Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Het verloop van de procedure in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep
- de memorie van grieven
- de memorie van antwoord
- de akte uitlaten producties van Dexia
- de antwoordakte van de afnemer.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 27 mei 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep over de effectenleaseovereenkomsten tussen Dexia Nederland B.V. en een afnemer. De afnemer had hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Overijssel, waarin Dexia onrechtmatig werd bevonden jegens de afnemer. De kern van de zaak draait om de vraag of de tussenpersoon, die de effectenleaseovereenkomsten tot stand heeft gebracht, vergunningplichtig advies heeft gegeven aan de afnemer, en of Dexia hiervan op de hoogte was of had moeten zijn. De afnemer vorderde schadevergoeding van Dexia, terwijl Dexia een verklaring voor recht vroeg dat zij aan haar verplichtingen had voldaan. Het hof oordeelde dat Dexia wist of moest weten dat de tussenpersoon de afnemer had geadviseerd zonder de benodigde vergunning, en dat Dexia daardoor onrechtmatig had gehandeld. Het hof bekrachtigde het vonnis van de kantonrechter en veroordeelde Dexia tot betaling van de proceskosten van de afnemer. De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheden van financiële instellingen bij het aangaan van overeenkomsten via tussenpersonen en de noodzaak van vergunningen voor advisering.