ECLI:NL:HR:2025:1651
Hoge Raad
- Cassatie
- Rechtspraak.nl
Cassatie over betalingsonmacht bij griffierecht en actualisering richtlijnen
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 7 november 2025 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die was ingesteld door belanghebbende, vertegenwoordigd door C.D. Bartelds, tegen de Staatssecretaris van Financiën. De zaak betreft een beroep op betalingsonmacht met betrekking tot het griffierecht in een belastingzaak. Belanghebbende had in 2024 cassatie ingesteld tegen een uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 21 mei 2024, waarin een aanslag in de inkomstenbelasting voor het jaar 2016 werd behandeld. De Hoge Raad heeft de richtlijnen voor de behandeling van een beroep op betalingsonmacht geactualiseerd, waarbij belanghebbende verplicht is om actuele gegevens en bewijsstukken te overleggen die zijn financiële situatie onderbouwen. De Hoge Raad oordeelde dat het beroep op betalingsonmacht niet gehonoreerd kon worden, omdat belanghebbende niet aannemelijk had gemaakt dat zijn netto-inkomen onder de bijstandsnorm lag. De Hoge Raad heeft de klachten over de uitspraak van het Hof beoordeeld en deze niet gegrond verklaard, waardoor de uitspraak van het Hof in stand bleef. De Hoge Raad heeft geen veroordeling in de proceskosten uitgesproken en verklaarde het beroep in cassatie ongegrond.