dhr. prof. mr. F. Ibili

De zaak betreft de toepassing van Pools recht op bestuurdersaansprakelijkheid in een internationale context, waarbij het hof de vordering van eiser naar Nederlands recht beoordeelt, wat in cassatie ter discussie staat.

De zaak betreft de bevoegdheid van de rechter om reiskosten voor een omgangsregeling van een minderjarige te bepalen. De moeder betwist de beslissing van het hof dat kosten gedeeld moeten worden.

Aanvullende conclusie over vergoedingsrecht in huwelijksvermogensrecht na echtscheiding, met focus op investeringen in woning.

Cassatie over ondertoezichtstelling van een minderjarige wegens langdurig schoolverzuim en bijkomende omstandigheden. Ouders betwisten eerlijk proces en de noodzaak van de maatregel.

Cassatie over de afwikkeling van de nalatenschap van ouders en de vraag of er sprake is van ongerechtvaardigde verrijking tussen broers en zussen.

De zaak betreft de vraag of de Nederlandse rechter rechtsmacht heeft om kennis te nemen van een vordering tot negatieve verklaringen voor recht tussen EHG-NL en Volkswagen, met betrekking tot een geschil over leveringen van auto-onderdelen.

De zaak betreft de afwikkeling van het huwelijksvermogensregime van voormalige echtgenoten en de vraag of een voorhuwelijkse schuld van de vrouw aan de man als gemeenschapsschuld moet worden aangemerkt.

De zaak betreft de uitleg van een finaal verrekenbeding in huwelijkse voorwaarden en de vraag of de verkoopopbrengst van de onderneming van de man als aanbrengst ten huwelijk geldt. Het hof oordeelt dat de dividenduitkering niet buiten de finale afrekening valt, wat leidt tot cassatie.

De zaak betreft een verzoek tot terugverhuizing van minderjarigen van [plaats 1] naar [plaats 2]. De rechtbank wees het verzoek van de vrouw af, maar het hof bepaalde dat zij uiterlijk op 1 augustus 2024 moet terugverhuizen binnen 10 kilometer van de man.

Cassatie over partneralimentatie en behoeftebepaling onder de Wet herziening partneralimentatie, met vragen over de hofnorm en de mogelijkheid van verlenging van de alimentatietermijn.

De zaak betreft de vernietiging van gewijzigde huwelijkse voorwaarden op basis van misbruik van omstandigheden, waarbij het hof oordeelt dat de man misbruik heeft gemaakt van de zwakke positie van de vrouw.

Het hof heeft het hoger beroep van de vader afgewezen en gelast de terugkeer van de minderjarige naar Spanje, met afgifte door de vader uiterlijk op 10 juni 2024.

Het hof schorst de uitvoerbaarheid bij voorraad van de bruidsgave en matigt de dwangsom naar € 2.500,-, maar handhaaft de verplichting van de man om mee te werken aan de echtscheiding.

Het hof wijst het verzoek tot teruggeleiding van de minderjarige naar Polen af op basis van artikel 13 lid 1 sub b van het Haags Kinderontvoeringsverdrag, vanwege de mentale gezondheid van de moeder en het risico voor de minderjarige.

Het hof heeft de verzoeken van de man tot erkenning van een Syrisch huwelijk en geboorteakten afgewezen, maar benoemt een bijzondere curator voor de minderjarigen.

Het hof bekrachtigt de beschikking en wijst het verzoek van de vader tot omgang af, gezien de complexe situatie van de minderjarige en de draagkracht van de moeder.

Het Gerechtshof Den Haag verklaart zich onbevoegd in een zaak over ouderlijke verantwoordelijkheid, waarbij de gewone verblijfplaats van de minderjarigen in Marokko ligt.

Gerechtshof Den Haag bekrachtigt echtscheiding en toepasselijkheid van Iraans recht op huwelijksvermogensregime tussen man (Nederlands) en vrouw (Afghaans).

Het Gerechtshof Den Haag bekrachtigt het vonnis van de rechtbank Rotterdam en oordeelt dat het huwelijksvermogensregime van partijen wordt beheerst door Nederlands recht, met gezag van gewijsde van een eerdere beschikking.

Het hof bekrachtigt de teruggeleiding van twee kinderen naar Polen, ondanks de bezwaren van de vader over mishandeling. De vader's beroep wordt afgewezen.

Het hof bekrachtigt de teruggeleiding van vijf minderjarigen naar Frankrijk, ondanks het hoger beroep van de moeder. De vader heeft zijn gezag daadwerkelijk uitgeoefend en de weigeringsgronden van de moeder zijn verworpen.

Het Gerechtshof Den Haag verklaart zich als noodforum internationaal bevoegd en spreekt de echtscheiding uit tussen de man en de vrouw, die zonder bekende verblijfplaats is.

Hoger beroep over de afwikkeling van het gemeenschappelijke vermogen van samenwoners zonder overeenkomst. Vrouw vordert betaling van € 70.540,05; man vordert vernietiging van het vonnis. Hof oordeelt dat de vrouw recht heeft op € 35.851,72 en € 332,38 voor gemeenschappelijke lasten.

Hoger beroep over de bruidsgave naar Iraans recht; vraag of betaling in geld mogelijk is. Deskundigenonderzoek door IJI benoemd.

Hoger beroep inzake internationale kinderontvoering en aanhechting van een spiegelovereenkomst. Het hof verklaart de afspraken in het belang van de minderjarige en hecht de overeenkomst aan de beschikking.

Hoger beroep over de teruggeleiding van een minderjarige naar Brazilië. Het hof bekrachtigt de eerdere beschikking en gelast terugkeer uiterlijk op 18 december 2023.

Hoger beroep over de kwalificatie van huwelijksgoederengemeenschap versus eenvoudige gemeenschap in een internationale context, met afwijzing van de vorderingen van de man in incidenteel appel.

Het Gerechtshof Den Haag erkent op 15 november 2023 de geslachtsnaamwijziging van drie verzoekers uit Zwitserland op basis van analoge toepassing van artikel 10:24 BW.

Het hof vernietigt de eerdere beschikking en wijst het verzoek van de vader tot teruggeleiding van de kinderen naar Israël af, omdat de gewone verblijfplaats in Nederland is vastgesteld.

Het hof verklaart de vrouw niet-ontvankelijk in haar hoger beroep en de Nederlandse rechter internationaal onbevoegd in de echtscheidingsprocedure, gezien de eerder aanhangige Poolse procedure.

Het hof heeft het hoger beroep van de moeder toegewezen en de teruggeleiding van de minderjarigen naar Algerije afgewezen, gezien hun verzet en de ondragelijke toestand bij scheiding.

Hoger beroep over de afgifte van gouden sieraden en Turks huwelijksvermogensrecht. Het hof bekrachtigt de afwijzing van de vordering van de vrouw en compenseert de proceskosten.

Het hof vernietigt eerdere beschikkingen, bevestigt rechtsmacht Nederlandse rechter, en stelt partneralimentatie op nihil. Vrouw moet man schadevergoeding betalen.

Het Gerechtshof Den Haag heeft op 8 augustus 2023 uitspraak gedaan over de verdeling van de huwelijksgoederengemeenschap tussen een man en een vrouw na hun echtscheiding, waarbij het hof de verkoop van onroerende zaken heeft gelast en de proceskosten heeft gecompenseerd.

Het hof bekrachtigt de afwijzing van het verzoek tot teruggeleiding van de minderjarige naar Spanje, oordelend dat de vader zijn gezagsrecht niet daadwerkelijk uitoefende. De minderjarige blijft bij haar moeder in Nederland.

Hoger beroep over de verdeling van de ontbonden huwelijksgemeenschap en activa van een eenmanszaak. Het hof bekrachtigt de eerdere beschikking en compenseert de proceskosten.

Het hof bekrachtigt de beschikking van de rechtbank Den Haag en wijst het verzoek van de vader om eenhoofdig gezag af, o.a. omdat de minderjarige al vier jaar bij de moeder in Polen verblijft.

Het hof bekrachtigt de beschikking van de rechtbank en gelast de teruggeleiding van de minderjarige naar Frankrijk, uiterlijk op 15 augustus 2023.

Het Gerechtshof Den Haag bekrachtigt het vonnis van de rechtbank, oordelend dat de Nederlandse rechter geen rechtsmacht heeft over de gezagskwesties van de kinderen die in Marokko verblijven.

Het hof heeft de bestreden beschikking van de rechtbank vernietigd en de Nederlandse rechter internationaal onbevoegd verklaard in een gezagskwestie over een minderjarige die in Frankrijk verblijft.

Hoger beroep over echtscheiding en bruidsgave tussen Iraans echtpaar; peildatum voor verdeling gewijzigd naar 1 november 2020.

Het hof bekrachtigt de beslissing van de rechtbank dat de gecertificeerde instelling het gezag over de minderjarige uitoefent voor haar aanmelding bij een onderwijsinstelling, in het belang van continuïteit van onderwijs.

Het hof oordeelt dat de verkoop van sieraden door een erfgenaam zonder instemming van de andere erfgenaam onrechtmatig is en bekrachtigt het eerdere vonnis van de rechtbank.

Hoger beroep over kinderalimentatie en verdeling van huwelijksgemeenschap. Het hof bevestigt de kinderalimentatie en wijzigt de peildatum voor bankrekeningen. Vrouw moet man betalen voor verkoop auto.

Het hof heeft de onderbewindstelling van de rechthebbende opgeheven, omdat de noodzaak niet langer bestaat. De rechthebbende kan zijn financiën zelfstandig beheren met hulp van zijn dochter.

Het hof bekrachtigt de teruggeleiding van de kinderen naar België zonder voorwaarden, ondanks verzet van de moeder. Uiterlijk op 12 juni 2023 moeten de kinderen teruggebracht worden.

Het hof heeft de machtiging voor een schenking van € 257.500,- geweigerd, omdat er geen schenkingstraditie is aangetoond en de rechthebbende niet in staat was toestemming te geven.

Het hof heeft de procedure voortgezet als verzoekschriftprocedure en een bijzondere curator benoemd in de zaak van de vernietiging van de erkenning door de biologische vader.

Het hof oordeelt dat de vrouw recht heeft op de helft van het vermogen van de man en op een bruidsgave van € 13.794,-, gebaseerd op de huwelijkse voorwaarden in Iraans recht.

Hoger beroep over de opeisbaarheid van de bruidsgave onder Iraans recht. Het hof bekrachtigt de veroordeling tot betaling van 114 Bahar Azadi gouden munten aan de vrouw.