[medeverdachte 4] vraagt [medeverdachte 11] of hij vier automatische wapens kan laten aanpakken en goed schoonmaken, ook de munitie en extra magazijnen. [medeverdachte 11] laat dit doen door [medeverdachte 12] . [medeverdachte 9] draagt zorg voor het afgeven van de vier automatische wapens aan [medeverdachte 12] . [medeverdachte 12] zet in opdracht van [medeverdachte 4] en [medeverdachte 11] na het schoonmaken ervan twee wapens met extra magazijnen klaar. Op 29 mei 2016 worden deze door een onbekende derde, die wordt aangestuurd door [medeverdachte 9] , opgehaald bij [medeverdachte 12] . [medeverdachte 11] heeft de vorige dag vanuit de auto deze wapens getest, met [medeverdachte 5] als chauffeur. [medeverdachte 11] maakt zich zorgen over een kogel die mogelijk is achtergebleven. [medeverdachte 9] staat kennelijk ook in direct contact met degene die de wapens op dat moment heeft, omdat hij [medeverdachte 12] dan vraagt hoe de kogel die er nog in zit eruit moet worden gehaald.
[medeverdachte 2] moet van [medeverdachte 4] een tussenpersoon, die contact heeft met schutters, duidelijk maken dat de wapens van [medeverdachte 2] en [medeverdachte 4] zijn. [medeverdachte 2] krijgt opdracht van [medeverdachte 4] om munitie te pakken, schoon te maken en aan de schutter te geven als hij deze afzet bij de chauffeur van [medeverdachte 8] . [medeverdachte 2] draagt het wegbrengen van de schutter over aan [medeverdachte 9] . De schutter wordt afgezet bij de chauffeur van [medeverdachte 8] en tegelijkertijd wordt een Glock geleverd en een tasje met extra kogels.
Op 29 mei 2016 vraagt [medeverdachte 8] aan [medeverdachte 7] of hij een wapen (gtje) met magazijnen af kan geven en geeft hem instructies over het schoonmaken van magazijnen en munitie. Als alles door [medeverdachte 7] is schoongemaakt en nagekeken kan het wapen die middag aan [medeverdachte 9] worden afgegeven.
[medeverdachte 8] heeft kennelijk op 29 mei 2016 de beschikking over een wapenvoorraad van [medeverdachte 4] en hij heeft ook eigen vuurwapens. [medeverdachte 4] wil dat [medeverdachte 8] alles klaarzet zodat hij kan beginnen met de actie die moet leiden tot het doden van [slachtoffer 1] en de broers [betrokkene 1] en [betrokkene 2] , zo begrijpt de rechtbank.
Op de plaats delict zijn 27 kogelhulzen aangetroffen, acht daarvan zijn vermoedelijk verschoten met een pistool, merk Glock en 19 kogelhulzen zijn vermoedelijk verschoten met een (semi)automatisch werkend machinepistool, mogelijk van het type R9 Arms. Na de moord op [slachtoffer 1] zijn de gebruikte wapens verslepen en weggegooid.
De rechtbank kan niet vaststellen dat [verdachte] in het kader van de voorbereiding bij de hiervoor genoemde vuurwapens en/of munitie enige rol heeft gehad. De rechtbank stelt wel vast dat medeverdachten van [verdachte] wapens en munitie voorhanden hebben gehad en dat deze bestemd waren tot het begaan van het misdrijf.
een of meer (gestolen) voertuigen met vals/vervalst kenteken
[medeverdachte 2] moet van [medeverdachte 4] een tussenpersoon, die contact heeft met schutters, duidelijk maken dat de auto’s van [medeverdachte 2] en [medeverdachte 4] zijn. Op 27 mei 2016 heeft [medeverdachte 4] twee auto’s beschikbaar, waarvan één in ieder geval een BMW is. De op 30 mei 2016 aangetroffen gestolen blauwe BMW 545i met valse kentekenplaten is een van deze auto’s. Bij de liquidatie op 22 juni 2016 wordt een scooter gebruikt. Deze is gestald geweest in de berging bij [medeverdachte 6] . De gestolen BMW 545i en de scooter zijn evident bestemd tot het begaan van het misdrijf.
Op 23 mei 2016 heeft [medeverdachte 11] een auto beschikbaar die goed is als overstapauto. Op 24 mei 2016 is een (vlucht)auto aan [medeverdachte 8] afgegeven. De rechtbank kan niet vaststellen of dit dezelfde auto betreft, wel staat vast dat [slachtoffer 1] op 25 mei 2016 de hele dag gevolgd zou worden. Voor de vluchtauto(‘s) geldt dat deze een functie zouden hebben bij de uitvoering van de moordaanslag en dat deze daartoe beschikbaar zijn. Om tot een geslaagde liquidatie te komen worden veelal ook maatregelen getroffen ten behoeve van de vlucht na de daadwerkelijke uitvoering van de aanslag. Dit hangt zodanig samen met de moordaanslag zelf dat ook een daarvoor beschikbare vluchtauto als voorbereidingsmiddel heeft te gelden.
De rechtbank kan niet vaststellen dat [verdachte] hierbij enige rol heeft gehad. De rechtbank stelt wel vast dat medeverdachten van [verdachte] voertuigen, waaronder een gestolen voertuig met een vals kenteken voorhanden hebben gehad en dat deze bestemd waren tot het begaan van het misdrijf.
een of meer (PGP) telefoon(s)
Uit de hiervoor weergegeven chats blijkt dat medeverdachten van [verdachte] PGP-telefoons voorhanden hadden waarmee de (voorgenomen) liquidaties zijn voorbereid. Dit is op zichzelf echter onvoldoende om de PGP-telefoons aan te merken als voorbereidingsmiddel. Het middel is dan immers kennelijk bestemd voor de voorbereiding en niet voor de moordaanslag zelf.
[slachtoffer 1] zal 25 mei 2016 de hele dag gevolgd worden en de chauffeur (de rechtbank begrijpt: van de schutters) heeft nog een PGP-toestel nodig zodat hij in contact kan staan met degenen die [slachtoffer 1] observeren. Dit toestel zou zonder meer een voorbereidingsmiddel zijn, omdat het toestel nodig was voor de afstemming van het moment van de liquidatie met de bij die liquidatie betrokken verdachten. De rechtbank kan niet vaststellen dat dit toestel uiteindelijk ook geleverd is.
Reeds die omstandigheid leidt ertoe dat [verdachte] van dit onderdeel van de tenlastelegging wordt vrijgesproken.
een of meer camera’s
[medeverdachte 5] verklaart dat in de dagen kort voor 22 juni 2016 een auto met camera is geplaatst op de [adres] met enig zicht op het huis van [slachtoffer 1] . Uit de verklaring van [medeverdachte 5] volgt dat deze camera bestemd was om de verklaring dat [slachtoffer 1] niet thuis was, te controleren. Daaruit leidt de rechtbank af dat deze camera niet bestemd was voor het plegen van de moord.
Dit leidt tot vrijspraak ten aanzien van dit onderdeel van de tenlastelegging.
een of meer gegevensdragers houdende een of meer foto’s van [slachtoffer 1] en/of [betrokkene 1] en/of [betrokkene 2] en/of [betrokkene 3]
[medeverdachte 4] vraagt [medeverdachte 11] op 20 mei 2016 om foto’s van [betrokkene 3] om aan de jongens in Spanje te geven, zodat zij voluit achter [betrokkene 3] aan kunnen gaan, die daar – volgens zijn informatie – verblijft. [medeverdachte 4] stuurt daarna het volgende bericht aan [medeverdachte 11] : ‘Ok broer ga er nu 24op klaar dan chino en yoego kan ik vandaag direct doen’. De rechtbank kan niet vaststellen dat [medeverdachte 11] inderdaad een foto van [betrokkene 3] aan [medeverdachte 4] heeft gestuurd.
Reeds die omstandigheid leidt ertoe dat [verdachte] van dit onderdeel van de tenlastelegging wordt vrijgesproken.
een of meer woningen, bestemd als (tijdelijke) verblijfplaats voor de (mede)plegers van de moord op [slachtoffer 1] en/of [betrokkene 1] en/of [betrokkene 2] en/of [betrokkene 3]
De rechtbank heeft hiervoor vastgesteld dat voor de daadwerkelijke liquidatie van [slachtoffer 1] woningen zijn geregeld voor de schutters, te weten aan de [adres] te Utrecht en de [adres] te Bilthoven. De eerste woning speelt een belangrijke rol bij de uitvoering van de moord. Hier verblijven de schutters kort voor de moord, worden kogels schoongemaakt met ammoniak en vanaf deze woning vertrekken zij gewapend, om de moord te plegen. [medeverdachte 10] organiseert deze woning. De rechtbank gaat ervan uit dat het verzoek daartoe eveneens van [medeverdachte 4] via [medeverdachte 11] gaat, omdat alle communicatie met [medeverdachte 10] telkens via deze weg is gelopen. [verdachte] is hierbij pas achteraf betrokken geraakt omdat de schutters goederen in deze woning hebben achtergelaten.
Na de moord vluchten de schutters naar de woning aan de [adres] . Daar houden zij zich schuil en laten zij de gebruikte wapens en kleding achter. [medeverdachte 4] vraagt op 31 mei 2016 [medeverdachte 11] om een ‘safehuis dichtbij’, voor de schutters om te kunnen rusten en de volgende dag weg te gaan. Uiteindelijk regelt [medeverdachte 5] dat medio juni 2016. Uitgaande van de verklaring van [medeverdachte 5] is de rol van [verdachte] hierbij geweest dat hij druk op [medeverdachte 5] heeft uitgeoefend en dat hij heeft gesuggereerd via een buurjongen een woning te regelen. [medeverdachte 5] heeft via deze persoon weer een andere persoon bereid gevonden de woning aan de [adres] tijdelijk ter beschikking te stellen. Volgens [medeverdachte 5] heeft [verdachte] een contant geldbedrag van € 1.700,- gegeven, wist [verdachte] op dat moment niet waar dit geld voor bedoeld was, maar in zijn achterhoofd wel. [verdachte] heeft [medeverdachte 5] gezegd dat het goed was en die vakantie vond hij super. [265] [medeverdachte 5] heeft verder verklaard dat [verdachte] blij was dat hij, [verdachte] , de woning vanuit hun groep had kunnen regelen. Daarmee staat voor de rechtbank vast dat [verdachte] bij het regelen van deze woning een strafbare rol heeft gehad.
De rechtbank kan niet vaststellen dat [verdachte] een rol heeft gehad bij het regelen van de woning aan de [adres] , medeverdachten hebben dat wel. De rechtbank stelt vast dat [verdachte] samen met anderen de woning aan de [adres] , bestemd als (tijdelijke) verblijfplaats voor de (mede)plegers van de moord op [slachtoffer 1] , voorhanden heeft gehad en dat deze bestemd was tot het begaan van het misdrijf.
4.2.10.1.3 Conclusie
Bij de woning aan de [adres] was [verdachte] , net zoals bij de wapens en munitie en voertuigen, niet betrokken, maar zijn medeverdachten wel. Nu er sprake is van medeplegen kunnen ook die voorbereidingsmiddelen worden bewezen. De rechtbank acht dan ook bewezen dat [verdachte] zich in de periode van 17 april 2016 tot en met 22 juni 2016 schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van het voorbereiden van een moordaanslag op [slachtoffer 1] , [betrokkene 1] en [betrokkene 2] . Ten aanzien van [betrokkene 3] volgt partiële vrijspraak, nu de berichten die over zijn foto lijken te gaan niet eenduidig zijn en daarom niet kan worden vastgesteld dat er inderdaad een foto van [betrokkene 3] is verstuurd.
4.2.10.2 Moord op [slachtoffer 1]
4.2.10.2.1 Verweren van de verdediging
De verdediging voert – samengevat – het volgende aan. De verklaringen van [medeverdachte 5] zijn niet geloofwaardig, maar ook als wel van deze verklaringen wordt uitgegaan, kan daar niet uit worden opgemaakt dat [verdachte] het oogmerk op moord heeft gehad. Volgens [medeverdachte 5] heeft [verdachte] zich voor het eerst bezig gehouden met observeren op 22 juni 2016 rond 17:00 uur of 18:00 uur. Die dag zou hij ook auto’s voor zichzelf en [medeverdachte 5] hebben geregeld en een autosleutel aan [medeverdachte 5] hebben overhandigd. Deze verklaring en die over het observeren door [verdachte] op de plekken C en D is niet de waarheid, hij was elders. Na de moord krijgt [medeverdachte 5] naar eigen zeggen berichten van [medeverdachte 4] , via [medeverdachte 11] . [verdachte] wordt daarbuiten gelaten. [medeverdachte 5] heeft ook niet de waarheid gesproken over het wegmaken van sporen. Bovendien kreeg [medeverdachte 5] de beweerdelijke opdrachten van [medeverdachte 11] (en [medeverdachte 4] ), en niet van [verdachte] . Het standpunt van het Openbaar Ministerie dat [verdachte] een positie heeft gehad boven die van [medeverdachte 5] is om veel redenen onjuist, aldus de verdediging.
Volgens de verdediging heeft [verdachte] verder een alibi. Uit inloggegevens van de sportschool blijkt dat [verdachte] op 22 juni 2016 vanaf 15:02 uur en 20:50 uur in de sportschool was. [verdachte] heeft verklaard dat hij het geluid van een helikopter hoorde toen hij de sportschool verliet. Niet lang daarna vernam hij dat [slachtoffer 1] was geliquideerd. [266] [verdachte] heeft hier ter terechtzitting nog aan toegevoegd dat hij na de sportschool naar het huis van zijn vader is gegaan in Ondiep. Zijn mobiele telefoon nam hij meestal niet mee naar de sportschool. Later is [verdachte] naar lounges gegaan en daar heeft hij gehoord over de moord op [slachtoffer 1] . De eerste keer dat hij daarover heeft gehoord is vermoedelijk van een nieuwsbron geweest. [verdachte] sluit niet uit dat hij [medeverdachte 10] die avond heeft gezien.
De verdediging heeft daarnaast aangevoerd dat uit de zendmastgegevens blijkt dat voorafgaand aan de moord op 22 juni 2016 de PGP-telefoon van [medeverdachte 5] wel (om 20:16 uur), en die van [verdachte] niet, uitpeilt in de omgeving van de plaats delict. Verder blijkt uit een netwerkmeting op de plaats delict op 22 juni 2016 dat de iPhone van [verdachte] (*8917) om 22:02 uur een zendmast aanstraalt op de Nijenoord 1 te Utrecht. Dit contact is aangeduid als dataverkeer en duurt onafgebroken tot 22:31 uur en past goed bij het bezoek aan het huis van zijn vader die avond. Deze iPhone (*8917) heeft om 22:45 uur contact, aangeduid als gesprek met een duur van 0 seconden, met een telefoonnummer (*6622) . De verdediging stelt primair dat hieruit volgt dat de verklaring van [medeverdachte 5] vanwege gebleken onbetrouwbaarheid dient te worden uitgesloten van het bewijs. Subsidiair kan aan een leugenachtige verklaring van een getuige geen redengevende kracht worden toegekend.
4.2.10.2.2 Oordeel van de rechtbank
Eerder in dit vonnis (zie hoofdstuk 4.2.4 Verklaringen van [medeverdachte 5] ) heeft de rechtbank al stilgestaan bij de betrouwbaarheid van de verklaringen van [medeverdachte 5] en geconstateerd dat het dossier op diverse punten ondersteuning biedt aan zijn verklaringen over de gebeurtenissen voor, tijdens en na de liquidatie van [slachtoffer 1] . De vraag die de rechtbank moet beantwoorden is of hetgeen [medeverdachte 5] verklaart over de rol van [verdachte] – in het licht van het door hem gestelde alibi – buiten redelijke twijfel is en daarom als bewijs gebruikt kan worden. Om dat te beoordelen zal de rechtbank eerst uitvoeriger stilstaan bij de gebeurtenissen aan het einde van de middag en in de avond van 22 juni 2016.
[medeverdachte 5] verklaart hierover dat hij niet in de auto’s van zijn vriendin en zus wilde blijven rijden en dat hij daarom op 22 juni 2016 in de middag via [verdachte] een Seat Ibiza kreeg. [267] De rechtbank heeft hierboven al overwogen dat het bericht van [medeverdachte 5] van 22 juni 2016 aan [medeverdachte 11] ‘fix auto en ik sta daar 24uur’ ondersteunt dat [medeverdachte 5] een andere auto wilde voor het observeren van [slachtoffer 1] . [268] [verdachte] is, rijdend in de groene auto van [betrokkene 35] , volgens [medeverdachte 5] rond 17:00 tot 18:00 uur ook naar de omgeving van de woning van [slachtoffer 1] gekomen. [269] Uit politiesystemen blijkt dat [betrokkene 35] in die tijd een groene Volkswagen Polo op zijn naam had staan. [270] Rond 19:30 uur ontving [medeverdachte 5] bericht van [verdachte] dat hij de Volkswagen Passat van [medeverdachte 10] had gezien bij snackbar ‘Shi’ en dat dat vreemd was omdat [medeverdachte 10] niet reageerde op berichten. [verdachte] vroeg [medeverdachte 5] te kijken of het inderdaad [medeverdachte 10] was. [medeverdachte 5] is daarheen gegaan maar dacht dat het niet de Volkswagen Passat van [medeverdachte 10] was. Hij ruilde vervolgens van auto met [verdachte] om niet op te vallen en ging toen weer kijken. Toen hij terug kwam rijden van ‘Shi’ zag hij ineens [medeverdachte 10] , met [slachtoffer 1] als passagier, uit de [adres] komen rijden. [medeverdachte 5] denkt dat dit tussen 20:00 en 20:30 uur was. [medeverdachte 5] raakte ze even kwijt maar zag [medeverdachte 10] toen richting de autoboulevard rijden. [271] De rechtbank constateert dat ook uit de verklaring van [medeverdachte 10] volgt dat hij met [slachtoffer 1] in een zwarte Volkswagen Passat naar een verhuurbedrijf in die omgeving is gereden. Dit gedeelte van de verklaring van [medeverdachte 5] wordt daarnaast bevestigd doordat de PGP-telefoon van [medeverdachte 5] en die van [medeverdachte 10] om respectievelijk 20:16 uur en 20:20 uur zendmasten in die omgeving aanstralen.
[medeverdachte 5] verklaart dat hij [medeverdachte 10] en [slachtoffer 1] opnieuw is kwijtgeraakt en kort daarna een bericht ontving dat [medeverdachte 10] had laten weten dat hij net met [slachtoffer 1] was en dat [slachtoffer 1] nu thuis was. Dit bericht was afkomstig van [medeverdachte 11] , die aangaf dat ‘die hond’ thuis was en [medeverdachte 5] vervolgens vroeg of de spot daar naartoe kon gaan. [medeverdachte 5] verklaart dat hij daarna naar de omgeving van de woning van [slachtoffer 1] is gegaan en daar op de (door hem gemarkeerde) plekken A en B heeft gestaan vanaf ongeveer 20:15 tot 20:30 uur. Hij verklaart dat [verdachte] voor zover hij weet afwisselend op de (door hem gemarkeerde) plekken C en D stond. [medeverdachte 5] verklaart dat hem werd gevraagd te blijven staan tot een ander team zou arriveren. Dat deed hij en hij zag de man met het groene shirt aanbellen en [slachtoffer 1] naar buiten komen. [medeverdachte 5] stuurde daarover een bericht. [medeverdachte 5] verklaart dat [verdachte] en hij berichten wisselden op het moment dat hij het zicht op [slachtoffer 1] kwijt was geraakt en dat [verdachte] daarom naar plek D is gegaan. [verdachte] liet [medeverdachte 5] weten dat hij ze zag en even daarna dat zij terug liepen. [medeverdachte 5] zag ze toen ook. [272] Kort daarna, omstreeks 21:52 uur, is [slachtoffer 1] doodgeschoten. [medeverdachte 5] verklaart dat hij is weggereden en de auto van [betrokkene 35] heeft geparkeerd. [verdachte] is naar [medeverdachte 5] toegekomen en heeft de sleutel van de auto van [betrokkene 35] teruggekregen. [medeverdachte 5] en [verdachte] zijn vervolgens bij [betrokkene 18] ingestapt, daar had [verdachte] kennelijk contact mee gehad. Zij zijn naar de McDonald’s gegaan, waar Lange Pep ook naar toe is gekomen. [medeverdachte 5] ontving op weg naar de Platinum Lounge, rond 22:30 tot 22:45 uur, berichten dat [slachtoffer 1] niet meer leefde.
[verdachte] en [medeverdachte 5] werden vervolgens afgezet bij de Platinum Lounge. [medeverdachte 5] verklaart dat hij daar niet lang is gebleven en bij het weggaan een gestreste [medeverdachte 10] zag, in gesprek met [verdachte] . Later die avond kwam [verdachte] naar [medeverdachte 5] toe met kogels, een flesje, een jackje en handschoenen, met het verzoek die goederen te dumpen. [medeverdachte 5] verklaart dat ook [medeverdachte 11] hem in een bericht vroeg dat te doen. [273] De rechtbank constateert dat de verklaring van de bewoner van de [adres] en de berichten van 23 juni 2016 dit deel van de verklaring van [medeverdachte 5] ondersteunen.
De rechtbank concludeert dat er voldoende objectieve ankerpunten in het dossier zijn te vinden die de verklaring van [medeverdachte 5] ondersteunen dat [verdachte] hem een auto heeft gegeven, dat zij beiden in de omgeving van de woning van [slachtoffer 1] hebben geobserveerd en dat [verdachte] aan [medeverdachte 5] heeft laten weten dat hij de Volkswagen Passat van [medeverdachte 10] bij ‘Shi’ heeft gezien. Ook neemt de rechtbank aan dat zij van auto zijn gewisseld, dat zij elkaar, nadat [slachtoffer 1] is doodgeschoten, hebben ontmoet en dat zij vanuit de McDonald’s naar de Platinum Lounge zijn gegaan. De rechtbank concludeert bovendien dat [verdachte] de goederen van [medeverdachte 10] heeft aangenomen, die [medeverdachte 5] vervolgens mede op verzoek van [medeverdachte 11] heeft weggegooid.
Dan rest de vraag hoe de verklaring van [medeverdachte 5] , dat hij kort voor de liquidatie tegelijk met [verdachte] in de omgeving van de woning van [slachtoffer 1] was, zich verhoudt met de – met incheckgegevens van de sportschool onderbouwde – stelling van [verdachte] dat hij in de sportschool was. Er is nader onderzoek gedaan naar het inchecken bij de sportschool David Lloyd te Utrecht met de lidmaatschapspas van [verdachte] . Dit onderzoek heeft opgeleverd dat het inchecken op 22 juni 2016 om 20:50 uur authentiek lijkt, omdat er geen aanwijzingen zijn dat de incheckgegevens handmatig zijn aangepast of ingevoerd. [274] Dat er op die tijd met die pas bij de sportschool is ingecheckt staat daarmee voor de rechtbank vast. De moord op [slachtoffer 1] vond echter plaats rond 21:52 uur, dus ruim een uur later. Dus ook als vast zou staan dat [verdachte] zelf met zijn pas heeft ingecheckt bij de sportschool, blijkt daaruit niet dat hij niet – zoals [medeverdachte 5] verklaart – rond het tijdstip van de moord in de omgeving van de woning van [slachtoffer 1] was. De reistijd per auto tussen de [adres] en de sportschool is – zo heeft de politie vastgesteld – rond de zes minuten. [275] Het is dus zeer goed mogelijk dat [verdachte] – als hij niet iemand anders met zijn pas heeft laten inchecken – zelf op en neer is gereden, om voor zichzelf een alibi te creëren.
Dat hij inderdaad een alibi gecreëerd heeft acht de rechtbank op grond van het navolgende aannemelijk. Het was (zie hoofdstuk 4.2.4 Verklaringen van [medeverdachte 5] ) duidelijk dat het de bedoeling was dat [slachtoffer 1] op 22 juni 2016 geliquideerd zou worden; er zou vol op hem gezeten worden en gelijk actie gezet worden. Daarbij geldt dat de rechtbank ervan uitgaat dat op enig moment niet alleen [medeverdachte 5] het bericht kreeg dat [slachtoffer 1] thuis was, maar dat ook [verdachte] daarvan op de hoogte is gesteld. Het was in ieder geval duidelijk dat het die avond stond te gebeuren. [verdachte] wist ook dat de woning aan de [adres] als safehouse was geregeld voor een korte periode. Het creëren van een alibi in een dergelijke situatie is in dit dossier – zie meerdere chats in het algemeen deel – bepaald niet denkbeeldig of vergezocht. [medeverdachte 4] heeft het hier immers met [medeverdachte 11] over op het moment dat een liquidatie dreigt (Zorg voor goeie alibi broer nu!! Ergens met cameras!!!) en ook [medeverdachte 11] adviseert zijn broer [medeverdachte 12] op een dergelijk moment een alibi te creëren (En zorg datje ergens bent met alibi). In dat verband is het bovendien opvallend dat ook [betrokkene 35] deze avond (om 19:52 uur) heeft ingecheckt bij de sportschool. Hij had immers mogelijk ook belang bij een alibi, voor het geval zijn auto in verband zou worden gebracht met de liquidatie van [slachtoffer 1] . Opvallend is daarbij dat het juist [betrokkene 35] was die op 22 juni 2016 om 22:45 uur telefonisch contact zocht met [verdachte] .
Dat er geen telefoon- of zendmastgegevens zijn die [verdachte] plaatsen op de plaats delict, acht de rechtbank niet doorslaggevend. Dat de gewone telefoon van [verdachte] tien minuten na de moord aanstraalt aan de zendmast Nijenoord 1 te Utrecht, (om 22:02 uur met dataverkeer tot 22:31 uur) zegt niet waar [verdachte] op dat moment was. Het ligt voor de hand dat hij zijn gewone telefoon op dat moment niet bij zich heeft gedragen omdat niet gebruikelijk is gewone telefoons te gebruiken rondom een liquidatie. De omstandigheid dat de door [verdachte] gebruikte PGP-telefoon niet zichtbaar is in de verkeersgegevens van zendmasten (en die van [medeverdachte 5] – die volgens eigen zeggen die dag gedurende enkele uren een aantal berichten heeft gewisseld met [verdachte] en [medeverdachte 11] – alleen om 20:16 uur) maakt niet dat [verdachte] zich ten tijde van de moord met zijn PGP-toestel niet binnen het bereik van de bevraagde zendmasten bevond. Uit het dossier volgt namelijk dat zendmasten die gedurende datasessies en gesprekken gebruikt worden niet in alle gevallen geregistreerd worden op de printlijsten en het (dus) goed mogelijk is dat toestellen in het bereik hebben gestaan van de bevraagde zendmasten maar niet op de ontvangen printlijsten voorkomen. [276] De verdediging voert in dit kader nog aan dat de uitleg over de registratie van 7200 seconden in historische verkeersgegevens en de registratie om 20:16 uur strookt met de verklaring van [medeverdachte 5] dat hij minstens drie uur in de omgeving van de plaats delict is geweest en onderstreept dat de aan [verdachte] toegeschreven PGP-telefoon dat dus niet is. Uit de betreffende processen-verbaal blijkt dat de conclusie van de verdediging omtrent de registratie van de PGP-telefoon van [medeverdachte 5] onjuist is. [277] De (back-up)registratie van 7200 seconden houdt niet in dat het toestel zich gedurende die uren rond de geregistreerde tijd in de omgeving van de betreffende zendmast bevond.
De conclusie is daarmee dat het alibi van [verdachte] geen alibi is. De rechtbank stelt vast dat [verdachte] – overeenkomstig de verklaring van [medeverdachte 5] – ten tijde van de liquidatie [slachtoffer 1] aan het observeren was.
Medeplegen of medeplichtigheid?
Voor de kwalificatie medeplegen is vereist dat sprake is van nauwe en bewuste samenwerking. Die kwalificatie is alleen gerechtvaardigd als de bewezen verklaarde – intellectuele en/of materiële – bijdrage aan het delict van de verdachte van voldoende gewicht is. Bij de vorming van het oordeel dat sprake is van de voor medeplegen vereiste nauwe en bewuste samenwerking zijn van belang de intensiteit van de samenwerking, de onderlinge taakverdeling, de rol in de voorbereiding, de uitvoering of de afhandeling van het delict en het belang van de rol van de verdachte, diens aanwezigheid op belangrijke momenten en het zich niet terugtrekken op een daartoe geëigend tijdstip. Het gaat erom dat de verdachte een wezenlijke bijdrage moet hebben geleverd aan het delict.
De bijdrage van de medepleger zal in de regel worden geleverd tijdens het begaan van het strafbare feit in de vorm van een gezamenlijke uitvoering van het feit. Maar de bijdrage kan ook worden geleverd in de vorm van gedragingen voor en/of tijdens en/of na het strafbare feit. Ook is niet uitgesloten dat de bijdrage in hoofdzaak vóór het strafbare feit is geleverd. Een geringe rol of het ontbreken van enige rol in de uitvoering van het delict zal in dergelijke uitzonderlijke gevallen wel moeten worden gecompenseerd, bijvoorbeeld door een grote(re) rol in de voorbereiding.
Uit de feitelijke vaststellingen en de beoordeling van de ten laste gelegde voorbereidingshandelingen volgt dat [verdachte] zich in eerste instantie redelijk op de achtergrond heeft gehouden tijdens de voorbereidingen, maar wel strafbaar betrokken was door zijn bemoeienis met het regelen van een safehouse. Kort voor de moord is hij intensiever betrokken geraakt door op de dag zelf een auto aan [medeverdachte 5] te geven en samen met hem [slachtoffer 1] te observeren tot het moment van de moord. Na de moord heeft [verdachte] de kogels, een flesje met spul erin, een jackje en handschoenen van [medeverdachte 10] aangenomen en aan [medeverdachte 5] gegeven, en aan hem gevraagd de kogels schoon te maken en de spullen te laten verdwijnen. Ook heeft [verdachte] onder meer een slijptol gekocht en samen met [medeverdachte 5] de moordwapens, die door [medeverdachte 5] uit de woning in Bilthoven waren gehaald, in stukken geslepen en schoongemaakt. Verder heeft hij op de uitkijk gestaan terwijl [medeverdachte 5] de stukken van de wapens in het water gooide. Daarbij valt op dat in de meeste gevallen [medeverdachte 5] het vuile werk opknapt en hijzelf probeert op de achtergrond te blijven.
De hiervoor opgesomde gedragingen betreffen overwegend gedragingen die normaliter met medeplichtigheid in verband plegen te worden gebracht. De betrokkenheid van [verdachte] – zowel vóór, tijdens als na de moord – was echter zodanig, dat hij naar het oordeel van de rechtbank een wezenlijke bijdrage hieraan heeft geleverd. De rechtbank concludeert dat [verdachte] daarom medepleger is van de moord op [slachtoffer 1] en acht het primair ten laste gelegde bewezen.
4.3
Zaaksdossier Roos/Doorn
4.3.1
Inleiding
Het zaaksdossier Roos/Doorn betreft het onderzoek naar de gewelddadige dood van [slachtoffer 2] (hierna: [slachtoffer 2] ) op 12 januari 2017 te Utrecht (onderzoek Roos) en een incident op 14 januari 2017 waarbij twee personen, die mogelijk een moord wilden plegen op [betrokkene 4] (hierna: [betrokkene 4] ), na een achtervolging zijn aangehouden (onderzoek Doorn). [verdachte] wordt beschuldigd van betrokkenheid bij beide zaken.
4.3.2
Standpunten
Het Openbaar Ministerie stelt zich op het standpunt dat medeplegen van moord op [slachtoffer 2] bewezen kan worden verklaard, evenals medeplichtigheid aan voorbereiding van moord op [betrokkene 4] . De verdediging heeft bepleit dat [verdachte] wordt vrijgesproken.
4.3.3
Feiten en omstandigheden
4.3.3.1 Telefoonnummers
In dit zaaksdossier komen verschillende telefoonnummers voor, die in het dossier respectievelijk aan [betrokkene 4] , [medeverdachte 6] en [medeverdachte 1] worden toegeschreven. De rechtbank merkt daarover het volgende op.
Het telefoonnummer 31684944927 was in gebruik bij [betrokkene 4] . [278]
De telefoonnummers 31618654112 en 31685721705 waren in gebruik bij [medeverdachte 6] . [279]
Het telefoonnummer 31619156941 was in gebruik bij [medeverdachte 1] . [280]
Het telefoonnummer 31687747649 wordt in het dossier in verband gebracht met [medeverdachte 1] , [281] maar de aanwijzingen dat [medeverdachte 1] dit telefoonnummer zou gebruiken – vijf contacten van [medeverdachte 1] zijn ook een contact van dit telefoonnummer en de telefoonnummers 31619156941 en 31687747649 stralen vaak bij elkaar in de buurt aan – acht de rechtbank onvoldoende concreet om daarvan uit te gaan, temeer omdat beide telefoonnummers zich soms los van elkaar verplaatsen. Reeds daarom schrijft de rechtbank het telefoonnummer 31687747649 niet toe aan [medeverdachte 1] .
4.3.3.2 Auto’s regelen
[medeverdachte 5] verklaart dat [medeverdachte 11] hem in december (de rechtbank begrijpt: 2016) vroeg of hij auto’s kon regelen. [medeverdachte 5] vroeg dat vervolgens aan [betrokkene 36] (hierna: [betrokkene 36] ) en kreeg van hem een lijstje van auto’s die geleverd konden worden. Hij stuurde dat lijstje door naar [medeverdachte 11] , die het weer doorstuurde naar [medeverdachte 4] . Er kwam respons op dat ze vier auto’s wilden hebben, waaronder een Audi A5 en een Audi Q5. Het verzoek was afkomstig van [medeverdachte 4] . [medeverdachte 5] weet dat [medeverdachte 4] de opdracht gaf omdat het een doorstuurbericht betrof. [282] De werkwijze was volgens [medeverdachte 5] dat de dieven een afspraak maakten met de persoon die een auto aanbood op internet en vervolgens ’s nachts de auto stalen. [283] Op het moment dat [medeverdachte 5] het verzoek van [medeverdachte 11] kreeg om auto’s te regelen, wist hij al dat de auto’s voor liquidaties en observaties gebruikt zouden worden, zo verklaart hij. [284]
De verklaring van [medeverdachte 5] wordt bevestigd door [betrokkene 36] . Hij verklaart dat hij een Audi Q5 en een Audi A5 heeft geleverd aan [medeverdachte 5] , die hij herkent als hem een foto wordt getoond van [medeverdachte 5] . Hij denkt dat hij de Audi Q5 na nieuwjaarsdag heeft geleverd. De Audi Q5 was zwart van kleur. [285]
[medeverdachte 5] verklaart verder dat hij aan [medeverdachte 11] doorgaf dat er nieuwe kentekenplaten op de Audi A5 moesten worden gezet. [medeverdachte 11] stuurde dat door naar [medeverdachte 4] , die zei: kies maar wat platen uit, we gaan ze drukken. Voor de Audi A5 vond [medeverdachte 5] een kenteken van een soortgelijke auto op internet. [286] [medeverdachte 5] verwijderde de originele kentekenplaten van de Audi A5 en gooide deze bij de bankjes aan de Lauwerecht in de Vecht. [287] [medeverdachte 5] heeft de Audi Q5 en de Audi A5 afgeleverd door ze op de Chilidreef te parkeren. [288]
Het onderzoek levert bevestiging op van dit deel van de verklaring van [medeverdachte 5] . Op 11 juli 2017 worden ter hoogte van het zitplateau aan de Lauwerecht in de Vecht twee kentekenplaten opgedoken met het kenteken [kenteken] . [289] Dit kenteken past bij een Audi A5 die tussen 3 en 5 januari 2017 is gestolen. [290]
De rechtbank stelt op grond van het voorgaande vast dat [medeverdachte 5] op verzoek van [medeverdachte 11] voor [medeverdachte 4] twee gestolen auto’s aanschaft en deze met valse kentekenplaten aflevert aan de organisatie van [medeverdachte 4] .
4.3.3.3 [betrokkene 4] invalide maken
[medeverdachte 5] verklaart dat [verdachte] hem ongeveer tien dagen voor de liquidatie (de rechtbank begrijpt: van [slachtoffer 2] ) een bericht van [medeverdachte 4] liet zien over ‘Imo’, waarin stond: ’we gaan hem gehandicapt maken. Dat hij nooit meer kan lopen’. Volgens [medeverdachte 5] had Imo blijkbaar geroddeld. [291]
Op 2 januari 2017 stuurde [medeverdachte 4] aan [verdachte] onder meer de volgende berichten. [292]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
14:34
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Broertje zo een jongen werkte by malabata vroeger, imo kent u die?
14:41
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Ja broertje die kk hond geeft info, wat die hoort en ziet, aan die [betrokkene 5] en piet. hy zei dat [betrokkene 5] op een lyst staat etc! Ok top
14:45
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Ok vieze hoerenkind even invalide maken
komt ie vaak by u?
14:49
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Ok broertje dank u
14:51
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Dank zeer broertje
14:54
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Ok even invalide maken beter voor hem kk gasten info honden
De antwoorden van [verdachte] ontbreken, maar hij heeft wel verklaard dat hij een verzoek kreeg om uit te kijken naar [betrokkene 4] , die Imo wordt genoemd. Imo zou een pak slaag krijgen. [verdachte] vertelde dat aan [medeverdachte 5] , zo verklaart hij. [293]
De rechtbank stelt op basis van het bovenstaande vast dat [medeverdachte 4] aan [verdachte] vraagt om naar [betrokkene 4] uit te kijken. [betrokkene 4] moet volgens [medeverdachte 4] invalide gemaakt worden.
4.3.3.4 [betrokkene 4] naar de hel sturen
[medeverdachte 5] verklaart dat [verdachte] hem een bericht van [medeverdachte 4] liet zien waarin deze over Imo zei: ‘Ik ga hem naar de hel sturen, hahaha’. Dat was een of twee dagen na het bericht dat [medeverdachte 4] Imo gehandicapt ging maken. [294] Imo hing vaak in lounges. Aan [medeverdachte 5] werd toen twee keer gevraagd: kun je even kijken of hij daar binnen is? Hij zag Imo echter niet. [295]
De verklaring van [medeverdachte 5] wordt grotendeels bevestigd in een bericht van 5 januari 2017 van [medeverdachte 4] aan [verdachte] met de volgende inhoud. [296]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
21:28
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Hahaha telepathie heb alles al van hem broertje die gaat snel na hell hahahaha
[verdachte] verklaart dat [medeverdachte 5] naar [betrokkene 4] op zoek ging. [medeverdachte 5] gaf de gegevens door aan [verdachte] , die deze weer doorgaf aan de verzoeker, aldus [verdachte] . [297]
De rechtbank stelt vast dat [medeverdachte 4] enkele dagen na het bericht dat [betrokkene 4] invalide gemaakt moest worden, aan [verdachte] meldt dat hij [betrokkene 4] naar de hel zal sturen. Mede gelet op de vaststellingen die de rechtbank hierna doet, gaat de rechtbank ervan uit dat [medeverdachte 4] daarmee bedoelt dat hij [betrokkene 4] zal laten vermoorden.
4.3.3.5 7 januari 2017
Op 7 januari 2017 sturen [medeverdachte 4] en [medeverdachte 5] onder meer de volgende berichten naar [verdachte] . [298]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
22:02:48
[medeverdachte 4]
[verdachte]
bell [01/07/2017 @ 10:53 pm] Salaam sir, die track heeft een storing ik denk door de kou sir maar die hond is in pacha nu sir ze fiets staat daar voor de deur, kunt u niet achter komen waar die binnen zit sir en wat die aan heeft zodat we de juiste man kunnen filmen.
22:02:58
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Salam broertje alles goed die imo is daar iemand nu
22:07
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Dank u broertje
22:08
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Ok bro nu of mag het met 20min?
22:12
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Ok bro
22:15
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Ok sir en zeg wat ie aanheeft dan laat ik hem opnemen dan weten we zeker zit
22:18
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Ok dank u broertje
22:25
[medeverdachte 5]
[verdachte]
volgens mij zit ie hier bro met zwart witte dsquared pet audi van z'n broertje staat ook voor de deur als dat hem is kan niet dichtbij komen is vol
22:26
[medeverdachte 5]
[verdachte]
[betrokkene 37] zit ook aan die tafel die zie ik wel en tegenover hem zit denk ik die Imo ga je zo bevestigen
22:27
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Nee Pasha bro
22:30
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Ga je zo bevestigen kan niet bij die tafel komen hij zit achterin met rug na me toe...
22:38
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Zwarte jas zwart pet met witte grote letters op z'n pet van dsquared hij is de enige er mee hij zit met [betrokkene 37]
22:39
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Imo is toch die broer van die dikke die bij ons komt van die audi a3 toch die graag grappig doet?
22:41
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Ok bro hij is hier binnen je weet welke squared pet hij draagt toch?
22:43:07
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Achter rechts
22:43:57
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Zwarte pet met witte letters rondom van dsquared
22:44:47
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Klaar bro?
22:46
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Ok ga hier met 5min wG dan stuur ik je kenteken
22:51
[medeverdachte 5]
[verdachte]
[kenteken] dat is hem volgens mij staat geen andere hij staat precies op de hoek geparkeerd van die eet tent hij staat op de stoep als je deur uitloopt rechts
23:01
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Ok bro hell vandaag?
De werkelijke tijdstippen van de hierboven genoemde berichten zijn één uur later dan de in de linker kolom vermelde tijd. [299]
Uit deze berichten leidt de rechtbank af dat een zekere ‘bell’ (hierna: Bell) aan [medeverdachte 4] meldt dat de tracker (de rechtbank neemt aan: de tracker die is bevestigd onder de auto van [betrokkene 4] ) storing heeft, maar dat [betrokkene 4] zich in shisha lounge Le Pacha bevindt, want zijn auto staat voor de deur. Bell wil weten waar [betrokkene 4] zit en wat hij aanheeft, zodat ze hem kunnen filmen. [medeverdachte 4] stuurt dat bericht om 23:02 uur door naar [verdachte] en vraagt hem of er iemand in Le Pacha is. Berichten van [verdachte] ontbreken, maar uit [medeverdachte 4] ’s opmerking ‘Dank u broertje’ maakt de rechtbank op dat [verdachte] reageert. Dat wordt ook bevestigd door de berichten van [medeverdachte 5] , waaruit volgt dat hij een verzoek van [verdachte] heeft gekregen en vervolgens naar Le Pacha gaat. [verdachte] meldt dat kennelijk aan [medeverdachte 4] , gelet op diens opmerking ‘Ok sir en zeg wat ie aanheeft dan laat ik hem opnemen dan weten we zeker zit’. [medeverdachte 5] meldt [verdachte] vervolgens waar [betrokkene 4] zit en welke kleding deze draagt. De rechtbank concludeert dat [verdachte] het verzoek van [medeverdachte 4] doorgeeft aan [medeverdachte 5] en dat deze de gevraagde informatie aan [verdachte] verstrekt.
Aanstralen zendmasten
De telefoon met het telefoonnummer dat bij [betrokkene 4] in gebruik is straalt op de avond van 7 januari 2017 om 22:58 uur en om 23:06 uur een zendmast aan in de directe omgeving van Le Pacha. De telefoons die in gebruik zijn bij [medeverdachte 6] en [medeverdachte 1] stralen die avond (respectievelijk om 22:44 uur en 23:11 uur) een zendmast aan op vijfhonderd meter van Le Pacha. [300] Dat is omstreeks de tijdsaanduiding (10:53 pm) die vermeld staat in het doorgestuurde bericht van Bell over de aanwezigheid van [betrokkene 4] in Le Pacha.
4.3.3.6 8 januari 2017
Foto maken
[medeverdachte 5] verklaart dat [medeverdachte 4] aan [verdachte] vroeg om een foto van Imo te maken in de Platinum Lounge en dat [verdachte] dat weer aan [medeverdachte 5] vroeg. [medeverdachte 5] sprak met [verdachte] af dat hij foto’s zou maken en die naar [medeverdachte 11] zou doorsturen. [medeverdachte 11] zou ze dan doorsturen naar [medeverdachte 4] , die ze weer zou doorsturen naar de heads. [medeverdachte 5] probeerde een foto te maken met zijn Sky-telefoon, maar dat lukte niet. Met zijn iPhone maakte [medeverdachte 5] vervolgens foto’s van Imo en die stuurde hij door naar [medeverdachte 11] , met het verzoek ze door te sturen naar [medeverdachte 4] . [medeverdachte 11] wist echter nergens van. Hij zei: ‘wie is die man? Die ken ik niet’. Hij stuurde de foto’s uiteindelijk wel door. [301] [medeverdachte 5] vroeg aan [medeverdachte 11] of de foto’s goed waren. [medeverdachte 11] vroeg dat weer aan [medeverdachte 4] , die zei: ‘ja, het is goed, top’, aldus [medeverdachte 5] . [302]
In een onder [medeverdachte 5] inbeslaggenomen iPhone is een foto aangetroffen waarop [betrokkene 4] te zien is. Bij deze foto staat als informatie: ‘Created 8-1-2017 03:26:25’. De GPS-locatie die is opgeslagen in de iPhone is die nacht tussen 00:00 en 03:45 uur gelegen op enkele meters afstand van de Platinum Lounge. [303]
Op 8 januari 2017 worden de volgende berichten verstuurd tussen [medeverdachte 5] en [verdachte] , [medeverdachte 4] en [verdachte] en [medeverdachte 11] en [verdachte] . [304] Hoewel in twee hieronder opgenomen berichten geen tijdstip en verzender en in één geval ook geen ontvanger vermeld staan, stelt de rechtbank op grond van de inhoud ervan vast dat het een lopende berichtenwisseling is tussen [medeverdachte 11] en [verdachte] .
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
00:57:13
[medeverdachte 5]
[verdachte]
HIJ Is hier
00:57:15
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Lounge
00:59
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Ja bro
01:00
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Ga zo probere foto te maken
01:02
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Ja aub sir maak foto voor zeker heid
01:04
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Ok bro
01:10
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Ok dank u broertje
01:12
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Ja ben bezig hij zit alleen donkere kant waar precies geen licht is dus ga me best doen
01:14
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Ja ga ik doen
01:37
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Ben bezig maak ze met m'n iphone die andere pakt hem slecht
01:39
[medeverdachte 5]
[verdachte]
lphone maakt goeie foto's dan maak ik ze met m'n BlackBerry van de iphone foto's overnemen komt goed
02:28
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Heb kar foto’s gestuurd
02:30
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Verifieer of ze goed zijn anders maak ik nieuwe
02:33
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Vertel kar even na wie ze die moet doorsturen
02:36
[medeverdachte 11]
[verdachte]
Salam wie is IMO van de foto die net N naar mijn stuurde ???
02:38
[medeverdachte 11]
[verdachte]
Maar dat is geen [betrokkene 5] uit amsfoord
-------Original Message-------
From: Panter new
To: Selftest
Subject: Re:
Sent: Jan 8, 2017 3:37 AM
Die kleine had die foto's nodig van hem broer
-------Origineel bericht-------
Van: Real
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 8 Jan 2017 03:36
Salam wie is IMO van de foto die net N naar mijn stuurde ???
02:40
[medeverdachte 11]
[verdachte]
Is dat die Piwi ???
(de rechtbank begrijpt: [verdachte] )
[medeverdachte 11]
Nee iemand anders hij vroeg om hem deze komt uit overvecht
-----Origineel bericht------
Van: Real
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 8 Jan 2017 03:40
Is dat die piwi ???
02:42
[medeverdachte 11]
[verdachte]
Oke wie is hij dan???
(de rechtbank begrijpt: [verdachte] )
(de rechtbank begrijpt: [medeverdachte 11] )
Deze jongen werkte vroeger bij malabata cofeeshop hij speelde info door na wat mensen hij zei tegen hun dat [betrokkene 5] amersfoort op lijst staat enzo hij is marokaans
-----Origineel bericht------
Van: Real
Aan: Selftest
Onderwerp:
Verzonden: 8 Jan 2017 03:42
Oke wie is hij Dan ???
02:49
[medeverdachte 11]
[verdachte]
Oke
02:56
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Ok dank u sir
02:56
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Dank u broertje
De werkelijke tijdstippen van de hierboven genoemde berichten zijn één uur later dan de in de linker kolom vermelde tijd. [305]
[medeverdachte 5] verklaart dat [medeverdachte 4] de bijnaam ‘kleine’ heeft. [306]
De rechtbank stelt vast dat deze berichten de verklaring van [medeverdachte 5] bevestigen dat hij na overleg met [verdachte] , die weer overlegt met [medeverdachte 4] , foto’s maakt van [betrokkene 4] , voor de heads. [medeverdachte 5] stuurt die foto’s vervolgens naar [medeverdachte 11] , die ze doorstuurt naar [medeverdachte 4] .
Aanstralen zendmasten
In de nacht van 8 januari 2017 stralen de telefoons van [medeverdachte 6] (om 01:54 uur) en [medeverdachte 5] (om 02:00 uur) dezelfde zendmast aan, gelegen op de Perudreef 8 te Utrecht, in de directe omgeving van de Platinum Lounge. [307]
4.3.3.7 Avond van 9 januari en nacht van 9 op 10 januari 2017
Op 9 januari 2017 stuurt [medeverdachte 4] de volgende berichten aan [verdachte] . [308]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
19:49
[medeverdachte 4]
[verdachte]
bell [01/09/2017 @ 8:45 pm] Sir hond is thuis nog,hele dag niet bewogen ook sir, fietsen plaatsen alsnog sir of nog even wachten sir?
19:53
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Hele dag zyn auto niet bewogen.
19:58
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Ok broertje top alles staat klaar gewoon
20:04
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Dank u broertje dan laat ik heads erop afgaan
Die avond straalt een Haifan T6-baken (IMEI-nummer 864768010761767, met telefoonnummer 31612639581) om 20:47 uur de zendmast aan de Tannhäuserdreef te Utrecht aan. Deze zendmast bevindt zich op driehonderd meter van de [adres] , waar [betrokkene 4] woont. [309] Later wordt een Haifan T6-baken met het genoemde IMEI-nummer aangetroffen in de woning van [medeverdachte 6] aan de [adres] (beslagcode DOM161.04.05.009). [310] In het aangetroffen baken bevindt zich de simkaart met het nummer 31612639581. [311] Het baken krijgt SIN-nummer AAJV5839NL. [312] Een bemonstering van de simkaarthouder van het baken (SIN-nummer AAKP2765NL#01) levert een match op met de (op dat moment) onbekende man [betrokkene 39] . De matchkans van het DNA-profiel is kleiner dan één op één miljard. [313] Het DNA-profiel matcht met de profielen in profielcluster 39625. [314] Het DNA-profiel van [medeverdachte 1] blijkt vervolgens te matchen met de profielen van cluster 39625. [315]
De rechtbank concludeert dat het DNA van [medeverdachte 1] zich bevindt op de simkaarthouder van een baken dat op 9 januari 2017 wordt gebruikt bij het achterhalen van [betrokkene 4] .
Die nacht worden er ook nog berichten gewisseld tussen [medeverdachte 4] en [verdachte] en tussen [medeverdachte 5] en [verdachte] . [316]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
00:09:07
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Notori [01/10/2017 @ 1:2 am] Die kut auto beslaat ook met 4man
00:09:26
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Pfff echt iedere dag is die er nu 3heads en driver staan er niks alles moekteb broertje
00:15
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Ok in pacha ook niet niks
00:17
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Nee heb al iemand in pacha hy is daar niet broertje
00:18
[medeverdachte 5]
[verdachte]
[betrokkene 37] is hier net binnen bro denk dat ie hierheen komt?
00:18
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Dank u voor de moeite broertje
00:19
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Ok dan ga ik zo na scenario
00:23
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Is dat zyn vriend dus heads scherp laten zyn nu
00:31
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Scenario is die niet bro
00:32
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Dus daar is die ook niet laten we hopen hy gaat na u toe
Uit deze berichten komt naar voren dat [medeverdachte 4] drie schutters en een chauffeur heeft klaar staan, dat [verdachte] hiervan op de hoogte is, dat [medeverdachte 5] op zoek is naar [betrokkene 4] en dat hij, als hij hem gevonden heeft, [verdachte] daarvan op de hoogte brengt en dat [verdachte] vervolgens de bevindingen van [medeverdachte 5] aan [medeverdachte 4] doorgeeft.
4.3.3.8 Periode van 10 en 11 januari 2017
Mislukte aanslag
[medeverdachte 5] verklaart dat hij had afgesproken dat hij [verdachte] een berichtje zou sturen als hij Imo in de Platinum Lounge zag op een moment dat [verdachte] daar zelf niet was. Toen die situatie zich voordeed, stuurde [medeverdachte 5] het bericht: ‘hij is hier binnen’. Er kwam vlak daarna bij [medeverdachte 5] een bericht binnen: ‘die hond is in Platinum sir’. [medeverdachte 5] leidde daaruit af dat er al een spotteam aanwezig was. Die nacht is het niet tot een aanslag gekomen omdat Imo door een zijingang zijn flat binnenging, terwijl de hitters bij een andere ingang stonden te wachten, aldus [medeverdachte 5] . [317]
Op 11 januari 2017 stuurt [medeverdachte 4] overdag de volgende berichten aan [verdachte] . [318]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
11:59
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Alikoem salam sir broertje nee had track eraf gehad dus als u hem ziet of hoort meld my even dan gaat track erop teveel pech gisteren alles moekteb was zyn dag niet en by wou ik hem niet doen voor deur dat kan niet
12:04
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Nee die hond is via andere weg thuis gekomen
15:01
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Notor [01/11/2017@ 3:59 pm) En sir weet je welke deur zijn ingang is, mocht hij weer andere kant komt of iets zet een man bij z'n deur
[medeverdachte 5] stuurt op 11 januari 2017 ’s avonds de volgende berichten aan [verdachte] . [319]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
22:36
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Ja bro die is gisteren op een haar na geglipt engeltje op z'n schouder's jij sliep gisteren had toen kar gemailt van die dwerg is hier kun je het doorgeven precies toen ik het doorgaf kreeg kar ook mail binnen van hij is in lounge spotter’s zaten op hem
22:39
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Ik weet ze waren al bij z'n deur hij is via andere ingang na binnen gegaan
De verklaring van [medeverdachte 5] vindt grotendeels bevestiging in bovenstaande berichten. Hieruit blijkt immers dat [medeverdachte 5] in de nacht van 10 op 11 januari 2017 (anders dan hij heeft verklaard aan [medeverdachte 11] (‘Kar’), en dus niet aan [verdachte] ) meldt dat [betrokkene 4] zich in de Platinum Lounge bevindt, dat hij van [medeverdachte 11] hoort dat er zich al een spotteam in de buurt bevindt en dat de aanslag die nacht mislukt. Ook blijkt uit de berichten dat [medeverdachte 4] [verdachte] de volgende dag informeert dat een aanslag op [betrokkene 4] is mislukt en dat [medeverdachte 5] dat later met [verdachte] bespreekt.
Aanstralen zendmasten
Zendmastgegevens onderbouwen de verklaring van [medeverdachte 5] over die nacht. Het telefoonnummer van [betrokkene 4] straalt op 11 januari 2017 om 03:33 uur een zendmast aan op de Kaap Hoorndreef 66 te Utrecht. Deze zendmast bevindt zich op 684 meter van de Platinum Lounge. Die nacht straalt een telefoonnummer van [medeverdachte 5] tussen 02:53 uur en 03:30 uur diezelfde zendmast aan. [320]
4.3.3.9 Nacht van 11 op 12 januari 2017
Moord op [slachtoffer 2]
[medeverdachte 5] verklaart dat hij woensdag (de rechtbank begrijpt: woensdag 11 januari 2017) in de Platinum Lounge was. [321]
De volgende berichten van die avond en nacht zijn van belang. [322]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
22:23
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Salam broertje als die by u komt die hond laat my weten
22:29
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Ik ga nu wel opstaan kan toch niet meer slapen
00:37
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Walou bro
00:39
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Ook niet bro
00:42
[medeverdachte 5]
[verdachte]
[betrokkene 37] komt nu binnen misschien komt ie zo bro
Hoewel berichten van [verdachte] niet zijn veiliggesteld, leidt de rechtbank uit het geheel van de berichten van [medeverdachte 4] en [medeverdachte 5] af dat [medeverdachte 4] aan [verdachte] vraagt om naar [betrokkene 4] uit te kijken en dat [verdachte] dat verzoek doorgeeft aan [medeverdachte 5] , die vervolgens in de avond van 11 januari 2017 en de nacht van 11 op 12 januari 2017 – in elk geval in de Platinum Lounge – uitkijkt naar [betrokkene 4] , maar hem niet vindt.
Een broer van [betrokkene 4] verklaart dat hij in die nacht zag dat op de parkeerplaats van de Peetersdreef te Utrecht een Audi werd geparkeerd. Het kenteken van de Audi was [kenteken] . Later parkeerde er een zwarte Seat, met daarin twee Marokkaans/Noord-Afrikaans uitziende jongens, op ongeveer vijftien meter afstand van de Audi. Het kenteken van de Seat begon met [kenteken] , aldus de getuige. Rond 00:45 uur reed de Audi weg, met de Seat er achteraan. [323] Later verklaart deze getuige dat het kenteken van de Audi niet [kenteken] was, maar [kenteken] . [324]
Op 12 januari 2017 om 01:45 uur wordt bij 112 melding gemaakt van schoten op de [adres] te Utrecht. [325] De politie komt omstreeks 01:50 uur ter plaatse en ziet in de portiek van de [adres] met huisnummers [adres] een man op de grond liggen die geen teken van leven vertoont. [326] Het slachtoffer blijkt [slachtoffer 2] te zijn, woonachtig aan de [adres] te Utrecht. [327] Bij sectie op zijn lichaam wordt geconcludeerd dat hij is overleden door meerdere schotverwondingen. [328]
[betrokkene 4] verklaart dat hij aan de [adres] te Utrecht woont. [331] Hij was de nacht van de moord in een café met vrienden, waaronder [slachtoffer 2] . Toen de zaak ging sluiten en [betrokkene 4] naar huis wilde gaan, bood hij [slachtoffer 2] een lift naar huis aan. [332] [slachtoffer 2] besloot echter om met andere jongens mee te rijden. Zij reden achter [betrokkene 4] aan. [betrokkene 4] parkeerde zijn auto in zijn straat. Hij hoorde vervolgens ‘trrrr, trrrr’. [333] Hem werd verteld dat er geschoten was en dat [slachtoffer 2] dood was. [334]
Een getuige verklaart dat hij met [slachtoffer 2] in de auto zat en dat [slachtoffer 2] bij de [adres] uitstapte. De getuige hoorde vervolgens harde knallen. Plots zag hij twee mannen uit de portiek komen. De een droeg een handvuurwapen en de ander een AK47, of een sterk daarop gelijkend vuurwapen. De twee mannen renden weg in de richting van de [adres] . [335]
Een andere getuige hoorde twee salvo’s. Toen hij na twintig seconden uit het raam keek, zag hij een man wegrennen in de richting van de [adres] . Deze man had een lang voorwerp in zijn hand. De man liep naar een auto die midden op de weg stilstond en stapte achter de bestuurder in. Aan de achterlichten van deze auto zag de getuige dat het een Audi was. [336]
Op 12 januari 2017 om 01:47 uur krijgen twee politieambtenaren de opdracht te gaan naar de Pallas Athenedreef te Utrecht waar een auto in brand staat. Om 01:55 uur zijn zij ter plaatse en zien zij een brandende zwarte Audi A5 voorzien van het kenteken [kenteken] . Op ongeveer één meter van de Audi A5 verwijderd ligt een zwarte bivakmuts op de grond. Op de kruising van de Pallas Athenedreef met de Vulcanusdreef ligt een gele aansteker. [337] De bivakmuts wordt veiliggesteld onder het SIN-nummer AAFK2498NL. De aansteker wordt veiliggesteld onder het SIN-nummer AAFK2497NL. [338] Op de stoep ter hoogte van de voorzijde van de Audi wordt een rode dop van een Coca-Colafles aangetroffen. De binnenzijde van deze dop ruikt naar benzine. De dop wordt veiliggesteld onder het SIN-nummer AAKA2149NL. Een spoor op de dop wordt veiliggesteld onder het SIN-nummer AAKA2150NL. [339] Op het zitvlak van de achterbank ligt een sporttas. [340] Deze sporttas wordt veiliggesteld en bemonsterd, waaronder het hengsel van de sporttas onder het SIN-nummer AAKL6738NL. [341]
Het NFI voert een DNA-onderzoek uit ten aanzien van bovengenoemde sporen. Dit levert de volgende resultaten op. [342]
SIN
Beschrijving DNA-profiel
DNA kan (mede) afkomstig zijn van
Matchkans
AAFK2498NL#01
Bivakmuts
DNA-profiel van een man
[betrokkene 38]
Kleiner dan 1 op 1 miljard
AAFK2497NL#01
Aansteker
DNA-profiel van een man
[betrokkene 38]
Kleiner dan 1 op 1 miljard
AAKL6738NL#01
Hengsel van de tas
DNA-mengprofiel, minimaal 2 personen
[betrokkene 39]
Zie hieronder
AAKA2150NL#01
Coca-Coladop
DNA-mengprofiel, minimaal 2 personen
[betrokkene 39]
Zie hieronder
Ten aanzien van bemonstering AAKL6738NL#01 van het hengsel van de tas
De bevindingen van het vergelijkend DNA-onderzoek zijn ten minste één miljard keer waarschijnlijker als de bemonstering DNA bevat van [betrokkene 39] (hierna: [betrokkene 39] ) en één willekeurige, onbekende persoon, dan als de bemonstering DNA bevat van twee willekeurige, onbekende personen.
Ten aanzien van bemonstering AAKA2150NL#01 van een Coca-Coladop
De bevindingen van het vergelijkend DNA-onderzoek zijn ten minste tien miljoen keer waarschijnlijker als de bemonstering DNA bevat van [betrokkene 39] en één willekeurige, onbekende persoon, dan als de bemonstering DNA bevat van twee willekeurige, onbekende personen. [343]
Het originele kenteken van de brandende Audi A5 is [kenteken] . [344]
[betrokkene 38] (hierna: [betrokkene 38] ) verklaart op 30 maart 2017 dat ze met z’n drieën waren toen ze naar de plek in Utrecht reden waar de Audi werd verbrand. Dit waren [betrokkene 40] , die is overleden, [betrokkene 38] zelf en nog een ander. [betrokkene 40] zat linksvoor in de Audi. [345] [betrokkene 38] verklaart dat hij de Audi in brand heeft gestoken. [346]
[betrokkene 40] (hierna: [betrokkene 40] ) wordt op 31 januari 2017 doodgeschoten. [347]
Een anonieme getuige (getuige A) verklaart dat [betrokkene 40] hem vertelde dat hij betrokken was bij een liquidatie in Utrecht, waarbij de verkeerde is gepakt. [betrokkene 40] was de driver, hij was met [betrokkene 39] (de rechtbank begrijpt: [betrokkene 39] ) en [betrokkene 38] . [betrokkene 38] ging schieten op die jongen. Daarna zijn ze weggereden. De dag na de moord moest [betrokkene 40] teruggaan, omdat ze de verkeerde hadden. Er zijn twee Polen gekomen en met hen heeft hij rondgereden. [348]
De rechtbank stelt op grond van het bovenstaande vast dat [betrokkene 38] , [betrokkene 39] en [betrokkene 40] als uitvoerders betrokken zijn bij de moord op [slachtoffer 2] en dat zij bij die moord gebruikmaken van de Audi A5 die door [medeverdachte 5] is geleverd op verzoek van [medeverdachte 4] .
Die Audi A5 is eerder die nacht gezien in combinatie met de Seat met een kenteken dat begint met [kenteken] .
[medeverdachte 5] verklaart dat hij te horen kreeg dat [slachtoffer 2] was vermoord en dat hij toen naar de [adres] is gegaan. Toen hij daar aankwam, zag hij [betrokkene 4] . [349]
In de nacht van 12 januari 2017 stuurt [medeverdachte 5] de volgende berichten aan [verdachte] . [350]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
01:55
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Hoor net ook van ifi [betrokkene 50] belde hem
02:12
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Ja volgens mij wel bro die andere is hier ook
02:14:48
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Ja
02:14:56
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Die is aan het kijken
02:16
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Overvecht moskee [adres]
Daarna stuurt [medeverdachte 4] de volgende berichten aan [verdachte] . [351]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
02:19
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Alikoem salam broertje alles goed ja ik weet sir
02:21
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Spotters zeiden het vol petten daar vieze kankerhoeren zoon tffoeee
De rechtbank constateert dat de berichten de verklaring van [medeverdachte 5] bevestigen. Hij bespreekt de moord op [slachtoffer 2] met [verdachte] en geeft aan [verdachte] door dat hij [betrokkene 4] (‘die andere’) daar ziet. [medeverdachte 4] bericht [verdachte] even later dat het daar volgens de spotters vol met politie staat.
Aanstralen zendmasten
In de nacht van 11 op 12 januari 2017 staat het telefoonnummer van [medeverdachte 6] vanaf 01:00 uur uitgeschakeld tot de volgende ochtend. [352]
4.3.3.10 Avond van 12 januari 2017
[medeverdachte 4] stuurt op 12 januari 2017 onder meer de volgende berichten aan [verdachte] . [353]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
20:54
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Salam broertje alles goed? Die hond is in pacha kan iemand kyken of zyn auto er staat sir
21:17
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Broertje safi spotterz zittern er al op
21:20
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Dank u broertje sorry voor dit
21:28
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Broertje als die by u komt meld my hy gaat weg by pacha nu
22:22
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Hebt u iemand binnen in pacha broertje
22:24
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Ok hy zit daar binnen als goed is
23:12
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Ja hy ryd nu weg
23:40
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Broertje hy is thuis kan niemand hem na buiten lokken
23:44
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Nee u nooit broertje wolah gisteren wilde hem absoluut niet by u doen voor de zaak echt kanker geluks vogel
23:48
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Nee broertje nu als die na buiten komt
23:50
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Hy is na buiten sir
23:52
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Hy gaat na u toe denk ik
De werkelijke tijdstippen van de hierboven genoemde berichten zijn één uur later dan de in de linker kolom vermelde tijd. [354]
De rechtbank concludeert uit deze berichten dat [medeverdachte 4] in de avond van 12 januari 2017 doorgaat met het aan [verdachte] vragen om informatie over [betrokkene 4] door te geven. Berichten van [verdachte] zijn niet aangetroffen, maar uit het geheel van de berichten van [medeverdachte 4] kan het naar het oordeel van de rechtbank niet anders zijn dan dat [verdachte] antwoord geeft en informatie blijft verstrekken. [medeverdachte 4] meldt dat de spotters er al op zitten en vraagt of iemand [betrokkene 4] naar buiten kan lokken. Daaruit maakt de rechtbank op dat het de bedoeling is dat [betrokkene 4] die nacht alsnog wordt vermoord.
[medeverdachte 4] geeft blijkens deze berichten – telkens uitgaande van de werkelijke tijdstippen – om 21:54 uur door dat [betrokkene 4] in Le Pacha is en om 22:17 uur dat de spotters [betrokkene 4] volgen. Om 22:28 uur bericht [medeverdachte 4] dat [betrokkene 4] bij Le Pacha vertrekt. [betrokkene 4] straalt die avond om 21:24 uur een zendmast aan de Oudenoord 111 te Utrecht aan, [355] in de directe omgeving van Le Pacha, [356] en om 22:03 uur straalt hij een zendmast aan de Zwanenvechtlaan 54 te Utrecht aan. [medeverdachte 6] straalt tussen 22:05 en 22:10 uur eveneens de zendmast aan de Zwanenvechtlaan 54 te Utrecht aan. [357] Om 23:22 uur vraagt [medeverdachte 4] of [verdachte] iemand heeft in Le Pacha. Om 23:24 uur voegt [medeverdachte 4] daaraan toe dat hij (de rechtbank neemt aan: [betrokkene 4] ) daarbinnen is. [358] Om 23:02 uur straalt [betrokkene 4] wederom de zendmast aan de Oudenoord 111 te Utrecht aan. Vanaf 22:47 uur tot 23:33 uur straalt ook de telefoon van [medeverdachte 6] diezelfde zendmast aan. [359]
De rechtbank concludeert op grond van het bovenstaande dat [betrokkene 4] zich op de avond van 12 januari 2017 in Le Pacha bevindt, daar weggaat, maar later die avond ook weer terugkeert. Op grond van de zendmastgegevens lijkt [medeverdachte 6] dezelfde bewegingen te maken.
4.3.3.11 13 januari 2017
Op 13 januari 2017 stuurt [medeverdachte 4] onder meer de volgende berichten aan [verdachte] . [360]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
00:37
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Zit niks onder kutzooi broertje tracj storing eraf gehaalt ben moe van deze hond echt
00:39
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Ja zeker
00:41
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Ok broertje by u wil ik hem niet doen is hoofdpyn voor u daarom beter by zyn huis
00:43
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Ok broertje
00:49
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Hebben hem weer broertje hy komt na ov denk nog even by u
01:17:32
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Jonnes [01/13/2017 @ 1:51 am) Hij is zo wie zo met die draak die kalla. Hij moet hem eerst ergens afzetten.
01:17:42
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Hy is nog niet thuis alles staat klaar
01:21
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Dank u broertje stel hy komt by u laat my ook direct weten
01:50
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Waar kan die hond nog zolaat zitten broertje? Pacha is dicht als goed is by niks
02:35
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Nee sir hy ryd rondjes in ov
02:39
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Hy zat rondjes te ryden dus spotter vielen op hebben afstand genomen
02:43
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Ja zwaar te erg
[medeverdachte 5] verklaart dat de Platinum Lounge gesloten zou worden als [betrokkene 4] daar ‘gepakt’ zou worden en dat [medeverdachte 11] daar bang voor was. De Platinum Lounge is van leden van de [familie verdachte en medeverdachten 11 en 12] , aldus [medeverdachte 5] . [361] Dit wordt bevestigd in bovenvermelde berichten. Hierin komt naar voren dat [medeverdachte 4] aan [verdachte] meldt dat hij [betrokkene 4] bij zijn huis wil vermoorden en niet bij de Platinum Lounge, omdat dat de belangen van [verdachte] doorkruist.
De telefoon van [betrokkene 4] straalt die nacht om 00:22 uur een zendmast aan de Tannhäuserdreef te Utrecht aan. Om 00:24 uur straalt de telefoon van [medeverdachte 6] diezelfde zendmast aan. [362]
In de middag van 13 januari 2017 stuurt [medeverdachte 4] het volgende bericht aan [verdachte] . [363]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
14:06
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Ja broertje en heads te lang daar gestaan straks weer nieuwe dag nieuwe kansen
[betrokkene 4] verklaart dat hij op 13 januari 2017 in de nacht naar huis wilde gaan en zijn straat in reed. Hij controleerde alle auto’s in de straat en op de binnenplaats. Hij maakte in totaal misschien wel drie of vier rondjes. Hij zag een Skoda en zette zijn auto naast die Skoda stil. De Skoda reed toen vol gas weg. [364]
De rechtbank stelt op grond van het bovenstaande vast dat de schutters die nacht klaarstaan om [betrokkene 4] te vermoorden, maar dat dit mislukt omdat [betrokkene 4] rondjes rijdt in Overvecht (‘hy ryd rondjes in ov’) waardoor de spotters afstand moeten nemen.
4.3.3.12 Auto herkend
[medeverdachte 5] verklaart dat [betrokkene 36] hem op 12 januari 2017 in de loop van de dag vertelde dat leden van de familie [slachtoffer 2] de auto die bij de moord gebruikt was, hadden herkend. [365] [medeverdachte 5] gaat ervan uit dat [betrokkene 36] zijn naam heeft genoemd in een gesprek met de familie. [366] [medeverdachte 5] kreeg vervolgens een bericht doorgestuurd van [medeverdachte 4] , waarin stond dat hij wel moest weten wat hij ging zeggen. [367] Ook zag [medeverdachte 5] een bericht waarin [medeverdachte 4] zei dat hij moest zeggen dat [betrokkene 41] uit Amsterdam erachter zat en dat [medeverdachte 5] de auto had geleverd aan een zekere [betrokkene 42] , een loopjongen van een neefje van [betrokkene 41] . [368]
De verklaring van [medeverdachte 5] wordt bevestigd in de navolgende berichten. Op 12 januari 2017 stuurt [medeverdachte 5] de volgende berichten aan [verdachte] . [369]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
16:16
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Buurt waar jij? Stress bro ze zoeken me
16:18
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Oude buurjongens fammilie van die van gisrter
16:19
[medeverdachte 5]
[verdachte]
Auto die gister is gebruikt ze herkennen hem
[medeverdachte 11] stuurt die dag de volgende berichten aan [verdachte] . [370]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
18:06
[medeverdachte 11]
[verdachte]
Hy moet zeggen jongen van [betrokkene 42] neef van [betrokkene 41] neus broer anders zeg my laat ik hem vandaag zometeen direct slapen
18:10
[medeverdachte 11]
[verdachte]
[medeverdachte 5]
18:14
[medeverdachte 11]
[verdachte]
TIME WILL TELL.....[01/12/2017 @ 7:13 pm]
En die [medeverdachte 5] moet de waarheid vertellen aan hun! Dat hij die auto aan hun heeft verkocht in A'dam
De rechtbank stelt vast dat [medeverdachte 5] op 12 januari 2017 van [betrokkene 36] verneemt dat de familie van [slachtoffer 2] de auto die bij de moord werd gebruikt heeft herkend. Uit de inhoud en schrijfwijze van het bericht van 18:06 uur leidt de rechtbank af dat dit een doorstuurbericht van [medeverdachte 4] is. Hierbij betrekt de rechtbank dat uit het bericht van 18:14 van [medeverdachte 11] aan [verdachte] duidelijk blijkt dat [medeverdachte 11] berichten van [medeverdachte 4] (‘TIME WILL TELL’) aan het doorsturen is. [medeverdachte 11] geeft [medeverdachte 4] ’s instructies via [verdachte] aan [medeverdachte 5] , met het verhaal dat deze moet vertellen aan de familie van [slachtoffer 2] over de herkomst van de auto.
4.3.3.13 Gesprek [medeverdachte 5] met familie [slachtoffer 2]
[medeverdachte 5] verklaart dat hij bang was dat hij zou gaan vastlopen in het verhaal en dat hij daarom een ander verhaal verzon over de afnemer van de auto (een zekere Danny uit Amsterdam die in [medeverdachte 5] ’s telefoon stond als ‘Jack’). Hij vertelde aan leden van de familie van [slachtoffer 2] het door hem verzonnen verhaal en sprak met hen af dat hij zou proberen de afnemer van de auto zou proberen te achterhalen. [medeverdachte 5] stuurde een relaas van het besprokene naar [medeverdachte 11] , die het weer doorstuurde naar [medeverdachte 4] . [371]
Op 14 januari 2017 wordt [medeverdachte 5] aangehouden. In een telefoon die hij dan in bezit heeft worden PGP-berichten aangetroffen tussen personen die ‘Mellow’ en ‘Luciano’ genoemd worden. In een chatgesprek op 13 januari 2017 is onder meer het volgende te lezen. [372]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
21:01
Mellow
Luciano
Salaam broer heb ze om 08:00 gesproken
21:43
Mellow
Luciano
Broer heb ze verteld hoe het gegaan is heb ze gezegd heb die Hollander in A'dam leren kennen z'n naam is danny moest hem opslaan onder Jack in m'n sky, leerde hem kennen tijdens uitgaan heb paar x gehandeld met hem in mdma daarna vroeg die mij of ik auto's kon regelen heb gezegd ga navragen eenmaal nagevraagd iemand gevonden. Heb lijstje gegeven en kreeg een bestelling terug van 4 stuks hij wou ze met spoed hebben liefst de snelle zo snel mogelijk maar kon enkel die q5 leveren en achteraf nog diesel ook
21:46
Mellow
Luciano
Die nam die omdat ie gehaast was zelfde verhaal met die laatste auto,eenmaal geleverd wou die de rest ook ben er achter na gegaan beurde rond de 2500,toen die woensdag die slecht nieuws kwam van die gene die weg is ben ik meteen na die flat gegaan heb staan kijken vond het heel erg,kon nauwlijks slapen in de ochtend las ik iets over een a5 en in de middag werd me bevestigd dat het die a5 was tussenpersoon van de auto's gaf me dat aan ben toen meteen gaan uitzoeken of dat zo was ben die danny meteen gaan mailen van Hey gap moet jouw met spoed spreken eenmaal gestuurd geen reactie gehad na 2min wou ik weer kijken zag ik hij is uit me lijst? Ben meteen Adam ingedoken om uit te zoeken waar die uithangt
21:49
Mellow
Luciano
Dit is het verhaal wat ik verteld heb (…)
21:52
Mellow
Luciano
Moest wel bepaalde detail's vertellen die over een komen zoals het gegaan is want tussen persoon was namelijk bij alles erbij dat ziet ie het verhaal komt over een
21:54
Luciano
Mellow
- Oké broer duidelyk!!
21:56
Mellow
Luciano
Ze hebben die tusen person bedreigd als jij er bij betrokken bent ben je de volgde,mij hebben ze niet dreigend aangesproken ofiets maar ze observeerde me wel of ik aan het liegen was heb gezegd dit is het zo is het gegaan ze verwachten nu van me dat ik die danny ga opsporen kijken waar die uithangt
22:08
Mellow
Luciano
(…) Gaan ze dreigen wordt het oorlog broer dan is het niet anders
22:16
Luciano
Mellow
Dan doen wy mee u hebt niks gedaan en nu is er woede veel vragen Allah sebroem oe salam
[medeverdachte 5] verklaart dat [medeverdachte 11] ‘Luciano’ is en dat hijzelf dan ‘Mellow’ moet zijn. [373]
De rechtbank stelt op grond van de verklaring van [medeverdachte 5] en de berichten vast dat [medeverdachte 5] een verzonnen verhaal vertelt aan de familie van [slachtoffer 2] en dat hij aan [medeverdachte 11] in berichten terugkoppelt hoe het gesprek ging.
4.3.3.14 Incident 14 januari 2017
Op 14 januari 2017 stuurt [medeverdachte 4] onder meer de volgende berichten aan [verdachte] . [374]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
00:17
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Broertje aub kyk of u jongens van u mee kan laten zoeken vandaag weg waar die ook is
01:43
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Niks broertje pacha dicht moezel ook dus kan alleen punjab of by u of ze huis worden
02:09
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Ok wat doen ze daar broertje?
02:12
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Gisteren waren ze erook
02:18
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Ok broertje dank u
02:20
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Nee sir pacha dicht moezel niet punjab niet
02:38
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Ja echt broertje gewoon hun dag niet alles moekteb maar deze gaat hoe dan ook alleen geduld en ze gaan
02:41
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Amin sir Amin!!
04:59
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Hond is gewoon nog steeds niet thuis gekomen
17:28
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Alikoem salam broertje hoor iemand heeft op die hond geschoten maar lykt my onzin broertje
17:30
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Vanochtend dat zeggen ze op straat
18:46
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Ja is goed broertje zyn al bezig even kyken overvecht is heet nu
19:06
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Riddle new [01/14/2017 @ 8:5 pm] En die imo is na wouten gegaan en gezegt dat hij probelemen heeft en denkt vr hem is en met wie
19:54
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Ze hebben gisteren heads gepakt met kalas in kofferbak alles
Op 14 januari 2017, omstreeks 05:15 uur, krijgen politieambtenaren te Utrecht het verzoek om te gaan naar de [adres] , waar een grijze Skoda Fabia met gedoofde lichten rondjes zou rijden over de parkeerplaats en nu zou stilstaan. De politieambtenaren zien bij de [adres] een Skoda Fabia met kenteken [kenteken] (hierna: de Skoda) rijden, en geven de Skoda een stopteken. De Skoda rijdt met verhoogde snelheid weg. Daarop ontstaat een achtervolging over de snelweg A27, via onder meer het Oostereind te Hilversum en wederom de A27, waarna de Skoda crasht op de snelweg A1. Bij de auto worden twee personen aangehouden, [betrokkene 43] [375] (hierna: [betrokkene 43] ) en [betrokkene 44] (hierna: [betrokkene 44] ). [376] Zij dragen allebei verschillende kledingstukken over elkaar. [377] In de Skoda worden drie flessen met vermoedelijk benzine aangetroffen en tien patronen die geschikt zijn om te verschieten met een Kalasjnikov. [378] Langs de snelweg A1 wordt een Kalasjnikov gevonden. [379] Een burger treft op het Oostereind te Hilversum de loop en de kamer van een Kalasjnikov aan. [380] Bij de oprit van de snelweg A27 wordt op 4 april 2017 een patroonhouder van een automatisch vuurwapen gevonden. [381]
In de Skoda worden drie aanstekers aangetroffen. [385] Op een aansteker die in de middenconsole wordt aangetroffen (SIN-nummer AAKL8656NL), [386] wordt een DNA-mengprofiel gevonden, dat matcht met het DNA van [medeverdachte 1] . [387] Het gevonden mengprofiel is meer dan één miljard keer waarschijnlijker als de bemonstering mede het DNA van [medeverdachte 1] bevat dan wanneer de bemonstering het DNA bevat van twee willekeurige onbekende personen. [388]
Verder bevindt zich op de draaiknop van de rugleuning van de bijrijdersstoel van de Skoda een DNA-spoor (SIN-nummer AAKL7746) [389] dat eveneens matcht met het DNA van [medeverdachte 1] . [390] Het gevonden mengprofiel is meer dan één miljard keer waarschijnlijker als de bemonstering mede het DNA van [medeverdachte 1] bevat dan wanneer de bemonstering het DNA bevat van drie willekeurige onbekende personen. [391]
Op de gesp van de gordel aan de bijrijderszijde van de Skoda is ook een DNA-mengprofiel aangetroffen (SIN-nummer AAKL7747NL). [392] Het profiel matcht met profielcluster 39625. [393] Later is gebleken dat het DNA-profiel van [medeverdachte 1] matcht met profielcluster 39625. [394] De matchkans van het DNA-profiel is kleiner dan één op één miljard. [395]
[betrokkene 44] verklaart op 2 februari 2017 dat hij op 14 januari 2017 in Utrecht in de Skoda reed en dat [betrokkene 43] toen tegen hem zei dat er iemand kwam die hem een paar dingen ging wijzen. Er stapte vervolgens een man voorin, met een petje, een Marokkaan of Turk. [betrokkene 44] moest weer gaan rijden. Ze reden langs drie plekken waaronder Pacha (de rechtbank begrijpt: Le Pacha). [396]
[betrokkene 4] verklaart op 14 januari 2017 dat hij die ochtend met een auto naar zijn woning aan de [adres] reed en een Skoda zag staan. [397] De Skoda reed, met alleen stadsverlichting aan, [398] even achter de auto aan waarin [betrokkene 4] zich bevond en parkeerde toen weer in. [399] [betrokkene 4] belde om 05:11 uur de politie [400] en toen de politie kwam aanrijden reed de Skoda met gedoofde lichten langs de auto waarin [betrokkene 4] zich bevond. [401] De politie reed met zwaailicht aan achter de Skoda aan. [402]
Op 14 januari 2017 omstreeks 14:45 uur treft de politie op de Achillesdreef in Utrecht een Audi Q5 aan, met het valse kenteken [kenteken] . [403] In deze Audi liggen drie flessen met naar benzine ruikende vloeistof en drie aanstekers. Het originele kenteken dat behoort bij de Audi is [kenteken] . [404] De Audi blijkt op 29 of 30 december 2016 te zijn gestolen. [405]
De rechtbank stelt gelet op bovenstaande berichten vast dat [medeverdachte 4] aan [verdachte] vraagt of de jongens van [verdachte] kunnen uitkijken naar [betrokkene 4] . Wederom ontbreken de antwoorden van [verdachte] , maar uit de berichten van [medeverdachte 4] maakt de rechtbank op dat hij informatie heeft gegeven aan [medeverdachte 4] . In het bijzonder het bericht van [medeverdachte 4] ‘Ok wat doen ze daar broertje?’ wijst daarop. [medeverdachte 4] geeft aan [verdachte] door dat [betrokkene 4] niet is aangetroffen. Later die nacht bericht hij [verdachte] dat [betrokkene 4] nog steeds niet is thuisgekomen. Uit de andere onderzoeksbevindingen blijkt dat [betrokkene 43] en [betrokkene 44] die nacht [betrokkene 4] opwachten in de omgeving van diens huis, met de bedoeling hem om het leven te brengen, maar zij slaan op de vlucht als de politie arriveert. Dit wordt bevestigd in de berichten. De avond van 14 januari 2017 stuurt [medeverdachte 4] een bericht van een derde door aan [verdachte] waarin staat dat [betrokkene 4] naar de politie is gegaan. Ook meldt [medeverdachte 4] aan [verdachte] dat de schutters zijn gepakt.
4.3.3.15 Loods in Landsmeer
Tijdens een doorzoeking van een loods aan het [adres] te Landsmeer op 7 februari 2017 worden onder meer acht auto’s aangetroffen, [406] die allemaal gestolen blijken te zijn. [407] In deze loods vindt de politie verder een kentekenbewijs van een Skoda Fabia met het kenteken [kenteken] . [408] Dat is het originele kenteken van de Skoda Fabia die met het kenteken [kenteken] door [betrokkene 44] en [betrokkene 43] werd gebruikt op 14 januari 2017. [409]
In de loods in Landsmeer wordt ook het originele kentekenbewijs (met het kenteken [kenteken] ) gevonden van de gestolen Audi Q5 die op 14 januari 2017 is aangetroffen op de Achillesdreef te Utrecht. [410]
Op het stuur van een Citroën in de loods wordt een DNA-mengprofiel gevonden (SIN-nummer AAKG2185NL#01), [411] dat matcht met het DNA-profiel van [medeverdachte 1] . Het gevonden mengprofiel is circa 15.000 keer waarschijnlijker als de bemonstering mede het DNA van [medeverdachte 1] bevat dan wanneer de bemonstering het DNA bevat van drie willekeurige onbekende personen. [412]
Ook worden in de loods vingerafdrukken van [medeverdachte 1] aangetroffen op een tas van de Action, op de dop van een verf-spuitbus zwart metallic en op een blikje Red Bull. [415]
De rechtbank stelt vast dat de door de schutters gebruikte Skoda en de Audi Q5, die kennelijk gebruikt zou worden als overstapauto, in verband kunnen worden gebracht met de loods in Landsmeer, waar het DNA van [medeverdachte 13] en [medeverdachte 1] wordt gevonden.
4.3.3.16 Aantreffen Seat Ibiza
Op 21 augustus 2017 treft de politie op de Martin Luther Kingstraat in Landsmeer twee gestolen Seat Ibiza’s aan, waarvan er één het valse kenteken [kenteken] heeft. Het originele kenteken van die Seat is [kenteken] . [416] Het kenteken [kenteken] is door ARS op 9 januari 2017 op de N200 (van Halfweg naar de snelweg A10) geregistreerd en door Vialis op 11 en 13 januari 2017 ’s nachts op de snelweg A10 in Amsterdam. De eigenaar van de Seat met dat (originele) kenteken verklaart die reisbewegingen niet te hebben gemaakt. [417]
In de loods in Landsmeer worden bij de bovengenoemde doorzoeking een kennisgeving van een bekeuring en drie parkeertickets op het kenteken [kenteken] (het originele kenteken van de Seat) aangetroffen. [418]
De rechtbank gaat ervan uit dat de Seat met het valse kenteken [kenteken] de Seat is die door de broer van [betrokkene 4] in de nacht van 11 op 12 januari 2017 wordt gezien op de Peetersdreef te Utrecht (waarbij hij aangeeft dat het kenteken begint met [kenteken] ).
Op de verstelgreep van de linker voorstoel van deze Seat wordt een DNA-profiel aangetroffen dat matcht met het DNA van [medeverdachte 1] . [419] De matchkans is kleiner dan één op één miljard. [420]
De rechtbank concludeert dat het DNA van [medeverdachte 1] zich op die verstelgreep bevindt.
4.3.3.17 Ontmoeting [medeverdachte 5] met [betrokkene 8]
[medeverdachte 5] verklaart dat hij op zaterdag (de rechtbank begrijpt: zaterdag 14 januari 2017) in Breukelen een ontmoeting had met [betrokkene 8] (hierna: [betrokkene 8] ). [medeverdachte 5] vertelde hem toen dat [medeverdachte 4] degene is die zijn neef heeft vermoord. [medeverdachte 5] verklaart dat [betrokkene 8] onder de indruk was en dat hij zei dat zij heel goed zijn met die man. [421]
[betrokkene 8] bevestigt tegenover de rechter-commissaris dat hij [medeverdachte 5] ontmoette in Breukelen en dat [medeverdachte 5] tijdens die ontmoeting heeft gezegd dat de groep van [medeverdachte 4] achter de liquidatie zit. [422] Ook verklaart hij dat hij tegen [medeverdachte 5] heeft gezegd dat zij geen problemen hebben met [medeverdachte 4] . [423]
[medeverdachte 4] stuurt op 14 januari 2017 twee doorstuurberichten aan [verdachte] , afkomstig van een zekere ‘new’. [424]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
19:11
[medeverdachte 4]
[verdachte]
new [01/14/2017 @ 8:6 Maar broer 1 probleem: een kk hoeren kind die die autos heeft geregeldt, heben me neefjes hem meegenomen. zegt autos heeft ie aan u verkocht dat. Je het weet heb neefjes gezegt, hou op met deze bullshit!
19:12
[medeverdachte 4]
[verdachte]
new [01/14/2017 @ 8:9 pm] Maar hij zei als je [medeverdachte 4] zegt dan ben ik weg.
Daarna stuurt [medeverdachte 4] aan [verdachte] een bericht door van een zekere ‘Riddle new’. [425]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
19:24
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Riddle new [01/14/2017 @ 8:24 pm]
[medeverdachte 5] heet die hond Ken je hem
Vervolgens schrijft [medeverdachte 4] het volgende aan [verdachte] . [426]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
19:26
[medeverdachte 4]
[verdachte]
U leest het
19:28
[medeverdachte 4]
[verdachte]
Hy weet ga iedereen van hem laten slapen als die my naam heeft genoemt grote heeft hem heeel goed gesproken en nu stiekem my naam noemen zieke honden
De rechtbank stelt vast dat [betrokkene 8] in zijn verklaring bevestigt dat [medeverdachte 5] tegenover hem de naam van [medeverdachte 4] heeft genoemd. De rechtbank leidt dit ook af uit de hiervoor aangehaalde doorstuurberichten van ‘new’, die gelet op de inhoud vermoedelijk afkomstig zijn van een lid van de familie [slachtoffer 2] . [medeverdachte 4] sprak in zijn berichten eerder over het invalide maken en het naar de hel sturen van [betrokkene 4] en hij is ook in de hier geciteerde berichten aan het woord. Hij krijgt een bericht binnen dat zijn naam is genoemd door ‘ [medeverdachte 5] ’, en dat ‘hij’ – kennelijk [medeverdachte 5] – het daarbij over ‘ [medeverdachte 4] ’ heeft. [medeverdachte 4] is boos dat zijn naam – ‘my naam’ – is genoemd. Deze gang van zaken onderstreept dat [medeverdachte 4] degene is die steeds onder dit account de opdrachtgever is van de voorgenomen moord op [betrokkene 4] .
4.3.4
Oordeel van de rechtbank
4.3.4.1 Betrouwbaarheid verklaringen van [medeverdachte 5]
De rechtbank overweegt inzake de betrouwbaarheid van de verklaringen van [medeverdachte 5] als kroongetuige inzake het zaaksdossier Roos/Doorn het volgende.
[medeverdachte 5] verklaart in zijn kluisverklaringen zeer gedetailleerd over de gebeurtenissen van januari 2017. Zoals uit het bovenstaande blijkt, worden die verklaringen op veel punten bevestigd door (pas later ontsleutelde) PGP-berichten. De verklaringen van [medeverdachte 5] vinden ook bevestiging in verklaringen van [betrokkene 36] over de geleverde Audi’s. Verder worden de verklaringen van [medeverdachte 5] bevestigd door de verklaring van [verdachte] over [betrokkene 4] die invalide gemaakt moet worden (ook al ontkent [verdachte] dat hem later is gemeld dat [betrokkene 4] vermoord moest worden) en over [medeverdachte 5] die aan [verdachte] doorgaf of hij [betrokkene 4] al dan niet zag in lounges, waarna [verdachte] die informatie doorgaf aan ‘de verzoeker’, waarvan de rechtbank vaststelt dat daarmee [medeverdachte 4] wordt bedoeld. De verklaring van [betrokkene 8] bevestigt dat [medeverdachte 5] aan hem de naam van [medeverdachte 4] als opdrachtgever van de moord heeft verteld. [medeverdachte 4] ’s reactie ondersteunt dit ook in de berichten die hij over [medeverdachte 5] aan [verdachte] heeft gestuurd, en waaruit de rechtbank begrijpt dat [medeverdachte 11] (‘grote’) goed met [medeverdachte 5] heeft gesproken, maar dat [medeverdachte 5] nu kennelijk (stiekem) toch [medeverdachte 4] ’s naam heeft genoemd. Als dat het geval is, dan heeft [medeverdachte 4] daar een duidelijk antwoord op: iedereen van hem gaat slapen.
Verder worden de verklaringen van [medeverdachte 5] ondersteund door andere onderzoeksbevindingen, zoals het aantreffen van kentekenplaten op de door [medeverdachte 5] genoemde plaats in de Vecht en de gevonden foto van [betrokkene 4] in de telefoon van [medeverdachte 5] . Ook de verklaring van [medeverdachte 5] dat er nog een ander spottersteam voor [medeverdachte 4] werkte, wordt – naast de berichten – ook bevestigd door zendmastgegevens en DNA-sporen.
Wezenlijke onjuistheden in de verklaringen van [medeverdachte 5] heeft de rechtbank niet aangetroffen in het zaaksdossier Roos/Doorn. Het gaat in geval van onjuistheden vooral om vergissingen die [medeverdachte 5] lijkt te maken over details, zoals kentekens of data waarop bepaalde gebeurtenissen plaatsvonden. Daarnaast is er één geval waar hij verklaart dat hij contact had met [verdachte] , terwijl uit de berichten blijkt dat dat contact (in de nacht van 10 op 11 januari 2017) met [medeverdachte 11] plaatsvond. Dit alles doet aan de betrouwbaarheid niet af.
De rechtbank concludeert dat de verklaringen van [medeverdachte 5] met betrekking tot het zaaksdossier Roos/Doorn betrouwbaar zijn.
4.3.4.2 Berust de moord op [slachtoffer 2] op een vergissing?
De verdediging bestrijdt dat buiten redelijke twijfel kan worden vastgesteld dat de moord op [slachtoffer 2] een vergismoord betreft. De rechtbank ziet dat anders. Hierboven heeft de rechtbank vastgesteld dat de opdracht om [betrokkene 4] te vermoorden van [medeverdachte 4] afkomstig is, dat er in de nacht van 10 op 11 januari 2017 een aanslag op [betrokkene 4] mislukt en dat [medeverdachte 5] in de avond van 11 januari 2017 op verzoek van [medeverdachte 4] naar [betrokkene 4] uitkijkt. Verder staat vast dat de moord op [slachtoffer 2] (in de daaropvolgende nacht) gepleegd wordt met behulp van een auto die is geleverd op verzoek van [medeverdachte 4] . De moord op [slachtoffer 2] wordt gepleegd bij de flat aan de [adres] waar [slachtoffer 2] en [betrokkene 4] beiden wonen, en kort voordat [betrokkene 4] daar aankomt. Dat sprake is van een vergissing wordt bevestigd door getuige A, die verklaart dat hij van [betrokkene 40] – de bestuurder van de auto – heeft gehoord dat de daders van de moord op [slachtoffer 2] de verkeerde hadden en dat zij daarom de dag na de moord terug moesten gaan. Dit laatste wordt ondersteund door het bericht van 13 januari 2017 om 02:39 uur waaruit blijkt dat de spotters te veel opvallen en daarom afstand moeten nemen van [betrokkene 4] . De rechtbank stelt vast dat de daders handelen ter uitvoering van de opdracht van [medeverdachte 4] om [betrokkene 4] om het leven te brengen, maar zij vergissen zich in de persoon als [slachtoffer 2] verschijnt en doden hem.
4.3.4.3 Rol van [verdachte]
verklaart dat hij van iemand die hij ‘de verzoeker’ noemt een verzoek krijgt om uit te kijken naar [betrokkene 4] en dat hij dat verzoek doorgeeft aan [medeverdachte 5] , die vervolgens naar [betrokkene 4] op zoek gaat. Volgens [verdachte] wordt hem verteld dat [betrokkene 4] een pak slaag moet krijgen, maar niet dat [betrokkene 4] vermoord zal worden. De rechtbank gaat daaraan voorbij, omdat zij vaststelt dat het PGP-account ezfk116w@pgpsafe.net door [verdachte] wordt gebruikt. Via dat account komt niet alleen het bericht binnen dat [betrokkene 4] invalide gemaakt moet worden, maar ook dat hij naar de hel zal gaan. De rechtbank wijst er verder op dat [medeverdachte 5] op 7 januari 2017, als hij de kleding van [betrokkene 4] heeft beschreven en het kenteken van diens auto heeft doorgegeven, aan [verdachte] vraagt: ‘Ok bro hell vandaag?’, wat aansluit bij de door [medeverdachte 4] gebruikte woorden. Op 9 januari 2017 laat [medeverdachte 4] in de berichten aan [verdachte] weten dat alles klaarstaat en hij de heads (schutters) erop af laat gaan. Op 14 januari 2017 vraagt [medeverdachte 4] aan [verdachte] of hij jongens kan laten meezoeken. Die dag moet [betrokkene 4] weg, waar hij ook is. Deze gaat hoe dan ook, zegt [medeverdachte 4] . Gelet op het voorgaande staat buiten redelijke twijfel dat [verdachte] op de hoogte was van het moordplan op [betrokkene 4] .
De rol van [verdachte] houdt het volgende in. [verdachte] heeft langere tijd intensief contact met [medeverdachte 4] over de voorgenomen moord op [betrokkene 4] . [medeverdachte 4] , de opdrachtgever van de moord, houdt [verdachte] ook op de hoogte van de voortgang. Uit de feitelijke vaststellingen volgt dat [verdachte] de verzoeken van [medeverdachte 4] doorgeeft aan [medeverdachte 5] , die zelf geen rechtsreeks contact heeft met [medeverdachte 4] . [medeverdachte 5] voert daarop de verzochte observaties op [betrokkene 4] uit en koppelt daarover terug aan [verdachte] . [medeverdachte 5] maakt foto’s van [betrokkene 4] ten behoeve van de schutters die hij aan [medeverdachte 11] stuurt. Nadat [verdachte] aan [medeverdachte 11] heeft uitgelegd dat [medeverdachte 4] die foto’s nodig heeft, stuurt [medeverdachte 11] ze aan hem door. Als [medeverdachte 5] niet meer beschikbaar is voor observatiewerk geeft [verdachte] nog steeds informatie door aan [medeverdachte 4] . Hij is daarom medeplichtig aan de voorbereiding van moord op [betrokkene 4] .
De foto’s van [betrokkene 4] zijn te beschouwen als voorbereidingsmiddel voor de voorgenomen moord op [betrokkene 4] , nu deze (in elk geval mede) bestemd zijn voor de uitvoering van die moord. [betrokkene 44] en [betrokkene 43] en hun medepleger(s) hebben verder de op 14 januari 2017 gecrashte Skoda Fabia met daarin een vuurwapen, munitie en flessen benzine en aanstekers, en de op de vluchtroute gevonden Kalasjnikov voorhanden gehad. Ook die voorbereidingsmiddelen zijn dus bewezen. Van de PGP-telefoons en de iPhone kan niet worden vastgesteld dat deze waren bedoeld om bij de liquidatie te gebruiken, dus deze worden niet als voorbereidingsmiddel bewezen verklaard.
De rechtbank is van oordeel dat evenmin sprake is van medeplegen van [verdachte] bij de uitvoering van de moord op [slachtoffer 2] . Zijn rol is daarvoor van onvoldoende gewicht. Zijn gedragingen zijn ondersteunend van aard en hij heeft geen betrokkenheid bij de uitvoering van de moord als zodanig, alleen bij de voorbereiding. Er is dus hoogstens sprake van medeplichtigheid.
Bijdrage aan moord op [slachtoffer 2]
De verdediging betoogt dat niet is gebleken van enige concrete bijdrage van [verdachte] aan de moord op [slachtoffer 2] . De rechtbank kan daar in zoverre in meegaan dat er geen handelingen van [verdachte] in het dossier voorkomen die rechtstreeks met de moord op [slachtoffer 2] in verband staan. Wel heeft [verdachte] handelingen verricht die dienstig waren voor de voorgenomen moord op [betrokkene 4] . De rechtbank moet beoordelen of de moord op [slachtoffer 2] aan [verdachte] is toe te rekenen.
Uit de gang van zaken zoals die hierboven is weergegeven volgt dat de moord op [slachtoffer 2] op een vergissing berustte. De bedoeling was om [betrokkene 4] , die naar de flat aan de [adres] onderweg was, bij aankomst te vermoorden, maar toen [slachtoffer 2] daar (iets eerder dan [betrokkene 4] ) aankwam heeft de schutter kennelijk aangenomen dat deze [betrokkene 4] was. Dat doet volgens vaste rechtspraak van de Hoge Raad aan het opzet van de schutter niet af, [427] maar de vraag is of dat anders ligt voor de medeplichtige. Daarbij wordt vooropgesteld dat ten aanzien van de medeplichtige bij de bewezenverklaring en kwalificatie moet worden uitgegaan van de door de dader verrichte handelingen, ook indien het opzet van de medeplichtige slechts was gericht op een deel daarvan. [428] In dit geval was het opzet van [verdachte] – naar mag worden aangenomen – grotendeels gelijk aan de door de schutter verrichte handelingen: de schutter heeft zich begeven naar de omgeving van de woning van [betrokkene 4] , heeft daar op hem gewacht en heeft het vuur geopend op een persoon die daar aankwam en waarvan de schutter meende dat deze [betrokkene 4] was. Dat het slachtoffer achteraf een ander bleek te zijn, maakt dat niet anders.
Een eventueel beperkter opzet van [verdachte] zou aan de orde kunnen komen bij de strafmaat, maar daaromtrent merkt de rechtbank nu reeds op dat ten minste sprake is van voorwaardelijk opzet op de dood van [slachtoffer 2] . Daartoe wordt het volgende overwogen.
De werkwijze ten aanzien van liquidaties door de criminele organisatie waar [verdachte] deel van uitmaakte was veelal dat de schutters (na een seintje van de spotters) klaar gingen staan om het slachtoffer te doden als deze op een bepaalde plaats arriveerde – zoals bij het verlaten of het binnengaan van diens woning. Die werkwijze moet [verdachte] ook duidelijk zijn geweest, gelet op zijn rol zoals die uit het dossier naar voren komt. De schutters moeten dan in uiterst korte tijd beslissen of een persoon die op de aangegeven plaats aankomt, het beoogde slachtoffer is of een derde – zoals in dit geval. Dat brengt het aanmerkelijke risico met zich mee dat abusievelijk een derde, die op het verkeerde moment op de verkeerde plaats is, het slachtoffer wordt. Ook dat moet [verdachte] duidelijk zijn geweest: het is een feit van algemene bekendheid dat het bij liquidaties voorkomt dat een ander dan het beoogde slachtoffer om het leven wordt gebracht. Gelet hierop gaat de rechtbank ervan uit dat [verdachte] het aanmerkelijke risico voor lief heeft genomen dat een derde zou worden vermoord.
De rechtbank beoordeelt de rol van [verdachte] als die van een medeplichtige. Bij de door hem gepleegde medeplichtigheidshandelingen heeft [verdachte] wel nauw en bewust samengewerkt met [medeverdachte 5] .
De rechtbank heeft vastgesteld dat [verdachte] na de moord op [slachtoffer 2] is doorgegaan met het aan [medeverdachte 4] doorgeven van informatie over [betrokkene 4] . Dit levert medeplichtigheid op aan voorbereiding tot moord op [betrokkene 4] .
4.4
Zaaksdossier 140 Sr (criminele organisatie)
4.4.1
Standpunten
Volgens het Openbaar Ministerie dient [verdachte] veroordeeld te worden voor kort gezegd deelneming aan een criminele organisatie die zich toelegde op het plegen van moorden.
De verdediging heeft vrijspraak bepleit.
4.4.2
Oordeel van de rechtbank
De basis van de beoordeling van de criminele organisatie bestaat grotendeels uit de conclusies van de rechtbank met betrekking tot de zaaksdossiers. In bijna alle gevallen komt de rechtbank tot bewezenverklaring van het medeplegen van [medeverdachte 4] . Van het medeplegen van de moord op [slachtoffer 5] (hierna: [slachtoffer 5] ) (een deel van het zaaksdossier Aker) wordt hij echter vrijgesproken. Ook volgt er vrijspraak in de zaaksdossiers Raspvijl en Plato. Bij de bespreking van het zaaksdossier Plato is echter overwogen dat de keuze in de tenlastelegging, waarbij alleen een poging tot moord op [betrokkene 7] (hierna: [betrokkene 7] ) ten laste is gelegd en niet (subsidiair) ook voorbereidingshandelingen voor die moord, daar de oorzaak van is. De rechtbank stelt wel vast dat [medeverdachte 4] met anderen betrokken is bij de voorbereiding van de moord op [betrokkene 7] . Bij de bespreking van de zaaksdossiers in de zaak van [medeverdachte 4] waar vrijspraak is gevolgd zijn wel de bewijsmiddelen weergegeven, omdat deze van belang zijn voor de beoordeling van de criminele organisatie.
Bij [medeverdachte 4] zijn – anders dan bij de andere verdachten – alle zaaksdossiers ten laste gelegd. De vaststellingen in de zaaksdossiers in de zaak tegen [medeverdachte 4] zijn in de strafzaak van de andere verdachten in het kader van de beoordeling van hun verdenking van deelname aan de criminele organisatie van belang. Ook zijn de overwegingen in de zaak tegen [medeverdachte 4] over de verdenking van het leidinggeven aan een moordorganisatie van belang. De vraag is immers of de andere verdachten (op enig moment) (mede) leiding hebben gegeven dan wel hebben deelgenomen aan die organisatie. De rechtbank zal daarom de besprekingen van de relevante zaaksdossiers uit het vonnis van [medeverdachte 4] met de daarin genoemde bewijsmiddelen als bijlage 3 voegen bij de vonnissen van zijn medeverdachten, voor zover deze zaaksdossiers niet in hun eigen vonnis worden besproken. In de vonnissen van alle verdachten wordt – ook als aan hen slechts deelname in een beperkte periode wordt verweten – de gehele overweging met betrekking tot [medeverdachte 4] ’s rol in de criminele organisatie weergegeven.
4.4.2.1 Juridisch kader artikel 140 Sr
Onder een organisatie als bedoeld in artikel 140 Sr moet worden verstaan een samenwerkingsverband tussen tenminste twee personen met een zekere duurzaamheid en structuur. Niet vereist is dat daarbij komt vast te staan dat elke deelnemer aan deze organisatie moet hebben samengewerkt met, althans bekend moet zijn geweest met alle andere deelnemers, of dat de samenstelling van het samenwerkingsverband steeds dezelfde is. [429]
Het oogmerk van de organisatie moet gericht zijn op het plegen van misdrijven. [430] Oogmerk op het plegen van één misdrijf is dus onvoldoende. Voor het bewijs van dat oogmerk komt betekenis toe aan misdrijven die in het kader van de organisatie reeds zijn gepleegd, aan het meer duurzaam of gestructureerde karakter van de samenwerking en, meer algemeen, aan de planmatigheid of stelselmatigheid van de met het oog op dit doel verrichte activiteiten van deelnemers binnen de organisatie. De mate van samenwerking kan blijken uit de onderlinge verdeling van werkzaamheden of onderlinge afstemming van activiteiten van deelnemers binnen de organisatie met het oog op het bereiken van het gemeenschappelijke doel van de organisatie. Het naaste doel dat wordt nagestreefd wordt daar ook onder begrepen. [431]
4.4.2.2 Gepleegde misdrijven
In de hierna volgende overwegingen zal de rechtbank vaststellen dat er sprake was van een criminele organisatie die zich bezig hield met moorden, waar [medeverdachte 4] leiding aan heeft gegeven.
In een periode van anderhalf jaar zijn [slachtoffer 3] , [slachtoffer 4] , [slachtoffer 1] , [slachtoffer 6] en [slachtoffer 2] vermoord. Daarnaast hebben in die periode moordpogingen plaatsgevonden op [slachtoffer 6] en [betrokkene 6] , zijn moorden voorbereid op [slachtoffer 5] , [betrokkene 7] , [betrokkene 4] , [betrokkene 5] , [betrokkene 2] en [betrokkene 1] en is een aanslag op de spyshop in Nieuwegein voorbereid. Er is rondom deze levensdelicten maar een deel van de PGP-communicatie boven water gekomen, maar uit de berichten die er wel zijn komt het beeld naar voren dat [medeverdachte 4] vanuit het buitenland voor, tijdens en na de liquidaties met een aantal vertrouwde contacten – die (delen van) de voorbereidingen en het nawerk in Nederland coördineerden – communiceerde. Zo blijkt bij de moord op [slachtoffer 3] in september 2015, de voorbereiding op de aanslag op de spyshop in dezelfde maand en de voorbereiding in januari 2016 van de moord op [slachtoffer 5] dat het [medeverdachte 3] is die in Nederland de mensen aanstuurt die daadwerkelijk handelingen verrichten. Vanaf 16 februari 2016 is [medeverdachte 3] echter gedetineerd voor zijn betrokkenheid bij de zaak Koper. Bij de moord op [slachtoffer 4] en de voorbereiding van de moord op [betrokkene 5] in april 2016 en de voorbereiding van de moord op [betrokkene 7] in december 2016 wordt die aansturende rol vervuld door een broer van [medeverdachte 4] , [betrokkene 10] . Bij de moord op [slachtoffer 1] in juni 2016 en de poging tot moord op [betrokkene 6] in oktober 2016 ligt de coördinatie (mede) bij [medeverdachte 11] . Voor zover zicht op de communicatie is verkregen wordt [medeverdachte 4] daarbij steeds gedetailleerd op de hoogte gehouden en is hij degene die beslist of er tot actie wordt overgegaan. In een aantal zaaksdossiers (Ster en Rudolf, voor zover het de aanslag op de spyshop betreft) geven de chats ook zicht op contacten met de uitvoerders, in de andere zaaksdossiers ontbreekt dat zicht. Wel blijkt uit diverse chats dat [medeverdachte 4] aangeeft dat hij contact met de schutters heeft. Uit de communicatie in de zaak Ster tussen [medeverdachte 4] en zijn broer [betrokkene 10] en in de zaak Kreta tussen [medeverdachte 4] en [medeverdachte 2] blijkt bovendien dat [medeverdachte 4] degene is die beslist over de (omvang van de) betalingen aan hen die een rol hebben bij een liquidatie. Voorts komt in de zaaksdossiers Ster en Kreta naar voren dat de organisatie mensen heeft die wapens beheren. Ook wordt er een continue voorraad gestolen auto’s met valse kentekens aangehouden.
4.4.2.3 Wagenpark
Dit laatste wordt bevestigd door de doorzoeking in een loods in Landsmeer aan het [adres] op 7 februari 2017, kort na de ten laste gelegde periode. In die loods worden acht gestolen auto’s met valse kentekens aangetroffen. In de loods worden DNA-sporen van [medeverdachte 1] , [medeverdachte 13] en [medeverdachte 6] gevonden. In de auto’s zijn documenten aangetroffen die horen bij de Seat Ibiza, de Audi A5, de Audi Q5 en de Skoda die in de zaken Roos/Doorn een rol hebben gespeeld. Bij de loods is bovendien op 2 december 2016 de Renault Clio gezien die een rol speelt in de zaken Zeilboot en Plato. Ook in april 2016 was er al sprake van een stalling voor gestolen auto’s. Dit blijkt uit PGP-berichten tussen [medeverdachte 13] en [medeverdachte 4] en [medeverdachte 13] en [medeverdachte 9] van 18 april 2016. [432]
4.4.2.4 Onderzoek Koper
De startdatum van de criminele organisatie die aan [medeverdachte 4] is ten laste gelegd is 1 juli 2015. Ter terechtzitting heeft het Openbaar Ministerie laten weten dat het oorspronkelijk de bedoeling was 16 juli 2015 als aanvangsdatum ten laste te leggen. De dag daarvoor – op 15 juli 2015 – zijn in het onderzoek Koper diverse verdachten aangehouden in verband met de voorbereidingen voor het plegen van een moord en het voorhanden hebben van een grote hoeveelheid wapens. De verdachten in Koper bleken te beschikken over twee gereedstaande gestolen snelle Audi’s met daarin petflessen met benzine, een grote hoeveelheid wapens, opnameapparatuur, bakens, PGP-telefoons, jammers en kentekens van politievoertuigen. In maart 2019 worden verdachte [betrokkene 16] en een aantal medeverdachten in hoger beroep tot lange gevangenisstraffen veroordeeld voor onder meer het voorbereiden van een moord en deelname aan een criminele organisatie gericht op het voorbereiden van moord. Deze organisatie wordt hierna ook aangeduid als de Kopergroep. Tot de veroordeelden behoort ook [medeverdachte 3] . Dat de Kopergroep voor [medeverdachte 4] werkte wordt in diverse bewijsmiddelen bevestigd. Direct nadat de Kopergroep is aangehouden blijkt uit de chats van [medeverdachte 4] met [medeverdachte 3] dat [medeverdachte 4] zich opwindt over de aanhoudingen, waarbij hij [medeverdachte 3] adviseert om ergens veilig te gaan zitten en aangeeft dat degenen die zijn aangehouden ‘top advos’ moeten krijgen. [433] Ook vermoedt hij dat niet alle wapens gevonden zijn en bespreekt hij met [medeverdachte 3] dat de wapens die er nog liggen zo snel mogelijk bij [medeverdachte 8] ondergebracht moeten worden. [434] Daarnaast blijkt uit de chats dat [medeverdachte 4] via de advocaten van de aangehouden verdachten probeert om aan informatie over de zaak te komen. [435] Bovendien voelt [medeverdachte 4] zich blijkens de chats verantwoordelijk voor de betaling van de advocaten en het onderhouden van de gezinnen van de aangehouden verdachten. [436]
Ook zijn er aanwijzingen dat de Kopergroep voor de aanhoudingen voor [medeverdachte 4] bezig was met de voorbereidingen van liquidaties die uiteindelijk in het kader van de zaak Marengo zijn onderzocht. Bij de doorzoeking van de woning van Koper-verdachte [betrokkene 45] op 15 juli 2015 is een SD-kaart aangetroffen met daarop drie filmpjes van [slachtoffer 5] . [437] Op 25 februari 2015 is [slachtoffer 5] – die uiteindelijk op 9 mei 2016 wordt vermoord (zie zaaksdossier Aker) – met anderen gefilmd bij de McDonald’s te Nieuwegein. Ook zijn in november 2014 gemaakte beelden van [slachtoffer 1] aangetroffen. [438] Daarnaast is er in juni 2015 een baken geplaatst onder de auto van [betrokkene 1] . Bij de doorzoeking op het verblijfadres van [betrokkene 16] is een PGP-toestel in beslag genomen waarop vijf foto’s, met tijdstempel 25 februari 2015, van [slachtoffer 5] zijn aangetroffen. Deze foto’s zijn genomen van een van de hiervoor genoemde filmpjes. [439] Foto’s van [slachtoffer 5] , waarvan één eveneens met tijdstempel 25 februari 2015, zijn ook aangetroffen op een in Ierland onder [betrokkene 12] op 7 april 2016 in beslag genomen PGP-toestel. [440] Uit het onder [betrokkene 16] in beslag genomen PGP-toestel zijn berichten naar voren gekomen waaruit blijkt dat hij tot zijn aanhouding regelmatig contact heeft met [medeverdachte 4] , onder meer over de voorbereiding van de liquidatie van [slachtoffer 5] . [441] Zie daarover uitgebreider de bespreking van het zaaksdossier Aker. Hierin komen ook PGP-berichten aan de orde tussen [medeverdachte 4] en [betrokkene 12] . Zij bespreken – zie de berichten van 30 maart 2016 om 01:04 uur en 01:02 uur [442] – dat [medeverdachte 4] , als [betrokkene 12] er niet meer is, gewoon door moet gaan ‘met die kk hoeren’ en dat dat een ‘levenstaak’ is geworden. Deze opmerkingen zijn – in de context van de andere chats – niet anders te duiden dan dat [medeverdachte 4] en [betrokkene 12] een (deels) gezamenlijke liquidatielijst hebben die ook als [betrokkene 12] wordt aangehouden, afgewerkt moet worden. Uit het onderzoek Rudolf komt naar voren dat de moord op [slachtoffer 3] en de voorgenomen aanslag op de spyshop een rechtstreeks gevolg zijn van de aanhoudingen en inbeslagnames in het onderzoek Koper, namelijk wraak voor de rol die de spyshop volgens [medeverdachte 4] en de zijnen gehad zou hebben bij het oprollen van de Kopergroep en een waarschuwing voor de toekomst. [443]
4.4.2.5 Aangetroffen administraties
Bij [betrokkene 46] – een van de Koper-verdachten – wordt bij een doorzoeking een financiële administratie aangetroffen. Hierin komen de namen ‘Boek , ‘Piet’ en ‘schoonzoon’ voor, de bijnamen van respectievelijk [betrokkene 16] , [medeverdachte 3] en [medeverdachte 8] . In deze administratie zijn inkomsten uit verdovende middelen en uitgaven met betrekking tot de aanschaf van wapens, bakens, PGP-telefoons en uitgaven voor ‘spotters’ en ‘hitters’ opgenomen. [444] Tijdens een pro formazitting in de zaak Koper op 14 januari 2016 is [medeverdachte 4] door [medeverdachte 3] op de hoogte gehouden van de ontwikkelingen op die zitting. [medeverdachte 3] kreeg deze informatie door van [medeverdachte 15] , die als publiek bij die zitting aanwezig was. In die berichtgeving wordt vermeld dat geprobeerd wordt een link te leggen tussen de inbeslaggenomen administratie en de liquidaties van [betrokkene 47] op 14 april 2014 en [betrokkene 48] op 1 december 2014. [445]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
10:17
[medeverdachte 3]
[medeverdachte 4]
------Origineel bericht------
Van: Brada bril
Aan: Eigen/own
Onderwerp:
Verzonden: 14 Jan 2016 10:07
Sir in die administratieboekje staan datum's waarneer dr hitters zijn uitbetaald!! En dat proberen ze te linken op [betrokkene 47] en [betrokkene 48] !! Op de datums dat hun zijn gevlamd staan ook betaal transactie's!!
In de Marengo-dataset bevindt zich een groot aantal chats, die eveneens een kasadministratie bevatten. [446] Hieruit blijkt dat [medeverdachte 3] , [medeverdachte 9] en [betrokkene 22] – een neef van [medeverdachte 4] – aan een broer van [medeverdachte 4] , [betrokkene 9] , verantwoording afleggen over de inkomsten en uitgaven en dat deze uiteindelijk rapporteert aan [medeverdachte 4] . Uit deze administratie leidt de rechtbank af dat er ook in de ten laste gelegde periode op grote schaal in verdovende middelen wordt gehandeld, dat de gedetineerde Koper-verdachten regelmatig geld krijgen en dat ook de kosten van de liquidatie van [slachtoffer 4] in deze administratie zijn verwerkt. [447] De Koper-administratie stopt op 15 juli 2015 en de in de Ennetcom-data aangetroffen administratie wordt voor het eerst zichtbaar op 9 augustus 2015. Uit de schrijfwijze van de beide administraties, de gebruikte termen, de namen van stempels van verdovende middelen en de namen van de deelnemers, leidt de rechtbank af dat de in de Ennetcom-data aangetroffen administratie een meeromvattende voortzetting is van de Koper-administratie. [448] Dit blijkt ook uit de volgende berichten van [betrokkene 9] aan [medeverdachte 3] van 16 juli 2015, de dag na de wapenvondst in het onderzoek Koper. [449]
Tijdstip
Verzender
Ontvanger
Bericht
17:01
[betrokkene 9]
[medeverdachte 3]
Goedemiddag sir. Kunt u mij de ijzerlijst sturen om te checken met wat ik heb?
17:07
[betrokkene 9]
[medeverdachte 3]
Ok sir, alvast bedankt. En kunt u ook aan mij doorgeven welke handel er aan schoonzoon is gegeven en wat er is gepakt en ook wat er eventueel aan cash is gepakt?
De rechtbank concludeert op grond van het bovenstaande dat de moordorganisatie van [medeverdachte 4] het werk van de Kopergroep, met grotendeels andere deelnemers, voortzet.
4.4.2.6 Verklaringen van [medeverdachte 5]
In het hoofdstuk over de kroongetuige en bij de bespreking van de afzonderlijke zaaksdossiers is al aandacht besteed aan de betrouwbaarheid van de verklaringen van [medeverdachte 5] . [medeverdachte 5] is uitgebreid verhoord over wat hij weet over [medeverdachte 4] en de mensen met wie [medeverdachte 4] samenwerkt. De rechtbank constateert daarbij dat hetgeen [medeverdachte 5] verklaart over de oorsprong van de criminele samenwerking tussen [medeverdachte 4] en een aantal medeverdachten – met name [medeverdachte 2] en [medeverdachte 11] – niet gebaseerd is op eigen ervaringen of waarnemingen, maar dat zijn kennis is gebaseerd op wat hij van anderen heeft gehoord of dat het interpretaties van hem zijn. Dit geldt ook voor zijn verklaringen die gaan over medeverdachten waar hij niet of nauwelijks mee is omgegaan. De bewijswaarde van die delen van zijn verklaringen is daarom beperkt.
De rechtbank heeft eerder in dit vonnis overwogen dat de (kluis)verklaringen van [medeverdachte 5] met name bewijswaarde hebben voor zover het gebeurtenissen betreft waar hij zelf bij betrokken is geweest. Dit betreft voornamelijk gebeurtenissen waarbij hij samenwerkte met [medeverdachte 11] , [verdachte] en (indirect) [medeverdachte 4] . Wat hij daarover verklaart wordt ondersteund door andere onderzoeksbevindingen, met name de grote hoeveelheid (pas later ontsleutelde) PGP-berichten. Deze onderbouwen ook zijn verklaring dat [medeverdachte 11] zijn eigen mensen onder zich had werken, waaronder [medeverdachte 5] zelf. [450] De omstandigheid dat [medeverdachte 5] veel medeverdachten niet kent (en zij ook zeggen hem niet te kennen) past bij zijn verklaring dat de leden van de organisatie alles proberen af te schermen en ervoor te zorgen dat iedereen zo min mogelijk van elkaar weet. [451] In de verklaringen van [medeverdachte 5] over de criminele organisatie heeft de rechtbank geen opzettelijke onjuistheden aangetroffen. Dat hij over een groot aantal situaties of mensen verklaart hoe hij denkt dat het zit, beperkt – zoals hiervoor al overwogen – de bewijswaarde van die delen van zijn verklaringen. Dit alles doet niet af aan de betrouwbaarheid van die verklaringen voor het overige. De rechtbank concludeert dat de verklaringen van [medeverdachte 5] inzake de criminele organisatie – met de hiervoor genoemde kanttekening – betrouwbaar zijn.
4.4.2.7 Conclusie ten aanzien van de criminele organisatie
Uit het voorgaande, gevoegd bij al hetgeen ten aanzien van de zaaksdossiers is overwogen, komt naar voren dat [medeverdachte 4] leiding gaf aan een organisatie die zich op professionele wijze bezighield met moorden. [medeverdachte 4] beschouwde een aantal mensen als vijanden of verraders die kennelijk koste wat het kost geliquideerd moesten worden. Slechts een aantal vertrouwde contacten die (een deel van) de organisatie rondom de liquidatie op zich namen had rechtstreeks contact met [medeverdachte 4] zelf. Liquidaties werden goed voorbereid door de beoogde slachtoffers vooraf, door middel van spotters, in beeld te brengen. Soms werden daar technische hulpmiddelen zoals bakens bij gebruikt. De voorraad gestolen auto’s met valse kentekenplaten en de voorraad wapens werden beheerd, op peil gehouden en er waren mensen verantwoordelijk voor het onderhoud. Ook werd de voorraad PGP-toestellen op peil gehouden en werden na een liquidatie de daarbij gebruikte toestellen uit de lucht gehaald. Ook werden sporen gewist, bijvoorbeeld door een ruimte schoon te maken, wapens in stukken te slijpen en auto’s in brand te steken. De organisatie had mensen tot haar beschikking om goederen (wapens, geld, auto’s) te halen of te brengen en diegenen die meehielpen werden betaald. Ook werd gebruikgemaakt van corrupte ambtenaren om informatie te krijgen.
Het oogmerk van de organisatie zag niet alleen op moord en de voorbereiding daarvan, maar – zoals ten laste gelegd – ook op het bezit van vuurwapens en munitie en op gekwalificeerde diefstal. Tot het oogmerk van de organisatie moet ook worden gerekend het naaste doel dat de organisatie nastreeft. Voor het plegen van liquidaties als de onderhavige is noodzakelijk, en daarmee oogmerk van de organisatie, dat tevens overtredingen van de Wet wapens en munitie worden begaan. De wijze waarop de liquidaties werden gepleegd, waarbij telkens gestolen auto’s werden gebruikt, impliceert verder dat gekwalificeerde diefstal eveneens een oogmerk van de organisatie was.
4.4.2.8 Deelname aan de criminele organisatie
Van deelneming aan een organisatie als bedoeld in artikel 140 Sr is slechts sprake als de verdachte behoort tot het samenwerkingsverband en een aandeel heeft in gedragingen, dan wel deze ondersteunt, die strekken tot of rechtstreeks verband houden met de verwezenlijking van het oogmerk van de organisatie. [452] In het bestanddeel ‘deelneming aan’ een organisatie als bedoeld in artikel 140 Sr ligt het opzet van de verdachte besloten. Voor ‘deelneming’ is voldoende dat de verdachte in zijn algemeenheid weet (in de zin van onvoorwaardelijk opzet) dat de organisatie het plegen van misdrijven tot oogmerk heeft. Niet vereist is dat de verdachte wetenschap heeft van een of meer concrete misdrijven die door de organisatie worden beoogd. [453] Ook hoeft de verdachte geen opzet op die concrete misdrijven te hebben. [454]
Bij [verdachte] wordt bewezen verklaard dat hij na de vermeende ontvoeringspoging van [medeverdachte 11] – op of kort voor 20 mei 2016 – medepleger is van de voorbereiding van de moord op [slachtoffer 1] en de broers [betrokkene 1] en [betrokkene 2] en dat hij uiteindelijk ook medepleger is van de moord op [slachtoffer 1] . Ook wordt bewezen verklaard dat hij medeplichtig is aan de voorbereiding van de moord op [betrokkene 4] en dat hij medeplichtig is aan de moord op [slachtoffer 2] . Dat betekent dat hij in mei en juni 2016 en in januari 2017 strafbare betrokkenheid had bij moorden dan wel moordplannen van de organisatie van [medeverdachte 4] . Een dergelijke betrokkenheid levert naar het oordeel van de rechtbank deelname aan deze criminele organisatie op.
Het dossier bevat geen bewijs dat [verdachte] voor bovengenoemde ontvoeringspoging op [medeverdachte 11] bij de moordorganisatie van [medeverdachte 4] betrokken is. In het dossier bevinden zich meerdere chats van [verdachte] met [medeverdachte 11] of [medeverdachte 12] van vóór deze datum. Deze chats [455] hebben weliswaar regelmatig een criminele context, bijvoorbeeld over geld en verdovende middelen, maar dat dit met [medeverdachte 4] te maken heeft kan de rechtbank niet vaststellen. Wel blijkt uit deze chats dat [verdachte] en [medeverdachte 12] , net als [medeverdachte 5] , ‘onder [medeverdachte 11] (de rechtbank begrijpt: [medeverdachte 11] ) vallen’. [456]
Het deelnemen van [verdachte] aan de criminele moordorganisatie van [medeverdachte 4] lijkt met name ingegeven door de omstandigheid dat zijn broer bijna ontvoerd was (of leek te zijn) door een andere criminele groepering. Daarbij houdt hij zich – zie de overwegingen in het zaaksdossier Kreta – tot de dag van de moord op [slachtoffer 1] enigszins op de achtergrond. Er vindt in de periode daarvoor binnen de criminele organisatie een hoeveelheid voorbereidingshandelingen plaats waar [verdachte] , voor zover uit de bewijsmiddelen blijkt, geen betrokkenheid bij heeft. Dit past ook wel bij het beeld dat [medeverdachte 4] heeft, namelijk dat [medeverdachte 11] zijn broertjes er niet bij wil betrekken. [457] De enige voorbereidingshandeling waar hij wel betrokkenheid bij heeft is het (door [medeverdachte 5] laten) regelen van een safehouse. Het beeld dat uit die periode naar voren komt is dat hij probeert om zelf op afstand te blijven van de moordplannen en een beroep doet op de loyaliteit van [medeverdachte 5] om de kastanjes uit het vuur te halen.
Het dossier bevat geen bewijs dat [verdachte] in de maanden daarna betrokken is bij de moordplannen van de organisatie van [medeverdachte 4] . Waar [medeverdachte 11] [medeverdachte 5] duidelijk wel bij deze plannen van [medeverdachte 4] betrekt als de moord op [betrokkene 6] voorbereid moet worden, speelt [verdachte] in het onderzoek Tennis alleen nadien op de achtergrond een rol. Hij neemt het geld van [betrokkene 6] , dat [medeverdachte 10] komt brengen en dat bestemd is voor [medeverdachte 4] ('s organisatie), in ontvangst en keert namens [medeverdachte 4] € 5.000,- uit aan [medeverdachte 5] voor het spotwerk op [betrokkene 6] . Dit wordt pas anders als hij in januari 2017 door [medeverdachte 4] wordt benaderd met het verzoek om naar [betrokkene 4] uit te kijken. Ook dan valt overigens op dat hij dit niet zelf gaat doen, maar (wederom) op de achtergrond blijft en [medeverdachte 5] inschakelt. [verdachte] is echter wel degene die [medeverdachte 5] aanstuurt en de communicatie met [medeverdachte 4] onderhoudt. Alles afwegend is de conclusie dat [verdachte] in de periode van 20 mei 2016 tot en met 14 januari 2017 heeft deelgenomen aan de moordorganisatie van [medeverdachte 4] . Hij zal worden vrijgesproken voor zover het de periode vóór 20 mei 2016 betreft. Ten bewijze van het deelnemen van de overige in de tenlastelegging genoemde personen zijn als bijlage 4 de bewijsoverwegingen ten aanzien van de medeverdachten opgenomen.
5.Bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de bewijsmiddelen bewezen dat [verdachte]
Ten aanzien van het in zaak A onder 1 subsidiair ten laste gelegde
[betrokkene 38] en [betrokkene 39] op 12 januari 2017 te Utrecht tezamen en in vereniging met anderen een ander, welke is gebleken [slachtoffer 2] te zijn, opzettelijk en met voorbedachten rade van het leven hebben beroofd door met een vuurwapen kogels in het lichaam van [slachtoffer 2] te schieten
tot het plegen van welk misdrijf verdachte op in de periode van 1 december 2016 tot en met 12 januari 2017 in Nederland tezamen en in vereniging met een ander opzettelijk behulpzaam is geweest en opzettelijk middelen en inlichtingen heeft verschaft door
- informatie te vragen en door te geven over de plek waar het beoogde slachtoffer (te weten: [betrokkene 4] ) zich bevond en
- foto’s te maken van het beoogde slachtoffer (te weten: [betrokkene 4] ) en voornoemde foto’s door te sturen en informatie te vragen en door te geven over hoe het beoogde slachtoffer (te weten: [betrokkene 4] ) eruit zag en
- informatie door te geven over met welk voertuig het beoogde slachtoffer (te weten: [betrokkene 4] ) zich verplaatste;
Ten aanzien van het in zaak A onder 2 ten laste gelegde
[betrokkene 44] en [betrokkene 43] op 14 januari 2017 te Utrecht tezamen en in vereniging met anderen ter voorbereiding van het misdrijf waarop naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van acht jaren of meer is gesteld, te weten moord op [betrokkene 4] , opzettelijk
- twee aanvalsgeweren (model Kalasjnikov) en
- tien kogelpatronen en
- een gestolen personenauto met vals kenteken en
- petflessen met een brandbare vloeistof en aanstekers en
- gegevensdragers houdende foto’s van [betrokkene 4] ,
bestemd tot het begaan van dat misdrijf, voorhanden hebben gehad
tot het plegen van welk misdrijf verdachte op tijdstippen gelegen in de periode van 1 december 2016 tot en met 14 januari 2017 in Nederland opzettelijk inlichtingen heeft verschaft, door informatie door te geven over de plek waar [betrokkene 4] zich bevond;
Ten aanzien van het in zaak B ten laste gelegde
in de periode van 20 mei 2016 tot en met 14 januari in Nederland heeft deelgenomen aan een organisatie, zijnde een samenwerkingsverband bestaande uit verdachte en (onder andere) [medeverdachte 4] en [medeverdachte 11] en [medeverdachte 5] en [medeverdachte 2] en [medeverdachte 8] en [medeverdachte 7] en [medeverdachte 9] en [medeverdachte 10] en [medeverdachte 13] en [medeverdachte 14] en [medeverdachte 15] en [medeverdachte 12] en [medeverdachte 1] en [medeverdachte 6]
welke organisatie tot oogmerk had het plegen van misdrijven, te weten:
- moord en
- gekwalificeerde diefstal en
- bezit vuurwapens en munitie;
Ten aanzien van het in zaak C onder 1 primair ten laste gelegde
op 22 juni 2016 te Utrecht, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen [slachtoffer 1] opzettelijk en met voorbedachten rade van het leven heeft beroofd door met vuurwapens kogels in het hoofd en de hals en de borst en elders in het lichaam van [slachtoffer 1] te schieten;
Ten aanzien van het in zaak C onder 2 primair ten laste gelegde
in de periode van 17 april 2016 tot en met 22 juni 2016 in Nederland tezamen en in vereniging met anderen ter voorbereiding van het misdrijf waarop naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van acht jaren of meer is gesteld, te weten moord op [slachtoffer 1] en [betrokkene 1] en [betrokkene 2] , opzettelijk
- vuurwapens en munitie en
- voertuigen, waaronder een gestolen voertuig met vals kenteken en
- woningen, bestemd als (tijdelijke) verblijfplaats voor de (mede)plegers van de moord op [slachtoffer 1] ,
bestemd tot het begaan van dat misdrijf, voorhanden heeft gehad.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten staan, zijn deze verbeterd. [verdachte] is hierdoor niet in de verdediging geschaad.
6.Strafbaarheid van de feiten
De bewezen geachte feiten zijn volgens de wet strafbaar. Het bestaan van een rechtvaardigingsgrond is niet aannemelijk geworden.
7.Strafbaarheid van verdachte
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van [verdachte] uitsluit. [verdachte] is dan ook strafbaar.
8.Motivering van de straf
8.1
Eis van het Openbaar Ministerie
Het Openbaar Ministerie heeft gevorderd dat [verdachte] voor de door hem bewezen geachte feiten zal worden veroordeeld tot een levenslange gevangenisstraf.
8.2
Standpunt van de verdediging
De verdediging heeft geen uitdrukkelijk strafmaatverweer gevoerd, maar heeft wel gewezen op het verschil tussen de eis tegen [verdachte] en de eis tegen [medeverdachte 5] . In de visie van de verdediging had tegen [medeverdachte 5] levenslang moeten worden geëist.
8.3
Oordeel van de rechtbank
De hierna te noemen strafoplegging is in overeenstemming met de ernst van het bewezen geachte, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van [verdachte] , zoals daarvan ter terechtzitting is gebleken.
De rechtbank heeft bij de keuze tot het opleggen van een vrijheidsbenemende straf en bij de vaststelling van de duur daarvan in het bijzonder het volgende laten meewegen.
8.3.1
Ernst van de feiten en persoon van de verdachte
De bewezen geachte criminele organisatie heeft onder leiding van [medeverdachte 4] in een periode van anderhalf jaar aan vijf mensen het leven ontnomen. Daarnaast heeft de organisatie twee mensen geprobeerd te vermoorden en de moord op zes mensen voorbereid. Ook is een aanslag op een spyshop voorbereid, waarbij het risico dat daar mensen aanwezig waren niet als belemmering werd gezien.
De opdrachten hiertoe werden gegeven door [medeverdachte 4] . Hij beschikte over leven en dood van iedereen die hem in zijn beleving hinderde. Criminele rivalen, mensen die (beweerdelijk) een schuld niet hadden afbetaald, mensen die (mogelijk) spraken met zijn vijanden of met de politie; zij liepen allemaal het risico om op een dodenlijst van [medeverdachte 4] te belanden. Het gemak waarmee [medeverdachte 4] besloot dat iemand dood moest is schokkend. De daarover door hem verzonden PGP-berichten laten niets aan de verbeelding over: doden uit wraak, ter afschrikking of waarschuwing, dan wel als boodschap aan degene die hij eigenlijk dood wilde maar die voor hem onvindbaar was. Daarbij zijn er nauwelijks aanwijzingen dat de leden van de organisatie morele bezwaren hadden tegen de terreur die van [medeverdachte 4] uitging. Als een lid al moeite had met een voorgenomen moord, dan zette hij zich daar meestal overheen en onttrok hij zich niet.
De organisatie ging professioneel te werk bij de voorbereiding en uitvoering van de moorden en het nadien uitwissen van de sporen. Er werden observatieteams ingezet om de gangen van de beoogde slachtoffers na te gaan en er werd een voorraad gestolen auto’s aangehouden en van valse kentekens voorzien ten behoeve van observaties en liquidaties. Informatie werd ook verkregen via corrupte ambtenaren. Verder werden wapens geregeld, uitgeprobeerd en gereinigd. De communicatie verliep via versleutelde e-mailberichten met PGP-toestellen en vaak via tussenpersonen, kennelijk om te voorkomen dat de betrokkenen zouden ontdekken wie er verder nog een rol speelden bij de moordplannen. Bij de uitvoering werd geprobeerd het slachtoffer te plaatsen, zodat een elders gereedstaand schuttersteam de moord uit kon voeren. Ook werd geprobeerd om slachtoffers te lokken. Er werd na afloop grote zorg besteed aan het laten verdwijnen van de gebruikte auto’s, wapens en PGP-toestellen.
Dit alles maakt de indruk van een professioneel moordbedrijf, dat er alles aan deed om de door [medeverdachte 4] opgedragen moorden succesvol uit te voeren en ontdekking te voorkomen. Er hebben zich verschillende situaties voorgedaan waarin het risico werd gelopen dat een ander dan de beoogde persoon werd vermoord. In één geval is dat ook daadwerkelijk gebeurd. De reacties daarop in de chats wijzen erop dat dat door de betrokkenen werd gezien als een bedrijfsrisico. Uit de onderlinge communicatie blijkt niet dat de betrokkenen hierdoor geschokt waren of gevoelens van schuld of schaamte hadden; men ging gewoon door met het plannen van de voorgenomen moord.
Er is zicht op de organisatie van [medeverdachte 4] gekomen doordat de kroongetuige zich uit angst voor zijn leven bij de politie heeft gemeld en is gaan verklaren, en door het beschikbaar komen van PGP-berichten. Het zijn met name deze berichten die duidelijk maken hoe nietsontziend de organisatie te werk ging. Het leed dat familieleden van de slachtoffers werd aangedaan speelde geen rol. In enkele gevallen waren jonge kinderen aanwezig toen hun vader werd doodgeschoten. Veelzeggend is dat geen van de nabestaanden en slachtoffers gebruik heeft willen maken van het hen toekomende spreekrecht of als benadeelde partij een vordering heeft ingediend. Daarmee is de angst die bij hen teweeg is gebracht door het meedogenloze geweld van de organisatie van [medeverdachte 4] zichtbaar. De vele aandacht van de media voor de zaak Marengo toont de maatschappelijke impact die de moordorganisatie op de samenleving heeft gehad. De schokkende omstandigheid dat tijdens het strafproces een broer, een raadsman en de vertrouwenspersoon van de kroongetuige zijn vermoord heeft de maatschappelijke impact van de zaak Marengo zonder enige twijfel vergroot. De zaak Marengo gaat echter niet over deze moorden en de verdachten in de zaak Marengo worden in die strafzaken (op dit moment) niet vervolgd. Deze moorden spelen dan ook geen rol bij het bepalen van de straffen.
De rechtbank heeft bij het bepalen van de straffen gekeken naar straffen die in andere moordzaken en zaken die zien op pogingen tot moord en voorbereiding van moord zijn opgelegd. Hoewel strafzaken zich moeilijk laten vergelijken, is er wel een ontwikkeling zichtbaar waarin steeds zwaarder gestraft wordt. De roep om vergelding vanuit de maatschappij wordt steeds luider. Het inzicht in het handelen van de zware criminaliteit – verkregen door de inhoud van PGP-berichten – draagt daar ook aan bij. Het opleggen van straffen dient bij te dragen aan de algemene preventie van strafbare feiten en daarom moet er afschrikkende werking van uitgaan. Ook in deze zaak wordt duidelijk gemaakt dat op deze ernstige vormen van nietsontziend, ontwrichtend geweld een stevige reactie van de strafrechter volgt. De rechtbank realiseert zich daarbij dat alleen zwaarder straffen het geweld niet kan stoppen en dat ook de hoogste straf het leed van de nabestaanden niet kan vergelden.
[verdachte] wordt veroordeeld voor – kort gezegd – het medeplegen van moord, medeplichtigheid aan moord, driemaal voorbereiding van moord, medeplichtigheid aan voorbereiding van moord en lidmaatschap van de hierboven beschreven criminele organisatie.
[verdachte] neemt over een periode van ongeveer negen maanden deel aan deze organisatie. Hij wordt in mei 2016 door [medeverdachte 11] geïnformeerd dat [betrokkene 2] , [betrokkene 1] en [slachtoffer 1] zullen worden vermoord. Hij krijgt ook kentekens van de auto’s van beoogde slachtoffers door, (mede) opdat hij hen in de gaten kan houden. Hij geeft [medeverdachte 5] kort voor de moord op [slachtoffer 1] een auto ten behoeve van diens observatiewerkzaamheden en observeert ook zelf [slachtoffer 1] tot het moment van de moord. Hij voert druk uit op [medeverdachte 5] om een safehouse voor de schutters te regelen. Na de moord op [slachtoffer 1] is [verdachte] ook nog betrokken bij het wegmaken van sporen. In januari 2017 heeft hij intensief contact met [medeverdachte 4] over de voorgenomen moord op [betrokkene 4] . Op verzoek van [verdachte] voert [medeverdachte 5] observaties uit en maakt [medeverdachte 5] foto’s van [betrokkene 4] ten behoeve van de schutters. [verdachte] is als medeplichtige tevens medeverantwoordelijk voor de (vergis)moord op [slachtoffer 2] . Opvallend is dat [verdachte] verklaart dat hij [betrokkene 4] kent en niet betrokken wil worden bij een actie tegen hem, terwijl hij er vervolgens geen problemen mee heeft als [medeverdachte 5] de observatie van [betrokkene 4] op zich neemt en hij – [verdachte] – de informatie van [medeverdachte 5] doorspeelt naar [medeverdachte 4] . Kennelijk weegt de eerdere relatie met [betrokkene 4] , en diens veiligheid, voor [verdachte] minder zwaar dan het verzoek van [medeverdachte 4] . Ook na de moord op [slachtoffer 2] , als [medeverdachte 5] gestopt is met uitkijken naar [betrokkene 4] , blijft [verdachte] informatie verstrekken aan [medeverdachte 4] over [betrokkene 4] .
De door [verdachte] (met anderen) gepleegde feiten hebben verschrikkelijk leed toegebracht aan de nabestaanden van de vermoorde slachtoffers, en hebben – naar de rechtbank aanneemt – tot grote angst geleid bij andere slachtoffers, toen zij daarvan op de hoogte raakten. [verdachte] neemt enige verantwoordelijkheid voor zijn rol bij de voorbereiding van de moord op [betrokkene 4] , hoewel hij ontkent op de hoogte te zijn geweest van het moordplan van [medeverdachte 4] . Dat doet hij echter niet als het gaat om de (vergis)moord op [slachtoffer 2] , terwijl die – zo heeft de rechtbank vastgesteld – het gevolg is van de actie op [betrokkene 4] . Ook bij de moord op [slachtoffer 1] en de voorbereiding van moord op hem en [betrokkene 1] en [betrokkene 2] laat hij geen gevoelens van spijt of medeleven zien.
Uit het Uittreksel Justitiële Documentatie betreffende [verdachte] blijkt dat hij op 8 juli 2016 is veroordeeld tot een taakstraf wegens mishandeling. Gelet daarop is artikel 63 Sr van toepassing. Ook is hij in 2012 veroordeeld tot een gevangenisstraf voor zware mishandeling. In 2006 is aan hem een voorwaardelijke gevangenisstraf en een werkstraf opgelegd voor poging tot zware mishandeling.
De rechtbank heeft bij het bepalen van de straf rekening gehouden met de straffen die aan de medeverdachten zijn opgelegd en hoe deze zich, mede gelet op ieders rol, tot elkaar verhouden. Gelet op het voorgaande acht de rechtbank in beginsel een gevangenisstraf van achtentwintig jaren passend.
8.3.2
Redelijke termijn
Als uitgangspunt heeft te gelden dat een behandeling ter terechtzitting dient te zijn afgerond met een eindvonnis binnen zestien maanden. Van dit uitgangspunt kan worden afgeweken als sprake is van bijzondere omstandigheden. Deze bijzondere omstandigheden kunnen zijn gelegen in de ingewikkeldheid van de zaak, de invloed van de verdachte en zijn raadsman op het procesverloop en de wijze waarop de zaak door de bevoegde autoriteiten is behandeld. De rechtbank is van oordeel dat in deze zaak sprake is van zeer bijzondere omstandigheden.
Mede als gevolg van de verdenking van deelneming aan een criminele organisatie is de zaak tegen [verdachte] buitengewoon ingewikkeld te noemen, in de eerste plaats door de omvang van de zaak. De zaak Marengo is aangevangen met een eerste zitting in maart 2018 met twee verdachten – [medeverdachte 5] en [verdachte] – en uiteindelijk uitgegroeid tot een proces tegen zeventien verdachten en een zeer omvangrijk dossier. [medeverdachte 4] is op 18 december 2019 overgedragen door de VAE en [medeverdachte 11] is in december 2021 uitgeleverd door Colombia. Zij zijn pas toen ze in Nederland waren in persoon aan het proces gaan deelnemen.
Het politiedossier in de zaak Marengo betreft zes moorden, twee pogingen tot moord en vijf voorbereidingen van moord. In totaal bevat het politiedossier tienduizenden pagina’s. Verder is er in deze zaak sprake van een kroongetuige, die niet alleen heeft verklaard over de afzonderlijke zaaksdossiers, maar ook over de criminele organisatie waar alle verdachten lid van zouden zijn geweest. Daarmee zijn de verklaringen van de kroongetuige in de zaken van alle verdachten van belang. Daarnaast bevat het dossier een zeer grote hoeveelheid ontsleutelde berichten uit PGP-toestellen, die inzicht geeft in de verschillende zaaksdossiers en ook in de verhouding tussen de vermoede leden van de criminele organisatie. De samenhang tussen de verschillende zaken brengt mee dat het los van elkaar behandelen van de zaken van verschillende verdachten tot weer nieuwe complicaties zou leiden. De rechtbank heeft daar niet voor gekozen. Dat betekent dat de grootte van de totale zaak Marengo – zowel voor wat betreft het aantal feiten als het aantal verdachten – voor de rechtbank een gegeven is. Dat geldt daarmee ook in de zaken van de verdachten met een minder omvangrijke verdenking of met weinig of geen onderzoekswensen.
De rechtbank heeft steeds als dat kon de zaken van de verdachten gelijktijdig behandeld, maar daarnaast heeft ook een groot aantal zittingen plaatsgevonden waarbij slechts de zaak van één verdachte aan de orde was. Ook het debat op de zitting was zeer uitgebreid. Zo bedraagt het requisitoir meer dan 800 pagina’s, terwijl de pleitnota’s van de raadslieden samen meer dan 3.000 pagina’s omvatten. Thans wordt in alle zaken op dezelfde dag vonnis gewezen.
De gehele procedure heeft lang geduurd, maar dat is niet te wijten aan een talmend Openbaar Ministerie of aan een gebrek aan inzet van opsporingscapaciteit. Wel was er sprake van beperkte beschikbaarheid van De Bunker of een vergelijkbare beveiligde zittingszaal en heeft ook de complexiteit van het plannen van zittingen – gelet op het grote aantal procespartijen – een rol gespeeld bij de vertraging. De omvang en complexiteit van de zaak is echter de hoofdoorzaak van de lange duur van het proces. Daarbij was veel tijd nodig om de onderzoekswensen van de verdediging te inventariseren, te beoordelen en hieraan uitvoering te geven. Aanvankelijk heeft vooral de rechter-commissaris daarbij regie gevoerd, maar uiteindelijk heeft ook bij de rechtbank een groot aantal regiezittingen plaatsgevonden. Op verzoek van (vooral) de verdediging hebben vele getuigenverhoren bij de rechter-commissaris plaatsgevonden en hebben meerdere verhoren van de kroongetuige daarnaast ook ter terechtzitting plaatsgevonden. De keuze van het Openbaar Ministerie om de zaak aan te vangen en verdachten aan te houden en te dagvaarden op een moment dat er nog geen einddossier was – en het dossier dat er wel was, zeer summier was – beschouwt de rechtbank vanwege de reeks van feitelijke gebeurtenissen als een begrijpelijke en noodzakelijke keuze. [medeverdachte 5] was immers in september 2017, op basis van ander bewijs dan zijn eigen verklaringen, als verdachte in de zaak Roos aangehouden. Na het sluiten van de kroongetuigenovereenkomst op 27 december 2017 mocht hij niet meer zwijgen over zijn eigen rol en de rollen van anderen. Bovendien had hij verklaard over een nog actieve moordorganisatie en werd [verdachte] – vermeend lid van die organisatie – neergeschoten en in het ziekenhuis opgenomen. Omdat er, los van de kluisverklaringen, bewijs tegen [verdachte] bestond in de zaak Roos/Doorn was zijn aanhouding – en daarmee de start van de zaak Marengo – onvermijdelijk. Dat er op dat moment nog lang geen afgerond dossier was heeft echter wel zijn weerslag gehad op de duur van het proces. Pas in mei 2019 – anderhalf jaar na de eerste aanhouding – konden de rechtbank en de verdediging beschikken over de overeenkomst met de kroongetuige en de door hem afgelegde verklaringen. Pas toen kon gestart worden met de zeer complexe, niet in de zaken van alle verdachten gelijk oplopende, regievoering. Enige vertraging is verder ontstaan door de uitbraak van Covid. Ook het feit dat, nadat eerst een broer van de kroongetuige, ook een van zijn advocaten en zijn vertrouwenspersoon gedurende het proces zijn vermoord, heeft tot vertraging geleid. Op meerdere momenten is de kroongetuige van rechtsbijstand verstoken geweest. Het feit dat de advocaat van [medeverdachte 4] is aangehouden en gedetineerd tijdens de procedure, waardoor ook hij enige tijd geen rechtsbijstand heeft gehad, heeft ook tot vertraging geleid.
De rechtbank acht vanwege al deze bijzondere omstandigheden een redelijke termijn van vier jaren voor de zaken van alle verdachten in Marengo gerechtvaardigd.
De rechtbank is van oordeel dat in deze zaak de aanvangsdatum van de redelijke termijn moet worden gesteld op 18 december 2017, de datum waarop [verdachte] in verzekering is gesteld. Dit betekent dat de redelijke termijn in de zaak van [verdachte] met twee jaren en ruim twee maanden is overschreden. De Hoge Raad handelt bij een overschrijding van de redelijke termijn van meer dan een jaar naar bevind van zaken. De rechtbank zal hiermee rekening houden door de gevangenisstraf met een jaar te matigen.
8.3.3
Wet straffen en beschermen
Met ingang van 1 juli 2021 is de Wet straffen en beschermen in werking getreden. De voorwaardelijke invrijheidstelling is op grond van die wet thans geregeld in artikel 6.2.10 Sv (nieuw). De periode waarin een veroordeelde via een voorwaardelijke invrijheidstelling kan werken aan zijn resocialisatie is (bij gevangenisstraffen van meer dan twee jaren) net als in de oude regeling een derde van de opgelegde straf, maar die periode kan onder de nieuwe wet niet langer zijn dan twee jaren. De wet bevat geen overgangsbepaling zodat de regeling onmiddellijke werking heeft, in die zin dat op vonnissen van na 1 juli 2021 het nieuwe regime van toepassing is.
In de vorige paragraaf is door de rechtbank geoordeeld dat een redelijke termijn van vier jaren voor alle zaken in Marengo gerechtvaardigd is. Verder heeft de rechtbank vastgesteld dat de redelijke termijn voor [verdachte] is aangevangen op 18 december 2017. De strafzaak had dus op 18 december 2021 moeten zijn afgedaan door de rechtbank.
De rechtbank gaat ervan uit dat de strafzaak van [verdachte] niet vóór de ingangsdatum van de Wet straffen en beschermen zou zijn afgedaan als de redelijke termijn niet was overschreden. Bij die stand van zaken is er naar het oordeel van de rechtbank geen aanleiding om rekening te houden met de oude wettelijke v.i.-regeling.
8.3.4
Conclusie
Alles afwegend zal de rechtbank aan [verdachte] een gevangenisstraf van zevenentwintig jaren opleggen.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat aan de verdachte voorwaardelijke invrijheidstelling wordt verleend als bedoeld in artikel 6.2.10 Sv.
9.Beslag
Onder [verdachte] zijn de volgende voorwerpen in beslag genomen:
[beslagcode] -001 / 433932
Omschrijving: nokia gsm wit Imei 013709000604885
Omschrijving: nokia gsm wit Imei 013709000604885
[beslagcode] .01.001 /434927
Omschrijving: paar schoenen /sneakers, merk LANVIN, kleur donkerblauw.
3. [beslagcode] .01.001.01
Omschrijving: GTStar/ mini gsm witte GTStar mini gsm met laadsnoer aangetroffen..
4. BR003.01 / 618058
Omschrijving: Nokia TA-1010 gsm kleur wit en Lebara simkaart nummer 83466706U, Inei356005083653476 AAJU3100NL
Omschrijving: Nokia TA-1010 gsm kleur wit en Lebara simkaart nummer 83466706U, Inei356005083653476 AAJU3100NL
5. BR003.02 / 618077
Omschrijving: lichtgrijze IPhone 10 (iphone X) AALG6790NL
Omschrijving: lichtgrijze IPhone 10 (iphone X) AALG6790NL
6. BR003.03 / 618078
Omschrijving: zwarte Apple IPhone 7 AALG6791NL
Omschrijving: zwarte Apple IPhone 7 AALG6791NL
9.1
Standpunten
Voor de standpunten en de toelichting daarop van het Openbaar Ministerie wordt verwezen naar bijlage 5.
De verdediging heeft zich niet uitgelaten over het beslag.
9.2
Oordeel van de rechtbank
Het Openbaar Ministerie heeft ten aanzien van de onder 1, 4, 5 en 6 genoemde voorwerpen (primair) gevorderd dat deze worden gedeponeerd voor het bewijs. Het deponeren van voorwerpen voor het bewijs is een beslissing die de rechtbank niet kan nemen, omdat hier geen wettelijke grondslag voor is. De rechtbank kan inbeslaggenomen voorwerpen verbeurd verklaren, onttrekken aan het verkeer, bewaren ten behoeve van de rechthebbende of de teruggave daarvan aan de rechthebbende gelasten.
Het onder 1 genoemde voorwerp betreft een van de telefoons die in beslag is genomen toen [verdachte] in het ziekenhuis werd aangehouden. Voor zover de rechtbank bekend is niet gebleken dat de telefoon data bevat die voor het onderzoek relevant zijn. De rechtbank overweegt dat deze telefoon geen relatie heeft met een strafbaar feit waarvoor [verdachte] in dit vonnis wordt veroordeeld. Dat betekent dat dit voorwerp in deze procedure niet verbeurd kan worden verklaard of kan worden onttrokken aan het verkeer. De rechtbank zal daarom de teruggave aan [verdachte] gelasten van het onder 1 genoemde voorwerp.
Nadat [verdachte] in de penitentiaire inrichting in Leeuwarden is geplaatst werd bij de invoering van zijn fouillering door het personeel in de schoenzool van een paar sneakers (voorwerp 2) een verborgen compartiment ontdekt met daarin een mini telefoon met een oplaadsnoer (voorwerp 3). De mini telefoon bevat, voor zover bij de rechtbank bekend, geen data die voor het onderzoek relevant zijn. De rechtbank overweegt dat deze mini telefoon geen relatie heeft met een strafbaar feit waarvoor [verdachte] in dit vonnis wordt veroordeeld. Dit geldt eveneens voor de geprepareerde sneakers. Dat betekent dat deze voorwerpen in deze procedure niet verbeurd verklaard kunnen worden of kunnen worden onttrokken aan het verkeer. Niet bekend is wie de eigenaar is van de mini telefoon met oplaadsnoer en de sneakers. De rechtbank zal daarom de bewaring ten behoeve van de rechthebbende gelasten van de onder 2 en 3 genoemde voorwerpen.
De onder 4, 5 en 6 genoemde voorwerpen zijn telefoons. De onder 4, 5 en 6 genoemde telefoons bevatten voor zover bekend geen data die voor het onderzoek relevant zijn. De rechtbank overweegt dat deze telefoons geen relatie hebben met een strafbaar feit waarvoor [verdachte] in dit vonnis wordt veroordeeld. Dat betekent dat deze voorwerpen in deze procedure niet kunnen worden verbeurd verklaard of kunnen worden onttrokken aan het verkeer. De rechtbank zal daarom de teruggave aan [verdachte] gelasten van de onder 4, 5 en 6 genoemde voorwerpen.
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
De op te leggen straf is gegrond op de artikelen 46, 47, 48, 49, 56, 57, 63, 140 en 289 van het Wetboek van Strafrecht.
De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissingen.
11.Beslissingen
De rechtbank:
Verklaart het in zaak A onder 1 primair ten laste gelegde niet bewezen en spreekt [verdachte] daarvan vrij.
Verklaart bewezen dat [verdachte] het in zaak A onder 1 subsidiair en 2 ten laste gelegde, het in zaak B ten laste gelegde en het in zaak C onder 1 primair en 2 primair ten laste gelegde heeft begaan zoals hiervoor in hoofdstuk 5 is vermeld.
Verklaart niet bewezen wat aan [verdachte] meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt [verdachte] daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert op:
Ten aanzien van het in zaak A onder 1 subsidiair bewezen verklaarde
medeplegen van medeplichtigheid aan het medeplegen van moord;
Ten aanzien van het in zaak A onder 2 bewezen verklaarde
medeplichtigheid aan het medeplegen van voorbereiding van moord;
Ten aanzien van het in zaak B bewezen verklaarde
deelneming aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van misdrijven;
Ten aanzien van het in zaak C onder 1 primair bewezen verklaarde en het in zaak C onder 2 primair (ten aanzien van [slachtoffer 1] ) bewezen verklaarde
voortgezette handeling van het medeplegen van voorbereiding van moord en het medeplegen van moord;
Ten aanzien van het in zaak C onder 2 primair (ten aanzien van [betrokkene 1] en [betrokkene 2] ) bewezen verklaarde
medeplegen van voorbereiding van moord.
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte,
[verdachte], daarvoor strafbaar.
[verdachte], daarvoor strafbaar.
Veroordeelt [verdachte] tot een
gevangenisstraf van 27 (zevenentwintig) jaren.
gevangenisstraf van 27 (zevenentwintig) jaren.
Beveelt dat de tijd die door veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van die straf in mindering gebracht zal worden.
Gelast de teruggave aan [verdachte]van:
1. [beslagcode] -001 / 433932
Omschrijving: nokia gsm wit Imei 013709000604885
4. BR003.01 / 618058
Omschrijving: Nokia TA-1010 gsm kleur wit en Lebara simkaart nummer
83466706U, Inei356005083653476 AAJU3100NL
83466706U, Inei356005083653476 AAJU3100NL
5. BR003.02 / 618077
Omschrijving: lichtgrijze IPhone 10 (iphone X) AALG6790NL
Omschrijving: lichtgrijze IPhone 10 (iphone X) AALG6790NL
6. BR003.03 / 618078
Omschrijving: zwarte Apple IPhone 7 AALG6791NL
Gelast de bewaring ten behoeve van de rechthebbendevan:
2. [beslagcode] .01.001 /434927
Omschrijving: paar schoenen /sneakers, merk LANVIN, kleur donkerblauw.
3. [beslagcode] .01.001.01
Omschrijving: GTStar/ mini gsm witte GTStar mini gsm met laadsnoer aangetroffen..
:
Dit vonnis is gewezen door
[rechter 1] , voorzitter,
[rechter 2] en [rechter 3] , rechters,
in tegenwoordigheid van [griffier 1] en [griffier 2] , griffiers
en van [rechter 4] , rechter in de zin van artikel 6, derde lid, van de Wet RO,
en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 27 februari 2024.