ECLI:NL:CRVB:2025:761
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- W.F. Claessens
- J.T.H. Zimmerman
- D.H. Harbers
- Rechtspraak.nl
Intrekking en terugvordering van bijstand wegens schending van de inlichtingenverplichting door online gokactiviteiten
In deze zaak gaat het om de intrekking en terugvordering van bijstand van appellanten, die sinds 1 februari 2016 bijstand ontvingen op basis van de Participatiewet. Het dagelijks bestuur van de Uitvoeringsorganisatie Baanbrekers heeft vastgesteld dat appellanten online gokactiviteiten hebben verricht zonder dit te melden, waardoor hun recht op bijstand niet kon worden vastgesteld. Appellanten hebben betoogd dat zij met de door hen verstrekte documenten, waaronder bankafschriften en een gokoverzicht, voldoende bewijs hebben geleverd om aan te tonen dat zij recht hebben op bijstand. De Raad voor de Rechtspraak heeft echter geoordeeld dat de verstrekte informatie niet voldoende is om het recht op bijstand vast te stellen, omdat het gokoverzicht geen compleet beeld geeft van de gokactiviteiten. De Raad heeft ook geoordeeld dat er geen dringende redenen zijn om van terugvordering af te zien, ondanks de claims van appellanten over gokverslaving en psychische klachten. De rechtbank heeft het beroep van appellanten tegen het bestreden besluit ongegrond verklaard, en de Raad heeft deze uitspraak bevestigd. De beslissing houdt in dat de intrekking en terugvordering van de bijstand in stand blijft, en appellanten krijgen geen vergoeding voor hun proceskosten.