Uitspraak
eisende partijen in conventie in de hoofdzaak,
1.De procedure
- de dagvaarding van 7 februari 2024;
- de incidentele vordering ex artikel 843a Rv, tevens houdende de conclusie van antwoord in conventie en van eis in reconventie;
- de conclusie van antwoord in het incident, tevens houdende de conclusie van repliek in conventie en van antwoord in reconventie;
- de conclusie van dupliek in conventie en van repliek in reconventie,
- de conclusie van dupliek in reconventie, tevens akte uitlating productie.
2.2. De feiten
3.De vordering en het verweer in de hoofdzaak en in het incident
4.4. Beoordeling van de vorderingen in de hoofdzaak en in het incident
Dexia stelt dat het gegeven beleggingsadvies naar het destijds geldende Europese recht niet vergunningplichtig was. In het vonnis van de rechtbank Overijssel van 22 juni 2021 (ECLI:NL:RBOVE:2021:2548), dat heeft geleid tot de hiervoor genoemde prejudiciële beslissing van de Hoge Raad van 10 juni 2022, heeft de rechtbank toegelicht, onder verwijzing naar een arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 15 oktober 2019 (ECLI:NL:GHARL:2019:8462), dat en waarom geen sprake is van strijd met het toepasselijke Europese recht. Er is geen reden om thans anders te oordelen. De Hoge Raad heeft, zoals (de gemachtigden van) partijen bekend is, bepaald dat het moet gaan om een gepersonaliseerde aanbeveling, waarbij een aantal omstandigheden zijn genoemd, die bij de beoordeling daarvan van belang kunnen zijn. Ook indien niet wordt vastgesteld dat die omstandigheden zich voordoen, bestaat de mogelijkheid dat de tussenpersoon toch een gepersonaliseerde aanbeveling heeft gedaan als door de Hoge Raad bedoeld, namelijk een aanbeveling die is voorgesteld als geschikt voor de betrokken afnemer ook als dat onder omstandigheden als een ‘verkooppraatje’ kan worden gekarakteriseerd.
Bij de beoordeling of de stellingen voldoende concreet en onderbouwd zijn en of het verweer voldoende gemotiveerd is weegt mee dat beide partijen al zeer lange tijd – in elk geval sinds de opt-out door [eisers] c.s. in 2007 – weten dat over de totstandkoming van de overeenkomsten en de afwikkeling daarvan een gerechtelijke procedure gevoerd zal (kunnen) worden, zodat van hen verlangd mag worden de voor hun procespositie relevante informatie en stukken te hebben verzameld en bewaard.
[eisers] werd in 2001 ongevraagd telefonisch benaderd door een medewerker van de Financiële Advies Federatie. De medewerker vroeg of [eiser 1] interesse had in een vrijblijvend adviesgesprek met een financieel adviseur. Omdat [eiser 1] zijn financiële voorzieningen wilde doornemen met een adviseur, is hij akkoord gegaan met een huisbezoek. [eiser 2] was bij alle huisbezoeken aanwezig. Tijdens het eerste huisbezoek heeft de adviseur van de Financiële Advies Federatie, [naam 1] (hierna: adviseur [naam 1] ), geïnformeerd naar de financiële situatie en de financiële wensen van [eisers] c.s. Adviseur [naam 1] heeft onder andere de financiële voorzieningen van [eisers] c.s. zoals het pensioen en een spaarplan bekeken tijdens het huisbezoek. Het viel adviseur [naam 1] op dat [eisers] c.s. geen financiële voorzieningen had voor de 'middellange' termijn. [eisers] c.s. had echter de wens om de studie van zijn kind te bekostigen en een buffer op te bouwen voor de kosten voor de eventuele vervanging van of aanpassingen aan het meubilair en de apparatuur in de woning. Adviseur [naam 1] gaf aan hier een geschikt product voor te hebben en adviseerde [eisers] c.s. om twee AEX Plus Effect producten van Bank Labouchere afte sluiten. Eén overeenkomst kon hij dan aanwenden voor de studie van zijn kind en de ander kon hij gebruiken als extra buffer op de middellange termijn. Na de beoordeling van de maandelijkse inkomsten stelde adviseur [naam 1] voor om twee AEX Plus Effect overeenkomsten met een totale maandelijkse inleg van NLG 200,- (afzonderlijk NLG 100,-) af te sluiten. [eisers] c.s. is hiermee akkoord gegaan. Met de overeenkomsten zou [eisers] c.s. zijn doelstellingen gegarandeerd kunnen realiseren. De adviseur liet aan de hand van rekenvoorbeelden in een folder zien dat [eisers] c.s. aanzienlijk vermogen zou opbouwen met de AEX Plus Effect producten. Deze rekenvoorbeelden hielden geenszins rekening met tegenvallende koersresultaten. Met deze producten werd namelijk belegd in het stabiele, rendabele AEX. Adviseur [naam 1] heeft de folder meegenomen, waardoor [eisers] c.s. de folder niet in de procedure kan overleggen. De adviseur heeft zorggedragen voor de aanvraag van de overeenkomsten. Tijdens een tweede huisbezoek heeft [eisers] c.s. de overeenkomsten ondertekend.
ATP1064,
- een tweetal kopieën van de overeenkomsten van 9 februari 2001 met contractnummers 23100350 en 23100349 op naam van [eisers] c.s., beide genaamd ‘AEX Plus Effect Maandbetaling 20 jaar’ en voorzien van het adviseursnummer:
ATP01064-Financiële Advies Federatie B.V.,
- een kopie van het in Den Haag ondertekende aanvraagformulier van 22 oktober 2001 op naam van [eiser 1] , betreffende het Capital Effect product met een maandbetaling van NLG 100,-, waarop handgeschreven de gegevens van [eiser 1] zijn ingevuld, onder vermelding van ‘ [naam 2] ’ bij ‘Naam adviseur’, voorzien van het logo van Spaar Select, een stempel met de tekst:
SPAAR SELECT.(…).BOSKOOP(…).en het adviseursnummer:
ATP012,
- een kopie van de overeenkomst van 26 oktober 2001 met contractnummer 24501868 op naam van [eiser 1] , genaamd ‘Capital Effect Maandbetaling 20 jaar’ en voorzien van een stempel met de tekst:
SPAAR SELECT.(…).BOSKOOP(…).en het adviseursnummer:
ATP01012-Spaar Select B.V.,
- een kopie van een algemene brochure van Financiële Advies Federatie B.V., waarin te lezen is:
‘(…).Wat kan de Financiële Advies Federatie FAF voor u doen?
€ 135,00