ECLI:NL:GHAMS:2025:2183
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Effectenlease en de zorgplicht van Dexia in het kader van onaanvaardbare financiële lasten
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Amsterdam is behandeld, gaat het om drie leaseovereenkomsten die de afnemer met Dexia Nederland B.V. heeft afgesloten. De afnemer is niet verschenen in de procedure. De centrale vraag in hoger beroep is of Dexia bij de eindafrekening de resterende termijnen in rekening had mogen brengen en wat de afnemer nog aan Dexia dient te betalen uit hoofde van de restschuld. De zaak is ontstaan uit een eerder vonnis van de kantonrechter in Amsterdam, waarin Dexia werd veroordeeld tot schadevergoeding wegens schending van de (precontractuele) zorgplicht. Het hof heeft vastgesteld dat de leaseovereenkomsten moeten worden aangemerkt als overeenkomsten van koop op afbetaling en dat er geen sprake is van dwaling of misbruik van omstandigheden. Het hof heeft de grieven van Dexia afgewezen en het bestreden vonnis vernietigd, behoudens de kostenveroordeling. Dexia is veroordeeld tot betaling aan de afnemer van een bedrag dat volgt uit een berekening, en de afnemer is veroordeeld tot betaling van een restschuld van € 9.350,20 aan Dexia, vermeerderd met wettelijke rente. Het hof heeft de kosten van het geding in hoger beroep aan Dexia opgelegd, die als de overwegend in het ongelijk gestelde partij wordt beschouwd.