Eiseres voert aan dat aan de hand van de bankafschriften die aan verweerder door de
bank zijn overgelegd, dan wel door eiseres zelf zijn verstrekt, het recht op bijstand over de
periode vanaf 2012/2013 kan worden vastgesteld. Zij stelt onder meer dat zij wel eens wat
heeft gewonnen met gokken en dat de bedragen uit de bankafschriften zouden moeten
blijken. Daarbij heeft het gokken haar meer gekost dan opgeleverd. Ten aanzien van de
inkomsten uit Marktplaats voert eiseres aan dat het gaat om kleine bedragen en dat er
bovendien geen sprake is van bedrijfsmatige handel in (merk)kinderkleertjes, of handel op
grote schaal. Ten aanzien van de verschillende auto’s die op naam van eiseres hebben
gestaan stelt zij dat deze zijn betaald door haar moeder, maar dat het oude modellen betrof
van geringe waarde. De auto’s waren voor eigen gebruik. Ten aanzien van de contante
stortingen voert eiseres aan dat het grotendeels leningen betreffen die zij met haar moeder is
aangegaan. De inschrijving in de Kamer van Koophandel (KvK) betreft een bedrijf dat zij
wilde opstarten, maar nooit van de grond is gekomen. Er bleek al een ander bedrijf met
dezelfde naam te bestaan. De bankafschrijving ten behoeve van een vakantie was een gift
van haar moeder.