ECLI:NL:GHARL:2024:4643

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
12 juli 2024
Publicatiedatum
15 juli 2024
Zaaknummer
21-003611-22
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl

Uitspraak

Afdeling strafrecht
Parketnummer: 21-003611-22
Uitspraak d.d.: 12 juli 2024
TEGENSPRAAK
Verkort arrestvan de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof Arnhem- Leeuwarden , zittingsplaats Leeuwarden , gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Noord-Nederland van 17 augustus 2022 in de in eerste aanleg gevoegde strafzaken, parketnummers 18-750038-20 en 18-730001-21, tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1979,
wonende te [postcode] [plaats] , [adres] .
Het hoger beroep
De verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van het hof van 5, 9, 12 en 16 februari 2024 en 12 juli 2024 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422 van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaten-generaal, strekkende tot bewezenverklaring van alle tenlastegelegde feiten en veroordeling van verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van vier jaren, met aftrek van de tijd die verdachte in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht. Ten aanzien van het beslag is gevorderd om de auto ( [merk] [kenteken] ) en de woning (adres: [adres] te [plaats] ) verbeurd te verklaren. Deze vordering is na voorlezing aan het hof overgelegd.
Het hof heeft verder kennisgenomen van hetgeen door verdachte en zijn raadsvrouw, mr. G.L.P. Biesmans, naar voren is gebracht.
Het vonnis waarvan beroep
Verdachte is bij vonnis van de rechtbank Noord-Nederland van 17 augustus 2022 ter zake van alle tenlastegelegde feiten veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van vier jaren, met aftrek van de tijd die verdachte in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht. Daarnaast is beslist op het beslag.
Het hof zal het vonnis waarvan beroep vernietigen en opnieuw rechtdoen.
De tenlastelegging
Aan verdachte is - na wijziging van de tenlastelegging ter terechtzitting in eerste aanleg - tenlastegelegd dat:
Zaak met parketnummer 18-750038-20:
1.
ZD-07 hij in of omstreeks de periode van 22 juni 2019 tot en met 11 oktober 2019 in [pleegplaats] en of [pleegplaats] en/of [pleegplaats] , in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, te weten het opzettelijk uitvoeren van 140 kilo, althans (een) gro(o)t(e) hoeveelhe(i)d(en) amfetamine (speed), een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet, (bestemd voor Finland) voor te bereiden en/of te bevorderen, tezamen en in vereniging met één of meer anderen, zich en/of een of meer anderen gelegenheid en/of inlichtingen tot het plegen van dat/die feit(en) heeft getracht te verschaffen (sub 2)
en/of voorwerpen en/of vervoermiddelen en/of stoffen en/of gelden en/of andere betaalmiddelen voorhanden heeft/hebben gehad, waarvan verdachte en/of verdachtes mededader(s) wist(en) of ernstige redenen had(den) te vermoeden, dat dat/die bestemd was/waren tot het plegen van dat/die feit(en) (sub 3)
immers heeft verdachte, tezamen en in vereniging met zijn mededader(s)
- meermalen contact gehad via encrotelefoon(s) en/of - ontmoetingen gehad in [pleegplaats] (in de [locatie] ) en/of in [pleegplaats] en/of in [pleegplaats] (in de [locatie] ) om te overleggen over de de uitvoer van 140 kilo speed naar Finland en/of
- ( een) encryptietelefoon(s) voorhanden gehad om te communiceren over uitvoer van 140 kilo speed naar Finland en/of
- een geldbedrag van 78.000 of een deel daarvan voorhanden gehad dat bestemd was voor de financiering van de uitvoer van 140 kilo speed naar Finland;
2.
ZD-08 hij in of omstreeks de periode van 24 maart 2019 tot en met 2 maart 2020 in [pleegplaats] en/of [pleegplaats] en/of [pleegplaats] en/of [pleegplaats] en/of [pleegplaats] en/of elders in Nederland en in Thailand, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, om een feit bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, te weten het opzettelijk buiten het grondgebied van Nederland te brengen, in de zin van artikel 1 lid 5 van de Opiumwet en/of te bereiden, bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken en/of vervoeren van 300 kilo, althans (een) gro(o)t(e) hoeveelhe(i)d(en) cocaïne en/of (meth)amfetamine (speed, ice) en/of MDMA, althans in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet, bestemd voor Australië, voor te bereiden en/of te bevorderen, tezamen en in vereniging met zijn mededader(s) zich en/of een of meer anderen gelegenheid en/of inlichtingen tot het plegen van dat/die feit(en) heeft getracht te verschaffen (sub 2)
en/of voorwerpen en/of vervoermiddelen en/of stoffen en/of gelden en/of andere betaalmiddelen voorhanden heeft/hebben gehad, waarvan verdachte en/of verdachtes mededader(s) wist(en) of ernstige redenen had(den) te vermoeden, dat/die bestemd was/waren tot het plegen van dat/die feit(en) (sub 3)
immers heeft verdachte, tezamen en in vereniging met zijn mededader(s)
- meerdere ontmoetingen/gesprekken/overleggen gehad in (onder meer) Thailand en/of [pleegplaats] (in de [locatie] ) en/of in [pleegplaats] (bij de [locatie] ) en/of in [pleegplaats] en/of in [pleegplaats] en/of
- meermalen telefonisch contact gehad en encrypted berichten verstuurd per encrypted telefoon met één of meerdere partijen over de invoer van harddrugs naar Australië en/of over de aanbetaling daarvoor en/of
- per handgeschreven briefje met een achttal vragen inlichtingen gevraagd en/of
- ( een) encryptietelefoon(s) om te communiceren over de uitvoer van hard drugs naar Australië voorhanden gehad en/of
- een handgeschreven briefje met vragen over het opzetten van een transportlijn voor hard drugs naar Australië, voorhanden gehad;
3.
ZD-11 hij in of omstreeks de periode 3 januari 2018 tot en met 2 maart 2020 in [pleegplaats] en/of [pleegplaats] ,in de gemeente [gemeente] en/of [pleegplaats] en/of [pleegplaats] , in elk geval in Nederland en in Finland en in Thailand, heeft deelgenomen aan een organisatie, bestaande uit een samenwerkingsverband van natuurlijke personen, te weten [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 3] , [medeverdachte 4] , [medeverdachte 5] , [medeverdachte 6] en [medeverdachte 7] , welke organisatie tot oogmerk heeft het plegen van misdrijven namelijk:
- het buiten en/of binnen het grondgebied van Nederland brengen en/of het bereiden en/of bewerken en/of verwerken en/of vervaardigen en/of vervoeren en/of leveren en/of verkopen en/of afleveren en/of verstrekken van (een) middel(en) als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, strafbaar gesteld in artikel 2 sub a en/of 2 sub b en/of sub c en of sub d van de Opiumwet en/of
- het plegen van strafbare voorbereidingshandelingen als bedoeld in artikel 10a van de Opiumwet en/of
- witwassen als bedoeld in artikel 420bis en/of 420ter en/of 420quater van het Wetboek van Strafrecht;
4.
ZD-12 en ZD-17 hij in of omstreeks de periode van 13 april 2019 tot en met 8 november 2019, in [pleegplaats] , gemeente [gemeente] en/of [pleegplaats] , althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, geldbedragen, te weten
- op of omstreeks 13 april 2019 een bedrag van ongeveer 100.000 euro en/of
- in of omstreeks de periode van 21 oktober 2019 tot en met 30 oktober 2019 een bedrag van ongeveer 5000 euro en/of
- op of omstreeks 8 november 2019 een bedrag van ongeveer 34.800 euro
heeft verworven, voorhanden heeft gehad, heeft overgedragen terwijl hij wist dat die voorwerpen geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk of middellijk - afkomstig waren uit enig misdrijf en hij van het plegen van dit feit een gewoonte heeft gemaakt;
5.
ZD-26 hij op of omstreeks 02 maart 2020 te [pleegplaats] , gemeente [gemeente] , in zijn woning aan de [adres] (in de zakken van zijn jas aan de kapstok) een wapen van categorie III, onder 1 van de Wet wapens en munitie, te weten een pistool met magazijn, van het merk Ekol, type Gediz, kleur zwart, (voorzien van een valt opschrift Glock 25 Austria 380 auto), zijnde een vuurwapen in de vorm van een geweer, revolver en/of pistool en munitie van categorie III onder 2 van de Wet wapens en munitie, te weten een patroonmagazijn met centraalvuur kogelpatronen en (in de garage) munitie van van categorie III onder 2 van de Wet wapens en munitie te weten 33 kogelpatronen van het merk Fiocchi kaliber .22 Long Rifle voorhanden heeft gehad.
Zaak met parketnummer 18-730001-21 (gevoegd):
1.
ZD-18 (woning) hij in of omstreeks de periode van 24 augustus 2018 tot en met 19 oktober 2018, in [pleegplaats] , gemeente [gemeente] , althans in Nederland en in [pleegplaats] in Duitsland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, sub a van een voorwerp, te weten een geldbedrag van 195.000 euro (met als omschrijving op zijn bankrekening 'Darlehn laut vertrag'), de werkelijke aard, de herkomst en/of de verplaatsing heeft verborgen en/of verhuld en/of heeft verborgen en/of verhuld wie de rechthebbende op dat voorwerp was en/of wie dat voorwerp voorhanden had en/of sub b een voorwerp, te weten een geldbedrag van (ongeveer) 200.000 euro, voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen, omgezet en/of van dat voorwerp gebruik heeft gemaakt door dit bedrag (200.000) contant te overhandigen aan een ander persoon en dit bedrag (195.000) te laten storten op een Duitse bankrekening en via die bankrekening dat bedrag vervolgens met als omschrijving 'Darlehn laut vertrag' naar zijn eigen bankrekening te laten overmaken en dit bedrag vervolgens aan te wenden voor de aankoop van een woning terwijl hij wist dat dat geldbedrag geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was uit enig misdrijf;
2.
ZD-18 ( [merk] ) hij in of omstreeks de periode van 27 juni 2019 tot en met 2 maart 2020, in [pleegplaats] , gemeente [gemeente] , althans in Nederland en/of in [pleegplaats] en/of [plaats] in Duitsland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen sub a heeft verhuld en/of verborgen wie de rechthebbende op een voorwerp, te weten een [merk] met kenteken [kenteken] was en/of sub b een voorwerp, te weten een [merk] met kenteken [kenteken] heeft verworven, voorhanden heeft gehad en/of van dat voorwerp gebruik heeft gemaakt en/of een voorwerp, te weten een geldbedrag van 75.000 euro, voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen, omgezet en/of van dat voorwerp gebruik heeft gemaakt door dit geldbedrag contant te overhandigen aan een ander en een ander van dat geldbedrag een [merk] te laten kopen en de [merk] op naam van een Duits bedrijf (te weten [bedrijf] ) te laten zetten en vervolgens zelf deze [merk] te gebruiken terwijl hij wist dat die voorwerpen geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk of middellijk -afkomstig waren uit enig misdrijf.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie in de vervolging
In de diverse zaken die deel uitmaken van het onderzoek Vidar zijn diverse formele verweren gevoerd die al dan niet op zich zelf dan wel in samenhang bezien zouden moeten leiden tot niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie in de vervolging.
Standpunt van de advocaten-generaalDe advocaten-generaal hebben zich ter terechtzitting van het hof op het standpunt gesteld dat de verweren dienen te worden verworpen en dat het Openbaar Ministerie ontvankelijk is in de vervolging. In het schriftelijke requisitoir is onderbouwd waarom er volgens de advocaten-generaal geen sprake is van één of meer vormverzuimen die niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie tot gevolg zouden moeten hebben.
Juridisch kaderNiet-ontvankelijkverklaring van het Openbaar Ministerie in de vervolging komt, afgezien van de in de wet geregelde gevallen, slechts in uitzonderlijke situaties in aanmerking. Als het gaat om een vormverzuim in de zin van art. 359a Sv - dus een onherstelbaar vormverzuim dat is begaan in het voorbereidend onderzoek tegen de verdachte ter zake van het aan hem tenlastegelegde feit - is voor dat rechtsgevolg alleen plaats ingeval het vormverzuim daarin bestaat dat met de opsporing of vervolging belaste ambtenaren ernstig inbreuk hebben gemaakt op beginselen van een goede procesorde waardoor doelbewust of met grove veronachtzaming van de belangen van de verdachte aan diens recht op een eerlijke behandeling van zijn zaak is tekortgedaan. [1]
De Hoge Raad verduidelijkt de toepassing van deze maatstaf
[Hof: de maatstaf uit ECLI:NL:HR:2004:AM2533]als volgt. De strekking ervan is, in het geval dat een zodanig ernstige inbreuk op het recht van de verdachte op een eerlijke behandeling van zijn zaak is gemaakt, dat geen sprake meer kan zijn van een eerlijk proces in de zin van artikel 6 EVRM, niet-ontvankelijkverklaring van het Openbaar Ministerie in de vervolging plaatsvindt. Het moet dan gaan om een onherstelbare inbreuk op het recht op een eerlijk proces dat niet op een aan de eisen van een behoorlijke en effectieve verdediging beantwoordende wijze is of kan worden gecompenseerd. Daarbij moet die inbreuk het verstrekkende oordeel kunnen dragen dat – in de bewoordingen van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens – “the proceedings as a whole were not fair”. In het zeer uitzonderlijke geval dat op deze grond de niet-ontvankelijkverklaring van het Openbaar Ministerie in de vervolging in beeld komt, hoeft echter niet – in zoverre stelt de Hoge Raad de eerder gehanteerde maatstaf bij – daarnaast nog te worden vastgesteld dat de betreffende inbreuk op het recht op een eerlijk proces doelbewust of met grove veronachtzaming van de belangen van de verdachte heeft plaatsgevonden. Aanleiding voor niet-ontvankelijkverklaring op deze grond kan bijvoorbeeld bestaan in het geval dat de verdachte door een opsporingsambtenaar dan wel door een persoon voor wiens handelen de politie of het Openbaar Ministerie verantwoordelijk is, is gebracht tot het begaan van het strafbare feit waarvoor hij wordt vervolgd, terwijl zijn opzet tevoren niet al daarop was gericht (vgl. HR 29 juni 2010, ECLI:NL:HR:2010:BL0655), of waarin gedragingen van politie en justitie ertoe hebben geleid dat de waarheidsvinding door de rechter onmogelijk is gemaakt (vgl. HR 8 september 1998, ECL:NL:HR:1998:ZD1239).
In gevallen waarin zich een of meerdere vormverzuimen hebben voorgedaan die aanvankelijk het recht van de verdachte op een eerlijke behandeling van de zaak in het gedrang hebben gebracht, maar die in voldoende mate zijn hersteld om het proces als geheel eerlijk te laten verlopen, biedt de hierboven besproken maatstaf in beginsel geen ruimte voor niet-ontvankelijkverklaring van het Openbaar Ministerie in de vervolging. Het is echter niet uitgesloten dat in zo’n geval strafvermindering ter compensatie van het daadwerkelijk ondervonden nadeel plaatsvindt. [2]
Oordeel van het hofZoals hiervoor is opgenomen komt niet-ontvankelijkverklaring van het Openbaar Ministerie in de vervolging als in art. 359a Sv voorzien rechtsgevolg slechts in uitzonderlijke gevallen in aanmerking.
Het hof komt hieronder in zijn afwegingen bij de bespreking van de diverse verweren tot het oordeel dat die situatie zich niet voordoet. Het hof stelt vast, met inachtneming van het voorgaande en onder verwijzing naar hetgeen het hof hieronder over de gestelde vormverzuimen in het bijzonder heeft overwogen, dat geen sprake is van feiten of omstandigheden, die in de weg behoren te staan aan de ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie, ook niet indien de verschillende onderdelen in onderling verband en samenhang worden beschouwd. Dit betekent dat de verweren strekkende tot niet-ontvankelijkverklaring van het Openbaar Ministerie worden verworpen.
Indeling van het arrest
Het hof zal hieronder meer specifiek ingaan op de gevoerde verweren. Daarbij zal het hof ook ingaan op uitdrukkelijk onderbouwde standpunten van het Openbaar Ministerie. Met het oog op de leesbaarheid van dit arrest zal het hof in een eerste integraal deel van het arrest starten met een korte globale inleiding in de zaak. Vervolgens zal de het hof overgaan tot een formele rechtmatigheidstoetsing en daarna ingaan op de concrete inzet van opsporingsmethoden (A-4110) in de zaak. Het hof zal daarna de betrouwbaarheid van A-4110 beoordelen en vervolgens nagaan of in overeenstemming met het zogenoemde Tallon-criterium is gehandeld. Het hof zal in het algemene integrale deel afsluiten met de bespreking van de verweren met betrekking tot overige gestelde vormverzuimen. Daarna zal worden ingegaan op het bewijs en de strafbaarheid van de feiten en verdachte. Het hof zal vervolgens overwegingen wijden aan de strafoplegging en beslissingen nemen over gelegd beslag.
Dit levert op hoofdlijnen de volgende indeling op in het arrest:
1. Algemene inleiding onderzoek Vidar
2. Algemeen standpunt van de verdediging
3. Algemeen standpunt van het Openbaar Ministerie
4. Oordeel van het hof
A - Formele rechtmatigheid tot inzet criminele burgerinfiltrant, formele rechtmatigheid
B - De feitelijke inzet van A-4110 als burgerpseudokoper/-dienstverlener,
burgerinformant en burgerinfiltrant
C - De betrouwbaarheid van A-4110
D - Schending van het Tallon-criterium
E - Overige vormverzuimen
5. Bewijs
6. Bewezenverklaring
7. Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
8. Strafbaarheid van verdachte
9. Oplegging van straf en/of maatregel
10. Beslag

1. Algemene inleiding onderzoek Vidar

In verband met verdenkingen van internationale handel in harddrugs, in georganiseerd verband, het produceren van harddrugs, witwassen en vuurwapenbezit is in de eerste helft van 2018 het onderzoek Vidar opgestart vanwege een concrete verdenking van internationale drugshandel door [medeverdachte 5] , lid van motorclub [naam] , een supportclub van de [naam] . De doelstelling van het onderzoek Vidar is het vaststellen of uitsluiten van betrokkenheid van leden van de [naam] , charter [naam] , in [plaats] bij de internationale handel in harddrugs.
In het onderzoek lopen op een gegeven moment twee onderzoeks-trajecten naast elkaar. Dat zijn het traject ‘ [medeverdachte 5] ’, gestart in april 2018 en geëindigd in 2019, en het traject ‘ [medeverdachte 2] ’, gestart in april 2019 en geëindigd in maart 2020.
Gedurende het politieonderzoek is gebruik gemaakt van diverse opsporingsmiddelen, waaronder infiltranten. Er is gebruik gemaakt van opsporingsambtenaren, maar ook van inzet van burgers. Een aantal van deze infiltranten is eerst ingezet als pseudokoper/pseudodienstverlener en/of als stelselmatig informatie-inwinner.
Op 2 maart 2020 is er een einde gekomen aan het politieonderzoek. Op die dag is een transport van 86 kilo amfetamine onderschept op de A7 tussen [plaats] en de Duitse grens. Nadat informatie over dit transport is gedeeld met Finland, hebben de Finse autoriteiten ervoor gezorgd dat een surrogaatpartij aankwam in [plaats] . Daar zijn de zogenaamde drugs opgehaald door een lid van de [naam] . Hij is aangehouden en is inmiddels veroordeeld.
Er zijn in Nederland die dag acht verdachten aangehouden en achttien locaties doorzocht. Ten tijde van de aanhoudingen en doorzoekingen zijn onder meer cryptotelefoons, vuurwapens en verdovende middelen in beslag genomen. Na 2 maart 2020 zijn nog twintig personen aangehouden dan wel als verdachte gehoord. De strafbare feiten die in dit onderzoek zijn onderzocht variëren van (voorbereidingshandelingen van) internationale drugshandel, tot het handelen in of voorhanden hebben van harddrugs, het voorhanden hebben van vuurwapens, witwassen, tot deelname aan een criminele organisatie.
De ingezette opsporingsbevoegdhedenIn het onderzoek Vidar zijn op bevel van de officier van justitie al dan niet met machtiging van de rechter-commissaris, de hieronder genoemde Bijzondere Opsporingsbevoegdheden ingezet en/of gebruikt:
- Stelselmatige observatie, art. 126g/o Sv
- Politiële infiltratie, art.126h/p Sv
- Stelselmatige inwinning van informatie, art. 126j/qa Sv
- Opnemen van vertrouwelijke communicatie, art. 126l/s Sv
- Onderzoek van telecommunicatie, art. 126m/t Sv
- Historische inlichtingen met betrekking tot telecommunicatie, art. 126n/u Sv
- Toekomstige inlichtingen met betrekking tot telecommunicatie, art. 126n/u Sv
- Vordering NAW-gegevens, art. 126na WvSr
- Vergaring nummergegevens, art. 126nb Sv
- Historische identificerende niet gevoelige gegevens door opsporingsambtenaar, art.126nc Sv
- Historische gegevens, art. 126nd Sv
- Historische (financiële) gegevens, art. 126nd Sv
- Gegevens beveiligingscamera's, art. 126nda Sv
- Toekomstige gegevens, art. 126ne Sv
- Historische gegevens van een aanbieder, art. 126n9 Sv
- Stelselmatige inwinning van informatie van burger, art. 126v Sv
- Burger infiltratie, art. 126w Sv
Over de inzet van deze opsporingsbevoegdheden is in het onderzoek door de politie verslag gedaan. Onderdeel van het dossier zijn onder meer processen-verbaal van aanvraag tot inzet van opsporingsbevoegdheden, overeenkomsten op basis waarvan wordt geopereerd, verslaglegging daarvan en processen-verbaal van bevindingen met betrekking tot de diverse onderzoeksresultaten. Ook zijn onderdeel van het dossier de door de officier van justitie ondertekende bevelen tot inzet van een opsporingsmiddel en - indien vereist – de door de rechter-commissaris afgegeven machtigingen. Tijdens het onderzoek van de politie zijn naast de inzet van opsporingsbevoegdheden ook verdachten en getuigen gehoord. Er zijn allerlei voorwerpen in beslaggenomen.
Uiteindelijk zijn tijdens het onderzoek ter terechtzitting bij de rechtbank en het onderzoek in hoger beroep bij het hof (in een aantal zaken) ook diverse getuigen gehoord. Ook in hoger beroep is het dossier nog aangevuld met nadere onderzoeksgegevens.
Zowel bij de rechtbank als in de fase van hoger beroep zijn de zaken van alle verdachten ten dele gelijktijdig met alle of andere zaken behandeld. In hoger beroep stonden in deze zaak 14 verdachten terecht. Het hof heeft nadat in schriftelijke rondes, en desgewenst op een regiezitting, de standpunten waren besproken, in 12 zaken een tussenarrest gewezen waarin op onderzoekswensen is beslist. Deze uiteindelijke inhoudelijke behandeling van de zaken heeft in februari 2024 in totaal 9 zittingsdagen in beslaggenomen. Uit oogpunt van zorgvuldigheid en de diverse te beoordelen kwesties is op 12 juli 2024 arrest gewezen. Dit heeft tot gevolg gehad dat er veel tijd en aandacht is besteed aan de strafzaak, tijd en aandacht waar niet alleen verdachte recht op heeft, maar waar ook de samenleving recht op heeft.
Het hof zal hieronder naar aanleiding van gevoerde verweren en ingenomen standpunten ingaan op verschillende onderwerpen. De verdediging heeft op verschillende onderdelen aangehaakt bij elkaars standpunten. Met het oog op de leesbaarheid van dit arrest zal het hof door middel van een integrale bespreking van de onderstaande onderwerpen aandacht geven aan de gevoerde verweren.
2. Algemeen standpunt van de verdediging in deze zaakDoor de verdediging is op gronden vermeld in de pleitnota – kort gezegd - het volgende naar voren gebracht. Aangevoerd is dat al het bewijs direct of indirect het gevolg is van een onrechtmatige inzet van A-4110 in het vooronderzoek en van het bewijs dient te worden uitgesloten. Dat geldt voor de door A-4110 afgelegde verklaringen en de verschillende OVC-opnamen die bij de inzet van A-4110 tot stand zijn gekomen. Subsidiair is aangevoerd dat al het verkregen bewijsmateriaal vanaf 8 maart 2019, de eerste inzet van A-4110 als criminele burgerinfiltrant, van het bewijs dient te worden uitgesloten. De inzet van A-4110 als criminele burgerinfiltrant is met de niet-naleving van de voorwaarden onrechtmatig geweest. Voorts is aangesloten bij hetgeen door mr. Janssen in de zaak van medeverdachte [medeverdachte 4] naar voren is gebracht. Door mr. Janssen is het volgende naar voren gebracht.
“Aangevoerd is dat de herintroductie van de criminele burgerinfiltrant onder art. 126w Sv door middel van enkel de motie Recourt, niet voldoet aan de eisen van het legaliteitsbeginsel en de inzet van A-4110 in dit onderzoek dus een schending van dat legaliteitsbeginsel oplevert, waarmee de inzet van A-4110 onrechtmatig is geweest. Daarnaast is aangevoerd dat de vereisten van artikel 126w juncto artikel 140 Sv zijn aangevuld met de vereisten uit de motie Recourt. Die vereisten leveren via de Aanwijzing van het Openbaar Ministerie alsnog dwingend recht op en deze vereisten zouden in beginsel nageleefd moeten worden. Daarvan is geen sprake. Aan geen van deze vereisten is voldaan.
Primair heeft de verdediging zich op het standpunt gesteld dat alle informatie die jegens verdachte is ingebracht direct of indirect het gevolg is van een onrechtmatige inzet van A-4110 in het vooronderzoek en van het bewijs dient te worden uitgesloten. Dat geldt dus zowel voor de door A-4110 afgelegde verklaringen, als voor de processen-verbaal van de andere pseudokopers en informanten, als de verschillende OVC-opnamen die bij de inzet van deze verschillende A-nummers tot stand zijn gekomen. Subsidiair is de verdediging van mening dat de verkregen informatie vanaf het moment van inzet van A-4110 als criminele burgerinfiltrant inclusief de daarbij gemaakte audiovisuele en audiële opnamen van het bewijs dienen te worden uitgesloten. De inzet van A-4110 als criminele burgerinfiltrant is met niet-naleving van de voorwaarden in ieder geval onrechtmatig geweest. Subsidiair is aangevoerd al het verkregen bewijsmateriaal vanaf 8 maart 2019, de eerste inzet van A-4110 als criminele burgerinfiltrant, van het bewijs uit te sluiten. Mocht het hof niet tot bewijsuitsluiting overgaan dan wordt verzocht bij de strafoplegging rekening te houden met de vormverzuimen.”

3. Algemeen standpunt van het Openbaar Ministerie

Door het Openbaar Ministerie is op gronden opgenomen in het schriftelijk requisitoir aangevoerd dat de inzet van A-4110 voldoet aan de gestelde eisen. Dit geldt zowel voor de inzet van A-4110 als pseudo(ver)koper, pseudodienstverlening, stelselmatig informatie-inwinner en uiteindelijk de inzet als criminele burgerinfiltrant. Er is sprake geweest van een zeer transparante procedure waarbij het Openbaar Ministerie meer dan voldoende toezicht heeft gehouden op het verloop van het traject en heeft gezorgd voor een adequate verslaglegging zodat alles is te controleren. Daarnaast is aangevoerd dat er sprake is van één vormverzuim, namelijk dat het College geen voorafgaande toestemming heeft gegeven voor de overeenkomst tot burgerinfiltratie. Volstaan kan worden met de constatering van dit vormverzuim omdat niet is gebleken dat enig rechtens te respecteren belang van verdachte is geschonden. Tot slot is aangevoerd dat de betrouwbaarheid van A-4110 aan het gehele dossier moet worden getoetst hetgeen leidt tot een positief betrouwbaarheidsoordeel.
4. Oordeel van het hof
A – Formele rechtmatigheid tot inzet criminele burgerinfiltrant, formele rechtmatigheid
Standpunt van de verdedigingDoor de verdediging is – kort gezegd – aangevoerd dat de inzet van een criminele burgerinfiltrant onrechtmatig is geweest. Daartoe is onder meer aangevoerd dat de herintroductie van de criminele burgerinfiltrant ex artikel 126w Sv door middel van enkel het aannemen van de motie Recourt in strijd is met het legaliteitsbeginsel.
Standpunt van de advocaten-generaalDe advocaten-generaal hebben zich op het standpunt gesteld dat – kort gezegd – de grondslag voor het inzetten van een criminele burgerinfiltrant is gebaseerd op de wet, het bepaalde in artikel 126w Sv, op paragraaf 2.9 van de Aanwijzing Opsporingsbevoegdheden en op de formele voorwaarden van artikel 104a Sv en artikel 131 van de Wet RO. Daarnaast is aangevoerd dat de praktijk van het eerdere verbod op de inzet van de criminele burgerinfiltrant, welk verbod niet in een wet in formele zin is vastgelegd, met de motie Recourt is opgeheven.
Oordeel van het hofHet hof is van oordeel dat de rechtbank met betrekking tot dit verweer een juiste afweging heeft gemaakt. Het hof kan zich grotendeels met de overwegingen van de rechtbank verenigen en zal daarom in zoverre deze overwegingen hierna telkens voor zover relevant (cursief) overnemen en tot de zijne maken. Daar waar ‘rechtbank’ staat, moet ‘hof’ worden gelezen en waar het hof dit nodig acht zullen de overwegingen worden aangevuld. Waar in de cursief overgenomen tekst van de rechtbank niet-cursieve tekst is opgenomen, betreft dit aanvullingen van het hof.
“De wet in formele zin.
De inzet van een criminele burgerinfiltrant kan gepaard gaan met inbreuken op grondrechten en gaat bovendien gepaard met risico's voor de (integriteit van de) opsporing. Om die reden dient de bevoegdheid tot inzet van deze opsporingsmethode in een formele wet te zijn vastgelegd (zie het in artikel l, eerste lid, Sv vastgelegde formele legaliteitsbeginsel).
De bevoegdheid tot burgerinfiltratie is geregeld in artikel 126w, eerste lid, Sv. Op grond van deze bepaling kan in een geval als bedoeld in artikel 126h, eerste lid, Sv de officier van justitie, indien het onderzoek dit dringend vordert, met een persoon die geen opsporingsambtenaar is, overeenkomen dat deze bijstand verleent aan de opsporing door deel te nemen of medewerking te verlenen aan een groep van personen waarbinnen naar redelijkerwijs kan worden vermoed misdrijven worden beraamd of gepleegd.
De rechtbank constateert dat een taalkundige interpretatie van voornoemde bepaling zich niet verzet tegen de inzet van een criminele burger als burgerinfiltrant. Immers, een criminele burger betreft eveneens een persoon die geen opsporingsambtenaar is. Ook de wetshistorie werpt geen beletselen op. Uit de memorie van toelichting bij de Wet Bijzondere opsporingsbevoegdheden (hierna: Wet Bob) [3] blijkt zonneklaar dat de wetgever de inzet van de criminele burgerinfiltrant op grond van het bepaalde in artikel 126w Sv niet heeft willen uitsluiten. In artikel 126w Sv is daarom geen onderscheid gemaakt tussen criminele en niet-criminele burgerinfiltranten. [4] Zowel de niet-criminele als de criminele burgerinfiltrant valt onder deze bepaling en kan in beginsel dus worden ingezet. [5] In de nota naar aanleiding van het verslag bij de Wet Bob wordt bovendien nadrukkelijk vermeld dat in de wet geen expliciete beperkingen zijn gesteld aan de inzet van criminele burgerinfiltranten. [6]
Het hof overweegt aanvullend het volgende.
Zoals hierboven overwogen, wordt in de tekst van de wet geen onderscheid gemaakt tussen criminele en niet criminele burgerinfiltranten. Bij de totstandkoming van de wettelijke bepaling is er ook aandacht geweest voor dit vraagstuk. In de memorie van toelichting wordt aangegeven dat de wetgever zich bewust is van de bijzondere risico’s die met de inzet van burgers voor infiltratie gepaard gaan. In de memorie van toelichting is vervolgens opgenomen: “Met de inzet van infiltratie door criminele burgers zal nog terughoudender moeten worden omgegaan”. [7] Dit betekent dat de inzet van criminele burgerinfiltranten nadrukkelijk is besproken en niet is uitgesloten. De Tweede Kamer heeft vervolgens de motie Kalsbeek aanvaard [8] , zijnde een motie waarin wordt uitgesproken dat een verbod geldt voor de politie en het Openbaar Ministerie op het inzetten van criminele burgerinfiltranten. Het hof stelt vast dat de Tweede Kamer geen gebruik heeft gemaakt van het instrument van amendement. Dit heeft dus niet geleid tot een wijziging van de wet in die zin dat er een verbod op de inzet van een criminele burgerinfiltrant in de formele wet is opgenomen. De motie Kalsbeek heeft evenwel tot een rechtspraktijk geleid waarbij gedurende langere tijd geen gebruik werd gemaakt van de criminele burgerinfiltrant.
Meer dan een decennium later heeft de Tweede Kamer door de aanvaarding van de motie Recourt haar algehele verbod op de inzet van criminele burgerinfiltranten laten vervallen. [9] Achtergrond voor deze wijziging was een verschuiving van het accent op de belangen van een integere strafrechtspleging naar het oplossen van problemen bij de opsporing van zware georganiseerde criminaliteit. Met het aannemen van de motie Recourt wilde de Tweede Kamer het instrumentarium voor opsporing versoepelen in die zin dat er sprake zou moeten kunnen zijn van “een beperkte inzet van de criminele burgerinfiltrant”. In de motie zijn de randvoorwaarden geformuleerd waaronder die inzet mogelijk zou moeten zijn. Uit de verhandelingen voorafgaande aan het aannemen van deze motie blijkt dat men zich ervan bewust was dat de tekst van de wet “een vorm van criminele burgerinfiltrant al mogelijk maakt”. Een (formeel) wettelijke verankering werd daarom niet nodig bevonden, ook de (formeel) wettelijke verankering van de te formuleren randvoorwaarden niet. [10]
De Tweede Kamer koos, zowel bij het formuleren van het verbod, als bij het vervallen verklaren van het verbod, voor het instrument van de motie. Met het aannemen van een motie maakt de Tweede Kamer een oordeel of verlangen kenbaar ten aanzien van een Minister of het kabinet. De Minister of het kabinet is aan het oordeel dat in de motie tot uitdrukking is gebracht, voor zover hier relevant, [11] niet gebonden. [12] Een motie speelt verder uitsluitend een rol in de verhouding tussen de Eerste of Tweede kamer en het kabinet. De rechter kan in deze verhouding geen rol spelen.
Het hof concludeert alles afwegende, dat artikel 126w Sv grondslag bood en nog steeds biedt voor de inzet van burgerinfiltranten, daaronder begrepen criminele burgerinfiltranten. Dat aanvankelijk bij motie een algeheel verbod van inzet van criminele burgerinfiltranten is uitgesproken en de Tweede Kamer enkele jaren voorafgaand aan de onderhavige inzet van een criminele burgerinfiltrant, wederom bij motie, hierop is teruggekomen doet aan de wettelijke grondslag niet af.
Er is derhalve geen aanleiding om aan te nemen dat de inzet van een criminele burgerinfiltrant in algemene zin onrechtmatig moet worden geacht, nu de mogelijkheid tot inzet van deze opsporingsbevoegdheid is vastgelegd in een formele wet.
Met de rechtbank is het hof van oordeel dat het Openbaar Ministerie op grond van artikel 126w Sv over kon gaan tot de inzet van een criminele burgerinfiltrant. Bij de beslissing hieromtrent en de uitvoering daarvan beschikt het Openbaar Ministerie over discretionaire ruimte.
Het hof zal vervolgens, net als de rechtbank heeft gedaan, beoordelen of in deze zaak is voldaan aan de geldende voorwaarden voor de inzet van de criminele burgerinfiltrant.
Is voldaan aan de vereisten van art. 126w Sv?
Het hof sluit zich aan bij de navolgende cursief opgenomen overwegingen van de rechtbank.
Een geval als bedoeld in artikel 126h, eerste lid, Sv
Ingevolge artikel 126w, eerste lid, Sv jo. artikel 126h, eerste lid, Sv kan een (criminele) burgerinfiltrant enkel ingezet worden in geval van verdenking van een misdrijf als omschreven in artikel 67, eerste lid, Sv dat gezien zijn aard of de samenhang met andere door de verdachte begane misdrijven een ernstige inbreuk op de rechtsorde oplevert. De woorden "aard van het misdrijf' duiden niet slechts op de delictsomschrijving in de wet, maar tevens op de ernst van de feiten en omstandigheden waaronder het misdrijf is gepleegd of wordt beraamd. Het kan blijkens de memorie van toelichting bij de Wet-BOB gaan om misdrijven als moord, handel in drugs, mensenhandel, omvangrijke milieudelicten, wapenhandel, maar ook om ernstige financiële misdrijven, zoals omvangrijke ernstige fraude, bijvoorbeeld een btw-carrousel. [13] Dergelijke misdrijven schokken de rechtsorde ernstig door hun gewelddadige karakter of door hun omvang en gevolgen voor de samenleving. Ook minder ernstige misdrijven kunnen een ernstige inbreuk maken op de rechtsorde, doordat zij in combinatie met andere misdrijven worden gepleegd, bijvoorbeeld valsheid in geschrifte in combinatie met omkoping van ambtenaren met het oog op verkrijging van vergunningen voor bedrijven, of kleine fraudes waarvan, gelet op de aard, kan worden vermoed dat deze deel uitmaken van een omvangrijke en ernstige vorm van fraude. Het dient te gaan om samenhang met andere door verdachte begane misdrijven. [14]
Bij een aantal misdrijven vloeit reeds louter uit de aard van het misdrijf- zoals dat in de wet is beschreven - voort dat het feit een ernstige inbreuk op de rechtsorde oplevert. [15] Het gaat hier om misdrijven waarop naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van acht jaren of meer is gesteld. [16]
De rechtbank leidt uit het procesdossier af dat ten aanzien van de verdachten tegen wie de criminele burgerinfiltrant is ingezet (onder meer) de verdenking heeft bestaan dat zij zich schuldig hebben gemaakt aan (het medeplegen van) het opzettelijk buiten het grondgebied van Nederland brengen van harddrugs. Dit betreft een misdrijf als omschreven in artikel 67, eerste lid, aanhef en onder a, Sv. Op dit misdrijf is naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van 12 jaren gesteld (artikel 2, aanhef en onder A, van de Opiumwet jo. artikel 10, derde lid, van de Opiumwet). Uit louter de aard van het misdrijf vloeit dan ook reeds voort dat het feit een ernstige inbreuk op de rechtsorde oplevert.
Een groep van personen waarbinnen naar redelijkerwijs kan worden vermoed misdrijven worden beraamd of gepleegd.
In artikel 126w, eerste lid, Sv wordt (criminele) burgerinfiltratie omschreven als het door een persoon die geen opsporingsambtenaar is verlenen van bijstand aan de opsporing door deel te nemen of medewerking te verlenen aan een groep van personen waarbinnen, naar redelijkerwijs kan worden vermoed, misdrijven worden beraamd of gepleegd. Aan de hiergenoemde groep worden geen specifieke eisen gesteld. [17] Een dergelijke groep kan dus verschillende gedaanten aannemen. [18] Niet is vereist dat sprake is van een criminele organisatie of georganiseerd verband. [19]
De rechtbank is van oordeel dat het Openbaar Ministerie uit de resultaten van het onderzoek Vidar over de periode van mei 2018 tot 1 maart 2019 - dus vóór de inzet van de criminele burgerinfiltrant - in redelijkheid heeft kunnen afleiden dat de betreffende verdachten deel hebben uitgemaakt van een groep van personen waarbinnen naar redelijkerwijs kan worden vermoed misdrijven worden beraamd of gepleegd, te weten onder meer (het medeplegen van) het opzettelijk buiten het grondgebied van Nederland brengen van harddrugs.
Proportionaliteitseis
De proportionaliteitseis vloeit voort uit het bepaalde in artikel 126w, eerste lid, Sv. Bij de beoordeling of burgerinfiltratie voldoet aan de eis van proportionaliteit is niet alleen de ernst van de desbetreffende strafbare feiten van belang, maar ook de wijze waarop en de mate waarin is geïnfiltreerd. [20] Voorts speelt ook het doel dat met de infiltratie wordt nagestreefd een rol. [21]
De rechtbank is van oordeel dat de beslissing om over te gaan tot criminele burgerinfiltratie, in het licht van de tegen de betreffende verdachte bestaande verdenkingen, waaruit naar voren komt dat leden van de [naam] (waaronder een prominent lid van charter [naam] : [medeverdachte 1] ) bij de internationale handel in harddrugs betrokken zijn, alsmede de aard en ernst van dit misdrijf, als proportioneel kan worden aangemerkt.
De rechtbank constateert verder dat de indringendheid waarmee A-4110 is geïnfiltreerd in de groep [medeverdachte 1] c.s. relatief beperkt is. In de kern heeft A-4110 enkel voorzien in de bij [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 5] en/of [medeverdachte 2] bestaande behoefte aan internationale contacten die harddrugs zouden willen afnemen of een rol zouden kunnen spelen bij de feitelijke uitvoer van drugs naar het buitenland. Uit de uiterlijke verschijningsvorm van het geheel kan worden afgeleid dat A-4110 zich slechts in de buitenlaag van het middenkader van de organisatie heeft bevonden en daarbij - nadat het traject [medeverdachte 5] was doodgebloed - optrad als tussenpersoon van [medeverdachte 2] . A-4110 heeft overwegend een faciliterende/ondersteunende rol gehad, namelijk die van netwerker en vervoerder van drugs en geld (op verzoek van [medeverdachte 2] ). Alle contacten met de groep verliepen via of in aanwezigheid van [medeverdachte 2] , zijnde de tussenpersoon (middle man) van [medeverdachte 1] . Tijdens de besprekingen met de groep [medeverdachte 1] c.s. hield A-4110 zich overwegend afzijdig. A-4110 nam zelf geen belangrijke beslissingen, maar verleende voornamelijk medewerking vanaf de zijlijn. De rechtbank is van oordeel dat de wijze waarop de opsporingsbevoegdheid criminele burgerinfiltratie is ingezet als proportioneel kan worden aangemerkt. De rechtbank neemt daarbij in aanmerking het hoofddoel van het onderzoek, de aard en ernst van de betreffende misdrijven, de wijze waarop en de (relatief beperkte) mate waarin is geïnfiltreerd, alsmede de duur van die infiltratie (ongeveer een jaar). De rechtbank merkt in dit verband op dat A-4110 is geïnfiltreerd in een gesloten groep die zich succesvol afschermt. Teneinde deel te nemen of medewerking te verlenen aan die groep en deze in kaart te kunnen brengen moest eerst een vertrouwensbasis ontstaan tussen A-4110 en [medeverdachte 1] c.s. Het is een feit van algemene bekendheid dat in geval van internationale handel in harddrugs in de regel gebruik wordt gemaakt van bestaande contacten en dat nieuwkomers doorgaans niet worden vertrouwd. Het spreekt voor zich dat het opbouwen van een dergelijke vertrouwensbasis niet binnen enkele weken zal plaatsvinden. A-4110 moest eerst laten zien dat hij van waarde kon zijn voor de groep en te vertrouwen was. Hier was enige tijd mee gemoeid.
Subsidiariteitseis
Bij de beoordeling of burgerinfiltratie voldoet aan de eis van subsidiariteit is allereerst van belang of het onderzoek de burgerinfiltratie dringend vordert. Deze eis is vastgelegd in artikel 126w, eerste lid, Sv. Daarmee wordt tot uitdrukking gebracht dat de bevoegdheid tot burgerinfiltratie alleen mag worden gehanteerd indien met behulp van lichtere bevoegdheden niet hetzelfde resultaat kan worden bereikt. [22]
Voorts mag burgerinfiltratie alleen plaatsvinden indien de officier van justitie van oordeel is dat een bevel tot politiële infiltratie als bedoeld in artikel 126h, eerste lid, Sv in redelijkheid niet kan worden gegeven. [23] Er zijn situaties denkbaar waarin infiltratie noodzakelijk is, maar niet goed of met te veel risico door een opsporingsambtenaar kan worden verricht, bijvoorbeeld omdat de politie niet beschikt over een functionaris die beschikt over een zeer specifieke deskundigheid om zich in een bepaalde omgeving geloofwaardig te kunnen handhaven, of over andere speciale kwaliteiten, zoals in casu een bepaalde reputatie in het criminele circuit. [24] Voornoemd vereiste is vastgelegd in artikel 126w, tweede lid, Sv. Met deze eis wordt tot uitdrukking gebracht dat (criminele) burgerinfiltratie een uitzondering zal zijn. [25] Met de inzet van (criminele) burgerinfiltratie dient dan ook terughoudend om te worden gegaan. [26]
De rechtbank is van oordeel dat uit het dossier voldoende blijkt dat met behulp van lichtere opsporingsbevoegdheden niet hetzelfde resultaat zou kunnen worden bereikt als met de inzet van een burgerinfiltrant. In het onderzoek Vidar zijn reeds in de periode van mei 2018 tot l maart 2019 in het traject [medeverdachte 5] allerlei opsporingsbevoegdheden ingezet, te weten observatie, stelselmatige informatie-inwinning, opname van vertrouwelijke informatie, opname van telecommunicatie, opvragen historische verkeersgegevens en burgerpseudokoop/-dienstverlening. Ondanks de inzet van voornoemde opsporingsbevoegdheden - die geresulteerd hebben in vier geslaagde pseudokopen - heeft het Openbaar Ministerie onvoldoende zicht gekregen op de eventuele betrokkenheid van (leden van de) [naam] bij de internationale handel in harddrugs. De resultaten van het onderzoek geven echter wel blijk van aanwijzingen van die betrokkenheid, alsmede een verdenking tegen de [naam] [medeverdachte 1] . De reden dat aan de hoofddoelstelling van Vidar niet voldaan is heeft in de kern te maken met de omstandigheid dat [medeverdachte 5] en de [naam] [medeverdachte 1] hun communicatie op succesvolle wijze hebben weten af te schermen. [medeverdachte 5] en [medeverdachte 1] spraken met elkaar af op locaties waar opname van vertrouwelijke communicatie lastig was (op de dijk bij [plaats] en/of in het clubhuis van de [naam] en/of de [naam] ). Daarnaast maakten zij gebruik van versluierend taalgebruik, kennelijk om crimineel handelen te verbergen. [medeverdachte 5] hield daarnaast rekening met de mogelijkheid dat hij afgeluisterd of gevolgd of betrapt zou kunnen worden en richtte zijn gedrag daarop in. Onder deze omstandigheden, en gelet op de reeds ingezette dwangmiddelen en de duur daarvan, heeft het Openbaar Ministerie in redelijkheid kunnen oordelen dat met de inzet van lichtere opsporingsbevoegdheden (in zowel het traject- [medeverdachte 5] als het traject- [medeverdachte 2] ) niet hetzelfde resultaat kon worden bereikt, te weten vaststellen of uitsluiten van betrokkenheid van (leden van) de [naam] bij de internationale handel in harddrugs.
Uit het dossier blijkt verder genoegzaam dat enkel een bevel tot politiële infiltratie gelet op het doel van het onderzoek niet volstond. A-4110 genoot een zekere reputatie en werd door verdachten [medeverdachte 5] en [medeverdachte 2] vertrouwd.
A-4110 was een bekend gezicht in het criminele milieu in [plaats] en kon om die reden op zeer korte termijn het vertrouwen winnen.
Een politiële infiltrant dan wel een burgerinfiltrant (…) zou dit vertrouwen niet zonder meer genieten. De inzet van een "losse" politiële infiltrant of een niet-criminele-burgerinfiltrant in de groep zou bovendien argwaan hebben kunnen opwekken met alle veiligheidsrisico's van dien. Een lichtere vorm van infiltratie zou naar alle waarschijnlijkheid dan ook niet effectief zijn geweest.”
Is voldaan aan de vereisten van artikel 140a Sv en artikel 131 Wet RO?
Naast de in artikel 126w Sv genoemde voorwaarden zijn ook formele voorwaarden opgenomen in artikel 140a Sv en artikel 131 Wet RO.
Artikel 140a Sv luidt als volgt:
“Het College van procureurs-generaal stemt vooraf en schriftelijk in met een bevel als bedoeld in artikel 126ff, onderscheidenlijk een overeenkomst als bedoeld in de tweede afdeling van titel Va van het Eerste Boek en als bedoeld in artikel 126zu, een wijziging of een verlenging daarvan.”
Artikel 131 Wet op de rechterlijke organisatie (Wet RO) luidt als volgt:

1 Het College van procureurs-generaal kan geen beslissingen nemen indien niet ten minste drie leden aanwezig zijn.

2 Het College neemt beslissingen bij meerderheid van stemmen.

3 Indien de stemmen staken, geeft de stem van de voorzitter de doorslag.

4 Bij reglement stelt het College nadere regels met betrekking tot zijn werkwijze en besluitvorming. Het reglement en wijzigingen daarvan behoeven de goedkeuring van Onze Minister. Het reglement of een wijziging daarvan wordt na de goedkeuring gepubliceerd in de Staatscourant.

5 In het reglement wordt in ieder geval geregeld in welke gevallen de voorzitter een voorgenomen beslissing aan Onze Minister voorlegt, daaronder zijn in ieder geval begrepen de beslissingen bedoeld in artikel 140a van het Wetboek van Strafvordering.

De rechtbank heeft op juiste gronden het volgende overwogen, hetgeen hieronder cursief is opgenomen.
“De behandelend officier van justitie zal door tussenkomst van zijn hoofdofficier het voornemen om van de bevoegdheid tot criminele burgerinfiltratie gebruik te maken ter toetsing moeten voorleggen aan het College. Het College zal zich ter zake laten adviseren door de Centrale Toetsingscommissie (hierna: CTC). [27] Het College dient vervolgens vooraf en schriftelijk in te stemmen met een overeenkomst tot burgerinfiltratie als bedoeld in artikel 126w Sv, een wijziging of een verlenging daarvan. [28] Daarnaast dient het College de Minister op de hoogte te stellen van voornemens tot het inzetten van burgerinfiltranten. [29] Voorts brengt het College beslissingen omtrent dit voornemen ter kennis van de Minister voordat zij worden uitgevoerd. [30]
De ratio van het inschakelen van het College bij de toetsing van de inzet is vooral
gelegen in de risico's die met het hanteren van een opsporingsbevoegdheid samenhangen
en met de wens met betrekking tot de inzet van bijzondere opsporingsbevoegdheden te komen tot een landelijk beleid. Die risico's kunnen bijvoorbeeld de veiligheid van de infiltrant betreffen, of de integriteit van de opsporing, of risico's dat methoden bekend worden en daardoor onbruikbaar. Daarnaast speelt bij die toetsing ook de rechtmatigheid van de opsporingsbevoegdheid een rol. Het onrechtmatig gebruik van een opsporingsbevoegdheid kan niet door het College worden goedgekeurd. [31] Voor de rechtbank blijft echter van belang de wet die de bevoegdheid tot criminele
burgerinfiltratie aan de officier van justitie geeft, en niet aan het College. [32] De rechtbank
zal de beslissing van de officier van justitie ten aanzien van de inzet tot criminele burgerinfiltratie zelfstandig moeten beoordelen. De rechtbank hoeft daarbij niet zo ver te gaan dat zij ook de zorgvuldigheid van de beslissing van het College onderzoekt. [33] Voldoende is dat de rechtbank nagaat of de in de wet neergelegde (interne) procedure correct is bewandeld.
De ratio van het op de hoogte stellen van de Minister is dezelfde als die van het inschakelen van het College. [34] Daarbij is tevens van belang dat de Minister verantwoordelijk is voor het doen en laten van het Openbaar Ministerie en kan worden aangesproken op het (niet-) uitoefenen van zijn aanwijzingsbevoegdheden die hij aan zijn positie als ambtelijk chef of aan artikel 127 Wet RO ontleent. [35]
De rechtbank leidt uit het procesdossier af dat de hoofdofficier van justitie van het arrondissementsparket Noord-Nederland van het Openbaar Ministerie (hierna: de hoofdofficier van justitie) de CTC op 14 februari 2019 verzocht heeft om toestemming te verlenen voor de inzet van de opsporingsbevoegdheid tot burgerinfiltratie in het onderzoek Vidar. [36]
Op 6 maart 2019 heeft het College toestemming verleend aan de hoofdofficier van justitie voor de inzet van de opsporingsbevoegdheid tot burgerinfiltratie in het onderzoek Vidar. [37]
Op 21 maart 2019 is de zaak gepresenteerd aan de Minister door het zaaksteam Vidar in aanwezigheid van het College en de hoofdofficier van justitie. [38] Tijdens die presentatie is de inzet van criminele burgerinfiltrant A-4110 besproken. [39]
Voorafgaande instemming van het College
De rechtbank leidt uit het vorenstaande af dat het College heeft ingestemd met een overeenkomst tot burgerinfiltratie als bedoeld in artikel 126w Sv. Deze instemming is echter pas op 6 maart 2019 gegeven. De overeenkomst tot burgerinfiltratie was toen al in werking getreden, te weten met ingang van l maart 2019. [40] De rechtbank constateert dat hier sprake is geweest van een vormverzuim.”
Conform het standpunt van de advocaten-generaal en de verdediging kan het hof zich verenigen met hetgeen de rechtbank hiervoor heeft overwogen, inhoudende dat er op dit punt sprake is van een vormverzuim. Het hof maakt de voorgaande overwegingen van de rechtbank tot de zijne.
In kennisstellen van de Minister van Justitie
Met betrekking tot de voorwaarden of het Minister van Justitie tijdig op de hoogte is gebracht heeft de rechtbank het volgende overwogen.
“De rechtbank stelt verder vast dat niet is gebleken dat het College de Minister tijdig op de hoogte heeft gesteld van de beslissing tot inzet van de criminele burgerinfiltrant. Reeds in de periode van l maart 2019 tot en met 21 maart 2019 is A-4110 al ingezet als burgerinfiltrant. Dit terwijl de Minister pas op 21 maart 2019 op de hoogte is gesteld van die inzet. De rechtbank constateert dat ook hier sprake is geweest van een vorm verzuim.”
Het hof verenigt zich ook met deze overweging van de rechtbank en maakt deze tot de zijne. Aanvullend overweegt het hof dat, anders dan door de advocaten-generaal is aangevoerd, de datum van de overeenkomst tot het inzetten van de burgerinfiltrant leidend is voor de beantwoording van de vraag of de Minister van Justitie tijdig op de hoogte is gebracht en niet de datum waarop feitelijk voor het eerst uitvoering is gegeven aan de overeenkomst tot burgerinfiltratie.
Instemming College in verband met verlengingen en wijzigingen van de overeenkomst tot criminele burgerinfiltratie
De advocaten-generaal hebben bij requisitoir een brief overgelegd van het College d.d. 8 februari 2024 waaruit volgt op welke momenten het College toestemming heeft verleend. Uit die brief blijkt het volgende. Op 6 maart 2019 is toestemming verleend voor de inzet van de CBI. Op 24 mei 2019 is toestemming verleend voor de eerste verlenging. Op 30 augustus 2019 is toestemming verleend voor de tweede verlenging. Op 28 november 2019 is toestemming verleend voor de derde verlenging en tot slot is op 13 februari 2020 toestemming verleend voor de vierde verlenging. Het hof stelt op basis van de zich in het dossier bevindende overeenkomsten van verlenging vast dat telkens voorafgaand aan die verlengingen toestemming werd gegeven.
Anders dan in de fase bij de rechtbank blijkt uit deze brief dat het College vooraf en schriftelijk heeft ingestemd met de verlengingen en wijzigingen van de overeenkomst tot criminele burgerinfiltratie. Er is derhalve geen sprake van een vormverzuim.
Conclusie
De rechtbank heeft in dit verband overwogen:
“De rechtbank stelt op basis van het vorenstaande vast dat de interne procedure niet correct is doorlopen. De rechtbank zal aan de hiervoor genoemde vormverzuimen echter geen rechtsgevolgen verbinden. De rechtbank neemt daarbij in aanmerking de ratio van artikel 140a Sv en artikel 131 van de Wet RO jo. artikel 11, tweede lid, Reglement van Orde College procureurs-generaal en de omstandigheid dat de overeenkomst tot criminele burgerinfiltratie, alsmede de verlengingen en wijzigingen daarvan, niet onrechtmatig zijn geweest. Verder houdt de rechtbank rekening met de omstandigheid dat de door A-4110 verrichte handelingen in de periode van l maart tot en met 21 maart 2019 reeds werden gedekt door de met A-4110 gesloten overeenkomsten tot burgerpseudokoop/-dienstverlening en stelselmatige informatie-inwinning, terwijl niet is gebleken dat A-4110 specifieke infiltratiehandelingen heeft verricht die buiten het bereik van de voornoemde overeenkomsten vielen. De rechtbank is van oordeel dat niet enig gerechtvaardigd belang van verdachten door het vormverzuim is geschonden.”
Het hof verenigt zich ook met deze overweging van de rechtbank en maakt deze tot de zijne. Op het laatste punt zal het hof hierna onder 'B - De inzet van A-4110 als burgerpseudokoper/-dienstverlener, burgerinformant en burgerinfiltrant' verder ingaan.
Is voldaan aan de voorwaarden uit de Aanwijzing opsporingsbevoegdheden?
In de Aanwijzing is opgenomen dat de bevoegdheid tot politiële- of burgerinfiltratie niet mag worden toegepast met het uitsluitende doel om de informatiepositie in een bepaald onderzoek te kunnen verbeteren. De inzet van deze bevoegdheid moet een strafvorderlijk doel dienen.
Zoals de rechtbank ook heeft overwogen wordt in de Aanwijzing verwezen naar de vereisten uit motie-Recourt:
"Door de aanvaarding van de motie-Recourt (Kamerstukken II 2013/2014, 29 279, nr. 192) is het algemeen verbod op de inzet van criminele burgerinfiltranten komen te vervallen, en is het mogelijk geworden om in bepaalde situaties criminele burgerinfiltranten in te zetten bij de aanpak van zware criminelen en criminele organisaties, die hun criminele activiteiten zeer succesvol afschermen en met traditionele opsporingsmiddelen onvoldoende kunnen worden aangepakt. Alleen in hoge uitzonderingsgevallen en onder strikte waarborgen mag die inzet plaatsvinden. Voldaan moet zijn aan de eisen van proportionaliteit en subsidiariteit. De inzet moet kortdurend zijn en er wordt geen gebruik gemaakt van groei-infiltranten."
Verder wordt in de Aanwijzing vermeld dat voor de inzet toestemming nodig is van de Minister. [41]
Het hof sluit zich aan bij de navolgende cursief opgenomen overweging van de rechtbank.
“De hiervoor genoemde regels zijn vastgesteld in een door het College gegeven aanwijzing als bedoeld in artikel 130, zesde lid, van de Wet op de rechterlijke organisatie (hierna: Wet RO). Deze regels zijn op behoorlijke wijze bekend gemaakt en lenen zich naar hun inhoud en strekking ertoe jegens betrokkenen als rechtsregel te worden toegepast. Zij kunnen daarom aangemerkt worden als recht in de zin van artikel 79 van de Wet RO en zijn derhalve onderdeel van het juridische raamwerk waaraan de rechtbank dient te toetsen. Als het Openbaar Ministerie zich niet aan zijn eigen regelgeving heeft gehouden kan dit een schending opleveren van de beginselen van een behoorlijke procesorde [42] en daarmee tevens een vormverzuim opleveren ex artikel 359a Sv. [43]
Met betrekking tot de in de aanwijzing genoemde randvoorwaarden heeft de rechtbank het volgende overwogen, hetgeen hieronder cursief is weergegeven. Het hof sluit zich bij deze overweging aan.
Strafvorderlijk doelBlijkens de wetsgeschiedenis mogen de bijzondere opsporingsbevoegdheden niet worden toegepast met de uitsluitende bedoeling om de informatiepositie van de politie te verbeteren. De inzet van de opsporingsbevoegdheden moet een strafvorderlijk doel dienen. [44] De verbetering van de informatiepositie kan hoogstens een tussengelegen doel zijn, maar mag nooit een doel op zichzelf zijn. [45]
Daarnaast stelt het hof het volgende vast. Uit het proces-verbaal aanvraag overeenkomst criminele burgerinfiltratie blijkt het volgende. [46] In april 2018 is een onderzoek gestart onder de naam Vidar. Dit onderzoek is gestart naar aanleiding van contact tussen verdachte [medeverdachte 5] en A-4110. Naar aanleiding van dat contact is de verdenking ontstaan dat verdachte [medeverdachte 5] zich, al dan niet samen met anderen, bezighoudt met internationale handel in harddrugs. Gebleken is dat [medeverdachte 5] lid is van de [naam] in [plaats] , een supportclub van de [naam] , en dat hij persoonlijk contact onderhoudt met kaderleden van de [naam] charter [naam] ( [naam] ) in [plaats] . Naar aanleiding daarvan is door officier van justitie met A-4110 een overeenkomst burgerpseudokoop/burgerpseudodienstverlening aangegaan. A-4110 heeft de opdracht gekregen een door het begeleidingsteam van de WOD van de Landelijke Eenheid aangewezen (buitenlandse) burger, A-4133, te introduceren en deze te faciliteren in zijn contacten met [medeverdachte 5] . Ook is een bevel stelselmatige informatie-inwinning afgegeven. Daarnaast zijn nog andere bijzondere opsporingsmiddelen ingezet, waaronder: opnemen van telecommunicatie met een daartoe strekkende machtiging van de rechter-commissaris bij verdachten [medeverdachte 5] en [medeverdachte 1] en het opnemen van vertrouwelijke communicatie in de voertuigen in gebruik bij [medeverdachte 5] en [medeverdachte 1] .
Uit het proces-verbaal aanvraag overeenkomst criminele burgerinfiltratie blijkt verder het volgende.
De eerste, door de WOD geregisseerde, ontmoeting tussen A-4110 en verdachte [medeverdachte 5] vond plaats op 24 mei 2018. A-4110 heeft op 05 juli 2018 A-4133 bij [medeverdachte 5] geïntroduceerd. Na deze kennismaking vonden in de periode van 30 augustus 2018 tot en met 22 februari 2019 in totaal vijf pseudokoopacties plaats. Vier daarvan hebben geleid tot een aankoop. Dat wil zeggen dat [medeverdachte 5] , al dan niet via A-4110, harddrugs heeft geleverd aan A-4133. (…)
Na vier geslaagde pseudokopen was nog niet de gehele doelstelling van de inzet van A-4110 en A-4133 bereikt. Hoewel er dankzij de pseudokopen en de bemiddelende rol van A-4110 sprake is van een vertrouwensbasis tussen [medeverdachte 5] en A-4133, wil [medeverdachte 5] nog geen rechtstreeks contact met A-4133 zonder tussenkomst van A-4110. Ook blijkt dat er nog onvoldoende basis was om de politiële infiltrant A-2369 te introduceren. Daarvoor is het noodzakelijk dat A-4110 en A-4133 nog langer contact onderhouden met [medeverdachte 5] .
Daarnaast is een verdenking ontstaan jegens [medeverdachte 2] . [medeverdachte 2] wordt ervan verdacht dat hij zich, al dan niet samen met anderen, bezighoudt met internationale handel in harddrugs. Bekend is dat [medeverdachte 2] persoonlijk contact onderhoudt met (kader)leden van de [naam] charter [naam] ( [naam] ) in [plaats] en met diverse verdachten uit onderzoek Vidar. Daarnaast is zicht gekregen op internationale handel in verdovende middelen van verdachte [medeverdachte 2] , al dan niet in samenwerking met anderen waaronder leden van de [naam] charter [naam] ( [plaats] ). Hiervoor is A-4110 benaderd door [medeverdachte 2] , die contacten heeft met onder meer verdachten [medeverdachte 8] en [medeverdachte 1] en andere personen.
Gezien de duur van de stelselmatige informatie-inwinning, het aantal pseudokopen, de verklaring van A-4110 over [medeverdachte 2] en diens samenwerking met [naam] en de komende introductie van de politiële infiltrant A-2369 die zal gaan deelnemen aan de groep van personen die misdrijven pleegt of beraamt, vordert het onderzoek dringend dat wordt overgegaan tot (criminele) burgerinfiltratie van A-4110 en A-4133.
Ondanks dat er zicht is op contacten tussen [naam] [medeverdachte 5] en vooral [naam] [medeverdachte 1] in de periodes waarin de pseudokopen plaatsvonden, is de inhoud van deze gesprekken grotendeels onbekend gebleven. [medeverdachte 5] en [medeverdachte 1] spreken bijvoorbeeld af om elkaar te ontmoeten op locaties waar opname van vertrouwelijke communicatie lastig is zoals op de dijk en/of in het clubhuis van de [naam] en/of de [naam] . Ook bellen zij via WhatsApp en spreken zij in verhullend taalgebruik. Ook verdachte [medeverdachte 2] schermt kennelijk zijn communicatie af, door gebruik te maken van een telefoon met een 'burner' en bij nieuwe transporten nieuwe telefoons te gebruiken.
De verwachting is dat de inzet van bijzondere opsporingsmiddelen - zoals opname van
vertrouwelijke communicatie en/of het afluisteren van telefoons - ontoereikend zal zijn. De ervaring leert dat zowel bij de (internationale) handel in harddrugs als door (kader-)leden van outlaw motorcycle gangs gebruik wordt gemaakt van bestaande contacten en afgeschermde communicatiemethodes. Verder blijkt uit opgenomen communicatie dat verdachten [medeverdachte 1] en [medeverdachte 5] zeer alert zijn op opsporingsambtenaren en -middelen.
Gezien de succesvolle afscherming, de actuele contacten van [medeverdachte 5] met de (kader-)leden van [naam] en met vicepresident [medeverdachte 1] in het bijzonder, het feit dat [medeverdachte 5] niet zelfstandig wil/kan handelen, het vertrouwen van [medeverdachte 5] in A-4110, het feit dat [medeverdachte 5] positief staat tegenover een ontmoeting met de 'baas' van A-4133, het feit dat A-4110 is benaderd door [medeverdachte 2] die kennelijk samenwerkt met de [naam] [plaats] bij internationale handel in verdovende middelen en het vertrouwen van [medeverdachte 2] in A-4110 vordert het onderzoek dringend de inzet van criminele burgerinfiltratie door A-4110.
Doel van deze inzet is informatie te achterhalen over de strafbare feiten waarvan [medeverdachte 5] , [medeverdachte 9] , [medeverdachte 1] , [medeverdachte 8] en [medeverdachte 2] worden verdacht en zo zicht te krijgen op de groep van personen waarbinnen naar redelijkerwijs kan worden vermoed, misdrijven worden beraamd of gepleegd zoals beschreven in voornoemde processen-verbaal van verdenking.
De door A-4110 te verlenen bijstand aan de opsporing bestaat uit het deelnemen aan en of
medewerking verlenen aan een groep van personen bestaande uit onder meer de verdachten [medeverdachte 5] , [medeverdachte 9] (leden van [naam] [plaats] ), [medeverdachte 1] , vicepresident van de [naam] [plaats] , charter [naam] , [medeverdachte 8] , [medeverdachte 2] en mogelijk andere leden van de [naam] . De verdenking bestaat dat de verdachten deel uitmaken van een groep van personen die zich bezighoudt met het beramen of plegen van misdrijven te weten de invoer en/of verwerking en/of uitvoer en/of handel in harddrugs zoals speed (amfetamine) en/of cocaïne dan wel de voorbereiding van die strafbare feiten. A-4110 zal bemiddelen in de contacten tussen [medeverdachte 5] en A-4133, zodat deze laatste (nogmaals) partijen harddrugs van [medeverdachte 5] zal kunnen afnemen, om verder vertrouwen te wekken en vervolgens politiële infiltrant A-2369 bij [medeverdachte 5] en de groep te kunnen introduceren. Ook zal A-4110 contact onderhouden met [medeverdachte 2] en mogelijk een politiële infiltrant bij [medeverdachte 2] en de groep introduceren.
Op grond van het voorgaande stelt het hof vast dat het doel van de inzet van de criminele burgerinfiltrant helder is omschreven in het hierboven opgenomen proces-verbaal van aanvraag. De wijze waarop de bijstand wordt verleend om het gewenste doel te bereiken wordt weergegeven in de gesloten overeenkomst tot burgerinfiltratie. Het hof stelt vast dat het in deze gaat om een strafvorderlijk doel. Het doel is concreet en duidelijk beschreven.
Zware criminelen en criminele organisaties
Het moet gaan om zeer gesloten groeperingen die zich schuldig maken aan de ernstige vormen van ondermijnende en georganiseerde criminaliteit. Het hof sluit zich aan bij hetgeen de rechtbank hieromtrent heeft overwogen en maakt deze overweging tot de zijne. De rechtbank heeft het volgende overwogen.
“De rechtbank is van oordeel dat deze randvoorwaarde valt te vereenzelvigen met het in voornoemde bepaling(art. 126w Sv)
vervatte proportionaliteitsbeginsel. [47] Behoudens aanwijzingen voor het tegendeel zullen bij de internationale drugshandel naar algemene ervaringsregels per definitie zware criminelen en criminele organisaties zijn betrokken. De rechtbank doelt daarbij in het bijzonder op de personen aan de top van de organisatie, dan wel de personen die het middenkader van de organisatie vormen. In het onderzoek Vidar is daarvan ook sprake geweest. (…) Het gaat in de zaak Vidar (…) om aanmerkelijke handelshoeveelheden harddrugs, terwijl het een feit van algemene bekendheid is dat de internationale handel in harddrugs de samenleving ernstig kan ontwrichten omdat achter die handel doorgaans een wereld van (grootschalige) georganiseerde en ondermijnende criminaliteit schuilgaat, waarbij het gebruik van (excessief) geweld niet geschuwd wordt. De rechtbank is dan ook van oordeel dat aan deze randvoorwaarde is voldaan.”
Het hof overweegt aanvullend dat uit het dossier blijkt dat aan de aanvraag overeenkomst burgerinfiltratie begin 2019 vorm wordt gegeven. Op dat moment loopt het onderzoek Vidar bijna een jaar. Uit het opsporingsonderzoek dat tot dan toe heeft plaatsgevonden en de resultaten die dat heeft opgeleverd is de reële verdenking gerezen dat verdachten zich bezig houden met grootschalige internationale drugshandel. Op dat moment is er wel degelijk vrees voor ondermijnende criminaliteit. Het ging immers behalve om verdenking van grootschalige drugshandel, ook om export naar diverse landen waarbij (kader)leden van de [naam] en motorclub [naam] volgens vaste patronen betrokken leken te zijn. In die zin kon naar het oordeel van het hof aangenomen worden dat er sprake was van zware criminaliteit en een criminele organisatie.
Zeer succesvolle afscherming van criminele activiteiten waardoor deze met traditionele opsporingsmiddelen onvoldoende kunnen worden aangepakt
Het hof sluit zich aan bij hetgeen de rechtbank hieromtrent heeft overwogen en maakt deze overweging tot de zijne. De rechtbank heeft het volgende overwogen.
“De rechtbank is van oordeel dat deze voorwaarde valt te vereenzelvigen met het in artikel 126w, tweede lid, Sv vervatte subsidiariteitsbeginsel. [48] Aan deze subsidiariteitseis is reeds voldaan, zoals hierboven is toegelicht.”
Voorts overweegt het hof dat uit het proces-verbaal aanvraag overeenkomst burgerinfiltratie blijkt dat het gaat om een zeer gesloten groepering die zich succesvol weet af te schermen van de opsporingsautoriteiten. De verdachten zijn zeer alert op opsporingsambtenaren- en middelen. Er wordt bewust afgesproken op plekken waar het opnemen van vertrouwelijke communicatie niet of zeer moeizaam mogelijk is. In contacten wordt gebruik gemaakt van versluierend taalgebruik. Er wordt gebruik gemaakt van bestaande contacten en afgeschermde communicatiemethoden waardoor het voor politie en justitie moeilijk is om zicht te krijgen op deze gesloten groepering en de strafbare feiten die vermoedelijk worden begaan.
Alleen in hoge uitzonderingsgevallen
Het hof sluit zich aan bij hetgeen de rechtbank hieromtrent heeft overwogen en maakt deze overweging tot de zijne. De rechtbank heeft het volgende overwogen.
"Dat de inzet van een criminele burgerinfiltrant slechts in hoge uitzonderingsgevallen plaats mag vinden blijkt reeds uit de wettelijke voorwaarden voor die inzet. Hieruit kan worden afgeleid dat met de inzet zeer terughoudend moet worden omgegaan. [49] Aan deze voorwaarde is reeds voldaan, zoals hierboven is toegelicht."
Strikte waarborgen
Het hof heeft geconstateerd dat in de motie Recourt, waarnaar in de Aanwijzing wordt verwezen, in de inleidende overwegingen de term "strikte waarborgen" wordt gebruikt en dat later in het verzoek aan de regering de term "zeer streng regime van waarborgen" is gebezigd. Het hof stelt vast dat de Aanwijzing spreekt van "strikte waarborgen" bij de inzet van een criminele burgerinfiltrant en dat ter beoordeling voorligt de vraag of aan die voorwaarden is voldaan.
Het hof sluit zich aan bij hetgeen de rechtbank hieromtrent heeft overwogen en maakt deze overweging tot de zijne. De rechtbank heeft het volgende overwogen.
“Dat de inzet van een criminele burgerinfiltrant moet plaatsvinden onder strikte voorwaarden blijkt reeds uit de wettelijke voorwaarden waaronder de inzet plaats mag vinden, maar ook uit de wijze waarop de infiltratie zal moeten worden uitgevoerd. De uitvoering zal geen afbreuk mogen doen aan de integriteit en beheersbaarheid van de opsporing. [50] In de Aanwijzing is ten behoeve daarvan opgenomen dat bij de inzet van een criminele burgerinfiltrant steeds bijzondere aandacht dient te worden besteed aan de betrouwbaarheid en de stuurbaarheid van de in te zetten burger. De burgerinfiltrant zal dan ook altijd begeleid moeten worden door een opgeleide begeleider van de afdeling Afgeschermde Operaties van de Landelijke Eenheid. [51]
De rechtbank leidt uit het procesdossier af dat de opsporingsinstanties voortdurend toezicht hebben gehouden op A-4110's handelen als criminele burgerinfiltrant. De geplande inzetten van A-4110 zijn voorafgegaan door een briefing van het begeleidingsteam van A-4110. Dit begeleidingsteam bestond uit daartoe opgeleide WOD-begeleiders. [52] Tijdens de briefing werden de opdracht en het doel van de inzet besproken. Na afloop van de inzet vond een debriefing plaats. Van de (de)briefings en inzetten zijn processen-verbaal opgemaakt. Ook is A-4110 over de inzetten gehoord. Van deze verhoren zijn eveneens processen-verbaal opgemaakt. A-4110 heeft naast de geplande inzetten contactmomenten met verdachten gehad zonder dat hiervoor opdracht is gegeven. A-4110 woonde gedurende het onderzoek Vidar in de nabije omgeving van enkele verdachten en maakte deel uit van hun sociale netwerk. Van deze spontane contacten heeft A-4110 het begeleidingsteam op de hoogte gesteld. Ook deze contacten zijn vastgelegd in processen-verbaal. De inzetten van A-4110 zijn, voor zover operationeel mogelijk, opgenomen met opnameapparatuur. [53] In de loop van het traject werd bovendien opnameapparatuur geplaatst in de woning van A-4110 en in diens voertuig (waarin zich ook een camera bevond). De vele opgenomen gesprekken zijn woordelijk uitgewerkt en aan het dossier toegevoegd. Van de inzet is dus ruimschoots verslag opgemaakt.
De rechtbank merkt verder op dat uit het procesdossier niet gebleken is dat tijdens het onderzoek Vidar de integriteit van de opsporing op enig moment in het geding is gekomen. Zo is niet gebleken dat het Openbaar Ministerie de regie over en de controle op het handelen van A-4110 kwijt is geraakt. Ook is niet gebleken dat A-4110 op eigen houtje strafbare feiten is gaan plegen en via een dubbelspel misbruik heeft gemaakt van diens positie als criminele burgerinfiltrant. Uit de stukken komt het beeld naar voren dat A-4110 stuurbaar en betrouwbaar was.
In het licht van het vorenstaande is de rechtbank van oordeel dat de inzet van de criminele burgerinfiltrant heeft plaatsgevonden onder strikte waarborgen. Er is sprake geweest van een transparante procedure, waarbij het Openbaar Ministerie meer dan voldoende toezicht heeft gehouden op het verloop van het traject en heeft gezorgd voor een adequate verslaglegging op basis waarvan de inzet door de rechtbank kan worden gecontroleerd.”
Het hof stelt verder vast dat in de overeenkomst tot burgerinfiltratie – die verderop in dit arrest nog nader wordt besproken – afspraken en voorwaarden zijn opgenomen waar A-4110 zich aan moet houden. Van de inzet van A-4110 is door de voortdurend meervoudige WOD begeleiding telkens verslag gedaan. Verder hebben de WOD-begeleiders als getuigen verklaard en een toelichting gegeven over de inrichting van hun begeleiding, bijvoorbeeld hoe de selectie van A-4110 heeft plaatsgevonden, in welke frequentie zij contact hadden met A-4110 en hoe de verslaglegging na afloop van een inzet plaatsvond.
Gelet op al deze omstandigheden concludeert het hof, met de rechtbank, dat aan de in de aanwijzing gestelde voorwaarde van inzet uitsluitend onder strikte waarborgen is voldaan, overigens ook in die zin dat het hof van oordeel is dat is voldaan aan een zeer streng regime van waarborgen.
Voldaan moet zijn aan de eisen van proportionaliteit en subsidiariteit
Dat is voldaan aan de beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit is reeds uitgewerkt bij de bespreking van respectievelijk het eerste en tweede lid van artikel 126w Sv.
De inzet moet kortdurend zijn en er wordt geen gebruik gemaakt van een groei-infiltrantHet hof is van oordeel dat de rechtbank op dit onderdeel een juiste afweging heeft gemaakt. De rechtbank heeft hieromtrent het volgende overwogen.
“In de Aanwijzing wordt bij de zin "De inzet moet kortdurend zijn en er wordt geen gebruik gemaakt van groei-infiltranten" in een voetnoot expliciet verwezen naar een uitlating van Minister Opstelten hieromtrent ("Zie pag. 20, Kamerstukken II 2013/2014, 29 279, nr. 195"). De rechtbank leidt hieruit af dat het College daarmee tot uitdrukking brengt dat aan voornoemde voorwaarde de volgende uitleg gegeven dient te worden:Minister Opstelten: (...) Het tweede punt betreft het korte traject. Het gaat er daarbij niet alleen om dat het een kort traject in tijd is. Het gaat primair om het doel van de inzet. Het moet een direct te bereiken doel zijn, zonder te veel tussenstappen. Dat wordt er ook mee aangegeven. De inzet leidt direct tot het verzamelen van het benodigde bewijs, bijvoorbeeld over een drugsdeal. Het gaat om een eenmalige inzet. Dat is hierbij het punt. Dit staat tegenover de niet toegestane langere trajecten, waarin meerdere stadia worden doorlopen om het doel te bereiken. Ik noem als voorbeeld: eerst een kleine drugsdeal organiseren, dan een iets grotere en daarna de grote klapper waarmee de hoofddader in beeld komt. Dat kan dus niet. Dan heb je een groeitraject. [54]
De rechtbank constateert hier dat de Minister een striktere definitie hanteert van "groeiinfiltrant" dan de Enquêtecommissie (de commissie-Van Traa, hierna: Van Traa) in haar verslag van 22 november 1994 destijds heeft gedaan. De Enquêtecommissie definieerde een groei-infiltrant namelijk als een burgerinfiltrant die een belangrijke positie gegeven wordt ten opzichte van de organisatie waarin hij gaat infiltreren, opdat het mogelijk wordt dat hij vertrouwen wint bij de top van de criminele organisatie. Om de infiltrant te laten "groeien", moeten soms partijen drugs worden doorgelaten. [55]
De rechtbank is in het licht van het vorenstaande van oordeel dat door het Openbaar Ministerie niet is voldaan aan de genoemde randvoorwaarde. In het onderzoek Vidar is geen sprake geweest van een kortstondig traject en een eenmalige inzet. Ook was het hoofddoel - vaststellen of uitsluiten van betrokkenheid van (leden van) de [naam] bij de internationale handel in harddrugs - niet direct te bereiken. Uit de uiterlijke verschijningsvorm van het geheel kan bovendien worden afgeleid dat het Openbaar Ministerie met de inzet zicht wilde krijgen op de opbouw en structuur van de organisatie
en de personen die "boven" [medeverdachte 1] stonden, en/of de betrokkenheid van andere leden van de [naam] . Daartoe zijn meerdere stadia doorlopen om A-4110 de organisatie binnen te laten dringen en daarin te laten groeien als compagnon van [medeverdachte 2] (traject- Finland/Australië en traject-Finland/Denemarken). De rechtbank is dan ook van oordeel dat het Openbaar Ministerie zich niet aan zijn eigen regelgeving heeft gehouden. Dit levert een vormverzuim op ex artikel 359a Sv.
De rechtbank is van oordeel dat geen rechtsgevolgen behoeven te worden verbonden aan
dit vormverzuim. Zij overweegt hierover het volgende.
Om te beginnen valt de interpretatie die de Minister (en daarmee het Openbaar Ministerie) geeft aan het begrip groei-infiltrant niet geheel te rijmen met de aanleiding voor en het doel van het opheffen van het verbod, [56] namelijk het doordringen tot criminele groepen zodat informatie kan worden verkregen vanuit de kern van de criminele groepering zelf: over de hoofdrolspelers, hun criminele activiteiten en over hun geldstromen, opdat deze hoofdrolspelers en criminele groeperingen aangepakt
kunnen worden. [57] Inherent aan infiltratie is dat sprake zal zijn van beïnvloeding van de groepering. Om geloofwaardig te zijn dient de infiltrant vaak een actieve rol te spelen in de groep. Hij dient betrokken te raken bij de groep van personen of de criminele organisatie om er vervolgens deel van uit te gaan maken, zodat hij informatie en bewijsmateriaal kan vergaren die nodig is in het belang van het onderzoek. [58] Daartoe zal hij in meer of mindere mate in de groepering moeten groeien. [59] Deze ongerijmdheid relativeert de hardheid van de door het Openbaar Ministerie gekozen lage drempel voor het begrip "groei-infiltrant" enigszins. De rechtbank merkt in dit verband op dat de veel hogere drempel van Van Traa's definitie van de groei-infiltrant bij lange na niet is gehaald.
Van groot belang is verder dat verdachten door het geconstateerde vormverzuim niet daadwerkelijk in hun verdediging zijn geschaad. [60] Achterliggend belang van het "verbod" op criminele groei-infiltranten is namelijk dat geen afbreuk wordt gedaan aan de integriteit en de beheersbaarheid van de opsporing. Daarvan is, zoals uit het voorgaande mag blijken, geen sprake geweest. Anders dan bij de IRT-affaire is de opsporing niet "ontspoord" en evenmin zijn er onder verantwoordelijkheid van een officier van justitie (grote) hoeveelheden drugs op de markt terecht gekomen, zoals ten tijde van de IRT-affaire. Ten slotte kan niet worden gezegd dat door de wijze waarop en de mate waarin A-4110 is ingezet in strijd is gehandeld met het proportionaliteitsbeginsel.”
Het hof sluit zich aan bij hetgeen de rechtbank hieromtrent heeft overwogen en maakt deze overweging tot de zijne. Aanvullend overweegt het hof het volgende. Het hof is met de rechtbank van oordeel dat bij infiltratie aan het begrip ‘kort’ en ‘kortdurend’ geen vastomlijnde of eenduidige betekenis kan worden gegeven. Het hof heeft in acht genomen naar welke definitie van de Minister in de Aanwijzing wordt verwezen. Daarnaast heeft het hof ook gezien dat in de Tweede Kamer is gedebatteerd over welke tijdsduur een infiltratietraject zou moeten hebben en dat er in het Kamerdebat verschillende beschrijvingen zijn gegeven waar het gaat om infiltratie. [61] Of een inzet ‘kortdurend’ is zal afhangen van diverse factoren omdat een infiltrant tijd nodig heeft om te infiltreren. Een infiltrant moet vertrouwd raken met zijn rol en de omgeving waarin hij infiltreert wil zijn inzet functioneren. Hoe snel een en ander zal gaan zal ook afhangen van de (on)doorzichtigheid van een organisatie waarin wordt geïnfiltreerd. Voorgaande omstandigheden maken dat de definitie van
kortin elke zaak een andere betekenis zal hebben. Veeleer zal met burgerinfiltratie de nodige tijd gemoeid zijn. Een en ander zal mede worden bepaald door de concrete omstandigheden van de specifieke zaak. Al het voorgaande bezien heeft de rechtbank een juiste afweging gemaakt en volgt het hof de rechtbank in haar conclusie.
Wat betreft de term groei-infiltrant overweegt het hof het volgende. Ook hier heeft het hof gezien dat de Minister een beperkte definitie heeft gegeven. Uit het Tweede Kamer debat zoals dat is gevoerd in het kader van de motie Recourt blijkt dat verschillende definities van een groei-infiltrant aan de orde zijn geweest waarbij de lengte van de inzet of het maken van ‘carrière’ onder meer onderwerp van het debat is geweest. Naar het oordeel van het hof is het belangrijk om ook hier te kijken naar het wezen en traject van de infiltratie. Bijvoorbeeld naar de tijd die is gemoeid met het vertrouwd raken met de organisatie, het vertrouwen winnen, maar ook de ondoorzichtigheid van de organisatie met eigen kenmerken, is een belangrijke factor. Gelet op die omstandigheden is het hof van oordeel dat de definitie en uitspraken van de Minister moeilijk vallen te rijmen met de uitvoeringspraktijk.
Desalniettemin heeft het Openbaar Ministerie er voor gekozen om de beperkte definitie in de aanwijzing op te nemen, zodat de rechtbank en ook het hof daaraan gebonden zijn en daaraan toetsen.
Deze toetsing verdient op grond van het bovenstaande evenwel een zekere nuancering
Uit het dossier blijkt dat A-4110 een jaar heeft gefungeerd als infiltrant. Er lopen op dat moment meerdere drugs-exporttrajecten naast elkaar waarin A-4110 weliswaar meedraaide, maar op een beperkte manier. Hij verzamelde vooral informatie en verleende her en der hand- en spandiensten. In de criminele organisatie is hij niet opgeklommen. Zijn rol bleef beperkt tot een bijrol. Hij blijft bezig met het vergaren van informatie. De Minister heeft beschreven dat infiltratie beperkt dient te blijven tot de opsporing van een eenmalig concreet feit. Vastgesteld kan worden dat het daar in deze zaak niet om draait. Het gaat om een concrete verdenking, namelijk van de internationale handel in harddrugs, waarvoor in het kader van opsporing meer zicht op de criminele groepering van belang is. Bij het inzetten van A-4110 bestonden er aanwijzingen en verdenkingen dat diverse activiteiten werden ontwikkeld voor harddrugslijnen naar verschillende landen. Het onderzoek richtte zich op een organisatie waarin verschillende trajecten naast elkaar liepen en waarbij het de opdracht was van de criminele burgerinfiltrant om informatie te verkrijgen over hoe de verhoudingen lagen en hoe de taken binnen de groep waren verdeeld, ook om zicht te krijgen op alle betrokken personen. Al die tijd bleef de rol van A-4110 in de kern hetzelfde, hij vervulde een bijrol. Hoewel hij wel directer met de drugs in aanraking kwam, zo heeft hij drugs aangepakt en drugs verpakt, is hij niet opgeklommen in de organisatie. Hij liep mee met verdachte [medeverdachte 2] , was vaak diens chauffeur, en A-4110 deelde de contacten die van belang konden zijn voor de drugshandel. In het proces-verbaal aanvraag verlenging overeenkomst burgerinfiltratie blijkt dat A-4110 een faciliterende en bemiddelende rol zal innemen. [62] De rol van de criminele burgerinfiltrant wordt telkens consequent beschreven. Vastgesteld kan worden dat aan de rol van A-4110 in de laatste aanvraag voor een verlenging uitgebreider vorm wordt gegeven. Dit valt vooral te verklaren uit het feit dat er op dat moment meer activiteit is binnen de groep waarin wordt geïnfiltreerd. De verdenkingen breiden zich daarbij uit naar meerdere personen. A-4110 verleent op dat moment bijstand en medewerking aan de groep en indien nodig bemiddelt hij in contacten. Het hof stelt ook vast dat uit de diverse processen-verbaal van aanvraag van burgerinfiltratie volgt dat het steeds de bedoeling is geweest en werd geprobeerd om de rol van A-4110 kleiner te maken of hem uit het infiltratietraject te halen, maar dat dat door het vertrouwen dat binnen de organisatie in A-4110 werd gesteld telkens vanwege uitlatingen of gedragingen van betrokkenen in die organisatie, niet lukte.
Deze aanvullende overwegingen maken dat het hof met de rechtbank van oordeel is dat – zoals hierboven overwogen - het Openbaar Ministerie zich niet aan zijn eigen regelgeving heeft gehouden en dat dit in die zin een vormverzuim op ex artikel 359a Sv oplevert. Het hof is, op de hierboven door van de rechtbank aangehaalde gronden, van oordeel dat daaraan geen rechtsgevolgen behoeven te worden verbonden.
Toestemming van de MinisterDe laatste voorwaarde is dat de Minister toestemming moet geven voor de inzet van de criminele burgerinfiltrant. [63] Met de rechtbank stelt het hof vast
dat Minister Grapperhaus - zij het via een in beknoptheid uitblinkende brief - op 21 maart 2019 toestemming heeft verleend voor de inzet van criminele burgerinfiltrant in het onderzoek Vidar. [64]
Het hof stelt vast dat uit het dossier blijkt dat A-4110 vanaf 1 maart 2019 formeel, op grond van de met hem gesloten overeenkomst, is ingezet als criminele burgerinfiltrant. [65] Daarentegen blijkt wel dat A-4110 in de periode tussen 1 maart 2019 en 21 maart 2019 feitelijk enkel is ingezet in het kader van een pseudokoop en de introductie van A-2369 in dat kader bij verdachte [medeverdachte 5] . [66] In die betreffende periode is het bevel tot pseudokoop/pseudodienstverlening en het bevel tot stelselmatig informatie-inwinning nog van kracht. [67]
Uit het voorgaande blijkt aldus dat de door de Minister verleende toestemming te laat is verleend nu de overeenkomst tot burgerinfiltratie op 1 maart 2019 reeds is gesloten. Dit levert - hoe dan ook - een vormverzuim op. De door de advocaten-generaal naar voren gebrachte reden daarvoor, inhoudende dat de drukke agenda van de Minister daar de oorzaak van is, brengt het hof niet tot een ander oordeel. Het is de verantwoordelijkheid van het Openbaar Ministerie en de Minister dat dergelijke voorgeschreven handelingen op tijd worden gedaan.
Vervolgens dient het hof te beoordelen welke consequentie aan dit vormverzuim verbonden dient te worden. Zoals hiervoor is overwogen zijn de door A-4110 verrichte handelingen in de periode van 1 maart 2019 tot 21 maart 2019 gericht geweest op het tot stand brengen van een pseudokoop. Niet gebleken is, noch bestaat daar aanwijzing voor, dat A-4110 opdrachten heeft verricht die verband hielden met het dan formeel al lopende infiltratie-traject. De opdrachten die A-4110 in die periode wel heeft uitgevoerd werden verricht op basis van het bovenomschreven bevel tot pseudokoop/pseudodienstverlening en het bevel tot stelselmatig informatie-inwinning en zijn handelingen waren in die zin gedekt door die andere overeenkomsten waarvoor geen toestemming van de Minister is vereist. Gelet daarop zal het hof volstaan met de constatering dat er een vormverzuim is en daar geen consequenties aan verbinden nu de verdachte daardoor niet in zijn belangen is geschaad.
B – De feitelijke inzet van A-4110 als burgerpseudokoper/-dienstverlener, burgerinformant en burgerinfiltrant
Wettelijk kaderStelselmatige informatie-inwinningDe inzet en wijze van uitvoering van het stelselmatig inwinnen van informatie door een politie ambtenaar vindt wettelijke grondslag in artikel 126j Sv. Voor de inzet en toepassing van deze bevoegdheid volgt uit deze bepaling dat er een verdenking van een misdrijf moet bestaan en het bevel in het belang is van het onderzoek. Het bevel wordt gegeven voor een periode van ten hoogste drie maanden en kan telkens met een periode van ten hoogste drie maanden worden verlengd. Het bevel tot het inwinnen van informatie is schriftelijk en vermeldt:
a. het misdrijf en indien bekend, de naam of anders een zo nauwkeurig mogelijke omschrijving van de verdachte;
b. de feiten of omstandigheden waaruit blijkt dat sprake is van een verdenking van een misdrijf;
c. de wijze waarop aan het bevel uitvoering wordt gegeven, en
d. de geldigheidsduur van het bevel.
Een bevel stelselmatige informatie-inwinning kan ook worden gegeven aan een persoon in de openbare dienst van een vreemde staat, die voldoet aan bij algemene maatregel van bestuur te stellen eisen.
De bevoegdheid tot het undercover stelselmatig inwinnen van informatie omtrent een verdachte onderscheidt zich van de politiële infiltrant doordat niet wordt deelgenomen of meegewerkt aan een groep van personen of een georganiseerd verband waarbinnen misdrijven worden beraamd of gepleegd. De opsporingsambtenaar zal dan ook niet deelnemen aan het plegen of beramen van misdrijven. Het onderscheid met de stelselmatige observatie is daarin gelegen dat de opsporingsambtenaar uitdrukkelijk tot opdracht heeft om op zodanige wijze aanwezig te zijn in de omgeving van de verdachte, dat de verdachte of personen uit de directe omgeving van de verdachte met hem contacten onderhouden zonder dat zij weten dat zij met een opsporingsambtenaar van doen hebben. De opsporingsambtenaar observeert dus niet alleen, maar interfereert actief in het leven van de verdachte. Hij gaat daarbij verder dan alleen waarnemen of luisteren (zie Kamerstukken II 1996/97, 25 403, nr. 3, p. 34-35).
In artikel 126v Sv is bepaald dat de officier van justitie in het belang van het onderzoek kan bevelen dat een opsporingsambtenaar met een persoon die geen opsporingsambtenaar is, een zogenaamde burgerinformant) overeenkomt dat deze bijstand verleent aan de opsporing door stelselmatige informatie-inwinning omtrent een verdachte, onderscheidenlijk een persoon ten aanzien van wie een redelijke vermoeden bestaat dat deze is betrokken bij het in georganiseerd verband beramen of plegen van misdrijven.
Pseudokoop of-dienstverleningDe pseudokoop of -dienstverlening is wettelijk geregeld in artikel 126i Sv. Voor de inzet en toepassing van deze bevoegdheid volgt uit deze bepaling dat er een verdenking is van een misdrijf waarvoor voorlopige hechtenis mogelijk is en het bevel in het belang van het onderzoek is. De bevoegdheid van pseudokoop of -dienstverlening strekt tot het afnemen van goederen of het verlenen van diensten. Het bevel tot pseudokoop of -dienstverlening is schriftelijk en vermeldt:
a. het misdrijf en indien bekend de naam of anders een zo nauwkeurig mogelijke omschrijving van de verdachte;
b. de feiten of omstandigheden waaruit blijkt dat sprake is van een verdenking van een misdrijf waarvoor voorlopige hechtenis mogelijk is;
c. de aard van de goederen, gegevens of diensten;
d. de wijze waarop aan het bevel uitvoering wordt gegeven, daaronder begrepen strafbaar gesteld handelen, en
e. het tijdstip waarop, of de periode waarbinnen aan het bevel uitvoering wordt gegeven.
Evenals bij stelselmatige informatie-inwinning kan een bevel pseudokoop of -dienstverlening ook worden gegeven aan een persoon in de openbare dienst van een vreemde staat, die voldoet aan bij algemene maatregel van bestuur te stellen eisen. Een bevel pseudokoop en -dienstverlening heeft in beginsel een eenmalig karakter en is een minder ingrijpende bevoegdheid dan infiltratie. De pseudokoop en -dienstverlening worden als zelfstandige bevoegdheid geregeld naast de infiltratie omdat zij ook buiten de gevallen waarin infiltratie is toegelaten, kunnen worden toegepast, juist vanwege het minder ingrijpende karakter (zie Kamerstukken II 1996/97, 25 403, nr. 3, p. 33).
Anders dan bij stelselmatige informatie-inwinning is de opsporingsambtenaar in geval van pseudokoop of -dienstverlening bevoegd om strafbare feiten te plegen (zie Kamerstukken II 1996/97, 25 403, nr. 3, p. 34). [68]
In artikel 126ij en 126z Sv is geregeld dat de officier van justitie in het belang van het onderzoek met een persoon die geen opsporingsambtenaar is, overeen kan komen dat deze bijstand verleend aan de opsporing in de vorm van burgerpseudokoop en -dienstverlening.
InfiltratieHet hof zal het wettelijk kader van infiltratie hier niet meer bespreken nu dit hierboven onder A. al uitgebreid is weergegeven.
Wat blijkt uit het dossier?Op grond van de inhoud van het dossier stelt het hof het volgende vast.
Burgerpseudokoop/burgerpseudodienstverleningOp 15 mei 2018 is in het onderzoek jegens verdachte [medeverdachte 5] door middel van een proces-verbaal een overeenkomst burger pseudokoop/burgerpseudodienstverlening met A-4110 aangevraagd. [69] Op 17 mei 2018 is de eerste overeenkomst tot stand gekomen voor de duur van drie maanden. De te verlenen bijstand bestaat uit de introductie door A-4110 bij verdachte [medeverdachte 5] van een door het WOD begeleidingsteam aangewezen (buitenlandse) burger en/of (buitenlandse) opsporingsambtenaar en het faciliteren in zijn contacten met [medeverdachte 5] .
Het doel van deze introductie is te komen tot:
- de pseudokoop van een hoeveelheid harddrugs en/of de pseudodienstverlening met betrekking tot handelingen die betrekking hebben op het bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken, vervoeren, aanwezig hebben en/of vervaardigen van harddrugs;
- het winnen van vertrouwen van [medeverdachte 5] en
- het zicht krijgen op de vermoedelijke contacten van [medeverdachte 5] met kaderleden van de [naam] , charter [naam] .
Voorts is in de overeenkomst opgenomen dat de burger bij de uitvoering van de bij deze overeenkomst overeengekomen bijstand aan de opsporing wordt begeleid door opsporingsambtenaren van het team Werken onder Dekmantel van de landelijke eenheid. Bij de uitvoering van deze overeenkomst heeft het team Werken onder Dekmantel van de landelijke eenheid - bij wijze van inspanningsverplichting/zorgplicht - voortdurend oog voor de veiligheid van Burger.
Voorts is in de overeenkomst opgenomen dat de burger recht heeft op een onkosten- en uurvergoeding als bedoeld in artikel 1 onder h van de Circulaire bijzondere opsporingsgelden ten bedrage van € 50,- per uur bij de inzet. [70]
Op 14 augustus 2018 is in een proces-verbaal een aanvraag ingediend ten einde de hiervoor aangehaalde overeenkomst te verlengen. De reden daarvoor is de volgende. Sinds het afsluiten van de bedoelde overeenkomst hebben er vier geregisseerde en drie spontane ontmoetingen plaatsgevonden tussen [medeverdachte 5] en A-4110. Hieruit blijkt dat de verschillende doelen uit de eerdere aanvraag gerealiseerd lijken te worden. Tot dan toe is het volgende gebleken:
- gezien de reacties van [medeverdachte 5] kan blijken dat hij zich bezighoudt met de handel in verdovende middelen en dat een burgerpseudokoop van harddrugs in de maak is.
- A-4110 lijkt het vertrouwen van [medeverdachte 5] gewonnen te hebben en is bezig de getuige A-4133 te introduceren.
- Uit de bij proces-verbaal van bevindingen vastgelegde ontmoeting, die [medeverdachte 5] met A-4110 op 24 mei 2018 heeft gehad, blijkt dat [medeverdachte 5] met betrekking tot de handel in harddrugs niet zelfstandig kan handelen. Tijdens deze ontmoeting zegt [medeverdachte 5] dat hij overleg moet plegen met een derde persoon en mensen niet kan passeren.
- Na de tweede ontmoeting is de volgende dag contact met [medeverdachte 1] , vicepresident bij de [naam] te [plaats] .
- Bij de derde ontmoeting heeft A-4110 [medeverdachte 5] met de buitenlandse A-4133 laten kennismaken en is een vervolg hiervan op handen.
- Vrijwel direct na de derde geregisseerde ontmoeting op 5 juli 2018, rijdt [medeverdachte 5] naar de woning van [medeverdachte 1] in [plaats] .
- Op 30 juli 2018 is een spontane ontmoeting geweest tussen [medeverdachte 5] en A-4110. Tijdens deze ontmoeting is een afspraak gemaakt voor de volgende dag.
- Op 31 juli 2018 heeft een geregisseerde ontmoeting plaatsgevonden en daarbij zijn nadere plannen gemaakt voor de burgerpseudokoop door getuige A-4133. In de eerste week van september 2018 zal getuige A-4133 weer naar Nederland komen om tot de pseudokoop te komen.
Er blijkt aldus dat een aanstaande burgerpseudokoop/-dienstverlening op handen is waar A-4110 onderdeel vanuit maakt op grond waarvan wordt verzocht de overeenkomst met A-4110 te verlengen. [71] Uit het dossier blijkt dat de overeenkomst op 15 augustus 2018 is verlengd voor de duur van 12 weken en eindigt op 15 november 2018. [72]
Op 5 november 2018 is bij proces-verbaal nogmaals een verlenging aangevraagd voor de overeenkomst met A-4110. Uit die aanvraag blijkt het volgende. A-4110 heeft de opdracht gekregen om een (buitenlandse) burger (A-4133) en/of (buitenlandse) opsporingsambtenaar te introduceren en deze te faciliteren in zijn contacten met [medeverdachte 5] . Om tot een (vertrouwens-)pseudokoop door A-4133 bij [medeverdachte 5] te komen heeft getuige A-4110 het vertrouwen van [medeverdachte 5] weten te winnen. A-4110 heeft meerdere spontane en geregisseerde ontmoetingen gehad met [medeverdachte 5] . Zodoende is een basis gecreëerd om A-4133 te introduceren. De ontmoetingen tussen [medeverdachte 5] met A-4110 en A-4133 hebben plaatsgevonden. Voorts is het volgende gebleken.
- Op donderdag 30 augustus 2018 werd namens de WOD door A-4110 de afspraak gemaakt om op dinsdag 4 september 2018 tot een pseudokoop van één kilo cocaïne door de buitenlandse A-4133 te komen.
- Op dinsdag 4 september 2018 heeft een geregisseerde ontmoeting plaatsgevonden tussen [medeverdachte 5] met A-4110 en A-4133, waarbij het voornemen was om tot de pseudokoop te komen, hetgeen uiteindelijk niet is geslaagd.
- Op maandag 10 september 2018 heeft een gesprek plaats gevonden tussen [medeverdachte 5] en A-4110. Hierin is besproken dat in oktober 2018 een vervolg zal komen van de vertrouwens-pseudokoop van 1 kilo cocaïne door A-4133.
- Op woensdag 10 oktober 2018 heeft getuige A-4110 een geregisseerde ontmoeting gehad met [medeverdachte 5] . Hierbij is door A-4110 een bestelling gedaan van 100 gram cocaïne en één kilogram speed. Deze harddrugs zijn maandag 15 oktober 2018 in een geregisseerde ontmoeting, door tussenkomst van A-41 10, aan A-4133 geleverd door [medeverdachte 5] .
- Door de WOD zal voor A-4110 en A-4133 een geregisseerde ontmoeting worden gepland in november 2018, waarbij een grotere hoeveelheid harddrugs bij [medeverdachte 5] zal worden besteld.
Uit het proces-verbaal van de aanvraag blijkt dat het voornemen blijft om door een pseudokoop het vertrouwen van [medeverdachte 5] te verstevigen, waarbij, mede gezien de wens van [medeverdachte 5] , het wenselijk is dat gebruik wordt gemaakt van de diensten van A-4110. Het vermoeden bestaat dat zonder de diensten van A-4110, A-4133 en/of de (buitenlandse) opsporingsambtenaar niet in staat zullen zijn op eenvoudige wijze het vertrouwen van [medeverdachte 5] en/of van de kaderleden van de [plaats] [naam] te winnen dan wel afspraken met hen te maken.
De tweede verlenging overeenkomst tot pseudokoop/pseudodienstverlening met een burger is verlengd voor de duur van 12 weken, welke periode aanvangt op 15 november 2018 en eindigt op 15 februari 2019. [73]
Na de tweede verlenging is er nog een derde verlenging geweest. Uit het proces-verbaal van de aanvraag voor de derde verlenging blijkt het volgende. Op donderdag 06 december 2018 uur is A-4110 bij [medeverdachte 5] geweest en heeft [medeverdachte 5] verteld dat A-4133 op 11 december 2018 tien kilo speed wil hebben en daarvoor wil afspreken in [plaats] . Voordat [medeverdachte 5] op 11 december 2018 met zijn auto naar [plaats] rijdt, gaat hij door [plaats] en stopt op de [straat] ter hoogte van [adres] . Dit is bij de woning van [medeverdachte 1] . Vervolgens rijdt de auto van [medeverdachte 5] naar [plaats] .
Op 11 december 2018, omstreeks 21:44 uur, levert [medeverdachte 5] in [plaats] 10 kilo speed aan A-4133. Uit het verhoor van A-4133 over de laatste ontmoeting blijkt dat er tussen [medeverdachte 5] en A-4133 is gesproken over volgende ontmoetingen en afspraken met de baas (de buitenlandse opsporingsambtenaar) van A-4133.
Verder wordt in de aanvraag het vervolgtraject burgerpseudokoop besproken. De vervolgstap is een (buitenlandse) opsporingsambtenaar te introduceren. In de tweede week van februari 2019 zal naar verwachting de volgende ontmoeting tussen [medeverdachte 5] en A-4133 plaatsvinden. Het voornemen is om afspraken te maken met betrekking tot de ontmoeting met de "baas" van A-4133 bij [medeverdachte 5] . De baas wordt (volgens de scenario's van de WOD) ook geïntroduceerd om de pseudokoop van een grotere omvang realistisch te maken, waardoor [medeverdachte 5] naar verwachting het hogere kader van [naam] nodig heeft en er aldus verwacht wordt dat er zicht komt op criminele activiteiten van de [naam] .
Het ziet er naar uit dat A-4110 ook hierin een rol heeft, want [medeverdachte 5] wil vooralsnog niet rechtstreeks met A-4133 contact onderhouden. [medeverdachte 5] is daar duidelijk over tegen A-4110 wanneer die zegt dat A-4133 het liever alleen met [medeverdachte 5] wil doen. [medeverdachte 5] kent A-4110 goed en wil hem als tussenpersoon laten fungeren bij contacten met A-4133.
Het voornemen blijft om door een pseudokoop het vertrouwen van [medeverdachte 5] te verstevigen, waarbij, mede gezien de wens van [medeverdachte 5] , het wenselijk is dat gebruik wordt gemaakt van de diensten van A-4110. A-4110 zal hiervoor weer afspraken moeten maken met [medeverdachte 5] .
Het vermoeden bestaat dat zonder de diensten van A-4110, A-4133 en/of de (buitenlandse) opsporingsambtenaar niet in staat zullen zijn op eenvoudige wijze het vertrouwen van [medeverdachte 5] en/of van de kaderleden van de [plaats] [naam] te winnen dan wel afspraken met hen te maken. Verzocht wordt om de overeenkomst voor een periode van drie maanden te verlengen, van 15 februari 2019 tot en met 10 april 2019. [74]
De overeenkomst tot pseudokoop/pseudodienstverlening met een burger is voor de derde keer verlengd, voor de duur van 12 weken, welke periode aanvangt op 15 februari 2019 en eindigt op 15 mei 2019. [75]
Stelselmatige informatie-inwinning
A-4110 heeft ook als burger stelselmatig informatie ingewonnen. Op 3 juli 2018 is een proces-verbaal van aanvraag opgemaakt voor een bevel stelselmatige informatie-inwinning door burger A-4110. Uit die aanvraag blijkt het volgende. A-4110 heeft de opdracht gekregen om A-4133 te introduceren bij [medeverdachte 5] . A-4133 is een voormalig politie-infiltrant uit het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Ierland die in 2017 met eervol ontslag is gegaan. Inmiddels hebben A-4110 en [medeverdachte 5] elkaar vier keer, niet altijd gepland, ontmoet en is op korte termijn een ontmoeting tussen [medeverdachte 5] en A-4133 te verwachten.
Bij de eerste ontmoeting(-en) tussen [medeverdachte 5] en A-4133 zal A-4110 aanwezig zijn. Onduidelijk is of de vertrouwensband tussen A-4133 en [medeverdachte 5] op korte termijn van die mate is, dat A-4110 het contact met [medeverdachte 5] kan beëindigen. Daarmee heeft A-4110 mogelijk een langduriger en meer stelselmatig contact met [medeverdachte 5] .
Uit de kenmerken van het feit waarvan [medeverdachte 5] verdacht wordt (internationale
harddrugshandel) en de tot op heden opgenomen en uitgewerkte vertrouwelijke communicatie tussen [medeverdachte 5] en A-4110 vloeit een redelijk vermoeden voort dat in georganiseerd verband misdrijven worden beraamd die een ernstige inbreuk op de rechtsorde opleveren. Uit de tot op heden opgenomen en beschikbaar gestelde vertrouwelijke communicatie tussen [medeverdachte 5] en A-4110 en uit een verhoor na afloop van een ontmoeting tussen [medeverdachte 5] en A-4110 blijkt samengevat onder meer dat [medeverdachte 5] :
- zich moet indekken om iemand niet te passeren;
- volgens A-4110 zegt dat hij toestemming moet vragen van iemand die nu vast zit en
- aan A-4110 zou hebben gevraagd of 'zij' ook mee mogen gooien met 'die man'.
Tot op heden is onbekend wie behalve [medeverdachte 5] deel uitmaakt/uitmaken van dit georganiseerde verband dat misdrijven beraamt en/of pleegt. Doel van de stelselmatige inwinning door A-4110 is informatie te achterhalen over de strafbare feiten waarvan [medeverdachte 5] wordt verdacht en zo inzicht te krijgen in de manier waarop hij deze feiten pleegt en daarnaast mogelijk zicht te krijgen op de persoon/personen waarmee [medeverdachte 5] dit misdrijf/deze misdrijven al dan niet in georganiseerd verband beraamt en/of pleegt. Ook kan de stelselmatige inwinning van informatie van belang zijn met betrekking tot de veiligheid van A-4110 zelf en ook die van A-4133.
De verwachting bestaat dat klassieke opsporingsmethoden zoals het afluisteren van telefoongesprekken en/of het horen van getuigen geen resultaat opleveren. De ervaring leert dat zowel bij de (internationale) handel in harddrugs als door (kader-)leden van outlaw motorcycle gangs gebruik wordt gemaakt van bestaande contacten en afgeschermde communicatiemethodes. Zo geeft [medeverdachte 5] bijvoorbeeld in telefoongesprekken aan dat hij gaat appen en dat hij niet alles over de telefoon wil bespreken. Verzocht wordt om het bevel uit te vaardigen voor de periode van 4 juli 2018 tot en met 4 oktober 2018. [76]
Op 3 juli 2018 is het bevel tot het sluiten van een overeenkomst stelselmatige inwinning van informatie met een burger gegeven met betrekking tot verdachte [medeverdachte 5] en de NN-betrokkene(n) voor een periode van ten hoogste drie maanden, welke periode aanvangt op 4 juli 2018 tot en met 4 oktober 2018. [77]
Vervolgens is een overeenkomst tot stelselmatige informatie inwinning door een burger gesloten. In de overeenkomst is het volgende vermeld. Burger zal met ingang van 4 juli 2018 tot en met 4 oktober 2018 bijstand aan de opsporing verlenen. De door Burger te verlenen bijstand bestaat uit het stelselmatig inwinnen van informatie omtrent de intenties, plannen, voorbereidingen, communicatie, gedragingen van verdachte [medeverdachte 5] en/of andere NN-verdachten en/of personen die betrokken zijn bij het in georganiseerd verband beramen of plegen van misdrijven, met name de invoer en/of verwerking en/of uitvoer en/of handel in (synthetische) harddrugs, dan wel de voorbereiding van die strafbare feiten. Daaronder begrepen het stelselmatig inwinnen van informatie over de (inhoud van de) contacten tussen [medeverdachte 5] en leden van de [naam] [plaats] , charter
[naam] . Burger zal bij de uitvoering van de bij deze overeenkomst overeengekomen
bijstand aan de opsporing worden begeleid door opsporingsambtenaren van het team Werken onder Dekmantel van de landelijke eenheid. Bij de uitvoering van deze overeenkomst heeft het team Werken onder Dekmantel van de landelijke eenheid - bij wijze van inspanningsverplichting/zorgplicht - voortdurend oog voor de veiligheid van Burger. Daarnaast is in de overeenkomst opgenomen dat de burger recht heeft op een onkosten- en uurvergoeding als bedoeld in artikel 1 onder h van de Circulaire bijzondere opsporingsgelden ten bedrage van € 50,- per uur bij inzet. De overeenkomst is ondertekend op 5 juli 2018. [78]
Op 1 oktober 2018 is een verzoek gedaan tot verlenging van bovenvermelde overeenkomst. Uit het proces-verbaal van de aanvraag voor de verlenging blijkt het volgende. Op 17 mei 2018 is een overeenkomst burgerpseudokoop/ -dienstverlening gesloten tussen de officier van justitie en A-4110. A-4110 heeft A-4133 geïntroduceerd bij [medeverdachte 5] . Bij de introductie is samengevat het volgende besproken:
- A-4110 heeft iemand voor "die snelle";
- A-4110 wil Ieren naar Nederland laten komen;
- [medeverdachte 5] vindt dat "ok", maar wil "aan deze kant" blijven;
- [medeverdachte 5] moet zich indekken om iemand niet te passeren;
- [medeverdachte 5] moet toestemming vragen van iemand die nu vast zit
- [medeverdachte 5] vraagt aan A-4110 of "zij" ook mee mogen gooien met "die man", hiermee
wordt bedoeld dat "ze" ook kilo's willen meevoeren naar Ierland.
- [medeverdachte 5] vraagt of "ze" ook belang hebben bij andere dingen, waarmee hij doelt op
andere soorten drugs dan speed.
Op donderdag 05 juli 2018 heeft nabij een horecagelegenheid te [plaats] een eerste ontmoeting plaatsgevonden tussen A-4133 en [medeverdachte 5] , in bijzijn van A-4110. In deze ontmoeting wordt kort samengevat het volgende besproken:
- [medeverdachte 5] had een eigen mannetje voor de speed van goede kwaliteit, maar die zit nu in
Duitsland in de gevangenis.
- In de toekomst kan [medeverdachte 5] misschien voorzien in het vervoer van de drugs naar de Ier.
- A-4133 en [medeverdachte 5] komen overeen dat A-4133 1 kilogram cocaïne aankoopt als test voor 28.000 euro.
- A-4133 treedt in contact met A-4110 om een tweede ontmoeting te beleggen.
Op dinsdag 31 juli 2018 heeft A-4110 opnieuw een ontmoeting met [medeverdachte 5] . In deze
ontmoeting vertelt A-4110 dat de Ieren veel belangstelling hebben en in september langs willen
komen. A-4110 benadrukt dat hij de Ieren vertrouwt en op de vraag of ze ook belangstelling hebben
voor speed, zegt A-4110 dat dit met hen zelf overlegd moet worden.
Op dinsdag 04 september 2018 heeft een tweede ontmoeting tussen A-4133 en A-4110 en
[medeverdachte 5] plaatsgevonden bij het [locatie] hotel te [plaats] . Tijdens deze ontmoeting is het volgende besproken en heeft het volgende plaatsgevonden:
- Omdat [medeverdachte 5] zelf tweeduizend euro meer moet betalen voor de cocaïne, is de prijs gestegen naar 30.000 euro.
- De lokale leveranciers voor de cocaïne zijn niet beschikbaar, dus de cocaïne moet afgehaald worden in de buurt van [plaats] .
- A-4133 en A-4110 rijden op eigen gelegenheid naar [plaats] en spreken af om daar [medeverdachte 5] wederom te ontmoeten.
- Omdat [medeverdachte 5] er die avond niet in slaagt om naar eigen zeggen cocaïne van goede kwaliteit aan te kopen, spreekt hij met A-4133 af dat ze de aankoop uitstellen tot een ander moment.
- Volgens [medeverdachte 5] zou de aankoop de volgende keer makkelijker zijn, omdat zijn lokale
leveranciers niks hadden ten gevolge van (het eind van) de vakanties.
Tot op heden is aldus het proces-verbaal onbekend wie behalve [medeverdachte 5] deel uitmaakt/uitmaken van dit georganiseerde verband dat misdrijven beraamt en/of pleegt. Door onder meer de stelselmatige inwinning van informatie door A-4110 wil het onderzoeksteam zicht krijgen op het georganiseerde verband waarbinnen [medeverdachte 5] kennelijk harddrugs verhandelt, dan wel bewerkt, verwerkt, verkoopt, aflevert, verstrekt, vervoert, aanwezig heeft en/of vervaardigt.
Doel van de stelselmatige inwinning door A-4110 is informatie te achterhalen over de strafbare feiten waarvan [medeverdachte 5] wordt verdacht en zo inzicht te krijgen in de manier waarop hij deze feiten pleegt en daarnaast mogelijk zicht te krijgen op de persoon of personen waarmee [medeverdachte 5] dit misdrijf/deze misdrijven al dan niet in georganiseerd verband beraamt en/of pleegt.
[medeverdachte 5] en A-4133 hebben op 4 september 2018 de afspraak gemaakt om op een later
moment de kilo cocaïne aan te kopen. Met deze aankoop dient het vertrouwen in getuige A-4133 door [medeverdachte 5] te worden bevestigd. Wanneer het vertrouwen is gewekt, wordt als vervolgstap een (buitenlandse) opsporingsambtenaar geïntroduceerd. Via deze opsporingsambtenaar hoopt het onderzoeksteam zicht te krijgen op de leiders van het eventueel georganiseerd crimineelverband waar [medeverdachte 5] deel van uitmaakt. De opsporingsambtenaar zal dan ook het profiel hebben van een 'grote jongen' in plaats van dat van een tussenpersoon, zoals A-4133 zichzelf heeft voorgesteld. Wanneer [medeverdachte 5] rechtstreeks contact wil onderhouden met A-4133 zal de inzet van A-4110 worden beëindigd. Uit het contact tussen [medeverdachte 5] en A-4110 op 10 september 2018 blijkt
dat de [medeverdachte 5] in dit stadium enkel met tussenkomst van A-4110 opnieuw in contact wil treden met A-4133. Verzocht wordt om de overeenkomst te verlengen tot 1 januari 2019. [79]
Naar aanleiding van deze aanvraag is een bevel tot verlening van een overeenkomst stelselmatige inwinning van informatie met een burger verleend met betrekking tot verdachte [medeverdachte 5] en de NN-betrokkene(n) voor een periode van ten hoogste drie maanden, welke periode aanvangt op 4 oktober 2018 tot en met 1 januari 2019. [80] Van deze verlenging is een overeenkomst opgesteld, inhoudende dat de overeenkomst van 4 juli 2018 wordt verlengd van 4 oktober 2018 tot en met 1 januari 2019. [81]
Op 21 december 2018 wordt de tweede verlenging aangevraagd. Reden daarvoor is dat in de laatste week van januari of eerste week februari 2019 naar verwachting de volgende ontmoeting tussen [medeverdachte 5] en A-4133 zal plaatsvinden. Het ligt voor de hand dat [medeverdachte 5] voor en tijdens deze inzet met A-4110 verschillende contactmomenten zal hebben. Ook is de verwachting dat A-4110 en [medeverdachte 5] nog contact hebben over de kwaliteit of gewicht van de in december door A-4133 aangekochte drugs. Het voornemen is ook om de "baas" van A-4133 in januari 2019 bij [medeverdachte 5] te introduceren. Het ziet er naar uit dat A-4110 ook hierin een rol heeft, want [medeverdachte 5] wil vooralsnog niet rechtstreeks met A-4133 contact onderhouden.
Doel van de stelselmatige inwinning door A-4110 is informatie te achterhalen over de strafbare feiten waarvan [medeverdachte 5] , [medeverdachte 1] , [medeverdachte 9] en/of [medeverdachte 8] worden verdacht en zo inzicht te krijgen in de manier waarop zij deze feiten plegen en daarnaast mogelijk zicht te krijgen op de persoon of personen waarmee de verdachten dit misdrijf/deze misdrijven al dan niet in georganiseerd verband beramen en/of plegen.
Nu de introductie van een (buitenlandse) opsporingsambtenaar aanstaande lijkt te zijn, waarbij het onderzoeksteam zicht hoopt te krijgen op de leiders van het vermeend georganiseerd crimineel verband, lijkt de bijstand van de criminele burger aldus het proces-verbaal onvermijdelijk. Vooralsnog blijkt dat [medeverdachte 5] enkel met tussenkomst van A-4110 in contact wil treden met A-4133. Verzocht wordt om het bevel te verlengen van 1 januari 2019 tot en met 31 maart 2019. [82] Naar aanleiding van deze aanvraag is een bevel tot wijziging en verlenging van een overeenkomst stelselmatige inwinning van informatie met een burger verleend met betrekking tot verdachte [medeverdachte 5] en [medeverdachte 1] en de NN-betrokkene(n) voor een periode van ten hoogste drie maanden, welke periode aanvangt op 1 januari 2019 tot en met 31 maart 2019. [83] Van deze wijziging en verlenging is een overeenkomst opgesteld, inhoudende dat de overeenkomst van 4 juli 2018 voor de tweede keer wordt verlengd voor de duur van 1 januari 2019 tot en met 1 april 2019 en wordt aangevuld in die zin dat de stelselmatige inwinning van informatie door de burger ook ziet op verdachte [medeverdachte 1] . [84]
Inzet criminele burgerinfiltrantOp 27 februari 2019 werd in een proces-verbaal aan de officier van justitie verzocht om een overeenkomst tot criminele burgerinfiltratie af te sluiten met A-4110, contra de verdachten [medeverdachte 5] , [medeverdachte 1] , [medeverdachte 8] , [medeverdachte 9] en [medeverdachte 2] , en mogelijk andere leden van de [naam] , voor de periode van 1 maart 2019 tot en met 3l mei 2019. In de aanvraag tot het aangaan van een overeenkomst wordt het volgende vermeld. Naar aanleiding van de contacten tussen A-4110 en [medeverdachte 5] en diens wens om in contact te komen met een buitenlandse afnemer van verdovende middelen, is door officier van justitie met A-4110 een overeenkomst burgerpseudokoop/burgerpseudodienstverlening aangegaan. A-4110 heeft de opdracht gekregen, A-4133, te introduceren en deze te faciliteren in zijn contacten met [medeverdachte 5] . Ook is een bevel stelselmatige informatie-inwinning gegeven.
De eerste, door de WOD geregisseerde, ontmoeting tussen A-4110 en [medeverdachte 5] vond plaats op 24 mei 2018. A-4110 heeft op 05 juli 2018 A-4133 bij [medeverdachte 5] geïntroduceerd. Na deze kennismaking vonden in de periode van 30 augustus 2018 tot en met 22 februari 2019 in totaal vijf pseudokoopacties plaats. Vier daarvan hebben geleid tot een aankoop. Dat wil zeggen dat [medeverdachte 5] , al dan niet via A-4110, harddrugs heeft geleverd aan A-4133.
Samengevat heeft de inzet van A-4110 en A-4133 tot dusver als resultaat dat:
- naast [naam] [medeverdachte 5] ook [medeverdachte 9] (eveneens lid van de [naam]
[plaats] ), [medeverdachte 1] (vicepresident van de [plaats] ) als [medeverdachte 8] als verdachte zijn aangemerkt. De verdenkingen zijn onder meer gebaseerd op gesprekken waaruit kan blijken dat [medeverdachte 9] leverancier van cocaïne is, blijkt [medeverdachte 5] rondom de pseudokopen af te stemmen met [medeverdachte 1] en is er een dactyloscopisch spoor van [medeverdachte 8] aangetroffen op één van de bakjes waarin door [medeverdachte 5] speed (amfetamine) is geleverd;
- is gebleken dat [medeverdachte 5] wel vaker en ook grotere partijen harddrugs wil leveren aan
getuige A-4133;
- [medeverdachte 5] inmiddels bereid is 'de baas' van getuige A-4133 te ontmoeten (de te
introduceren aangewezen (buitenlandse) opsporingsambtenaar A-2369), deze ontmoeting
zal waarschijnlijk in maart 2019 plaatsvinden;
er onder meer rondom de pseudokopen contacten zijn vastgesteld tussen [medeverdachte 5] en
(kader-)leden van de [naam] [plaats] , charter [naam] , in het bijzonder met
vicepresident [medeverdachte 1] .
Na vier geslaagde pseudokopen is nog niet de gehele doelstelling van de inzet van A-4110 en A-4133 bereikt. Hoewel er dankzij de pseudokopen en de bemiddelende rol van
A-4110 sprake is van een vertrouwensbasis tussen [medeverdachte 5] en A-4133, wil [medeverdachte 5] nog geen rechtstreeks contact met A-4133 zonder tussenkomst van A-4110. Ook blijkt dat er nog onvoldoende basis was om de politiële infiltrant A-2369 te introduceren. Daarvoor is het noodzakelijk dat A-4110 en A-4133 nog langer contact onderhouden met [medeverdachte 5] . Daarnaast is zicht gekregen op internationale handel in verdovende middelen van verdachte [medeverdachte 2] , al dan niet in samenwerking met anderen waaronder leden van de [naam] charter [naam] ( [plaats] ). Hiervoor is A-4110 benaderd door [medeverdachte 2] , die contacten heeft met onder meer verdachten [medeverdachte 8] en [medeverdachte 1] en andere personen uit de groep van personen. Gezien de duur van de stelselmatige informatie-inwinning, het aantal pseudokopen, de verklaring van A-4110 over [medeverdachte 2] en diens samenwerking met [naam] en de komende introductie van de politiële infiltrant A-2369 die zal gaan deelnemen aan de groep van personen die misdrijven pleegt of beraamt, vordert het onderzoek dringend dat wordt overgegaan tot (criminele) burgerinfiltratie van getuigen A-4110 en A-4133.
De door A-4110 te verlenen bijstand aan de opsporing bestaat uit het deelnemen aan en of
medewerking verlenen aan een groep van personen bestaande uit onder meer de verdachten [medeverdachte 5] , [medeverdachte 9] (leden van [naam] [plaats] ), [medeverdachte 1] , vicepresident van de [naam] [plaats] , charter [naam] , [medeverdachte 8] , [medeverdachte 2] en mogelijk andere leden van de [naam] .
A-4110 zal bemiddelen in de contacten tussen [medeverdachte 5] en getuige A-4133, zodat deze laatste (nogmaals) partijen harddrugs van [medeverdachte 5] zal kunnen afnemen, om verder vertrouwen te wekken en vervolgens politiële infiltrant A-2369 bij [medeverdachte 5] en de groep te kunnen introduceren. Ook zal A-4110 contact onderhouden met [medeverdachte 2] en mogelijk een politiële infiltrant bij [medeverdachte 2] en de groep introduceren. [85]
Op 28 februari 2019 werd door de officier van justitie een overeenkomst tot criminele burgerinfiltratie afgesloten met A-4110, contra de verdachten [medeverdachte 5] , [medeverdachte 1] ,
[medeverdachte 8] , [medeverdachte 9] en [medeverdachte 2] , en mogelijk andere leden van de [naam] , voor de periode van 1 maart 2019 tot en met 31 mei 2019. Burger zal bemiddelen in de contacten tussen [medeverdachte 5] en burger A-4133, zodat burger 4133 (nogmaals) partijen harddrugs van [medeverdachte 5] zal kunnen afnemen om verder vertrouwen te wekken en vervolgens de politiële infiltrant A-2369 bij [medeverdachte 5] en de groep te kunnen introduceren. Ook zal burger contact onderhouden met [medeverdachte 2] en mogelijk een politiële infiltrant bij [medeverdachte 2] en de groep introduceren. Verder is er een onkosten- en uurvergoeding als bedoeld in artikel 1 onder h van de Circulaire bijzondere opsporingsgelden overeengekomen ter hoogte van € 50,- per uur bij de inzet. [86]
Aanvraag eerste verlenging overeenkomst tot criminele burgerinfiltratie A-4110
Op 28 mei 2019 werd aan de officier van justitie verzocht om de eerste verlenging van de afgesloten overeenkomst tot criminele burgerinfiltratie met A-4110, contra de verdachten [medeverdachte 5] , [medeverdachte 1] , [medeverdachte 8] , [medeverdachte 9] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 4] en [medeverdachte 10] , en mogelijk andere leden van de [naam] , voor de periode van 1 juni 2019 tot en met 31 augustus 2019. In het proces-verbaal van de aanvraag wordt het volgende vermeld.
Nadat er een overeenkomst tot infiltratie is gesloten met A-4110, is meer informatie achterhaald over strafbare feiten. Zo heeft in aanwezigheid van A-4133 en met medewerking van A-4110 de introductie van A-2369 bij [medeverdachte 5] plaatsgevonden, al wilde [medeverdachte 5] zijn 'baas' nog niet meenemen naar dit overleg. Tevens heeft op 01 april 2019 een pseudokoop plaatsgevonden van circa 13 kilogram speed, 1 kilogram MDMA, geleverd door [medeverdachte 5] aan A-4133 met bemiddeling van A-4110. Hierbij heeft [medeverdachte 5] een proefsetje XTC pillen geleverd. [medeverdachte 5] heeft direct na de bestelling van deze verdovende middelen er al op aangedrongen dat A-4110 bij de levering aanwezig moest zijn, door omstandigheden zijn de verdovende middelen in de woning van A-4110 bewaard en door [medeverdachte 5] en A-4110 samen verpakt. Bij deze pseudokoop is aan [medeverdachte 5] een Engelse telefoon geleverd, mede met als doel om de rol van A-4110 te verkleinen. Uit het feit dat [medeverdachte 5] in eerste instantie deze telefoon in bewaring wilde geven bij A-4110, blijkt dat [medeverdachte 5] belang hecht aan diens betrokkenheid. Middels de app [naam] vindt directere communicatie plaats tussen A-4133/A-2369 en [medeverdachte 5] .
Uit de bezoeken van [medeverdachte 2] aan A-4110 en de openheid die hij betracht in de gesprekken met A-4110 blijkt dat hij A-4110 vertrouwt. Zo wordt A-4110 ingezet als chauffeur van [medeverdachte 2] om geld op te halen bij [naam] en verdachte [medeverdachte 1] , wat naar een adres in [plaats] gebracht is. Mogelijk houdt dit geld verband met het transport van 180 kilogram speed naar Finland dat georganiseerd is in samenwerking met de [naam] [plaats] . Diverse andere ontmoetingen geven zicht op de wens van [medeverdachte 2] om een transportlijn op te zetten naar Noorwegen, waar volgens de verklaringen van A-4110 de [naam] ook bij betrokken zijn. Tevens is zicht verkregen op een
leverancier van PGP toestellen, waar ook [medeverdachte 1] mogelijk contact mee heeft, en blijkt dat verdachte [medeverdachte 9] ( [naam] ) niet alleen contact heeft met verdachte [medeverdachte 5] ( [naam] ) maar ook zaken doet met verdachte [medeverdachte 2] . Daarnaast heeft [medeverdachte 2] gesproken met A-4110 over onder meer de import van cocaïne via [plaats] , de import en export van medicijnen, het produceren van speed en is A-4110 in contact gekomen met 'de chemicus' [medeverdachte 13] .
Meermaals heeft [medeverdachte 5] de bereidheid getoond om in de toekomst grotere hoeveelheden verdovende middelen te leveren aan A-4133 danwel A-2369, waarbij gesproken is over bijvoorbeeld 50 kilogram speed en partijen vanaf 10.000 stuks XTC pillen. Om het vertrouwen tussen [medeverdachte 5] en A-4133 te behouden en vergroten, ligt het in de lijn der verwachting dat juni 2019 een volgende pseudokoop zal plaatsvinden. Hierin zal A-4110 een faciliterende en bemiddelende rol in spelen. Gezien de uitspraak van [medeverdachte 5] dat ze eerst nog een aantal maal 10 kilogram zullen verkopen voordat ze naar grotere partijen gaan, past dit ook in zijn beeld. Bij deze pseudokoop zal de communicatie zoveel als mogelijk plaatsvinden met A-4133 via [naam] , ook om de rol van
A-4110 af te bouwen. Deze pseudokoop is er op gericht om in de toekomst een grotere pseudokoop mogelijk te maken waarbij het de verwachting is dat de rol van de [naam] [plaats] nadrukkelijker in beeld zal komen. Het is de verwachting dat ook de komende maanden [medeverdachte 2] contact zal zoeken met A-4110 om naast sociale gesprekken, te spreken over strafbare feiten. Dit kan onder meer gaan over het transport naar Finland, dat kennelijk in samenwerking met de [naam] heeft plaatsgevonden, het transporteren van geld vanaf [medeverdachte 1] naar [verdachte] en de transportlijn van speed naar Noorwegen die kennelijk ook in samenwerking met de [naam] opgezet kan worden.
De door A-4110 te verlenen bijstand aan de opsporing bestaat uit het deelnemen aan en of
medewerking verlenen aan een groep van personen bestaande uit onder meer de verdachten [medeverdachte 5] , [medeverdachte 9] (leden van [naam] [plaats] ), [medeverdachte 1] , vicepresident van de [naam] [plaats] , charter [naam] , [medeverdachte 8] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 4] en [medeverdachte 10] en mogelijk andere leden van de [naam] . A-4110 zal bemiddelen in de contacten tussen [medeverdachte 5] en A-4133, zodat deze laatste (nogmaals) partijen harddrugs van [medeverdachte 5] zal kunnen afnemen, om verder vertrouwen te wekken. Ook zal A-4110 contact onderhouden met [medeverdachte 2] en mogelijk een buitenlandse opsporingsambtenaar bij [medeverdachte 2] introduceren. [87]
Eerste verlenging overeenkomst tot criminele burgerinfiltratie A-4110
Op 29 mei 2019 werd door de officier van justitie, de overeenkomst tot criminele burgerinfiltratie afgesloten met A-4110, contra de verdachten [medeverdachte 5] , [medeverdachte 1] , [medeverdachte 8] , [medeverdachte 9] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 4] en [medeverdachte 10] , en mogelijk andere leden van de [naam] , voor de eerste keer verlengd, voor de periode van 1 juni 2019 tot en met 31 augustus 2019. Daarnaast is de overeenkomst gewijzigd, inhoudende dat de burger met ingang van 1 juni 2019 recht heeft op een onkosten- en uurvergoeding ter hoogte van € 70,-. [88]
Aanvraag tweede verlenging overeenkomst tot criminele burgerinfiltratie A4110
Op donderdag 29 augustus 2019 werd aan de officier van justitie werd verzocht om de tweede verlenging van de afgesloten overeenkomst tot criminele burgerinfiltratie met
A-4110, contra de verdachten [medeverdachte 5] , [medeverdachte 1] , [medeverdachte 8] , [medeverdachte 9] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 4] , [medeverdachte 10] , [medeverdachte 11] , [verdachte] en [medeverdachte 12] , en mogelijk andere leden van de [naam] , voor de periode van 1 september 2019 tot en met 30 november 2019. In het proces-verbaal van de aanvraag wordt het volgende vermeld.
Nadat er een overeenkomst tot infiltratie is gesloten met A-4110, is meer informatie achterhaald over strafbare feiten. Zo heeft [medeverdachte 5] twee maal contact gezocht met A-4110 en tijdens het gesprek met A-4110 geïnformeerd naar A-4133 en A-2369. Daarnaast komt [medeverdachte 2] meerdere malen per week langs bij A-4110 en vertelt hem over diverse beraamde en gepleegde misdrijven, waarbij meerdere personen betrokken lijken te zijn. Ook neemt [medeverdachte 2] A-4110 mee naar [medeverdachte 1] om handelingen te verrichten en is A-4110 aanwezig in de woning van [medeverdachte 1] en bij gesprekken met [verdachte] . Hierdoor is zicht op geldtransporten tussen [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en [verdachte] , op PGP resellers en PGP gebruik van personen, op producenten van speed waaronder [medeverdachte 13] de chemicus, op productieprocessen en - prijzen, op gepleegde en beraamde transporten van speed naar Finland, op het organiseren van een transportlijn van verdovende middelen naar Australië, op een transport van speed naar Noorwegen dat niet doorgaat omdat de [naam] dat niet zouden toestaan en geen concurrentie willen, op bewaarplekken van geld van onder meer verdachte [medeverdachte 2] en [medeverdachte 4] , op de rol van [medeverdachte 14] die mogelijk speed heeft aangepakt in Finland, op zeggenschap van de [naam] op de president van de [naam] en op diverse (andere) strafbare feiten. Naast de [naam] en [naam] in (Noord-)Nederland, komen [naam] uit Finland en Australië in beeld. De ontmoetingen tussen A-4110 en [medeverdachte 2] en het feit dat A-4110 in de woning is geweest bij [medeverdachte 1] en deelneemt aan gesprekken met [verdachte] , geven blijk van de vertrouwenspositie die A-4110 heeft.
Meermaals heeft [medeverdachte 5] de bereidheid getoond om in de toekomst grotere hoeveelheden verdovende middelen te leveren aan A-4133 danwel A-2369, waarbij gesproken is over bijvoorbeeld 50 kilogram speed en partijen vanaf 10.000 stuks XTC pillen. Na terugkomst in Nederland van A-4110, heeft [medeverdachte 5] hem opgezocht om te praten over de handel. Naar aanleiding hiervan zal er, bijvoorbeeld via [naam] , contact plaatsvinden tussen A-4133 danwel A-2369 en [medeverdachte 5] . Ook vindt er mogelijk een nieuwe pseudokoop plaats die meer zicht kan geven op de groep van personen die hier bij betrokken zijn. Daarnaast is het de verwachting dat [medeverdachte 2] A-4110 blijft opzoeken, met hem praat over onder meer strafbare feiten, hem meeneemt of vraagt te brengen naar andere verdachten en uitnodigt deel te nemen aan gesprekken tussen verdachten. Onder meer kunnen deze gesprekken gaan over een transport van verdovende middelen naar Finland en/of de te organiseren transportlijn van harddrugs naar Australië.
De door A-4110 te verlenen bijstand aan de opsporing bestaat uit het deelnemen aan en of
medewerking verlenen aan een groep van personen bestaande uit onder meer de verdachten [medeverdachte 5] , [medeverdachte 9] (leden van [naam] [plaats] ), [medeverdachte 1] , vicepresident van de [naam] [plaats] , charter [naam] , [medeverdachte 8] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 4] , [medeverdachte 10] , [medeverdachte 11] , [medeverdachte 12] , [verdachte] en mogelijk andere leden van de [naam] . A-4110 zal indien nodig bemiddelen in de contacten tussen [medeverdachte 5] , A-4133, en/of A-2369 zodat deze laatste (nogmaals) partijen harddrugs van [medeverdachte 5] zal kunnen afnemen, om verder vertrouwen te wekken. [89]
Tweede verlenging overeenkomst tot criminele burgerinfiltratie A-4110
Op 29 augustus 2019 werd door de officier van justitie, de overeenkomst tot criminele burgerinfiltratie afgesloten met A-4110, de verdachten [medeverdachte 5] , [medeverdachte 1] , [medeverdachte 8] , [medeverdachte 9] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 4] , [medeverdachte 10] , [medeverdachte 11] , [verdachte] en [medeverdachte 12] , voornoemd, en mogelijk andere leden van de [naam] , voor de tweede keer verlengd voor de periode van 31 augustus 2019 tot en met 30 november 2019. De groep van personen waaraan wordt deelgenomen en/of medewerking wordt verleend, wordt uitgebreid met de verdachten [medeverdachte 11] , [verdachte] en [medeverdachte 12] . [90]
Aanvraag derde verlenging overeenkomst tot criminele burgerinfiltratie A-4110
Op 22 november 2019 werd verzocht om de derde verlenging van de afgesloten overeenkomst tot criminele burgerinfiltratie met A-4110, contra de verdachten [medeverdachte 5] , [medeverdachte 1] , [medeverdachte 8] , [medeverdachte 9] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 4] , [medeverdachte 10] , [medeverdachte 11] , [verdachte] , [medeverdachte 12] en [medeverdachte 15] , en mogelijk andere leden van de [naam] , voor de periode van 1 december 2019 tot en met 29 februari 2020. In het proces-verbaal van de aanvraag wordt het volgende vermeld.
Nadat er een overeenkomst tot infiltratie is gesloten met A-4110, is informatie achterhaald over strafbare feiten waarvan onder meer [naam] [medeverdachte 5] , [naam] [medeverdachte 9] , [naam] [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 8] , [medeverdachte 4] en [medeverdachte 10] , [medeverdachte 11] , [naam] [medeverdachte 12] , ' [naam] ' [verdachte] en inmiddels [medeverdachte 15] worden verdacht. Zo zoekt [medeverdachte 5] wederom afstemming met A-4110 in het kader van de export van speed naar Ierland, geeft aan transport te kunnen regelen en vraagt naar de zaken tussen A-4110 en [medeverdachte 2] . Daarnaast zijn er geregeld ontmoetingen tussen [medeverdachte 2] en A-4110 waarbij [medeverdachte 2] vertelt over diverse beraamde en gepleegde misdrijven, waarbij meerdere personen betrokken lijken te zijn. Ook reizen [medeverdachte 2] en A-4110 naar Thailand voor twee ontmoetingen met A-2395 in verband met het opzetten van een transportlijn van verdovende middelen naar Australië. In datzelfde kader vinden ontmoetingen plaats met onder meer [medeverdachte 1] , [verdachte] en [medeverdachte 4] . Ook vinden er ontmoetingen plaats met hen over de transportlijn van speed naar Finland. Daarnaast is zicht gekregen op diverse geldstromen. Zo is het mogelijk dat [medeverdachte 1] op 19 oktober 2019 bij een feest in België geld heeft verkregen en is A-4110 aanwezig bijeen betaling van
€ 35.000,- van [medeverdachte 2] aan [verdachte] . Tevens is er zicht gekregen op afgeschermde communicatie tussen verdachten, onder meer doordat [medeverdachte 2] meerdere malen het Encro toestel van A-4110 gebruikt. Naast de [naam] en [naam] in (Noord-)Nederland, komen [naam] uit Finland en Australië in beeld. De ontmoetingen tussen A-4110 en [medeverdachte 2] en het feit dat A-4110 in de woning is geweest bij [medeverdachte 1] en deelneemt aan gesprekken met [verdachte] , geven blijk van de vertrouwenspositie die A-4110 inneemt. Meermaals heeft [medeverdachte 5] de bereidheid getoond om in de toekomst grotere hoeveelheden verdovende middelen te leveren aan A-4133 danwel A-2369, waarbij gesproken is over bijvoorbeeld 50 kilogram speed en partijen vanaf 10.000 stuks XTC pillen. In oktober 2019 komt [medeverdachte 5]
weer langs bij A-4110 en geeft aan dat hij over transport kan beschikken. Het ligt in de lijn der verwachting dat ook in de komende maanden er contact zal zijn met [medeverdachte 5] , mogelijk zal er sprake zijn van een ontmoeting en/of pseudokoop waarbij ook A-4133 en/of A-2369 betrokken wordt.
Daarnaast is het de verwachting dat [medeverdachte 2] A-4110 blijft opzoeken, met hem praat over onder meer strafbare feiten, hem meeneemt of vraagt te brengen naar andere verdachten en uitnodigt deel te nemen aan gesprekken tussen verdachten. Onder meer kunnen deze gesprekken gaan over een transport van verdovende middelen naar Finland en/of de te organiseren transportlijn van harddrugs naar Australië. Zo is het onderzoeksteam voornemens om, gezien de behoefte van [verdachte] en [medeverdachte 2] om in contact te komen met [naam] , een ontmoeting tussen deze personen te arrangeren.
De door A-4110 te verlenen bijstand aan de opsporing bestaat uit het deelnemen aan en of
medewerking verlenen aan een groep van personen bestaande uit onder meer de verdachten [medeverdachte 5] , [medeverdachte 9] (leden van [naam] [plaats] ), [medeverdachte 1] , vicepresident van de [naam] [plaats] , charter [naam] , [medeverdachte 8] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 4] , [medeverdachte 10] , [medeverdachte 11] , [medeverdachte 12] , [verdachte] , [medeverdachte 15] en mogelijk andere leden van de [naam] en personen waar zij mee samenwerken.
A-4110 zal indien nodig bemiddelen in de contacten tussen [medeverdachte 5] , A-4133, en/of
A-2369 zodat deze laatste (nogmaals) partijen harddrugs van [medeverdachte 5] zal kunnen afnemen, om verder vertrouwen te wekken. A-4110 zal daarnaast bemiddelen in contacten tussen verdachten en A-2395 en A-2400, die bevel hebben gekregen om te infiltreren in de groep van personen, in het kader van het organiseren van een drugstransport naar Australië. [91]
Derde verlenging overeenkomst tot criminele burgerinfiltratie A-4110
Op woensdag 27 november 2019 werd door de officier van justitie de overeenkomst tot criminele burgerinfiltratie afgesloten met A-4110, contra de verdachten [medeverdachte 5] , [medeverdachte 1] , [medeverdachte 8] , [medeverdachte 9] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 4] , [medeverdachte 10] , [medeverdachte 11] , [verdachte] , [medeverdachte 12] en [medeverdachte 15] , voornoemd, en mogelijk andere leden van de [naam] , voor de derde keer verlengd voor de periode van 1 december 2019 tot en met 29 februari 2020. De groep van personen waaraan wordt deelgenomen en/of medewerking wordt verleend, wordt uitgebreid met de verdachte [medeverdachte 15] . [92]
Aanvraag vierde verlenging overeenkomst tot criminele burgerinfiltratie A-4110
Op 24 februari 2020 werd aan de officier van justitie verzocht om de vierde verlenging van de afgesloten overeenkomst tot criminele burgerinfiltratie met A-4110, contra de verdachten [medeverdachte 5] , [medeverdachte 1] , [medeverdachte 8] , [medeverdachte 9] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 4] , [medeverdachte 10] , [medeverdachte 11] , [verdachte] , [medeverdachte 12] , [medeverdachte 15] , [medeverdachte 3] , [medeverdachte 14] en [medeverdachte 16] , en mogelijk andere leden van de [naam] , voor de periode van 1 maart 2020 toten met 31 mei 2020. In het proces-verbaal van de aanvraag wordt het volgende vermeld.
Nadat er een overeenkomst tot infiltratie is gesloten met A-4110, is meer informatie achterhaald over strafbare feiten waarvan onder meer [naam] [medeverdachte 5] , [naam] [medeverdachte 9] , [naam] [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 8] , [medeverdachte 4] en [medeverdachte 10] , [medeverdachte 11] , [naam] [medeverdachte 12] , 'transporteur' [verdachte] , [medeverdachte 15] en inmiddels [medeverdachte 3] , [medeverdachte 14] en [medeverdachte 16] worden verdacht. Zo zoekt [medeverdachte 5] wederom afstemming met A-4110 in het kader van de export van speed naar Ierland, geeft aan een 'aanpakker' in Belfast te zoeken en wordt een ontmoeting met A-2369 in [plaats] georganiseerd. Voorafgaande aan deze ontmoeting vindt een ontmoeting plaats in de woning van [medeverdachte 1] in [plaats] .
Daarnaast zijn er geregeld ontmoetingen tussen [medeverdachte 2] en A-4110 waarbij [medeverdachte 2] vertelt over diverse beraamde en gepleegde misdrijven, waarbij meerdere personen betrokken lijken te zijn. Nu [verdachte] zich tijdelijk afzijdig lijkt te houden in het organiseren van nieuwe transporten en contacten moeizaam tot stand komen, is [medeverdachte 2] de mogelijkheden voor de inzet van A-2400 (' [naam] ') verder aan het verkennen. Meer concreet blijkt dat [medeverdachte 2] op korte termijn een gecombineerd transport van speed en hasj richting Denemarken, Finland en Noorwegen wil realiseren. Deze partij zou mogelijk afkomstig zijn van de verdachten [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en [medeverdachte 4] . Begin februari wordt duidelijk dat A-4110 de 100 kilo speed namens [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] op korte termijn naar Finland zal transporteren. Dit via tussenkomst van zijn Duitse contact (A-2421). Hiertoe krijgt A-4110 op 12 februari 2020 concrete instructies van verdachte [medeverdachte 1] en wordt er onder andere gesproken over de verpakking van de drugs, een (aan)betaling van [medeverdachte 1] en een geprepareerde prepaid telefoon waarmee vóór de aflevering in Finland contact gezocht moet worden. Aan A-4110 wordt tevens gevraagd met een stashauto te rijden en wordt verteld dat er een voorrijder wordt ingezet. Ondanks alle verkennende voorbereidingen die afgelopen periode hebben plaatsgevonden om een drugstransport naar Australië op te zetten, lijkt de voortgang te stagneren. Wel zoekt [medeverdachte 1] een aantal keer contact met de Encro van A-4110, waarin hij informeert naar [medeverdachte 15] ). De ontmoetingen tussen A-4110 en [medeverdachte 2] , de ontmoetingen tussen A-4110 en [medeverdachte 5] en het feit dat A-4110 deelneemt aan gesprekken met [verdachte] , geven blijk van de vertrouwenspositie die A-4110 heeft.
De door A-4110 te verlenen bijstand aan de opsporing bestaat uit het deelnemen aan en of
medewerking verlenen aan een groep van personen bestaande uit onder meer de verdachten [medeverdachte 5] , [medeverdachte 9] (leden van [naam] [plaats] ), [medeverdachte 1] , vicepresident van de [naam] [plaats] , charter [naam] , [medeverdachte 8] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 4] , [medeverdachte 10] , [medeverdachte 11] , [medeverdachte 12] , [verdachte] , [medeverdachte 15] , [medeverdachte 3] , [medeverdachte 16] en [medeverdachte 14] en mogelijk andere leden van de [naam] en personen waar zij mee samenwerken, zoals onder andere [medeverdachte 7] .
De verdenking bestaat dat de verdachten deel uitmaken van een groep van personen die zich
bezighoudt met het beramen of plegen van misdrijven te weten de invoer en/of verwerking en/of uitvoer en/of handel in harddrugs zoals speed (amfetamine) en/of cocaïne dan wel de voorbereiding van die strafbare feiten.
A-4110 zal indien nodig bemiddelen in de contacten tussen [medeverdachte 5] , A-4133, en/of A-2369 zodat deze laatste (nogmaals) partijen harddrugs van [medeverdachte 5] zal kunnen afnemen, om verder vertrouwen te wekken. A-4110 zal daarnaast bemiddelen in contacten tussen verdachten en A-2395, A-2400 en/of A-2421, die bevel hebben gekregen om te infiltreren in de groep van personen, in het kader van het organiseren van een drugstransport naar Australië, Finland en/of elders in Europa. [93]
Vierde verlenging overeenkomst tot criminele burgerinfiltratie A-4110
Op woensdag 26 februari 2020 werd door de officier van justitie, naar aanleiding van voornoemd proces-verbaal, de overeenkomst tot criminele burgerinfiltratie afgesloten met A-4110, contra de verdachten [medeverdachte 5] , [medeverdachte 1] , [medeverdachte 8] , [medeverdachte 9] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 4] , [medeverdachte 10] , [medeverdachte 11] , [verdachte] , [medeverdachte 12] , [medeverdachte 15] , [medeverdachte 3] , [medeverdachte 14] en [medeverdachte 16] , voornoemd, en mogelijk andere leden van de [naam] , voor de vierde keer verlengd voor de periode van 1 maart 2020 tot en met 31 mei 2020. De groep van personen waaraan wordt deelgenomen en/of medewerking wordt verleend, wordt uitgebreid met de verdachten Christian ( [medeverdachte 3] ) Mazzolari , [medeverdachte 16] , [medeverdachte 14] en een NN-man met baard die geïntroduceerd is als: 'de vervanger van [medeverdachte 7] ', waarvan uit onderzoek is
gebleken dat het mogelijk [medeverdachte 7] betreft. [94]
Conclusie van het hof over de feitelijke inzet van A-4110 als burgerpseudokoper/-dienstverlener, burgerinformant en burgerinfiltrant
Het hof stelt voorop dat niet is gebleken, noch aspecten uit het dossier naar voren zijn gekomen, die aanknopingspunten bieden voor de conclusie dat de gedragingen van A-4110 in de fase van pseudokoop en stelselmatige informatie-inwinning, feitelijk neerkwamen op infiltratie door een criminele burgerinfiltrant. Het hof stelt, op grond van het hierboven verhandelde, vast dat aan de inzet van A-4110 als pseudokoper-/dienstverlener, stelselmatig informatie-inwinner en later ook als infiltrant telkens gemotiveerde aanvragen ten grondslag liggen. Deze processen-verbaal van aanvraag omvatten telkens een concrete beschrijving van de tot dan vastgestelde onderzoeksresultaten. Die onderzoeksresultaten zijn als onderdeel gevoegd in het politiedossier. In deze aanvragen wordt de wettelijke grondslag beschreven en concreet en feitelijk beschreven wat de inzet van A-4110 inhoudt. Er wordt omschreven wat het doel is van de inzet, op welke wijze hij wordt ingezet en welke opdrachten hij krijgt.
Van de gedragingen en waarnemingen van A-4110 wordt telkens in een debriefing verslag gedaan. Door middel van bijvoorbeeld OVC wordt conversatie van A-4110 gedurende geplande inzetmomenten vastgelegd. In de loop van het onderzoek wordt ook OVC en camera-opname ingezet in de nabijheid van A-4110, onder meer in de auto en woning van A-4110. De rol van A-4110 is tot op de zogenoemde klapdag van 2 maart 2020 vooral bemiddelend, waarbij wel zichtbaar is dat door de organisatie op A-4110 met name in de eindfase een beroep wordt gedaan zelf drugs aan te pakken en te vervoeren. Zijn rol en inzet worden gedurende het onderzoek in de processen-verbaal van aanvraag en gesloten overeenkomsten evenwel niet groter gemaakt, in die zin dat hij niet belangrijker wordt binnen het criminele netwerk waar het onderzoek zich op richt.
Het Openbaar Ministerie heeft uitgelegd dat telkens is geprobeerd A-4110 uit het onderzoek te halen en hem te laten vervangen door politiële infiltranten, hetgeen niet lukte. Uit OVC gesprekken volgt ook dat A-4110 eigen betrokkenheid met drugshandel en vervoer meermalen afhoudt. Ook is door het Openbaar Ministerie aandacht gevraagd voor de in de loop van het onderzoek meer onveilig wordende situatie rondom A-4110, hetgeen uiteindelijk heeft geleid tot de zogenoemde klapdag waarmee een einde aan het onderzoek is gekomen. Het hof herkent de uitleg van de advocaten-generaal in de inhoud van het dossier, waaronder de OVC gesprekken.
De wijze van inzet, de keuzes daarin aan de hand van de bevindingen en het verloop in de inzet, zijn uit de inhoud van diverse stukken in het dossier, waaronder processen-verbaal van aanvraag, navolgbaar. Het hof stelt vast dat de inzet van A-4110 op transparante wijze is gecontroleerd. Het dossier omvat een nauwkeurige verslaglegging die inzicht geeft in concreet verloop van inzet van A-4110 en overigens ook van de uitvoering van andere opsporingsmethoden. Het maakt de inzet op een juiste wijze toetsbaar voor het hof hetgeen bijdraagt aan de integriteit van de opsporing. Het hof is aldus in staat de rechtmatigheid van WOD-traject te beoordelen. Conclusie van het hof is dat de wijze waarop A-4110 is ingezet overeenkomt met de inhoud van het dossier, waaronder de verschillende processen-verbaal van de aanvragen en OVC en dat de gedragingen die A-4110 verricht de hem gegeven opdrachten niet overstijgen. De inzet van A-4110 wordt op grond van het bovenstaande rechtmatig geacht.
C- De betrouwbaarheid van A-4110Standpunt van de verdedigingDoor de verdediging is aangevoerd dat de verklaringen van A-4110 niet betrouwbaar zijn. Onder andere is aangevoerd dat A-4110 vanwege de problemen die in hoger beroep zijn vastgesteld met betrekking tot zijn psychische gesteldheid niet betrouwbaar is. Ook de slechthorendheid van A-4110 en dat hij vervolgens zelf invulling geeft aan wat hij wel of niet heeft gehoord, maakt dat zijn verklaringen niet betrouwbaar zijn. Daarnaast is het onduidelijk in hoeverre het eigen (financiële) belang van A-4110 van invloed is op zijn gedragingen en verklaringen zodat ook om die reden A-4110 niet betrouwbaar is. Ook is aangevoerd dat A-4110 drugs heeft gebruik tijdens zijn inzet en daarbij is de vraag opgeworpen waarom dat niet in het procesdossier is vermeld.
Standpunt van de advocaten-generaalDe advocaten-generaal hebben zich op het standpunt gesteld dat A-4110 betrouwbaar is. Tijdens zijn inzet was A-4110 goed in staat om relevante informatie te reproduceren. Er zijn geen indicaties voor mentaal disfunctioneren in die tijd. Zijn inzet kan aan de hand van onafhankelijk bewijsmateriaal, zoals OVC-opnamen, worden getoetst. De betrouwbaarheid van A-4110 kan en moet aan het gehele dossier worden getoetst. Dit leidt tot een positief betrouwbaarheidsoordeel.
Vaststelling van het hofDe advocaten-generaal hebben bij e-mail van 21 augustus 2023 aan het hof verzocht een gedragsdeskundige te benoemen om nader onderzoek te doen naar de getuige A-4110.
In de mail wordt vermeld dat zij recentelijk van de officier van justitie Burgeroperaties bericht hebben ontvangen dat bij getuige A-4110 zich een beginnende vasculaire dementie aan het manifesteren is. De diagnose is gesteld door een arts in het land waar A-4110 verblijft en is daarom niet te delen met de proces-deelnemers omdat daaruit is af te leiden in welke land A-4110 verblijft. Naar aanleiding van dit bericht hebben de advocaten-generaal de volgende vragen opgeworpen:
Is er daadwerkelijk sprake van beginnende vasculaire dementie? Zo nee, is er sprake van een andere ziekte of stoornis die van invloed is of kan zijn op de geheugenfunctie van de getuige?
Is de getuige in staat om eventueel als getuige te worden gehoord bij de raadsheer-commissaris?
Brengt een eventueel vastgestelde diagnose met zich dat een verhoor bij de getuige op een andere dan de normale wijze moet worden ingebracht (bijvoorbeeld de duur van de ondervraging en/of het verlenen van medische bijstand)?
Was deze beginnende aandoening (of een andere aandoening) aanwezig tijdens de inzet van de getuige in het onderzoek Vidar?
Was deze beginnende aandoening aanwezig toen de getuige in eerste aanleg werd gehoord door de rechter-commissaris?
De advocaten-generaal hebben verzocht om een neuropsycholoog als getuige-deskundige te benoemen teneinde de vragen te beantwoorden. [95] Dit verzoek is door de raadsheer-commissaris toegewezen op 15 september 2023. Op 22 oktober 2023 heeft prof. dr. [neuropsycholoog] , klinisch neuropsycholoog, gerapporteerd. Uit dat rapport blijkt onder meer het volgende:

Interview begeleidende medewerkers politieEr zijn twee begeleidende politiemedewerkers aanwezig die informatie kunnen geven over het beloop van mogelijke cognitieve problemen. Een van de medewerkers kent onderzochte al sinds 2016 (start operatie), de tweede medewerker kent onderzochte ongeveer 2 jaar. (…) Meest opvallende verandering bij onderzochte was het horen van geluiden (bv. kloppen op de deur) en stemmen die er niet waren, waar hij soms heftig op kon reageren (bv. naar een bovenbuurman die hij geagiteerd aansprak en beschuldigde). Dit begon in 2017/2018 en deze later als ‘waanbeelden’ getypeerde verschijnselen namen in ernst toe. Sinds ongeveer een half jaar gebruikt hij medicatie, (antipsychotica, slaapmedicatie) en inmiddels zijn deze waanbeelden nagenoeg afwezig. Ook slaapt hij nu goed, wat lange tijd een probleem was. Onderzochte hoort al lange tijd slecht, ook spreekt hij onduidelijk, binnensmonds. (…) Volgens beide agenten is het geheugen normaal. (…) Onderzochte geeft aan geen geheugenproblemen te hebben. (…) Hij is erg opgelucht dat hij geen waanbeelden meer heeft. Hij had hier veel last van, vooral van de stemmen die altijd dreigend waren. Deze kwamen het meest voor in de nacht, vooral einde van de nacht. Hij heeft zich altijd wel achteraf gerealiseerd dat de dreigingen (bv. ‘we komen je zo halen’) niet echt waren. (…)
Observaties bij het neuropsychologisch onderzoek (interview en testafname):(bij het gesprek) (…) Hij is zeer slechthorend en luid en extra articulerend spreken is nodig. Opmerkelijk is dat hij vrijwel niet aangeeft als hij iets niet heeft verstaan. Motoriek is vertraagd. (…)
Conclusies neuropsychologisch onderzoekOnderzochte ervaart geen cognitieve klachten of problemen. Over zijn geheugen benoemt hij enkel het wat vaker kwijt zijn van spullen en dat het hem helpt als hij enige cues of aanwijzingen krijgt. Zelf geeft hij aan nog veel vertrouwen te hebben in zijn herinneringen over zijn actieve periode als infiltrant. Zijn enige klachten betreffen de motorische beperkingen als gevolg van GBS en (tot voor 6 maanden) het horen van geluiden en stemmen (bedreigend). Dat laatste is nagenoeg geheel verdwenen sinds hij hiervoor medicatie heeft gekregen. (…) Het testonderzoek is valide, waarbij de inzet van onderzochte voldoende is voor een betrouwbare duiding van de testbevindingen. Het zeer slechte gehoor van onderzochte hebben de testprestaties, zeker bij de verbale geheugentaken, wel gedrukt. Opvallend is dat onderzochte nauwelijks of te laat aangeeft dat hij instructies en verbaal aangeboden testitems niet goed verstaat en/of er een eigen betekenis aan geeft.
Beantwoording specifiek vragen1. Is er inderdaad sprake van een beginnende vasculaire dementie? Zo nee, is er sprake van een andere stoornis of ziekte die van invloed is of kan zijn op de geheugenfunctie van de getuige?Deze vraag laat zich lastig beantwoorden door de beperkte informatie waarover we nu beschikken. Voor een diagnose dementie is naast beeldvorming (hersenen) en een neuropsychologisch onderzoek, ook een klinisch neurologisch onderzoek nodig en informatie over het dagelijks functioneren.Met betrekking tot dit laatste is het de belangrijkste vraag of en in hoeverre er ook sprake is van interferentie, ofwel is onderzochte niet in staat bepaalde dagelijkse taken en verantwoordelijkheden uit te voeren als gevolg van cognitief disfunctioneren. Dit is een cruciaal criterium voor de diagnose dementie. En ondanks navraag van mijn kant blijft het onduidelijk of er inderdaad sprake is van interferentie. Zelf geeft onderzochte aan alles nog te doen en te kunnen en ook de politiemedewerkers geven aan in dat opzicht weinig beperkingen te zien. Het gegeven dat hij de nodige praktisch hulp heeft ingeschakeld wil niet zeggen dat er ook sprake is van interferentie of noodzaak (het niet zonder hulp kunnen functioneren).Ik kon verder beschikken over een Engelstalige schriftelijke verslaglegging van een MRI uitgevoerd in juni dit jaar. Ik heb dit ter beoordeling voorgelegd aan een neuroloog van het Alzheimercentrum in Amsterdam, gespecialiseerd in o.a. imaging bij dementie. Hij maakt uit de beschrijving op dat er inderdaad sprake is van vasculaire schade (witte stofafwijkingen, oudere kleine infarctjes). De infarctjes liggen niet in strategische gebieden die gelinkt zijn aan cognitief functioneren en de hoeveelheid schade is ook niet in die mate die je bij vasculaire dementie verwacht. Mocht er echter in het klinisch beeld duidelijk sprake zijn van cognitieve stoornissen en interferentie, dan zou een diagnose vasculaire dementie kunnen passen. Is dit niet het geval dan kan er eerder gesproken worden van een zgn. Mild Cognitieve Impairment (MCI) op basis van aannemelijk vasculaire schade. In de literatuur wordt hier vaak de term Vasculair Cognitief Impairment (VCI) gehanteerd. Zowel MCI als VCI kunnen voorstadia zijn van een latere dementie.Bij vasculaire dementie en VCI staan vooral aandachtsproblemen en mentale traagheid op de voorgrond, geheugenproblemen zijn minder prominent en kenmerken zich vooral door een matige actieve inprenting, waarbij er echter wel sprake is van voldoende consolidatie zoals blijkt goede herkenning van de eerder geleerde informatie. Dit laatste is een cruciaal onderscheid met de dementie als gevolg van de ziekte van Alzheimer, waar juist de consolidatie ook gestoord is. Dit alles overwegende, is de diagnose vasculaire dementie nu niet te stellen, maar past het toestandsbeeld, de MRI en de bevindingen van het neuropsychologisch onderzoek het best bij VCI waarbij er, naast mentale traagheid, sprake is van geheugenzwakte maar geen geheugenstoornis.”Verder blijkt uit het rapport dat er weliswaar sprake is van cognitieve kwetsbaarheid bij het neuropsychologisch onderzoek, maar niet van cognitieve stoornissen die een verhoor bij de raadsheer-commissaris zondermeer onbetrouwbaar zouden maken. Bij een verhoor moet nadrukkelijk rekening worden gehouden met de slechthorendheid.
"Omdat betrokkene vaak wel non-verbaal adequaat reageert in het contact (oogcontact, knikken, bevestigen) ontstaat de indruk dat hij het nodige wel hoort en begrijpt. Maar dat is zeker niet het geval. Dit wordt nog eens versterkt door het feit dat onderzochte maar heel beperkt actief aangeeft iets niet helemaal te hebben begrepen of te hebben verstaan en vervolgens datgene doet of vertelt wat hij meent gehoord of begrepen te hebben. Dit kan tot misverstanden leiden en mogelijk zelfs de indruk wekken dat hij ‘verward’ overkomt door zijn niet passende antwoorden. Bij verhoor is het belangrijk bij onderzochte nadrukkelijk te verifiëren of hij de gestelde vragen voldoende heeft verstaan en begrepen, bijvoorbeeld door consequent de gestelde vragen door hem te laten herhalen."Op de vraag of deze beginnende aandoening (of een andere aandoening) aanwezig was tijdens de inzet van de getuige in het onderzoek Vidar of toen de getuige werd gehoord in eerste aanleg bij de rechter-commissaris heeft prof. dr. [neuropsycholoog] geantwoord:
“Deze vraag is op basis van de huidige informatie niet goed te beantwoorden. De enige informatie waarover we nu beschikken is hetgeen de politiemedewerker die hem al kent sinds 2016 hierover meldt. Hij ziet geen veranderingen in (cognitief) functioneren tussen nu en 2016 en beoordeelt onderzochte als iemand die nu nog even ‘scherp’ is als in 2016. Hij heeft wel een tijdlang minder goed gefunctioneerd (met de eerste tekenen in 2017/2018) door het slechte slapen en het horen van stemmen, maar dit is met medicatie verholpen.” [96]
De raadsheer-commissaris heeft het rapport van prof. dr. [neuropsycholoog] gedeeld met de verdediging met de uitnodiging om desgewenst vragen aan prof. dr. [neuropsycholoog] te stellen. [97] Het hof stelt vast dat van die mogelijkheid geen gebruik is gemaakt.
De advocaten-generaal hebben naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting bij het hof, op verzoek van het hof, een aanvullend proces-verbaal laten opmaken. [98] Uit dat proces-verbaal volgt dat de officier van justitie in mei 2018 niet bekend was met de mentale problemen van A-4110 en dat hij in augustus 2023 door de advocaat-generaal is geïnformeerd dat sprake zou zijn van beginnende vasculaire dementie.
Met betrekking tot het door de verdediging genoemde cocaïne gebruik is gerelateerd dat A-4110 op 13 mei 2019 cocaïne heeft gebruikt. Dit gebruik heeft plaatsgevonden na een spontaan bezoek van [medeverdachte 2] bij A-4110. Deze informatie is aldus de officier van justitie wel degelijk onderdeel van het dossier, hierover wordt gerelateerd in het procesdossier in proces-verbaal van verhoor van A-4110, AHW-055-01 p. 9610 (map 26). Voorts heeft de officier van justitie gerelateerd dat destijds met de begeleiders is doorgesproken dat A-4110 aangesproken wordt op dit cocaïne gebruik en dat hem nogmaals wordt uitgelegd dat dit niet is toegestaan. Dit komt overeen met hetgeen in de verhoren van de WOD-begeleiding wordt verklaard.
Naar aanleiding van de in hoger beroep gevoerde verweren met betrekking tot het hebben van wanen door A-4110 tijdens zijn inzet in Vidar hebben de advocaten-generaal in hoger beroep nog een aanvullende proces-verbaal overgelegd. [99] In dat proces-verbaal verklaart WOD begeleider B-2821 op ambtseed dat de begeleiders pas na de operationele fase, in de loop van 2023, ermee bekend zijn geraakt dat A-4110 stemmen en geluiden hoorde. De begeleider heeft in oktober 2023 een gesprek gehad met neuropsycholoog prof. dr. [neuropsycholoog] . Daarbij is ook het horen van stemmen en geluiden ter sprake gekomen. Dat ging om geluidsoverlast die A-4110 ondervond van zijn buren.
Beoordeling van de betrouwbaarheid van A-4110Het hof zal hieronder bij de beoordeling van de betrouwbaarheid aandacht besteden aan de verschillende aspecten die de verdediging naar voren heeft gebracht ter onderbouwing van de beweerde onbetrouwbaarheid van de verklaringen van A-4110.
1. Rapportage prof. dr. [neuropsycholoog] , (psychische) klachten A-4110 en WOD-begeleiding
Het hof stelt voorop dat uit het rapport van [neuropsycholoog] blijkt dat niet valt te reconstrueren hoe de mentale gezondheid van A-4110 was ten tijde van de inzet in Vidar, maar dat conclusies van prof. dr. [neuropsycholoog] een zorgelijke beeld geven over de gezondheidssituatie van A-4110. Dat is voor het hof aanleiding om buitengewoon voorzichtig en zorgvuldig om te gaan met de verklaringen van A-4110. Echter, anders dan de verdediging heeft bepleit, ziet het hof daarin geen aanleiding alle verklaringen van A-4110 onbruikbaar te achten voor het bewijs of te concluderen dat de OVC-gesprekken waarin A-4110 deelneemt van het bewijs dienen te worden uitgesloten.
Het hof neemt bij zijn weging in aanmerking dat A-4110 intensief werd begeleid door de WOD-begeleiders die hem veelvuldig zagen en dat hij in het kader van zijn WOD-begeleiding regelmatig psychisch werd gemonitord, namelijk dat hij regelmatig sprak met een psycholoog. [100] In die tijd zijn kennelijk geen signalen waargenomen, die zouden kunnen wijzen op mogelijke problemen met de mentale gezondheid van A-4110 waardoor zijn bijstand bij de opsporing onrechtmatig was of op grond waarvan aan zijn waarnemingen en verklaringen getwijfeld diende te worden. Men heeft destijds in ieder geval geen reden gezien A-4110 niet (langer) in te zetten. Achteraf is gebleken dat er in de betreffende periode kennelijk sprake was van verschijnselen, het horen van geluiden en stemmen, die later werden getypeerd als waanbeelden. De relevante passage uit het rapport van prof. dr. [neuropsycholoog] , betrekking hebbende op informatie van begeleidende politiemedewerkers, inhoudende dat “meest opvallende verandering bij onderzochte was het horen van geluiden (bv. kloppen op de deur) en stemmen die er niet waren, waar hij soms heftig op kon reageren (bv. naar een bovenbuurman die hij geagiteerd aansprak en beschuldigde), is gebaseerd op een in een begeleidend gesprek geuite vrij algemene waarnemingen die jaren teruggaan. Dit begon in 2017/2018 en deze later als ‘waanbeelden’ getypeerde verschijnselen namen in ernst toe." is gebaseerd op in een interview door begeleidende medewerkers van de politie geuite vrij algemene waarnemingen die jaren teruggaan. Dat deze verschijnselen in ernst toenamen - aldus de aan [neuropsycholoog] gegeven informatie - is verder naar het oordeel van het hof weinig concreet.
Het hof stelt vast dat de WOD-begeleiders van A-4110 in de fase van hoger beroep in de zaak van twee medeverdachten bij de raadsheer-commissaris concreet en indringend zijn bevraagd over hun waarnemingen en visie over de mentale gezondheid van A-4110. Deze verklaringen zijn in het dossier van verdachte gevoegd. Zij hebben onder meer verklaard dat A-4110 voorafgaand aan zijn inzet psychologisch is onderzocht en dat hij gedurende het jaar werd gemonitord middels gesprekken met een psycholoog. Men was wel bekend met de gezondheidsproblemen van A-4110. Het ging om fysieke ongemakken en wat medicatie. Mentaal was alles in orde. Hij haalde weleens dingen door elkaar. Het ging dan om dagen of tijdstippen. De inhoud klopte wel. [101] Ook is begeleider B-2821 als getuige gehoord bij de raadsheer-commissaris. Die verklaring houdt onder meer in dat hij A-4110 in 2016 voor het eerst heeft ontmoet. Hij heeft verklaard dat A-4110 eenmaal tijdens een inzet cocaïne heeft gebruikt en dat dat meteen is teruggekoppeld aan de officier van justitie. Over het gebruik wordt verklaard dat A-4110 dat kreeg aangeboden en dat hij dat op dat moment niet kon weigeren. Dat zou zijn opgevallen. [102]
Begeleider B-2820 heeft bij de raadsheer-commissaris verklaard dat het eerste contact met A-4110 in 2016 is geweest. Hij heeft verklaard dat er allerlei toetsmomenten zijn voordat een criminele burgerinfiltrant ingezet mag worden. Er wordt gekeken of de zaak en ook de persoon geschikt zijn. Er vindt een psychologisch onderzoek plaats. Het is een continu proces en A-4110 werd de hele tijd gemonitord. Het contact met de psycholoog was een doorlopend geheel. De afspraak was dat hij eenmaal in de drie maanden contact had met de psycholoog. Hij heeft niet gemerkt dat A-4110 leed aan geheugenverlies. [103]
Naar het oordeel van het hof is uit de door de advocaten-generaal overgelegde processen-verbaal genoegzaam gebleken dat politie en justitie tijdens de inzet van A-4110 in het onderzoek Vidar niet op de hoogte waren van de thans door prof. dr. [neuropsycholoog] omschreven geestelijke problematiek van A-4110. Toen het Openbaar Ministerie daarvan, tijdens het hoger beroep, op de hoogte raakte is er gelijk actie ondernomen en hebben de advocaten-generaal het hof meteen geïnformeerd en het verzoek neergelegd voor een neuropsychologisch onderzoek hetgeen heeft geresulteerd in het rapport van prof. [neuropsycholoog] . Het Openbaar Ministerie heeft in dit kader transparant gehandeld. Het hof vindt in deze gang van zaken geen aanleiding te twijfelen aan hetgeen in de processen-verbaal wordt gerelateerd.
Het hof heeft zoals hierboven overwogen het rapport van prof. dr. [neuropsycholoog] in ogenschouw genomen. Het hof stelt vast dat in het rapport het volgende wordt geschreven:
“Meest opvallende verandering bij onderzochte was het horen van geluiden (bv. kloppen op de deur) en stemmen die er niet waren, waar hij soms heftig op kon reageren (bv. naar een bovenbuurman die hij geagiteerd aansprak en beschuldigde). Dit begon in 2017/2018 en deze later als ‘waanbeelden’ getypeerde verschijnselen namen in ernst toe.”.
Naar het oordeel van het hof blijkt daar niet uit dat de WOD-begeleiders tijdens de inzet op de hoogte waren van de ‘waanbeelden’ bij A-4110. Prof. dr. [neuropsycholoog] rapporteert immers dat het ging om bijvoorbeeld een bovenbuurman en dat deze verschijnselen
laterzijn getypeerd als waanbeelden. Als overwogen zijn de WOD-begeleiders B-2820, B-2821 en B-2992 in de zaken van beide medeverdachten [medeverdachten 6 en 7] expliciet ondervraagd op de vraag of zij op de hoogte waren van psychische klachten bij A-4110. Deze verklaringen zijn in het dossier van verdachte gevoegd. Zij hebben die vragen concreet beantwoord en die beantwoording is inhoudelijk in overeenstemming met het nadien door de advocaten-generaal ingebrachte proces-verbaal. Die antwoorden kunnen bovendien passen in de door (wie dan ook) aan prof. dr. [neuropsycholoog] gegeven achtergrondinformatie.
Tussenconclusie hofIn de inhoud van de rapportage van prof. dr. [neuropsycholoog] en hetgeen de WOD-begeleiding concreet over de inzet van A-4110 heeft verklaard vindt het hof – als hierboven al overwogen - geen aanleiding alle verklaringen van A-4110 onbetrouwbaar en onbruikbaar te achten voor het bewijs. De gehoorproblemen van A-4110 maken dit oordeel niet anders.
Het hof heeft hierbij zelf ook de verklaringen van A-4110 inhoudelijk beoordeeld. Het hof constateert dat die verklaringen in de verschillende stadia tijdens zijn inzet en verhoren nadien overwegend consistent zijn. A-4110 geeft vanuit eigen gezichtspunt uitleg over zijn betrokkenheid in de zaak en is daarin authentiek. Voor zover er op bepaalde punten iets anders of nieuws in zijn verklaring naar voren komt, geeft hij op vragen die hem worden gesteld nadere uitleg. De manier waarop A-4110 heeft verklaard acht het hof plausibel. Het hof acht het ook goed voorstelbaar dat door de werking van het geheugen een waarneming kan vervagen. Bij de beoordeling van hetgeen A-4110 in de verschillende stadia van ondervraging heeft verklaard over gebeurtenissen en soms over details die dan al langer geleden hebben plaatsgevonden, houdt het hof rekening met die werking van het geheugen. De beoordeling van de verklaringen van A-4110 verdient daarom die nuance. De verklaringen blijven naar het oordeel - hoe dan ook - in essentie gelijk.
2. Eenmalig cocaïne gebruik door A-4110
Het hof heeft het door de verdediging opgeworpen punt van cocaïne gebruik in de beoordeling betrokken. Over dit - zo volgt uit de stukken - eenmalige cocaïne gebruik door A-4110 is op transparante wijze gedocumenteerd en daarover is een navolgbare uitleg gegeven. Dit eenmalige cocaïnegebruik staat naar het oordeel van het hof de betrouwbaarheid van A-4110 evenmin in de weg.
3. Verstrengelde belangen?
Door de verdediging is de betrouwbaarheid van A-4110 ook in twijfel getrokken vanwege zijn eigen vooral financiële belang bij voortdurende inzet. Het hof stelt vast dat A-4110 heeft verklaard over zijn beweegredenen om als informant/infiltrant bijstand te verlenen aan de opsporing. Bij de rechter-commissaris heeft A-4110 daarover het volgende verklaard: “Ik had genoeg van alles, ik was er klaar mee. Had genoeg van al die gasten, daarom heb ik het gedaan. Ik heb een hoop beleefd en een hoop ellende gehad. Ik was een beetje gefrustreerd denk ik ook. Ik ben invalide geworden. Alles verandert als je wat overkomt. Je wordt niet meer geaccepteerd zoals het vroeger was.” [104] Het hof maakt daaruit op dat de reden voor A-4110 om mee te doen was gelegen in de omstandigheid dat hij zich miskend voelde door het [plaats] criminele milieu omdat hij niet meer meedraaide zoals hij dat vroeger deed. Dat ongenoegen maakt op zichzelf de verklaringen van A-4110 niet onbetrouwbaar. Het dossier biedt geen concrete aanknopingspunten om aan te nemen dat het A-4110 niet alleen zou hebben gebracht tot samenwerking met de politie maar ook tot het in strijd met de waarheid afleggen van belastende verklaringen. Daarbij komt dat uit het dossier niet blijkt dat A-4110 specifiek ten opzichte van enige verdachte in het onderzoek Vidar gevoelens van miskenning of veronachtzaming had.
Dat A-4110 heeft gehandeld uit eigen belang en om er zelf beter van te worden en dat die omstandigheid reden is geweest om dingen te verklaren die niet kloppen, is evenmin aannemelijk geworden. Het hof neemt in aanmerking dat het financiële aspect op zich een beweegreden kan zijn voor samenwerking met de politie, maar niet is aannemelijk geworden dat dit A-4110 heeft gebracht tot het afleggen van onbetrouwbare verklaringen. Naar het oordeel van het hof wordt dat weerlegd door de bewijsmiddelen die het hof in dit arrest heeft opgenomen en waaruit blijkt dat de verklaringen van A-4110 bevestiging vinden in overige bewijsmiddelen of daarin ingebed zijn. Het hof stelt in dat verband ook vast dat het dossier inzicht geeft over de vergoeding die A-4110 heeft gekregen. [105] A-4110 en de begeleider zijn daarover bevraagd en hebben die vragen op heldere wijze beantwoord. De officier van justitie heeft daarover verantwoording afgelegd, zoals ook in de overeenkomsten is opgenomen. Het dossier omvat een financiële verantwoording. Er zijn vergoedingen uitgekeerd overeenkomstig de circulaire bijzondere opsporingsgelden. In zoverre is de inhoud van het dossier ook op dit onderdeel van de inzet van A-4110 transparant en controleerbaar. De omvang van de vergoeding zoals die uit dit dossier blijkt maakt het oordeel van het hof niet anders.
Eindconclusie hof over betrouwbaarheid van A-4110
Gelet op al het voorgaande, in samenhang bezien, concludeert het hof samenvattend dat er geen aanleiding is te veronderstellen dat de politie of het Openbaar Ministerie A-4110 heeft ingezet terwijl zij op de hoogte waren van psychische problemen die aan die inzet in de weg zouden moeten staan. Het hof ziet geen reden de (voortduring van) de inzet van A-4110 als onrechtmatig te beschouwen en evenmin de verklaringen van A-4110 uit te sluiten van het bewijs vanwege onbetrouwbaarheid van die verklaringen. Het hof acht in dit verband met name van belang dat de verklaringen van A-4110 niet op zichzelf staan, maar grotendeels bevestiging vinden in andere bewijsmiddelen als OVC-opnamen, getuigenverklaringen, tapgesprekken en Encrochats. Relevante discrepanties met de verklaringen van A-4110 die duiden op alarmerende geheugenproblemen of onjuiste waarnemingen zijn daaruit niet naar voren gekomen.
Het hof is vanwege de hierboven beschreven psychische problematiek echter wel van oordeel dat heel zorgvuldig en behoedzaam met de verklaringen van A-4110 moet worden omgegaan.
Concreet houdt dat in deze zaak in dat de verklaringen van A-4110 alleen voor het bewijs zullen worden gebruikt voor zover zijn verklaringen voldoende worden ondersteund door ander bewijsmateriaal zoals dat uit het dossier blijkt, onder andere de beschikbare OVC-opnamen, getuigenverklaringen, tapgesprekken en Encrochats. Sprake moet zijn van relevante ondersteuning in overige gegevens in het dossier. De verklaring van A-4110 moet niet op zich staan, maar dient ingebed te zijn in het overige bewijs.
Voorwaardelijk verzoek
Horen A-4110
In hoger beroep is het (voorwaardelijk) verzoek gedaan om A-4110 nogmaals te horen.
Beslissing in tussenarrest
Het hof heeft in de zaak op het verzoek om het (opnieuw) horen als getuige van A-4110 in zijn tussenarrest het navolgende overwogen:
“A-4110
(…)
Het hof is met de advocaat-generaal van oordeel dat deze verzoeken dienen te worden afgewezen. De verdediging heeft haar ondervragingsrecht kunnen uitoefenen. Deze getuigen zijn reeds gehoord bij de rechtercommissaris.
A-4110 is uitvoerig gehoord en wel op 21 september 2021, 23 september 2021, 29 april 2021 en 30 april 2021. Ten aanzien van de verhoren in september 2021 heeft dit geresulteerd in een proces-verbaal van verhoor van 15 pagina’s en wat de verhoren in april 2021 betreft in een proces-verbaal van verhoor van 45 pagina’s. De raadsvrouw was hierbij aanwezig. De verdediging van verdachte heeft de gelegenheid gehad tot het stellen van vragen en heeft van deze mogelijkheid gebruik gemaakt.
(…)
Het hof ziet in de door de verdediging gegeven onderbouwing geen noodzaak tot het opnieuw horen van deze getuigen. Het hof ziet daarnaast ook niet vanwege een andere reden de noodzaak tot het opnieuw horen van deze getuigen. Er is alles afwegend sprake geweest van een behoorlijke en effectieve ondervragingsmogelijkheid en de procedure voldoet in haar geheel aan het door artikel 6 Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (hierna: EVRM) gewaarborgde recht op een eerlijk proces.”
Oordeel van het hof op het voorwaardelijk verzoek
Vraag is of hetgeen de verdediging bij de inhoudelijke behandeling ter terechtzitting heeft aangevoerd tot een andere afweging dan in het tussenarrest leidt. Het hof is van oordeel dat dat niet het geval is.
Het hof heeft de motivering van het verzoek tot een hernieuwd verhoor bij zijn afweging betrokken. Het hof heeft in het kader van de beoordeling daarvan de inhoud van het gehele dossier en in het bijzonder de verschillende verklaringen van A-4110 zoals die bij de politie en bij de rechter-commissaris zijn afgelegd in aanmerking genomen. Het hof heeft in het tussenarrest al overwogen dat bij de rechter-commissaris de gelegenheid is geweest en/of genomen tot het ondervragen van A-4110. Het hof stelt vast dat in hoger beroep in de zaak tegen medeverdachte [medeverdachte 6] A-4110 bij raadsheer-commissaris gehoord. In die zaak was A-4110 immers nog niet door de rechter-commissaris gehoord. Die verklaring bij de raadsheer-commissaris is in de zaak van verdachte gevoegd.
Het hof heeft bij zijn afweging in het bijzonder gelet op het navolgende. In hoger beroep heeft de raadsheer-commissaris, op verzoek van het Openbaar-Ministerie, onderzoek laten doen naar de psychische situatie van A-4110. Dit heeft geleid tot een deskundigenrapportage van prof. dr. [neuropsycholoog] die in alle zaken is gevoegd. De raadsheer-commissaris heeft in alle zaken de raadslieden gelegenheid gegeven om schriftelijk vragen in te brengen zodat die konden worden meegenomen in het deskundigenonderzoek naar de psychische situatie. Daar is geen gebruik van gemaakt. Het hof heeft bij de beoordeling van het verzoek betrokken het onderzoek en de conclusies die prof. dr. [neuropsycholoog] heeft getrokken naar aanleiding van zijn onderzoek, ook ten aanzien van het bestaan van waanbeelden zoals prof. dr. [neuropsycholoog] dat duidt.
Het hof begrijpt uit het rapport van prof. dr. [neuropsycholoog] dat op basis van de huidige informatie niet valt te zeggen hoe A-4110 functioneerde tijdens zijn inzet in Vidar en tijdens zijn verhoor bij de rechter-commissaris.
Het hof stelt vast dat er bij de rechter-commissaris en bij de raadsheer-commissaris speciale aandacht is geweest voor de gezondheidstoestand van A-4110. Hij werd tijdens het verhoor bijgestaan door een advocaat, er werd gepauzeerd en er is ingegrepen wanneer in de visie van de advocaat van A-4110 de vraagstelling niet helder was. De rechter-commissaris grijpt zelf ook in wanneer wordt gesignaleerd dat – al dan niet naar aanleiding van een ingewikkelde vraagstelling – verduidelijking noodzakelijk is. Het hof heeft ook gezien dat er aandacht is geweest voor het gehoor van A-4110 en dat ook daar is ingegrepen als er iets niet duidelijk bleek. Dit maakt dat het hof van oordeel is dat het verhoor door de rechter-commissaris en door de raadsheer-commissaris in de gevoegde verklaring op zorgvuldige wijze tot stand is gekomen.
Voorts stelt het hof vast dat de antwoorden van A-4110 op de gestelde vragen niet onbegrijpelijk zijn of duiden op verwarring of onbegrip. Bij onduidelijkheid wordt doorgevraagd en concreet antwoord gegeven. Voor zover er op bepaalde punten iets anders of nieuws in de verklaring naar voren komt, geeft A-4110 op vragen die hem dan worden gesteld nadere uitleg. De antwoorden die worden gegeven passen bij de gestelde vragen en de antwoorden vinden qua inhoud ondersteuning in het dossier. Op grond van al deze omstandigheden, in samenhang bezien, concludeert het hof dat de verklaringen van A-4110 bij de rechter-commissaris en raadsheer-commissaris niet als onbetrouwbaar en onbruikbaar zijn geworden en dat het verdedigingsbelang door de ingebrachte informatie van prof. dr. [neuropsycholoog] niet is gaan herleven. In de motivering tot hernieuwd verhoor vindt het hof derhalve geen aanleiding uit te gaan van het door de verdediging gestelde belang over te gaan tot hernieuwd verhoor. Gelet op het voorgaande, in onderling verband en samenhang bezien, is het naar het oordeel van het hof niet noodzakelijk dat er een hernieuwd verhoor van A-4110 plaatsvindt en de verdediging wordt door afwijzing van het verzoek niet in zijn belangen geschaad. Een hernieuwd verhoor is niet van belang voor enige te nemen beslissing in de zin van 348/350 Sv. Er is, alles afwegende, sprake geweest van een behoorlijke en effectieve ondervragingsmogelijkheid en de procedure voldoet in haar geheel aan het door artikel 6 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (hierna: EVRM) gewaarborgde recht op een eerlijk proces. Het hof wijst het verzoek af.
D- Schending van het Tallon-criteriumTallon-criteriumDe opsporingsambtenaar mag bij de tenuitvoerlegging van het bevel pseudokoop of dienstverlening een verdachte niet brengen tot andere strafbare feiten dan waarop diens opzet reeds te voren was gericht (artikel 126i, tweede lid, Sv). Dit wordt ook wel het Tallon-criterium of instigatieverbod genoemd.
In de Memorie van Toelichting op de wet BOB wordt onder “3.3. Politiële infiltratie” het volgende opgemerkt over het instigatieverbod:

De infiltrant mag het verrichten van bepaalde handelingen door de verdachte, noodzakelijk voor het bewijzen van strafbare feiten, wel ensceneren, maar het moet blijken dat de verdachte ook zonder tussenkomst van de infiltrant tot het plegen van deze of soortgelijke feiten zou zijn gekomen. De infiltrant maakt de bij de verdachte bestaande opzet slechts zichtbaar De gerichtheid van de opzet van de verdachte kan blijken uit concrete inlichtingen, afkomstig van een betrouwbaar gebleken bron – bijvoorbeeld een informant – die aangeven dat een verdachte voornemens is of bezig is strafbare feiten te plegen. Het is daarnaast van belang te beschikken over gegevens die het meer waarschijnlijk maken dat bedoelde concrete inlichtingen juist zijn. In dit verband kan gedacht worden aan informatie inhoudende dat de verdachte eerder is veroordeeld voor eenzelfde delict, of bij de politie als pleger van een soortgelijk delict als het op te sporen delict bekend staat. Achteraf moet dus kunnen worden vastgesteld dat de verdachte de misdrijven ter zake waarvan hij wordt vervolgd, ook zou hebben begaan als de infiltrant er niet was tussen gekomen. Aan infiltratie is inherent dat sprake kan zijn van beïnvloeding van het opereren van de groep van personen waarin wordt geïnfiltreerd. Om geloofwaardig te zijn dient de infiltrant vaak een actieve rol te spelen in de groep. Hij dient betrokken te raken bij de groep van personen of de criminele organisatie om er vervolgens deel van uit te gaan maken, zodat hij informatie en bewijsmateriaal kan vergaren die nodig is in het belang van het onderzoek. Bovengenoemde voorwaarde beoogt te verzekeren dat de infiltrant bij zijn optreden, personen niet verleidt tot strafbare gedragingen waarop hun opzet niet reeds tevoren was gericht. Daarbij behoeft het niet alleen te gaan om misdrijven die door deze personen worden gepleegd, maar het kan ook gaan om misdrijven die worden beraamd. Het optreden van de infiltrant mag er niet toe leiden dat deze personen misdrijven gaan beramen waar zij zonder tussenkomst van de infiltrant niet toe gekomen waren.’’ [106] ( Vorenstaande toelichting – voor zover deze ziet op het Tallon-criterium – heeft ook betrekking op de pseudokoop of -dienstverlening (zie p. 34 van de Memorie van Toelichting). [107] Traject [medeverdachte 5]
Redelijk vermoeden van schuldIngevolge artikel 27, eerste lid, Sv dient vóórdat de vervolging is aangevangen als verdachte aangemerkt te worden degene te wiens aanzien uit feiten of omstandigheden een redelijk vermoeden van schuld aan een strafbaar feit voortvloeit. Dat vermoeden betreft zowel de omstandigheid dat een strafbaar feit wordt of is begaan, als de betrokkenheid van een persoon bij dat feit. Daarom kan, ook als (nog) niet vaststaat dat een strafbaar feit plaatsvindt of heeft plaatsgevonden, sprake zijn van een redelijk vermoeden van schuld aan een strafbaar feit. [108]
De verdenkingUit het dossier volgt dat het onderzoek van de politie is gestart op basis van de verdenking dat verdachte [medeverdachte 5] zich zou bezighouden met de internationale handel in harddrugs. Deze verdenking is gebaseerd op het proces-verbaal van politie d.d. 20 april 2018. [109]
Als feitelijke aanleiding wordt in voornoemd proces-verbaal het volgende vermeld:
Vanuit hun functie als begeleider bij het team Werken onder Dekmantel hebben B-2820 en B-2821 dinsdag 9 januari 2018 contact gehad met A-4110. Deze laatste staat ingeschreven in het register van het Team Burger in Opsporing van de Landelijke Eenheid. A-4110 gaf in dat gesprek aan dat hij benaderd was door - een voor de begeleiders onbekende - [medeverdachte 5] .
A-4110 vertelde dat [medeverdachte 5] hem had gevraagd of A-4110 'nog wat doet'. [medeverdachte 5] vroeg hem na een kort gesprek of A-4110 binnenkort nog eens langs zou komen. A-4110 vertelde de begeleiders B-2820 en B-2821 dat hij [medeverdachte 5] al jaren kent en dat hij lid is van de [naam] in [plaats] . Deze [naam] zouden volgens A-4110 goede contacten hebben met de [naam] in [plaats] .Op 16 januari 2018 vertelde A-4110 de begeleiders dat hij [medeverdachte 5] opnieuw gesproken had. [medeverdachte 5] had hem gevraagd om een afnemer van speed, het liefst uit het buitenland.
Over deze gang van zaken is een proces-verbaal van bevindingen door B-2820 en B-2821 opgemaakt. [110] Daaruit volgt onder meer dat de door A-4110 gegeven informatie door B-2820 en B-2821 op 16 januari 2018 is doorgegeven aan het Openbaar Ministerie. Uit het bovengenoemde proces-verbaal van verdenking volgt dat op 22 februari 2018 door de officier van justitie is beslist tot het horen van A-4110 als getuige. Diezelfde dag hoorden verbalisanten B-2820 en B-2821 getuige A-4110. Van dat verhoor is een proces-verbaal van verhoor opgemaakt. [111] A-4110 verklaarde – samengevat – dat:
Hij op woensdag 3 januari 2018 aan de Vliet in [plaats] werd aangesproken door [medeverdachte 5] . Hij zei: "Hoi hoe is het alles goed met je?” Getuige vertelde dat hij net op vakantie was geweest. [medeverdachte 5] vroeg hem vervolgens: "doe je nog weleens wat? Getuige weet dat [medeverdachte 5] hiermee bedoelt, wapens handelen, drugs handelen, getuige zegt dat [medeverdachte 5] weet dat getuige altijd mee liep met [naam] . Getuige bevestigde [medeverdachte 5] vraag en [medeverdachte 5] , die met vrouw of vriendin was, zei vervolgens: "kom eens bij me langs misschien kunnen we wat doen". Getuige sprak met [medeverdachte 5] af dat hij bij hem langs zou komen. Op 11 januari 2018 is getuige langs de woning van [medeverdachte 5] gereden in [plaats] . Hij heeft een vriend van [medeverdachte 5] gebeld, genaamd [naam] , om te vragen of [medeverdachte 5] nog in [plaats] woonde. Getuige kreeg via [naam] het telefoonnummer van [medeverdachte 5] . Getuige heeft – hij denkt op 12 januari 2018 – [medeverdachte 5] gebeld. [medeverdachte 5] zei naar hem toe te komen op de Schrans. [medeverdachte 5] is bij getuige in de auto gestapt en zij hebben een gesprek gehad. Getuige zei tegen [medeverdachte 5] : "wat zoek je". [medeverdachte 5] zei: "ik zoek iemand voor speed, liever iemand uit het buitenland dan iemand uit Nederland". "Speed kost weinig investering en levert wel wat op" vertelde [medeverdachte 5] getuige. Getuige vroeg [medeverdachte 5] of hij nog wat met transport deed. [medeverdachte 5] zei: "de vorige keer dat we daar over spraken vertrouwde je mij niet". Getuige vroeg hem: "hoezo". [medeverdachte 5] zei: Je keek mij zo raar aan". Dit gesprek was aldus getuige bij [naam] in [plaats] , daar hadden zij een gesprek over het vervoer van cocaïne met boten. Getuige had [medeverdachte 5] had toen voorgesteld bij [naam] in [plaats] , [medeverdachte 5] was daar met een Hindoestaanse jongen die nu ook bij de [naam] is. Getuige denkt dat dit voorzover hij weet niets is geworden. [medeverdachte 5] zei dat hij altijd nog belang bij transport heeft, hij zei: "alleen cocaïne kost te veel inkoop, dan moet je teveel investeren". Hij zei dat hij liever speed deed, dit is voorhanden. [medeverdachte 5] zei dat de jongens met die hesjes er niet bij komen. [medeverdachte 5] zei: we hebben afgesproken dat we bij zaken doen geen hesjes meer aan doen" Hij zei verder dat die jongens met speed niets te maken hebben. Getuige heeft tegen [medeverdachte 5] gezegd dat hij gaat kijken of hij iemand kent. Getuige heeft verder niets over speed of cocaïne gezegd. Getuige zegt dat [medeverdachte 5] wel weet wel dat getuige van vroeger contacten in Denemarken heeft. Getuige kent deze [medeverdachte 5] meer dan 10 jaar, weet zijn achternaam niet. [medeverdachte 5] is aldus getuige ergens in de 30 jaar oud. [medeverdachte 5] wil zich graag profileren in de bovenwereld als de maffia. Hij reed eerder als chauffeur van [naam] , dit is een van de rijksten van Friesland. Toen getuige hem in het begin kende had hij meerdere wapens in de verkoop. Getuige weet dat [medeverdachte 5] lid is van de [naam] . Deze [naam] is een supportclub van de [naam] in [plaats] . [medeverdachte 5] is full member, welke rang weet hij niet. De Hindoestaan die zijn kameraad is zit in de wit. [medeverdachte 5] doet van alles als het maar geld oplevert, drugshandel, wapenhandel. In [plaats] is het algemeen bekend dat [medeverdachte 5] goede contacten heeft met de [naam] in [plaats] . Getuige weet dat [medeverdachte 5] een vriendin heeft die uit [plaats] komt. De vader van die vriendin heeft een Bakkerij in [plaats] ".
Uit het bovengenoemd proces-verbaal van verdenking volgt dat uit een zoekslag in de politiesystemen vervolgens naar voren komt dat ene [medeverdachte 5] , 32 jaar, sergeant at arms is van de [naam] in [plaats] .
Een check van de gegevens van de Kamer van Koophandel wijst uit dat [medeverdachte 5] vennoot is van [bakker] , [adres] in [plaats] . Voor zover bij politie bekend zijn er aldus het proces-verbaal van verdenking bij de [naam] geen andere leden die [medeverdachte 5] heten. [112]
Uit een zogenoemd TOOI (Team Openbare Orde Inlichtingen) rapport volgt dat een contact van [medeverdachte 5] de president van de [naam] is: [naam] , geboren op [geboortedag] 1969 in [geboorteplaats] , Suriname. [113]
Geconcludeerd wordt in het bovengenoemde proces-verbaal van verdenking dat de ' [medeverdachte 5] ' waarover getuige A-4110 spreekt, moet zijn: [medeverdachte 5] , geboren op [geboortedag] 1985 in [geboorteplaats] .
Uit een op ambtsbelofte opgemaakt afscherm proces-verbaal van TCI d.d. 13 april 2018 volgt nog dat uit een in Nederland onder leiding van een officier van justitie ander lopend opsporingsonderzoek informatie is ontvangen – samengevat - inhoudende dat:
[medeverdachte 5] sergeant at arms is van de outlaw motorcycle gang [naam] in [plaats] , een supportclub van de [naam] , charter [naam] in [plaats] . [medeverdachte 5] heeft contact met de kaderleden van de [plaats] [naam] , te weten: [naam] , president; [medeverdachte 1] , vice-president; [naam] , treasurer; [naam] , sergeant at arms; [naam] , sergeant at arms. Ook zijn er aanwijzingen dat [medeverdachte 5] zich vermoedelijk bezighoudt met cryptocurrency.In dit proces-verbaal worden de geboortedata en vermoedelijk door hen gebruikte telefoonnummers beschreven. [114]
Samenvattende conclusie uit het proces-verbaal van verdenking d.d. 20 april 2018 is dat [medeverdachte 5] zich, al dan niet samen met anderen, vermoedelijk bezig houdt met internationale handel in harddrugs.
Beoordeling van de verdenking
Het hof betrekt het bovenstaande bij de beoordeling van de verdenking. Het hof overweegt dat de verdenking van verdachte [medeverdachte 5] op 20 april 2018 in de kern aanvankelijk is gebaseerd op verklaringen van A-4110 die gaan over de ontmoetingen die hij heeft gehad met [medeverdachte 5] op 3 januari en 12 januari 2018. Uit het dossier volgt dat in de aanloop van het proces-verbaal van verdenking is getracht de inhoud van de door A-4110 gegeven informatie te checken. Resultaat daarvan is dat diverse onderdelen van de verklaringen van A-4110 bevestiging vinden in andere bronnen. Daarmee staan de verklaringen van A-4110 niet op zich maar worden zij ingebed in andere gegevens. Het hof is met de rechtbank van oordeel dat de met opsporing belaste autoriteiten uit de inhoud van die verklaringen in samenhang bezien met hetgeen in het proces-verbaal van verdenkingen de andere bovengenoemde processen-verbaal is bevestigd, ten aanzien van verdachte in redelijkheid een vermoeden van schuld hebben kunnen afleiden ten aanzien van (medeplegen) van (voorbereidingshandelingen voor) de opzettelijke uitvoer van harddrugs. De rechtbank merkt naar het oordeel van het hof terecht op dat geen rechtsregel er aan in de weg staat dat een verdenking kan worden gebaseerd op slechts één verklaring. Waar het om gaat is dat de verdenking is gebaseerd op voldoende objectieve, concrete en controleerbare feiten en omstandigheden. Het hof is van oordeel dat daarvan sprake was.
Het hof stelt vast dat op basis van deze verdenking zoals neergelegd in het proces-verbaal van 20 april 2018 ten aanzien van verdachte [medeverdachte 5] een opsporingsonderzoek met de naam Vidar is gestart. Over die start en de daaraan voorafgaande periode zijn meerdere getuigen gehoord. A-4110 heeft in die verhoren verklaard hoe de contacten met [medeverdachte 5] in de beginperiode verliepen. De WOD begeleiders hebben daarover ook verklaringen afgelegd. Het hof stelt op basis van de inhoud van het dossier, waaronder die verklaringen van B-2820 en B-2821, vast dat het opsporingsonderzoek in de zaak daadwerkelijk is aangevangen nadat het proces-verbaal van verdenking was opgemaakt en de officier van justitie daarover een beslissing had genomen. De uitleg van de beide WOD-begeleiders van A-4110 maakt duidelijk dat in de beginperiode tussen 9 januari 2018 (het eerste moment dat zij van A-4110 vernamen dat ene [medeverdachte 5] en A 4110 een ontmoeting hadden gehad) en het moment dat het opsporingsonderzoek en evenmin daarvóór, geen instructie aan A-4110 is gegeven in de richting van [medeverdachte 5] . Helder is geworden dat er contact bestond tussen de WOD-begeleiding en A-4110 in die tijd, dat vond evenwel plaats in de afbouwfase van een eerder onderzoek. De WOD-begeleiders hebben uitgelegd dat tegen A-4110 in die beginperiode voorafgaand aan de start van het opsporingsonderzoek niet anders is gezegd dat A-4110 in zijn contact met [medeverdachte 5] , een bekende van A-4110, kon doen wat hij altijd doet en dat dat zijn eigen keuze was. Het hof acht dat navolgbaar.
Dit leidt ertoe dat het hof de verdediging niet volgt in haar verweer dat het politieonderzoek op een eerder moment is gestart, zonder dat sprake was van een redelijke vermoeden van schuld.
Uitlokking?
Het strafrechtelijk onderzoek start voorzover hier relevant met een eerste inzet van A-4110 op 22 mei 2018 op basis van een overeenkomst tot burgerpseudokoop/-dienstverlening. Opdracht van A-4110 was een buitenlandse burger en/of opsporingsambtenaar te introduceren en deze te faciliteren in zijn contacten met verdachte [medeverdachte 5] . Van die eerste inzet op 22 mei 2018 zijn door middel van door A-4110 meegedragen apparatuur OVC geluidsopnamen gemaakt.
Bij de beoordeling van de vraag of verdachte [medeverdachte 5] door A-4110 is uitgelokt strafbare feiten te plegen heeft het hof onder meer de inhoud van de verklaringen van verdachte [medeverdachte 5] , de verklaringen van A-4110 afgelegd tegenover zijn begeleiders, de OVC’s van gesprekken waaraan onder meer verdachte [medeverdachte 5] en A-4110 deelnamen, maar ook in een auto afgeluisterde gesprekken en andere hieronder aan te duiden onderzoeksresultaten in aanmerking genomen. Het hof heeft bij zijn afweging ook betrokken hetgeen bij de rechter-commissaris en raadsheer-commissaris gehoorde getuigen, waaronder de WOD-begeleiders van A-4110, hebben verklaard.
Verdachte [medeverdachte 5] stelt - samengevat - door toedoen en onder druk van A-4110 het wilsbesluit te hebben genomen in zee te gaan met A-4110. Ten tijde van zijn zesde politieverhoor op 3 augustus 2018 stelt verdachte [medeverdachte 5] dat er sprake was van een dwingende en dreigende situatie vanuit A-4110, dat hij (verdachte [medeverdachte 5] ) voor hemzelf belastende uitspraken heeft gedaan en drugs heeft verkocht in die situatie omdat hij werd gepusht en meende het niet anders te kunnen doen.
Voor de beoordeling van deze door verdachte [medeverdachte 5] beschreven gang van zaken is onder meer relevant in hoeverre kan worden afgegaan op hetgeen A-4110 en verdachte [medeverdachte 5] over hun gezamenlijke contacten en de aanloop er naar toe verklaren.
Het hof stelt allereerst vast dat A-4110 en verdachte [medeverdachte 5] – hoe dan ook – op 3 januari 2018 een ontmoeting hebben gehad waarbij – naar het hof uit beider verklaringen begrijpt – kort over duistere zaken zoals drugshandel is gesproken. A-4110 heeft verklaard als vervolg van de tijdens die ontmoeting gemaakte afspraak verdachte [medeverdachte 5] nadien te hebben gezocht en op 12 januari 2018 uiteindelijk via een gezamenlijke kennis, [naam] , het telefoonnummer van verdachte [medeverdachte 5] te hebben verkregen. Door de politie is uitgezocht hoe het leggen van dit telefonisch contact is verlopen. Uit het proces-verbaal
van analyse eerste contacten januari 2018 A-4110 en [medeverdachte 5]volgt dat [naam] verdachte [medeverdachte 5] (op 12 januari 2018 om 12:06 uur) meedeelt dat A- 4110
het telefoonnummer van [medeverdachte 5] ff moet hebben. Verdachte [medeverdachte 5] appt zijn telefoonnummer naar [naam] om 12:37 uur direct gevolgd door een duimpje omhoog van verdachte [medeverdachte 5] [115] . Volgens de telefoongegevens van verdachte [medeverdachte 5] belt A-4110 diezelfde dag om 14:00 uur met verdachte [medeverdachte 5] en – volgens zowel de verklaring van verdachte [medeverdachte 5] en A-4110 –rijdt A-4110 kort daarna naar [medeverdachte 5] die bij A-4110 in de auto plaatsneemt. In de geparkeerde auto voeren beiden een gesprek. Dat gesprek op 12 januari 2018 gaat in de visie van A-4110 en verdachte [medeverdachte 5] - hoe dan ook - over drugs.
Verdachte [medeverdachte 5] heeft namelijk over dat gesprek in de auto op 12 januari 2018 tijdens zijn zesde verhoor bij de politie verklaard dat het onderwerp drugs was en dat A-4110 geld wilde verdienen. A-4110 heeft over dat gesprek op 16 januari 2018 tegenover zijn WOD begeleiders verklaard dat verdachte [medeverdachte 5] – kort gezegd – had gezegd dat hij op zoek was naar een buitenlandse afnemer van drugs. Tijdens zijn verhoor op 22 februari 2018 verklaart A-4110 daar ook aldus over. Tijdens de verhoren bij de rechter-commissaris heeft A-4110 zijn verklaring herhaald en uitleg gegeven op vragen over de ontmoetingen met verdachte [medeverdachte 5] begin januari 2018. Desgevraagd zegt A-4110 tijdens het verhoor van de rechter-commissaris:
U houdt mij voor dat ik zeg (pag. 1264: het hof begrijpt tijdens de eerste gearrangeerde (OVC) ontmoeting op 24 mei 2018) dat ik iemand had voor die snelle, maar dat ik eerder heb gezegd dat [medeverdachte 5] daarmee moet komen. U maakt er wat anders van. Er was afgesproken dat ik een klant voor hem zou zoeken, daarom zei ik dat ik iemand voor die snelle heb. Ja klopt, dit was dus een vervolg op een eerder gesprek. U vraagt mij wie de leiding had in die gesprekken. Wij samen, het moet bij hem weg komen niet bij mij. Ik kan niet leveren, bij [medeverdachte 5] moeten de drugs weg komen. U vraagt mij of ik de leiding had in de gesprekken. Nee dat denk ik niet. [medeverdachte 5] is mondig genoeg.
Het hof heeft gekeken hoe het eerste (OVC) gesprek tussen verdachte [medeverdachte 5] en A-4110 op 22 mei 2018 tot stand is gekomen. Uit het dossier leidt het hof af dat A-4110 op 22 mei 2018 om 19:01 uur telefonisch contact zoekt met [medeverdachte 5] om een afspraak te maken. Dat is conform de afspraak in het kader van de WOD-inzet van A-4110. In dat gesprek wordt het volgende tussen A-4110 en verdachte [medeverdachte 5] uitgewisseld:
[medeverdachte 5] (SH) wordt gebeld door NNman (het hof begrijpt: A-4110). [116]
NNma zegt dat [medeverdachte 5] laatst vroeg om een onderdeel voor zijn [merk] . NNman zegt dat hij die nu heeft. [medeverdachte 5] vraagt waar NNman nu is. NNman zegt dat hij wel naar [medeverdachte 5] toe kan kome straks. [medeverdachte 5] zegt dat hij nu onderweg is. NNman zit nu ergens in Drachten en gaat straks weer naar huis. [medeverdachte 5] zegt dat hij even na moet denken want hij heeft meerdere onderdelen nodig gehad voor zijn auto. [medeverdachte 5] bedoelt zijn motor zegt hij. [medeverdachte 5] vraagt of NNman morgen in de stad is. NNman is daar wel maar vraagt aan [medeverdachte 5] of [medeverdachte 5] donderdag ook kan. [medeverdachte 5] zegt dat hij donderdag wel in [plaats] is. Hij heeft wel een paar afspraken. Ze spreken donderdag af. Dan weet NNman alles.
Het hof duidt dit telefonische gesprek tussen A-4110 en verdachte [medeverdachte 5] als een gesprek waarin met behulp van versluierend taalgebruik over drugsactiviteiten wordt gesproken. [117] Het gesprek past naar het oordeel van het hof bij een logisch vervolg op hetgeen eerder tussen beiden is besproken.
Het hof stelt vast dat vervolgens op donderdag 24 mei 2018 om 15:24 uur verdachte [medeverdachte 5] telefonisch contact opneemt met A-4110 en een afspraak maakt elkaar kort erna te ontmoeten.
[medeverdachte 5] belt uit met NNM (het hof begrijpt: A 4110). [118]
[medeverdachte 5] zegt dat hij weer in [plaats] is. Hij loopt met zijn kinderen vlakbij de centrale. NNM zit bij [adres] , bij zich thuis. [medeverdachte 5] loopt naar [adres] . NNM gaat ook naar [adres] en dan zien ze elkaar zo bij de Coffeeshop daar.
Het hof stelt vast dat in de geluidsopnamen van het gesprek van 24 mei 2018 hoorbaar is dat na een korte inleiding door A-4110 tegen verdachte [medeverdachte 5] wordt gezegd iemand te hebben voor die snelle.
A: lk had iemand.
J:Waarvoor?
A: Voor die snelle
J:Oke
A: NTV
J: Ja, ie moet die hebben?
A:Wat?
J: Moet ie hebben?
A: Ja, dat ligt er aan, ..NTV..
J: Die jongens zitten vast man, net opgepakt. lk kan wel kijken of hij, NTV. Maar ja dat maakt niet zo veel uit natuurlijk, hij zit vast dus
A: Die Ieren
J: Dat is goed toch
A: Dat is Ierland.
J: Ze willen het hier oppakken?
A: Hé?
J: Willen ze 't hier oppakken of ?
A: Dat moest met hun beprate, ik laat hun hier komme
J:Oh, oke.
A: Wat seist der van? Goed toch? .. NTV..
J: Beter is hier.
A: Ja. We motte maar even kieke.
J: ..NTV.. lk wil eigenlijk wel aan deze kant blijven.
A:Wat?
J: lk wil wel aan deze kant blijven
A:Ja,ja...
J: .. NTV..komt eraan.
(Noot verbalisant: Er loopt vermoedelijk iemand voorbij. Voorbijganger vraagt [medeverdachte 5] hoe het is. [medeverdachte 5] antwoord dat goed met hem gaat.)
A: Oké joh..
J: Ja laat maar gebeure
Het hof is allereerst van oordeel dat de aanvang van dit gesprek op 24 mei 2018 waar
A-4110 meedeelt iemand te hebben voor die snelle, inhoudelijk aansluit op het telefoongesprek dat beiden voerden voor het maken van de afspraak voor het gesprek op 24 mei 2018. De aanvang van het aan het versluierende telefoongesprek, waar wordt gezegd:
NNman (A-4110) zegt dat [medeverdachte 5] laatst vroeg om een onderdeel voor zijn [merk] . NNman zegt dat hij die nu heeft,kan weer logisch passen bij hetgeen A-4110 heeft verklaard over wat eerder op 16 januari 2018 in de auto tussen verdachte en A-4110 is besproken, namelijk dat verdachte [medeverdachte 5] een - liefst buitenlandse - afnemer zoekt. Dit maakt dat het hof eerder bevestiging ziet van hetgeen A-4110 over de aanloop in januari 2018 verklaart dan dat het hof twijfel heeft over hetgeen A-4110 verklaart. Het hof zal hieronder de (niet door middel van OVC vastgelegde) verklaringen van A-4110 over de aanloop in januari 2018, verder beoordelen.
Vraag die in dat kader ook beantwoord moet worden, is of in het gesprek in mei 2018 en de daarop volgende gesprekken en andere contacten tussen A-4110 en verdachte [medeverdachte 5] , sprake is van het door verdachte [medeverdachte 5] beweerde pushen, dwingen en dreigen van A-4110. Het hof zal hieronder uitleggen waarom daar naar het oordeel van het hof geen sprake van is.
Het hof zal hieronder een korte samenvatting geven van een aantal gesprekken tussen A-4110 en verdachte [medeverdachte 5] gevoerde gesprekken. Alle gesprekken zijn door middel van OVC vastgelegd.
Gesprek 14 juni 2018
Het hof stelt vast dat verdachte [medeverdachte 5] en A-4110 op 14 juni 2018 weer een afspraak hebben met elkaar. In de aanloop naar die afspraak belt A-4110 op 14 juni 2018 naar verdachte [medeverdachte 5] om 11:39 uur. [119]
[medeverdachte 5] wordt gebeld door NNman (het hof begrijpt: A-4110).
[medeverdachte 5] vraagt waar NNman is. NNman zegt dat hij even de stad uit is. [medeverdachte 5] is zo dadelijk in de.stad. NNman zegt 13:00, dan bén ik er. [medeverdachte 5] zegt dat NNman rustig aan moet doen en maar moet laten weten als hij weer de stad in gaat.
Het volgende telefoongesprek vindt plaats diezelfde dag om 13:20 uur. [120] [medeverdachte 5] wordt gebeld door NNman (het hof begrijpt: A-4110).
NNman vraagt waar [medeverdachte 5] is. [medeverdachte 5] zegt dat hij bij [ijssalon] is. NNman komt eraan.
Dit gesprek op 14 juni 2018 vindt plaats bij ijssalon [ijssalon] in [plaats] vanaf 13:33 uur. Verdachte [medeverdachte 5] legt uit dat die jongen in Duitsland vastzit en dat hij bang is bij andere jongens geen goede kwaliteit te kunnen halen. Verdachte [medeverdachte 5] vertelt A-4110 dat het beter is niet te bieden maar te vragen wat ze willen. Verdachte [medeverdachte 5] vertelt A-4110 in de loop van het gesprek over de mogelijkheid wellicht een paar keer mee te kunnen gooien. Verdachte [medeverdachte 5] zegt dat ze het in [plaats] op moeten halen, dan is er controle. Op dit moment betaalt verdachte [medeverdachte 5] 26, een koopje, maar niemand weet dat. Verdachte [medeverdachte 5] zegt dat als ze echt willen gooien, de prijs weer omhoog gaat lopen, dat we 30 vragen.
Gesprek 5 juli 2018 (ook met A-4133)
Op 5 juli introduceert A-4110 zijn zogenoemde Ierse contact bij verdachte [medeverdachte 5] . Verdachte [medeverdachte 5] wil niet praten in het café en evenmin op het terras, geeft aan paranoia te zijn vanwege het feit dat de locatie per SMS was verstuurd en stelt voor naar buiten te gaan. A-4133 legde uit dat A-4110 hem had verteld dat [medeverdachte 5] op zoek was naar nieuwe klanten, hetgeen [medeverdachte 5] bevestigde.
A-4133 informeerde naar wat [medeverdachte 5] voor A-4133 kon doen en verdachte [medeverdachte 5] maakte in eerste instantie twee handgebaren. Bij de eerste bracht hij zijn hand naar zijn neus, waarbij hij snuiven nadeed terwijl het tweede leek op het nadoen van een maken van een lijntje. Toen A-4133 verdachte [medeverdachte 5] vroeg om duidelijk te maken wat hij bedoelde noemde [medeverdachte 5] cocaïne en speed. [medeverdachte 5] en A-4133 gaven beide de wens aan om zaken te doen, maar rustig aan. [medeverdachte 5] ging verder en vertelde A-4133 dat hij 1 kg cocaïne kon leveren voor € 28.000 en dat speed € 1000 zou kosten voor 1 kilo, daarbij uitleggend dat het [medeverdachte 5] € 800 per kg kost. [medeverdachte 5] vertelde A-4133 ook dat zijn belangrijkste leverancier van speed was gearresteerd in Duitsland maar bevestigde dat hij het nog steeds kon leveren. [medeverdachte 5] garandeerde A-4133 dat de kwaliteit van beide drugs hoog was omdat hij geen klachten wilde van klanten en niet wilde dat het terugkwam als het product van slechte kwaliteit was. [medeverdachte 5] besprak hoe de cocaïne op een aantal manieren en in verschillende formaten het land in kwam, waaronder in repen, kleinere pakketjes die werden ingeslikt door koeriers of vermengd met andere producten waarbij het vervolgens eruit wordt gehaald door 'koks' maar dat kan een nasmaak of geur achterlaten. A-4133 vroeg welke omvang aan toekomstige zendingen verdachte [medeverdachte 5] zou kunnen leveren en stelde 10 of 20 kg voor als voorbeeld, en [medeverdachte 5] zei dat alles mogelijk was. [medeverdachte 5] bevestigde verder dat hij ook XTC kon leveren en zei dat hij geen heroïne of crystal meth leverde. Toen A-4133 vroeg naar het tijdsbestek voor de levering van toekomstige bestellingen verklaarde verdachte [medeverdachte 5] dat het kon variëren van een paar uur tot een paar dagen, afhankelijk van de gestelde termijn en de beschikbaarheid. A-4133 gaf aan dat hij mogelijk geïnteresseerd zou zijn in het kopen van 1 kg cocaïne as een proefmonster en [medeverdachte 5] gaf aan dat dit mogelijk was. Men stelde vast dat de prijs € 28.000 was en toen A-4133 het vroeg verklaarde verdachte [medeverdachte 5] dat het hem € 26.000 kostte.
Gesprek 31 juli 2018
Op 31 juli 2018 spreken verdachte [medeverdachte 5] en A-4110 vervolgens af en hebben ze bij verdachte [medeverdachte 5] die avond thuis een ontmoeting. In dit gesprek wordt samengevat door A-4110 aangegeven dat ze veel interesse hebben en dat ze gelijk een kilo willen hebben en dat er meer komt. Verdachte [medeverdachte 5] reageert dat dat toch goed is. Verdachte [medeverdachte 5] vraagt of ze de vakantie willen afwachten, dat iedereen die goed in de handel zit weet dat er nu niets gebeurt. Verdachte [medeverdachte 5] oppert dat we gewoon wat met speed doen. A-4110 vraagt verduidelijking en zegt dat ze wel belang hebben bij wit natuurlijk. A-4110 zegt dat je op speed toch niks verdient. Verdachte [medeverdachte 5] zegt eerst even 10 kilo speed in te kopen voor 700 en dat weg te zetten voor een rooitje. Verdachte [medeverdachte 5] zegt dat het nu vakantietijd is. Dat het niet goed is te happerig te zijn. Verdachte [medeverdachte 5] en A-4110 hebben het over september. Verdachte [medeverdachte 5] zegt dat we dan wel kunnen. Verdachte [medeverdachte 5] stelt voor dat A-4110 nou gewoon zegt tegen hem (het hof begrijpt: de afnemer) dat het nu vakantie periode is. En dat alles mogelijk is.
Gesprek 10 september 2018
Op 10 september 2018 evalueren verdachte [medeverdachte 5] en A-4110 de mislukte deal voor de afnemer van 4 september 2018 in [plaats] . Verdachte [medeverdachte 5] vertelt in dat gesprek dat hij die rommel niet kon leveren. Ze zouden anders niet terugkomen. Verdachte [medeverdachte 5] vertelt ook dat het ’m niet werd die avond. Dat hij hem heeft gezegd dat hij weer teruggaat met die poen. Verdachte [medeverdachte 5] wil de vakantie van drie weken van A-4110 afwachten. Verdachte [medeverdachte 5] zegt het apart te vinden dat hij rechtstreeks buiten A-4110 zaken zou doen. Verdachte [medeverdachte 5] wil dat A-4110 er tussen blijft en zegt A-4110 dat het over de vakantie van drie weken van A-4110 heen wordt getild.
Gesprek 10 oktober 2018Op 10 oktober 2018 spreken verdachte [medeverdachte 5] en A-4110 elkaar opnieuw. Een ophanden zijnde levering in de week erop wordt besproken. Verdachte [medeverdachte 5] neemt door dat de prijzen voor blokken skyhigh zijn, vraagt A-4110 of het ook in stukken mag. Verdachte [medeverdachte 5] vraagt A-4110 zondagavond even bij hem te komen. A-4110 vraagt of het droog is. Verdachte [medeverdachte 5] reageert op A-4110 dat het wel kapot is en dat natte wel het beste is. Dat hij gewoon natte heeft, wat net gemaakt is. Dat hij zijn best nog gaat doen voor droge, maar dat dit (natte) in de vriezer ligt. Dat het moet stinken.
Gesprek 14 oktober 2018
Op 14 oktober 2018 vindt er zoals gevraagd door verdachte [medeverdachte 5] een ontmoeting plaats tussen verdachte [medeverdachte 5] en A-4110 met het oog op de komst van de afnemer op de volgende dag. Verdachte [medeverdachte 5] vertelt bij een ander te hebben gekocht nu hij niet meer dan een kilo heeft gekocht. Zegt dat hij normaal per tien kilo koopt. Verdachte [medeverdachte 5] zegt dat het wel natte is, maar niet heel natte. Verdachte [medeverdachte 5] stelt voor dat A-4110 de speed naar [plaats] rijdt, hetgeen A-4110 niet wil doen. Verdachte [medeverdachte 5] zegt vervolgens tegen A-4110 de dag erop eerst bij hem in de bakkerij te komen en dat A-4110 vervolgens de afnemer op gaat halen. Aldus wordt afgesproken.
Vervolg beoordeling hof van de gesprekken
Het hof heeft de inhoud van de onderlinge communicatie nauwkeurig in ogenschouw genomen. Het hof duidt de rol van verdachte in de onderlinge communicatie veeleer als dominant en bepalend over wat er gaat gebeuren, wanneer en in de wijze waarop. Verdachte [medeverdachte 5] zijn aanvankelijke aarzeling te leveren is niet gelegen in het niet
willenleveren van drugs, maar door omstandigheden tijdelijk niet
kunnenleveren omdat zijn vaste toeleverancier van speed gevangen is genomen. Daarbij zegt verdachte in het eerste gesprek op 24 mei 2018 dat hij A-4110 eerst nog één keer wil zien en vraagt daar bevestiging van, zegt daarbij ook dat hij zich wel even moet indekken en niemand wil passeren, en dat het leuk en top is dat A-4110 weer helemaal terug is en zegt lachend aan A-4110:
Je mutte weer wat verdiene hier of niet?Het hof kan in het verloop van dit gesprek op geen enkele manier het door verdachte beweerde pushen en dwingen van A-4110 ontwaren. In zijn verhoren bij de rechter-commissaris heeft A-4110 ook uitleg gegeven over de wijze waarop het gesprek liep. Die uitleg over de gebruikte woorden in hun onderlinge communicatie acht het hof navolgbaar. A-4110 heeft ook op overtuigende wijze uitleg gegeven dat hij niet in de positie was jegens verdachte [medeverdachte 5] dominant te zijn. Die uitleg van A-4110 wordt ook ondersteund door de inhoud van de onderlinge communicatie zoals die door middel van OVC is vastgelegd. Zoals hierboven overwogen was het verdachte [medeverdachte 5] die initiatief in het gesprek nam en bepaalde wat er gebeurde en hoe dat zou gaan.
In het gesprek waarin kennis werd gemaakt met A-4133 als beoogd afnemer van drugs bevestigt verdachte [medeverdachte 5] tegenover A-4133 dat hij op zoek is naar nieuwe klanten en vertelt [medeverdachte 5] over prijzen, kenmerken en beschikbaarheid van verschillende soorten drugs. Het hof heeft ook het verloop van de vervolgafspraken over het leveren van speed of cocaïne in ogenschouw genomen. Het hof stelt vast dat verdachte [medeverdachte 5] in die gesprekken telkens informatie verstrekt die erop duidt dat hij vaker handelt in drugs, goed bekend is met de specifieke eigenschappen van speed, het bewaren daarvan of het verloop vanwege het seizoen in de vraag naar drugs en de schommeling in prijzen. Het hof stelt ook vast dat verdachte in één van de gesprekken vertelt in plaats van de gebruikelijke 10 kilo bij een vaste afnemer te kopen, naar een ander is gegaan voor één kilo speed.
Het hof stelt daarnaast vast dat de verklaring van verdachte [medeverdachte 5] dat
A-4110 dwingend en dreigend in zijn richting was, geenszins is te herleiden uit de inhoud en het verloop van de onderlinge conversaties zoals die in tap - de OVC-gesprekken zijn vastgelegd. Het is verdachte [medeverdachte 5] die aangeeft hoe, waar en wanneer het moet gebeuren. Het is anders dan verdachte [medeverdachte 5] vertelt, niet A-4110, maar verdachte [medeverdachte 5] zelf die in hun gesprek op 14 juni 2018 begint over meegooien. Zijn stelling dat A-4110 niet gepasseerd wilde worden, wordt weersproken door de inhoud van het gesprek op 10 september 2018. Hij reageert op de suggestie van A-4110 dat verdachte [medeverdachte 5] rechtstreeks met de afnemer zaken zou kunnen doen, dat hij juist niet wil dat A-4110 er tussenuit gaat.
Conclusie van dit alles is dat het hof van oordeel is dat verdachte [medeverdachte 5] niet is uitgelokt tot het plegen van de hem verweten feiten.
Het hof is daarnaast van oordeel dat het hof voor wat betreft de aanloop in januari 2018 tot het eerste gesprek uit kan gaan van hetgeen A-4110 daarover heeft verklaard. Die verklaringen van A-4110 worden zoals hierboven weergegeven op relevante wijze ondersteund door het bovenomschreven versluierende taalgebruik in het telefoongesprek, het inhoudelijke verloop van de onderlinge gesprekken en ook andere onderdelen van het dossier, waaronder hetgeen verdachte [medeverdachte 5] met verdachte [medeverdachte 9] heeft besproken ten tijde van de eerste poging tot levering van drugs en andere door verdachte onderhouden contacten met de beoogd afnemer.
Het hof is derhalve met de rechtbank van oordeel dat verdachte [medeverdachte 5] niet is uitgelokt tot het begaan van de hem verweten feiten.
Het hof acht de afwegingen van de rechtbank op dit onderdeel juist. Het hof verenigt zich daarom ook met de hieronder cursief weergegeven overwegingen uit het vonnis van verdachte [medeverdachte 5] .
“Uit de hierna, onder het kopje "Bewijs". genoemde bewijsmiddelen kan afgeleid worden dat verdachte reeds in januari 2018 de wil had om opzettelijk harddrugs buiten het grondgebied van Nederland te brengen. Verdachte heeft deze wil nadien in de gesprekken met A-4110 en/of A-4133 en/of verdachte in de periode van mei 2018 tot en met oktober 2018 meermalen tot uitdrukking gebracht. Verdachte heeft in de aanloop naar het onder 1 ten laste gelegde feit bovendien op geen enkel moment aangegeven zich te willen distantiëren van handel in verdovende middelen. De bewijsmiddelen geven daarentegen blijk van een zekere gretigheid aan de zijde van verdachte om verdovende middelen te leveren en om zaken te doen op de langere termijn. Verdachte wilde geld verdienen. Uit de bewijsmiddelen volgt eerder dat de wil van verdachte ten tijde van de onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten nog onverkort aanwezig was.
De bewijsmiddelen geven er eerder blijk van dat verdachte zich voor het eerste contact met A-4110 ook al bezig hield met de (internationale) handel in harddrugs. Dit blijkt expliciet uit verdachte zijn eigen woorden, maar eveneens uit de volgende feiten en omstandigheden die indicatief zijn voor voornoemde vaststelling:
  • Verdachte bedient zich in de communicatie met A-4110 en/of A-4133 en/of verdachte, daar waar het gaat over de handel in verdovende middelen, van versluierend taalgebruik kennelijk met de bedoeling om over dit onderwerp te spreken zonder dat dit concreet uit de communicatie blijkt. Voor de deelnemers aan de communicatie is het immers duidelijk waarover wordt gesproken, maar op basis van de letterlijke tekst van de gesprekken is dat voor een buitenstaander niet per definitie het geval.
  • Het is een feit van algemene bekendheid dat betrokkenen bij de handel in verdovende middelen zich niet zelden bedienen van dergelijk versluierend taalgebruik om identificatie en crimineel handelen te verbergen en om uit het zich van politie en justitie te blijven, en de opsporing te bemoeilijken en om eventueel "meeluisterende" opsporingsinstanties zand in de ogen te strooien. Verdachte hield daarnaast rekening met de mogelijkheid dat hij afgeluisterd of gevolgd of betrapt zou kunnen worden en richtte zijn gedrag daarop in. Dit duidt op een geraffineerde en professionele manier van handelen.
  • Verdachte is bekend met de actuele prijzen voor cocaïne en speed en de beschikbaarheid van deze middelen.
  • Verdachte heeft kennis van de kwaliteitseisen van cocaïne en amfetamine.
  • Verdachte heeft kennis van de handel in verdovende middelen en de daarmee gepaard gaande risico's.
  • Verdachte beschikt over het vermogen en de relaties om op relatief korte termijn aan een handelshoeveelheid cocaïne te komen.

De rechtbank is van oordeel dat uit het vorenstaande een objectieve verdenking kan worden gedestilleerd dat verdachte zich reeds eerder bezighield met criminele activiteiten op het gebied van de Opiumwet en dat hij de predispositie had om soortgelijke strafbare feiten te plegen. De rechtbank acht het in het licht van de hiervoor genoemde feiten en omstandigheden dan ook niet aannemelijk geworden dat A-4110 verdachte heeft gebracht tot andere strafbare feiten dan waarop diens opzet reeds tevoren was gericht.

De rechtbank acht het daarnaast niet aannemelijk geworden dat A-4110 verdachte in de periode van 3 januari 2018 tot en met 4 september 2018 (tijdens niet-geverbaliseerde en niet-opgenomen contactmomenten)) door middel van bedreiging /intimidatie/dwang/(ontoelaatbare) druk heeft bewogen tot het plegen van de strafbare feiten. Het procesdossier bevat onvoldoende (concrete en objectieve) aanknopingspunten voor (verificatie van) de juistheid van dit scenario.
De in dit verband door getuige [getuige] afgelegde verklaringen over diens eigen ervaringen net A-4110 kunnen niet als dergelijke aanknopingspunten worden beschouwd. [getuige] heeft immers niet zélf waargenomen of ondervonden op welke wijze A-4110 zich tegenover verdachte heeft gedragen maar baseert zich slechts op zijn eigen ervaringen ('op een slinkse manier onder druk gezet'). Die eigen ervaringen wenst hij kennelijk te extrapoleren richting de verhouding tussen A-4110 en verdachte. Dat levert echter niet neer op dan een gissing waaraan de rechtbank voorbij zal gaan. Daar komt nog bij dat voor de inhoud van [getuige] 's verklaringen geen enkele ondersteuning is te vinden in het dossier.”
Traject [medeverdachte 2]In het arrest van medeverdachte [medeverdachte 2] heeft het hof het volgende overwogen.
“Door de verdediging is verweer gevoerd ten aanzien van het handelen door A-4110 en politie-infiltrant A-2395. Kort gezegd komt dat erop neer dat verdachte [medeverdachte 2] door A-4110 is gebracht tot het plegen van andere feiten dan waarop zijn opzet van tevoren was gericht.
De advocaten-generaal menen dat geen sprake is van uitlokking.
Algemene inleiding
In juli en september 2019 onderneemt verdachte [medeverdachte 2] samen met A-4110 een reis naar Thailand om aldaar A-2395 te ontmoeten met het oog op het bespreken van de mogelijkheid tot het opzetten van een drugslijn naar Australië waarbij, aldus het dossier, onder meer verdachte tezamen met anderen, waaronder leden van motorclub de [naam] zijn betrokken. De aanleiding voor deze reizen ligt in de mededelingen van [medeverdachte 2] tijdens een spontaan bezoek van hem op 4 februari 2019 in de woning van A-4110.
De eerste contacten tussen A-4110 en [medeverdachte 2] in februari en maart 2019Het hof stelt vast dat [medeverdachte 2] op 4 februari 2019 aldus A-4110 zegt: Australië hebben ze al, Canada willen ze nog. In Australië was er contact met een hoge politiefunctionaris van politie, maar die is opgepakt. [medeverdachte 2] vertelde A-4110 in dat gesprek ook dat hij eens graag met A-4110 naar Thailand wilde.
Op 24 maart 2019 komt [medeverdachte 2] opnieuw bij A-4110 langs en is er een onderling gesprek waarin [medeverdachte 2] vertelt over handel ook internationaal over drugs. A-4110 heeft [medeverdachte 2] die dag ook gevraagd wat we konden doen. Daarmee bedoelde A-4110 (die op basis van een daarvoor ondertekende overeenkomst tot burgerinfiltratie opereerde) te vragen aan [medeverdachte 2] waar zijn behoefte ligt voor bijvoorbeeld transport of contacten in de drugshandel. "Ik heb [medeverdachte 2] gezegd dat ik contacten had in Duitsland. [medeverdachte 2] zei me dat ze die contacten al hadden. Ik vroeg vervolgens: 'En Australië dan?'. [medeverdachte 2] was daar enthousiast over, hij zei dat hij daar veel belang bij had. Ik zag dat hij direct daarover ging zitten sms'en met iemand op die speciale telefoon. [medeverdachte 2] zei me dat het dan om cocaïne ging wat die kant op moest. Ik zag dat hij daarbij een 'snuif'gebaar maakte en dat hij zijn vinger onder zijn neus langs haalde. [medeverdachte 2] zei dat het transparant moest zijn. Daarmee bedoelde [medeverdachte 2] dat duidelijk moet zijn hoe de lijn loopt, hoe alles in zijn werk gaat. Ik zei [medeverdachte 2] dat ik dan iemand in Thailand moest spreken. Ik zei hem dat dat een Australiër was. [medeverdachte 2] vroeg me vervolgens een paar keer achter elkaar wanneer we naar Thailand zouden gaan."
Boordeling van deze informatie
Bovengenoemde informatie van A-4110 is op de reguliere wijze vastgelegd in processen-verbaal van verhoor tijdens debriefing door de WOD-begeleiding. Naast deze informatie in de processen-verbaal omvat het dossier evenwel geen ondersteuning, bijvoorbeeld in de vorm van OVC. Aan de hand van de inhoud van het dossier stelt het hof ook vast dat niet eerder dan op 19 april 2019 met machtiging van de rechter-commissaris werd overgegaan tot uitbreiding van (vaste) OVC naar de woning en auto van A-4110 omdat [medeverdachte 2] telkens weer de woning van A 4110 spontaan bleek te bezoeken en de persoonlijke OVC op A 4110 in die niet geregisseerde contactmomenten niet functioneerde. Het hof stelt voorts vast dat de door A-4110 gegeven informatie ook niet op andere wijze wordt ondersteund in het dossier.
Het hof heeft hiervoor in het arrest overwogen dat er aanleiding bestaat de verklaringen van A-4110 met behoedzaamheid te gebruiken. Sprake moet zijn van relevante ondersteuning in overige gegevens in het dossier. De verklaring moet niet op zich staan, maar dient ingebed te zijn in het overige bewijs.
In de gegeven situatie is het hof van oordeel dat het niet goed mogelijk is te toetsen in hoeverre verdachte [medeverdachte 2] tot andere strafbare feiten is gebracht dan waarop zijn opzet was gericht. Het hof heeft enerzijds gezien dat [medeverdachte 2] voorafgaand aan zijn eerste bezoek aan de woning van A-4110 zich - ook aldus zijn eigen uitlatingen – onmiskenbaar bezig hield met handel en transport van drugs en in zoverre heeft de rechtbank op juiste gronden overwogen dat sprake was van een predispositie. Anderzijds stelt het hof vast dat de drugslijn naar Australië als nieuwe transportlijn zou moeten worden opgezet. Het hof heeft ook goed gezien dat [medeverdachte 2] na de bovengenoemde gesprekken met A-4110 in februari en maart 2019 telkens op Thailand en daar te bespreken drugshandel bleef aandringen. Die gesprekken zijn voorzover zij na 19 april 2019 werden gevoerd, wel vastgelegd door middel van OVC en onderdeel van het dossier.
[medeverdachte 2] heeft in zijn verhoor tegenover de politie en ook nadien evenwel steeds ontkend tijdens zijn bezoek aan A-4110 in de woning de door A-4110 beschreven woorden over Canada en Australië te hebben uitgesproken.
Het hof overweegt dat de verklaring van A-4110 over de uitgesproken woorden van [medeverdachte 2] op 4 februari 2019 in die zin weliswaar ingebed lijken te zijn in de geschetste predispositie en onmiskenbare wens tot drugshandel van [medeverdachte 2] , maar dat zij in de inhoudelijke kern op zich staan nu alleen A-4110 over de tijdens het eerste gesprek uitgesproken woorden verklaart terwijl [medeverdachte 2] die woorden over Canada en Australië ontkent te hebben uitgesproken. Het hof stelt daarover vast dat de vraag wie gelijk heeft zich niet laat beantwoorden door andere onderdelen van het dossier. Dit doet afbreuk aan de toetsbaarheid. De beantwoording van de vraag blijft derhalve in de lucht hangen. Het hof beschouwt de in het eerste gesprek door A-4110 beschreven - maar door [medeverdachte 2] bestreden - woorden van Canada en Australië wel als aanvankelijke basis voor hetgeen tussenbeide in de daarop volgende gesprekken wordt afgesproken hetgeen leidt tot inzet van A-2395. Het hof is in de gegeven omstandigheden van oordeel dat de relevantie en importantie van de opgeworpen vraag of bij de inzet van A-4110 (en nadien A-2395) al dan niet in overeenstemming met het zogenoemde instigatieverbod is gehandeld, maken dat het hof de onderzoeksresultaten zoals die zijn verkregen naar aanleiding van inzet van A-4110 (en nadien A-2395) voorzover die gaan over de ten laste gelegde voorbereidingshandelingen in het kader van het Australië-traject, niet wil gebruiken voor het bewijs van die voorbereidingshandelingen.”De vraag is of het bovenstaande ook consequenties heeft in de zaak van verdachte. Feitelijk betreft het bovenstaande immers hetgeen in de verhouding tussen A-4110 en medeverdachte [medeverdachte 2] is gebeurd ten tijde van het voorbereidend onderzoek tegen [medeverdachte 2] . Het hof is evenwel van oordeel dat de beantwoording van de vraag of ten opzichte van [medeverdachte 2] al dan niet in overeenstemming met het zogenoemde instigatieverbod is gehandeld ook in de zaak van verdachte van bepalende invloed is op het verloop van het opsporingsonderzoek voorzover het betreft de ten laste gelegde voorbereiding van het Australië-traject. Het hof zal derhalve onder verwijzing naar de bovenstaande cursief weergegeven overwegingen uit het arrest van [medeverdachte 2] , de onderzoeksresultaten zoals die zijn verkregen naar aanleiding van inzet van A-4110 (en nadien onder meer A-2395) voorzover dat gaat over de ten laste gelegde voorbereiding van het Australië-traject, niet gebruiken voor het bewijs.
E – Overige vormverzuimen
Het hof kan zich grotendeels met de overwegingen van de rechtbank met betrekking tot de overige gestelde vormverzuimen verenigen en zal daarom in zoverre deze overwegingen hierna telkens voor zover relevant (cursief) overnemen en tot de zijne maken. Daar waar ‘rechtbank’ staat, moet ‘hof’ worden gelezen en waar het hof dit nodig acht zullen de overwegingen worden aangevuld.
Schending van het verbod van détournement de pouvoirIn hoger beroep is wederom aangevoerd dat in het onderzoek sprake is van schending van het verbod van détournement de pouvoir. De rechtbank heeft in eerste aanleg het volgende overwogen.
“Het gebruik van opsporingsbevoegdheden dient altijd plaats te vinden binnen en ten behoeve van de doeleinden waartoe de wet de bevoegdheden toekent. Gebeurt dit niet dan is sprake van misbruik van bevoegdheden. Toepassing van een bijzondere opsporingsbevoegdheid is altijd uitsluitend toegestaan in het belang van het onderzoek en dient gericht te zijn op het nemen van strafvorderlijke beslissingen (zie ook artikel 132a Sv). Het is niet toegestaan opsporingsbevoegdheden in te zetten die hieraan geen bijdrage (meer) kunnen leveren.
Dit neemt niet weg dat de inzet van opsporingsbevoegdheden tegen een bepaalde verdachte in veel gevallen tevens bijdraagt aan een verbeterde informatiepositie van politie en justitie ten aanzien van anderen, organisaties of personen. Zeker bij een onderzoek naar het beramen of plegen van ernstige misdrijven in georganiseerd verband zal dikwijls veel informatie omtrent een organisatie ingewonnen worden, alvorens ook deze organisatie effectief strafrechtelijk kan worden aangepakt. Het verbeteren van de informatiepositie wordt in het Eerste Boek, Titel V, Sv dan ook als tussengelegen doel erkend: het in kaart brengen van een georganiseerd verband, om uiteindelijk de feiten en verdachten te kunnen selecteren waarvan vervolging moet plaatsvinden. Zeker in de aanvang van dergelijk onderzoek kan dat einddoel nog ver verwijderd zijn. De grens van het toelaatbare wordt echter pas overschreden als de afdoening van strafbare feiten niet het achterliggende doel is, maar wanneer het opbouwen van een informatiepositie doel in zichzelf is. [121]
Uit het procesdossier en het verhandelde ter terechtzitting kan worden afgeleid dat de tegen verdachte ingezette opsporingsbevoegdheden zijn gebruikt om zicht te krijgen op de mogelijke betrokkenheid van leden van de [naam] , charter [naam] , bij de internationale handel in harddrugs. Het verbod van détournement de pouvoir verzet zich - in het licht van het vorenstaande - in beginsel niet tegen een dergelijk gebruik van opsporingsbevoegdheden. Dit zou anders kunnen zijn indien de opsporingsbevoegdheden uitsluitend waren ingezet met het oog op het opbouwen van een informatiepositie inzake de betrokkenheid van leden van de [naam] bij de internationale handel in harddrugs. Niet is gebleken of aannemelijk geworden dat daarvan sprake is geweest. Het verbod van détournement de pouvoir is dan ook niet geschonden.”
Het hof sluit zich bij deze overweging van de rechtbank aan en maakt deze tot de zijne. Het hof overweegt aanvullend dat - zoals hierboven reeds overwogen - tegen verdachte [medeverdachte 5] een concrete verdenking bestond op grond waarvan het opsporingsonderzoek is aangevangen.
Het verbod van willekeurDe rechtbank heeft het volgende overwogen.
“Ten aanzien van de beslissing om tegen verdachte een opsporingsonderzoek in te stellen
geniet het Openbaar Ministerie beleidsvrijheid. De rechtbank dient deze beleidsvrijheid te
respecteren en kan de beslissing daarom slechts marginaal toetsen. [122] Het optreden van
politie en justitie laat zich slechts als willekeur aanmerken indien een aan een beslissing
ten grondslag liggende belangenafweging apert onredelijk is. [123]
In het requisitoir van de officieren van justitie wordt de volgende toelichting gegeven op
de beslissing om tegen verdachte een opsporingsonderzoek in te stellen:
“ De [naam] zijn een internationale 1%-MC en sinds 1975 in Nederland aanwezig. De [naam] is in 2001 opgericht en een wereldwijde supportclub voor de [naam] en sinds 2013 in Nederland gevestigd. Supportclubs zijn van een lager niveau dan de [naam] maar scharen zich wel achter de doelstellingen en ideeën van de [naam] . Voor belangrijke besluiten moet een supportclub goedkeuring krijgen van de [naam] . Beide clubs scharen zich onder de 1% motorclubs; de leden daarvan beschouwen zich als outsiders. Waar 99% van alle motorrijders wetten en regels respecteren, kenmerken deze l%-ers zich juist door structureel wetten en normen te overtreden en alleen eigen clubregels na te leven.
Voor dit onderzoek is relevant dat in Noord-Nederland sprake is van een charter van de [naam] in [plaats] , de [naam] , charter [naam] , en een charter van de [naam] in onder meer [plaats] . De hiërarchie tussen de [naam] en de [naam] heeft een rol gespeeld bij strategische keuzes in het opsporingsonderzoek Vidar. Als doelstelling is aan het begin van het onderzoek geformuleerd: vaststellen of uitsluiten dat leden van de [naam] , charter [naam] , betrokken zijn bij de internationale handel in harddrugs. Op dat moment bestond er geen verdenking jegens een lid van de [naam] , maar wel een verdenking jegens de [naam] [medeverdachte 5] . Er is gebruik gemaakt van die verdenking om zicht te krijgen op de handel in harddrugs in de verwachting en veronderstelling dat deze internationale handel in harddrugs plaats zal vinden onder goedkeuring of instemming van de [naam] , charter [naam] , juist omdat [medeverdachte 5] een [naam] is. Mogelijk zou dus zicht kunnen ontstaan op leden van de [naam] , charter [naam] , die wetenschap hebben van die handel en op hun mogelijke betrokkenheid bij de internationale handel in harddrugs”
Gelet op deze toelichting, de tegen verdachte bestaande verdenking, en de omstandigheid
dat verdachte (goede) contacten heeft (met kaderleden van) de [naam] in
[plaats] , [124] kan niet gezegd worden dat de beslissing om een opsporingsonderzoek
tegen verdachte in te stellen teneinde zicht te krijgen op de mogelijke betrokkenheid van
leden van de [naam] , charter [naam] , bij de internationale handel in harddrugs
apert onredelijk is en zich als willekeur laat aanmerken. Het verbod van willekeur is dan
ook niet geschonden. Het verweer van de raadslieden wordt verworpen.”
De rechtbank heeft naar het oordeel van het hof juiste afwegingen gemaakt. Het hof sluit zich bij de bovenstaande overwegingen aan en maakt deze tot de zijne.
Vormverzuim OVC-opnamen in de woning van [medeverdachte 5]
Mr. Janssen heeft in de zaak van medeverdachte [medeverdachte 4] aangevoerd dat voor het maken van geluidsopnamen in woningen van verdachten een machtiging van de rechter-commissaris is vereist en daarnaast aanvullende toestemming van het College van Procureurs-generaal na advisering van de Centrale toetsingscommissie. Hij verbindt daaraan de conclusie dat alle door A-4110 ingebrachte bewijsmiddelen van het bewijs dienen te worden uitgesloten en dat dat subsidiair in ieder geval geldt voor de in strijd met de vereisten in woningen gemaakte opnamen. Meer specifiek gaat het mr. Janssen om het gesprek op 14 februari 2019 in de woning van [medeverdachte 5] dat is opgenomen met behulp van de opnameapparatuur die A-4133 bij zich droeg. De verdediging heeft zich bij dit standpunt aangesloten.
De advocaten-generaal hebben zich ter terechtzitting van het hof op het standpunt gesteld dat bij het voorbereidend onderzoek zich geen vormverzuimen hebben voorgedaan die moeten leiden tot één van de in artikel 359a, eerste lid, Sv genoemde rechtsgevolgen.
Het hof overweegt hierover als volgt.
Artikel 359a Sv houdt in dat indien blijkt dat bij het voorbereidend onderzoek vormen zijn verzuimd die niet meer kunnen worden hersteld en de rechtsgevolgen hiervan niet uit de wet blijken, bepaald kan worden dat (a) de hoogte van de straf in verhouding tot de ernst van het verzuim zal worden verlaagd, indien het door het verzuim veroorzaakte nadeel langs deze weg kan worden gecompenseerd, (b) de resultaten van het onderzoek die door het verzuim zijn verkregen, niet mogen bijdragen aan het bewijs van het tenlastegelegde feit en (c) het openbaar ministerie niet ontvankelijk is, indien door het verzuim geen sprake kan zijn van een behandeling van de zaak die aan de beginselen van een behoorlijke procesorde voldoet.
Bij de beoordeling of aan een vormverzuim zoals hiervoor bedoeld enig rechtsgevolg dient te worden verbonden en, zo ja, welk rechtsgevolg dan in aanmerking komt, dient de rechter rekening te houden met de in het tweede lid van art. 359a Sv genoemde factoren. Het rechtsgevolg zal immers door deze factoren moeten worden gerechtvaardigd. De eerste factor is “het belang dat het geschonden voorschrift dient”. De tweede factor is “de ernst van het verzuim”. Bij de beoordeling daarvan zijn de omstandigheden van belang waaronder het verzuim is begaan. Daarbij kan ook de mate van verwijtbaarheid van het verzuim een rol spelen. De derde factor is “het nadeel dat daardoor wordt veroorzaakt”. Bij de beoordeling daarvan is onder meer van belang of en in hoeverre de verdachte door het verzuim daadwerkelijk in zijn verdediging is geschaad.
Opmerking verdient dat indien het niet de verdachte is die door de niet-naleving van het voorschrift is getroffen in het belang dat de overtreden norm beoogt te beschermen, in de te berechten zaak als regel geen rechtsgevolg zal behoeven te worden verbonden aan het verzuim.
Oordeel van het hof
Het hof stelt vast dat het niet gaat om de woning waar verdachte woonachtig was. Het gaat bovendien niet om gesprekken waar verdachte aan deelgenomen heeft. Evenmin zijn de OVC gesprekken als bewijsmiddel gebruikt in de zaak van verdachte. In zoverre is er in de strafzaak tegen verdachte geen belang van verdachte geschonden. Het verweer behoeft op grond daarvan geen verdere bespreking en kan niet slagen.
5. Bewijs [125]
De inhoud van de navolgende bewijsmiddelen, waarbij ieder bewijsmiddel, ook in onderdelen, slechts wordt gebezigd voor het bewijs van het feit, waarop het blijkens de inhoud daarvan betrekking heeft, levert op de redengevende feiten en omstandigheden, op grond waarvan het hof bewezen acht en de overtuiging heeft verkregen, dat verdachte het
onder 1, 3, 4, 5 en het onder parketnummer 18-730001-21, onder 1 en 2, tenlastegelegde heeft begaan, zoals hierna is bewezenverklaard.
Het hof zal bij de bespreking van het bewijs allereerst aandacht besteden aan de identificatie van PGP telefoons. Ook zal het hof aandacht besteden aan begrippen die in het bewijs terugkomen. De bewijsmiddelen worden daarna besproken aan de hand van zaaksdossiers. Deze indeling is gemaakt ten behoeve van de leesbaarheid, niet wordt bedoeld de toepasselijkheid van de bewijsmiddelen te beperken tot de desbetreffende zaaksdossiers. Het hof zal afsluiten met een aantal bewijsoverwegingen. Dit levert de volgende indeling in de bespreking van het bewijs op.
Indeling
PGP identificatie
Uitleg van namen, termen en begrippen
Zaaksdossiers en bewijs
Overwegingen met betrekking tot het bewijs

1.PGP-identificatie

Aan [medeverdachte 1] worden de Encrochat-accounts ‘Ironsquirrel’ en ‘Fixedvodka’ toegeschreven. [126]
Uit het dossier volgt dat [medeverdachte 1] in de periode van 24 mei 2019 tot en met 2 maart 2020 gebruik maakte van deze accounts.
Op 24 mei 2019 rijden A-4110 en [medeverdachte 2] met de auto naar [plaats] , waar [medeverdachte 2] iemand gaat ontmoeten. De auto is op dat moment voorzien van OVC opname apparatuur en camera’s. Met de camera’s kan zicht worden verkregen op de Encro-telefoon van [medeverdachte 2] . [medeverdachte 2] heeft in de auto contact met een persoon die als username “Fixedvodka” heeft. Verbalisanten hebben dit afgeleid uit een foto die gemaakt is met de dashboardcamera in de auto terwijl [medeverdachte 2] een bericht voorleest dat hij de dag ervoor heeft ontvangen. [127] . Uit de OVC-gesprekken komt naar voren dat [medeverdachte 2] het tegenover A-4110 heeft over ‘squarel’ (fonetisch), namelijk over een bericht dat hij de dag daarvoor van 'squarel" heeft ontvangen. In dat bericht zegt 'squarel' de afspraak met [medeverdachte 2] af omdat hij het druk heeft omdat hij volgende week met “de club” naar Engeland gaat en nog allerlei dingen moet regelen. [128] Uit tapgesprekken op 14 mei en 20 mei 2019 volgt dat [medeverdachte 1] vanaf 25 mei 2019 een week naar Engeland gaat met de motorclub voor een ‘Run’. [129]
Bij een ontmoeting op 24 augustus 2019 tussen [medeverdachte 2] , A-4110 en diverse andere (onbekende personen) wordt gesproken over Encro-telefoons en het verlengen van de abonnementen op Encrochat. In dit gesprek zegt [medeverdachte 2] : “ironsquirrel is van [medeverdachte 1] ”. [130]
Op 7 september 2019 heeft [medeverdachte 2] de Encro-telefoon van A-4110 gebruikt omdat die van hem niet meer werkte. [medeverdachte 2] heeft een aantal contacten in de telefoon van A-4110 gezet. De WOD-begeleiders van A-4110 hebben een foto gemaakt van de contactenlijst van de Encro-telefoon van A-4110. Tijdens
die ontmoeting bespreken [medeverdachte 2] en A-4110 de door [medeverdachte 2] verzonden uitnodigingen:
[medeverdachte 2] : Deze heb je uitgenodigd, deze heb ik ook al gekregen, hier. Kijk ik heb allemaal uitnodigingen
verstuurd.
(...)dit is /ironsquerel is uhh [plaats]
A-4110: Ja [131]
[medeverdachte 1] wordt op 2 maart 2020 in zijn woning in [plaats] aangehouden. Tijdens de doorzoeking door de politie wordt een Encro-toestel aangetroffen in een wandplank. De username ‘Ironsquirrel’ was actief op het toestel. [132] Op het toestel wordt DNAmateriaal aangetroffen waarvan het DNA-profiel overeenkomt met het DNA-profiel van [medeverdachte 1] . [133]
Gelet op het voorgaande stelt het hof vast dat [medeverdachte 1] van 24 mei 2019 tot en met 2 maart 2020 de gebruiker is geweest van het Encrochat-account ‘Ironsquirrel’, voorheen ‘Fixedvodka`. Nu er geen enkele aanwijzing is dat deze accounts gedurende deze periode door meerdere personen zijn gebruikt, oordeelt het hof dat alle berichten van en naar deze accounts van [medeverdachte 1] afkomstig en voor hem bestemd waren.
PGP-identificatie [medeverdachte 2] : Avocadocrown en Carnafly
Aan [medeverdachte 2] worden de Encrochat-accounts ‘Avocadocrown’ en ‘Carnafly’ toegeschreven. [134]
Uit het dossier volgt dat [medeverdachte 2] in de periode van 28 juni 2019 tot en met 2 maart 2020 gebruik maakte van het account ‘Avocadocrown’ en hij naar eigen zeggen in september 2018 gebruikte maakte van het account ‘Carnafly’.
Op 28 juni 2019 is op OVC opnamen – gemaakt in de auto van A-4110 – in combinatie met camerabeelden te zien dat [medeverdachte 2] gebruik maakt van een cryptotelefoon. Te zien is dat [medeverdachte 2] ’s gebruikersnaam ‘Avocadocrown’ is. [135]
[medeverdachte 2] zegt op 6 september 2019 tegen A-4110 dat zijn PGP (A-4110 spreekt over de “cryptische” telefoon van [medeverdachte 2] ) het niet meer deed omdat het waarschijnlijk is afgelopen en dat deze verlengd moest worden. [136]
Op 10 september 2019 zitten A-4110 en [medeverdachte 2] in de auto onderweg naar een afspraak met [verdachte] en wordt meermaals gesproken over Encro-telefoons. In de auto zijn geluiden te horen alsof er berichten binnenkomen. Tijdens dit gesprek vertelt [medeverdachte 2] aan A-4110 desgevraagd dat hij ‘Avocadocrown’ is. Bij de ontmoeting met [verdachte] bespreekt [medeverdachte 2] dat het abonnement van zijn telefoon is verlopen en dat deze verlengd moet worden. [verdachte] zegt: “dus ik had hem geld mee gegeven plus jou Carnafly (fon) heet jij”, waarop [medeverdachte 2] reageert met: “Nee ik heet niet Carnafly. Avocadocrown. Avocadocrown. Dat is de oude van mij Carnafly. Dat is een jaar geleden man”. [medeverdachte 2] zegt dat hij die naam al 6 of 7 maanden niet meer gebruikt. [137]
[medeverdachte 2] geeft op 10 september 2019 zijn Encro-toestel in bewaring bij A-4110. Bij de debriefing tussen de WOD-begeleiders en A-4110 geeft A-4110 het toestel van [medeverdachte 2] aan de begeleiders zodat het toestel kan worden onderzocht door de politie. Uit dit onderzoek volgt dat aan dit Encro-toestel het telefoonnummer [telefoonnummer] is gekoppeld. [138] In de periode 19 september 2019 tot en met 28 februari 2020 is dit telefoonnummer actief in het toestel met IMEI nummer [nummer] . Het telefoonnummer [telefoonnummer] is in de periode van 11 april 2019 tot en met 9 oktober 2019 actief is in het toestel met IMEI nummer [nummer] . [139]
Op 2 maart 2020 wordt [medeverdachte 2] aangehouden. Door het arrestatieteam is bij [medeverdachte 2] een cryptotelefoon aangetroffen. [140] Het toestel heeft IMEI nummer [nummer] / [nummer] en op het toestel was de Encrochat username ‘Avocadocrown’ actief. [141]
Gelet op het voorgaande stelt het hof vast dat [medeverdachte 2] vanaf september 2018 de gebruiker is geweest van het Encrochat-account ‘Carnafly’ en vanaf 28 juni 2019 van het Encrochat-account ‘Avocadocrown’. Nu er geen enkele aanwijzing is dat deze accounts gedurende deze periode door meerdere personen zijn gebruikt, oordeelt het hof dat alle berichten van en naar deze accounts van [medeverdachte 2] afkomstig en voor hem bestemd waren.
PGP-identificatie [verdachte] : Stableracer
Aan [verdachte] wordt het Encrochat-account ‘Stableracer’ toegeschreven. [142]
Uit het dossier volgt dat [verdachte] in de periode van 24 augustus 2019 tot en met 23 november 2019 gebruik maakte van het account ‘Stableracer’.
Bij het useraccount ‘Stableracer’ was het IMEI-nummer [nummer] bekend.
Om de telefoonnummers van [verdachte] vast te stellen zijn er meerdere netwerkmetingen uitgevoerd waaronder in de nabije omgeving van de woning van [verdachte] . Op 10 juli 2019 te 15:51 uur is het hiervoor genoemde IMEI-nummer gemeten nabij de woning van [verdachte] , in combinatie met het IMSI-nummer [nummer] . Dit betekent dat dit IMSI-nummer op dat moment fysiek aanwezig was in het device met het genoemde IMEI-nummer. Uit onderzoek is gebleken dat het telefoonnummer [telefoonnummer] in gebruik is bij verdachte [verdachte] . Dit telefoonnummer straalde op 10 juli 2019 te 15:46 uur een cell-id aan bij de [adres] te [plaats] . Deze cell-id straalde uit in de richting waar ook de woning van [verdachte] is gelegen. Gelet op het voorgaande kan worden vastgesteld dat [verdachte] de gebruiker is van het Encro-toestel met IMEI-nummer [nummer] en gebruikt maakt van de username Stableracer. [143]
Op 24 augustus 2019 spreken [medeverdachte 2] en A-4110 elkaar. A-4110 vraagt aan [medeverdachte 2] wat “ [verdachte] ” had gezegd, waarop [medeverdachte 2] iets lijkt op te zoeken en vervolgens zegt dat ‘ [verdachte] ’ ‘Stableracer’ heet. [144] Uit onderzoek van de politie is gebleken dat [verdachte] ook wel ‘ [verdachte] ’ wordt genoemd.
[medeverdachte 2] laat op 26 augustus 2019 aan A-4110 op zijn Encro-telefoon een bericht zien van “ [verdachte] ”. Uit het gesprek volgt dat hij niet kan omdat er iets is tussengekomen. [145]
Op 8 september 2019 ontmoeten [medeverdachte 2] en A-4110 ‘ [verdachte] ’. A-4110 verklaarde tegenover zijn WODbegeleiders dat ‘ [verdachte] ’ aan kwam rijden in een grote donkerkleurige [merk] met Duitse kentekenplaten. [medeverdachte 2] en ‘ [verdachte] ’ spraken over de problemen die [medeverdachte 2] had met zijn PGP. ‘ [verdachte] ’ zou dit voor [medeverdachte 2] gaan regelen. [146] Uit onderzoek van de politie volgt dat [verdachte] in die tijd in een zwarte [merk] met een Duits kenteken reed. [147]
Op 10 september 2019 ontvangt A-4110 uitleg van [medeverdachte 2] over zijn Encro-telefoon. [medeverdachte 2] vertelt hierbij ook over enkele gebruikersnamen en wie dat zijn. [medeverdachte 2] zegt dat ‘ [verdachte] ’ de gebruikersnaam ‘Stableracer’ heeft. In de avond ontmoeten [medeverdachte 2] en A-4110 [verdachte] . [verdachte] zegt dat hij een One BC telefoon heeft. Bij de ontmoeting met [verdachte] bespreekt [medeverdachte 2] dat het abonnement van zijn telefoon verlopen is en verlengd moet worden. [verdachte] zegt: “dus ik had hem geld mee gegeven plus jou Carnafly (fon) heet jij”, waarop [medeverdachte 2] reageert: “Nee ik heet niet Carnafly. Avocadocrown. Avocadocrown. Dat is de oude van mij Carnafly. Dat is een jaar geleden man”. [verdachte] geeft aan het te zullen regelen. [medeverdachte 2] vertelt [verdachte] dat hij met de telefoon van A-4110 wat contacten heeft teruggehaald en dat niemand reageert op uitnodigen, waaronder [verdachte] . [verdachte] zegt dat hij hem ( [medeverdachte 2] of A-4110) ook een uitnodiging heeft gestuurd. [medeverdachte 2] zegt dat de gebruikersnaam van A4110 Fearless soda is en de gebruikersnaam van [verdachte] ‘Racestable’ [148] is. [149] Uit het dossier volgt dat met een One BC telefoon waarschijnlijk een No. 1 BC telefoon wordt bedoeld. [150]
[medeverdachte 2] vertelt A-4110 op 16 oktober 2019 dat hij ‘ [verdachte] ’ weer had gesproken. Hierbij liet [medeverdachte 2] op zijn Encro-toestel berichten zien, afkomstig van ‘Stableracer’. [151]
Op 30 oktober 2019 gooien A-4110 en [medeverdachte 2] een enveloppe met € 5.000,- door de brievenbus van de woning van ‘ [verdachte] ’ in [pleegplaats] . ‘ [verdachte] ’ had via PGP contact met [medeverdachte 2] gehad en had hem om het geld gevraagd, vertelt [medeverdachte 2] tegen A-4110. [152] Op camerabeelden van de woning van [verdachte] van 30 oktober 2019 is te zien dat een voertuig de oprit half oprijdt en dat de bijrijder uitstapt met iets rechthoekigs in zijn rechterhand. Wanneer de bijrijder terug naar de auto loopt, is te zien dat de bijrijder voornoemd voorwerp niet meer in zijn rechterhand heeft. Later die avond komt [verdachte] bij de woning aan. [153]
Op 8 november 2019 ontmoeten [medeverdachte 2] , A-4110 en [verdachte] elkaar. Ze spreken over de PGPtelefoons. [verdachte] zegt dat hij “dat kutding” niet altijd bij zich heeft. [verdachte] zegt dat hij met 5 telefoons rondloopt. Hij heeft Sky gewoon op de Iphone, hij heeft een Encro, twee onepc (waarschijnlijk 1. BC) en nog een eyeknive (fonetisch). [verdachte] zegt dat hij ook nog “een gewone” heeft. [154]
Wanneer A-4110 op 23 november 2019 tegen [verdachte] zegt dat hij hem een bericht heeft gestuurd, zegt [verdachte] “A, sorry, ik heb hem, al 4 dagen niet aan”. [verdachte] vraagt A-4110 of hij ‘Fearless soda is’. Dit bevestigt A-4110. [verdachte] zegt vervolgens dat hij niet te veel op die “kut telefoon” wil, soms doet hij er even twee uit. Later zegt [verdachte] tegen A-4110 dat hij [medeverdachte 2] de groeten moet doen, en dat hij “dat ding” even aan zal doen en hen zal mailen. [155] Voorafgaand aan dit gesprek stuurt A4110 naar ‘Stableracer’ een bericht. [156]
Gelet op het voorgaande stelt het hof vast dat [verdachte] vanaf 24 augustus 2019 de gebruiker is geweest van het Encrochat-account ‘Stableracer’. Nu er geen enkele aanwijzing is dat dit account gedurende deze periode door meerdere personen is gebruikt, oordeelt het hof dat alle berichten van en naar dit account van [verdachte] afkomstig en voor hem bestemd waren.
PGP-identificatie [medeverdachte 7] : Lazyagent en henkuspenkus
Aan [medeverdachte 7] wordt het Encrochat-account ‘Lazyagent’ toegeschreven. [157] Bovendien wordt aan [medeverdachte 7] het [naam] -account ‘henkuspenkus’ toegeschreven. [158]
Uit het dossier volgt dat [medeverdachte 7] in de periode van 22 november 2019 tot en met 2 maart 2020 gebruik maakte van het Encrochat-account ‘Lazyagent’.
Op 2 maart 2020 worden meerdere verdachten, waaronder [medeverdachte 7] , aangehouden. In het voertuig waarin de verdachten zaten tijdens de aanhouding, dan wel onder de verdachten zijn onder andere de volgende telefoons aangetroffen:
- Een Samsung SM-J600 met het IMEI-nummer [nummer] , vermoedelijk in gebruik bij [medeverdachte 7] . [159]
- Een BQ crypto-telefoon met de IMEI-nummers [nummer] en [nummer] , door het arrestatieteam aangetroffen bij [medeverdachte 7] . [160]
Op de onder [medeverdachte 7] in beslag genomen BQ telefoon was de username ‘Lazyagent’ actief. [161]
Uit het dossier volgt dat de Samsung SM-J600 in gebruik is bij [medeverdachte 7] . In het toestel zit een simkaart met het IMSI-nummer [nummer] . De politie ziet dit telefoonnummer terug in de tapgegevens en ziet dat het gekoppeld is aan het telefoonnummer [telefoonnummer] , het telefoonnummer in gebruik bij [medeverdachte 7] . [162] Op de Samsung telefoon is één device user opgeslagen, met daarbij de naam ‘ [medeverdachte 7] ’. Er stonden meerdere useraccounts op de telefoon die verwijzen naar de naam [medeverdachte 7] , zoals ‘ [medeverdachte 7] ’, ‘ [medeverdachte 7] ’ en ‘ [medeverdachte 7] ’. Op de telefoon worden ook Telegramgesprekken aangetroffen waarbij in uitgaande berichten de Encro-username ‘Lazyagent’ wordt doorgegeven. Op 22 november 2019 wordt na de vraag "Heb je ook Encro trouwens, als antwoord gestuurd "Voeg me. Lazyagent". In een gesprek van 28 november 2019 komt Encro ter sprake en wordt na een inkomend bericht inhoudende "Stuur die van jou voeg ik je toe" geantwoord: "Lazyagent". [163]
Bovendien volgt uit het dossier dat [medeverdachte 7] in de periode van 12 februari tot en met 2 maart 2020 gebruik maakte van het [app] -account ‘henkuspenkus’.
Zoals hierboven is beschreven is onder [medeverdachte 7] een telefoon in beslag genomen. Dat was een telefoon van het merk Samsung, type J600. Van de berichten in de applicatie [app] die zijn aangetroffen op de telefoon van [medeverdachte 7] , is de zender van de berichten in de periode van 12 februari 2020 tot en met 24 februari 2020 steeds 'henkuspenkus'. [164]
In berichten van 2 maart 2020 vanaf 9.39 uur aan 'misterorange1' zegt 'henkuspenkus' onder meer dat de auto kapot is, dat hij bij [locatie] staat en vraagt hij de ANWB of andere hulpdienst te bellen. Daarbij wordt vermeld " [kenteken] '.
Uit de opgevraagde historische gegevens van het telefoonnummer van [medeverdachte 6] is gebleken dat hij aansluitend op de vraag om de ANWB te bellen drie keer heeft gebeld naar een telefoonnummer van de ANWB. [165]
Om 9.50 uur is door een observatieteam van de politie gezien dat er in de middenberm van de Harlingerstraatweg te [plaats] (in de buurt van [locatie] ) een Volvo voorzien van het kenteken [kenteken] stond met een telefonerende bestuurder die werd herkend als [medeverdachte 7] . Even later werd gezien dat het voertuig op een afsleepwagen stond en wegreed. [166]
Gelet op het voorgaande stelt het hof vast dat [medeverdachte 7] van 22 november 2019 tot en met 2 maart 2020 de gebruiker is geweest van het Encrochat-account ‘Lazyagent’ en in de peridode van 2 februari tot en met 2 maart 2020 van het [app] -account ‘henkuspenkus’. Nu er geen enkele aanwijzing is dat deze accounts gedurende deze periode door meerdere personen zijn gebruikt, oordeelt het hof dat alle berichten van en naar deze accounts van [medeverdachte 7] afkomstig en voor hem bestemd waren.
PGP-identificatie [medeverdachte 6] : Vibrantwhisky
Aan [medeverdachte 6] wordt het Encrochat-account ‘Vibrantwhisky’ toegeschreven. [167]
Uit het dossier volgt dat [medeverdachte 6] in de periode van 3 februari tot en met 2 maart 2020 gebruik maakte van het Encrochataccount ‘Vibrantwhiskey’.
Op 2 maart 2020 wordt een BQ-cryptotelefoon inbeslaggenomen die in gebruik was bij [medeverdachte 7] met de username ‘Lazyagent’. In gesprekken aangetroffen op deze telefoon op 3 en 27 februari 2020 wordt [medeverdachte 7] gevraagd naar de naam van zijn broer. [medeverdachte 7] geeft ‘Vibrantwhisky’ door. Tegen de gebruiker ‘Avocadocrown’ zegt [medeverdachte 7] : “Voeg me bro toe” en “Vibrantwhisky”. [168] Op 2 maart 2020 wordt [medeverdachte 6] aangehouden, dit is één van de twee broers van [medeverdachte 7] . [169]
In een gesprek op 2 maart 2020 tussen [medeverdachte 2] , A-4110 en [medeverdachte 19] zegt [medeverdachte 2] dat hij ‘Vibrantwhisky’ heeft toegevoegd, waarop [medeverdachte 19] even later zegt: “zijn broer ken ik wel. Als hij buiten gaat staan dan herken ik hem”. [170]
Bij een doorzoeking van de woning van [medeverdachte 6] op 2 maart 2020 wordt op zijn slaapkamer op de vloer een zwarte telefoon van het merk Smart V aangetroffen en inbeslaggenomen. [171] Dit toestel wordt onderzocht en uitgelezen. Op het toestel met IMEI-nummer [nummer] blijkt de Encro-username ‘Vibrantwhisky’ actief te zijn. Er worden berichten aangetroffen van de periode van 24 februari tot en met 2 maart 2020. [172]
Aan [medeverdachte 6] wordt daarnaast het [naam] -account ‘misterorange1’ toegeschreven. [173]
Uit het dossier volgt dat [medeverdachte 6] gebruik maakte van het [app] -account ‘misterorange1’ op 1 en 2 maart 2020.
Op 1 en 2 maart 2020 is er contact tussen 'henkuspenkus en 'misterorgange1'. Op 2 maart 2020 stuurt ‘henkuspenkus’ het volgende bericht naar ‘misterorange1’: “Je kan naar me rijden voor pap ze sleutels”. Gelet op de inhoud van dit bericht is het aannemelijk dat beide gebruikers dezelfde vader hebben. [medeverdachte 6] en [medeverdachte 7] hebben dezelfde vader. Verder zegt ‘henkuspenkus’ tegen ‘misterorange1’ dat hij de ANWB moet bellen. Uit de historische telefoongegevens van het telefoonnummer in gebruik bij [medeverdachte 6] ( [telefoonnummer] ) volgt dat hij na dit bericht drie keer heeft gebeld naar een telefoonnummer van de ANWB. [174]
[medeverdachte 2] zit op 2 maart 2020 in de auto met [medeverdachte 19] en A-4110 en zegt dat ze naar [plaats] moeten en dat “zijn broer” de spullen al klaar had. [175] [medeverdachte 6] en [medeverdachte 7] zijn broers van elkaar. [176]
Gelet op het voorgaande stelt het hof vast dat [medeverdachte 6] in de periode van 3 februari tot en met 2 maart 2020 de gebruiker is geweest van het Encrochat-account ‘Vibrantwhiskey’ en in de periode van 1 en 2 maart 2020 van het [app] -account ‘misterorange1’. Op grond van het dossier en het verhandelde ter terechtzitting gaat hof er vanuit dat een gesprek in de middag van 1 maart 2020 tussen Vibrantwhiskey en Ironsquirrel niet door [medeverdachte 6] maar door een ander gevoerd is, omdat daarin door Vibrantwhiskey wordt gezegd dat hij zijn eigen enc thuis is vergeten en vanaf half zes daarop weer bereikbaar is. In het later op die middag gevoerde gesprek tussen Vibrantwhiskey en Hollowpuppy wordt door Vibrantwhiskey aangegeven "heb deze tel zo niet bik me' en wordt als [app] naam opgegeven 'Henkuspenkus'. Het hof leidt uit het voorgaande af dat ook dit gesprek niet door [medeverdachte 6] is gevoerd, maar dat die middag de Encro telefoon van [medeverdachte 6] en zijn Encro account Vibrantwhiskey kennelijk door zijn broer [medeverdachte 7] is gebruikt. Uit de inhoud van berichten leidt het hof ook af dat het gebruik van de account Virbrantwhiskey door een ander dan [medeverdachte 6] een incident betrof. Nu er verder geen enkele aanwijzing is dat de accounts gedurende deze periode door meerdere personen zijn gebruikt, oordeelt het hof dat behoudens de hiervoor aangehaalde gesprekken alle berichten van en naar deze accounts van [medeverdachte 6] afkomstig en voor hem bestemd waren.
Identificatie en gebruik Encrochat
Uit nader identificerend onderzoek naar gebruikers van Encrochat blijkt dat verdachten [verdachte] , [medeverdachte 1] , [medeverdachte 7] , [medeverdachte 6] , [medeverdachte 2] gebruik maken van Encrochat. [177] Zij maken gebruik van Encrochat om af te stemmen over criminele activiteiten.
Op de vraag van A-4110 over de door [medeverdachte 2] getoonde telefoon of dat niet gevaarlijk is, vertelt [medeverdachte 2] dat het geen probleem is, omdat er een 'burner' op zit die de berichten na verloop van tijd wist. Volgens A-4110 is het een normale telefoon om te zien. [medeverdachte 2] vertelt dat de telefoon € 1.500,- kost en hij iedere keer een andere krijgt. [178] Uit een opgenomen vertrouwelijk gesprek tussen [medeverdachte 2] en A-4110 op l7 juli 2019 blijkt dat [medeverdachte 2] al langer gebruik maakt van encryptietelefonie. [medeverdachte 2] vertelt dat hij 'Ennetcom en Savecom' vroeger ook gebruikt heeft. [179] Uit een analyse van de inbeslaggenomen Encrochat toestellen, blijkt dat meerdere deelnemers elkaar in hun contactlijst hebben opgeslagen:
- De username Stableracer ( [verdachte] ) staat opgeslagen in de contactenlijst van Avocadocrown ( [medeverdachte 2] );
- De username Ironsquirrel ( [medeverdachte 1] ) staat opgeslagen in de contactenlijst van Lazyagent ( [medeverdachte 7] ), Vibrantwhisky ( [medeverdachte 6] ) en van Avocadocrown ( [medeverdachte 2] )
- De username Fixedvodka ( [medeverdachte 1] , voorafgaand aan Ironsquirrel) staat opgeslagen in de contactlijst van Ironsquirrel ( [medeverdachte 1] ), Lazyagent ( [medeverdachte 7] ) en van Avocadocrown ( [medeverdachte 2] );
- De username Lazyagent ( [medeverdachte 7] ) staat opgeslagen in de contactenlijst van Ironsquirrel ( [medeverdachte 1] ), Vibrantwhisky ( [medeverdachte 6] ) en van Avocadocrown ( [medeverdachte 2] );
- De username Vibrantwhiskv ( [medeverdachte 6] ) staat opgeslagen in de contactenlijst van Ironsquirrel ( [medeverdachte 1] ), Lazyagent ( [medeverdachte 7] ) en van Avocadocrown ( [medeverdachte 2] );
- De username Avocadocrown ( [medeverdachte 2] ) staat opgeslagen in de contactenlijst van Lazyagent ( [medeverdachte 7] ), Ironsquirrel ( [medeverdachte 1] , opgeslagen onder de bijnaam ' [bijnaam] ') en Vibrantwhisky ( [medeverdachte 6] ). [180] Een username wordt opgeslagen in de contactenlijst door een actieve handeling van de gebruiker van het Encrochat toestel. [181]

2.Uitleg van namen, termen en begrippen

Het hof heeft gezien dat in de onderlinge communicatie tussen verdachten gebruik wordt gemaakt van afkortingen, aliassen en versluierend taalgebruik. Ook met het oog op de leesbaarheid van de bewijsparagraaf zal het hof eerst aandacht besteden aan in het onderzoek gebleken aanduidingen van personen en het gebruik van verschillende termen als versluierend taalgebruik.
Aliassen
Voor wat betreft de aanduiding van betrokken personen houdt het hof het er op grond van de inhoud van het dossier waaronder de in het arrest opgenomen bewijsmiddelen voor dat de volgende personen onder andere namen worden aangeduid:
- [medeverdachte 2] betreft [medeverdachte 2] , geboren op [geboortedag] 1970 te
[geboorteplaats] .
- [medeverdachte 1] uit [pleegplaats] / “ [medeverdachte 1] ’ betreft [medeverdachte 1] , geboren op [geboortedag]
1965 te [geboorteplaats] .
- [verdachte] betreft [verdachte] , geboren op [geboortedag] 1979 te [geboorteplaats] .
- [medeverdachte 17] c.q. de [medeverdachte 17] betreft [medeverdachte 17] , geboren op [geboortedag] 1969
te [geboorteplaats] .
- [medeverdachte 18] betreft [medeverdachte 18] , geboren op [geboortedag] 1977 te [geboorteplaats] .
Versluierend taalgebruik
Uit de onderlinge communicatie volgt dat regelmatig op dezelfde wijze afkortingen zoals TP worden gebruikt. Het hof zal daar bij de bewijsoverwegingen nader op ingaan. Het hof stelt voorts vast dat in het dossier door middel van versluierend taalgebruik wordt gecommuniceerd. Dit wordt hieronder in de bewijsmiddelen duidelijk waar bijvoorbeeld [medeverdachte 1] aan [medeverdachte 2] opdraagt dat in de vrouwelijke vorm “darling” moet worden ge-sms’t in plaats van dat “mate” wordt geschreven. [182] Voorts heeft (gepensioneerd undercoveragent) A-4133 verklaard dat door [medeverdachte 5] is voorgesteld in aantallen
hoerente spreken waar
kilo’s amfetaminewerden bedoeld. Voorts verwees [medeverdachte 5] naar de drugs als auto-onderdelen, of speciaal naar amfetamine/speed als 'snel'. [183] [medeverdachte 5] zelf heeft in zijn verhoor bij de politie verklaard dat met
snellewordt bedoeld:
speed. [184] Ingevolge het proces-verbaal van zaaksdossier 9 wordt vastgesteld dat
snellestraattaal voor speed oftewel amfetamine is. [185] De politie heeft in het proces-verbaal van bevindingen specifiek over versluierend taalgebruik het volgende beschreven:
Gedurende onderzoek Vidar is meermaals gebleken dat verdachten en betrokkenen onderling communiceren, vermoedelijk gebruik makend van 'versluierd taalgebruik'. Hiermee wordt bedoeld: het gebruik van woorden die letterlijk iets anders betekenen dan feitelijk bedoeld wordt. Het gebruik van versluierd taalgebruik kan dienen als afscherming tegen opsporingsdiensten. In voorliggend proces-verbaal worden enkele voorbeelden van versluierd taalgebruik beschreven, zoals die zijn geconstateerd in onderzoek Vidar. Uit deze voorbeelden blijkt ook dat verdachten concreet afspraken maken over de wijze waarop zij versluierd taalgebruik toepassen en deze wijze ook daadwerkelijk toepassen. Ook maken verdachten afspraken hierover met infiltranten, waarbij de verdachten actief betrokken zijn bij het tot stand komen van het versluierd taalgebruik. [186]
Het hof stelt op grond van het voorgaande vast dat in dat proces-verbaal over verschillende termen uitleg wordt gegeven aan de hand van het combineren van concrete onderzoeksresultaten. Op basis van die onderzoeksresultaten heeft de politie op navolgbare wijze duiding gegeven aan termen en begrippen die in de chatgesprekken zijn gebruikt. Het hof verenigt zich met die uitleg van de politie. De duiding is naar het oordeel van het hof in lijn met de context van de gesprekken en samenhang met chatberichten en andere onderzoeksresultaten. Dit leidt ertoe dat wanneer hieronder in de bewijsmiddelen bijvoorbeeld termen worden gebruikt als:
snelle, snel, fast,
sandwich, hoerendoor het hof wordt begrepen dat speed oftewel amfetamine wordt bedoeld. De termen
wit, snelle, blok, cake, of neusstaan voor cocaïne. Het hof stelt vast dat motoronderdelen of motorgerelateerde items ook wel worden gebruikt om drugs woordelijk te bemantelen. Naar het oordeel van het hof is de vaststelling van de politie dat in de onderlinge communicatie (en daarin te lezen afspraken daarover) dat bewust gebruik wordt gemaakt van aanduidingen die duiden op bewust gebruik van (vrouwelijke) liefdesrelaties, wanneer termen gebruikt worden als
babe, darling, honeyof bijvoorbeeld
schatje.Het hof duidt de term
papop basis van de context en samenhang in het dossier veelal als geld. [187]
Het hof zal hieronder in de bewijsoverwegingen het bovenstaande en ander versluierend taalgebruik nader betekenis geven.

3.Zaaksdossiers en bewijs

Ten aanzien van feit 1, 3 en 4
Zaaksdossier 7 – medeplegen voorbereidingshandelingen uitvoer 140 kilo amfetamine naar Finland
Zaaksdossier 11 – deelname aan een criminele organisatie
Zaaksdossier 12 – witwassen van meerdere geldbedragen
[medeverdachte 3]
Uit het verzoek om informatie zoals de officier van justitie dat heeft neergelegd bij de Finse politie volgt dat:
[medeverdachte 3] (born in [geboortedag] 1971) is a member of [naam] Nomads Finland. The Finnish police has information that he has become a member in Italian [naam] in December 1995. In 2004 he was seen wearing [naam] Nomads Finland colours. We have information that he was a member in Italian [naam] MC [naam] between 31st August 2012 and 25th April 2014. Afterthat he became again a member in [naam] Finland. [188]
Het hof leidt hieruit af dat verdachte [medeverdachte 3] lid is van de Finse [naam] in de rang van Nomad en dat hij in 1995 in Italië lid is geworden van de [naam] .
13 april 2019 (Eerste geldtransport [pleegplaats] )
Op 13 april 2019, omstreeks 15.00 uur, bezoekt [medeverdachte 2] de woning van A-4110. [medeverdachte 2] vraagt aan A-4110 of hij hem weg kan brengen. [medeverdachte 2] vertelt dat ze geld op gaan halen
bij de [naam] . [medeverdachte 2] zegt dat ze naar [pleegplaats] moeten. [medeverdachte 2] en A-4110 rijden daar vervolgens naartoe in de auto van A-4110. In [pleegplaats] parkeert A-4110 de auto aan de [adres] . [medeverdachte 2] stapt uit en loopt naar een wit vrijstaand huis met rolluiken voor de ramen. Hij gaat naar binnen en komt vrij snel weer buiten. [medeverdachte 2] is in het gezelschap van een [naam] . [189] Deze man heeft een tatoeage in zijn nek. (…) A-4110 heeft het volgende verklaard. [medeverdachte 2] en die [naam] stapten samen uit. De [naam] pakte uit de Peugeot een zak en gooide deze op de bijrijderstoel. (…) [medeverdachte 2] stapte weer bij me in en ging weer op de bijrijderstoel zitten. De plastic tas had hij tussen zijn benen staan. Ik zag dat dit een tas van een supermarkt was. [medeverdachte 2] opende de tas zodat hij erin kon kijken. Ik zag dat er in de tas een andere tas zat. Dit was dicht geseald plastic, In de deze tas zaten pakketten met geld. Ik zag allerlei soorten briefgeld: briefjes van 50 Euro, 100 Euro, 200 Euro en 500 Euro. [medeverdachte 2] bekeek de inhoud maar opende niet de gesealde tas.
[medeverdachte 2] zei me dat er maar twee briefjes van 500 Euro in zaten. Ook merkte [medeverdachte 2] op dat er grond of modder aan deze gesealde tas zat. [medeverdachte 2] zei: 'Kijk, ze hebben het in de grond begraven. [190] (…) Op aanwijzen van [medeverdachte 2] rijdt A- 4110 naar de [adres] te [pleegplaats] . Op dit adres staat een nieuw huis met glanzende dakpannen. Bij het huis staat een donkerkleurige Audi Quattro geparkeerd met Duitse kentekenplaten. [medeverdachte 2] stapt uit, neemt het geld mee en gaat het huis in. Na ongeveer 15 minuten komt [medeverdachte 2] weer naar buiten. De tas met geld heeft hij dan niet meer bij zich. [191]
Identiteit van de [naam] uit [pleegplaats]
[medeverdachte 1] woont aan de [adres] te [pleegplaats] . Hij is lid van de [naam] , charter [naam] , te [plaats] . [medeverdachte 1] heeft een zilverkleurige Peugeot in gebruik. Hij heeft een tatoeage in zijn nek. [192] De woning aan de [adres] te [pleegplaats] is wit en voorzien van rolluiken. [193]
Op 15 april 2019 tonen de begeleiders van A-4110 foto’s aan hem. A-4110 verklaart per foto of hij de persoon op de foto kent. Over foto 4 verklaart A-4110: “Dat zou degene kunnen zijn die ik gisteren (het hof begrijpt: 13 april 2019) met [medeverdachte 2] in [pleegplaats] ontmoet heb. Hij lijkt er wel op. Dit is volgens mij degene die uit het witte huis in [pleegplaats] kwam.” [194]
Foto 4 betreft een rijbewijsfoto van [medeverdachte 1] , geboren op [geboortedag] 1965. [195]
[medeverdachte 2] heeft over dit geld bij de politie het volgende verklaard (V1 en V2 staat voor verbalisant 1 en verbalisant 2 en A staat voor het antwoordt van verdachte):
V2: Je zegt, hij heeft wel eens met mij meegereden om geld te halen, te brengen.
A: Ja, (…) Eén keer heb ik een envelop gekregen, dat was iets van 5000. (…)
V2: Even terug. Die 100.000 praat jij over. Daar praat A-4110 over.
A: Ja.
V2: Wat is dat voor bedrag geweest?
A: Veel minder. Een rug of 30 volgens mij.
V2: Ja? En van welke plek naar welke plek gaat die?
A: We zijn ergens heen gereden, van daar naar daar. (…)
V2: We praten over vorig jaar april.
A: Het zou best kunnen.
V2: Jij zegt: Dat was 30.000?
A: Volgens mij wel ja.
V2: Klopt de rest van het verhaal?
A: Het klopt dat hij inderdaad wel eens met mij samen geld heeft opgehaald, links en rechts. [196]
Identiteit van [medeverdachte 2]Op 15 april 2019 tonen de begeleiders van A-4110 foto's aan hem. A-4110 verklaart per foto of hij de persoon op de foto kent. Over foto 5 verklaart A-4110: "Dit is [medeverdachte 2] . [197]
Foto 5 betreft een rijbewijsfoto van [medeverdachte 2] , geboren op [geboortedag] 1970. [198]
[verdachte] , geboren op [geboortedag] te [geboorteplaats] , staat sinds 8 maart 2017 ingeschreven op het adres [adres] te [postcode] [pleegplaats] . [199] Het telefoonnummer [telefoonnummer] staat op naam van [verdachte] . [200] De telefoon met dit telefoonnummer straalt in de periode van 13 april 2019 tussen 16.00 uur en 18.00 uur een mast aan op de locatie [adres] te [pleegplaats] . Deze mast straalt uit in de richting van de [adres] te [pleegplaats] . [201]
17 mei 2019
Op 17 mei 2019 bezoekt [medeverdachte 2] de woning van A-4110. [202] Het gesprek dat plaatsvindt is
opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [203] Uit deze uitwerking komt
onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] : Volgende week.
A-4110: Wat krijg je dan?
[medeverdachte 2] : 10 ruggen. Ik wil in ieder geval nog een rug of 50 hebben. Er staat meer
dan een ton open. Mijn eigen geld. [204]
A-4110 is verhoord over deze ontmoeting, A-4110 verklaart dat [medeverdachte 2] gezegd heeft dat er volgende week weer geld binnenkomt. [205]
23 mei 2019
Op 23 mei 2019 bezoekt [medeverdachte 2] de woning van A-4110. [206] Het gesprek dat plaatsvindt is
opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [207] Uit deze uitwerking komt
onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
A-4110: Wanneer moeten we naar die jongen?
[medeverdachte 2] : Morgenvroeg. Om 11 uur haal ik het bij hem op. [208]
A-4110 is verhoord over deze ontmoeting. [medeverdachte 2] geeft aan dat ze morgen voor 11.00 uur geld moeten halen bij [medeverdachte 1] . [209]
24 mei 2019 ( [medeverdachte 2] krijgt geld van [medeverdachte 1] )
Op 24 mei 2019 krijgt A-4110 de opdracht om met [medeverdachte 2] naar [medeverdachte 1] te gaan. [210]
Diezelfde dag bezoekt [medeverdachte 2] de woning van A-4110. [211] Het gesprek dat plaatsvindt is
opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [212] Uit deze uitwerking komt
onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] en A-4110 stappen in de auto. [213]
A-4110: Heb je die vent al gebeld dat je er nu aankomt?
[medeverdachte 2] : Die weet het al.
[medeverdachte 2] : Ik heb een afspraak met hem. [214]
[medeverdachte 2] : Ik neem alles over in [plaats] .
A-4110: Of neemt hij het over?
[medeverdachte 2] : Wie?
A-4110: Die vent.
[medeverdachte 2] : Hij is al de baas.
A-4110: En die [naam] dan? Is dat niet de baas?
[medeverdachte 2] : Tuurlijk niet. [215]
[medeverdachte 2] : Hij is de baas.
[medeverdachte 2] : Hij is degene die alles moet regelen. [216]
[medeverdachte 2] ziet een persoon rijden en zegt dat dat hem is.
[medeverdachte 2] stapt uit.
A-4110 zegt dat de [naam] daar al is. [217]
[medeverdachte 2] stapt in.
[medeverdachte 2] : Hij heeft mij wel wat gegeven.
[medeverdachte 2] : Allemaal vijfhonderdjes en één van 50.
[medeverdachte 2] : Even zien hoeveel van die paarse jongetjes er zijn. [218]
[medeverdachte 2] : Het zijn er nog aardig wat. [219]
Op de camerabeelden is te zien dat [medeverdachte 2] geld in zijn handen heeft. [220]
[medeverdachte 2] telt tot 15. [221]
A-4110: Wat is er allemaal met die Finnen? Het duurt lang voordat jij je geld krijgt.
[medeverdachte 2] : Dat duurt zo lang. Stroop die poeplappen daar.
A-4110: Jij gaat er wel weer heen?
[medeverdachte 2] : Ik kom daar niet.
[medeverdachte 2] : Het zijn hun mensen. Op het laatst heeft hij zelf 170 getrokken.
[medeverdachte 2] : Ze moeten hem nog veel betalen.
A-4110: Hij zit maar voor te schieten.
[medeverdachte 2] : Ja. Maar er zit ook al 100 ruggen van mijn eigen geld bij. Dat moet ik nog hebben. [222]
[medeverdachte 2] : Deze jongen ken ik al zo lang.
[medeverdachte 2] : Hij is op de achtergrond, maar wel degene die de meeste kracht heeft.
[medeverdachte 2] : Ik ben een aanwinst voor hen. Mijn contacten zijn veel groter dan hun
contacten.
A-4110: Ik dacht dat zij ook wel
powerhadden.
[medeverdachte 2] : Dat hebben ze ook wel, maar ik ben al 20 jaar bezig in de hoogste
regionen. Op één of andere manier mogen mensen mij wel. [223]
[medeverdachte 2] : Het is gokken wat ik doe. Ik maak mijn eigen regels. Ik ben daar aardig
gehaaid in. Nog nooit/bijna nooit is een transport van mij gepakt. Ik werk altijd
veilig. [224]
[medeverdachte 2] : Als het op werk aankomt weet [naam] precies wanneer er fouten worden
gemaakt. Als een haai zit ik er bovenop.
[medeverdachte 2] : Ik weet ook precies waar het gevaar zit en waar het gevaar niet zit. [225]
A-4110 is verhoord over deze ontmoeting. A-4110 verklaart dat hij en [medeverdachte 2] naar
[medeverdachte 1] zijn gegaan. [pleegplaats] gaat [medeverdachte 2] de woning van [medeverdachte 1] in. Hij komt op enig
moment weer naar buiten en stapt bij A-4110 de auto in. [medeverdachte 2] laat A-4110 het geld zien.
[medeverdachte 2] telt 15 bankbiljetten van € 500,00. Ook spreken [medeverdachte 2] en A-4110 over het transport met Finland. [medeverdachte 2] geeft aan dat hij nog € 100.000,00 krijgt voor dit transport. [226]
12 juni 2019
Op 12 juni 2019 bezoekt [medeverdachte 2] de woning van A-4110. [227] Het gesprek dat plaatsvindt is
opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [228] Uit deze uitwerking komt
onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
A-4110: En nu?
[medeverdachte 2] : Ik wacht even totdat deze zaak afgehandeld is. Aan het einde van de
maand zouden ze mij 100 geven. [229]
[medeverdachte 2] : Volgens mij heb ik nog recht op 100. [230]
A-4110 is verhoord over deze ontmoeting. A-4110 verklaart dat [medeverdachte 2] aan het einde van de maand het resterende geldbedrag krijgt. [231]
22 juni 2019
Op 22 juni 2019 vindt een ontmoeting plaats tussen [medeverdachte 2] en A-4110. [232] Het gesprek dat
plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [233] Uit deze
uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] en A-4110 zitten in de auto. [234]
[medeverdachte 2] en A-4110 zien iemand lopen. [medeverdachte 2] zegt [medeverdachte 17] . A-4110 vraagt wie dat is. [medeverdachte 2] zegt dat het zijn afwasser is: [medeverdachte 17] . [235]
[medeverdachte 2] heeft een PGP-telefoon in handen.
[medeverdachte 2] is met zijn telefoon bezig.
[medeverdachte 2] : ironsquirrel is hij. Nog steeds geen antwoord. Hij heeft zijn telefoon niet
[medeverdachte 2] : (…) Luister, hij heeft sowieso nog wel een paar tonnetjes verstopt.
A-4110: Hij?
[medeverdachte 2] : Ja. Moet hij weer gaan graven weer
A-4110: Oh
[medeverdachte 2] : De laatste keer moest hij dat ook doen.
A-4110: Laat die maar even graven!
[medeverdachte 2] : Ja, hij gaat maar weer graven of niet? Gaat wel even graven of niet?
A-4110: Hij wordt er ook beter van
[medeverdachte 2] : he?
A-4110: Hij wordt er ook beter van
[medeverdachte 2] : Nou ja, dat kán beter worden ja...(ntv) noorden, want hij heeft wel goede klanten nou
A-4110: Nou ja
[medeverdachte 2] : Want het is wel makkelijk, dat zijn jongens van de club
A-4110:
[medeverdachte 2] : Dan kan je zeggen ik wil sturen maar dan wil ik het geld ophalen hier in bij [plaats] ..(ntv)
A-4110: Oh ja
[medeverdachte 2] : Of niet dan?
A-4110: Ja. [237]
A-4110 is verhoord over deze ontmoeting. A-4110 verklaart dat [medeverdachte 2] zegt dat dat hij [pleegplaats] ook gebeld had in verband met het geld voor het transport naar Finland. [medeverdachte 2] belt [pleegplaats] altijd via de speciale telefoon. [238]
Uit het proces-verbaal van bevindingen van OVC snapshots volgt dat op 22 juni 2019 er beelden van OVC in de auto van A-4110 zijn opgenomen, van deze opnamen zijn meerdere snapshots van camerabeelden vastgelegd. Op deze beelden, opgenomen in de auto van A-4110, is te zien dat [medeverdachte 2] gebruik maakt van een cryptotelefoon (Encro). [239] De camerabeelden zijn door verbalisanten bekeken. Van meerdere verdachten met wie [medeverdachte 2] via Encrochat contact heeft en die te zien zijn op de camerabeelden is de identiteit bekend geworden.
Op basis van de bekeken camerabeelden, de (deels leesbare) inhoud van de chatberichten, de (deels leesbare) gebruikersnaam, de in het voertuig opgenomen vertrouwelijke communicatie en de mij bekende Encro-gebruikersnamen is aldus het proces-verbaal op te maken dat op 22 juni 2019 [medeverdachte 2] via zijn Encrotelefoon chats heeft verstuurd met: (…) Encronaam: Ironsquirrel, in gebruik bij [medeverdachte 1] . [240]
24 juni 2019
Op 24 juni 2019 bezoekt [medeverdachte 2] de woning van A-4110. [241] Het gesprek dat plaatsvindt is
opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [242] Uit deze uitwerking komt
onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] : Ik heb nog bericht van hem gehad.
[medeverdachte 2] : (niet te verstaan) die komt. Welke dag weet ik nog niet.
[medeverdachte 2] : Het geld moet wel klaar zijn.
[medeverdachte 2] : Zo langzaam die lui. Poeplappen club.
A-4110: Kopen ze per grammetje?
[medeverdachte 2] : Ik weet het niet. Dat heb ik ook al gezegd. [243]
( [medeverdachte 2] opent een chat:)
[medeverdachte 2] : "kleine komt ?"
Afzender: "Ja het is warm ."
(..)
Afzender: "Nee heb nog niet gehoort wanneer"
[medeverdachte 2] : "Maar wel deze week toch ?"
Afzender: "Ja had hij wel gezegt dus even afwachten maat"
Feddy: "Ok" [244]
( [medeverdachte 2] opent een chat:)
[medeverdachte 2] : "yes very long story with finland its a small country but they will pay only it will take a long time"
Afzender: "Yes mate hopefully you get your money soon. I was imagining you would have this problem to be honest"
[medeverdachte 2] : "Yes mate everybody is complaining but it always goes slow over here" [245]
A-4110 is verhoord over deze ontmoeting. A-4110 verklaart dat [medeverdachte 2] nog steeds geen
geld heeft. [246]
25 juni 2019
Op 25 juni 2019 bezoekt [medeverdachte 2] de woning van A-4110. [247] Het gesprek dat plaatsvindt is
opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [248] Uit deze uitwerking komt
onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] : Ik moet nog 108 ruggen krijgen.
[medeverdachte 2] : Dat is alleen voor mij.
[medeverdachte 2] : Ik heb er een hoop geld ingestoken. Ik ben degene die de handel daar
opzet.
A-4110: Heb je die jongens van de vrachtauto al betaald?
[medeverdachte 2] : Ja die zijn allang betaald.
[medeverdachte 2] : Jij was er toch bij toen ik het geld heb opgehaald.
A-4110: Oh, dat was het.
[medeverdachte 2] : Ja, natuurlijk. [249]
[medeverdachte 2] : Als ze deze week betalen en er moet nieuwe heen, dan moet ik even kijken hoe we dat moeten aanpakken. (…)
A-4110: Wanneer moeten ze nieuwe hebben?
[medeverdachte 2] : Dat weet ik niet. Ze zijn nu aan het betalen.
A-4110: Maar die jongen weet toch dat jij de 12e terug bent?
A-4l10: [pleegplaats] . Je hebt het toch verteld.
[medeverdachte 2] : Ik heb wel gezegd dat ik erheen ga, maar niet wanneer ik terugkom.
A-4110: En als ze niet betalen?
[medeverdachte 2] : Dan moet hij graven. De pakjes bij elkaar zoeken. [250]
EncroChat
Op 25 juni 2019 worden de volgende berichten uitgewisseld via EncroChat, zakelijk
weergegeven:
gesprek tussen [medeverdachte 2] en (een) onbekend gebleven afzender(s)
[medeverdachte 2] : Heel lang verhaal met Finland. Ze gaan betalen alleen het gaat
lang duren.
Afzender: Hopelijk krijg jij je geld snel.
[medeverdachte 2] : Die mensen uit Finland moeten nog steeds betalen. [251]
26 juni 2019
Op 26 juni 2019 vindt er een ontmoeting plaats tussen [medeverdachte 2] en A-4110. [252] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [253] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] : Ik weet één ding: als het om je eigen geld (niet te verstaan) dan moet je er
altijd achteraan.
[medeverdachte 2] : Hij heeft wel 170.000 van zijn eigen geld gepakt.
[medeverdachte 2] : 170 heeft hij al betaald. Er staat 25 open of zo.
A-4110: Hoeveel moet je nog ontvangen?
[medeverdachte 2] : Ik moet zelf nog 108 hebben.
A-4110: Zoveel?
[medeverdachte 2] : Ik zal het je haarfijn uitleggen.
[medeverdachte 2] : 180 kilo.
[medeverdachte 2] : 180 kilo. De prijs is wel wat naar beneden gedaan. 1.125 keer 180.
Hoeveel is dat?
A-4110: Bijna twee ton.
[medeverdachte 2] : Meer.
[medeverdachte 2] : Daar heb ik een kwart van.
[medeverdachte 2] : Iets meer dan een kwart.
[medeverdachte 2] : Dan komt er nog 60 bij. Dan gaat er transport af.
[medeverdachte 2] : Reken zo’n 130 ruggen. Winst alleen.
[medeverdachte 2] : Daar heb ik een derde van.
[medeverdachte 2] : Plus dat andere gedeelte wat ik nog krijg. Ik denk
108 ruggen en ik heb nog maar 10 ruggen gehad.
[medeverdachte 2] : Ik heb nog veel geld tegoed.
[medeverdachte 2] : Eigen geld. [254]
[medeverdachte 2] : Die jongens kunnen 10 keer niets. Die hele organisatie. Volgens mij geven ze mij nog gratis een jasje.
A-4110: Hij heeft je wel geld gegeven.
[medeverdachte 2] : Ja, 170 ruggen heeft hij gegeven. Heeft hij zelf betaald.
[medeverdachte 2] : Laatste keer heeft hij ook 10 ruggen gehaald.
[medeverdachte 2] : Het is een mooi rotzooi die club van hen. [255]
27 juni 2019
Op 27 juni 2019 vindt een ontmoeting plaats tussen [medeverdachte 2] en A-4110. [256] Het gesprek dat
plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [257] Uit deze
uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
A-4110: Heb je ook met die jongen gepraat?
[medeverdachte 2] : Die jongens komen morgen. Ik wil wel even duidelijkheid hebben. Niks
aan elke keer steeds een beetje. Dat schiet toch niet op.
[medeverdachte 2] : Ik heb met hem afgesproken. Ik zei: “ik heb dingen te doen en ik weet dat
ik er zelf (niet te verstaan) 170 in heb geknikkerd. Dan heb je ook wel weer een
gedeelte terugverdiend. Maar ja (niet te verstaan) terug gehad. Dan moet wel even
wat anders.
[medeverdachte 2] : Maar even geld geven, Ik moet wat geld verdienen. Hij zegt net: “dat is
goed.”
[medeverdachte 2] : Ik kan hem niet verplichten om het hele bedrag in één keer te betalen. Dan blijft hij graven. [258]
28 juni 2019
Op vrijdag 28 juni 2019 krijgt A-4110 de opdracht om met [medeverdachte 2] contact te houden en als het mogelijk is met hem geld te halen. Rond 13.00 uur is A-4110 naar de woning van [medeverdachte 2] gegaan en verklaart daarover het volgende. [medeverdachte 2] vertelde mij dat hij naar [pleegplaats] moest, naar [medeverdachte 1] . Hij zei dat hij daar een afspraak had met de Finnen. Hij moest er om 16:00 uur zijn. Hij vroeg mij of ik hem wilde wegbrengen naar [pleegplaats] . Hij zou die afspraak hebben in [plaats] . Hij vertelde dat hij geld zou krijgen. Ik heb hem rond 14:30 uur in [pleegplaats] afgezet. Hij vroeg mij of ik hem ook weer op kon halen. Op vrijdag 28 juni 2019 rond 17:00 uur kreeg ik van [medeverdachte 2] bericht dat hij met een half uurtje in [pleegplaats] was. Ik ben vervolgens met mijn auto naar [pleegplaats] gereden. Ik wist dat ik bij de woning van de [naam] in [pleegplaats] moest zijn. Ik heb vervolgens [medeverdachte 2] gebeld dat ik voor de deur stond. Ik hoorde dat [medeverdachte 2] de telefoon opnam en Engels tegen iemand sprak. Hij zei: "My friend is waiting outside". Even later kwam [medeverdachte 2] naar buiten. In de auto vertelde hij mij dat hij in totaal 12.000 euro gekregen had. Die nomad die Engels spreekt zou met 35.000 euro naar Nederland zijn gekomen. Het bedrag had hij bij zich in briefjes van 50 euro. [medeverdachte 2] heeft mij vervolgens 3200 euro gegeven. [medeverdachte 2] vertelde mij over Finland. Naast die levering van 180 kilo hebben die Finnen eerder wat geleverd gekregen. Deze lading die ook via [pleegplaats] loopt zou een lading zijn van 60 kilo. De betalingen zijn nog niet geheel afgerond. Ze moeten nog € 200.000 (het hof begrijpt: € 300.000,00) betalen. [259]
Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [260] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] en A-4110 zitten in de auto. [medeverdachte 2] zegt dat ze mooi op tijd zijn.
A-4110: We gaan naar [pleegplaats] niet?
[medeverdachte 2] : Ja
A-4110: Ja toch?
[medeverdachte 2] : Om 16.00 uur moet ik in [pleegplaats] zijn.
A-4110: Moet ik daar helemaal heen rijden?
[medeverdachte 2] : Nee.
A-4110: Ga je met hem?
[medeverdachte 2] : Ja.
[medeverdachte 2] : Ja daar moet ik om 4 uur zijn.
A-4110: Wanneer heb je mijn geld dan?
[medeverdachte 2] : Vandaag. [261]
[medeverdachte 2] : In [pleegplaats] komen die andere mensen.
A-4110: Ja die [naam] ?
[medeverdachte 2] : Ja. (…)
[medeverdachte 2] : Nee, maar maakt niets uit van andere [naam] zijn dit
A-4110: oh
[medeverdachte 2] : Uit Finland.
A-4110: Oh van Finland die hebben geld zat NTV. Laten ze alles eens een keer betalen
[medeverdachte 2] : Ja [262]
A-4110: Wanneer moeten ze dan nieuwe hebben? Jij bent weg.
[medeverdachte 2] : Weet ik niet. Dat zal ik ook tegen hen zeggen. Dan moeten ze maar even
wachten. Die ouwe vent heeft al drie dagen zijn telefoon uit.
A-4l10: [verdachte] ?
[medeverdachte 2] : Ja.
A-4110: Je hebt hem toch ook netjes betaald?
[medeverdachte 2] : Ja, natuurlijk. [263]
( [medeverdachte 2] is met zijn telefoon bezig.)
[medeverdachte 2] : Ben onderweg. Zie je zo. [264]
[medeverdachte 2] : Kan je mij dan ook weer ophalen?
A-4110: Mooi.
[medeverdachte 2] : Kan ik je van tevoren even bellen.
[medeverdachte 2] : Ik heb om 16.00 uur een afspraak in [pleegplaats] . En dan zo snel mogelijk
natuurlijk. [265]
[medeverdachte 2] : Ik heb tegen hem gezegd: “ik heb geld nodig.” (…)
[medeverdachte 2] : Hij zei: “anders kan je wel 10 van mij krijgen. [266]
A-4110: Waar moet ik zijn? Bij die jongen in [pleegplaats] ?
[medeverdachte 2] : He?
A-4110: [pleegplaats] ?
[medeverdachte 2] : Ja. Ik zal kijken wat hij zegt.
( [medeverdachte 2] pakt zijn telefoon.)
[medeverdachte 2] : Oké zegt hij. [267]
[medeverdachte 2] : Hier staat zijn huis.
[medeverdachte 2] stapt uit.
[medeverdachte 2] stapt in de auto naast A-4110. [268]
A-4110: jij was vlug terug [269]
[medeverdachte 2] : ja ja wat dingen even gedaan
A-4110: Hoeveel hebben we?
[medeverdachte 2] : he?
A-4110: hoeveel hebben we?
[medeverdachte 2] : uh nou niet zo veel
A-4110: hoeveel dan?
[medeverdachte 2] : Nou hoeveel denk je dat het is?
(…)
A-4110: nou 5 duizend
(…)
[medeverdachte 2] : Nee, meer dan het dubbele
O: [medeverdachte 2] laat A-4110 wat zien. [270]
A-4110: 500, alleen vijftigjes?
[medeverdachte 2] : Ja stom he?
A-4110: jammer
[medeverdachte 2] : Ja kut he, normaal krijg ik de 500 tjes wel, maar ja
A-4110: he
[medeverdachte 2] : Normaal krijg ik de 500 tjes wel maar ja deze man had het bij zich
A-4110: nou dan heb je nog niet veel gekregen van al dat geld.
[medeverdachte 2] : nee, nee ik heb eerst 12 gepakt
A-4110: 12
[medeverdachte 2] : ja. Want we hebben het. Het gedeelte wat daar is gaat naar die andere mensen toe, die zijn bijna al helemaal klaar
A-4110: ja
[medeverdachte 2] : ja kijk en ik moet 200 terug betalen
(…)
A-4110: moet je dat nog betalen?
[medeverdachte 2] : ja dat zijn andere mensen weer, niet deze hoor
A-4110: ohh
[medeverdachte 2] : nee er staat nog 300 open
A:4110: duizend?
[medeverdachte 2] : ja
A:4110: hoe kan het zoveel dan?
[medeverdachte 2] : ja wat denk je, als ik iets doe en ik stuur geen 1 kilo of zo
A-4110: nee je hebt 180 stuurt
[medeverdachte 2] : 180 en daarna nog een keer 60 [271]
A-4110: waren het aardige mensen of rare mensen? Die Finnen zijn niet zo vriendelijk he?
[medeverdachte 2] : nee het zijn geen Finnen
A-4110: he?
[medeverdachte 2] : het zijn geen Finnen
A-4110 nee?
[medeverdachte 2] : nee, het zijn bepaalde Nomads
A-4110: Nomads oh je praat Engels tegen die vent?
[medeverdachte 2] : Ja wat moet ik dan hij praat geen Nederlands. Nomads heb je overal, dat betekent alleen dat je [naam] bent, full collor, ja
A:4110: die zitten overal
[medeverdachte 2] : Ja dus die hebben niet vaste eh eh die zitten daar daar
A:4110: ja die hebben geen clubhuis
[medeverdachte 2] : dat zijn de jongens die handelen he, zijn Nomads he (…)
[medeverdachte 2] : Ze betalen altijd wel. Alleen het gaat zo langzaam [272]
(…)
A-4110: heb je die vent opgepikt?
[medeverdachte 2] : ja we hebben hem opgepikt op vliegveld, daarom kon hij ook meer geld meenemen. Had hij bij zich die sukkel
A-4110: dit had hij bij zich?
[medeverdachte 2] : ja. 35
A-4110: 35 ruggen?
[medeverdachte 2] : ja
A-4110: in briefjes van 50?
[medeverdachte 2] : He
A-4110: in briefjes van 50?
[medeverdachte 2] : ja. [273]
[medeverdachte 2] zit zijn geld te tellen. [medeverdachte 2] heeft 12.000 gekregen. [274]
EncroChat
Op 28 juni 2019 worden de volgende berichten uitgewisseld via EncroChat, zakelijk weergegeven:
gesprek tussen [medeverdachte 2] en Ironsquirrel ( [medeverdachte 1] )
[medeverdachte 2] : Hoe laat moet ik bij jou zijn?
Ironsquirrel: Doe maar half drie.
[medeverdachte 2] : Is goed.
[medeverdachte 2] : Ben onderweg. Zie je zo. [275]
Op 28 juni 2019 te 15:47:20 uur straalt het mobiele toestel van [medeverdachte 1] ( [telefoonnummer] ) de cell- [locatie] aan. Dit cell-id is gevestigd in de mast aan de [adres] te [plaats] .
Op 28 juni 2019 te 15:47:26 uur straalt het mobiele toestel van [medeverdachte 2] ( [telefoonnummer] ) de cell-id [locatie] aan. Dit cell-id is gevestigd in de mast aan de [adres] te [plaats] . [276]
Op 28 juni 2019 staat [medeverdachte 3] op de passagierslijst van vlucht [vlucht] van Vantaa Finland naar [plaats] Nederland met aankomsttijd 15:25, en hij op 30 juni 2019 van [plaats] Nederland terug vliegt naar Vantaa Finland. [277]
5 juli 2019
Op 5 juli 2019 vindt een ontmoeting plaats tussen A-4110 en [medeverdachte 2] . [278] Het gesprek dat
plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [279] Uit deze
uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
A-4110: Jij hebt ook een hoop geld verloren.
[medeverdachte 2] : Ja, (niet te verstaan) miljoenen.
[medeverdachte 2] : Maar daar hoor je niets van. Je ziet mij gewoon rondlopen in mijn oude trainingsbroekje.
A-4110: Niemand verwacht het van jou. Die denken: die lult maar wat.
[medeverdachte 2] : Die lult wat dom. Dat soort dingen. [280]
[medeverdachte 2] : Ik ben al 20 jaar niet veroordeeld. Ze kunnen mij nooit veroordelen. Dat
lukt ze niet. Prutsers.
[medeverdachte 2] : Ze zijn er doodziek van. Dat heeft ze wel een miljoen gekost al die
onderzoeken die ze tegen mij hebben gedaan. Elke keer glibber ik er tussendoor. [281]
[medeverdachte 2] : Ik ben avocadocrown. [282]
[medeverdachte 2] : Waar is die andere telefoon?
[medeverdachte 2] : Hier.
A-4110: Je moet op dat ding passen man.
[medeverdachte 2] : Als we terug zijn zal ik zo’n ding voor jou bestellen.
[medeverdachte 2] : Die moet je hebben.
[medeverdachte 2] : Als ze weten dat je niet zo'n telefoon hebt dan praten ze niet met je. [283]
[medeverdachte 2] : Je moet er even rekening mee houden dat we een paar afspraken hebben
als we terug zijn. [284]
6 juli 2019
Op 6 juli 2019 vindt een ontmoeting plaats tussen A-4110 en [medeverdachte 2] . [285] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [286] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren. zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] : Dinges heeft ook al een bericht gestuurd.
[medeverdachte 2] : Die transporteur.
[medeverdachte 2] : [verdachte] . [287]
A-4110: [verdachte] is helemaal binnen hè?
[medeverdachte 2] : Ja, hij heeft een mooi huis laten bouwen.
A-4110: Ja, wat een mooi huis.
[medeverdachte 2] : Heb je het gezien?
A-41 10: Je stond voor de deur toch?
[medeverdachte 2] : Je was met mij mee toch?
A-4110: Twee keer ben ik geweest.
A-4110: Komt hij op de fiets. Dan stopt hij het erin en rijdt weer weg.
[medeverdachte 2] : Dat is [verdachte] niet.
A-4110: Wie dan?
[medeverdachte 2] : Dat is een jongetje die voor hem werkt. [288]
A-4-110: Hoeveel wagens hebben ze dan?
[medeverdachte 2] : Een miljoenenbedrijf.
[medeverdachte 2] : Zijn broer is eigenaar.
[medeverdachte 2] : Die broer weet van niks.
[medeverdachte 2] : Hij heeft ook een simpele baan hoor. [289]
[medeverdachte 2] : Hij werkt alleen van woensdag tot zaterdag of zo. Dan even naar
Duitsland rijden.
A-4110: Maar dan ken ik die vent toch wel.
A-4110: Ik ken die vent. Hij reed met Duitse kentekenplaten.
[medeverdachte 2] : Ja.
A-4l10: Ik heb hem wel gezien. [290]
A-4110: Die boeren werken al heel lang hè?
[medeverdachte 2] : Al heel lang ja. Zeker al een jaartje of 20. [291]
A-4110 is verhoord over deze ontmoeting. A-4110 verklaart dat hij en [medeverdachte 2] over “de
boertjes” hebben gesproken. Deze boertjes zitten in de veehandel. Eén van “de boertjes”
houdt zich bezig met drugstransporten. Deze persoon rijdt regelmatig naar Duitsland. Deze
persoon heeft de contacten en ook een speciale telefoon. [medeverdachte 2] heeft contact met het
boertje. [verdachte] doet al 20 jaar lang transporten. [292]
17 juli 2019 (Eerste ontmoeting met [verdachte] )
Op 16 juli 2019 wordt A-4110 door [medeverdachte 2] gebeld. [medeverdachte 2] maakt gebruik van
telefoonnummer [telefoonnummer] . [medeverdachte 2] zegt dat A-4110 hem de volgende dag op moet
halen voor een afspraak. De volgende dag (het hof begrijpt: 17 juli 2019) rijdt A-4110
naar [medeverdachte 2] toe. [medeverdachte 2] zegt dat ze een afspraak hebben met het boertje. Dit is één van
de broers met het bedrijf in veehandel. De afspraak met [verdachte] is om 12.30 uur. [293]
Omstreeks 12:23 uur komen [medeverdachte 2] en A-4110 aan bij Hotel [locatie] te
[pleegplaats] . Omstreeks 12.24 uur lopen [medeverdachte 2] en A-4110 het hotel binnen. [294] Omstreeks 12.27 uur komt een personenauto aanrijden van het merk [merk] en voorzien van het Duitse kenteken [kenteken] . De bestuurder stapt uit en loopt het hotel in. [295]
[medeverdachte 2] en A-4110 arriveren rond 12.30 uur bij Hotel [locatie] te [pleegplaats] . Daar
ontmoeten zij [verdachte] . A-4110 herkent [verdachte] van vroeger toen A-4110 nog optrok
met drugshandelaar [naam] . [verdachte] komt aan in een dikke auto met Duitse
kentekenplaten. [296] Het betreft een [merk] 40. [297]
Omstreeks 13.08 uur lopen de bestuurder van de [merk] , A-4110 en [medeverdachte 2] weer naar buiten. [298]
Identiteit van [verdachte]
Naast de hierboven onder PGP identificatie weergegeven bewijsmiddelen waaruit volgt dat [medeverdachte 2] bedoelt als over de “ [verdachte] ” wordt gesproken, neemt het hof de volgende bewijsmiddelen in aanmerking. [verdachte] maakt gebruik van een [merk] met kenteken [kenteken] en van telefoonnummer [telefoonnummer] . Dit telefoonnummer straalt om 12:25 uur een telefoonmast aan op de locatie [adres] te [pleegplaats] . [299] Het voertuig met kenteken [kenteken] is voorzien van een peilbaken. Uit de gegevens van dit peilbaken komt naar voren dat het voertuig omstreeks 12.29 uur stil staat aan de [adres] te [pleegplaats] bij het [locatie] Hotel en daar tot 13.13 uur blijft staan. Vervolgens rijdt het voertuig naar de [adres] te [pleegplaats] . Het GBA-adres van [verdachte] is de [adres] te [pleegplaats] . [300]
Op 21 augustus 2019 worden door de begeleiders van A-4110 foto’s aan A-4110 getoond.
Over foto 2 verklaart A-4110: “De man op foto 2 herken ik voor 100 % als de man die “ [verdachte]
” of “ [verdachte] ” wordt genoemd. Hij is degene die ik laatst met [medeverdachte 2] heb
gesproken in Hotel [locatie] te [pleegplaats] . Hij is de transportman. [301] Het betreft een
foto van [verdachte] , geboren op [geboortedag] 1979 te [geboorteplaats] . [302]
20 juli 2019
Op 20 juli 2019 bezoekt [medeverdachte 2] de woning van A-4110. [303] Het gesprek dat plaatsvindt is
opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [304] Uit deze uitwerking komt
onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] : Top (niet te verstaan) ligt nog 80.000 voor ons. Hij wil dat eerst hier
krijgen zodat (niet te verstaan) rest van het pap.
[medeverdachte 2] : 80.000 ligt klaar.
[medeverdachte 2] : Gedeelte is voor mij.
A-4110: Daar in Finland?
[medeverdachte 2] : Ja. [305]
A-4110: Moeten we naar de [naam] toe?
[medeverdachte 2] : Nee, maandag hebben we een afspraak.
[medeverdachte 2] : Ik heb 80 ruggen dat nog liggen.
A-4110: Hoeveel is van jou dan?
[medeverdachte 2] : 1/3e deel. [306]
A-4110 is over de ontmoeting verhoord. A-4110 verklaart dat [medeverdachte 2] en hij op 22 juli 2019 naar [medeverdachte 1] moeten. [307]
EncroChat
Op 20 juli 2019 worden de volgende berichten uitgewisseld via EncroChat, zakelijk
weergegeven:
gesprek tussen [medeverdachte 2] en ironsquirrel ( [medeverdachte 1] ) [308]
[medeverdachte 2] : Wanneer heb je tijd? Dan kunnen we even afspreken. Ik heb iets moois.
ironsquirrel: Maandag even?
[medeverdachte 2] : Is goed.
[medeverdachte 2] : En heb de transporteur ook gesproken. Alles is weer goed. We
kunnen als we klaar zijn weer sturen.
ironsquirrel: Top. Er ligt nu 80K klaar voor ons van de vorige snel die we gestuurd hebben.
ironsquirrel: We willen dat eerst hier krijgen zodat we olie kunnen halen als we
die nieuwe sturen. Dan geven ze aan het TP de rest van de pap.
[medeverdachte 2] : Oké.
[medeverdachte 2] : Hoe wil je het hier krijgen? Ik kan wel iemand sturen met een
huurauto. Het is nu vakantie.
ironsquirrel: Daar hebben we het maandag even over. [309]
22 juli 2019
Op (het hof stelt vast: maandag) 22 juli 2019 bezoekt [medeverdachte 2] de woning van A-4110. [310] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [311] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] en A-4110 bevinden zich in de auto. [312]
A-4110: Moet je vandaag naar [pleegplaats] toe?
[medeverdachte 2] : Ja. [313]
[medeverdachte 2] opent op zijn telefoon een chatbericht.
[medeverdachte 2] : Hij zegt: “kom je naar mij toe.”
[medeverdachte 2] : Ja, is goed.
[medeverdachte 2] stapt uit de auto.
[medeverdachte 2] stapt weer in de auto. [314]
[medeverdachte 2] stapt uit.
A-4110: We zijn weer in [pleegplaats] .
[medeverdachte 2] stapt weer in de auto. [315]
A-4110: Heb je contant geld?
[medeverdachte 2] : Ik krijg weer een rooitje of vijf.
[medeverdachte 2] : Want we gaan 140 sturen. Ik moet deze keer ook investeren.
[medeverdachte 2] : Mee investeren.
[medeverdachte 2] : Volgende week ligt er 80.000 klaar. Dat moet worden opgehaald. Zodra
het hier is dan gaan ze het 140 maken. [316]
A-4110 is verhoord over deze ontmoeting. A-4110 verklaart dat [medeverdachte 2] via zijn speciale
telefoon contact heeft gezocht met [medeverdachte 1] . [medeverdachte 2] laat A-4110 een bericht zien waarin
staat dat ze langs kunnen komen. Boven aan het bericht staat de tekst iron... [medeverdachte 2] en A-
4110 rijden vervolgens naar de woning van [medeverdachte 1] . [medeverdachte 2] heeft een uur in de woning
gezeten. Na een uur komt hij terug. [317] [medeverdachte 2] en A-4110 spreken ook over Finland. Er moet gedraaid worden voor € 80.000,00. Het transport is al geregeld. [medeverdachte 2] vertelt dat hij voor één derde deel mee moet investeren in het transport. [medeverdachte 2] zegt dat ze 160 kilogram (het hof begrijpt: 140 kilogram) die kant op willen sturen. [318] [medeverdachte 2] regelt het transport met de boeren. [319]
EncroChat
Op 22 juli 2019 worden de volgende berichten uitgewisseld via EncroChat, zakelijk
weergegeven:
gesprek tussen [medeverdachte 2] en ironsquirrel ( [medeverdachte 1] )
[medeverdachte 2] : Waar wil je afspreken? [320]
ironsquirrel: Kom je naar mij toe?
[medeverdachte 2] : Is goed. Dan ga ik nu rijden. [321]
ironsquirrel: Oké. [322]
26 juli 2019
Op 26 juli 2019 bezoekt [medeverdachte 2] de woning van A-4110. [323] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [324] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] : Uit Finland komt ook.
[medeverdachte 2] : Vijf rugjes voor ons.
[medeverdachte 2] : 5.000 voor mij.
A-4l10: Jij krijgt nog een hele hoop.
[medeverdachte 2] : Ja, ik krijg wel een hoop. Maar dan moeten wij dat ding in orde maken.
[medeverdachte 2] : Transport. [325]
[medeverdachte 2] : Dan gaat er 140 heen. [326]
A-4110 is verhoord over deze ontmoeting. A-4110 verklaart dat [medeverdachte 2] gezegd heeft dat ze 140 kilo speed naar Finland willen toesturen. [medeverdachte 2] vertelt ze nog € 5.000,00 moeten ophalen bij [medeverdachte 1] . [327]
1 augustus 2019
Op 1 augustus 2019 spreken [medeverdachte 2] en A-4110 af. [328] Het gesprek dat plaatsvindt is
opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [329] Uit deze uitwerking komt
onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
A-4110: Heb je het geld van die vent gekregen?
[medeverdachte 2] : Nee, tuurlijk niet. [330]
[medeverdachte 2] : Die pannenkoek moet even reageren. Die van de [naam] .
[medeverdachte 2] : Anders moet hij maar weer even wat graven. [331]
[medeverdachte 2] zegt dat hij zaterdag (het hof begrijpt: zaterdag 3 augustus 2019) geld krijgt. [332]
[medeverdachte 2] : Weet je dat ik een heel moeilijk mannetje voor justitie ben. Geen sociale
media. Geen normale contacten. Ik kom niet voor in dingen.
[medeverdachte 2] : Op internet. Dus ik besta niet. [333]
A-4110: Wanneer gaat hij draaien voor Finland?
[medeverdachte 2] : Zaterdag weet ik meer. [334]
[medeverdachte 2] : Volgende week wil ik toch het andere doen.
[medeverdachte 2] : Dat van Finland. Die 140.
A-4110: Transport bedoel je?
[medeverdachte 2] : Ja (niet te verstaan). [335]
[medeverdachte 2] zegt dat hij steeds wordt vrijgesproken omdat er geen bewijs is. [medeverdachte 2]
zegt dat hij ambigue is. [336]
A-4110 is verhoord over deze ontmoeting. A-4110 verklaart dat [medeverdachte 2] gezegd heeft dat er 140 kilogram speed naar Finland moet. [337] [medeverdachte 2] geeft aan dat hij die € 5.000,00 nog steeds niet heeft gekregen van [medeverdachte 1] . [338]
3 augustus 2019
Op (het hof stelt vast: zaterdag) 3 augustus 2019 bezoekt [medeverdachte 2] de woning van A-4110. [339] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [340] Uit deze uitwerking komt
onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] : Als [verdachte] een keer weg is kan jij ook een transport regelen. Ze mogen
elkaar niet zien.
A-4110: (niet te verstaan) jongen. [341]
A-4110: Gaan ze vandaag betalen? Die Finnen?
[medeverdachte 2] : Vijf.
A-4110: Wanneer willen ze dan ... (niet te verstaan)?
A-4110: Je moet er toch spullen heenbrengen?
[medeverdachte 2] : Dat hoor ik vanavond.
[medeverdachte 2] : Ze mogen geen opdrukjes meer op de kleding.
[medeverdachte 2] : Ze mogen de colors niet dragen.
[medeverdachte 2] : De [naam] is de enige club die de colors niet mogen dragen. [342]
[medeverdachte 2] : We rijden wel naar [plaats] .
[medeverdachte 2] : Halfuurtje.
[medeverdachte 2] : Let’s go. [343]
A-4110: Waar moeten we heen? Zijn huis?
[medeverdachte 2] : Ja. [344]
[medeverdachte 2] : Hé, nu komt deze ook aan de lijn. Wat moest ik ook al weer vragen aan [verdachte] ? Even afspreken.
A-4110: Wat dan?
[medeverdachte 2] : Dat we even dingen bespreken. Hoe gaan we dat verder even regelen.
[medeverdachte 2] : Kunnen we dat transport gelijk even in elkaar flansen voor die140.
[medeverdachte 2] : Hij kan ook 220 doen.
[medeverdachte 2] : 200, maar doe maar 140.
A-4110: Wat?
[medeverdachte 2] : [verdachte] . [345]
[medeverdachte 2] : Hij vliegt deze week naar Bangkok. [346]
[medeverdachte 2] : [ [medeverdachte 2] kijkt op zijn telefoon] Hoe is het met Reeder. Ik ga nu naar
Reeder toe.
[medeverdachte 2] : Hij krijgt ook nog 50 ruggen. [verdachte] .
[medeverdachte 2] : Die krijgt ook nog 50 van hem. [347]
[medeverdachte 2] : Ik ben nu met hem aan het praten. Met [verdachte] .
A-4110: Wat zegt hij.
[medeverdachte 2] : “En nu willen ze 140 snelle doen?” Ja klopt. “En wanneer willen ze dan
betalen.” Ik zeg [klinkt alsof [medeverdachte 2] voorleest]: “Gelijk. Bij afgifte in Finland.
Daar ligt nog steeds geld van die 60 stuks van de tweede keer.
A-4110: Die jongens willen ook geld hebben.
A-4110: [verdachte] .
[medeverdachte 2] : Ja, tuurlijk.
[medeverdachte 2] : Hier. 140 stuks. Eerst moet dan het oude TP betaald worden. Dan gaan we pas een nieuw TP doen. [348]
[medeverdachte 2] : Ik zeg: “het oude TP is al betaald. Wij moeten alleen nog de gedeelde
winst hebben.”
A-41 10: Wat zei hij toen? [349]
[medeverdachte 2] : [klinkt alsof [medeverdachte 2] voorleest]: Ik ga er over nadenken want deze TP geeft het alleen af op een adres wat ik dan stuur, dus dat kan alleen als zij PGP
hebben. Die hebben ze wel.
[medeverdachte 2] : Omdat zij ook Encro hebben moeten die lui even zo'n telefoon hebben.
A-4110: oh
[medeverdachte 2] : Hé want die flauwekul zoals de laatste keer wil ik niet meer, ze moeten gewoon te bereiken zijn (O: Alsof [medeverdachte 2] voorleest) Oké, oké, oké, oké snap ik, je hebt gelijk. Eh gelijk, ge-lijk. Die jongens moet je af en toe ook even gelijk geven he? Hé. [350]
A-4110: We zijn weer in [pleegplaats] . [351]
A-4110 en [medeverdachte 2] stappen uit.
A-4110 en [medeverdachte 2] stappen in.
[medeverdachte 2] : Hij had het over volgende week.
[medeverdachte 2] : Transport.
A-4110: Wat volgende week?
[medeverdachte 2] : Transport doen.
[medeverdachte 2] : Morgen zien we hem om twee uur.
[medeverdachte 2] : Ik heb het over [verdachte] . [352]
[medeverdachte 2] : Past niet in het beursje.
A-4110: Hoeveel heb je daar dan?
[medeverdachte 2] : 5.000. [353]
Op de beelden is te zien dat [medeverdachte 2] instapt en een witte envelop in zijn handen
heeft. [medeverdachte 2] pakt een stapel geld uit deze envelop. [354]
A-4110: Ik had die Italiaan nooit gezien. Ik zat de hele tijd met dat mens te praten. Ja.
[medeverdachte 2] : nee ja?
A-4110: Hij! … (ntv) Ik zeg zit daar iemand?
[medeverdachte 2] : ..(ntv) Uit Finland is die
A-4110: he?
[medeverdachte 2] : uit Finland… (ntv) (…)
[medeverdachte 2] : Hij zit bij de, hoort officieel bij de chapter in Italië. Rome [355]
(…)
[medeverdachte 2] : Ik ben zo vaak aangeklaagd voor een organisatie. Ze kunnen het nooit
bewijzen. [356]
[medeverdachte 2] : Ik heb geen baas.
[medeverdachte 2] : Ik ben geen bestuurder. Ik ben een projectontwikkelaar.
[medeverdachte 2] : Ik kan dingen goed aan mekaar koppelen.
A-4110: Hoe kom jij aan die dingen dan?
A-4110: Aan al die adressen.
[medeverdachte 2] : Het zijn allemaal jongens die ik al jaren en jaren ken.
[medeverdachte 2] : Het zijn grote jongens die ik ken. Dat kleine gepeupel ken ik niet.
[medeverdachte 2] : Ik heb menigeen miljonair laten worden. Ik werk niet snel met mensen. [357]
A-4110: [verdachte] gaat godverdomme naar Bangkok toe.
[medeverdachte 2] : Woensdag. [358]
A-4110 is over deze ontmoeting verhoord. A-4110 verklaart dat [medeverdachte 2] die dag een
afspraak met [medeverdachte 1] heeft. [medeverdachte 2] en A-4110 rijden naar de woning van [medeverdachte 1] .
[medeverdachte 2] , A-4110 gaan de woning van [medeverdachte 1] in. [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] verlaten de woning
aan de achterkant. Even later komen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] weer terug. [medeverdachte 2] heeft een
envelop bij zich. Eenmaal terug in de auto opent [medeverdachte 2] de envelop. [medeverdachte 2] telt
€ 5.000,00. A-4110 zag ook die andere [naam] in de woning, het was een kleine man, droeg geen colors van de [naam] , maar hij had wel een muts op met [naam] erop. [medeverdachte 2] vertelde aldus A-4110 over de kleine [naam] , dat dit de vriend van [pleegplaats] betrof. [medeverdachte 2] vertelde dat deze kleine [naam] uit Italië komt en van het chapter Rome is. [359] [medeverdachte 2] geeft van die € 5.000,00 €4.000,00 aan A-4110 in bewaring in een envelop. [360] [medeverdachte 2] en A-4110 spreken ook over het transport naar Finland. [verdachte] regelt dit transport. [361]
Bij het DNA-onderzoek aan de envelop werden 12 bemonsteringen veiliggesteld door het NFI. (…) Het DNA in één van de sporen kon afkomstig zijn van minimaal twee personen: verdachte [medeverdachte 2] en verdachte [medeverdachte 3] . [362]
Onderzoek naar biologische sporen
De envelop AAMD9694NL is onderzocht in samenwerking met medewerkers van het
deskundigheidsgebied Vingersporen van het NFI.
Op de buitenzijde van envelop zijn 12 dactyloscopische sporen (#D01 t/m #D12) en
dactyloscopische fragmenten aangetroffen. Alle dactyloscopische sporen zijn bemonsterd ten behoeve van een DNA-onderzoek. De dactyloscopische fragmenten zijn niet bemonsterd ten behoeve van een DNA-onderzoek.
Afbeelding [363]
De Politie Eenheid Noord-Nederland heeft verzocht om de DNA-profielen van vermelde (onbekende) personen te vergelijken met de eerder verkregen DNA-
mengprofielen binnen onderzoek VIDAR.
SIN DNA kan afkomstig zijn van Bewijskracht(omschrijving)
Afbeelding [364]
EncroChat
Op 3 augustus 2019 worden de volgende berichten uitgewisseld via EncroChat, zakelijk
weergegeven:
gesprek tussen [medeverdachte 2] en een onbekend gebleven contact (het hof begrijpt:
[verdachte] : [verdachte] )
[medeverdachte 2] : Ben je bereikbaar?
[medeverdachte 2] : Heb je tijd voor een kopje koffie?
[verdachte] : Weet ik nog niet. Heb je nieuws?
[verdachte] : Ik vlieg deze week naar Bangkok.
[medeverdachte 2] : Dan moeten we voor die tijd even afspreken.
[verdachte] : [locatie] [plaats] ?
[medeverdachte 2] : Is goed.
[verdachte] : Hoe is het met [naam] ?
[verdachte] : Heeft hij al pap?
[medeverdachte 2] : Ik ga nu naar [naam] toe. Even horen wanneer. Ook voor het nieuwe
transport. Ze moeten in totaal 140.
[verdachte] : Eerst moet het oude TP betaald worden. Dan pas gaan we het nieuwe
TP doen. [365]
[medeverdachte 2] : Het oude TP is al betaald. Wij moeten alleen nog de gedeelde winst
hebben.
[verdachte] : Dat klopt.
[verdachte] : En nu willen ze 140 snelle doen?
[verdachte] : (niet te lezen)
[medeverdachte 2] : Gelijk betaald bij afgifte in Finland. Daar ligt nog geld van de 60 stuks van (niet te lezen).
[verdachte] : Ik ga er over nadenken. Want deze TP geeft het af op een adres wat
ik dan stuur. Dus het kan alleen als zij PGP hebben. Want die
flauwekul zoals de laatste keer wil ik niet meer. Ze moeten gewoon
te bereiken zijn.
[medeverdachte 2] : Je hebt gelijk. [366]
Op 3 augustus 2019 omstreeks 16:02 uur belt [naam] uit naar een onbekend persoon (NNM).
NNM zegt dat ie net is aangekomen en dat hij laat was voor de vlucht. [naam] zegt dat ze dat weten en dat ze nu ook op [plaats] zijn. NNM is onderweg om naar boven te gaan, naar Vertrek. NNM zegt dat ie er over maximaal 10 minuten is. [naam] zegt dat ze er over 5 minuten ook zijn. NNM zegt perfect. [367] Het observatieteam ziet dat [medeverdachte 3] wordt opgehaald op [plaats] . [368]
Hier invoegen het verhoor van [medeverdachte 2] bij politie dat hij 5000……
5 augustus 2019
Op 5 augustus 2019 bezoekt [medeverdachte 2] de woning van A-4110. [369] Het gesprek dat plaatsvindt
is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [370] Uit deze uitwerking komt
onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
A-4110: Moeten we morgen naar die man? [371]
[medeverdachte 2] : 11 uur. [372]
A-4110: Hoeveel moet je betalen voor Finland dan? Hoeveel kost dat?
A-4110: Die rommel naar Finland.
[medeverdachte 2] : Ik betaal 500. [373]
[medeverdachte 2] : Zij betalen zes.
A-4110: Die jongens?
[medeverdachte 2] : Ja. [374]
A-4110: Je moet hem ook nog betalen? [375]
[medeverdachte 2] : Hij krijgt nog 50 of 40 ruggen.
[medeverdachte 2] : Dat komt wel goed. [verdachte] zal wel slim zijn. Hij zegt: “ja dan moet eerst dat andere transport even betaald worden.” Ik zeg: “vriend dat hebben ze al betaald (niet te verstaan) alleen die moeten (niet te verstaan) bericht krijgen.” “Klopt”, zegt hij.
[medeverdachte 2] : Hij verdient lekker op transport.
A-4110: Doe [verdachte] dat al jarenlang?
[medeverdachte 2] : Ja.
[medeverdachte 2] : Hij werkt alleen met mij. [376]
A-4110 is verhoord over deze ontmoeting. A-4110 verklaart dat [medeverdachte 2] verteld heeft dat
[verdachte] € 500,00 per kilo speed rekent voor het transport naar Finland. [medeverdachte 2] gooit daar
vervolgens € 100,00 bovenop voor hemzelf. [377] [medeverdachte 2] geeft aan dat [verdachte] nog
€ 50.000,00 voor het transport krijgt naar Finland. Dit bedrag wil hij eerst hebben voordat hij iets nieuws doet. Dit geld is nog van het transport van januari naar Finland. [378]
6 augustus 2019 (Tweede ontmoeting met [verdachte] )
Op 6 augustus 2019 krijgt A-4110 de opdracht om met [medeverdachte 2] naar de afspraak met
[verdachte] te gaan. [379] Op 6 augustus 2019 haalt A-4110 [medeverdachte 2] op om naar de afspraak met de [verdachte] te gaan in Hotel [locatie] . Onderweg heeft [medeverdachte 2] via zijn speciale telefoon contact met [verdachte] . Omstreeks 11.30 arriveren [medeverdachte 2] en A-4110 bij het hotel. [380] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [381] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[verdachte] : Wat zei [naam] ?
[medeverdachte 2] : Hij hoopt tenminste mee te delen (niet te verstaan) dat geld (niet te
verstaan) van ons. Sowieso moet er geld binnen komen. Moet 140 (niet te verstaan).
Dan moeten die mensen (niet te verstaan) voor transport (niet te verstaan) betaald
(niet te verstaan).
[verdachte] : En als dat niet gebeurt? Wat dan?
[medeverdachte 2] : Dan gooi je het maar in de sloot.
[medeverdachte 2] : Die betaalt wel.
[medeverdachte 2] : Je weet een beetje hoe die mannen zijn.
[medeverdachte 2] : Hij is wel aan het graven geweest.
[medeverdachte 2] : Ik zit er ook maar tussenin. Ik zit ook achter zijn reet aan. [382]
[verdachte] : Finland.
[verdachte] : Het is een kutland.
[verdachte] : De bajes vol. Allemaal Nederlanders (niet te verstaan).
[verdachte] : En snelle. Geen idee wat de toekomst is. Als er dan Finland (niet te
verstaan). Reken maar uit. Het is Finland. Het wordt nog duurder.
[verdachte] : Als je mij vier geeft is het goed. Pak jij een halve meier. [383]
[medeverdachte 2] : Kun je Finland doen?
[verdachte] : Als het moet wel ja.
[medeverdachte 2] : Ik had wel tegen hem gezegd Encro (niet te verstaan).
[verdachte] : Dat moet sowieso dat (niet te verstaan) die flauwekul (niet te verstaan).
[medeverdachte 2] : Ja.
[verdachte] : Of Sky. Ik heb ze allemaal. Sky, Encro, OneBeing. [384]
A-4110: Is Finland duur?
[medeverdachte 2] : Ja.
[medeverdachte 2] : Hij zei: “4,5 kan je vragen, dan maak je er vier honderd van.” Maar ik
vraag gewoon 500.
A-4110: Hoe moeten we het daarheen brengen naar die vrachtauto?
[medeverdachte 2] : Dat moeten we nog even zien.
[medeverdachte 2] : Jij brengt het gewoon naar zijn huis toe.
[medeverdachte 2] : Is zijn pakkie an. [385]
[medeverdachte 2] en A-4110 stappen in de auto.
[medeverdachte 2] belt met [medeverdachte 14] en zegt dat hij in Hotel [locatie] te
[plaats] zit. [386]
A-4110 is verhoord over deze ontmoeting. A-4110 verklaart dat [medeverdachte 2] en [verdachte]
gesproken hebben over Finland. [verdachte] zegt dat het logistiek moeilijker is om naar Finland te brengen. Er moet nog betaald worden. Na de ontmoeting spreekt [medeverdachte 2] met A-4110 over het transport van [verdachte] . [medeverdachte 2] zegt dat de drugs naar [pleegplaats] gaan en dat het daar op de vrachtwagen wordt gebracht. [387]
11 augustus 2019
Op 8 augustus 2019 krijgt A-4110 de opdracht om contact te zoeken met [medeverdachte 2] . [388] Op 11 augustus 2019 komt [medeverdachte 2] op bezoek bij de woning van A-4110. [389] Het gesprek dat
plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [390] Uit deze
uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] : Die 140 moet ook één dezer dagen.
[medeverdachte 2] : Dat is allemaal al klaar. Dat is al geregeld.
[medeverdachte 2] : Ik krijg 7.000 de man denk ik.
A-4110: hebben we al klaarliggen?
[medeverdachte 2] : Sowieso 80 hebben ze klaarliggen.
A-4110: Dan moeten (niet te verstaan) dat spul toch (niet te verstaan).
[medeverdachte 2] : Ja, dan moeten ze dat spul (niet te verstaan). Dat spul is niet zo duur.
A-4110: Nee? 140 kilo? Wat kost dat?
[medeverdachte 2] : 140 kilo kost… Even kijken hoor. Voor 500 per liter. Olie. Gaat 2,6.
€ 200,00 per liter. Zit je op 30 ruggen.
[medeverdachte 2] : (niet te verstaan) € 50,00. [391]
A-4110: Moet die jongen daar ook wat van hebben?
A-4110: Die [pleegplaats] ? Die neger?
[medeverdachte 2] : Ja, tuurlijk.
Verder over het telefoongebruik van criminelen. De grote jongens nemen geen telefoon mee. [medeverdachte 2] gooit zijn telefoon altijd weg na 6 maanden. 1500 voor zes maanden de laatste 10 jaar met van die dingen. Je kunt er niet mee bellen. [medeverdachte 2] gooit ze altijd weg na zes maanden. [392]
A-4110 is verhoord over deze ontmoeting. A-4110 verklaart dat hij en [medeverdachte 2] gesproken
hebben over het transport naar Finland. [medeverdachte 2] vertelt dat [verdachte] wil dat [medeverdachte 2] tussen
hem en de [naam] blijft zitten. [verdachte] vertrouwt de [naam] niet. De contacten
over het transport naar Finland verlopen via de speciale telefoon van [medeverdachte 2] . [393]
Op zaterdag 17 augustus 2019 omstreeks 10.21 uur stapt [medeverdachte 2] bij A-4110 in de auto. Omstreeks 11.47 uur komen [medeverdachte 2] en A-4110 samen in de woning van A-4110. De audio is opgenomen middels apparatuur in de auto en de woning van A-4110.
A-4110: Noorwegen?
[medeverdachte 2] ; ja Hij heeft toch al vast een lijntje elke week daar.
A-4110: [verdachte] ?
[medeverdachte 2] : ja
A-4110:Hij wil iedereen niet hebben toch?
[medeverdachte 2] : wat?
A:4110: hij wil iedereen niet hebben
[medeverdachte 2] : jawel, wij moeten het regelen
A-4110: hm?
[medeverdachte 2] : wij moeten het regelen
A-4110: maar [verdachte] wil niet teveel mensen zien?
[medeverdachte 2] : hij heeft hem al een keer gezien [394]
19 augustus 2019 (Plannen om geld op te halen uit Finland)
Op 19 augustus 2019 krijgt A-4110 de opdracht om samen met [medeverdachte 2] naar [medeverdachte 1] te
gaan. [395] Op 20 augustus 2019 (het hof begrijpt: 19 augustus 2019) heeft A-4110
contact met [medeverdachte 2] . [396] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De
opname is uitgewerkt. [397] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren.
zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] : Dinges is terug.
[medeverdachte 2] : Die is zondagavond teruggekomen.
[medeverdachte 2] : [medeverdachte 1] . [398]
[medeverdachte 2] : De vakantie is bijna voorbij. Dan ga ik weer aan de slag
A-4110: Je kunt beter eerst je geld in je broekzak houden en werken met hun geld.
A-4110: Helemaal niks investeren.
[medeverdachte 2] : Dat is geen optie. Als ik niet had geïnvesteerd dan had ik ook niet die
180 kilo naar Finland gegooid. [399]
Omstreeks 15.30 uur belt [medeverdachte 2] A-4110 of hij omstreeks 16.00 uur bij de [locatie]
kan komen. A-4110 gaat daar naartoe. Bij de [locatie] ontmoet A-4110 [medeverdachte 2] [medeverdachte 1] arriveert omstreeks 16.15 uur. [400] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met
audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [401] Uit deze uitwerking komt onder meer het
volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 1] : Volgende week kun je 80 ophalen.
[medeverdachte 2] : Oké.
[medeverdachte 1] : Dat ligt klaar. En die maand erna is de rest er ook. Dus 80 ophalen. We
moeten even kijken hoe we dat doen. Wie of wat.
[medeverdachte 1] . Daarna gaan ze. Daar kun je geld meepakken. [402]
[medeverdachte 2] : Ik kan het wel laten ophalen.
[medeverdachte 1] : Heb jij één die kan rijden?
[medeverdachte 2] : Jawel.
[medeverdachte 1] : Wel een stelletje.
[medeverdachte 1] : Die moeten een paar dagen daar blijven. In [plaats] . Even met centen
gooien. Stash in zijn auto. Dan moeten we een plekje maken waar het in kan.
[medeverdachte 1] : Als we 80 hebben. Ik doe sowieso nog 700 ... Per ... Afhalen. Wat we
verstuurd hebben. 700 TP.
[medeverdachte 1] : Die wil ik eraf halen. Daarna gaan we de hele maand (niet te verstaan) laten we dat geld gelijk investeren in die nieuwe. Sturen we een maand later.
[medeverdachte 2] : Ja.
[medeverdachte 1] : Is alles klaar. Die ze nu nog hebben.
[medeverdachte 1] : Dan moet het TP komen.
[medeverdachte 1] : We halen nu alleen het geld op.
[medeverdachte 1] : 80 ruggen op. Haal ik het TP eraf.
[medeverdachte 1] : Die ik betaald heb.
[medeverdachte 1] : … Vermoed ik dan de rest te gebruiken om te investeren in de nieuwe
lading.
[medeverdachte 2] : 140 toch?
[medeverdachte 1] : 140
[medeverdachte 2] : ja, ja
[medeverdachte 1] : Dan eeh sturen we die TP hier dan heen ja?
[medeverdachte 2] : Ja
[medeverdachte 1] : ...stuur de TP hier dan heen en dan kan het eeh. Dan hebben hun dan de rest van het geld klaar liggen, geven ze aan TP dus dan is de TP betaald door de Noren
[medeverdachte 2] : ja, ja oké
[medeverdachte 1] : Snap je? dan hebben we dat gezeik in ieder geval niet kan nu weer 700 per dinges als
[medeverdachte 2] : ja
[medeverdachte 1] : Als het klaar is
[medeverdachte 2] : Ja. Ja oké.
[medeverdachte 1] : Ja? Snap je? en ....30 bij hebben we nu... betaald
[medeverdachte 2] : ja ja
[medeverdachte 1] : en 30 is zo he? Makkelijk verdiend
[medeverdachte 2] : ... maakt niks uit, is ook zo. Gaat op en neer toch? Of niet?
[medeverdachte 1] : We hebben de prijs iets omhoog gegooid 135. [403]
[medeverdachte 1] : Ik heb allemaal geld apart voor Finland.
[medeverdachte 1] : Wie kunnen we sturen?
[medeverdachte 2] : Ik regel het wel.
[medeverdachte 1] : Goed, maar geen negers.
[medeverdachte 2] : A-4110, kan jij er niet heen?
A-4110: Strafblad.
[medeverdachte 1] : Boottocht. [plaats] . Gaat een boot naar [plaats] . Geef je adres en pak
je het aan.
[medeverdachte 1] : Je moet wel even stash in de auto hoor.
[medeverdachte 1] : We hebben vier rooien berekend voor ophalen.
[medeverdachte 1] : Degene die het pakt krijgt vier rooien.
[medeverdachte 1] : Met aftrek van
[medeverdachte 1] : Liefst een vrouw en een man of met kinderen.
[medeverdachte 1] : Het is alleen maar aanpakken. [404]
[medeverdachte 1] : Als je iemand kent laat het me voor donderdag weten.
[medeverdachte 2] : Ik laat je het morgen weten. [405]
NNM2: Waar moeten we geld halen?
[medeverdachte 2] : [plaats] . [406]
[medeverdachte 2] : Wie gaan we sturen? [407]
A-4110: Hoeveel geld krijgen ze mee?
[medeverdachte 2] : 84 of zo?
A-4110: Hoeveel neemt die jongen mee dan? Al die onkosten
[medeverdachte 2] : Pak ik wel bij [medeverdachte 1] . Dat is geen probleem. Hij krijgt 4.000.
[medeverdachte 2] : Even daarheen rijden.
[medeverdachte 2] : Ieder pakt even een bundeltje geld daar en rijdt weer terug
[medeverdachte 2] : 80 ruggen is niet zoveel. [408]
[medeverdachte 2] : Ding moet opgehaald worden.
[medeverdachte 2] : En dan twee of drie weken later die 140 erheen. Dan gaan ze alles maken
en klaar zetten. En dan daarheen.
[medeverdachte 2] : Die 140. En dan komt er gelijk een partij geld terug. [409]
[medeverdachte 1] : Huh? Batterij leeg
[medeverdachte 2] : Moeten we snel even doen ik heb nog 17 dagen
[medeverdachte 1] : ik moet ook 1 , hé en .. is niet meer he?
[medeverdachte 1] : Doe maar gelijk 2 dan
[medeverdachte 2] : Oke
[medeverdachte 1] : Want dan stuur ik... degene die ... mee geven
[medeverdachte 2] : Ja
[medeverdachte 1] : Want die is ook bijna op
[medeverdachte 2] : oké
[medeverdachte 1] : ja? Dus degene die er heen gaat moet de telefoon afgeven
[medeverdachte 2] : ja, ja, is goed. Oke
[medeverdachte 1] : Want die moet ook een nieuwe
[medeverdachte 2] : Ja, 4 stuks [410]
[medeverdachte 1] : Ja
[medeverdachte 2] : Want .. . heb zelf. ... en jij moet ook even t hebben hebben we gezegd
A-4110: Ja
[medeverdachte 1] : Ja is wel beter
[medeverdachte 2] : Ja
[medeverdachte 1] : Het is wel strafbaar in Finland
[medeverdachte 2] : Oh ja?
[medeverdachte 1] : Ja, als ze weten, er achter komen Encro telefoon....? [411]
A-4110 is verhoord over dit deel van de ontmoeting. A-4110 verklaart dat hij bij de
[locatie] [medeverdachte 2] ontmoet. [medeverdachte 1] arriveert omstreeks 16.15 uur. [412] Tussen [medeverdachte 2] , A-4110 en [medeverdachte 1] vindt een gesprek plaats in de [locatie] . Het gesprek gaat over het
transport naar Finland. Het gaat over 140 kilogram. [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] bespreken dat er
aanpakkers nodig zijn in Finland. A4110 had van [medeverdachte 2] eerder begrepen dat het om speed ging. [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] bespraken dat er aanpakkers nodig waren in Finland. Een vorige keer had een vent het daar aangepakt, maar die had te veel opgevallen. Ook zou de man een strafblad hebben gehad wat het moeilijker maakt om in Finland te kunnen zijn. Vervolgens wees [medeverdachte 1] in de richting van A-4110. [medeverdachte 2] vroeg aan A-4110 of hij niet kon. A-4110 geeft aan dat hij een strafblad heeft. [medeverdachte 2] zegt dat hij iemand gaat zoeken. [medeverdachte 1] zegt het liefst een man en een vrouw met kinderen. Deze personen krijgen vier rooitjes betaald. [413]
Er is gesproken over de PGP telefoontoestellen. A-4110 begreep van het gesprek
tussen [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] dat het huidige abonnement over 17 dagen verloopt en
dat er 4 nieuwe toestellen moeten komen. Na afloop van het gesprek spreekt [medeverdachte 2] met A-4110. In grote lijnen herhaalt hij het Finland-verhaal. [414]
21 augustus 2019
Op 21 augustus 2019 krijgt A-4110 de opdracht om contact te zoeken met [medeverdachte 2] en
informatie in te winnen over het transport naar Finland, waarvoor [medeverdachte 2] aanpakkers
zoekt. [415] Omstreeks 13.30 uur neemt A-4110 contact op met [medeverdachte 2] . [medeverdachte 2] zegt dat A-4110 naar de [locatie] in [plaats] moet komen. [416] Het gesprek dat na die ontmoeting
plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [417]
Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
OVC auto
A-4110: Je hebt ook aparte lui.
A-4110: Transgender.
[medeverdachte 2] : Maar dat is ideaal.
[medeverdachte 2] : Met lang haar. Die houden ze niet aan.
[medeverdachte 2] : Weet je hoe vaak die rijdt? Dat is zijn werk.
[medeverdachte 2] : Heel speciaal plaatsje erin. Ideaal. Hij mag in [plaats] niet teveel als
vrouw rondlopen.
A-4110: Hoe kom je aan die lui dan?
[medeverdachte 2] : Omdat ik geld zie in dingen wat andere mensen niet zien. Daarom ben ik zo succesvol.
A-4110: Moet die 80 ruggen ophalen?
[medeverdachte 2] : Ja. [418]
[medeverdachte 2] : Jij herkent hem niet als hij terugkomt.
[medeverdachte 2] : [naam] .
[medeverdachte 2] : [naam] is zijn mannennaam. Hij heeft zich laten ombouwen tot vrouw. [419]
[medeverdachte 2] : Vier ruggen geboden. Drie had ik ze moeten zeggen.
[medeverdachte 2] : Voor het ophalen.
[medeverdachte 2] : Die vuile omgebouwde die moet (niet te verstaan) ophalen.
A-4110: Junk?
[medeverdachte 2] : Ja, zal wel gebruiken.
[medeverdachte 2] : Ach ja. Waar vind je normale mensen die het geld willen ophalen? Die even bij de [naam] dat willen. [420]
A-4110: Maar vertel jij dat die jongen niet?
A-4110: Dat een transgender die kant op
[medeverdachte 2] : Tuurlijk wel.
A-4110: Ik weet het niet hoor.
[medeverdachte 2] : Je moet toch een beslissing maken. Een gewoon gezin kan er ook uitgehaald worden.
[medeverdachte 2] : Het is ook mijn geld.
A-41 10: Toch ook van hem?
[medeverdachte 2] : Ja, ook.
[medeverdachte 2] : Ik maak gewoon een beslissing. Als niemand de knoopt doorhakt doe ik het wel. [421]
[medeverdachte 2] : Hoe sneller we dit regelen hoe eerder het ... (niet te verstaan) geld ook vrij komt.
[medeverdachte 2] : Hoe eerder dat andere geld vrijkomt.
[medeverdachte 2] : Het is allemaal aan elkaar verbonden. [422]
[medeverdachte 2] : Die [verdachte] word ik ook schijtziek van.
[medeverdachte 2] : Hij reageert altijd te langzaam. Hij heeft vijf telefoons, weet ik veel.
[medeverdachte 2] : Ik heb de telefoons ook al geregeld.
[medeverdachte 2] : Zaterdag zijn ze hier.
[medeverdachte 2] : Hij moet zes stuks hebben. [423]
A-4110: Waar gaan we nu heen?
[medeverdachte 2] : Zes uur een afspraak. [424]
A-4110: [adres] toch?
[medeverdachte 2] : Ja. [425]
A-4110: Ga je die vent daar echt heen sturen?
A-4110: Die ladykiller?
[medeverdachte 2] : Ja. tuurlijk.
A-4110: Doet hij dan een pruik op?
[medeverdachte 2] : Ja, tuurlijk heeft hij een pruik op.
[medeverdachte 2] : Make-up. hoge hakken. [426]
Geluid van een telefoon.
[medeverdachte 2] wordt gebeld door [medeverdachte 17] . [medeverdachte 2] spreekt over drie minuten af met [medeverdachte 17] . [427]
Het telefoonnummer van [medeverdachte 17] ( [telefoonnummer] ) staat op naam van [medeverdachte 17] ,
wonende te [adres] te [postcode] [plaats] . [428]
A-4110: Hij gaat mee?
[medeverdachte 2] : Ja, [medeverdachte 17] en die [medeverdachte 18] (het hof begrijpt: [medeverdachte 18] ). [429]
A-4110 is verhoord over de gebeurtenissen op 21 augustus 2019. A-4110 verklaart dat hij
naar de [locatie] is gegaan en daar [medeverdachte 2] heeft ontmoet in gezelschap van twee andere personen. De ene persoon is een junk zonder tanden. De andere een [medeverdachte 18] met de naam [medeverdachte 18] . [medeverdachte 18] heeft een oude blauwe Volkswagen Passat Station. Het kenteken begint met FF. [medeverdachte 2] zegt dat deze personen meegaan om geld te smokkelen. Alle drie hebben ze € 10.000,00 op zak. De junk en [medeverdachte 18] moeten daarnaast € 25.000,00 meenemen (door dit in hun gat te steken). In totaal gaat het om een bedrag van € 80.000,00 dat naar Nederland gesmokkeld moet worden. [430] [medeverdachte 2] vertelt dat de lijn naar Finland al tijden goed gaat. De lijn loopt al 10 jaren goed. [431] [medeverdachte 2] heeft [medeverdachte 18] via de [naam] . Zij gebruiken [medeverdachte 18] om te smokkelen. [432]
Na de ontmoeting rijden A-4110 en [medeverdachte 2] naar de [adres] . Daar ontmoeten ze [medeverdachte 1] .
[medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] gaan wandelen. Na een tijdje komen ze terug. [medeverdachte 2] zegt dat hij
zaterdag geld krijgt van [medeverdachte 1] om de reis naar Finland te kunnen betalen. Het gaat om een
bedrag van € 4.000,00. [433]
24 augustus 2019
Op 24 augustus 2019 vindt een gesprek plaats tussen [medeverdachte 2] en A-4110. Het gesprek dat
plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [434] Uit deze
uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
A-4110: Wat zei [verdachte] ?
[medeverdachte 2] : Even kijken. Hier is die. Stableracer.
[medeverdachte 2] : Zo heet hij. [435]
[medeverdachte 2] : Ironsquirrel is van [medeverdachte 1] . [436]
NNM 1: Wat is jouw naam ook alweer?
[medeverdachte 2] : Avocadocrown. [437]
EncroChat
Op 24 augustus 2019 worden de volgende berichten uitgewisseld via EncroChat, zakelijk
weergegeven:
gesprek tussen [medeverdachte 2] en ironsquirrel ( [medeverdachte 1] )
ironsquirrel: Er komt pap volgende week. Meer dan 80k. [438]
25 augustus 2019
Op 25 augustus 2019 krijgt A-4110 de opdracht om een PGP te kopen. [439] Op 25 augustus 2019 neemt A-4110 contact op met [medeverdachte 2] over de PGP-toestellen. A-4110 gaat die middag naar café [cafe] . Daar ontmoet hij [medeverdachte 2] , [naam] , [medeverdachte 4] en [medeverdachte 1] . [440] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [441] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] : Hij zegt: “oké.’ Ik zeg: “we gaan dat doen van Finland. [klinkt als voorlezen] “Nogmaals die 140 wordt alleen gestuurd als die 50 ruggen er zijn die ik nog moet hebben.
[medeverdachte 2] : Daar pakt hij mij niet mee. Ik heb met hem een afspraak. Toen bij [locatie] . Ik laat ze dit gewoon betalen.
[medeverdachte 2] : Dit is gezegd door [verdachte] .
[medeverdachte 2] : Dit is op een bestaande lijn. [442]
[medeverdachte 2] : Als ik die 140 stuur. Dat is weer geld. [443]
[medeverdachte 2] : Ik zeg 500. Hij ging van 700 uit. Dus dat betekent 140 x 200. Dat is 28
ruggen.
[medeverdachte 2] : Het is klaar. Dit moet erheen. [444]
A-4110 is verhoord over deze ontmoeting. A-4110 koopt ook een PGP. [445] [naam] levert een
PGP aan A-4110. Hij geeft aan dat de abonnementen zijn verlengd. [medeverdachte 2] helpt A-4110
met het installeren van de PGP. De gebruikersnaam van A-4110 is fearlesssoda. [446]
26 augustus 2019
Op 26 augustus 2019 krijgt A-4110 de opdracht om contact te leggen met [medeverdachte 2] . [447]
[medeverdachte 2] en A-4110 spreken af dat ze de volgende dag naar het reisbureau van [naam] gaan om de reis naar Finland te boeken voor [medeverdachte 2] , [medeverdachte 17] en [medeverdachte 18] . [448]
27 augustus 2019
Op 27 augustus 2019 krijgt A-4110 de opdracht om contact met [medeverdachte 2] te houden en
informatie te verkrijgen over de reis naar Finland van [medeverdachte 2] . [449] Op 27 augustus 2019
vindt een ontmoeting plaats tussen [medeverdachte 2] en A-4110. [450] Het gesprek dat plaatsvindt is
opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [451] Uit deze uitwerking komt
onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] : Ik kan die akelige smerige vuile schandknaap niet te pakken krijgen. [452]
[medeverdachte 2] : Ik kan die boot niet boeken als ik die gegevens niet heb. [453]
A-4110: Zoek jij die flikker even op?
[medeverdachte 2] : Moeten we samen doen. Ik heb geen vervoer. [454]
[medeverdachte 2] zegt dat hij bij die flats moet zijn. [455]
[medeverdachte 2] : Zijn auto staat er. [456]
[medeverdachte 2] stapt uit.
[medeverdachte 2] stapt in.
Op de camerabeelden is een briefje te zien met daarop de tekst: [medeverdachte 18] ,
geboren op [geboortedag] 1977. Kenteken [kenteken] .
A-4110: Heb je het kenteken?
[medeverdachte 2] : Ja, alles.
A-4110: Mooi. Nu moet [naam] nog willen.
[medeverdachte 2] : Die wil wel. Dan geef je hem toch 50 euro extra. [457]
[medeverdachte 2] en A-4110 willen naar [naam] . [458]
[medeverdachte 2] heeft er geen zin in om 29 uur onderweg te zijn. [459]
A-4110 is verhoord over deze ontmoeting. A-4110 verklaart dat de reis naar Finland wordt
geboekt bij [naam] reizen. [medeverdachte 2] beschikt echter niet over de gegevens van [medeverdachte 18] .
Hij heeft deze nodig voor het boeken. Uiteindelijk heeft [medeverdachte 2] de gegevens gekregen. A-4110 en [medeverdachte 2] zijn vervolgens naar het reisbureau van [naam] gegaan. [naam] heeft de
bootreis en een hotel geboekt voor drie personen. De boot vertrekt op 28 augustus 2019 te
3
uur. Die avond zijn [medeverdachte 2] . [medeverdachte 17] en [medeverdachte 18] onderweg. [460]
Om 22.43 uur wordt [medeverdachte 2] gebeld door [medeverdachte 14] . Uit de uitwerking van het
opgenomen gesprek komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 14] zegt dat ze te laat vertrokken zijn.
[medeverdachte 2] zegt dat ze mooi op tijd zijn. Dat ze even moeten knallen. 200 met die oude auto.
[medeverdachte 2] zegt dat hij nog een kleine 30 uur moet reizen. [461]
Bakengegevens
[medeverdachte 18] , geboren op [geboortedag] 1977, heeft vanaf 18 juli 2019 een blauwe
Volkswagen Passat met kenteken [kenteken] op naam staan. Dit voertuig wordt voorzien van
een peilbaken. [462] Uit de gegevens van dit peilbaken komt naar voren dat het voertuig op 27
augustus 2019, omstreeks 19.38 nabij de [adres] in [plaats] is. [medeverdachte 2] woont aan de [adres] . Omstreeks 20.44 uur vertrekt het voertuig en passeert deze rond 22.00 uur de Duitse grens. [463] Op 2 september 2019, omstreeks 0.51 uur rijdt het voertuig Nederland weer in. [464] Rond 1.57 uur staat het voertuig stil nabij de [adres] te [plaats] . [465]
28 augustus 2019
Op 28 augustus 2019 te 14.46 uur wordt [medeverdachte 2] gebeld door [medeverdachte 14] . Uit de uitwerking
van het opgenomen gesprek komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] zit op de boot en heeft soms heel even bereik. Hij komt morgen om 9 uur
aan en heeft (niet te verstaan) vrijdagmiddag een afspraak. [466]
Op 28 augustus 2019 te 18.59 uur wordt [naam] ( [telefoonnummer] ) gebeld door [naam]
Uit de uitwerking van het opgenomen gesprek komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[naam] : Hoe is het met mijn katjes? Morgenochtend om 9.00 uur komen we aan. We
konden niet eerder bellen omdat we op open zee voeren.
Op de achtergrond is [medeverdachte 17] te horen. [medeverdachte 17] komt aan de lijn. [medeverdachte 17] is
morgen aan wal. [467]
29 augustus 2019
Op 29 augustus 2019 te 11.30 uur wordt [medeverdachte 2] gebeld door een man die gebruik maakt van telefoonnummer [telefoonnummer] . Uit de uitwerking van het opgenomen gesprek komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] : Ik ben niet in Nederland.
[medeverdachte 2] zegt dat hij volgende week terugkomt. [468]
Om 12.54 uur wordt [medeverdachte 2] gebeld door [medeverdachte 14] . Uit de uitwerking van het opgenomen
gesprek komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] : Ik ben net 5 minuten in het hotel. Ik ben nu net in [plaats] . [469]
[naam]
Op het [adres] te [postcode] [plaats] is de eenmanszaak [naam] gevestigd. Deze eenmanszaak is een reisbureau en pakkettendienst. De eigenaar van de eenmanszaak is
[naam] , geboren op [geboortedag] 1961. [470]
[naam] heeft een ondernemersrekening. Dit betreft bankrekening nummer [naam] . Te zien is dat in totaal € 552.012,13 wordt overgeboekt naar creditcardrekening [naam] . [471] Uit de gegevens van de creditcard blijkt dat op 27 augustus 2019 een transactie heeft plaatsgevonden in relatie tot Direct Ferries Limited. Dit is een bedrijf dat onder meer overtochten aanbied naar [plaats] .
Op 29 augustus 2019 vindt een transactie plaats in relatie tot GLO Hotellit Oy [plaats] . [472]
Op 7 september 2020 is [naam] door de politie verhoord. [473] [naam] verklaart dat men hem
[naam] noemt. Hij heeft een reisbureau in [plaats] op het [adres] . [474] Aan [naam] wordt voorgehouden dat [medeverdachte 2] , [medeverdachte 18] en [medeverdachte 17] een bootreis hebben geboekt van Travemünde naar [plaats] en weer terug. Zij verbleven in het GLO Hotel in [plaats] . [naam] verklaart dat hij deze reis voor hen heeft geboekt. A-4110 was aanwezig bij het boeken, samen met [medeverdachte 2] . [475] [medeverdachte 2] heeft de reis naar [plaats] geregeld. Hij vroeg aan [naam] om de overtocht van Duitsland naar [plaats] te regelen. [medeverdachte 2] regelde ook de tickets voor [medeverdachte 18] en [medeverdachte 17] . [476]
Uit het reserveringssysteem van Finnlines komt naar voren dat voor de bootreis [plaats]
Travemünde van 31 augustus 2019, met vertrektijd 17.00 uur, onder meer de volgende
reservering is gedaan:
[medeverdachte 2] , geboren op [geboortedag] 1970:
[medeverdachte 18] , geboren op [geboortedag] 1977;
[medeverdachte 17] , geboren op [geboortedag] 1969.
Voertuig: Volkswagen Passat, kenteken [kenteken] . [477]
Verklaring [medeverdachte 17]
Op 18 maart 2020 wordt [medeverdachte 17] door de politie verhoord. [478] Aan [medeverdachte 17] wordt
voorgehouden dat hij op 27 augustus 2019 met [medeverdachte 2] en [medeverdachte 18] naar
Duitsland rijdt. Ze pakken in Travemünde de veerboot naar [plaats] en komen daar op 29
augustus omstreeks 9.00 uur aan. Op 31 augustus 2019 pakken ze de boot weer terug. Ze
komen de volgende avond (1 september 2019) aan in Travemünde en zijn in de nacht (2
september 2019) weer terug in Nederland. [medeverdachte 17] verklaart dat hij deze reis heeft
gemaakt. [479]
Verklaring [medeverdachte 18]Op 25 mei 2020 wordt [medeverdachte 18] door de politie verhoord. [480] [medeverdachte 18] verklaart dat ze
[medeverdachte 18] wordt genoemd. [481] [medeverdachte 18] is een transgender. [482] [medeverdachte 18] heeft een Volkswagen Passat. [483] [medeverdachte 18] verklaart dat ze vorig jaar in [plaats] is geweest met [medeverdachte 2] en [medeverdachte 17] . [484] [medeverdachte 2] heeft [medeverdachte 18] voor deze reis uitgenodigd. Ze reisden met de auto van [medeverdachte 18] naar Duitsland, naar de boot. Ze verbleven in een hotel in [plaats] . [485] [medeverdachte 18] wist voor de bootreis al dat ze geld moest ophalen. [486]
Aan [medeverdachte 18] wordt voorgehouden dat zij op 27 augustus 2019 met [medeverdachte 2] en [medeverdachte 17]
naar Duitsland rijdt, in Travemünde de veerboot naar [plaats] pakt en op 29 augustus 2019
om ongeveer 09:00 uur ‘s ochtends aankomt. Op 31 augustus 2019 pakken ze de boot terug.
Op 1 september 2019 komen ze aan in Travemünde. Op 2 september 2019 zijn ze weer in
[plaats] . [medeverdachte 18] verklaart dat dit klopt. Tijdens de reis is er briefgeld vervoerd. [487]
[medeverdachte 17] en [medeverdachte 18] moesten het meeste geld meenemen. [488] [medeverdachte 2] wilde dat [medeverdachte 17] en [medeverdachte 18] het geld anaal binnenbrachten. € 30.000 euro van het totale bedrag konden ze bij zich houden. De rest moesten ze wegstouwen. [489] [medeverdachte 2] had € 10.000,- bij zich. [medeverdachte 18] en [medeverdachte 17] de rest. [490] [medeverdachte 18] heeft het geld in haar tas gedaan. gedeeltelijk in haar ondergoed en in haar schoenen. Ook hebben [medeverdachte 18] en [medeverdachte 17] een gedeelte van het geld anaal ingebracht. Dit lukte niet. [medeverdachte 18] heeft het geld toen in haar schoenen en ondergoed gedaan en her en der wat op het lichaam. Het geld was verstopt. [491]
In Nederland rijden ze naar een huis in de buurt van [adres] . Op de weg laadt [medeverdachte 18]
het geld uit. [492] In het huis waren [medeverdachte 2] , [medeverdachte 17] en een man aanwezig. [medeverdachte 18] heeft
€ 1.000.00 voor het vervoer gekregen. [493]
Op 24 augustus 2020 is [medeverdachte 18] opnieuw door de politie verhoord. [494] Over de reis naar
Finland verklaart [medeverdachte 18] dat het hotel in [plaats] was. [medeverdachte 2] had daar een afspraak met iemand. Na de afspraak had [medeverdachte 2] geld. [495] [medeverdachte 2] vertelde dat het geld terug moest naar Nederland. [496] [medeverdachte 17] en [medeverdachte 18] moesten het geld anaal inbrengen. Ze hebben dit ook geprobeerd, maar het lukte niet. Ze hebben het toen anders gedaan. [497] Het geld is afgegeven aan een man in [plaats] . Het geld is toen geteld. [498] [medeverdachte 2] en de man telden het geld.
2 september 2019
Op 2 september 2019 is [medeverdachte 2] terug in Nederland. [medeverdachte 2] en A-4110 spreken met elkaar af. [499] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is
uitgewerkt. [500] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk
weergegeven:
[medeverdachte 2] : Nooit meer op die stinkboot.
[medeverdachte 2] : Midden in de nacht nog. Naar die aap toe.
A-4110: Heb je daar geld ingeleverd?
[medeverdachte 2] : Ja.
[medeverdachte 2] : 78. [501]
[medeverdachte 2] : Dit is voor die 140.
A-4110: Gaat die weg?
[medeverdachte 2] : Binnen twee weken moet het klaar zijn. [502]
[medeverdachte 2] : Nou moeten we de jongens hebben die het willen pompen. Dat zijn de
Turken, de Ieren en [verdachte] . [503]
A-4110: Denk je dat [medeverdachte 15] wil?
[medeverdachte 2] : [medeverdachte 15] wil wel. [504]
A-4110: Hebben jullie het nog wel leuk gehad?
[medeverdachte 2] : Nou wat leuk. Die liep daar wat te janken over zijn reet.
A-4l10: Wie?
[medeverdachte 2] : Die [medeverdachte 17] .
A-4110: Had hij hem vol?
[medeverdachte 2] : Ja.
A-4110: Wat waren het dan?
[medeverdachte 2] : Vijftigjes.
[medeverdachte 2] : Rolletjes. Die andere. Die homo. Die zeurt niet zoveel. Die had er wel zo'n
staaf in.
[medeverdachte 2] : [medeverdachte 17] hou op met janken en neem een voorbeeld aan hem.
[medeverdachte 2] : Hij bloedde als een rund.
A-4110: Zat het er al in toen hij op de boot kwam?
[medeverdachte 2] : Ja.
A-4110: Tot aan Duitsland toe?
[medeverdachte 2] : Ja.
A-4110: Waar hebben ze het uitgescheten dan?
[medeverdachte 2] : Hier.
[medeverdachte 2] : Mocht niet eerder van mij. [505]
A-4110: Als je er heen gaat met die zonder tanden, zeggen die lui: “niet om aan te zien?”
[medeverdachte 2] : Ze hebben alleen mij gezien. Ik laat [medeverdachte 17] en [medeverdachte 18] toch niet zien. [506]
A-4110 is verhoord over deze ontmoeting. A-4110 verklaart dat hij en [medeverdachte 2] hebben
gesproken over de reis naar Finland. [medeverdachte 2] vertelt dat [medeverdachte 18] en [medeverdachte 17] beiden een
buis in hun reet hadden gestopt. [medeverdachte 18] en [medeverdachte 17] hebben geld in hun reet gestopt. De
kont van tandeloze [medeverdachte 17] bloedde. Ze hebben in totaal een bedrag van € 78.000,00
meegenomen vanuit Finland naar [plaats] . [507]
Uit een OVC opname in de woning van A-4110 op 20 september 2019 blijkt dat [medeverdachte 2] zegt: “Ik weet niet hoe laat die Fin morgen komt.” [508]
Uit de passagierslijst van Vantaa Finland naar [plaats] Nederland blijkt dat [medeverdachte 3] 's aankomsttijd in Nederland 21 september 2019 om 19.50 uur is en dat er een retourvlucht is geboekt voor 24 september 2019 om 07.00 uur. [509]
Op 21 september 2019 belt [medeverdachte 1] met [medeverdachte 3] .
[medeverdachte 1] gaat [medeverdachte 3] eerst bellen. Telefoon geluid inkomend gesprek (19.47) Alleen zijde [medeverdachte 1] te horen, zegt: [medeverdachte 3] , [medeverdachte 3] , [medeverdachte 3] , what happening, what happening, brother, brother, listen, listen, i am not even home yet, we can do two things, or you wait, or you take a hotel and i will come tomorrow morning, is that ok for you, sorry, one hour and then one hour to drive still, if you take one hotel. then tomorrow
vervolg telefoongesprek (alleen zijde [medeverdachte 1] te horen).
[medeverdachte 1] : Tomorrow eleven o’clock and i can stay all day with you, yes, for me its better. i am fucking tired, yes, yes, like last time, on the airport, ok, ntv, see you tomorrow, at 11 clock, oke, bro, thank you, see you tomorrow, bye bye, ciao, (einde gesprek 19.49) [510]
[medeverdachte 1] zegt dat er een last van zijn schouder valt, zegt dat hij hem morgen ophaalt. [511]
Twee dagen later op 24 september 2019 vindt een overleg plaats tussen [medeverdachte 4] , [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] , waarin geklaagd wordt dat er te weinig geld is binnengekomen. In dit gesprek wordt onder meer gezegd:
[medeverdachte 1] : Van die zeven en twintig duizend (27.000) krijg je nog steeds van die
kleine (ntv) (…)
[medeverdachte 1] : We zullen toch geld moeten hebben…ntv… investeren..We zullen toch, we zullen toch iets moeten doen. (...) Dan moet ik weer iemand sturen gaan halen
[medeverdachte 2] : ( ... ) En... hij zorgt dat dat geld, euh... van die deal die we
ervoor hebben, die zit er ook bij in OF ik krijg die euh, euh (ntv) oktober. Dat is het verhaal.
[medeverdachte 4] : Van wie krijgen we die 19 oktober? Van [medeverdachte 3] (fon)? Want euh [medeverdachte 3] (fon) geloof ik op zijn woord niet meer. [512]
Op 16 oktober 2019 komt A-4110 [medeverdachte 2] tegen op [adres] . [513] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [514] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] : [verdachte] heeft gereageerd.
[medeverdachte 2] : Hij moet die vijf ruggen hebben. Dan moet hij even wachten. [515]
A-4110 is verhoord over deze ontmoeting. [516] A-4110 verklaart dat [medeverdachte 2] [verdachte] heeft gesproken. [medeverdachte 2] laat zijn PGP-telefoon zien. De berichten zijn afkomstig van
stableracer. Dit is de naam die [verdachte] gebruikt. In het gesprek tussen [medeverdachte 2] en [verdachte] geeft [verdachte] aan dat hij nog geld moet krijgen. A-4110 weet dat [verdachte] nog € 5.000,00 zou krijgen. [517]
Onderzoek naar de telefoon van [medeverdachte 3] wijst uit dat op 20 oktober 2019 er weer contact was tussen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] . Zowel op 19 als 20 oktober 2019 werd verbinding gemaakt met routers die allemaal uit kwamen bij [locatie] te [plaats] (het hof begrijpt: in België). Er kwam vanuit het telefoonnummer dat in gebruik is bij de verdachte [medeverdachte 1] het volgende bericht binnen: 'Were are you bro" Geantwoord werd: bro I am at hotel.
[medeverdachte 3] geeft op 20 oktober 2019 aan dat [medeverdachte 1] de volgende dag om 14:00 moet komen omdat hij om 15:00 uur naar het vliegveld gaat. [518]
Op 21 oktober 2019 bezoekt [medeverdachte 2] de woning van A-4110. [519] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [520] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] : Twee uur hebben we een afspraak. [521]
A-4110: Waar?
[medeverdachte 2] : [locatie] .
[medeverdachte 2] : (niet te verstaan) centjes.
[medeverdachte 2] : Als het goed is zijn er weer centjes. [522]
A-4110: Want [verdachte] heeft ook nog niks verdiend.
[medeverdachte 2] : Nee. [523]
[medeverdachte 2] : "Doe maar vier uur" zegt hij.
A-4110: Oké, het wordt later. [524]
[medeverdachte 2] : ja, om 4 uur hebben we die afspraak. [525]
[medeverdachte 2] en A-4110 verlaten de woning. [526]
A-4110 is verhoord over deze ontmoeting. [527] A-4110 verklaart dat hij en [medeverdachte 2] om 14.00 uur een afspraak hebben in de [locatie] in verband met binnengekomen geld uit het Finland-transport. De afspraak wordt echter verplaatst naar 16.00 uur. Omstreeks dit tijdstip rijdt A-4110 met [medeverdachte 2] naar de [locatie] . [528]
In de [locatie] vindt een ontmoeting plaats tussen A-4110, [medeverdachte 2] , [medeverdachte 4] en [medeverdachte 1] . [529] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [530] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] komt er bij zitten. [medeverdachte 5] zegt dat [medeverdachte 2] er netjes uit ziet. Mannen begroeten elkaar. [medeverdachte 4] bestelt een Spa Blauw. [531]
[medeverdachte 2] : [medeverdachte 1] is weer te laat
A-4110: Wat?
[medeverdachte 2] : [medeverdachte 1] is weer te laat [532]
Geschuif en gerommel met stoelen te horen. Krakende deur.
[medeverdachte 1] komt er bij zitten. [533]
[medeverdachte 4] : Laten we dat andere maar snel gaan opbouwen.
[medeverdachte 4] : Hebben we tenminste een beetje geld in de zakken.
[medeverdachte 2] : Hoeveel ligt er dan?
[medeverdachte 4] : Misschien wel een ton. [534]
[medeverdachte 2] : Is jouw schuld he!? Ja, (lacht), het is jouw schuld!
[medeverdachte 1] : Hij doet het altijd. En het ging altijd goed, maar nu want ik zit ermee in mijn maag. Want ze kennen het niet kwijt op een of andere manier. En ik zeg, het is goed spul hoor!
[medeverdachte 2] : Ja het spul is goed.
[medeverdachte 1] : En ze kennen het niet kwijt. lk snap niet wat het probleem ook is. Ze willen het wel gebruiken. Want er zitten, anders zitten er 100.000, 200.000... ntv.
[medeverdachte 4] : Maar hoe kan het dat ze het niet kwijt kunnen? Want kijk, ze hebben winst afgedwongen.
[medeverdachte 1] : jaha
[medeverdachte 4] : Dus ze moeten minimaal deze prijs aangeven, snap je?
[medeverdachte 2] : Ja, ja.
[medeverdachte 4] : Das logisch. Als je de winst al hebt aangenomen, dan moet je minimaal jouw prijs hanteren.
A-4110: ja
[medeverdachte 2] : Om nog uit, om nog uit de kosten te komen ja. [535]
[medeverdachte 1] : (niet te verstaan) over twee weekjes een andere komst. [536]
[medeverdachte 2] : Wat?
[medeverdachte 1] : Over twee weken de rest. Hoeveel krijgen we dan nog?
[medeverdachte 2] : Hij nog 45.
[medeverdachte 1] : Hij krijgt nog 45?
[medeverdachte 2] : Ja.
[medeverdachte 1] : Dus dan krijgt hij 35. Dan moeten we dat afhalen van die ton.
[medeverdachte 4] : Wat we op gaan halen.
[medeverdachte 2] : Wanneer haal je het op?
[medeverdachte 1] : Volgende week.
[medeverdachte 1] : Die kosten gaan bij … (niet te verstaan) ga ik niet weer doen.
[medeverdachte 4] : Nee, dat moeten zij gewoon zelf betalen. Die kosten.
[medeverdachte 1] : Dat kan niet.
[medeverdachte 2] : Dan betalen we het zelf wel.
[medeverdachte 1] : Dat moet wel … (niet te verstaan) vorige keer hebben zij betaald.
[medeverdachte 4] : Ja, maar … (niet te verstaan) dat hebben we afgesproken toch?
[medeverdachte 1] : Nee, dit hebben wij gemaakt. We zouden het gelijk … (niet te verstaan) TP gaan doen.
[medeverdachte 1] : … (niet te verstaan) TP.
[medeverdachte 4] : Zo ja, oké. [537]
[medeverdachte 1] : Nou, ik geef jou eeh
[medeverdachte 2] : Nou! Jij bent rotzooi aan het...(ntv)jongen, jongen
Opm: Er wordt gelachen
[medeverdachte 2] : wat een rotzooi geld
[medeverdachte 4] : Broer! Het zijn gewoon 50-jes
[medeverdachte 2] : nee, maar rotzooi geld toch?
[medeverdachte 4] : Een rooitje! Wat moeten we anders hebben? Wat wil je anders hebben?
[medeverdachte 1] : ja
[medeverdachte 4] : 2 briefjes van 500? Nou, dan krijg je niks
Opm: Geritsel
[medeverdachte 1] : Hé eeh, dus dan hadden we, jij hebt..(ntv) en jij hebt ook..(ntu)
[medeverdachte 2] : Nou, dan kunnen we een deur open trappen vriend
Opm: Er wordt gelachen
[medeverdachte 2] : Kunnen we een deur open trappen...(ntv) hé feest! [538]
A-4110:hoeveel?
[medeverdachte 2] : 11
A-4110: wat?
[medeverdachte 2] : 11 duizend
A-4110: 11?
[medeverdachte 2] : ja
(...)
Inkomend telefonisch bericht.
A-4110: [verdachte] dan?
[medeverdachte 2] : ja, [verdachte] is aan het schreeuwen.
A-4110: he?
[medeverdachte 2] : [verdachte] gaat schreeuwen.(…)
[medeverdachte 1] : Over twee weken is de rest (niet te verstaan). Dan is het klaar.
[medeverdachte 1] : Tenminste, dat wordt mij verteld. [539]
[medeverdachte 1] : Komt een ton binnen. [540]
[medeverdachte 2] : Nou, wat heb ik verdiend. Nou, nou.
[medeverdachte 2] : Ik heb 180 krediet genomen. Ik heb alleen maar gezeik.
[medeverdachte 1] : Kijk, je hebt niet in één keer 60.000 in de hand zitten. Je krijgt een keer 10, een vijf, een keer, een keer vijf, en dat maak je zo op.
[medeverdachte 4] : Het hoort in één keer te komen.
[medeverdachte 4] : (niet te verstaan) alles weg.
[medeverdachte 1] : Ik weet het.
[medeverdachte 1] : Dan was ik niet in deze auto geweest. had een Maserati geweest.
[medeverdachte 2] : Heb je gevraagd of hij grammetjes verkoopt op straat?
[medeverdachte 1] : Ik denk (niet te verstaan) kilo (niet te verstaan) koopt.
[medeverdachte 4] : Een halve kilo per week.
[medeverdachte 1] : Ik kan niet anders bedenken waarom … Ze zitten ons niet te verneuken. Dat geloof ik niet. [541]
[medeverdachte 4] : Ik zit even te denken wat een goed idee is. Om te sturen.
[medeverdachte 1] : (niet te verstaan) stuur.
[medeverdachte 2] : Ga jij maar. Ik ga niet meer. [542]
[medeverdachte 4] : Laten we er rust over proberen na te denken.
[medeverdachte 1] : We hebben nog een week. [543]
[medeverdachte 1] : Hoeveel zijn we kwijt (niet te verstaan).
[medeverdachte 2] : Acht ruggen.
[medeverdachte 1] : Veel.
[medeverdachte 4] : Anders ben je ook vier …
[medeverdachte 2] : En heb je risico …
[medeverdachte 4] : Nee, ik denk wel iets meer dan vier.
[medeverdachte 1] : Vier en (niet te verstaan) Ik geef hem wel drie (niet te verstaan).
[medeverdachte 4] : Drie en bijna tweeëneenhalf aan onkosten.
[medeverdachte 1] : Ja, daarom.
[medeverdachte 1] : Wat moet er met die auto?
[medeverdachte 2] : Kan je het niet in die banden (niet te verstaan) proppen?
[medeverdachte 1] : Heel moeilijk. Ik kan een hoop in mijn reet stoppen net als die [medeverdachte 18] , maar toch doe ik het liever niet. [544]
[medeverdachte 2] : Wil jij het ophalen? Vier ruggen?
A-4110: Vier ruggen maar?
A-4110: (niet te verstaan) met mijn auto zeker?
[medeverdachte 2] : Wil jij het ophalen?
A-4110: Nee … (niet te verstaan). [545]
A-4110 is verhoord over deze ontmoeting. [546] A-4110 verklaart dat ze die middag rond 14.00 uur naar de [locatie] zouden gaan in verband met het geld wat vanuit het Finland transport binnengekomen zou zijn. De afspraak werd verplaatst naar 16.00 uur die middag. A-4110 verklaart dat er nog is gesproken over het Finland traject en dat dit voor geen meter loopt. Er wordt te weinig geld gemaakt met de verkoop van het eerdere transport. Daarom blijft het geld ook achter. Ze verkopen daar in Finland gewoon te weinig speed, waardoor er elke keer geld te weinig is. Nu bleek ook weer dat er minder geld was binnengekomen dan dat zij dachten. Tijdens het gesprek haalde [medeverdachte 1] een envelop tevoorschijn en gaf die aan [medeverdachte 2] . [medeverdachte 2] telde daar terplekke het geld uit. Er zat 11.000 euro in. Hiervan is er 5000 aan de zoon van [medeverdachte 2] gegeven, 5000 aan A-4110 en [medeverdachte 2] haalde er zelf 1000 vanaf. De envelop waar het geld in zat heeft A-4110 meegenomen en aan de WOD begeleiding overhandigd. Dit hele geldbedrag van 11.000 euro zal wel naar [verdachte] moeten. [547]
Nadat [medeverdachte 4] en [medeverdachte 1] de [locatie] verlaten hebben voert A-4110 nog een gesprek met [medeverdachte 2] . [548] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [549] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] : Stelletje pannenkoeken of niet?
A-4110: Hebben ze helemaal niks verkocht?
[medeverdachte 2] : 164.
A-4110: En geld is er niet?
[medeverdachte 2] : Nee, maar komt wel.
A-4110: Schiet niks op.
[medeverdachte 2] : Beetje schijtziek van. Van die ander staat ook nog 100 open. Bijna 200.
A-4110: Moet je wel ophalen.
[medeverdachte 2] : Ga jij dat doen?
A-4110: Haal ik zo op.
[medeverdachte 2] : Mag wel, kan je vier ruggen verdienen.
[medeverdachte 2] : Moet je uit [plaats] ophalen. [550]
A-4110: Over een half jaar hebben we het nog niet.
[medeverdachte 2] : Een pannenkoekenorganisatie. Echt waar. Ik zei tegen hem: "wat zijn jullie? Grammetjesdealers of zo? [551]
A-4110: [verdachte] is het hier toch niet mee eens.
[medeverdachte 2] : Hij kan het weer zelf betalen. Van die ton. Schiet lekker op.
A-4110: Moeten jullie dat zelf geven? Jullie geld moet je zelf voorschieten?
[medeverdachte 2] : Die ton, ja. Met wat die andere mensen hebben gaan we nu die andere mee betalen. Dat is transport. [552]
A-4110: Mijn geld?
[medeverdachte 2] : Nee, ik heb hem 5.000 gegeven en jou ook vijf hè?
A-4110: Van wie is dat geld dat [verdachte] niet heeft?
A-4110: Moet die vent niks hebben?
[medeverdachte 2] : Ja (niet te verstaan) die is er niet. [553]
[medeverdachte 2] : Stelletje pannenkoeken zijn het hoor. Ik erger me er kapot aan. [554]
A-4110: Ze lopen allemaal trots met zo'n hesje aan maar ze zijn …
[medeverdachte 2] : Ze kunnen 10 keer niks. [555]
Forensisch onderzoek naar de envelop
De envelop met geld die [medeverdachte 2] in bewaring geeft bij A-4110 is nader onderzocht. Hieruit blijkt dat in de envelop 60 biljetten van € 50,- zaten, tezamen € 3.000,-. Er werd dactyloscopisch en DNA onderzoek verricht aan de envelop. Bij dit onderzoek werden dactyloscopsische sporen aangetroffen die konden worden geïndividualiseerd op [medeverdachte 1] . Ook werden DNA sporen aangetroffen die matchten met [medeverdachte 1] . Op de envelop staat handgeschreven: 'down payment for [merk] road glide'. [556]
Op 28 oktober 2019 wordt een envelop met daarop de tekst
"down payment for [merk] Road Glide"in beslag genomen onder goednummer PL0100-2018272979-1201442. [557] De envelop wordt voorzien van SIN AANI8279NL. [558]
Dactyloscopisch onderzoek
Op de buitenzijde van de envelop worden dactyloscopische sporen aangetroffen. [559] Van deze dactyloscopische sporen worden foto's gemaakt. Deze foto's worden respectievelijk voorzien van SIN AANO3139NL, AANO3140NL, AANO3147NL en AANO3148NL. [560]
Spoor AANO3139NL is te herleiden naar de linker ringvinger (310000560934) van [medeverdachte 1] , geboren op [geboortedag] 1965 te [geboorteplaats] . [561] Uit het verrichte dactyloscopisch onderzoek blijkt dat zowel een zeer grote mate van overeenkomst is geconstateerd als de afwezigheid van onverklaarbare dactyloscopische verschillen tussen spoor 09180319004508400 en de afbeelding van de linker ringvinger van [medeverdachte 1] geregistreerd onder biometrienummer 310000560934. Deze bevindingen liggen geheel in de lijn der verwachting wanneer het spoor van de donor afkomstig is. De kans om deze mate van overeenkomst aan te treffen bij een willekeurig ander persoon is verwaarloosbaar klein. [562]
Spoor AANO3140NL is te herleiden naar de linker pink (310000560934) van [medeverdachte 1] , geboren op [geboortedag] 1965 te [geboorteplaats] . [563] Uit het onderzoek blijkt dat zowel een zeer grote mate van overeenkomst is geconstateerd als de afwezigheid van onverklaarbare dactyloscopische verschillen tussen het spoor en de afbeelding van de linker pink van [medeverdachte 1] geregistreerd onder biometrienummer 310000560934. Deze bevindingen liggen geheel in de lijn der verwachting wanneer het spoor van de donor afkomstig is. De kans om deze mate van overeenkomst aan te treffen bij een willekeurig ander persoon is verwaarloosbaar klein. [564]
Spoor AANO3147NL is te herleiden naar de linker duim (310000560934) van [medeverdachte 1] , geboren op [geboortedag] 1965 te [geboorteplaats] . [565] Uit het dactyloscopisch onderzoek blijkt dat zowel een zeer grote mate van overeenkomst is geconstateerd als de afwezigheid van onverklaarbare dactyloscopische verschillen tussen het spoor en de afbeelding van de linker duim van [medeverdachte 1] geregistreerd onder biometrienummer 310000560934. Deze bevindingen liggen geheel in de lijn der verwachting wanneer het spoor van de donor afkomstig is. De kans om deze mate van overeenkomst aan te treffen bij een willekeurig ander persoon is verwaarloosbaar klein. [566]
Spoor AANO3148NL is te herleiden naar de linker duim (310000560934) van [medeverdachte 1] , geboren op [geboortedag] 1965 te [geboorteplaats] . [567] Uit het dactyloscopisch onderzoek blijkt dat zowel een zeer grote mate van overeenkomst is geconstateerd als de afwezigheid van onverklaarbare dactyloscopische verschillen tussen het spoor en de afbeelding van de linkerduim van [medeverdachte 1] geregistreerd onder biometrienummer 310000560934. Deze bevindingen liggen geheel in de lijn der verwachting wanneer het spoor van de donor afkomstig is. De kans om deze mate van overeenkomst aan te treffen bij een willekeurig ander persoon is verwaarloosbaar klein. [568]
DNA-onderzoek
Op de buitenzijde van de envelop worden dactyloscopische sporen aangetroffen. [569] Deze sporen worden respectievelijk voorzien van SIN AANI8279NL#D01 tot en met SIN AANI8279NL#D18. [570] Het dactyloscopisch spoor met SIN AANI8279NL#D13, veiliggesteld als AANI8279NL#13, bevat DNA dat afkomstig kan zijn van [medeverdachte 1] . De matchkans van het DNA-profiel is kleiner dan één op één miljard. [571]
30 oktober 2019
Op 30 oktober 2019 krijgt A-4110 de opdracht om informatie in te winnen over de handel in verdovende middelen van [medeverdachte 2] en eventuele anderen. [572] Diezelfde dag spreken A-4110 en [medeverdachte 2] met elkaar naar [verdachte] te gaan. [medeverdachte 2] geeft aan dat ze de papieren die avond bij [verdachte] door de brievenbus moeten gooien. Omstreeks 19.15 uur haalt A-4110 [medeverdachte 2] op. A-4110 en [medeverdachte 2] rijden vervolgens naar de woning van [verdachte] in [pleegplaats] . [medeverdachte 2] gooit een envelop met geld door de brievenbus van de woning. In deze envelop zit € 5.000,00. [573] Een deel van dit geld komt bij de zoon van [medeverdachte 2] vandaan. Een ander deel uit de envelop van A-4110. [574]
[medeverdachte 2] vertelt tegen A-4110 dat er meer geld komt. [medeverdachte 2] vertelt dat er wel € 100.000,00 uit Finland komt. [575]
Mastgegevens
Op 30 oktober 2019 te 19.44 uur straalt het Encro-toestel van A-4110 een mast aan in [plaats] . Deze mast zendt tevens in de richting van [pleegplaats] . [576]
Camerabeelden
Aan de buitenzijde van de woning op het adres [adres] te [pleegplaats] hangen camera's. Camera 2 geeft zicht op de [adres] . [577] Op 30 oktober 2019 te 19.46 uur is op de camerabeelden van camera 2 te zien dat een voertuig de oprit van de [adres] half oprijdt. De bijrijder stapt uit en heeft iets rechthoekigs in zijn rechterhand vast. Omstreeks 19.47 uur loopt de bijrijder weer terug naar de auto. De bijrijder heeft voornoemd voorwerp niet meer in zijn rechterhand. De auto vertrekt met de bijrijder. [578]
Om 22.12 uur komt [verdachte] bij de woning. [579]
Bezoek aan [naam]
Op 4 november 2019 bezoekt A-4110 [naam] Reizen op het Vliet in [plaats] . [naam] (het hof begrijpt: S. [naam] ) vertelt aan A-4110 dat [medeverdachte 2] een vriend gestuurd had. Deze jongen heeft dezelfde route genomen als [medeverdachte 2] met zijn gevolg (het hof begrijpt: [medeverdachte 18] en [medeverdachte 17] ). De naam van de jongen is [naam] . [580] heeft voor [naam] een ferry geboekt voor een reis van Travemünde naar Finland. [naam] heeft vorige week bij [naam] geboekt en is nu al in Finland. [581]
Boekingsgegevens
Op het adres [adres] te [plaats] bevindt zich een reisbureau, genaamd [naam] Reizen. De eigenaar van deze eenmanszaak is [naam] , geboren op [geboortedag] 1961. [582] [naam] heeft een ondernemersrekening met bankrekeningnummer [rekeningnummer] op zijn naam staan. [naam] heeft daarnaast een creditcardrekening met nummer [rekeningnummer] . [583]
Op 30 oktober 2019 en 2 november 2019 wordt vanaf de creditcardrekening respectievelijk € 721,98 en € 765,98 overgeboekt naar Finnlines Websales. Finnlines is een rederij die onder andere overtochten aanbiedt van Travemünde naar Finland. [584] De betalingen zijn te linken aan: [naam] , geboren op [geboortedag] 1984 (telefoonnummer [telefoonnummer] ), [naam] , geboren op [geboortedag] 1990, en het voertuig met kenteken [kenteken] . [585]
Uit het reserveringssysteem van Finnlines komt naar voren dat voor [naam] , [naam] en het voertuig met kenteken [kenteken] , de volgende reis is geboekt:
Travemünde - [plaats] op 31 oktober 2019, vertrektijd 3.00 uur;
[plaats] - Travemünde op 3 november 2019, vertrektijd 15.30 uur. [586]
Als contactgegevens zijn ontvangen [naam] , telefoonnummer [telefoonnummer] . [587]
Uit de door [naam] Reizen aangeleverde gegevens komt naar voren dat [naam] en [naam] bij [naam] Reizen onder meer de volgende kosten hebben gemaakt:
Kosten voor de overtocht naar [plaats] en hotelkosten. [588] Kosten voor de overtocht van [plaats] naar Duitsland. [589]
Voor [naam] is een kamer geboekt in het [locatie] 2-4 [plaats] . De incheck is op 1 november 2019. De uitcheck is op 3 november 2019. [590]
Op 1 november 2019 te 15.46 uur vindt via WhatsApp een gesprek plaats tussen [naam] en [naam] , telefoonnummer [telefoonnummer] . [591] Uit dit gesprek blijkt onder meer het volgende, zakelijk weergegeven:
[naam] : Goed aangekomen?
[naam] : Yes. Zou je alvast de terugweg willen regelen voor mij? [592]
[naam] : Ik kan nu even niet in het systeem. Ze zijn bezig met nieuwe software. Zodra ze er klaar mee zijn App ik je. [593]
Telefoonnummer [telefoonnummer] .
Op 13 januari 2020 belt [naam] naar de politie met telefoonnummer [telefoonnummer] . [594] Dit telefoonnummer staat op naam van [naam] , wonende aan de [adres] te [postcode] [plaats] . [595] Op voornoemd adres staat ook [naam] ingeschreven. [596]
Uit de historische verkeersgegevens van telefoonnummer [telefoonnummer] komt naar voren dat het telefoonnummer het meest contact heeft met het telefoonnummer [telefoonnummer] . Dit telefoonnummer staat op naam van [naam] , wonende te [adres] , [postcode] [plaats] . Ook is er veel contact met telefoonnummer [telefoonnummer] , welk nummer eveneens op naam staat van [naam] . [597]
Op 30 oktober 2019 maakt het telefoonnummer [telefoonnummer] tussen 17.32 uur en 19.56 uur een reisbeweging van [plaats] naar [plaats] . Vanaf 30 oktober 2019 te 19.56 uur tot 5 november 2019 te 0.50 uur worden geen masten in Nederland aangestraald. [598]
Tussen 1 november 2019 te 7.41 uur en 3 november 2019 te 14.13 uur maakt het telefoonnummer gebruik van IP-adressen van het Finse telecombedrijf Elisa Oyj. [599]
Tussen 5 november 2019 te 0.50 uur en 1.48 uur maakt het telefoonnummer een reisbeweging van Finsterwolde naar [plaats] . [600]
Tussen 30 oktober 2019 te 19.59 uur en 5 november 2019 te 13.15 uur maakt het telefoonnummer het meest contact met telefoonnummer [telefoonnummer] . Dit telefoonnummer staat op naam van [naam] . [601]
Op 30 oktober 2019 te 16.44 wordt vanaf het telefoonnummer gebeld naar telefoonnummer [telefoonnummer] . Dit telefoonnummer staat op naam van [naam] , de eigenaar van [naam] Reizen. [602]
Telefoonnummer [telefoonnummer]
Op 22 oktober 2019 te 20.14 uur belt [medeverdachte 4] ( [telefoonnummer] ) naar een man die gebruikt maakt van telefoonnummer [telefoonnummer] Uit de uitwerking van het opgenomen gesprek blijkt onder meer het volgende, zakelijk weergegeven:
NNM5 moet het nummer van [naam] naar [medeverdachte 4] sturen. [603]
Op 22 oktober 2019 te 20.15 uur ontvangt het telefoonnummer [telefoonnummer] , in gebruik bij [medeverdachte 4] een sms van telefoonnummer [telefoonnummer] . In deze sms staat het volgende:
Naam: [naam] (het hof begrijpt: [naam] )
Mobiel: [telefoonnummer] . [604]
Het telefoonnummer [telefoonnummer] betreft een prepaid nummer. Uit historische verkeersgegevens blijkt dat er het meest contact is met telefoonnummers die bij [medeverdachte 4] in gebruik zijn. Dit telefoonnummer maakt het meest gebruik van de mast op de locatie [adres] te [postcode] [plaats] . Deze mast zendt in de richting waar ook de woning van [naam] onder valt. [605] Het telefoonnummer [telefoonnummer] reist mee met het telefoonnummer [telefoonnummer] (onder meer op 25 augustus 2019, 31 augustus 2019, 8 september 2019, 10 september 2019, 11 september 2019). [606]
Op 1 november 2019 te 11.23 uur maakt telefoonnummer [telefoonnummer] gebruik van het telecomnetwerk van een Finse provider met code 24412. 244 is de mobile country code en hoort thuis bij Finland. In de periode van 30 oktober 2019 tot en met 5 november 2019 is alleen maar contact geweest met het telefoonnummer [telefoonnummer] in gebruik bij [medeverdachte 4] . Gedurende de opgevraagde periode maakte dit telefoonnummer gebruik van één IMEI-nummer. Dit betreft 013201000131322. [607]
IMEI 013201000131322 gekoppeld aan telefoonnummer [telefoonnummer].
Vanaf 5 november 2019 te 09:56:19 uur wordt het IMEInummer
gekoppeld aan het telefoonnummer [telefoonnummer] . Na 1 november 2019 om 11:23 uur wordt het simkaartje van het telefoonnummer [telefoonnummer] hoogstwaarschijnlijk uit het toestel gehaald en later vervangen door het simkaartje met het telefoonnummer [telefoonnummer] . [608]
Uit onderzoek van de politie volgt dat het prepaid telefoonnummer [telefoonnummer] in de periode van 4 oktober 2019 tot en met 5 november 2019 contact heeft met het telefoonnummer van [medeverdachte 4] ( [telefoonnummer] ). Op 5 november 2019 om 10.55.21 vindt een gesprek plaats tussen deze telefoonnummers waarin door [medeverdachte 4] tegen degene die gebruik maakt van telefoonnummer [telefoonnummer] (het hof begrijpt: [naam] ) wordt gezegd dat hij bij [adres] moet komen. [609]
Telefoon van [naam]
Op 25 augustus 2020 wordt onder [naam] , geboren op [geboortedag] 1990 te [geboorteplaats] een telefoon van het merk iPhone in beslag genomen onder goednummer PL0100-2020233194-1302383. [610]
Op 31 oktober 2019 te 19.34 uur (UTC+1) maakt de telefoon van [naam] verbinding met het Wifi-netwerk van het passagiersschip, de Finnlady. [611]
Op 1 november 2019 worden twee foto's gemaakt op de locatie Katajanokanlaituri 2 te [plaats] , Finland. [612]
Op 2 november 2019 te 11.25 uur (UTC +1) maakt de telefoon van [naam] verbinding met de Wifi van de Burger King in [plaats] .
Tussen 1 november 2019 en 3 november 2019 maakt de telefoon van [naam] in totaal 16 keer contact met het Wifi-netwerk van het Klaus K hotel in [plaats] .
Op 4 november 2019 maakt de telefoon van [naam] tussen 7.29 uur (UTC+1) en 19.42 uur (UTC+1) contact met het Wifi netwerk van het passagiersschip de Finnlady. [613]
Relevante verklaringen [naam] en [naam]
Op 25 augustus 2020 wordt [naam] , geboren op [geboortedag] 1990 te [geboorteplaats] , wonende aan de [adres] te [postcode] [plaats] , door de politie verhoord. [614] [615] heeft een half jaar - van juli 2019 tot eind januari 2020 - een relatie gehad met [naam] . [616] Aan [naam] wordt voorgehouden dat zij in de periode van 30 oktober 2019 tot en met 5 november 2019 een reis heeft gemaakt naar Finland met [naam] . [617] Over deze reis verklaart [naam] dat Ruben een reis naar Finland moest maken en dat hij iets moest ophalen. [naam] werd er voor betaald. [618] heeft de reis geboekt. Hij heeft [naam] meegevraagd. [619] en [naam] zijn met de boot naar Finland gereisd. Op de boot hadden ze een overnachting. Ze zijn twee nachten in [plaats] gebleven. Daarna zijn ze met de boot teruggegaan. Ze hebben op de boot overnacht. [620]
Op 25 augustus 2020 wordt [naam] , geboren op [geboortedag] 1984 te [geboorteplaats] door de politie verhoord. [621] [naam] verklaart dat hij gebruik maakt van het telefoonnummer [telefoonnummer] . [622] [naam] verklaart dat hij in de periode van 30 oktober 2019 tot en met 5 november 2019 een reis heeft gemaakt naar Finland met Finnlines. [naam] heeft deze reis gemaakt met een vriendin. [naam] verklaart dat hij twee dagen in [plaats] is geweest. [623] [naam] heeft de reis zelf geboekt. [624] [naam] is met een [merk] voorzien van kenteken [kenteken] de boot bij Travemünde opgegaan. [625]
Ontmoeting op [adres]
Op 4 november 2019 te 17.12 uur belt [medeverdachte 4] met een man ( [telefoonnummer] ). Het telefoonnummer van deze man staat op naam van [naam] , wonende aan de [adres] te [postcode] [plaats] . [626] [naam] is de broer van de partner van [medeverdachte 4] : [naam] . [627] Uit de uitwerking van het opgenomen telefoongesprek blijkt onder meer het volgende, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 4] : Jij ziet mij morgen.
NNM: Dat is goed. [628]
Op 4 november 2019, omstreeks 19.00 uur, bezoekt [medeverdachte 2] de woning van A-4110. [629] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [630] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] : Bijna een hartaanval.
[medeverdachte 2] : Die man die ophaalt heeft problemen. Krijg de tering! € 140.000,00.
A-4110: Weg?
[medeverdachte 2] : Nee, is al opgelost. [631]
A-4110 is verhoord over de ontmoeting. A-4110 verklaart dat hij met [medeverdachte 2] heeft gesproken over Finland. A-4110 vertelt dat [medeverdachte 2] zich doodschrok omdat het bijna mis was gegaan met € 140.000,00. Uiteindelijk is het opgelost. [632]
Op 5 november 2019 te 3.54 uur wordt [medeverdachte 4] gebeld door [medeverdachte 2] . Uit de uitwerking van het opgenomen telefoongesprek blijkt onder meer het volgende, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] zegt dat hij morgen half 11 bij [medeverdachte 4] is. [633]
Om 10.32 uur wordt [medeverdachte 4] gebeld door een man die gebruik maakt van telefoonnummer [telefoonnummer] (het hof begrijpt: [naam] ). Uit de uitwerking van het opgenomen telefoongesprek blijkt onder meer het volgende, zakelijk weergegeven:
NNM zegt dat hij daar is waar [medeverdachte 4] zei dat hij moest zijn. [medeverdachte 4] is daar nog niet en belt NNM over 5 minuten als hij in de auto zit. Dan zegt hij precies waar. [medeverdachte 4] wordt zo opgehaald door die vriend van hem. [634]
Om 10.45 uur belt [medeverdachte 2] naar [medeverdachte 4] ( [telefoonnummer] ). Uit de uitwerking van het opgenomen telefoongesprek blijkt onder meer het volgende, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] vraagt hoe laat [medeverdachte 4] bij hem is.
[medeverdachte 4] zegt: We komen er nu aan. [635]
Om 10.49 uur wordt [medeverdachte 4] gebeld door [medeverdachte 2] . Uit de uitwerking van het opgenomen telefoongesprek blijkt onder meer het volgende, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] zegt dat [medeverdachte 4] hem gewoon buiten laat wachten. [medeverdachte 2] vraagt wat dat voor streken zijn.
[medeverdachte 1] roept: Loop naar de [locatie] .
[medeverdachte 4] roept: Loop naar de [locatie] godverdomme. Wat zit je nou te janken. Mafkees. [636]
Om 10.55 uur wordt [medeverdachte 4] gebeld door de man die gebruik maakt van telefoonnummer [telefoonnummer] (het hof begrijpt: [naam] ). Uit de uitwerking van het opgenomen telefoongesprek blijkt onder meer het volgende, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 4] zegt dat de man bij [adres] moet komen. In [plaats] . [637]
Om 10.56 uur ontvangt het telefoonnummer [telefoonnummer] , in gebruik bij [medeverdachte 4] , een sms van het telefoonnummer [telefoonnummer] . Dit nummer staat op naam van [naam] . In de sms staat de tekst: Kom je nog langs? [638]
Om 10.57 uur wordt vanaf het telefoonnummer [telefoonnummer] , in gebruik bij [medeverdachte 4] , een sms verzonden naar telefoonnummer [telefoonnummer] . Dit telefoonnummer staat op naam van [naam] , wonende aan de [adres] te [postcode] [plaats] . In de sms staat de tekst, zakelijk weergegeven: Op welk nummer woont [naam] ? [639]
Om 10.58 uur wordt [medeverdachte 4] gebeld door de man met telefoonnummer [telefoonnummer] . Dit nummer staat op naam van [naam] . Uit de uitwerking van het opgenomen telefoongesprek blijkt onder meer het volgende, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 4] vraagt wat het nummer van NNM is.
NNM: 24-7.
[medeverdachte 4] : Oké. Eén minuut. [640]
Om 12.18 uur straalt de telefoon met het telefoonnummer [telefoonnummer] , in gebruik bij [medeverdachte 1] , een mast aan op de locatie [locatie] te [plaats] . [641] Deze mast zendt in de richting van [adres] te [plaats] . [642]
Om 12.22 uur straalt de telefoon met het telefoonnummer [telefoonnummer] , in gebruik bij [medeverdachte 4] , een mast aan op de locatie [locatie] te [plaats] . [643] Deze mast zendt in de richting van [adres] te [plaats] . [644]
Om 12.22 uur straalt de telefoon met het telefoonnummer [telefoonnummer] , in gebruik bij [medeverdachte 2] , een mast aan op de locatie [locatie] te [plaats] . [645] Deze mast zendt in de richting van [adres] te [plaats] . [646]
Om 13.08 uur wordt [medeverdachte 2] gebeld door [medeverdachte 14] . Uit de uitwerking van het opgenomen telefoongesprek blijkt onder meer het volgende, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 14] vraagt waar [medeverdachte 2] is. [medeverdachte 2] zegt dat hij bij [adres] is in [plaats] . [647]
Om 13:55 uur ontvangt het telefoonnummer [telefoonnummer] , in gebruik bij [medeverdachte 4] , een sms van het telefoonnummer [telefoonnummer] , dit nummer staat op naam van [naam] . In de sms staat de tekst:
[medeverdachte 7] dank je wel, ik waardeer het heel erg het komt goed uit???? [648]
Getuigenverklaringen
Op 23 november 2020 is [naam] , geboren op [geboortedag] 1986, wonende aan de [adres] te [postcode] [plaats] , door de politie verhoord. [649] [naam] heeft het afgelopen anderhalf jaar gebruik gemaakt van het telefoonnummer [telefoonnummer] . [naam] woont al zes jaar op [adres] . [650] [medeverdachte 4] is de zwager van [naam] . [651]
€ 34.800,00 naar [verdachte] ( [verdachte] )
Op 6 november 2019 te 16.49 uur wordt [verdachte] gebeld door [medeverdachte 2] . Uit de uitwerking van het opgenomen telefoongesprek blijkt onder meer het volgende, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] : Zeg maar wanneer.
[verdachte] : Het liefst vanavond.
[medeverdachte 2] : Kan het niet morgenvroeg?
[verdachte] : Ja dat kan ook wel.
[medeverdachte 2] : Maak je geen zorgen. Wat ik tegen je zei dat ligt veilig. Dat is geparkeerd. [652]
Op 7 november 2019 te 12.56 uur belt [medeverdachte 2] naar [verdachte] . Uit de uitwerking van het opgenomen telefoongesprek blijkt onder meer het volgende, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] : Het wordt wat later. Ik kom wel naar jou toe.
[verdachte] : Ik zit hier nu een half uur te wachten.
[verdachte] : Laat me als het kan even weten. Ik rij nu weer weg.
[medeverdachte 2] : Ik kom naar jou toe.
[verdachte] : Eerst bellen. [653]
Om 20.09 uur belt [medeverdachte 2] naar [verdachte] . Uit de uitwerking van het opgenomen telefoongesprek blijkt onder meer het volgende, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] vraagt of ze morgen kunnen doen.
[medeverdachte 2] zegt dat hij morgen bij [verdachte] komt.
[verdachte] vindt dat goed. [654]
Op 8 november 2019 krijgt A-4110 de opdracht om met [medeverdachte 2] mee te gaan naar de ontmoeting met [verdachte] . [655] Diezelfde dag, omstreeks 13.00 uur, haalt A-4110 [medeverdachte 2] op bij zijn woning. [656] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [657] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
A-4110: Waar moeten we heen? [658]
[medeverdachte 2] : Ik moet even bij [medeverdachte 5] langs.
[medeverdachte 2] : Dan pak ik het even en dan gaan we naar … Cash.
A-4110: Gaan we naar die …?
A-4110: [verdachte] ?
[medeverdachte 2] : Ja.
A-4110: Waar zien we hem?
[medeverdachte 2] : Bij hem thuis. [659]
[medeverdachte 2] : In totaal heb ik gekregen … 55 ongeveer. [660]
A-4110: Woont hij hier?
[medeverdachte 2] : Daar is het toch? [661]
Auto staat stil.
Auto wordt gestart.
[medeverdachte 2] stapt in. [medeverdachte 2] zegt dat er iemand met zijn tengelltijntjes aan gezeten heeft.
[medeverdachte 2] : € 200,00 gehad. [662]
[medeverdachte 2] : Ik investeer nou ook weer. Ik heb ook veel geld geïnvesteerd.
A-4110: Wat heb je geïnvesteerd?
[medeverdachte 2] : Boven de 20.
[medeverdachte 2] : Ik wil niet in de auto praten.
[medeverdachte 2] : Ik weet wel wanneer je moet oppassen. Daarom veroordeelden ze me ook nooit. [663]
A-4110: Moet hij nog veel hebben?
[medeverdachte 2] : Nee, 10 in totaal.
A-4110: Bijna klaar?
[medeverdachte 2] : Ja.
[medeverdachte 2] : Het probleem met hen is dat ze elke keer kleine partijtjes geven. Het is toevallig dat er nou wat groots binnenkomt.
[medeverdachte 2] : Elke keer van die kleine bedragen maar nu is het toevallig groot. [664]
A-4110 is verhoord over dit deel van de ontmoeting. [665] A-4110 verklaart dat hij en [medeverdachte 2] naar de zoon van [medeverdachte 2] zijn gereden. [medeverdachte 2] is ongeveer 10 minuten binnen geweest in de woning. Toen [medeverdachte 2] terugkwam had hij een plastic zak bij zich. In deze zak zit het geld dat bestemd is voor [verdachte] . Het gaat om een bedrag van € 34.800,00. A-4110 en [medeverdachte 2] rijden vervolgens naar het huis van [verdachte] in [pleegplaats] . In de woning vindt een ontmoeting plaats tussen A-4110, [medeverdachte 2] en [verdachte] . [666] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [667] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] : Ellende met die lui.
[verdachte] : Dat het zolang heeft geduurd bedoel je?
[medeverdachte 2] : Ja.
[medeverdachte 2] : Anderhalve ton staat nog open. 162 om precies te zijn. Hij betaalt wel, maar in kleine beetjes. Ik heb hier 34 nog wat. [668]
[verdachte] : Ik moet nu nog 10 van jou hebben.
[medeverdachte 2] : Ja.
[verdachte] : Dan staan we quitte. [669]
[medeverdachte 2] : Maar voor volgende week als het kan? [670]
[verdachte] : Die Finnen?
[medeverdachte 2] : Ja. 60 snel.
[medeverdachte 2] : Eén blok en 20.000 of 30.000 pilletjes.
[verdachte] : Wacht even. 60 snelle. Eén duur.
[verdachte] : En hoeveel van die dingen?
[medeverdachte 2] : 20.000, 30.000 pilletjes.
[medeverdachte 2] : Je krijgt je geld gelijk deze keer. Dat is allemaal geregeld.
[verdachte] : Oké.
[medeverdachte 2] : Want we werken niet met die ene man.
[medeverdachte 2] : We hebben die snelle erheen gestuurd. Die heeft alles gewoon keurig betaald.
[verdachte] : En die 60 snelle. Wat hadden we daar voor prijs?
[medeverdachte 2] : Moet jij zeggen toch?
[verdachte] : Ik zat op 700.
[medeverdachte 2] : Ja, 700 TP.
[verdachte] : Dus dan zet ik die op 500.
[verdachte] : 60 is niet zoveel.
[verdachte] : En die dure waar komt die op?
[medeverdachte 2] : Wij hebben 28 betaald.
[verdachte] : Die dure voor transport.
[medeverdachte 2] : Dat moet jij zeggen.
[verdachte] : Dat is niet een heel dik TP.
[medeverdachte 2] : Dat weet ik. Misschien dat er nog 15 blokken bijkomen, maar dat kan ik niet garanderen.
[verdachte] : Die rondjes. Als er 20.000 zijn. Wat kost dat om die daar heen te brengen?
[medeverdachte 2] : Naar Ierland betaalde ik een dubbeltje of 15 cent.
[verdachte] : Stel je voor die rondjes doe je op 20 cent. Dat zal vier ruggen zijn.
[verdachte] : Dan heb je een TP van 37 ruggen.
[verdachte] : Dat is niet veel [medeverdachte 2] . [671]
[verdachte] : Het mooiste is als die man 100 snelle doet of 200.
[medeverdachte 2] : Ik zal even overleggen.
[verdachte] : Vanaf hier naar Estland ben je al 20 ruggen kwijt. Dan moet het nog naar Finland.
[verdachte] : Finland is sowieso een kutland.
[verdachte] : Als je daar binnenkomt ben ik altijd op mijn hoede daar.
[verdachte] : Maar dit moet omhoog. Dit moet sowieso naar de 60, 70 ruggen. Anders hebben we er niets aan.
[verdachte] : Probeer dat even. Even kijken wat ze daarvan zeggen.
[medeverdachte 2] : Ja.
[medeverdachte 2] : Als zij (niet te verstaan) 50, 60 ruggen hebben dan gaat het sowieso door?
[verdachte] : Ja, dan lukt het.
[medeverdachte 2] : Moet volgende week er staan.
[verdachte] : Kijk maar even wat er mogelijk is. [672]
[verdachte] : Hoe is het met de duur? Is hij duur of is hij alweer aan het zakken?
[medeverdachte 2] : Is veel te duur. Er zijn twee ingangen: Bremen en Hamburg.
[medeverdachte 2] : 100 % dat ze het eruit halen. [673]
[verdachte] : En wat vragen die dan?
[medeverdachte 2] : Weet ik niet. Maar ze kunnen (niet te verstaan) wereldprijs verdienen.
[verdachte] : Er is ook niet veel volgens mij.
[medeverdachte 2] : Nee niets. Ze hebben (niet te verstaan) dichtgegooid. Antwerpen dichtgegooid. Al die grote jongens hebben een probleem. Ze moeten naar ons komen.
[verdachte] : Ze hebben het aardig onder controle die vieze flikkers.
[verdachte] : Het wordt er niet beter op.
[verdachte] : Hamburg is laatst ook 4.200 gepakt. [674]
[verdachte] : Ik heb nu deze Sky op de iPhone. Dan heb ik die Encro. En dan heb ik nog twee. Ik loop met vijf telefoons rond. [675]
[verdachte] : [medeverdachte 2] , kijk even hoe je het doet met die Finnen. Met transport.
[medeverdachte 2] : Ik ga (niet te verstaan) overleg met Rotterdam. Probeer ik dat erbij te krijgen. Anders moet het (niet te verstaan) of moeten het uitstellen.
[verdachte] : Of ik heb zelf nog een (niet te verstaan). Dat kan ook.
[verdachte] : Ik ben daar nog niet mee bezig geweest maar ik denk wel dat ik het voor elkaar krijg.
[medeverdachte 2] : Dat is mooi. Je mag ook mee gooien hoor.
[verdachte] : Als het zo moet zijn dat er iemand moet zijn van ons om het uit de vrachtwagen te halen en op bestemming te brengen …
[medeverdachte 2] : Ja.
[verdachte] : Heb je daar iemand voor? Als het echt zou moeten?
[medeverdachte 2] : Ja, ik heb die mensen daar.
[verdachte] : Maar heb je iemand die naar [plaats] vliegt dan? Wat voor man is dat?
[medeverdachte 2] : Dat is te regelen. Ik zit nog voor iemand te kijken.
[verdachte] : In Finland krijgen jullie 10, 15 jaar. [676]
[verdachte] : Die TP moet zeker omhoog anders wordt het toch niets.
[verdachte] : Ik ga even kijken. Dan doen we een combi.
[verdachte] : Misschien heb ik ook nog wel wat mensen.
[verdachte] : Ik hou altijd de boot wat af van het kutland. [677]
A-4110 is verhoord over dit deel van de ontmoeting. [678] A-4110 verklaart dat [medeverdachte 2] de plastic zak met geld aan [verdachte] heeft gegeven. [medeverdachte 2] vraagt aan [verdachte] of hij een apart transport naar Finland wil doen met een partij drugs. 20.000 à 30.000 xtc-pillen, speed en een blok. [verdachte] kan daar € 30.000,00 mee verdienen. [verdachte] vindt dit te weinig. [verdachte] klaagt aan tafel over de Finnen. [verdachte] vindt dat het te lang duurt. [679]
Op de terugweg vindt in de auto een gesprek plaats tussen A-4110 en [medeverdachte 2] . [680] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [681] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] : Ik ben blij dat ik even gegaan ben. [682]
A-4110: Hij telt het niet eens.
[medeverdachte 2] : Dat is toch lekker voor hem. Had jij niet op gerekend denk ik.
[medeverdachte 2] : Kom ik met vijf ruggen aankakken.
A-4110: Vijf?
[medeverdachte 2] : Wat ik door de brievenbus heen gegooid heb. [683]
[medeverdachte 2] : Ik heb nou echt gepusht voor dat geld. [684]
[medeverdachte 2] : (niet te verstaan) transportbedrijf (niet te verstaan) die heeft het geld wel nodig.
[medeverdachte 2] : Er is € 140.000,00 binnengekomen.
[medeverdachte 2] : 135, 140 geloof ik.
A-4110: Is dat binnengekomen?
[medeverdachte 2] : Ja, totaal.
[medeverdachte 2] : Ik heb alles gedeeld met hen.
[medeverdachte 2] : Ik zit zelf al op 30.
[medeverdachte 2] : Ik heb toch de investering gedaan. [685]
[medeverdachte 2] : Wat denk je dat dat kost? Ook even 20 de man.
A-4110: Die neger ook?
[medeverdachte 2] : Ja ook. Hij ook ja. [686]
[medeverdachte 2] : Als hij nou die combideal wil doen dan hebben we volgende week ook geld. [687]
A-4110 is verhoord over dit deel van de ontmoeting. [688] A-4110 verklaart dat [medeverdachte 2] , [medeverdachte 4] en [medeverdachte 1] elk € 20.000,00 hebben gestopt in een nieuw transport naar Finland. [medeverdachte 2] zei ook dat er € 150.000,00 (het hof begrijpt: € 140.000,00) van de Finnen was binnengekomen. [689]
Zaaksdossier 9 – uitvoer 86 kilo amfetamine naar Finland
Zaaksdossier 10 – voorbereidingshandelingen uitvoer 30 kg amfetamine naar Denemarken
Zaaksdossier 11 – deelname aan een criminele organisatie
11 januari 2020 (Een nieuw transport …)
Op 11 januari 2020 bezoekt [medeverdachte 2] de woning van A-4110. [690] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [691] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] : Ik moet je even hebben. Ik moet bij [verdachte] langs. Die wil ik deze week (niet te verstaan) op transport knallen. Samen met nog 40 liter olie en 50 hasj.
[medeverdachte 2] : 80 kilo gaat daarheen.
[medeverdachte 2] : 80 kilo (niet te verstaan) snelle.
A-4110: Moet dat naar Noorwegen?
[medeverdachte 2] : Combi. [692]
[medeverdachte 2] : We gaan 80 sturen.
A-4110: Waar wil je (niet te verstaan) zaaien dan? In Noorwegen?
[medeverdachte 2] : In Finland. [693]
A-4110: Wanneer wil je dat spul doorschieten?
[medeverdachte 2] : Deze week. Volgende week.
A-4110: Maandagmiddag ga ik er naartoe.
[medeverdachte 2] : Waarheen? Duitsland?
A-4110: Ja.
[medeverdachte 2] : Spreek je die man dan?
A-4110: Waarschijnlijk ja.
A-4110: Dan hoor ik wat ze willen. [694]
A-4110 is verhoord over deze ontmoeting. [695] A-4110 verklaart dat [medeverdachte 2] een transport nodig heeft naar Noorwegen en Finland. [medeverdachte 2] wil dat het transport zo snel mogelijk plaatsvindt. Volgende week al. [696]
12 januari 2020
Op 12 januari 2020 bezoekt [medeverdachte 2] de woning van A-4110. [697] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [698] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] : Ik heb nu 13 liter olie. Ik heb nu 43 kilo van dat andere. [699]
[medeverdachte 2] : Het gaat om 40 liter.
[medeverdachte 2] : 50 kilo hasj.
[medeverdachte 2] : 80 snel.
[medeverdachte 2] : Speed.
[medeverdachte 2] : We moeten het ook even over dinges hebben. Over Duitsland. Wat je allemaal kan doen. Belangrijk. Ik heb mensen klaar staan.
A-4110: In de haven bedoel je?
[medeverdachte 2] : In de haven ja. En je moet even vragen hoe dat zit met Bremen.
[medeverdachte 2] : Ik moet een transport hebben.
A-4110: Dat snap ik.
[medeverdachte 2] : Kan ik morgen mee?
A-4110: Nee. [700]
[medeverdachte 2] : Andere keer dan?
A-4110: Je krijgt een ontmoeting. Dat kan ik wel regelen.
A-4110: Wanneer wil je dat allemaal doen?
[medeverdachte 2] : Vandaag of morgen. Binnen drie dagen kunnen we het doen.
[medeverdachte 2] : Er zijn genoeg vrachtwagens die erheen rijden.
A-4110: Hoe brengen we het naar Duitsland dan?
[medeverdachte 2] : Daar zit ik even mee.
A-4110: Gaan wij dat doen?
[medeverdachte 2] : Ik denk het wel.
A-4110: Ik weet morgen meer.
A-4110: Ik kan wel alles beloven, maar ik moet het zeker weten.
[medeverdachte 2] : Het moet waarschijnlijk een combitransport worden.
A-4110: Finland is wel ver weg van Noorwegen.
[medeverdachte 2] : Finland en Noorwegen zitten aan elkaar vast.
A-4110: Ik praat er wel over. [701]
A-4110: Ik ga morgen hoor.
[medeverdachte 2] : Hoe laat ben je terug?
A-4110: Ik denk dat ik om 17.00 uur terug ben.
[medeverdachte 2] : Ik kom begin van de avond bij je. [702]
A-4110 is verhoord over deze ontmoeting. [703] A-4110 verklaart dat [medeverdachte 2] heeft gesproken over een partij die naar Noorwegen en Finland moet. De partij bestaat uit 50 kilogram hasj, speed en A-olie. [704]
25 januari 2020 (De Duitsers hebben interesse)
Op 24 januari 2020 krijgt A-4110 de opdracht om contact te zoeken met [medeverdachte 2] en te zeggen dat de Duitsers interesse hebben om een drugstransport te doen. [705] Op 25 januari 2020 bezoekt [medeverdachte 2] de woning van A-4110. [706] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [707] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] : Transport.
[medeverdachte 2] : Ik heb nu 40 liter olie voor Noorwegen en 80 hasj.
[medeverdachte 2] : En 80 speed voor Finland. [708]
A-4110: Volgende week hebben we een afspraak met die man.
A-4110: Ik kan het wel regelen met hem.
[medeverdachte 2] : Dat zou mooi zijn. Ik ga mee. [709]
[medeverdachte 2] : Anders klop ik wel even 20 kilo naar Denemarken toe. Even snel.
A-4110: Naar Denemarken?
[medeverdachte 2] : Appeltje-eitje. Vooral Jutland. Rond Duitsland. Rij je zo in. [710]
A-4110: Moet ik een afspraak maken met die Duitser?
[medeverdachte 2] : Het liefst gisteren.
A-4110: Moet het gelijk weg?
[medeverdachte 2] : Gelijk.
A-4110: Je kan daar met hem over praten.
A-4110: Is dit ook van die [naam] ?
[medeverdachte 2] : Ja. Hij betaalt het transport gelijk. Dan heb je het geld van het transport bij je op zak. Wanneer het aankomt geef je het aan die mensen.
A-4110: Dat is olie?
[medeverdachte 2] : Nee, Noorwegen is 40 olie.
[medeverdachte 2] : 40 olie en 80 hasj.
[medeverdachte 2] : En Finland is 80 snelle. [711]
A-4110: Moet ik een afspraak maken … (niet te verstaan)?
[medeverdachte 2] : Ja, graag. Als je hem vandaag nog kan spreken en je morgen weg kan … Ik heb al gepingd. Hij heeft … [medeverdachte 7] . Vanaf nu. Op het moment dat je (niet te verstaan) nodig hebt. Dan ongeveer één uur. Max twee uur.
[medeverdachte 2] : Om te zorgen dat het geseald is.
A-4110: Volgende week zie ik hem pas.
[medeverdachte 2] : Dat is laat. [712]
[medeverdachte 2] : Moeten we dan naar Duitsland?
A-4110: Nederland. [713]
A-4110: Je moet naar Noorwegen en naar Finland.
[medeverdachte 2] : Noorwegen, Finland en Denemarken.
A-4110: Hoe moet Denemarken dan?
[medeverdachte 2] : Daar wil ik ook snelle heen gooien. Daarom wil ik bij hem even langs, voor die vent. Wil ik hem even in zijn maag duwen. Af en toe pakt hij wel eens 40, 50 weet je wel? Maar ik krijg niet zo veel, 1500 maar. [714]
A-4110 is verhoord over deze ontmoeting. [715] A-4110 verklaart dat [medeverdachte 2] iemand nodig heeft voor transport. De partij verdovende middelen moet naar Scandinavië. [medeverdachte 2] vraagt aan A-4110 of hij nog contact heeft met de Duitser. [medeverdachte 2] vraagt A-4110 of hij hem weg wil brengen met de auto. A-4110 heeft [medeverdachte 2] naar ‘De Deen’ gebracht. [medeverdachte 2] vertelde dat deze Deen contacten had in Jutland, Denemarken, contacten met de [naam] . [medeverdachte 2] vertelde dat hij met ‘de Deen’ wilde spreken over het aanpakken van de drugs in Denemarken. [716]
30 januari 2020
Op 30 januari 2020 krijgt A-4110 de opdracht om contact te maken met [medeverdachte 2] en tegen hem te zeggen dat A-2421 woensdagmiddag in Nederland is en dan tijd heeft om af te spreken. [717] Op 1 februari 2020 bezoekt [medeverdachte 2] de woning van A-4110. [718] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [719] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
A-4110: Ik was even bij mijn maat.
[medeverdachte 2] : En?
A-4110: Woensdag komt hij. [720]
[medeverdachte 2] : Ben je nog in Duitsland geweest?
A-4110: Ja, ik ben in Duitsland geweest.
A-4110: [medeverdachte 15] wil met je praten. [721]
[medeverdachte 2] : Voor Noorwegen heb ik een mooi karweitje. Dat is 80 hasj.
[medeverdachte 2] : 40 liter A-olie én 50 kilo heroïne.
[medeverdachte 2] : Ik doe alleen het transport. Dat is voor jongens die ik ken. Die hebben mij gestuurd … (niet te verstaan).
A-4110: Wat betalen die dan?
[medeverdachte 2] : Dat interesseert me niet. Ik wil gewoon 1.500 per stuk erop verdienen.
[medeverdachte 2] : Voor het regelen van het transport.
A-4110: Noorwegen, Zweden.
[medeverdachte 2] : Zweden ook ja.
A-4110: En Finland ook?
[medeverdachte 2] : Denemarken ook. Finland ook ja.
A-4110: Moet dat in één keer gebracht worden?
[medeverdachte 2] : Mag. Hoeft niet. [722]
A-4110: Moet je met hem over praten.
[medeverdachte 2] : Ja, hoe hij het wil.
[medeverdachte 2] : Er is een mooi pakketje samengesteld. 80 daarheen. Die andere naar Noorwegen. 30 naar Denemarken. 20 hasj naar Zweden.
[medeverdachte 2] : Ik wil minimaal 25 ruggen verdienen.
[medeverdachte 2] : Er is werk zat. Als je een goed transport hebt dan … (niet verstaan) pompen ze. [723]
A-4110: Vindt iedereen het goed dat jij het doet? [724]
A-4110: Dat het transport doorgaat?
[medeverdachte 2] : Ja, dat vinden ze goed.
[medeverdachte 2] : Dat is geen probleem. Hoe meer transport hoe beter. Ik heb werk zat A-4110. Ik ken zoveel mensen. Dat wil jij niet weten.
[medeverdachte 2] : Iedereen begint weer te draaien en te gooien deze maanden. Je moet erbij zijn.
A-4110: Je moet wel eerst met die man gaan praten.
[medeverdachte 2] : Ja.
A-4110: Eerst even door laten gaan.
[medeverdachte 2] : Ja. [725]
A-4110 is verhoord over deze ontmoeting. [726] A-4110 verklaart dat hij tegen [medeverdachte 2] heeft gezegd dat A-2421 naar Nederland komt en dat A-4110 en [medeverdachte 2] hem woensdag zullen ontmoeten. [medeverdachte 2] wil een transport naar Noorwegen. Ook moet er 30 kilogram speed naar Denemarken. Verder moeten er drugs naar Finland. [727]
5 februari 2020 (De ontmoeting met de Duitse Turk: A-2421)
Op 5 februari 2020 krijgt A-4110 de opdracht met [medeverdachte 2] naar de afspraak met A-2421 te gaan. [728] Diezelfde dag rijden [medeverdachte 2] en A-4110 naar Hotel [locatie] te [plaats] . [729] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [730] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
A-4110 wil nu wat eten omdat ze om half drie in [plaats] moeten zijn.
[medeverdachte 2] en A-4110 stappen in de auto.
Ze moeten naar [locatie] . [731]
[medeverdachte 2] : Is het een Turk?
A-4110: Ja, dat zei ik toch. [732]
A-4110: [naam] .
[medeverdachte 2] : Zij hebben waarschijnlijk geen transport op Finland.
A-4110: Wat moet je hebben dan? Finland of Denemarken?
[medeverdachte 2] : Noorwegen, Finland.
A-4110: Denemarken, Noorwegen en Finland?
[medeverdachte 2] : Ja.
A-4110: Allemaal van [pleegplaats] ?
[medeverdachte 2] : Niet allemaal. [733]
A-4110: Eerst over die vrachtwagen praten hè?
A-4110: Daar heb je belang bij toch?
[medeverdachte 2] : Ja.
[medeverdachte 2] : Komt hij speciaal voor het transport?
A-4110: Ja. Ik heb hem gevraagd. [734]
Het voertuig stopt en [medeverdachte 2] en A-4110 stappen uit.
[medeverdachte 2] en A-4110 lopen een gebouw binnen. [735]
In Hotel [locatie] te [plaats] ontmoeten [medeverdachte 2] en A-4110 de Duitse Turk. [736] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [737] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] en A-4110 vinden de persoon (A-2421) waar ze een afspraak mee hebben.
A-4110: Daar is hij.
A-2421: Hallo!
A-4110: Dit is mijn vriend.
A-4110: [medeverdachte 2] . [738]
[medeverdachte 2] : (niet te verstaan).
A-2421: Is wel mogelijk. Ik weet nog niet alles. Ik moet natuurlijk weten waar wij over praten. Wanneer is belangrijk.
[medeverdachte 2] : Gisteren [lacht].
A-2421: Eén levering?
[medeverdachte 2] : Nee.
[medeverdachte 2] : Meerdere keren, maar niet elke week. [739]
[medeverdachte 2] : Hoeveel mensen (niet te verstaan) brengen daar iets? Heb je misschien één maand, twee maanden?
[medeverdachte 2] : Als het mogelijk is dan (niet te verstaan) vergoed.
[medeverdachte 2] : Het gaat om (niet te verstaan) lading.
A-2421: Ik moet kijken. Als de ontvanger. De destination is eentje. (niet te verstaan) dezelfde rit?
[medeverdachte 2] : Eentje.
A-2421: One cargo.
[medeverdachte 2] : Ja, one.
A-4110: Denemarken.
[medeverdachte 2] : Rustig. Eerst Finland. Belangrijk.
[medeverdachte 2] : Eén keer. Misschien meer. Maar ik weet het niet. Het is van vrienden.
A-2421: Oké. Ik begrijp het.
[medeverdachte 2] : Er zijn twee partijen.
[medeverdachte 2] : Als het mogelijk is heb ik ook één (niet te verstaan) Noorwegen.
A-2421: Noorwegen is ook mogelijk.
A-2421: Beetje moeilijker.
A-2421: Men moet een beetje meer plannen. Ik plan zo iets graag goed.
A-2421: Dus nu eerst Finland? Waar?
[medeverdachte 2] : [plaats] .
A-2421: Ja, maar waar moet … Waar is (niet te verstaan).
[medeverdachte 2] : Kom je met de boot?
A-2421: Ja.
[medeverdachte 2] : Vanuit Hamburg?
A-2421: Ja.
A-2421: Ik heb een goede verbinding vanuit de haven in Hamburg.
A-2421: Dat komt goed uit. Scandinavië.
A-2421: Soms Travemünde. Dat past (niet te verstaan). Ik moet plannen. Maar dat kunnen wij doen. Ik heb ongeveer één week à anderhalve week nodig om te plannen. Om het
safete maken, omdat ik mijn beloftes nakom. [740]
[medeverdachte 2] : Is het een verbinding die voor langere tijd werkt?
A-2421: Jij hoeft je geen zorgen te maken.
A-2421: Ik zou hier niet zijn als de verbinding niet goed was.
A-2421: Het is een transport dat elke dag plaatsvindt.
[medeverdachte 2] : Goed, goed.
[medeverdachte 2] : Wat is de prijs?
A-2421: 80 kilo?
[medeverdachte 2] : Ja.
A-2421: Laat mij even nadenken. Ik zeg het jou straks. [741]
[medeverdachte 2] : Ik heb 200 kilo. 20 (niet te verstaan) vanuit Noorwegen.
A-2421: Het probleem is: Noorwegen is niet EU.
A-2421: Er zijn meer controles. Veel meer.
A-2421: Daarom moet ik Noorwegen heel goed plannen.
[medeverdachte 2] : Want ik heb nu twee (niet te verstaan). Eentje is 80 (niet te verstaan) 40 liter hebben en de ander 50 (niet te verstaan).
A-2421: Dus Finland krijgen we een (niet te verstaan). Noorwegen krijgen wij ook voor elkaar. [742]
A-2421 praat over het probleem van transport en logistiek.
A-2421 zegt dat hij in zijn hoofd nog aan het rekenen is.
A-2421 heeft veel logistieke middelen om het voor [medeverdachte 2] van Nederland naar Duitsland te brengen. [743]
A-2421: Mijn voorstel: € 500,00 per kilo.
A-2421: Je doet eerst een aanbetaling. 45 %. Als alles klaar is dan betaal je de rest. [744]
A-2421: A-4110 neemt het materiaal mee. Zo beginnen we. De rest is mijn probleem.
A-2421: Op het moment (niet te verstaan) Duitsland is het allemaal mijn probleem.
A-2421: Geef me twee weken om het echt goed te maken. Ik zal A-4110 feedback geven. Maar het belangrijkste is: 45, 40 %. Niet minder.
[medeverdachte 2] : Waar wil je het hebben?
A-2421: Het geld. Het komt met A-4110 mee. [745]
[medeverdachte 2] : Ik geef het aan A-4110 en A-4110 geeft het aan jou zodra het aankomt. [746]
A-2421: Laten we het kort en krachtig houden. Ongeveer één keer per week. Ik zal (niet te verstaan). Dan belt hij jou. Je maakt alles helder. Legt de lading in de auto. Geeft hem 40 %. Ik zeg tegen jou: "€ 500,00 per kilo."
A-2421: Denk erover na.
[medeverdachte 2] : Ik zal het erover hebben.
[medeverdachte 2] : Geld is geen probleem. We doen niet moeilijk. [747]
A-2421: Het is niet veel geld als je kijkt naar het risico dat je hebt.
[medeverdachte 2] : Het gaat niet om het geld. Het gaat erom hoe ik het kan presenteren aan mijn vriend.
[medeverdachte 2] : Laat me erover nadenken. [748]
[medeverdachte 2] : (niet verstaan) zo veel verloren. Ik kan niet naar Noorwegen komen. We kunnen het een tijdje niet gebruiken. En Fins (niet te verstaan) We hebben transport. Veel landen.
[medeverdachte 2] : Finland is het beste (niet te verstaan). [749]
A-2421: Mijn voorstel is: zeg tegen je partner dat ik eerst Finland voor jou kan doen.
A-2421: Als het oké is dan kan ik jou ook vertrouwen.
[medeverdachte 2] : Ja. [750]
A-2421: Dan kunnen we Noorwegen doen.
[medeverdachte 2] : Oké.
A-2421: (niet te verstaan) als alles goed gaat kunnen we ermee doorgaan.
[medeverdachte 2] : Ik snap het. Finland is belangrijk. Noorwegen is meer vrienden. Soms werken we samen. Verschillende wegen. Niet echt nodig voor mij (niet te verstaan). [751]
A-2421: Je kunt met je vrienden praten.
[medeverdachte 2] : Dat doe ik.
A-2421: Je betaalt de 40 (niet te verstaan) om de sleutel om te draaien. 40 % van jou.
[medeverdachte 2] : Ja.
A-2421: De rest is mijn taak.
[medeverdachte 2] : (niet te verstaan) Ik heb hier veel werk.
A-2421: Dat is goed voor mij. [752]
[medeverdachte 2] : Het kost me ongeveer twee dagen om hem het materiaal te geven.
[medeverdachte 2] : Ik hoop dat alles volgende week al begint.
[medeverdachte 2] : Het enige wat ik moet doen is plannen. Ik moet het twee dagen van tevoren weten.
[medeverdachte 2] : De prijs is goed. [753]
[medeverdachte 2] en A-2421 nemen afscheid. [754]
A-2421 is verhoord over deze ontmoeting. [755] A-2421 verklaart dat [medeverdachte 2] hem gevraagd heeft of hij 80 kilogram amfetamine naar [plaats] , Finland, kan transporteren. A-2421 geeft aan dat dit mogelijk is. [medeverdachte 2] zegt dat zijn vrienden continue leveringen willen uitvoeren. [medeverdachte 2] vraagt aan A-2421 wanneer hij kan transporteren en hoe lang het transport duurt. A-2421 geeft aan dat hij ongeveer één à twee weken voor de planning nodig heeft en zes à zeven dagen voor de levering naar [plaats] . [756] A-2421 zegt dat hij € 500,00 per kilo amfetamine vraagt voor een transport naar [plaats] . A-2421 wenst een aanbetaling van
40% te ontvangen. De rest van het geld wil hij na de levering ontvangen. [medeverdachte 2] zegt dat geld geen probleem is. [medeverdachte 2] zegt dat hij het aanbod met zijn vrienden gaat bespreken. [medeverdachte 2] vertelt dat zijn vrienden motorrijders zijn. De mensen met wie hij samenwerkt zijn de [naam] . [757] [medeverdachte 2] zegt dat hij slechts twee dagen nodig heeft om de verdovende middelen voor transport klaar te zetten. [medeverdachte 2] geeft aan dat hij vandaag naar zijn vrienden gaat. [758] Niet [medeverdachte 2] , maar een
vicebeslist of het aanbod van A-2421 wordt geaccepteerd. [759]
[medeverdachte 2] en A-4110 rijden terug naar [plaats] . [760] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [761] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] : Het geld is er.
[medeverdachte 2] : Ik heb alles gezien. De papieren. Ik heb de vergoeding toch. [762]
[medeverdachte 2] : Je moet veel vertrouwen geven.
[medeverdachte 2] : Wij.
[medeverdachte 2] : Vertrouwen (niet te verstaan) geld.
A-4110: Zoveel geld is het niet.
[medeverdachte 2] : Het gaat niet om het geld. Het gaat om het principe.
[medeverdachte 2] : Je geeft de handel af.
[medeverdachte 2] : Ik weet wel waarom hij geld wil hebben. Ze betalen die chauffeur vooruit. [763]
A-4110: Volgens mij is hij de rijkste [naam] die erbij loopt.
[medeverdachte 2] : Ja, dat is wel één van de rijksten.
A-4110: Hij geeft jou wel altijd geld.
[medeverdachte 2] ; Ja, werk moet betaald worden. [764]
A-4110 zegt dat het 15.35 uur is. [medeverdachte 2] zegt dat hij zijn afspraak dan gaat redden.
A-4110: Waar moet je zijn?
[medeverdachte 2] : [locatie] . Mijn kantoor. [765]
A-4110: Moet die Deen niks meer hebben?
[medeverdachte 2] : Die Deen moet 30 hebben. Dat kun jij wel brengen. Zelfde als Duitsland.
A-4110: Moet ik het daarnaartoe rijden?
[medeverdachte 2] : Ja, dat is drie en een half uur rijden vanaf [plaats] .
A-4110: Wat verdien ik dan?
[medeverdachte 2] : Vijf ruggen.
A-4110: Wanneer krijg ik dat?
[medeverdachte 2] : Gelijk.
[medeverdachte 2] : Als je het afgeleverd hebt.
A-4110: Waar moet ik zijn?
[medeverdachte 2] : Jutland.
[medeverdachte 2] : Je bent er zo.
A-4110: Stinkt het?
[medeverdachte 2] : Nee, vacuüm.
A-4110: Goed verpakt?
[medeverdachte 2] : Vacuüm. [766]
[medeverdachte 2] : Het transport hebben we nodig.
A-4110: Ik moet het helemaal naar Duitsland brengen?
[medeverdachte 2] : Ja. Hamburg. [767]
A-4110: Even over mijn zaak.
A-4110: Hoe denk je over de zaak? [768]
A-4110: Je hebt met die gast gepraat. [769]
[medeverdachte 2] : Ik heb gezegd: "ik ga het bespreken."
[medeverdachte 2] : Ik moet het overleggen.
[medeverdachte 2] : Met dinges. [medeverdachte 1] .
[medeverdachte 2] : Ik praat over geld.
A-4110: Ze gaan 3.500 per kilo vragen.
A-4110: 600 kost het. [770]
[medeverdachte 2] : En dan nog even 40%.
[medeverdachte 2] : Als dat transport van hem goed is dan heb ik veel werk. Mijn neus zit overal tussen. Dan heeft hij heel Europa. [771]
[medeverdachte 2] : Als het akkoord is dan moet ik voor die tijd weten wanneer … Binnen vijf à zes dagen moet het klaar zijn.
[medeverdachte 2] : Het is drie dagen met de boot. [772]
A-4110: Waar moet je heen?
[medeverdachte 2] : [locatie] . [773]
[medeverdachte 2] : Hij heeft een week?
A-4110: Een week tussen een week en … Kan ook eerder misschien.
[medeverdachte 2] : Zodra wij die handel hebben gegeven … Binnen vijf dagen is het daar.
[medeverdachte 2] : Zeg ik straks meteen wel: "wanneer kunnen we het doen dan?" Dan moet je hem bellen en zeggen: "alles is goed."
A-4110: Ja.
[medeverdachte 2] : En dan hoor ik van hem wanneer jij daar moet zijn.
A-4110: Ja.
[medeverdachte 2] : Dan hoeven we ook niet verder te zoeken. Dan is het klaar. [774]
A-4110: Je krijgt een hoop geld.
[medeverdachte 2] : Ja, maar daar heb ik niks aan als die Duitser de andere kant oprijdt.
A-4110: Denk je dat het dieven zijn?
A-4110: Ze gaan heus niet de andere kant op.
[medeverdachte 2] : We zullen zien. [775]
A-4110: Dan ben ik de lul.
[medeverdachte 2] : Dan mag jij op het honk slapen.
[medeverdachte 2] : Bij de
chapteraan de ketting. Elke vrijdagavond hebben ze feest. Dan lopen de
colorsdaar met blikjes bier.
[medeverdachte 2] : Dan word je een
chapter dog.
[medeverdachte 2] : Komen die lui van Finland nog even.
[medeverdachte 2] : Ze nemen je gewoon mee. [776]
[medeverdachte 2] : Je hebt hier met de Finse [naam] te maken.
[medeverdachte 2] : Hij zit hoog hoor. Bij de [naam] . [777]
A-4110 is verhoord over dit deel van de ontmoeting. [778] A-4110 verklaart dat [medeverdachte 2] naar de [locatie] wil omdat [medeverdachte 1] daar ook komt. A-4110 laat [medeverdachte 2] achter in de [locatie] . [779]
6 februari 2020 ( [medeverdachte 1] geeft groen licht)
Op 6 februari 2020, omstreeks 12.10 uur, ontvangt A-4110 op zijn PGP-telefoon een bericht van [medeverdachte 2] met daarin de mededeling dat [medeverdachte 2] die middag een afspraak heeft en dan meer nieuws heeft. [780]
Omstreeks 13.05 uur bevindt [medeverdachte 2] zich in de [locatie] . [781] De telefoon van [medeverdachte 2] straalt op dat moment een mast aan op de [adres] 23 te [plaats] . [782] Deze mast zendt in de richting van de [locatie] . [783]
Omstreeks 15.00 uur krijgt A-4110 via zijn PGP-telefoon een bericht van [medeverdachte 2] met daarin de mededeling dat er "groen licht" is, ook met betrekking tot de aanbetaling. A-4110 verklaart dat [medeverdachte 2] hiermee bedoelt dat het transport met de Duitse Turk doorgaat. [784]
Op 8 februari 2020 bezoekt [medeverdachte 2] de woning van A-4110. [785] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [786] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] : Groen licht.
[medeverdachte 2] : Handgeld krijg je. Twee dagen van tevoren moet ik het weten. Alles is klaar (niet te verstaan) plan maken. [787]
[medeverdachte 2] : Hij krijgt 40%.
[medeverdachte 2] : Ze betalen 600.
[medeverdachte 2] : 40% van 600.
[medeverdachte 2] : 24.000. [788]
[medeverdachte 2] : Ik heb de prijs omhoog gegooid. Ze moeten 40 % betalen. Ik heb er 600 van gemaakt. [789]
A-4110: Ik breng het wel naar Duitsland. [790]
[medeverdachte 2] : Als het in [plaats] is.
[medeverdachte 2] : Ik moet dat nog van hem hebben.
A-4110: Wat?
[medeverdachte 2] : Contactgegevens. Hoe de chauffeur en die andere elkaar zien. [791]
[medeverdachte 2] : Mijn kant.
[medeverdachte 2] : Is 100% klaar. Handel is er. Geld is er. Dus het is goed. Kan niet meer terug. [792]
[medeverdachte 2] : Ik heb alles op groen licht gezet. Iedereen weet het. Financieel was het ook geen probleem. Het geld ligt er wel. [793]
[medeverdachte 2] : Laten we even opschieten. Voorwaarden zijn klaar. Van mijn kant is het klaar. Ik moet alleen de contactgegevens hebben en een datum weten. [794]
A-4110 is verhoord over de ontmoeting. A-4110 verklaart dat [medeverdachte 1] groen licht aan [medeverdachte 2] heeft gegeven. De aanbetaling is geen probleem. A-2421 rekent € 500,00 per kilogram. [medeverdachte 2] heeft er € 100,00 per kilo opgegooid. De aanbetaling betreft nu € 600,00 per kilogram . [795] [medeverdachte 2] brengt de aanbetaling naar A-4110. [796]
[medeverdachte 1] regelt de mensen die gaan draaien. Ze hebben twee dagen nodig om het te maken. A-4110 brengt de partij naar Duitsland. [797]
12 februari 2020 (Bespreking in de [locatie] )
Op 12 februari 2020, omstreeks 12.00 uur, krijgt A-4110 via zijn PGP-telefoon een bericht van [medeverdachte 2] met daarin het verzoek om hem te ontmoeten. Tijdens de ontmoeting vraagt [medeverdachte 2] aan A-4110 of hij die middag meegaat naar de [locatie] . [medeverdachte 1] wil met A-4110 spreken over het transport naar Finland. [798] A-4110 krijgt de opdracht om naar deze afspraak te gaan. [799]
Omstreeks 14.15 uur gaat A-4110 naar de [locatie] . In de [locatie] ontmoet A-4110, [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en een man met een baard. [800] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [801] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
A-4110: Wie is dat?
A-4110: Hoort hij bij hem?
[medeverdachte 2] : Hij gaat over de cash.
[medeverdachte 2] : Hij neemt die neger over. [802]
[medeverdachte 2] : Je hebt groen licht. Ze gaan het nu inplannen. [803]
A-4110: Maandag hoor ik wanneer ze het inplannen. [804]
[medeverdachte 1] : Hij krijgt een prepaid mee.
[medeverdachte 1] : Die is niet gebruikt. Als hij daar is moet hij even bellen/sms-en met die gasten. Dan halen ze het op of ze geven een adres waar het heengebracht moet worden.
[medeverdachte 1] : Waar gaan ze heen?
A-4110: Dat weet ik niet.
[medeverdachte 2] : Ze moeten het sowieso in [plaats] afleveren.
A-4110: Ja.
[medeverdachte 1] : Ik ga vrijdag naar het buitenland. Dan krijg je dat nummer. Dan kan hij die chauffeur bellen of sms'en.
[medeverdachte 1] : Binnen een uur zijn ze er.
[medeverdachte 1] : Die jongens halen het voor mij op.
[medeverdachte 1] : En dan is het klaar. Afgeven en weg. De TP-kosten betaal ik als het is afgeleverd. [805]
[medeverdachte 2] : Ik heb gezegd dat 40 % moet worden aanbetaald.
[medeverdachte 2] : 600 per kilo.
[medeverdachte 2] : We doen meer. We doen 100 kilo.
[medeverdachte 2] : Dat is dan 100 keer …
NNM (
het hof begrijpt hier en verder: [medeverdachte 6]: Zes.
NNM: Dat is 60.000. Dan 40%.
[medeverdachte 2] : 24. [806]
[medeverdachte 2] : Voor hen is het ook zekerheid. Zij moeten allerlei zaken plannen.
[medeverdachte 1] : Ik snap het wel. [807]
[medeverdachte 1] : Eerst even Finland. Dat is het belangrijkste.
[medeverdachte 1] : Ik ga weg. Jij regelt het verder met hem?
NNM: Ja.
[medeverdachte 1] . Je krijgt van ons een prepaid.
A-4110: Ja, prepaid.
[medeverdachte 1] : Met het nummer erin. Hij sms't als hij in [plaats] (niet te verstaan). Hij komt 's ochtends aan. Hij weet dan dat de jongens klaar staan. Dan halen ze het op. Als ze niet klaar staan dan belt hij ze. Dan zijn ze een uurtje later daar. Ze staan allemaal klaar om het op te halen. TP-kosten betaalt hij nu.
NNM: Ik moet van tevoren weten hoe ze het verpakt willen hebben.
[medeverdachte 1] : Ja (niet te verstaan).
NNM: Gewoon dubbel? [808]
A-4110: Vacuüm.
NNM: Oké.
A-4110: Dat het niet stinkt.
[medeverdachte 1] : Oké.
A-4110: Wassen en dan vacuüm.
[medeverdachte 1] : Gaat het in de stash of gaat het in de gewone lading?
A-4110: Dat weet ik niet.
A-4110: Er is een vaste lijn. De goede chauffeur moet het aanpakken.
[medeverdachte 1] : (niet te verstaan).
[medeverdachte 2] : Chauffeur inplannen.
NNM: Hoeveel tijd heb ik op het moment dat ze hem hebben?
[medeverdachte 2] : Twee dagen heb ik gezegd.
[medeverdachte 1] : Maak het van tevoren klaar.
NNM: Ik ga het sowieso maken.
[medeverdachte 1] : Ik zorg dat jij morgen of maandag het spul hebt.
A-4110: Maandag of dinsdag krijg ik bericht.
A-4110: Wanneer ze vertrekken.
[medeverdachte 1] : Jij brengt het naar Duitsland?
A-4110: Ja.
[medeverdachte 1] : Heb jij het goed voor mekaar?
A-4110: Ja, ik breng het er in de auto heen. Niemand weet het. [809]
[medeverdachte 1] : Laten we het zo doen: volgende week draaien. Die week erop kunnen we gaan.
[medeverdachte 1] : Dan heb ik het geld klaarliggen.
[medeverdachte 1] : Laten we het zo doen. Jij gaat volgende week draaien. Je zegt tegen die mensen dat ze die week daarna … Als het kan … En anders die week daarna … Wanneer zij kunnen. Na volgende week.
NNM: Ja.
A-4110: Komt goed.
NNM: Heb je Encro?
A-4110: Ik heb Encro.
[medeverdachte 2] : Encro is wel makkelijk. [810]
[medeverdachte 2] : Ja en zeg maar tegen hun, zodra Finland is dan willen we gelijk Noorwegen inplannen. [811]
A-4110 is verhoord over deze ontmoeting. [812] A-4110 verklaart dat [medeverdachte 6] bij [medeverdachte 1] hoort. [medeverdachte 1] vraagt aan A-4110 hoe het transport gaat verlopen. A-4110 vertelt aan [medeverdachte 1] dat A-2421 opzoek is naar de juiste chauffeur. Hij gaat het transport inplannen. A-4110 hoort maandag of dinsdag wanneer het transport kan plaatsvinden. [medeverdachte 1] gaat vrijdag weg. [medeverdachte 6] neemt het dan van hem over. [medeverdachte 1] zegt dat A-4110 een prepaid krijgt. Daarin staat een nummer. Een uur voor de overdacht van de lading moet men dit nummer bellen zodat afgesproken kan worden waar de lading overgedragen wordt. [813]
[medeverdachte 1] (het hof begrijpt op grond van de bovenstaande weergave van het OVC gesprek dat dit niet [medeverdachte 1] maar [medeverdachte 6] moet zijn) vraagt aan A-4110 hoe alles verpakt moet worden. A-4110 zegt dat het dubbel vacuüm verpakt moet worden en dat het ook tussentijds gewassen moet worden. [medeverdachte 1] geeft aan dat het goed komt. A-4110 zegt dat er 40% moet worden aanbetaald. [medeverdachte 1] geeft aan dit geen probleem is. [medeverdachte 1] gaat dit regelen. [medeverdachte 1] vraagt aan A-4110 hoe hij de grens overgaat. A-4110 zegt dat hij het gewoon achterin zijn auto gooit. [814]
13 februari 2020
Op 13 februari 2020 bezoekt [medeverdachte 2] de woning van A-4110. [815] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [816] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] : Wanneer denk je?
A-4110: Wat?
[medeverdachte 2] : Die dinges.
A-4110: Dinsdag of maandag krijg ik bericht.
A-4110: De datum. Dan moet ik klaar staan. Ik moet het geld hebben.
[medeverdachte 2] : Dat is geen probleem. [817]
A-4110: Zit er alleen speed in?
[medeverdachte 2] : Alleen speed. 100 kilo. [818]
[medeverdachte 2] : En 30 naar Denemarken. Wil je dat wel doen? Denemarken?
A-4110: Wanneer?
[medeverdachte 2] : Halverwege volgende maand.
A-4110: We doen eerst dit. [819]
A-4110: Moet jij ook mee?
[medeverdachte 2] : Er moet even een autootje voorrijden.
[medeverdachte 2] : De grens.
A-4110: Ik ga niet ver over de grens. [820]
[medeverdachte 2] : Ik zit op jou te wachten. Van mij kan het morgen al.
A-4110: Daar kan ik niks aan doen.
[medeverdachte 2] : Ik heb het er doorheen gedrukt. [821]
[medeverdachte 2] : Jij moet 40 % hebben. € 24.000,00. Hij gaat op vakantie morgen.
[medeverdachte 2] : Dan weet je dat even. Daarna kun je het geld ophalen. [822]
A-4110 is verhoord over deze ontmoeting. [823] A-4110 verklaart dat [medeverdachte 2] tijdens het gesprek begint over het transport naar Denemarken. [medeverdachte 2] vraagt aan A-4110 of hij 30 kilogram naar Denemarken wil brengen. Ook spreekt [medeverdachte 2] over de aanbetaling van het transport naar Finland. [medeverdachte 2] noemt daarbij het bedrag van € 24.000,00. Het transport naar Finland heeft betrekking op speed. A-4110 zegt tegen [medeverdachte 2] dat hij maandag of dinsdag weet wanneer het transport naar Finland plaats kan vinden. [medeverdachte 2] zegt dat [medeverdachte 1] weggaat. Ze kunnen pas wat doen als [medeverdachte 1] weer terug is. [824]
16 februari 2020
Op 16 februari 2020 bezoekt [medeverdachte 2] de woning van A-4110. [825] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [826] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
A-4110: Dinsdag weet ik wanneer.
[medeverdachte 2] : Dat is mooi.
A-4110: Wie is die vent met die baard?
[medeverdachte 2] : Die neemt alles van [medeverdachte 7] over.
A-4110: Kan die het wel?
[medeverdachte 2] : Wat?
A-4110: Draaien.
[medeverdachte 2] : Ja, draaien. [827]
A-4110 is verhoord over deze ontmoeting. A-4110 verklaart dat [medeverdachte 2] en A-4110 spreken over de jongen met [medeverdachte 6] die met [medeverdachte 1] in de [locatie] was. [medeverdachte 2] zegt dat deze man bij [medeverdachte 1] hoort. A-4110 vraagt of [medeverdachte 6] ook kan draaien. [828]
18 februari 2020 (De identiteit van [medeverdachte 6] )
Op 18 februari 2018, omstreeks 14.10 uur, wordt een Citroën met kenteken [kenteken] staande gehouden door een onopvallend politievoertuig. De bestuurder van het voertuig betreft [medeverdachte 7] , geboren op [geboortedag] 1991 te [geboorteplaats] . [829] De bijrijder is [medeverdachte 2] . [830] Bij [medeverdachte 7] wordt een drug/speeksel test afgenomen. Hieruit blijkt een positief resultaat voor amfetamine en cocaïne. [831] [medeverdachte 7] heeft een stapel geldbiljetten bij zich. Het gaat in totaal om € 800,00. Deze geldbiljetten worden in beslag genomen. [832]
Omstreeks 18.30 uur bezoeken [medeverdachte 2] en [medeverdachte 6] - die eerder in de [locatie] aanwezig was - de woning van A-4110. [833] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [834] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
A-4110: Jij bent [medeverdachte 6] ?
NNM: Ja, maar nu zonder. [835]
[medeverdachte 2] : Vertel.
A-4110: 2 maart.
A-4110: 5 maart komt het aan.
[medeverdachte 2] : 5 maart is het daar. Oké.
[medeverdachte 2] : Ik rij wel met hem.
NNM: Doen we het gewoon in een eigen auto?
A-4110: Ja.
NNM: Voorrijder erbij?
[medeverdachte 2] : Wil je een voorrijder erbij hebben? [836]
NNM: Dat is beter. [837]
NNM: Ik heb zo'n auto.
NNM: Daar past echt veel in.
NNM: Voor een stukje veiligheid. Stel dat ze je aanhouden.
[medeverdachte 2] : Ik zou de stashauto pakken.
NNM: Ja, dat komt wel goed.
[medeverdachte 2] : Pakken we de stashauto.
A-4110: Kan altijd.
A-4110: Volvo?
[medeverdachte 2] : Volvo.
[medeverdachte 2] : S80.
NNM: Ik kan zelf wel voorrijden.
[medeverdachte 2] : Dus 2 maart.
NNM: 5 maart komt het aan. [838]
[medeverdachte 2] : Waar moet het geld worden afgegeven? Aan jou?
NNM: Ja, aan mij.
[medeverdachte 2] : Dan rijden we wel met een auto voor.
NNM: Ja.
[medeverdachte 2] : We doen dat sowieso als jij geld hebt.
NNM: Zou je met man, geld en sleutel die kant op rijden?
[medeverdachte 2] : Nee. [839]
A-4110 is verhoord over deze ontmoeting. [840] A-4110 verklaart dat [medeverdachte 2] samen was met de man die hij herkende als ' [medeverdachte 6] ' die hij eerder gezien had samen met [medeverdachte 1] bij de [locatie] in [plaats] . Hij zag dat [medeverdachte 6] zijn baard had afgeschoren en vroeg hem daarnaar. Dat bleek te kloppen. A-4110 zegt tegen [medeverdachte 2] dat het transport naar Duitsland op 2 maart 2020 plaatsvindt. Op 5 maart 2020 is het transport in Finland. [medeverdachte 2] en [medeverdachte 6] vragen aan A-4110 of hij een stashauto wil gebruiken. De auto betreft een Volvo. A-4110 zegt dat het hem niet uitmaakt. [medeverdachte 2] en [medeverdachte 6] hebben het ook over een voorrijder. Dat is iemand die voor het transport uitrijdt. [841]
De stem van NNM komt overeen met de stem van [medeverdachte 7] . [842]
20 februari 2020 ( [medeverdachte 7] is [medeverdachte 6] )
Op 20 februari 2020 bezoeken [medeverdachte 2] en [medeverdachte 19] de woning van A-4110. [843] [844] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [845] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] vertelt dat hij met [medeverdachte 7] in het dorp is aangehouden.
A-4110: Jij?
[medeverdachte 2] : In een zwarte Mercedes hielden ze ons aan. Hij moest een speekseltest doen. Proces-verbaal voor coke en amfetamine. Ze hebben hem gearresteerd.
[medeverdachte 2] : Hij had € 850,00 (het hof begrijpt: € 800,00) op zak. Dat hebben ze in beslag genomen.
A-4110: Dat is die vent met [medeverdachte 6] ?
[medeverdachte 2] : Ja. Hij zei: "ik gebruik helemaal niks." Ik zei: "onnozele, je moet handschoenen aandoen."
[medeverdachte 2] : Als je coke aanraakt gaat het door je huid naar binnen. Speed ook. [846]
A-4110: Zat jij ook in die auto?
A-4110: Toen [medeverdachte 7] opgepakt werd.
[medeverdachte 2] : Ja. Ik moest mijn naam opgeven.
[medeverdachte 19] : Waarom?
[medeverdachte 2] : Ik had geen legitimatie bij me.
[medeverdachte 2] : Ze hebben de auto doorzocht. Daar lag een liter A-olie in.
[medeverdachte 2] : Die lui. Sukkels. Ze zaten met hun neus bovenop die liter maar hebben niks gezien. [847]
[medeverdachte 2] : Hij stapt uit en gooit de fles onder de auto. Ze zijn zo dom als een koe. Ze liepen er met hun platpoten de hele tijd omheen. Op dat moment pakt hij de fles. Hij heeft een speciale plaats in die auto. In de achterbak. Met een chip gaat het open. Dan gooit hij hem zo dicht. Staan ze te praten. [848]
[medeverdachte 2] : Ik ben degene die het geld in handen heeft.
A-4110: Rijd je dan voor mij?
[medeverdachte 2] : Ik ga voorop rijden. Dat moet wel even A-4110. Een stuk zekerheid. [849]
A-4110 is verhoord over deze ontmoeting. [850] A-4110 verklaart dat [medeverdachte 2] aan hem heeft verteld dat hij samen met [medeverdachte 7] is aangehouden door de politie. [medeverdachte 7] betreft [medeverdachte 6] . [medeverdachte 2] en [medeverdachte 6] zijn aangehouden door een onopvallende politieauto. Ze hebben wat A-olie kunnen wegstoppen. [851] Ten aanzien van het transport naar Duitsland geeft [medeverdachte 2] aan dat hij voorop gaat rijden met het geld. [852]
22 februari 2020
Op 22 februari 2020 bezoekt [medeverdachte 2] de woning van A-4110. [853] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [854] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
A-4110: We gaan volgende week maandag weg.
[medeverdachte 2] : De tweede. [855]
[medeverdachte 2] : Ik ga niet bij jou in de auto zitten.
[medeverdachte 2] : Wil jij niet de stashauto hebben?
A-4110: Als het niet hoeft dan hoeft het niet.
[medeverdachte 2] : Jij moet het zeggen. Dan kan ik het doorgeven. [856]
23 februari 2020
Op 23 februari 2020 bezoekt [medeverdachte 2] de woning van A-4110. [857] Tijdens de ontmoeting spreken [medeverdachte 2] en A-4110 over het transport naar Duitsland/Finland. [medeverdachte 2] zegt dat hij voorop gaat rijden. [858] [medeverdachte 2] krijgt een bericht van [medeverdachte 6] . [medeverdachte 6] heeft olie nodig om te draaien. [859]
24 februari 2020
Op 24 februari 2020 bezoekt [medeverdachte 2] de woning van A-4110. [860] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [861] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] : [medeverdachte 7] zie ik om vier uur. [862]
[medeverdachte 2] : Ik moet om vier uur in de dinges zijn.
[medeverdachte 2] : Om vier uur in de [locatie] . [863]
A-4110: De [locatie] zal blij met je zijn.
A-4110: Al die maffia aan tafel.
[medeverdachte 2] : Tuurlijk.
[medeverdachte 2] : Gangsters. [864]
[medeverdachte 2] : (niet te verstaan) zondagavond even de auto ophalen. Ik ga wel met de stashauto.
[medeverdachte 2] : Ik ga een eindje met de auto vooruit. Net zoals [medeverdachte 7] .
[medeverdachte 2] : Zondag moeten we even 24.000 ophalen. [865]
A-4110 is over deze ontmoeting verhoord. [866] A-4110 verklaart dat er om 16.00 uur een ontmoeting plaatsvindt in de [locatie] . [867]
Uit de gegevens van het baken en OVC apparatuur in/op de auto van [medeverdachte 1] volgt dat de auto van [medeverdachte 1] op 24 februari 2020 om 15:29 uur het woonadres van [medeverdachte 1] (de Caspar de Roblesdijk te [pleegplaats] ) verlaat en gaat rijden. Om 16:08 uur stopt de auto op het [adres] ter hoogte van 143 in [plaats] . Dit adres is niet ver van de [locatie] . De auto blijft stilstaan tot 17:24 uur. Uit mastgegevens van de telefoon in gebruik bij [medeverdachte 1] (0630149292) volgt dat zijn telefoon om 15:15 uur en 17:10 uur gebruik maakt van de mast aan de [adres] in [plaats] , deze mast geeft dekking op het gebied waarin de [locatie] lag. [868]
Op 24 februari 2020 worden de volgende berichten uitgewisseld via Encrochat, zakelijk weergegeven:
Gesprek tussen avocadocrown / “ [bijnaam] ” ( [medeverdachte 2] ) en ironsquirrel ( [medeverdachte 1] )
avocadocrown [14:49:25 uur]: Maat kom bij [cafe] . [bijnaam] komt 30 min later [869]
Gesprek tussen lazyagent / “ [bijnaam] ” ( [medeverdachte 7] ) en ironsquirrel ( [medeverdachte 1] )
lazyagent [14:41:48 uur]: Ben 30 min later
lazyagent [15:01:30 uur]: Pele
lazyagent [15:01:30 uur]: Waar is dat
ironsquirrel [15:02:23 uur]: Op [adres] [cafe] [870]
Gesprek tussen avibrantwhisky / “ [bijnaam] ” ( [medeverdachte 6] ) en ironsquirrel ( [medeverdachte 1] )
ironsquirrel [16:19:13 uur]: Maat je broertje rijdt met mij mee naar [plaats]
vibrantwhisky [17:00:38 uur]: Zijn jullie nog daar of? [871]
Omstreeks 18.30 uur bezoekt [medeverdachte 2] opnieuw de woning van A-4110. [medeverdachte 2] vertelt wat er besproken is in de [locatie] . [medeverdachte 2] zegt dat ze groen licht hebben gekregen. Ze moeten zondagavond geld ophalen. Het gaat om € 24.000,00. [872] [medeverdachte 2] en [medeverdachte 6] rijden vooruit. [873]
25 februari 2020
Op 25 februari 2020 bezoekt [medeverdachte 2] de woning van A-4110. [874] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [875] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] : Ik ben het masterbrein achter alles.
[medeverdachte 2] : Ik ben het masterbrein achter de hele organisatie. [876]
A-4110: Moeten we zondagmorgen naar die jongens toe?
[medeverdachte 2] bevestigt dat het zondagmorgen is. [877]
[medeverdachte 2] mompelt een aantal keer: "hoe laat?" [878]
A-4110: Wie?
[medeverdachte 2] : [medeverdachte 7] .
A-4110: Hebben ze het al klaargemaakt?
[medeverdachte 2] : Nee. Moeten vandaag geven. [879]
EncroChat
Op 25 februari 2020 worden de volgende berichten uitgewisseld via EncroChat, zakelijk weergegeven:
gesprek tussen lazyagent ( [medeverdachte 7] ) en avocadocrown ( [medeverdachte 2] )
lazyagent [11.46.27 uur]: Ik moet vandaag die olie hebben.
avocadocrown [11.46.58 uur]: Hoe laat?
avocadocrown [11.47.25 uur]: Aan het eind van de middag?
lazyagent [11.57.08 uur]: Het liefst eerder.
lazyagent [11.57.16 uur]: En alles in één keer. [880]
lazyagent [16.00.39 uur]: Ik kom na het eten.
lazyagent [17.47.22 uur]: Ik haal je op.
lazyagent [17.47.34 uur]: Dan halen we de liters op. [881]
avocadocrown [17.48.11 uur]: Kom hier. We moeten eerst even praten, want ik kan
er nog niet bij.
lazyagent [17.48.20 uur]: Ik kom eraan. [882]
gesprek tussen lazyagent ( [medeverdachte 7] ) en ironsquirrel ( [medeverdachte 1] )
ironsquirrel [13.46.31 uur]: Er wordt me 50 kilo snel aangeboden. Kunnen we
daar wat mee? [883]
lazyagent [13.49.28 uur]: Beter zelf maken. [884]
ironsquirrel [13.53.00 uur]: Ik kap het af. [885]
26 februari 2020 (A-4110 wordt gevraagd voor het transport naar Denemarken)
Op 26 februari 2020 bezoekt [medeverdachte 2] de woning van A-4110. [886] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. Daarnaast zijn er beeldopnames gemaakt in de auto van A-4110. De opnames zijn uitgewerkt. [887] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
Geluid van inkomend telefonisch bericht.
[medeverdachte 2] : Willen jullie het transport doen voor die Deen?
[medeverdachte 2] : Vijf ruggen.
A-4110: Wanneer? [888]
[medeverdachte 2] : Over twee weken.
A-4110: (niet te verstaan).
[medeverdachte 2] : Ja? Zeker? Ja. Is goed.
A-4110 (niet te verstaan). Dan doe ik dat ook wel even. [889]
[medeverdachte 2] : Je hoeft niet over de grote brug. Je gaat gewoon de Duitse grens over. [890]
[medeverdachte 2] en ironsquirrel sturen elkaar berichten:
Tekst:
Oké en niet teveel hè?
5k toch
200 dek
Dat is goedkoop.
A-4110: Hoeveel moet erheen dan?
[medeverdachte 2] : 30. [891]
[medeverdachte 2] heeft de Encro-telefoon in zijn hand.
Tekst:
.. over de grens . ..
Ga proberen
Met stash?
[medeverdachte 2] en ironsquirrel sturen elkaar berichten.
Tekst:
Ok vraag even of hij dat wil. [893]
Ik zorg dat iemand hem veilig ergens over de . . . grens loodst.
[medeverdachte 2] : Kijk hier. Ik zorg dat iemand hem veilig over de Deense grens loodst. Dus hij heeft iemand daarvoor. Hij wil wel.
A-4110: Wat wil jij nou?
[medeverdachte 2] : Puur. Hebben.
[medeverdachte 2] laat zijn telefoon aan A-4110 zien. [894]
[medeverdachte 2] : [klinkt alsof [medeverdachte 2] voorleest] Oké. Kan die TP van 30 nou wel of niet? Ik moet het nu weten. Ja, is goed. Vraag of hij het voor 5K doet en net over de grens. Met stash? Ja. vraag hem even of hij dat wil. Ik zorg dat iemand hem ergens over de Deense grens loodst.
[medeverdachte 2] : Ja? Is goed. Hij wil wel.
Geluid van inkomend telefonisch bericht.
Te zien is dat [medeverdachte 2] zijn Encro-telefoon in zijn hand houdt.
[medeverdachte 2] : Precies over twee weken hè?
A-4110: Ja.
[medeverdachte 2] : Klaar. Ik heb het geregeld. [895]
A-4110 is verhoord over deze ontmoeting. [896] [medeverdachte 2] zegt tegen A-4110 dat ze zondag geld moeten halen. [medeverdachte 2] c.s. beschikken ook over een stashauto. Dit betreft een auto met een verborgen ruimte. [897]
[medeverdachte 2] krijgt via zijn PGP-telefoon een bericht binnen van [medeverdachte 1] . Het gesprek gaat vervolgens over Denemarken. [medeverdachte 2] vraagt aan A-4110 of hij 30 kilogram speed naar Denemarken wil brengen. A-4110 vraagt hoe dit in zijn werk gaat. [medeverdachte 2] zegt dat ze iemand bij de grens met Denemarken hebben. Deze persoon kan zien of de grens veilig is. [medeverdachte 2] vertelt dat ze over ongeveer 10 à 14 dagen een transport die kant op willen sturen. De drugs worden aangepakt in Jutland. [898]
EncroChat
Op 26 februari 2020 worden de volgende berichten uitgewisseld via EncroChat, zakelijk weergegeven:
gesprek tussen lazyagent ( [medeverdachte 7] ) en coca fabriek
lazyagent [12.02.34 uur]: Ik zit nog te wachten.
lazyagent [12.02.42 uur]: Ik wacht al vanaf 10 uur.
coca fabriek [12.03.22 uur]: Op?
lazyagent [12.03.31 uur]: A.
coca fabriek [12.03.46 uur]: A-olie?
lazyagent [12.03.53 uur]: Yes. [899]
gesprek tussen avocadocrown ( [medeverdachte 2] ) en ironsquirrel ( [medeverdachte 1] )
ironsquirrel [14.25.17 uur]: Kan die TP van Deen over twee weken erheen? Op
dinsdag?
avocadocrown [14.25.46 uur]: Is goed.
ironsquirrel [14.26.15 uur]: Ik ga nu naar hem toe. Ik probeer er 30 kilo van te
maken. Dan alle drie 10 kilo. [900]
ironsquirrel [14.26.35 uur]: Heb jij pap voor die olie?
avocadocrown [14.27.07 uur]: Ik probeer pap te regelen voor hem.
ironsquirrel [14.27.22 uur]: Dus dinsdag over twee weken. Dan zorgt [medeverdachte 7] dat
de snel klaar is. [901]
avocadocrown [14.27.25 uur]: Ik heb de net olie afgegeven.
ironsquirrel [14.27.51 uur]: Die is toch voor Fin. [902]
ironsquirrel [14.28.14 uur]: Je moet nog een paar liter voor Deen regelen.
avocadocrown [14.28.32 uur]: Oké.
ironsquirrel [14.28.32 uur]: Maar die hoeft niet droog. 2.7 is oké.
avocadocrown [14.28.53 uur]: Oké. [903]
ironsquirrel [14.29.26 uur]: Kan die TP voor 30 nou wel of niet? Ik moet het
over een uur weten.
avocadocrown [14.30.09 uur]: Ja, is goed.
ironsquirrel [14.33.23 uur]: Vraag of hij het voor 5K doet. Het is net over de
grens.
avocadocrown [14.34.01 uur]: Ik ga het proberen.
ironsquirrel [14.34.10 uur]: Met stash?
avocadocrown [14.34.18 uur]: Ja.
ironsquirrel [14.34.45 uur]: Vraag even of hij dat wil.
ironsquirrel [14.35.29 uur]: Ik zorg dat iemand hem veilig over de Deense grens
loodst. [904]
avocadocrown [14.36.45 uur]: Hij wil wel.
ironsquirrel [14.36.56 uur]: [duimpjes omhoog]
ironsquirrel [14.29.47 uur]: We sturen 30 en het TP wordt over de grens geleid.
Dus het is echt veilig. [905]
gesprek tussen lazyagent ( [medeverdachte 7] ) en ironsquirrel ( [medeverdachte 1] )
lazyagent [09.35.12 uur]: Heb de A al voor Deen.
lazyagent [13.02.18 uur]: Ik heb de liters voor Denemarken ook al.
ironsquirrel [13.34.18 uur]: Nee die moeten nog gehaald worden. 25 kilo
gedeeld door drie. Hoeveel liter heb je dan nodig?
ironsquirrel [13.34.56 uur]: Wanneer kan dat TP vertrekken? Lukt dat dinsdag
over twee weken? [906]
lazyagent [13.48.54 uur]: Heb nu al liters gekocht.
lazyagent [13.52.37 uur]: Ik heb alles al gehaald.
ironsquirrel [13.53.11 uur]: Ik zie die Deen vanmiddag. Kan ik tegen hem
zeggen dat we over twee weken gaan sturen? Op
een dinsdag?
lazyagent [13.53.38 uur]: Ik ga er 30 van proberen te maken. Ieder 10 stuks.
ironsquirrel [13.53.58 uur]: Ja, kan. [907]
lazyagent [13.55.32 uur]: Ik dacht: jij hebt het TP al klaar.
ironsquirrel [13.56.22 uur]: Nee, voor Deen zou Lelijk regelen toch? Ik vraag
hem wel.
ironsquirrel [13.57.02 uur]: Maar jullie kunnen die 30 over twee weken toch
wel klaar hebben?
ironsquirrel [13.58.14 uur]: Deze 30 hoeft niet zo droog te zijn.
ironsquirrel [13.58.27 uur]: Gewoon 2.7. [908]
ironsquirrel [13.58.36 uur]: Uit een liter.
lazyagent [13.59.34 uur]: Ja, tuurlijk
lazyagent [13.59.44 uur]: Dat kan in een dag klaar zijn.
lazyagent [13.59.46 uur]: Of twee.
ironsquirrel [14.00.12 uur]: Ja, maar dan moet je de olie nog wel bestellen.
lazyagent [14.00.19 uur]: Dus de prijs is dan 650/2.7. [909]
lazyagent [14.00.30 uur]: Ik heb al 50 liter olie besteld.
ironsquirrel [14.01.03 uur]: Top, dan lukt dat makkelijk. [910]
lazyagent [14.07.19 uur]: Horror heeft na Fin geen pap meer. [911]
ironsquirrel [14.08.09 uur]: Dan help ik hem wel. Gaat maar over een beetje
toch. Hij heeft het TP.
ironsquirrel [14.10.05 uur]: Ik ga hem vragen wanneer zijn TP kan. [912]
ironquirrel [14.19.42 uur]: Ik hoorde dat de olie omhoog gaat door Corona.
lazyagent [14.20.39 uur]: Valt mee.
lazyagent [14.20.46 uur]: Ik heb 650 betaald. [913]
ironsquirrel [14.21.26 uur]: Door het virus komt er geen APAAN meer uit
China.
lazyagent [14.21.57 uur]: Dat grijpen ze gewoon aan. [914]
ironsquirrel [14.22.17 uur]: Ik ben alleen bankier nou. [915]
ironsquirrel [14.30.34 uur]: Het wordt 30 kilo. Hij wil wel een sample zien
volgende week dinsdag.
lazyagent [14.31.21 uur]: Oké. Dan zorg ik dat er een halve uit de gele is en
ene halve uit de spa. [916]
ironsquirrel [14.34.31 uur]: Wat sturen we naar Fin? Spa toch?
lazyagent [16.35.02 uur]: Die van jullie is inmiddels geel.
lazyagent [16.35.11 uur]: Tintje.
lazyagent [16.35.15 uur]: Maar goede olie.
lazyagent [16.35.25 uur]: De discussie over spa en geel is eigenlijk onzin.
lazyagent [16.35.29 uur]: Als de olie maar top is. [917]
27 februari 2020
Op 27 februari 2020 krijgt A-4110 de opdracht om contact te leggen met [medeverdachte 2] teneinde duidelijkheid te verkrijgen over het transport dat op 2 maart 2020 plaatsvindt. Daarnaast dient A-4110 tegen [medeverdachte 2] te zeggen dat hij op 2 maart 2020 om 12.00 uur de Duitse grens wil passeren. A-4110 krijgt verder de opdracht om op 1 maart 2020 samen met [medeverdachte 2] de aanbetaling in ontvangst te nemen. [918]
Op 28 februari 2020 bezoekt [medeverdachte 2] de woning van A-4110. [919] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [920] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
A-4110: Maandag. Tussen tien en half 11 wil ik rijden.
[medeverdachte 2] : Oké.
A-4110: Om 12 uur wil ik bij de grens zijn. [921]
[medeverdachte 2] : We moeten eigenlijk alleen de grens over. Bij Bremen is het ook gevaarlijk.
[medeverdachte 2] : Vliegende brigades.
[medeverdachte 2] : Het lijkt me beter dat je even een stukje doorrijdt tot je ter plaatse bent. Dan gaan wij weg. [922]
[medeverdachte 2] : En die over twee weken staat klaar. Die in Denemarken.
[medeverdachte 2] : Vóór Hamburg ga je er al af. [923]
A-4110 is verhoord over deze ontmoeting. [924] A-4110 verklaart geeft aan dat hij maandag rond 12.00 uur de grens over wil rijden. [medeverdachte 2] vindt dit prima. [925]
EncroChat
Op 27 februari 2020 worden de volgende berichten uitgewisseld via EncroChat, zakelijk weergegeven:
gesprek tussen lazyagent ( [medeverdachte 7] ) en ironsquirrel ( [medeverdachte 1] )
ironsquirrel [10.59.50 uur]: Het TP gaat over twee weken. 5K voor TP kosten.
Hij wordt veilig over de grens bij Denemarken geloodst dus weinig risico. Als de snel ons rond de 300 kost pakken we rond de 10K per persoon. [926]
lazyagent [11.04.07 uur]: Dat is top toch. [927]
lazyagent [11.04.24 uur]: Kan ik een jaar van leven
ironsquirrel [11.05.45 uur]: Moet niet te nat zijn en niet te droog. Laten we 2.5
doen.
ironsquirrel [11.06.15 uur]: Dan komt een kilo op iets minder dan 300 uit
toch? [928]
lazyagent [11.07.08 uur]: Yes. [929]
ironsquirrel [12.53.54 uur]: Heb je al een prepaid opgehaald? Zo niet koop er
dan even drie
lazyagent [13.30.54 uur]: Komt goed doe ik. [930]
lazyagent [13.31.03 uur]: Die olie van jullie wordt crèmewitte snelle.
lazyagent [13.31.17 uur]: Alles is bijna klaar.
lazyagent [13.32.53 uur]: We laten het indrogen.
lazyagent [13.33.06 uur]: En kijken hoe droog het wordt.
ironsquirrel [13.33.13 uur]: Oké maat.
lazyagent [13.34.14 uur]: Fin wil zo goed als droog hè?
lazyagent [13.34.37 uur]: Ik doe volgende keer liever gewoon een heel klein
beetje metha. En dan droogkloppen.
lazyagent [13.34.43 uur]: Is veel sneller.
ironsquirrel [13.34.47 uur]: Ja, gewoon twee kilo uit één liter.
lazyagent [13.35.01 uur]: Dat proberen we te halen
lazyagent [13.35.11 uur]: Als we 2.8 opkloppen.
lazyagent [13.35.18 uur]: En laten drogen tot twee.
ironsquirrel [13.35.18 uur]: Hoe is het dan met de sterkte?
lazyagent [13.35.35 uur]: Moet goed zijn. Zo deden jullie volgens choco
altijd.
ironsquirrel [13.35.56 uur]: Ik bedoel met een klein beetje metha.
lazyagent [13.36.07 uur]: Die metha verdampt gewoon.
lazyagent [13.36.15 uur]: Sterkte hangt puur af van de olie.
ironsquirrel [13.36.33 uur]: Oke maat jij weet het beter als mij.
lazyagent [13.36.40 uur]: Uit laten lekken.
lazyagent [13.36.40 uur]: Is het allermooiste.
ironsquirrel [13.37.34 uur]: Goed laten drogen. Dan vacuüm trekken.
ironsquirrel [13.38.09 uur]: Ik heb ze al laten weten dat het volgende week
komt.
lazyagent [13.39.33 uur]: Maar ik doe volgende keer gewoon anders
ironsquirrel [13.40.04 uur]: Als de sterkte maar goed is.
lazyagent [13.40.12 uur]: Ja, dat is puur de olie.
lazyagent [13.40.26 uur]: De olie was top. [931]
gesprek tussen avocadocrown ( [medeverdachte 2] ) en ironsquirrel ( [medeverdachte 1] )
ironsquirrel [11.44.21 uur]: Met dat Deen-verhaal pakken we toch zo 10K per
persoon. Jouw TP-man wordt veilig over de Deense grens geloodst. Ik geef je alle info zondag. [932]
gesprek tussen lazyagent ( [medeverdachte 7] ) en vibrantwhisky ( [medeverdachte 6] )
vibrantwhisky [21.06.06 uur]: Mijn neus is aan de binnenkant verschroeid.
vibrantwhisky [21.09.37 uur]: De olie pak ik morgenochtend uit de stash.
vibrantwhisky [21.10.19 uur]: Dan kunnen we samen in de middag even op en
neer.
Doen we de olie in de stash. De rest in de auto. Pap.
lazyagent [21.11.18 uur]: Ik kom zwaar tijd tekort.
vibrantwhisky [21.11.36 uur]: Ik hoop dat broer morgenmiddag weg is.
vibrantwhisky [21.12.18 uur]: Dan kan ik eerder beginnen.
lazyagent [21.12.18 uur]: Dat wordt een klapper.
lazyagent [21.12.23 uur]: Daarna Deem (het hof begrijpt: Deen).
lazyagent [21.12.28 uur]: Dan Rus.
lazyagent [21.12.35 uur]: Er komen zware TP’s aan.
vibrantwhisky [21.12.39 uur]: Ja.
vibrantwhisky [21.12.42 uur]: Top. [933]
vibrantwhisky [21.17.50 uur]: Ik stop ook zo snel mogelijk weer met gewoon
werk. Ik zal even kijken of ik zogenaamd een paar
klusjes kan fixen. Schilderwerk. Laag in belasting.
lazyagent [21.18.55 uur]:
Numero unois dit. Het kan niet zo zijn dat we dit
verneuken voor een kutbaantje. [934]
vibrantwhisky [21.14.09 uur]: Ik ga zo snel slapen. Dan ben ik morgen een beetje
fit. Vanmiddag is mijn neus van binnen verschroeid. Door het masker heen. [935]
28 februari 2020
Op 27 februari 2020 krijgt A-4110 de opdracht om contact te leggen met [medeverdachte 2] teneinde duidelijkheid te verkrijgen over het transport dat op 2 maart 2020 plaatsvindt. Daarnaast dient A-4110 tegen [medeverdachte 2] te zeggen dat hij op 2 maart 2020 om 12:00 uur de Duitse grens wil passeren. A-4110 krijgt verder de opdracht om op 1 maart 2020 samen met [medeverdachte 2] de aanbetaling in ontvangst te nemen. [936]
Op 28 februari 2020 bezoekt [medeverdachte 2] de woning van A-4110. [937] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [938] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
A-4110: Maandag. Tussen tien en half 11 wil ik rijden.
[medeverdachte 2] : Oké.
A-4110: Om 12 uur wil ik bij de grens zijn. [939]
[medeverdachte 2] : We moeten eigenlijk alleen de grens over. Bij Bremen is het ook gevaarlijk.
[medeverdachte 2] : Vliegende brigades.
[medeverdachte 2] : Het lijkt me beter dat je even een stukje doorrijdt tot je ter plaatse bent. Dan gaan wij weg. [940]
[medeverdachte 2] : En die over twee weken staat klaar. Die in Denemarken.
[medeverdachte 2] : Vóór Hamburg ga je er al af. [941]
A-4110 is verhoord over deze ontmoeting. [942] A-4110 verklaart geeft aan dat hij maandag rond 12:00 uur de grens over wil rijden. [medeverdachte 2] vindt dit prima. [943]
[naam]
Op 28 februari 2020 worden de volgende berichten uitgewisseld via [naam] , zakelijk weergegeven:
gesprek tussen henkuspenkus ( [medeverdachte 7] ) en stoepheld44:
henkuspenkus [00.59.54 uur]: Ik ben een groot transport aan het voorbereiden. [944]
gesprek tussen henkuspenkus ( [medeverdachte 7] ) en misterorange1 ( [medeverdachte 6] ):
henkuspenkus [16.36.31 uur]: Genoeg zakken hè?
henkuspenkus [16.36.41 uur]: Ik wil meer dan genoeg hebben.
henkuspenkus [17.14.45 uur]: Ik blijf de hele nacht op. [945]
29 februari 2020
Op 29 februari 2020 bezoekt [medeverdachte 2] de woning van A-4110. [946] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [947] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] : Morgen krijg je de aanbetaling.
A-4110: Daar zit ik niet over in.
[medeverdachte 2] : Dat geld zit wel goed.
[medeverdachte 2] : Ik zei: "jij moet het transport maar even betalen." Hij zei: "dat is goed."
[medeverdachte 2] : Alles is klaar. Ik zal hem zo even een bericht sturen hoe laat we daar morgen moeten zijn. [948]
[medeverdachte 2] : [medeverdachte 7] .
[medeverdachte 2] : Ik moet even geld pakken van hen. Want ze moeten een gedeelte voor die olie nog geven. [949]
Bericht geluidje.
A-4110: Wat zeggen ze?
[medeverdachte 2] : [klinkt als voorlezen]. Om drie uur. Morgen.
[medeverdachte 2] : Dat is die jongen van het geld.
[medeverdachte 2] : [klinkt als voorlezen]. Kom toch naar [plaats] . Drie uur. [locatie] . [950]
A-4110 is verhoord over deze ontmoeting. [951] A-4110 verklaart dat [medeverdachte 2] en hij de volgende dag om 15.00 uur in de [locatie] moeten zijn. Daar krijgen ze de aanbetaling van € 24.000,00. [952]
EncroChat
Op 29 februari 2020 worden de volgende berichten uitgewisseld via EncroChat, zakelijk weergegeven:
gesprek tussen avocadocrown ( [medeverdachte 2] ) en lazyagent ( [medeverdachte 7] )
avocadocrown [9.39.37 uur]: Hoe laat kan die maat de stashauto oppikken?
lazyagent [9.57.18 uur]: Ik ben nog weg met de stash.
lazyagent [9.57.26 uur]: Ik hoop dat het allemaal past. [953]
gesprek tussen avocadocrown ( [medeverdachte 2] ) en ironsquirrel ( [medeverdachte 1] )
avocadocrown [12.45.37 uur]: Hoe laat moet ik morgen bij jou zijn i.v.m. het
transport?
ironsquirrel [12.53.45 uur]: Ik kom naar [plaats] . Drie uur [locatie] . [954]
gesprek tussen lazyagent ( [medeverdachte 7] ) en vibrantwhisky ( [medeverdachte 6] )
lazyagent [12.52.01 uur]: Duurt te lang.
lazyagent [12.52.55 uur]: Ik ben helemaal over de zeik.
lazyagent [12.53.02 uur]: Moet toch godverdomme bezig met dat kanker-TP.
vibrantwhisky [13.08.34 uur]: Ik ga bakken halen en een extra kacheltje.
vibrantwhisky [13.09.05 uur]: Ik heb een glazen tafel. Desnoods smeren we het
bak voor bak uit.
vibrantwhisky [13.09.50 uur]: Ik heb de verwarming op 20 gezet. [955]
gesprek tussen ironsquirrel ( [medeverdachte 1] ) en lazyagent ( [medeverdachte 7] )
lazyagent [12.55.23 uur]: Ik weet niet of ik het red. Ik ben druk met komende
maandag.
ironsquirrel [13.50.26 uur]: Ik heb ook response gekregen op de prepaid. Die
werkt. Ze weten dat we komen. [956]
1 maart 2020 (De aanbetaling wordt opgehaald)
Op 1 maart 2020 krijgt A-4110 de opdracht om contact te leggen met [medeverdachte 2] en met [medeverdachte 2] mee te gaan om geld op te halen bij [medeverdachte 1] . [957] Op 1 maart 2020 haalt A-4110 [medeverdachte 2] op bij zijn nieuwe woning aan de [adres] te [plaats] . [958] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [959] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
A-4110 en [medeverdachte 2] stappen in de auto.
[medeverdachte 2] : We moeten naar [cafe] toe.
[medeverdachte 2] : [cafe] .
A-4110: Waarom zei je dan [locatie] tegen mij?
[medeverdachte 2] : Hebben ze veranderd. Vergeten door te geven. [960]
[medeverdachte 2] : Wat moet er aanbetaald worden? 40%. Dat is 24 ruggen.
A-4110: Ja. [961]
A-4110 is over dit deel van de ontmoeting verhoord. [962] A-4110 verklaart dat hij en [medeverdachte 2] voor de afspraak naar café [cafe] moeten. Dit café bevindt zich aan [adres] . [963] A-4110 en [medeverdachte 2] rijden daarnaartoe. [964]
Om 14.51 uur bevindt [medeverdachte 1] zich in de Volkswagen Up met kenteken [kenteken] . Dit voertuig is voorzien van een peilbaken. Uit de gegevens van dit peilbaken komt naar voren dat het voertuig zich om 14.58 uur op [adres] te [plaats] begeeft. [965] Dit is in de buurt van het [adres] alwaar café [cafe] is gelegen. [966] Uit de in de auto gemaakte geluidsopnames komt naar voren dat [medeverdachte 1] belt met [medeverdachte 5] en aan hem vraagt of hij zo bij [cafe] komt. [967]
Om 15.09 uur straalt de telefoon met telefoonnummer [telefoonnummer] , in gebruik bij [medeverdachte 1] , een mast aan met Cell ID 204-08-61101-5750047 53.201 875 5.802036. [968] Deze mast geeft onder andere dekking op het [adres] waar café [cafe] is gelegen. [969]
Om 16.10 uur straalt de telefoon met telefoonnummer [telefoonnummer] in gebruik bij [medeverdachte 2] , een mast aan op de locatie [adres] 23 te [plaats] . [970] Deze mast geeft dekking op het [adres] waar café [cafe] is gelegen. [971]
In het café ontmoeten [medeverdachte 2] en A-4110 [medeverdachte 1] . [medeverdachte 1] vertelt hoe de overdracht in Finland gaat verlopen. [medeverdachte 1] heeft een prepaid telefoon meegenomen. Daarin staat de naam " [naam] " vermeld. Een uur voordat de chauffeur van de boot afkomt moet met " [naam] " contact worden gezocht. Er komt dan iemand de drugs aannemen van de chauffeur. [medeverdachte 1] vertelt dat ze een auto hebben die een speciale ruimte heeft. Deze ruimte is goed verstopt. [972]
[medeverdachte 1] geeft de prepaid-telefoon aan A-4110. In de telefoon staat onder de naam " [naam] " het telefoonnummer [telefoonnummer] vermeldt. [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] spreken over Denemarken. [medeverdachte 2] zegt tegen [medeverdachte 1] dat A-4110 30 kilo speed die kant op wil smokkelen.
Op enig moment komt [medeverdachte 5] binnen. [medeverdachte 5] neemt deel aan het gesprek. Men spreekt over de aanbetaling voor het transport naar Finland. [medeverdachte 1] zegt dat hij het geld in de auto heeft liggen. Hij heeft in totaal € 21.000,00 bij zich. [medeverdachte 2] zegt dat dit te weinig is. [medeverdachte 1] zegt dat het wel goed komt. [medeverdachte 2] loopt met [medeverdachte 1] naar buiten en haalt het geld op. [medeverdachte 2] neemt het geld mee. [medeverdachte 2] en A-4110 rijden vervolgens naar de woning van A-4110. Aldaar wordt het geld geteld. [medeverdachte 2] komt uit op een bedrag van € 19.000,00. Hierop rijden [medeverdachte 2] en A-4110 terug naar [cafe] . [medeverdachte 1] en [medeverdachte 5] gaan vervolgens met [medeverdachte 2] en A-4110 terug naar de woning van A-4110. [973] Het gesprek dat plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [974] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 2] : Ik tel 19.
[medeverdachte 1] : 21 klopt. [975]
Geritsel te horen.
[medeverdachte 1] : Het moet sowieso 21 zijn. [976]
Er wordt geld geteld.
[medeverdachte 1] : I come four March.
[medeverdachte 2] : Op een woensdag?
[medeverdachte 2] : Weet je het zeker?
A-4110: Ja.
[medeverdachte 2] : Jij zei de 5e tegen mij.
A-4110: Woensdag. [977]
[medeverdachte 1] : Pak mijn ding eventjes. Darling. Sorry I made a mistake. It’s one day before.
[medeverdachte 1] : So be ready. Fourth of March.
[medeverdachte 2] : Ja, net al gezegd. Sorry mate we are.
[medeverdachte 1] : Nee, girl!
[medeverdachte 2] : Sorry, oké. Goed dat je het zegt, ja
[medeverdachte 1] : Sorry, nee jij bent een wijf, zo moet je typen, dat jij het wijf bent
[medeverdachte 2] : Sorry, my love ja?
[medeverdachte 1] : ja, my love so
[medeverdachte 2] : He, sorry my love [978]
[medeverdachte 1] : 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 12, 13, 14, 15, 16, 18, 19, 20, 21.
[medeverdachte 2] : Dan heb je te weinig hoor.
[medeverdachte 1] : Dat komt toch later.
[medeverdachte 2] : Drie ruggen.
[medeverdachte 1] : Rustig aan jongen. [979]
[medeverdachte 2] : Sorry my love. I want to see you on day earlier.
[medeverdachte 1] : one day before
[medeverdachte 2] : one day before, zal ik dat zeggen?
[medeverdachte 1] : ja, one day before You know, end an
[medeverdachte 2] : Stuur jij maar even, hier
[medeverdachte 1] : nee, nee, ik raak het niet meer aan
[medeverdachte 2] : Schijtding..(ntv)
[medeverdachte 1] : Nee. lk raak het niet meer aan, heb het schoongemaakt
[medeverdachte 2] : he?
[medeverdachte 1] :ik raak het niet meer aan
[medeverdachte 2] : oh
[medeverdachte 1] : one day before so I mean five, four
[medeverdachte 2] : ja
[medeverdachte 1] : four
[medeverdachte 2] : one day before
[medeverdachte 1] : four March
[medeverdachte 2] : one day earl, before
[medeverdachte 1] : One day before one March, dat is niet zo moeilijk
[medeverdachte 2] : Ooh, ik zet wel, I see you one day before, early
[medeverdachte 1] : ja, one day before
[medeverdachte 2] : Oke ja? Is goed
[medeverdachte 1] : ja
[medeverdachte 2] : ja, ja, ja,”
[medeverdachte 1] : Dat hij ergens rustig gaat zitten. Dat hij minimaal een uur neemt. Dat ze eventjes kunnen komen om het aan te pakken. Hij heet [naam] en zij heet [naam] .
[medeverdachte 1] : De chauffeur is [naam] . Hij is [naam] . [980]
Klinkt alsof er op een telefoon o.i.d. getypt wordt
[medeverdachte 2] : Kom! Let's go
A-4110: 06
[medeverdachte 2] : hé
A-4110: [naam] . Dit is [naam]
[medeverdachte 2] : he?
A-4110: Dat is die ..(nvt) kerel
[medeverdachte 2] : oh ja, die .. (nvt) Kom maar, ja [981]
A-4110: 21?
[medeverdachte 2] : Wel 21.
[medeverdachte 2] : Er zit 21.000 in, maar je moet hem een aanbetaling van minimaal 20 geven. Dus dat moet je even regelen. [982]
[medeverdachte 2] : We moeten morgen naar [medeverdachte 7] toe. [983]
A-4110: 21 heeft hij gegeven.
[medeverdachte 2] : 21 ja.
[medeverdachte 2] : Hij moet 60.000 in totaal betalen.
[medeverdachte 2] : Hij heeft 21 gegeven.
[medeverdachte 2] : Dat houdt dus in dat hij nog 39 moet geven als het aankomt.
[medeverdachte 2] : 39.000. [984]
A-4110: Hoe doen we dat morgen? [985]
[medeverdachte 2] : Morgenvroeg pik je mij op.
[medeverdachte 2] : Ik zal zo even appen met [medeverdachte 7] .
A-4110: Half 10 pik ik je op.
[medeverdachte 2] : Half 10 ja. [986]
A-4110 is verhoord over dit deel van de ontmoeting. [987] In de woning hebben [medeverdachte 1] en [medeverdachte 5] samen het geld geteld. Het blijkt om € 21.000,00 te gaan. Het geld is in een plastic zak gegaan. In de woning wordt besproken hoe de overdracht in Finland zal verlopen. [medeverdachte 1] vertelt dat er berichten gestuurd moeten worden aan " [naam] ". A-4110 of de chauffeur zijn " [naam] " en " [naam] " is " [naam] ". [naam] en [naam] zijn een "stelletje". Zo moet ook gecommuniceerd worden. [988]
De door [medeverdachte 1] aan A-4110 verstrekte prepaid telefoon is onderzocht. Uit het proces-verbaal van bevindingen blijkt het volgende. Op 1 maart 2020 ontmoeten A-41 10, [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en [medeverdachte 5] elkaar bij café [cafe] te [plaats] . [medeverdachte 1] legt hier uit hoe het moet gaan lopen met de overdracht van de verdovende middelen in Finland. [medeverdachte 1] geeft bij deze ontmoeting een prepaid telefoon aan A-4110 en vertelt dat in deze telefoon een telefoonnummer staat van ' [naam] ' en geeft instructies hoe de chauffeur van het transport contact op moet nemen met ' [naam] '. Dit Finse telefoonnummer is [telefoonnummer] . Dit telefoonnummer is tevens verstrekt aan de Finse autoriteiten die hierop een onderzoek hebben opgestart naar het mogelijke aanpakken van de verdovende middelen in Finland. Het toestel werd vervolgens inbeslaggenomen teneinde het uit te lezen.
Ik zag dat er naast de gebruikelijke servicenummers één telefoonnummer stond opgeslagen in deze telefoon. Ik zag dat het hier ging om een opgeslagen contactpersoon " [naam] " met telefoonnummer [telefoonnummer] . [989]
Nader onderzoek aan de door [medeverdachte 1] aan A-4110 verstrekte telefoon wijst het volgende uit. Uit de OVC in de woning van A-4110 van 1 maart 2020 bleek dat er werd gesproken over het sturen van een SMS-bericht vermoedelijk via de onderzochte Nokia 105.
"(F: [medeverdachte 2] .
M: [medeverdachte 1] )
F: Wacht even, kijk hier, wacht even. Sorry my love I want to see you on day earlier
M: one day before,
F: one day before, zal ik dat zeggen?
M: ja, one day before You know, end an)”
Vervolgens heb ik gekeken of er een bericht in de telefoon stond dat overeen kwam met een bericht waarover in de OVC werd gesproken. lk zag dat onderstaand (het hof begrijpt op grond van de op pagina 7507 weergegeven afbeelding “Sorry my love, I gone see you one day before”) overeenkwam. [990]
Aan het toestel is vervolgens nogmaals nader onderzoek gedaan. Volgens het proces-verbaal is onderzoek gedaan naar de verstuurde SMS-berichten die zijn verstuurd met het toestel waar het Finse nummer in zat voordat het toestel door de [medeverdachte 1] (het hof begrijpt op 1 maart 2020) werd overgedragen aan A-4110. Ik zag dat voor 28 februari 2020 dil telefoonnummer niet in gebruik is geweest. Ik zag dat er vanaf 28 februari 2020 tot en met 29 februari 2020 steeds hetzelfde cell-id werd aangestraald. Het betreft hier het cell-id KPN-321054177 die is gelegen aan de [adres] nabij [pleegplaats] . Ik zag dat dit cell-id straalde in de richting waar ook de woning van de verdachte [medeverdachte 1] is gelegen. [991]
EncroChat
Op 1 maart 2020 worden de volgende berichten uitgewisseld via EncroChat, zakelijk weergegeven:
gesprek tussen lazyagent ( [medeverdachte 7] ) en avocadocrown ( [medeverdachte 2] )
lazyagent [10.20.23 uur]: Alles goed?
lazyagent [10.39.08 uur]: Ik was aan het inpakken. [992]
gesprek tussen avocadocrown ( [medeverdachte 2] ) en ironsquirrel ( [medeverdachte 1] )
avocadocrown [13.47.50 uur]: 10 minuten bij [cafe] .
ironsquirrel [13.52.40 uur]: Oké.
avocadocrown [14.27.44 uur]: Je hebt te weinig gegeven. We hebben samen
21.000 geteld. Het moet 24 zijn. [993]
gesprek tussen vibrantwhisky ( [medeverdachte 7] ) en ironsquirrel ( [medeverdachte 1] )
vibrantwhisky [15.15.50 uur]: Mijn Enc vergeten.
vibrantwhisky [15.16.01 uur]: Ben daarop om half zes weer bereikbaar. [994]
vibrantwhisky [15.16.01 uur]: Alles is klaar.
vibrantwhisky [15.16.15 uur]: Ik heb in totaal 103,5 kilogram.
vibrantwhisky [15.16.22 uur]: Moet ik die 3,5 apart houden?
ironsquirrel [15.17.39 uur]: Ja. Die houden we voor Deen. [995]
gesprek tussen vibrantwhisky ( [medeverdachte 7] ) en unbornostrich
vibrantwhisky [15.30.57 uur]: Sinds woensdag heb ik maximaal 16 uur geslapen.
Vrijdag op zaterdag ben ik 24 uur achter elkaar bezig geweest. Drie uur geslapen. Vannacht ook drie uurtjes. Net klaar. [996]
gesprek tussen lazyagent ( [medeverdachte 7] ) en ironsquirrel ( [medeverdachte 1] )
lazyagent [19.22.27 uur]: Ben je thuis?
ironsquirrel [19.23.41 uur]: Ik ben met de MI-side uiteten.
ironsquirrel [19.23.48 uur]: Wat is er dan?
lazyagent [19.24.06 uur]: Telefoon.
lazyagent [19.24.11 uur]: Voor morgen toch?
lazyagent [19.24.41 uur]: Morgen gaat die snelle op TP toch?
lazyagent [19.24.58 uur]: 2 maart toch?
ironsquirrel [19.25.08 uur]: Hebben ze al. Plus 24k aanbetaling.
lazyagent [19.25.44 uur]: Heb je Lelijk gezien?
ironsquirrel [19.25.58 uur]: Nee, maar ik heb Lelijk vanmiddag gesproken.
lazyagent [19.26.32 uur]: Ik rij wel even langs hem.
ironsquirrel [19.26.35 uur]: Ze moeten met jou de snelle ophalen. Lelijk rijdt
voor.
ironsquirrel [19.26.53 uur]: Ja doe maar even. Hij heeft ook pap voor je. [997]
gesprek tussen avocadocrown ( [medeverdachte 2] ) en lazyagent ( [medeverdachte 7] )
avocadocrown [20.58.10 uur]: Ik zit in het nieuwe huis aan de gracht.
lazyagent [21.04.23 uur]: Hoe laat moet hij morgen vertrekken?
lazyagent [21.04.30 uur]: Ik ben doodop.
lazyagent [21.04.39 uur]: Drie dagen drie uur per nacht geslapen.
avocadocrown [21.38.13 uur]: Hij moet morgenvroeg om 10 uur vertrekken. Moet
hij naar [plaats] of kom jij vóór 10 uur bij mij?
lazyagent [21.39.18 uur]: Ik kom bij jou.
lazyagent [21.39.23 uur]: En wij rijden voor?
lazyagent [21.40.38 uur]
Riderzei dat jij reed?
avocadocrown [21.42.10 uur]: Ja, we rijden voorop. Kom je om half 10 bij mijn
nieuwe huis?
lazyagent [21.43.12 uur]: Ja.
lazyagent [21.43.55 uur]: Ik vul mijn stashauto morgenvroeg.
lazyagent [21.44.09 uur]: Zie ik je morgenochtend. 9.30 uur. [998]
[naam]
Op 1 maart 2020 worden de volgende berichten uitgewisseld via [naam] , zakelijk weergegeven:
gesprek tussen henkuspenkus ( [medeverdachte 7] ) en misterorange1 ( [medeverdachte 6] ):
henkuspenkus [12.12.34 uur]: Gaan we zo weer bezig.
henkuspenkus [13.06.04 uur]: Pak die grote ronde.
henkuspenkus [13.06.08 uur]: Beslagkom. [999]
henkuspenkus [22.47.27 uur]: Morgenvroeg om acht uur de auto vullen. [1000]
gesprek tussen henkuspenkus ( [medeverdachte 7] ) en tnoord:
henkuspenkus [20.31.15 uur]: Was snelle maken. [1001]
2 maart 2020 (de “klapdag”/ dag van het transport naar Finland)
Op 2 maart 2020 krijgt A-4110 de opdracht om omstreeks 9.30 uur contact te zoeken met [medeverdachte 2] en de - vermoedelijk - 100 kilogram drugs naar Duitsland te vervoeren. [1002] Omstreeks 7.55 uur, krijgt A-4110 een bericht op de prepaid telefoon die hij op 1 maart 2020 van [medeverdachte 1] heeft gekregen. In het bericht staat de tekst: "OK". A-4110 rijdt vervolgens naar de woning van [medeverdachte 2] aan de [adres] te [plaats] . [1003] Omstreeks 9.30 uur wordt een Volkswagen Golf met kenteken [kenteken] (het hof begrijpt: de auto van A-4110) ter hoogte van perceel [adres] te [plaats] geparkeerd. [1004] Op voornoemd adres ontmoet A-4110 [medeverdachte 2] en [medeverdachte 19] . [1005]
[medeverdachte 2] krijgt op zijn PGP-telefoon een bericht dat [medeverdachte 7] pech heeft met de Volvo. Ook krijg hij het bericht dat ze naar [plaats] moeten om daar de broer van [medeverdachte 7] te ontmoeten. [1006]
Omstreeks 9.50 uur staat een groene Volvo, type S80, voorzien van kenteken [kenteken] , geparkeerd in de middenberm van de [straat] ter hoogte van de [straat] te [plaats] . De bestuurder betreft [medeverdachte 7] . [1007]
Om 9.52 uur wordt vanaf [telefoonnummer] , in gebruik bij [medeverdachte 7] , gebeld naar telefoonnummer [telefoonnummer] . Uit het opgenomen telefoongesprek blijkt onder meer het volgende, zakelijk weergegeven:
NNM6267 zegt dat hij de auto op de middenbermen aan het duwen was. NNM5022 moet het kenteken en lidmaatschapsnummer hebben. NNM6267 heeft geen lidmaatschapsnummer. Ze moeten hem gewoon wegslepen. Hij betaalt wel. [1008]
Omstreeks 10.00 uur stappen [medeverdachte 2] en twee andere personen - NN1 en NN4 (het hof begrijpt, ook hierna: A-4110 en [medeverdachte 19] ) - vanaf de [adres] in de Volkswagen met kenteken [kenteken] . Het drietal rijdt vervolgens weg. [1009]
[medeverdachte 2] , A-4110 en [medeverdachte 19] rijden naar [plaats] . [1010] Het gesprek dat in de auto van A-4110 plaatsvindt is opgenomen met audioapparatuur. De opname is uitgewerkt. [1011] Uit deze uitwerking komt onder meer het volgende naar voren, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 19] gaat op de achterbank zitten. [1012]
[medeverdachte 2] : Heb jij je paspoort bij je trouwens?
[medeverdachte 19] : Ik heb mijn ID-kaart. Rijbewijs.
A-4110: Gaan jullie ook de grens over dan?
[medeverdachte 2] : Dat lijkt me wel als we voor moeten rijden.
A-4110: Ik dacht dat jij zei: "nee we gaan niet helemaal tot Bremen."
[medeverdachte 2] : We brengen je tot aan het adres. En als je daar bent dan krijg je dat geld in handen.
[medeverdachte 2] : Je kan niet met het geld én de handel rijden. Dat is helemaal uit den boze. Of niet?
[medeverdachte 19] : Lijkt me niet heel erg slim. [1013]
[medeverdachte 19] : Typisch dat dit moet gebeuren. Autopech.
[medeverdachte 2] : Balen.
[medeverdachte 19] : Beter dat het hier gebeurt dan ergens in Duitsland.
[medeverdachte 2] : Dat wou ik zeggen.
A-4110: Waar gaan we nu heen? [1014]
[medeverdachte 2] : [plaats] .
A-4110: Waar ligt [plaats] ?
[medeverdachte 2] : Weet ik niet
[medeverdachte 19] : Ik zal even kijken. Wacht even
[medeverdachte 19] : Afslag [plaats] .
[medeverdachte 19] : Even een berichtje sturen waar we zitten.
A-4110: Hoe kom ik er op?
[medeverdachte 19] : Rondje maken
A-4110: Hier naar beneden
[medeverdachte 19] : Oprit ofzo
[medeverdachte 2] : Tijdverlies als we nu naar hem toe gaan
[medeverdachte 2] : Naar beneden naar die andere jongen, [plaats] . Zijn broer heeft de spullen klaar. [1015]
A:4110: Links… Rechts…
[medeverdachte 19] : Ja nee goed. Gewoon rechtdoor
A-4110: Gaat hij met mij mee?
[medeverdachte 2] : Nee.
A-4110: Waar is die auto van jou dan?
[medeverdachte 19] : Zouden we dan in deze Volvo gaan die daar staat?
[medeverdachte 2] : Ja, dat is de stashauto.
[medeverdachte 2] : Ja maar hij had toch een andere. Ook een stash auto.
[medeverdachte 19] : Afslag 21 straks over 2, 8 kilometer naar [plaats] . [1016]
[medeverdachte 19] : Rotonde rechtdoor maat
[medeverdachte 19] : Hier rechtsaf zegt ie
A-4110: Waar is [plaats]
[medeverdachte 2] : Hier rechtdoor
[medeverdachte 19] : We zijn er bijna hoor
[medeverdachte 19] : Gewoon deze weg blijven volgen.
[medeverdachte 2] : Dit is de popmastate hier.
[medeverdachte 2] pakt zijn telefoon erbij. [1017]
[medeverdachte 2] : Zijn broer moet ik pingen.
A-4110: Waar moeten we heen?
[medeverdachte 19] : Straks bij die straat daar links. [1018]
[medeverdachte 2] : Ik zal even sturen. Ik ben in [plaats] .
[medeverdachte 19] : Drie minuten staat hier. [1019]
[medeverdachte 2] : Ja oké ik ben er al. Dit is [plaats] . Maar ik weet niet waar die [naam] wonen. Even een bericht gestuurd hier. Ik heb hem toegevoegd. Oké. Nou die andere even sturen. Pannekoekerij weer. Dit is niet zo professioneel. [1020]
[medeverdachte 2] : Hij zegt vibrantwhisky. Ik heb hem toegevoegd. En alle twee heb ik gezegd ik ben in [plaats] . Dus rij maar een blokje. Zie je de auto’s wel staan.
A-4110: Wat voor auto heeft hij dan?
[medeverdachte 2] : Zo’n Peugeot, citroentje hebben ze ook.
[medeverdachte 19] : Zijn broer heeft nog een andere auto. Die weet ik wel te vinden denk ik. Zijn broer ken ik wel. Als hij buiten gaat staan dan herken ik hem.
[medeverdachte 2] : Jawel. Zijn broer heb ik nooit gezien trouwens hoor.
[medeverdachte 19] : Hele rustige jongen ook. Aardige jongen ook. Die komt weleens bij mij thuis. [1021]
Om 10.21 uur belt [medeverdachte 7] ( [telefoonnummer] ) naar BFC ( [telefoonnummer] ) (het hof begrijpt: BFC Mobiliteit te [plaats] ). Het toestel van [medeverdachte 7] straalt op dat moment een mast aan op de locatie [adres] te [plaats] . Uit het opgenomen telefoongesprek blijkt onder meer het volgende, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 7] : Goedemorgen met [medeverdachte 7] . Ik heb zojuist een aanvraag gedaan bij RoadGuard. Ik wilde een adres invullen binnen 25 kilometer.
BCF: Je kan dat ook tegen de chauffeur zeggen als die bij je komt.
[medeverdachte 7] : Dan weet ik genoeg. Ik wacht wel even. [1022]
Omstreeks 10.25 uur bevindt de Volkswagen met kenteken [kenteken] zich ter hoogte van [adres] te [plaats] . [1023]
Omstreeks 10.35 uur laadt een man (NN3) vanuit perceel aan de [adres] te [plaats] meerdere papieren tassen in een Volvo V50 stationwagen, voorzien van kenteken [kenteken] . [1024]
Uit de OVC in de auto van A-4110 blijkt verder:
[medeverdachte 19] : Stuur maar een berichtje: we staan bij de kerk. [1025]
[medeverdachte 2] : Maar [medeverdachte 7] die heeft wel geld. Deze he? Denk je het wel hee?
[medeverdachte 19] : Hoe komt hij aan al die connecties?
[medeverdachte 2] : Hij rijdt ook heel veel. Een werker is het. Constant aan het werk joh deze. [1026]
[medeverdachte 2] : Ik krijg nu een ander bericht. De broer zegt: “kom er aan. Paar minuten.”
A-4110: Dat is toch abnormaal. Die boeren die houden alles in de gaten.
[medeverdachte 19] : Klopt. Dat is echt zo jonge. Iedereen zit al te kijken.
[medeverdachte 19] : Hier kan [medeverdachte 7] ook niks aan doen natuurlijk.
[medeverdachte 2] : Kan gebeuren he. Beter hier dat het gebeurt als dat je met die auto de grens over bent. Meneer kunt u mij even weg slepen? Ja. Waarheen? Even de grens over. [1027]
[medeverdachte 2] : Ze zijn best wel professioneel hoor. Ze hebben allemaal verschillende auto’s alles. Alleen hier kun je niks tegen doen. Is overmacht.
[medeverdachte 19] : Waar is dat de grens over? Waar gaan we?
[medeverdachte 2] : Duitsland. Groningen.
[medeverdachte 19] : Dan is het ook niet ver meer toch? Bremen.
A-4110: Nee, niet ver.
A-4110: Als we de grens over zijn gegaan nog een uurtje.
[medeverdachte 19] : Hebben we ook een tijd dat we daar moeten wezen? Voor een bepaalde tijd ofzo?
A-4110: Nee in de middag joh. Dat regel ik wel. Ik heb nog een telefoon bij mij.
[medeverdachte 2] : Die andere telefoon heb je meegenomen? Die twee?
A-4110: Ja. Die twee. Daar moeten jullie met mij contact mee houden. Weet je wel?
[medeverdachte 19] : Nummer staat er in?
A-4110: Ik heb jouw nummer hier in.
[medeverdachte 19] : Deze kan ook bellen in Duitsland.
A-4110: Jij belt mij nou?
[medeverdachte 19] : Ja dan kan ik sneller schakelen. Als ik moet bellen kies ik gewoon het laatst gekozen nummer.
[medeverdachte 2] : Daar komt hij aan. Hij is er al. Even overladen jong.
[medeverdachte 19] : Dat moet de grens over.
[medeverdachte 2] : Wij nemen een auto van hun. [1028]
Omstreeks 11.00 uur staat de groene Volvo met kenteken [kenteken] op een afsleepwagen staat. De auto bevindt zich op dat moment op de [straat] . De afsleepwagen rijdt weg. [medeverdachte 7] zit op de bijrijdersplaats van de sleepwagen. [1029]
Uit de OVC in de auto van A-4110 blijkt verder:
A-4110: Het hele dorp weet al dat we hier staan.
[medeverdachte 2] : Ja tuurlijk. We worden zo meteen klemgereden.
A-4110: Ja. Zal mij niet verbazen.
[medeverdachte 19] : Moeten we rennen.
[medeverdachte 19] : Moeten we [medeverdachte 7] zo nog oppikken?
[medeverdachte 2] : [medeverdachte 7] blijft daar maar even een half uurtje extra wachten als straf.
[medeverdachte 2] : Hij wordt weggesleept naar [plaats] . [1030]
[medeverdachte 2] : Je kunt wel zien dat het hem is.
[medeverdachte 2] : Lijkt wel op die andere.
[medeverdachte 19] : Ik vind ze totaal niet op elkaar lijken. [1031]
[medeverdachte 2] : Stap maar even uit. Hij kent jou wel.
[medeverdachte 19] : Ja.
[medeverdachte 2] , [medeverdachte 19] en A-4110 stappen uit.
Er is lawaai te horen alsof er iets in of uit de auto gelegd of gehaald wordt. [1032]
[medeverdachte 2] : Moet er even overheen of zo.
A-4110: Hij heeft wel mooie handdoeken daarvoor.
[medeverdachte 2] : Gewoon honderd toch?
NNM: Dit is honderd.
[medeverdachte 2] : Oké.
[medeverdachte 2] : Hij is straks weer terug? Dat broertje van jou?
NNM: Ja.
[medeverdachte 2] : Gewoon door rijden.
Te horen is dat er een autodeur of kofferklep dicht gaat. [1033]
A-4110 is verhoord over dit deel van het transport. [1034] A-4110 verklaart dat hij, [medeverdachte 2] en [medeverdachte 19] naar [plaats] zijn gereden. In [plaats] bij het glazen huis (het hof begrijpt: [locatie] Business Park) staat [medeverdachte 7] met de Volvo. [medeverdachte 2] heeft via zijn PGP-telefoon contact gemaakt met [medeverdachte 7] en gevraagd waar zijn broer blijft. In [plaats] ontmoeten ze de broer van [medeverdachte 7] . Deze komt aanrijden in een donkerkleurige Volvo stationcar. [medeverdachte 19] en de broer van [medeverdachte 7] zetten tassen achterin de auto van A-4110. De broer van [medeverdachte 7] heeft handschoenen aan. Het betreft vier big shopper tassen met handdoeken bovenop. A-4110, [medeverdachte 2] en [medeverdachte 19] rijden vervolgens weg. [1035]
Uit de OVC in de auto van A-4110 blijkt verder:
[medeverdachte 2] , [medeverdachte 19] en A-4110 stappen weer in de auto van A-4110. [1036]
[medeverdachte 19] : Midden in een dorp.
[medeverdachte 2] : Vind ik ook niks hoor.
[medeverdachte 19] : 100 kilogram speed over laden in de kofferbak.
[medeverdachte 19] : Moet wel even anders de volgende keer. Loodsje of zo. [1037]
A-4110: Ik moet zien dat ik in [plaats] kom. [1038]
[medeverdachte 2] : Je moet even toeteren naar hem.
[medeverdachte 2] : Als ze daar nog staan. [1039]
[medeverdachte 2] en [medeverdachte 19] lachen.
[medeverdachte 19] : Hij was woest. Die kop van hem.
[medeverdachte 19] : [medeverdachte 7] . Dat hij daar stond. [1040]
[medeverdachte 2] : Hele programma weer in de war met [medeverdachte 7] .
[medeverdachte 19] : Als we Duitsland maar binnen zijn. [1041]
A-4110: Waar moeten we die vent oppikken dan?
[medeverdachte 2] : Die hoef je niet op te pikken. Hij moet gewoon gaan rijden.
A-4110: Ik denk dat ik zelf wil rijden. [1042]
[medeverdachte 2] : [klinkt als voorlezen] Kankerzooi. Haal de handdoeken eraf a.u.b. Ik ben klaar in [plaats] .
A-4110: Zijn ze bang dat die handdoeken meegenomen worden.
[medeverdachte 19] : Doe er dan ook nieuwe handdoekjes op, in plaats van gebruikte. Daar vind je je eigen haarvezels in.
[medeverdachte 19] : Maar dan wel handschoentje aantrekken, he net? (zegt lachend) Tis ook wat. Wel handschoenen. [1043]
[medeverdachte 2] : Zet me maar bij [naam] af. Kun jij doorrijden. [1044]
A-4110: Ik ga alleen verder. [1045]
[medeverdachte 2] : Hij zegt dat hij in [plaats] staat.
[medeverdachte 2] : Hij is onderweg.
[medeverdachte 2] : Dan pakt hij de auto van zijn broer maar.
A-4110: [naam] 's?
[medeverdachte 2] : Ja, dan kan jij over vijf minuten rijden.
[medeverdachte 19] : Dan stappen we hier uit.
[medeverdachte 2] : Ga alsjeblieft niet zonder ons de grens over. Laat ons eerst even voor gaan. We gaan zo meteen plankgas achter je aan. [1046]
A-4110: Ja.
[medeverdachte 2] : 4110 rustig aan.
A-4110: Ik ga die kant op.
[medeverdachte 19] : Ik zie je straks.
[medeverdachte 2] : Geld even. Mijn geld.
[medeverdachte 2] : Als ze jou bij de grens aanhouden.
[medeverdachte 2] : Dat moeten we apart houden. [1047]
Omstreeks 11.00 uur bevindt de Volkswagen Golf met kenteken [kenteken] zich in het [straat] ter hoogte van [locatie] te [plaats] (het hof begrijpt: " [locatie] "). [medeverdachte 2] en twee mannen (NN1 en NN4) stappen uit. [1048] Omstreeks 11.11 uur draagt [medeverdachte 2] een tasje bij zich. [medeverdachte 2] en één van de mannen (NN4) gaan naar [locatie] . De andere man (NN1) stapt in de Volkswagen en vertrekt. [1049]
Uit de OVC in de auto van A-4110 blijkt verder:
A-4110 zit alleen in de auto en rijdt weg. [1050]
A-4110 is verhoord over dit deel van de ontmoeting. [1051] A-4110 verklaart dat ze naar [locatie] in [plaats] zijn gereden. Het plan is dat [medeverdachte 2] en [medeverdachte 19] voorop rijden. Zij hebben echter geen auto. A-4110 heeft geen zin om hierop te wachten. [medeverdachte 2] vraagt om het geld. [medeverdachte 2] krijgt ongeveer € 20.000,00. [medeverdachte 2] zegt dat hij achter A-4110 aanrijdt en dat A-4110 het geld in Duitsland krijgt. A-4110 gaat niet meer wachten en rijdt weg. [medeverdachte 2] en [medeverdachte 19] blijven bij de snackbar. [1052]
Omstreeks 11.20 uur arriveert de afsleepwagen met daarop de Volvo S80 met kenteken [kenteken] bij [locatie] , gelegen aan de [adres] te [plaats] . Daar staat ook de Volvo V50 Stationwagen met kenteken [kenteken] geparkeerd. [1053]
Omstreeks 11.34 uur lopen [medeverdachte 2] en NN4 van [locatie] naar het [adres] te [plaats] (het hof begrijpt: [adres] ) lopen. [medeverdachte 2] draagt het tasje nog steeds bij zich. [1054]
Omstreeks 11.39 uur gaan [medeverdachte 2] en NN4 het [locatie] , gelegen aan het [adres] te [plaats] binnen. [1055]
Omstreeks 11.40 uur komen [medeverdachte 7] en NN3 uit [locatie] . Ze stappen in de Volvo V50 met kenteken [kenteken] en rijden weg. [1056]
Omstreeks 11.45 uur wordt A-4110 voor de grensovergang naar Duitsland bij de afrit [plaats] in veiligheid gebracht. [1057] A-4110 draagt de drugs aan zijn begeleidingsteam over. [1058]
Omstreeks 11.52 uur wordt de Volvo met kenteken [kenteken] , geparkeerd ter hoogte van het [locatie] . [medeverdachte 7] gaat het [locatie] in en maakt contact met [medeverdachte 2] en NN4. [1059]
Omstreeks 11.54 uur stappen [medeverdachte 2] , [medeverdachte 7] , NN3 en NN4 in de Volvo met kenteken [kenteken] . [1060]
Om 11.57 uur straalt het toestel met telefoonnummer [telefoonnummer] , in gebruik bij [medeverdachte 2] , een mast aan op de locatie [adres] te [plaats] . [1061]
Omstreeks 12.08 uur stopt de Volvo met kenteken [kenteken] op de [straat] te [plaats] . De inzittenden stappen uit. [medeverdachte 2] , [medeverdachte 7] en NN4 stappen vervolgens in een geparkeerde grijze Citroën, type C3, voorzien van kenteken [kenteken] . Ze vertrekken. [1062]
Omstreeks 12.10 uur loopt NN3 in de richting van het perceel aan de [adres] te [plaats] . [1063]
Om 12.27 uur worden [medeverdachte 2] , [1064] [medeverdachte 7] , [1065] en [medeverdachte 19] , [1066] op de N31 rechts, ter hoogte van hectometerpaal 66.3, aangehouden in een Citroën C3 met kenteken [kenteken] . [medeverdachte 7] bestuurt het voertuig. [1067] [medeverdachte 2] is de bijrijder. [1068] [medeverdachte 19] zit achterin. [1069]
EncroChat
Op 2 maart 2020 worden de volgende berichten uitgewisseld via EncroChat, zakelijk weergegeven:
gesprek tussen lazyagent ( [medeverdachte 7] ) en avocadocrown ( [medeverdachte 2] )
lazyagent [08.19.37 uur]: Heb problemen met de auto. Het past niet.
lazyagent [08.19.48 uur]: Ik ben om acht uur begonnen met het in de auto te
doen.
avocadocrown [08.22.27 uur]: Kan je contact opnemen met die maat van mij?
lazyagent [8.24.08 uur]: Ik heb geen contact.
lazyagent [8.24.25 uur]: Die tassen. Moet ik die gewoon brengen?
lazyagent [8.24.34 uur]: Dat hij in zijn auto gaat.
lazyagent [8.24.27 uur]: En wij voorrijden?
avocadocrown [08.24.48 uur]: Op [naam] toch?
avocadocrown [08.25.23 uur]: Je weet wel. Waar ik het huis van huur.
lazyagent [08.25.40 uur]: Ja, was al op weg.
lazyagent [08.25.49 uur]: Mijn bro is bij de spullen.
lazyagent [08.26.00 uur]: Die staat standby.
lazyagent [08.26.13 uur]: Ben binnen vijf minuten bij jou.
lazyagent [08.32.19 uur]: Heb jij zijn nummer niet?
lazyagent [08.33.34 uur]: Ik had hem de mijne gegeven. [1070]
lazyagent [08.49.26 uur]: Ik sta met kankerpech.
lazyagent [08.53.02 uur]: Godverdomme.
lazyagent [08.53.10 uur]: Ik sta op de kankermiddenberm.
lazyagent [08.53.12 uur]: In [plaats] .
lazyagent [08.53.15 uur]: Bij [locatie] .
lazyagent [08.54.22 uur]: Een dienst komt mij zo ophalen.
lazyagent [08.54.27 uur]: Een garagebedrijf.
lazyagent [08.54.32 uur]: Laat mij hier.
lazyagent [08.54.39 uur]: Spullen staan klaar.
lazyagent [08.54.54 uur]: Die kunnen ze ophalen in [plaats] .
lazyagent [08.55.49 uur]: Ga naar hem en vraag of het oké is of het in
bigshoppers zit. Of wil hij het in dozen?
avocadcrown [08.56.36 uur]: Maakt hem niets uit.
lazyagent [08.57.13 uur]: Oké. Alles staat klaar.
lazyagent [08.57.20 uur]: Hulpdienst sleept zo de auto.
lazyagent [08.57.28 uur]: Ik ga zeggen waar hij het aan kan pakken.
lazyagent [08.57.31 uur]: Dan rijden wij voor.
lazyagent [09.01.59 uur]: Voeg mijn bro toe.
lazyagent [09.02.08 uur]: vibrantwhisky.
avocadocrown [09.22.42 uur]: Ik ben in [plaats] .
avocadocrown [09.25.33 uur]: Je broer reageert niet.
lazyagent [09.28.03 uur]: Ik app mijn bro nu.
lazyagent [09.28.57 uur]: Ik bel hem. [1071]
gesprek tussen lazyagent ( [medeverdachte 7] ) en avocadocrown ( [medeverdachte 2] )
vibrantwhisky [09.28.44 uur]: Ik kom eraan.
vibrantwhisky [09.28.51 uur]: Paar minuten [1072]
gesprek tussen lazyagent ( [medeverdachte 7] ) en avocadocrown ( [medeverdachte 2] )
lazyagent [09.29.11 uur]: Ik word over 30 minuten naar [plaats] gesleept.
avocadocrown [09.31.05 uur]: Ik ben nu in [plaats] .
lazyagent [09.31.42 uur]: Hij komt eraan.
avocadocrown [09.38.25 uur]: Ik sta bij [adres] . [1073]
gesprek tussen vibrantwhisky ( [medeverdachte 6] ) en avocadocrown ( [medeverdachte 2] )
vibrantwhisky [09.42.09 uur]: Waar sta je?
vibrantwhisky [09.44.15 uur]: Ik zie je niet. Ik ben daar in die straat. [1074]
gesprek tussen lazyagent ( [medeverdachte 7] ) en avocadocrown ( [medeverdachte 2] )
lazyagent [10.03.42 uur]: Ik ben klaar in [plaats] .
lazyagent [10.03.48 uur]: Kankerzooi.
lazyagent [10.05.56 uur]: Haal die handdoeken eraf.
avocadocrown [10.08.06 uur]: Kom snel bij mij want die jongen gaat zo rijden. [1075]
gesprek tussen vibrantwhisky ( [medeverdachte 6] ) en avocadocrown ( [medeverdachte 2] )
vibrantwhisky [10.16.59 uur]: Kun je die handdoeken en dat karton uit die tassen
halen? Die handdoeken zijn van mij.
avocadocrown [10.17.35 uur]: Hij is onderweg.
vibrantwhisky [10.17.44 uur]: Die moeten niet mee naar daar.
vibrantwhisky [10.17.46 uur]: Kanker.
avocadocrown [10.18.33 uur]: Ik wacht op je broer. Dan zie ik die jongen nog.
Voor hij de grens overgaat.
vibrantwhisky [10.18.43 uur]: Top.
avocadocrown [10.18.59 uur]: Hij moet nu wel echt opschieten.
vibrantwhisky [10.19.00 uur]: Ik ga hem nu ophalen bij het autobedrijf.
avocadocrown [10.20.38 uur]: Kom gelijk naar [plaats] bij [locatie] .
Snel want we komen in tijdnood.
vibrantwhisky [10.21.04 uur]: Yes.
avocadocrown [10.32.53 uur]: Nee. Ik loop wel naar het [locatie] . Laat hem a.u.b.
opschieten.
vibrantwhisky [10.33.09 uur]: We komen eraan. [1076]
gesprek tussen lazyagent ( [medeverdachte 7] ) en avocadocrown ( [medeverdachte 2] )
lazyagent [10.40.54 uur]: Ik kom nu. [1077]
gesprek tussen ironsquirrel ( [medeverdachte 1] ) en avocadocrown ( [medeverdachte 2] )
ironsquirrel [11.22.11 uur]: Gelukt met [medeverdachte 7] ?
[naam]
Op 2 maart 2020 worden de volgende berichten uitgewisseld via [naam] , zakelijk weergegeven:
gesprek tussen henkuspenkus ( [medeverdachte 7] ) en misterorange1 ( [medeverdachte 6] ):
henkuspenkus [08.01.29 uur]: Ik ga nu tassen halen.
henkuspenkus [09.36.17 uur]: Ik heb alles direct dubbel verpakt.
henkuspenkus [09.36.40 uur]: Een paar driedubbel. [1078]
henkuspenkus [09.39.23 uur]: Kankerauto kapot.
henkuspenkus [09.43.07 uur]: Sta bij [locatie] .
henkuspenkus [09.43.22 uur]: Bel a.u.b. ANWB
henkuspenkus [09.43.26 uur]: Geen beltegoed.
henkuspenkus [09.44.35 uur]: Links van gebouw.
henkuspenkus [09.47.41 uur]: Andere hulpdienst.
henkuspenkus [09.58.28 uur]: [kenteken] .
henkuspenkus [09.58.47 uur]: Die man pikt de bigshoppers op.
henkuspenkus [09.58.56 uur]: Kan je die straks naar [plaats] rijden?
henkuspenkus [10.05.23 uur]: Fix jij de verpakkingen? [1079]
henkuspenkus [10.07.32 uur]: Je kan naar me rijden voor pap z’n sleutels.
henkuspenkus [10.28.37 uur]: Hij staat te wachten in [plaats] .
henkuspenkus [10.28.46 uur]: Kan je het daar brengen?
misterorange1 [10.31.09 uur]: Ja.
henkuspenkus [10.31.31 uur]: Hij heeft je toegevoegd op Encro.
henkuspenkus [10.31.34 uur]: Avocadocrown.
henkuspenkus [10.42.33 uur]: [adres] [plaats] .
misterorange1 [10.51.21 uur]: Afgegeven.
misterorange1 [10.52.42 uur]: Waar moet ik jou ophalen?
henkuspenkus [10.57.45 uur]: [plaats] .
henkuspenkus [10.57.47 uur]: [naam] .
henkuspenkus [11.01.35 uur]: Ik ben daar over 15 minuten.
henkuspenkus [11.01.38 uur]: Ik rij nu uit [plaats] . [1080]
misterorange1 [11.04.20 uur]: Ik gooi even alle troep aan de kan en dan kom ik
eraan.
misterorange1 [11.04.37 uur]: Er liggen nog handdoeken van thuis op die tassen.
henkuspenkus [11.05.24 uur]: Zeg dat ze die er direct afhalen.
misterorange1 [11.18.10 uur]: Hij is al onderweg. [1081]
Volkswagen met kenteken [kenteken] (voertuig van A-4110)
Op 2 maart 2020 te 14.00 uur wordt de Volkswagen met kenteken [kenteken] onderzocht. In de Volkswagen worden de volgende voorwerpen aangetroffen.
Verdovende middelen
In de kofferbak van de Volkswagen bevinden zich vier shopper tassen van de Lidl. In elk van de tassen bevindt zich een hoeveelheid gesealde pakketten van kleurloos plastic met daarin een vermoedelijke hoeveelheid verdovende middelen, afgedekt met een handdoek. In totaal gaat het om 86 gesealde pakketten. De partij vermoedelijk verdovende middelen wordt in beslag genomen onder goednummer PL0100-2018272979-1245425. [1082] De vier shopper tassen van de Lidl worden respectievelijk voorzien van SIN AAIK1441NL, SIN AAIK1444NL, SIN AAIK1449NL en SIN AAIK1454NL. [1083]
De Lidl shopper met SIN AAIK1441NL bevat een aantal pakketten. Deze pakketten worden voorzien van SIN AAIK1442NL. [1084] Het betreft 21 dubbel gesealde pakketten met een vermoedelijke hoeveelheid verdovende middelen. [1085] De vermoedelijke hoeveelheid verdovende middelen heeft een nettogewicht van 21.250 gram. [1086] Van de vermoedelijke hoeveelheid verdovende middelen worden de volgende monsters genomen: SIN AANR9885NL, SIN AANR9884NL, SIN AANS0072NL, SIN AANR9883NL, SIN AANS0090NL, SIN AANS0089NL, SIN AANS0091NL, SIN AANS0092NL, SIN AANS0093NL, SIN AANS0094NL. Deze monsters testen allen bij een indicatieve test positief op amfetamine. [1087]
De monsters met SIN AANS0072NL [1088] en SIN AANR9885NL [1089] zijn daarnaast door het NFI onderzocht en blijken amfetamine te bevatten.
De Lidl shopper met SIN AAIK1444 NL bevat een aantal pakketten. Deze pakketten worden voorzien van SIN AAIK1447NL. [1090] Het betreft 20 dubbel gesealde pakketten met een vermoedelijke hoeveelheid verdovende middelen. [1091] De vermoedelijke hoeveelheid verdovende middelen heeft een nettogewicht van 20.093 gram. [1092] Van de vermoedelijke hoeveelheid verdovende middelen worden de volgende monsters genomen: SIN AANS0066NL, SIN AANS0067NL, SIN AANS0069NL, SIN AANS0065NL, SIN AANS0070NL, SIN AANS0071NL, SIN AANS0073NL, SIN AANS0074NL, SIN AANS0077NL, SIN AANS0088NL. Deze monster testen allen bij een indicatieve test positief op amfetamine. [1093]
De monsters met SIN AANS0066NL [1094] en SIN AANS0069NL [1095] zijn daarnaast door het NFI onderzocht en blijken amfetamine te bevatten.
De Lidl shopper met SIN AAIK1449NL bevat een aantal pakketten. Deze pakketten worden voorzien van SIN AAIK1452NL. [1096] Het betreft 22 dubbel gesealde pakketten met een vermoedelijke hoeveelheid verdovende middelen. [1097] De vermoedelijke hoeveelheid verdovende middelen heeft een nettogewicht van 22.324 gram. [1098] Van de vermoedelijke hoeveelheid verdovende middelen worden de volgende monsters genomen: SIN AANS0097NL, SIN AANS0098NL, SIN AANS0101NL, SIN AANS0102NL, SIN AANS0105NL. Deze monsters testen allen bij een indicatieve test positief op amfetamine. [1099]
De monsters met SIN AANS0097NL [1100] en SIN AANS0098NL [1101] zijn daarnaast door het NFI onderzocht en blijken amfetamine te bevatten.
De Lidl shopper met SIN AAIK1454NL bevat een aantal pakketten. Deze pakketten worden voorzien van SIN AAIK1457NL. [1102] Het betreft 23 dubbel gesealde pakketten met een vermoedelijke hoeveelheid verdovende middelen. [1103] De vermoedelijke hoeveelheid verdovende middelen heeft een nettogewicht van 23.296 gram. [1104] Van de vermoedelijke hoeveelheid verdovende middelen worden de volgende monsters genomen: SIN AANS0109NL, SIN AANS0111NL, SIN AANS0113NL, SIN AANS0115NL, SIN AANS0117NL. Deze monsters testen allen bij een indicatieve test positief op amfetamine. [1105]
De monsters met SIN AANS0109NL [1106] en SIN AANS0111NL [1107] zijn daarnaast door het NFI onderzocht en blijken amfetamine te bevatten.
Het totale netto gewicht van de vermoedelijke hoeveelheden verdovende middelen betreft 86.963 gram. [1108]
Telefoon Nokia
In het voertuig wordt een telefoon van het merk Nokia aangetroffen. [1109] Deze telefoon wordt in beslag genomen onder goednummer PL0100-2018272979-1246864. In dit toestel bevindt zich een Fins telefoonnummer. [1110] De telefoon wordt voorzien van digitaal onderzoeksnummer 20-0217-135. [1111] In de telefoon bevindt zich een simkaart en een batterij. De simkaart, batterij en de binnenzijde van de telefoon worden met een wattenstaafje bemonsterd. [1112] De bemonstering, epitheel, wordt voorzien van SIN AAMD9427NL. [1113]
De bemonstering is onderworpen aan een DNA-onderzoek. [1114] De bemonstering bevat een DNA-profiel van een man. Dit DNA kan afkomstig zijn van [medeverdachte 1] , geboren op [geboortedag] 1965. De matchkans van het DNA-profiel is kleiner dan één op één miljard. [1115]
In het toestel is een Fins telefoonnummer ( [telefoonnummer] ) opgeslagen onder de naam " [naam] ". [1116] Diverse op de telefoon aanwezige berichten kunnen gekoppeld worden aan deze " [naam] ". [1117]
Verzonden: Hello darling. I will arrive the 5th of March. I'll let you know if you can pick me up or if I will come to you, ok?
Ontvangen (28 februari 2020 te 18.42 uur): It's wonderful. I can pick you up. Let me know.
Verzonden: Ok, thanks.
Ontvangen (2 maart 2020 te 7.53 uur): Ok. [1118]
Ook wordt in de telefoon nog het volgende bericht aangetroffen: Sorry my love I will see you one day before xxx Eve. [1119]
In de telefoon zit een simkaart. Deze simkaart heeft IMSI-nummer [nummer] . [1120] Dit IMSI-nummer hoort bij telefoonnummer [telefoonnummer] . Voornoemd telefoonnummer is vóór 28 februari 2020 niet in gebruik geweest. Vanaf 28 februari 2020 tot en met 29 februari 2020 wordt een mast aangestraald op de locatie [adres] nabij [pleegplaats] . Deze mast straalt in de richting van de woning van [medeverdachte 1] (het hof begrijpt: aan de [adres] te [pleegplaats] ). [1121]
Citroën [kenteken] (voertuig [medeverdachte 2] , [medeverdachte 7] , [medeverdachte 19] )
Op 2 maart 2020 te 12.35 uur wordt op de N31 ter hoogte van [plaats] een grijze Citroën C3 met kenteken [kenteken] in beslag genomen. [1122] Diezelfde dag worden in het voertuig de volgende voorwerpen aangetroffen:
€ 19.750,00
Op de achterbank van de Citroën staat een tas. In de tas bevindt zit een grote hoeveelheid briefgeld. De tas wordt in beslag genomen onder goednummer PL0100-2020009332-1245133 en wordt voorzien van SIN AAIC7585NL. [1123] Het gaat in totaal om € 19.750,00 aan biljetten, waaronder een biljet van € 500,00. [1124]
€ 500,00
Op het zitvlak aan de rechterzijde van de achterbank wordt een broodzakje aangetroffen met daarin een los biljet van € 500,00. [1125] Dit biljet wordt in beslag genomen onder goednummer PL0100-2020009332-1267698. [1126]
Telefoon Samsung Galaxy J6 ( [medeverdachte 7] )
In het voertuig bevindt zich een telefoon van het merk Samsung, type J600fn/Ds, met IMEI-nummers [nummer] en [nummer] . Deze telefoon wordt in beslag genomen onder goednummer PL0100-2018272979-1266883. [1127] In de telefoon zit een simkaart met IMSI-nummer [nummer] . Dit IMSI-nummer is gekoppeld aan telefoonnummer [telefoonnummer] . [1128] Voornoemd telefoonnummer is in gebruik bij [medeverdachte 7] . [1129]
In de telefoon staat één device-user opgeslagen onder de naam [medeverdachte 7] . Op de Samsung staan verder diverse useraccounts die verwijzen naar de naam [medeverdachte 7] , te weten [medeverdachte 7] , [medeverdachte 7] en [medeverdachte 7] . [1130]
In de telefoon wordt in de app Telegram een chat aangetroffen tussen " [bijnaam] " (gebruiker van de telefoon) en [naam] . Uit deze chat van 28 november 2019, blijkt onder meer het volgende, zakelijk weergegeven:
[bijnaam] (outgoing): Heb je ook Encro ?
[naam] (incoming): Heb ik.
[bijnaam] : Beter. [1131]
[bijnaam] : Voeg me toe: lazyagent. [1132]
In de telefoon bevindt zich ook de app [naam] . De afzender van de berichten maakt gebruik van de username henkuspenkus. [1133]
Telefoon BQ X2 ( [medeverdachte 7] )
Onder [medeverdachte 7] wordt tijdens zijn aanhouding een telefoon van het merk BQ, type X2 in beslag genomen onder goednummer PL0100-2018272979-1266985. De telefoon wordt voorzien van SIN AALH6225NL. [1134] Op de telefoon is de Encro-username lazyagent actief. [1135]
Telefoon BQ X2 ( [medeverdachte 2] )
Onder [medeverdachte 2] wordt tijdens zijn aanhouding een telefoon van het merk BQ, type X2 aangetroffen. De telefoon wordt in beslag genomen onder goednummer PL0100-2018272979-1266993 en voorzien van SIN AALH6227NL. [1136] Op de telefoon is Encro-username avocadocrown actief. [1137] [medeverdachte 2] maakt gebruik van deze username. [1138] [1139] [1140]
De telefoon maakt onder meer gebruik van IMEI-nummer [nummer] . [1141] Dit IMEI-nummer is gekoppeld aan telefoonnummer [telefoonnummer] . Voornoemd telefoonnummer is in gebruik bij [medeverdachte 2] . [1142]
Volvo [kenteken] (stashauto [medeverdachte 7] )
Op 3 maart 2020, omstreeks 13.34 uur (het hof begrijpt: op 2 maart 2020) bevindt de Volvo met kenteken [kenteken] zich voor het auto-demontagebedrijf van [naam] aan de [adres] te [plaats] . Deze Volvo wordt om 13.35 uur in beslag genomen. [1143] De auto wordt inbeslaggenomen onder goednummer PL0100-2020009332-1245127. [1144]
Een medewerker van het bedrijf geeft aan dat de Volvo in de ochtend is afgeleverd door een sleper/berger. Bij de levering heeft de contactpersoon telefoonnummer [telefoonnummer] opgegeven. [1145]
In de Volvo wordt een loze ruimte aangetroffen. Deze bevindt zich tussen de achterbankstoelen en een houten plaat die achter de stoelen van de achterbank is bevestigd. [1146] Aan de voetenzijde van de rechter passagiersstoel achterin bevindt zich, tegen de verhoging waarop de achterbank gemonteerd is, onder de binnenbekleding, een verborgen kaartlezer. Vanuit deze kaartlezer is bedrading te zien die door het hele voertuig loopt. [1147] De toegang tot de aangetroffen verborgen ruimte wordt verkregen door een pasje of sleutelhanger voor de paslezer bij de achterbank te houden en vervolgens het brede deel van de rugleuning van de achterbank neer te klappen. [1148]
Witte kaart
In de kofferbak wordt een witte kaart aangetroffen met nummer [nummer] . Deze kaart wordt in beslag genomen onder goednummer PL0100-2018272979-1245768. [1149] De kaart geeft toegang tot de hiervoor genoemde verborgen ruimte. [1150]
Doorzoeking [adres] te [plaats]
Algemeen
Op 2 maart 2020, omstreeks 13.09 uur, wordt binnengetreden in de woning aan de [adres] te [postcode] [plaats] . In de woning wordt aangehouden [medeverdachte 6] , geboren op [geboortedag] 1985 te [geboorteplaats] . [1151] [medeverdachte 6] is een broer van [medeverdachte 7] . [1152] De aanhouding vindt plaats omstreeks 13.10 uur. [1153] Om 13.35 uur vangt een doorzoeking aan in de woning. [1154]
Op de eerste etage van het pand bevindt zich een ruimte. Dit betreft de ruimte waar [medeverdachte 6] woont en waar hij is aangehouden. [1155] De ruimte is ingericht als woning. In de kamer staat een zithoek met een bank, een salontafel, een televisiemeubel en een televisie. Ook staat er een kast, een tafel met daaraan stoelen en een bed. Naast het bed staan kasten, een dekenkist en aan het voeteneind van het bed een open vakkenkast. In de kamer liggen kledingstukken, toiletartikelen en (restanten van) etenswaren. [1156]
Getuigenverklaring
Op 16 maart 2020 wordt [naam] , geboren op [geboortedag] 1959 te [geboorteplaats] door de politie verhoord. [1157] [naam] is de moeder van [medeverdachte 6] en [medeverdachte 7] . Daarnaast heeft [naam] nog een derde zoon: [naam] . [1158] [naam] woont aan de [adres] te [plaats] . [1159] Zij woont daar met haar man. Sinds ongeveer een jaar woont [medeverdachte 6] tijdelijk bij hen in. Alle gezinsleden - dus ook [medeverdachte 7] en [medeverdachte 6] - hebben een sleutel van de woning. [1160] [naam] en haar man wonen beneden. [medeverdachte 6] verblijft in de kamer boven. [1161] [medeverdachte 7] komt weleens op visite. [naam] komt wel eens om te werken in de werkplaats op de begane grond. [1162]
In de woon-/slaapkamer op de bovenverdieping worden de volgende goederen aangetroffen:
RFID-pas
Op de tafel worden twee witte USB-creditkaarten aangetroffen. Deze kaarten worden voorzien van kenmerk HOO7.01.05.02. [1163] Eén van de kaarten geeft toegang tot de verborgen ruimte in de Volvo S80 met kenteken [kenteken] . [1164]
Telefoon Vsmart
Op de grond bij het kastje wordt een telefoon van het merk Vsmart aangetroffen. Deze telefoon wordt voorzien van kenmerk HOO7.01.09.01. [1165] De telefoon wordt inbeslaggenomen onder goednummer PL0100-2020055095-1245361. [1166] Op dit toestel is Encro-username vibrantwhisky actief. [1167]
Autosleutels
In de woon-/slaapkamer worden autosleutels aangetroffen van een Volvo V50 met kenteken [kenteken] . Deze auto staat geparkeerd op de openbare weg nabij het adres [adres] te [plaats] . [1168] De auto staat op naam van [medeverdachte 6] . [1169]
Geldbedragen
32.800 Noorse Kronen
In een koffer bestemd voor een boormachine van het merk Makita wordt een bedrag van 32.800 NOK aangetroffen. Dit geldbedrag wordt voorzien van kenmerk HOO7.01.13.01. [1170] Het geldbedrag wordt in beslag genomen onder goednummer PL0100-2020055095-1245322. [1171]
2.650,00 euro
Naast het bed wordt in een plastic tas een geldbedrag van € 2.650,00 aangetroffen. Dit geldbedrag wordt voorzien van HOO7.01.20.03. [1172] Het geldbedrag wordt in beslag genomen onder goednummer PL0100-2020055095-1245329. [1173]
320,00 euro
Onder het bed wordt een geldbedrag van € 320,00 aangetroffen. Dit geldbedrag wordt voorzien van HOO7.01.27.01. [1174] Het geldbedrag wordt in beslag genomen onder goednummer PL0100-2020055095-124533. [1175]
26.255,00 euro
In de kast voor het bed bevindt zich een rietenmand. In deze mand wordt een geldbedrag van € 26.255,00 aangetroffen. Het geldbedrag wordt voorzien van HOO7.01.26.03. [1176] Het geldbedrag wordt in beslag genomen onder goednummer PL0100-2020055095-1245336. [1177]
Dactyloscopisch onderzoek geldbedragen en aanverwante voorwerpen
€ 500,00-biljet
Tussen de aangetroffen biljetten uit de partij van € 26.255,00 bevinden zich drie biljetten van € 500,00. [1178] Op één van die biljetten wordt een dactyloscopisch spoor aangetroffen. [1179] Dit spoor wordt voorzien van SIN AAN04136NL. [1180] Het spoor is te herleiden naar de rechter wijsvinger van [medeverdachte 7] . [1181] Uit het dactyloscopisch onderzoek blijkt dat zowel een zeer grote mate van overeenkomst is geconstateerd als de afwezigheid van dactyloscopische verschillen tussen het spoor en de referentieafdruk van de rechter wijsvinger van [medeverdachte 7] . Deze bevindingen liggen geheel in de lijn der verwachting wanneer het spoor van de donor afkomstig is. De kans om deze mate van overeenkomst aan te treffen bij een willekeurig ander persoon is verwaarloosbaar klein. [1182]
Plastic zak
Het geldbedrag dat in beslag is genomen onder goednummer 1245336 (het hof begrijpt: de € 26.255,00) bevindt zich in een plastic zak. [1183] Deze plastic zak wordt voorzien van SIN AAIC7612NL. [1184] Op de buitenzijde van de plastic zak wordt een dactyloscopisch spoor aangetroffen. [1185] Dit spoor wordt voorzien van SIN AANO4122NL. [1186] Het spoor is te herleiden naar de linker middelvinger van [medeverdachte 7] . [1187] Uit het dactyloscopisch onderzoek blijkt dat zowel een zeer grote mate van overeenkomst is geconstateerd als de afwezigheid van onverklaarbare dactyloscopische verschillen tussen het spoor en de afbeelding van de linker middelvinger van [medeverdachte 7] . Deze bevindingen liggen geheel in de lijn der verwachting wanneer het spoor van de donor afkomstig is. De kans om deze mate van overeenkomst aan te treffen bij een willekeurig ander persoon is verwaarloosbaar klein. [1188]
DNA-onderzoek geldbedragen en aanverwante voorwerpen
Elastiekje
Om een bundel van het onder goednummer 1245336 in beslag genomen geldbedrag (het hof begrijpt: de € 26.255,00) bevindt zich een elastiekje. [1189] Dit elastiekje wordt voorzien van SIN AAIC7614NL. [1190] Op het elastiekje wordt een spoor aangetroffen. [1191] Het betreft een biologisch spoor (epitheel). Dit spoor wordt voorzien van SIN AANS0446NL. [1192] Het spoor bevat een DNA-mengprofiel van minimaal drie personen. Dit DNA-mengprofiel bevat een relatief grote hoeveelheid DNA van [medeverdachte 7] . [1193] Ten behoeve van het berekenen van de bewijskracht van de overeenkomsten tussen het DNA-profiel van [medeverdachte 7] en DNA-mengprofiel AANS0446NL#01 zijn de volgende aannames gedaan:
De bemonstering AANS0446NL#01 bevat DNA van drie personen. De onbekende personen in dit mengsel zijn niet onderling of aan verdachte [medeverdachte 7] verwant.
Onder deze aannames zijn de resultaten van het DNA-onderzoek beschouwd onder het volgende hypothesepaar:
Hypothese 3:
De bemonstering bevat DNA van [medeverdachte 7] en twee willekeurige onbekende personen.
Hypothese 4:
De bemonstering bevat DNA van drie willekeurige onbekende personen.
Het verkregen DNA-mengprofiel AANS0446NL#01 is meer dan 1 miljard keer waarschijnlijker wanneer hypothese 3 waar is, dan wanneer hypothese 4 waar is. [1194]
Verdovende middelen
In de woon-/slaapkamer op de bovenverdieping worden de volgende goederen aangetroffen:
Lidl tas met daarin 10 zakjes amfetamine
Tussen de bank en de kast wordt een plastic tas van de Lidl aangetroffen met daarin 10 zakjes. De tas wordt voorzien van kenmerk HOO7.01.02.01. [1195] In de zakjes bevindt zich een vermoedelijke hoeveelheid verdovende middelen. [1196] De zakjes worden in beslag genomen onder goednummer PL0100-2020055095-1245315. [1197] De vermoedelijke hoeveelheid verdovende middelen heeft een nettogewicht van 10.029,00 gram. Van de vermoedelijke hoeveelheid verdovende middelen worden diverse monsters genomen. Deze monsters worden respectievelijk voorzien van SIN AANS0032NL, SIN AANI7093NL, SIN AANI7092NL, SIN AANI7098NL, SIN AANI7094NL, [1198] SIN AANS0034NL, SIN AANI7099NL en SIN AANS0037NL. [1199] De monsters SIN AANS0032NL, [1200] SIN AANI7093NL, [1201] SIN AANI7092NL, [1202] SIN AANI7094NL, [1203] SIN AANS0034NL, [1204] SIN AANI7099NL, [1205] en SIN AANS0037NL [1206] zijn door het NFI onderzocht en blijken amfetamine te bevatten. Het monster met SIN ANI7098NL test bij een indicatieve test positief op amfetamine. [1207]
Het NFI heeft vervolgens een vergelijkend onderzoek verricht aan twee partijen amfetamine uit het onderzoek Vidar, te weten een partij van ongeveer 86 kilogram (het hof begrijpt: de partij bestemd voor Finland) en een partij van ongeveer 10 kilogram (het hof begrijpt: de partij aangetroffen in de kamer van [medeverdachte 6] , zoals hiervoor genoemd). [1208] Uit het onderzoek komt naar voren dat de samenstelling op hoofdcomponenten en de verontreinigingenpatronen van twee onderzoeksmaterialen uit de partij van 10 kilogram - SIN AANI7093NL en SIN AANI7098NL - sterk overeenkomen met twaalf onderzoeksmaterialen uit de partij van 86 kilogram. Hieruit blijkt dat er op basis van het chemisch onderzoek een relatie is tussen deze twee partijen. De bevindingen ondersteunen in zeer sterke mate de hypothese dat de twee onderzoeksmaterialen SIN AANI7093NL en SIN AANI7098NL uit de partij van 10 kilogram, en twaalf onderzoeksmaterialen uit de partij van 86 kilogram, van dezelfde productiepartij amfetaminesulfaat afkomstig zijn. Het gaat om de volgende twaalf onderzoeksmaterialen van de partij van 86 kilogram: SIN AANR9884NL, SIN AANS0065NL, SIN AANS0067NL, SIN AANS0074NL, SIN AANS0088NL, SIN AANS0092NL, SIN AANS0099NL, SIN AANS0104NL, SIN AANS0106NL, SIN AANS0110NL, SIN AANS0116NL en SIN AANS0118NL. [1209] De resultaten van het onderzoek zijn zeer veel waarschijnlijker wanneer twee onderzoeksmaterialen uit de partij van 10 kilogram - AANI7093NL en AANI7098NL - enerzijds, en twaalf onderzoeksmaterialen uit de partij van 86 kilogram anderzijds, van dezelfde productiepartij amfetaminesulfaat afkomstig zijn dan wanneer zij uit verschillende productiepartijen amfetaminesulfaat komen. [1210]
Amfetamine productie
pH-probe
In de kast naast de bank wordt een pH-probe meter aangetroffen. Dit voorwerp wordt voorzien van kenmerk HOO7.01.16.04. [1211] De pH-probe wordt in beslag genomen onder goednummer PL0100-2020055095-1245388. [1212] De pH-probe wordt voorzien van SIN AANO3466NL. [1213] Op de pH-probe wordt amfetamine aangetroffen. [1214]
In de zolder-/bergruimte naast de woon-/slaapkamer van [medeverdachte 6] worden de volgende goederen aangetroffen.
Jerrycans
In de zolder-/bergruimte worden verschillende jerrycans aangetroffen. [1215] Deze jerrycans - in totaal 13 - worden op 11 maart 2020 in beslag genomen. Zeven van de 13 jerrycans zitten vol. [1216] Op enkele vaten bevindt zich kristalvorming. [1217]
Op twee van de vaten staat de tekst "Methyl-alcohol". [1218] Uit alle jerrycans waarin vloeistof zit wordt een monster veiliggesteld ten behoeve van chemisch onderzoek. [1219] Het betreft de volgende bemonsteringen SIN AAMD9429NL, SIN AAMD9431NL, [1220] SIN AAMD9430NL, SIN AAMD9428NL, SIN AAMD9432NL, SIN AAMD9486NL en SIN AAMD9487NL. [1221]
De bemonstering met SIN AAMD9429NL test indicatief voor methanol. [1222]
De bemonstering met SIN AAMD9431NL test indicatief voor zwavelzuur 50%. [1223]
De bemonstering met SIN AAMD9430NL test indicatief voor zwavelzuur 50%. [1224]
De bemonstering met SIN AAMD9432NL test indicatief voor methanol. [1225]
De bemonstering met SIN AAMD9428NL test indicatief voor methanol. [1226]
De bemonstering met SIN AAMD9487NL test indicatief voor methanol. [1227]
De bemonstering met SIN AAMD9486NL test indicatief voor methanol. [1228]
Gasmasker
Op de zolder-/bergruimte wordt een gasmasker aangetroffen. [1229] Het gasmasker wordt voorzien van SIN AANN2548NL. [1230] Op het gasmasker wordt amfetamine en een amfetamine gerelateerde syntheseverontreiniging aangetroffen. [1231]
Filter van een gasmasker.
In de zolder-/bergruimte worden twee koelbozen aangetroffen. In één van die koelboxen
wordt een filter van een gasmasker aangetroffen. Dit filter is verpakt in een latex handschoen. [1232] Op de handschoen zit wit poeder. [1233] De voorwerpen worden in beslag genomen onder goednummer PL0100-2020055095-1245303 en voorzien van SIN AAIC7610NL. [1234] Op zowel de handschoen als op het filter wordt amfetamine aangetroffen. [1235]
Productieproces amfetamine
De combinatie van methanol en zwavelzuur wordt gebruikt bij de kristallisatie van amfetamine. [1236]
Op de handschoen en het filter met SIN AAIC7610NL en de pH-probe met SIN AANO3466NL is amfetamine aangetroffen. [1237] Op het gasmasker met SIN AANN2548NL is amfetamine en een aan amfetamine gerelateerde syntheseverontreiniging aangetroffen. [1238] De onderzoeksresultaten passen bij amfetamine in de vorm van een zout. In relatie tot de bewerking en/of vervaardingen van amfetamine passen de gevonden resultaten voor de materialen SIN AAIC7610NL en SIN AANO3466NL vooral bij de omzetting van amfetaminebase in amfetaminesulfaat door mengen met methanol en zwavelzuur en passen de gevonden resultaten voor het materiaal SIN AANN2548NL vooral bij de vervaardiging van amfetamine. [1239]
DNA-onderzoek amfetamineproductie
Filter in handschoen
Door het NFI wordt een DNA-onderzoek verricht aan een filter dat zich bevindt in een dichtgeknoopte wegwerphandschoen. De buitenzijde van de knoop is bemonsterd. Deze bemonstering is voorzien van SIN AAIC7610NL#01. De bemonstering bevat een DNA-mengprofiel van minimaal twee personen, waarvan minimaal één man. Het DNA kan afkomstig zijn van [medeverdachte 6] en minimaal één onbekende persoon. [1240]
De overige buitenzijde van de handschoen is bemonsterd. Deze bemonstering is voorzien van SIN AAIC7610NL#02. [1241] De bemonstering bevat een DNA-mengprofiel van minimaal drie personen, waarvan minimaal één man. Het DNA kan afkomstig zijn van [medeverdachte 6] en minimaal twee onbekende personen. [1242]
In de handschoen bevindt zich een filter. Dit filter is bemonsterd. De bemonstering is voorzien van SIN AAIC7610#04. [1243] De bemonstering bevat een DNA-mengprofiel van minimaal twee personen, waarvan minimaal één man. Het DNA kan afkomstig zijn van [medeverdachte 6] en minimaal één andere persoon. [1244]
Ten behoeve van het berekenen van de bewijskracht van de overeenkomsten tussen het DNA-profiel van [medeverdachte 6] en de DNA-mengprofielen AAIC7610NL#01, AAIC7610NL#02 en AAIC7610NL#04 zijn de volgende aannames gedaan:
Bemonsteringen AAIC7610NL#01 en AAIC7610NL#04 bevatten DNA van twee personen. Bemonstering AAIC7610NL#02 bevat DNA van drie personen. De onbekende personen in deze mengsels zijn niet onderling of aan [medeverdachte 6] verwant.
Onder deze aannames zijn de resultaten van het DNA-onderzoek beschouwd onder de
volgende hypotheseparen:
Bemonsteringen AAIC7610NL#01 en AAIC7610NL#04:
Hypothese 1:
De bemonstering bevat DNA van [medeverdachte 6] en één willekeurige onbekende
persoon.
Hypothese 2:
De bemonstering bevat DNA van twee willekeurige onbekende personen.
Ieder van de DNA-meng profielen AAIC7610NL#01 en AAIC7610NL#04 is meer dan 1 miljard keer waarschijnlijker wanneer hypothese 1 waar is, dan wanneer hypothese 2 waar is. [1245]
Bemonstering AAIC7610NL#02:
Hypothese 3:
De bemonstering bevat DNA van [medeverdachte 6] en twee willekeurige onbekende personen.
Hypothese 4:
De bemonstering bevat DNA van drie willekeurige onbekende personen.
DNA-mengprofiel AAIC7610NL#02 is meer dan 1 miljard keer waarschijnlijker wanneer hypothese 3 waar is, dan wanneer hypothese 4 waar is. [1246]
Dop witte jerrycan
De handvaten en doppen van de jerrycans worden bemonsterd op de aanwezigheid van humaan biologisch celmateriaal. [1247] Op een dop wordt epitheel aangetroffen. Dit spoor wordt voorzien van SIN AAIC7606NL. [1248] Deze bemonstering wordt onderworpen aan een DNA onderzoek. [1249] Deze bemonstering bevat een DNA-mengprofiel van minimaal twee personen. Het DNA kan afkomstig zijn van [medeverdachte 6] of [medeverdachte 7] en minimaal één onbekend persoon. [1250]
De bewijskracht van de overeenkomsten tussen de DNA-profielen van [medeverdachte 6] en [medeverdachte 7] en DNA-mengprofiel SIN AAIC7606NL#01 is berekend. Hierbij is aangenomen dat bemonstering SIN AAIC7606NL#01 DNA bevat van twee niet-verwante personen.
Onder deze aanname is de bewijskracht van de gevonden overeenkomsten berekend onder
het volgende hypothesepaar:
Hypothese 1:
De bemonstering bevat DNA van [medeverdachte 6] of [medeverdachte 7] en een willekeurig, onbekend persoon.
Hypothese 2:
De bemonstering bevat DNA van twee willekeurige onbekende personen.
DNA-mengprofiel SIN AAIC7606NL#01 is ongeveer één miljoen keer waarschijnlijker wanneer hypothese 1 waar is, dan wanneer hypothese 2 waar is. [1251]
Doorzoeking [adres] te [pleegplaats]
Op 2 maart 2020, omstreeks 12.14 uur, wordt binnengetreden in de woning aan de [adres] te [postcode] . [1252] In het pand wordt [medeverdachte 1] aangehouden. [1253] De aanhouding vindt plaats om 12.15 uur. [1254] Om 12.50 uur vangt een doorzoeking aan in de woning. [1255] In de woning wordt een BQ-telefoon aangetroffen. Deze wordt voorzien van kenmerk CAS36.01.10. [1256] De telefoon wordt in beslag genomen onder goednummer PL0100-2020009384-1245215. [1257] In de telefoon is Encro-username ironsquirrel actief. [1258] Dit betreft de username van [medeverdachte 1] . [1259]
Op de telefoon wordt epitheel aangetroffen. Dit spoor wordt voorzien van SIN AAIC7592NL. [1260] Het spoor is door het NFI onderworpen aan een DNA-onderzoek. [1261] Op het spoor wordt een DNA-profiel aangetroffen. Het DNA kan afkomstig kan zijn van [medeverdachte 1] . Ten behoeve van het berekenen van de bewijskracht van de overeenkomsten tussen het DNA-profiel van [medeverdachte 1] en DNA-profiel SIN AAIC7592NL#01 is aangenomen dat de bemonstering DNA bevat van één persoon.
Onder deze aanname zijn de resultaten van het DNA-onderzoek beschouwd onder het volgende hypothesepaar:
Hypothese 1:
De bemonstering bevat DNA van [medeverdachte 1] .
Hypothese 2:
De bemonstering bevat DNA van een willekeurige onbekende, niet aan [medeverdachte 1] verwante, persoon.
DNA-profiel SIN AAIC7592NL#01 is meer dan één miljard keer waarschijnlijker wanneer hypothese 1 waar is, dan wanneer hypothese 2 waar is. [1262]
Feit 5: zaaksdossier 26 – vuurwapen en munitie aangetroffen in woning [adres] [pleegplaats] .
Ten aanzien van dit feit is sprake van een bekennende verdachte. Gelet op het bepaalde in artikel 359, derde lid, laatste volzin, van het Wetboek van Strafvordering, volstaat het hof met een opsomming van de bewijsmiddelen, te weten:
de bekennende verklaring van verdachte, afgelegd ter terechtzitting van het hof van 5 februari 2024;
algemeen dossier, zaaksdossier 26, pagina 777;
algemeen dossier, ADM-030-01, pagina 1191;
algemeen dossier, FTO-016-03, pagina 11506 en 11507;
algemeen dossier, FTO-016-04, pagina 11511 en 11512;
algemeen dossier, FTO-016-13, pagina 11570;
beslagdossier, IBN-013-02-03, pagina 518.
Parketnummer 18-730001-21
Zaaksdossier 18 – aankoop woning [adres] te [pleegplaats] en aankoop BMW
Feit 1 - Aankoop woning
[verdachte] , geboren op [geboortedag] 1979 te [geboorteplaats] staat sinds 8 maart 2017 ingeschreven op het adres [adres] te [postcode] [pleegplaats] . [1263]
[verdachte] , geboren op [geboortedag] 1979 heeft op 19 oktober 2018 de woning aan de
[adres] te [postcode] [pleegplaats] geleverd gekregen. De woning is gekocht voor € 200.000,00. De verkopers waren [naam] , geboren op [geboortedag] 1976 en [naam] , geboren op [geboortedag] 1960. De woning is niet bezwaard met een hypotheek of andere beslagen. [1264] De woning aan de [adres] is sinds 19 oktober 2018 in eigendom van [verdachte] , geboren op [geboortedag] 1979 te [geboorteplaats] . [1265]
Bankrekeningnummer [rekeningnummer] staat op naam van [verdachte] , geboren op [geboortedag] 1979 te [geboorteplaats] . [1266]
Bankrekeningnummer [rekeningnummer] staat op naam van [naam] (hierna: [naam] ). [1267] Op 10 september 2018 worden de contante geldbedragen € 9.460,00, 12.920,00 en € 6.975,00 gestort op haar rekening. Op 11 september 2018 komt daar nog een contant bedrag van € 165.645,00 bij. In totaal is op voornoemde dagen een bedrag van
€ 195.000,00 aan contanten gestort. [1268]
Op 11 september 2018 wordt vanaf voornoemde rekening een bedrag van € 195.000,00 overgeboekt naar [verdachte] (bankrekeningnummer [rekeningnummer] ) onder vermelding van de tekst "Darlehn laut Vertrag". [1269]
Op 15 oktober 2018 wordt vanaf de rekening van [verdachte] een bedrag van € 204.956,71 overgemaakt naar Notariskantoor [naam] . Het betreft een factuur. [1270]
Op 30 maart 2020 is [naam] door de politie verhoord. [1271] [naam] verklaart dat ze getrouwd is met [naam] . Ze heeft op dat moment geen eigen onderneming of werk. [1272] [naam] ontvangt een bijstandsuitkering van € 450,00 per maand. Zij en [naam] ontvangen samen ongeveer € 1.200,00 netto per maand. [1273] [naam] en [naam] hebben een gemeenschappelijke bankrekening. [1274]
Op 30 maart 2020 is [naam] verhoord. [1275] [naam] verklaart dat hij op dat moment leeft van de sociale bijstand. [naam] en zijn vrouw ontvangen samen circa € 1.200,00 netto per maand. Ze beschikken over geen verdere inkomsten. [1276]
Aan [naam] wordt voorgehouden dat op 11 september 2018 vanaf bankrekeningnummer [rekeningnummer] , ten name van [naam] , een bedrag van € 195.000,00 is overgemaakt naar [verdachte] . [naam] verklaart dat [verdachte] hem een contant geldbedrag van € 200.000,00 heeft gegeven. [verdachte] vraagt aan [naam] of hij dit bedrag naar de bankrekening van [verdachte] wil overmaken. [verdachte] wil een vastgoedobject aflossen zo zegt [verdachte] tegen [naam] . [naam] vraagt [verdachte] waarom hij het niet rechtstreeks en contant in Nederland doet.
Daar antwoordt [verdachte] op dat dit niet mogelijk is en dat er kosten voor moeten
worden gemaakt. Op die manier is het geheel tot stand gekomen. Voor deze dienst zou [naam] € 5.000,00 provisie krijgen. Voor [naam] is het snel verdiend geld. [naam] heeft vervolgens in totaal € 195.000,00 contant gestort op rekening [rekeningnummer] en het bedrag overgemaakt naar de bankrekening van [verdachte] . [1277] [verdachte] vraagt aan [naam] om in de omschrijving bij de overboeking van het bedrag op te schrijven dat het een lening betreft. [1278] De overboeking betreft echter geen lening. Er is door [naam] geen overeenkomst van lening aangegaan en er wordt geen rente betaald. [naam] is financieel ook niet in staat om een dergelijk bedrag aan een derde te lenen. Het ging [naam] om die € 5000,00 provisie. [1279] Er was geen rente of aflossingen. [verdachte] heeft het geld contant meegenomen, [naam] heeft het gestort en een lening of tegenprestaties ervoor bestonden niet, behalve de eigenlijke € 5.000,00 provisie voor dit verhaal van de storting op zijn rekening, aldus [naam] . [1280]
De bankrekeningnummers [rekeningnummer] , [rekeningnummer] en [rekeningnummer] staan op naam van [verdachte] . [1281] Uit een analyse van deze bankrekeningen over de periode van medio juli 2019 tot en met juni 2020 is niet gebleken dat betalingen zijn gedaan met betrekking tot rente en aflossing van een vermeende onderhandse lening van € 200.000,00 aan [verdachte] voor de aankoop van de [adres] te [pleegplaats] . [1282]
Feit 2: Aankoop BMW
Van [bedrijf] . KG, gevestigd aan de [adres] te [plaats] wordt op 7 december 2020 door de politie informatie ontvangen over de aankoop van de BMW met kenteken [kenteken] . Het voertuig is gekocht door [bedrijf] , gevestigd aan de [adres] te [plaats] . Het voertuig is contant betaald. Op 5 juni 2019 wordt € 5.000.00 bij de kassa gestort. Op 17 juni te 10.34 uur wordt € 70.000,00 bij de kassa gestort. Op 17 juni 2019 te 10.42 uur wordt € 700,00 bij de kassa gestort. Het voertuig werd opgehaald voor de onderneming [bedrijf] . [1283] [naam] haalde het voertuig op. [1284] De persoon die de contante bedragen aanleverde betrof [naam] . Deze persoon trad op voor [bedrijf] . [1285]
[bedrijf] . KG beschikt over een notitie. In deze notitie staat geschreven hierbij geef ik, [verdachte] , GF van [bedrijf] , de heer [naam] , de 7 met chassisnummer [nummer] te betalen en tevens over te nemen. [1286]
Kentekenhouder BMW met chassisnummer [nummer]
[bedrijf] is sinds 27 juni 2019 kentekenhouder van de BMW 740Ld voorzien van het Duitse kenteken [kenteken] . [1287] Dit voertuig is voorzien van chassisnummer [nummer] . [1288]
Gebruiker BMW met chassisnummer [nummer]
[verdachte] wordt op 17 juni 2019 staande gehouden in een voertuig met kenteken [kenteken] . Het kenteken was op dat moment gekoppeld aan een voertuig, een BMW met chassisnummer [nummer] . [1289] Het kenteken dat [verdachte] op dat moment voert betreft een
Kurzzeitkennzeichen. Dit is een Duits kenteken wat voor maximaal vijf dagen wordt afgegeven en enkel geldig is in Duitsland. [1290]
Observatie
De BMW met kenteken [kenteken] is voorzien van een peilbaken. Uit de gegevens van dit
peilbaken komt onder meer naar voren dat het voertuig in de periode van 11 juli 2019 tot en
met 3 maart 2020 van dinsdag tot en met zaterdagnacht staat aan de [adres] te [pleegplaats] . Op dit adres staat de woning van [verdachte] . [1291]
Op 10 juli 2019 vindt een observatie plaats. [1292] Om 15.14 uur staat op de oprit van de woning aan de [adres] te [pleegplaats] een zwarte BMW . Om 16.34 uur wordt waargenomen dat [verdachte] de BMW bestuurt. [1293]
Op 11 juli 2019 vindt een observatie plaats. [1294] Om 15.06 uur stapte [verdachte] als bestuurder in een BMW 7-serie voorzien van het Duitse kenteken [kenteken] . [1295] Om 16:30 uur stopt de BMW ter hoogte van de locatie [adres] te [pleegplaats] . [1296]
Op 19 juli 2019 vindt een observatie plaats. [1297] Om 10.13 uur vertrekt een BMW 7-serie met kenteken [kenteken] vanaf de [adres] te [pleegplaats] . De bestuurder van de BMW betreft [verdachte] . [1298]
Op 17 oktober 2019 vindt een observatie plaats. [1299] Om 12.12 uur bestuurt [verdachte] de BMW , voorzien van kenteken [kenteken] . De BMW bevindt zich op dat moment op de [locatie] voor de verkeerslichten bij [plaats] . [1300]
Telefoongesprekken
Op 9 juli 2019 vindt een telefonisch gesprek plaats tussen [verdachte] en " [naam] ". Uit de uitwerking van het opgenomen gesprek blijkt het volgende:
[verdachte] vraagt of hij er nog een dikke auto bij kan hebben: een BMW
[naam] vraagt aan [verdachte] of hij zijn Audi niet meer heeft.
[verdachte] zegt dat hij de Audi heeft ingeruild voor deze BMW . [1301]
Op 18 oktober 2019 vindt een telefoongesprek plaats tussen [verdachte] en een man. Tijdens dit telefoongesprek zegt [verdachte] tegen de man dat hij een BMW 740 heeft. [1302]
Getuigenverklaringen
Op 30 maart 2020 is [naam] , geboren op [geboortedag]
1959 te [plaats] , door de politie verhoord. [1303] [naam] is getrouwd met [naam] . Ze heeft op dit moment geen eigen onderneming of werk. [1304] [naam] ontvangt een bijstandsuitkering van € 450.00 per maand. [naam] en [naam] ontvangen samen ongeveer
€ 1.200,00 netto per maand. [1305]
[naam] en [ [naam] ] hebben een bedrijf gehad met de naam [bedrijf] . Op naam van dit bedrijf hebben zij een BMW geregistreerd. [1306]
Op 30 maart 2020 is [naam] , geboren op [geboortedag] 1970 te [geboorteplaats] , door de politie verhoord. [1307] Hij verklaart dat hij op dit moment geen onderneming exploiteert. Hij leeft op dit moment van de sociale bijstand. Hij en zijn vrouw (het hof begrijpt: [naam] ) ontvangen samen circa € 1.200,00 netto per maand. Ze beschikken verder over geen inkomsten. [1308]
Zijn vrouw was de directeur van [bedrijf] . Het bedrijf [bedrijf] staat nu op “hold”. [1309] De onderneming had geen eigen bedrijfswagen. Eenmaal is een BMW op het bedrijf geregistreerd. Deze BMW was bestemd voor de heer [verdachte] . [1310]
[naam] verklaart dat [verdachte] geïnteresseerd was in een personenauto van het merk BMW 7-serie. [naam] vond dit voertuig bij [bedrijf] in [plaats] . [1311] De aankoopprijs was € 75.000,00. [1312] [verdachte] heeft [naam] geld gegeven voor de aankoop van de auto. [1313] Het betrof € 75.000,00 aan contanten. [naam] ontving € 2.500,00 provisie. [1314] De auto is gekocht met het contante geld van [verdachte] . [1315] De aankoop van de auto verliep via het agrarische bedrijf van [verdachte] : [bedrijf] (het hof begrijpt: [bedrijf] ). [1316]
De auto is gekocht van BMW -dealer [bedrijf] te [plaats] . [1317] Het betrof een zwarte BMW 740Ld. Deze BMW werd later voorzien van kenteken [kenteken] . [1318] Het voertuig is op naam van het bedrijf [bedrijf] geregistreerd en aan [verdachte] overgedragen. [1319] [verdachte] heeft alle documenten van de auto. De auto is ook van [verdachte] . [1320] [verdachte] heeft de auto na de aankoop niet op zijn naam overgeschreven. [1321]
Op 18 augustus 2020 wordt [naam] opnieuw door de politie verhoord. [1322] [naam] verklaart dat [verdachte] de BMW met kenteken [kenteken] sinds vorige zomer (het hof begrijpt: 2019) heeft. [1323] [verdachte] wilde de auto hebben. [1324] [naam] heeft het kentekenbewijs (deel 1 en 2) en de sleutels van de auto aan [verdachte] overhandigd. Het plan was dat de auto op naam van [bedrijf] zou worden gezet. [1325]
De BMW heeft als kenteken [kenteken] . EJ zijn de wenstekens van [verdachte] . [1326]

4.Overwegingen met betrekking tot het bewijs

Verdachte wordt verweten dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan (het medeplegen van) de voorbereiding van uitvoer van 140 kilo amfetamine naar Finland, deelname aan een criminele organisatie het witwassen van meerdere geldbedragen en verboden wapenbezit.
Standpunt van de verdediging
Ten aanzien van het verboden wapenbezit is geen verweer gevoerd. Met betrekking tot de overige feiten is aangevoerd dat verdachte dient te worden vrijgesproken op gronden vermeld in de pleitnota.
Standpunt van de advocaten-generaal
Met betrekking tot de tenlastegelegde feiten hebben de advocaten-generaal gerekwireerd, overeenkomstig het op de zitting van het hof overgelegde requisitoir, tot bewezenverklaring van alle tenlastegelegde feiten.
Oordeel van het hof
Stableracer
Verdachte heeft ontkend dat hij de gebruiker was van het PGP-account met de naam ‘Stableracer’. Het hof heeft hiervoor onder het kopje “PGP-identificatie” gemotiveerd uiteengezet op grond waarvan het hof vaststelt dat verdachte de gebruiker was van Encrousername ‘Stableracer’, zodat het verweer niet slaagt.
[verdachte]
Uit de hiervoor weergegeven bewijsmiddelen leidt het hof dat wanneer wordt gesproken over ‘ [verdachte] ’ verdachte wordt bedoeld. Het hof ontleent deze vaststelling aan de volgende feiten en omstandigheden die uit de bewijsmiddelen naar voren komen.
Op 6 juli 2019 zegt [medeverdachte 2] het volgende tegen A-4110. [1327] “Dinges heeft ook al een bericht gestuurd. Die transporteur. [verdachte] . (…) Hij werkt alleen van woensdag tot zondag ofzo. Dan even naar Duitsland rijden.” Waarop A-4110 zegt: “Ik ken die vent. Hij reed met Duitse kentekenplaten.” Op 21 augustus 2019 is aan A-4110 een foto getoond van [verdachte] . Over deze foto verklaart A-4l10: “De man op foto 2 herken ik voor 100 % als de man die “ [verdachte] ” of “De Veeboer” wordt genoemd. Hij is degene die ik laatst met [medeverdachte 2] heb gesproken in Hotel [locatie] te [pleegplaats] . Hij is de transportman.” [1328]
Verdachte maakt gebruik van een BMW met kenteken [kenteken] en van telefoonnummer [telefoonnummer] . Dit telefoonnummer straalt op17 juli 2019 om 12:25 uur een telefoonmast aan op de locatie [straat] te [pleegplaats] . [1329] Het voertuig met kenteken [kenteken] is voorzien van een peilbaken. Uit de gegevens van dit peilbaken komt naar voren dat het voertuig omstreeks 12.29 uur stil staat aan de [straat] te [pleegplaats] bij het [locatie] Hotel en daar tot 13.13 uur blijft staan. Vervolgens rijdt het voertuig naar de [adres] te [pleegplaats] . Het GBA-adres van verdachte is de [adres] te [pleegplaats] . [1330]
Voorts bevatten de bewijsmiddelen een OVC gesprek van 3 augustus 2019. Daarin zegt [medeverdachte 2] dat [verdachte] deze week naar Bangkok vliegt. [1331] Daarnaast is er een encro-chat gesprek van 3 augustus tussen [medeverdachte 2] en een onbekend gebleven persoon (het hof begrijpt: verdachte) waarin wordt gezegd dat ik (het hof begrijpt: verdachte) deze week naar Bangkok vlieg. [1332]
A-4110 verklaart over een gesprek dat hij op 3 augustus 2019 bij hotel [locatie] bijwoonde en alwaar [medeverdachte 2] en [verdachte] aanwezig waren dat [medeverdachte 2] contact had met die " [verdachte] " via de speciale telefoon en [verdachte] gaf aan dat ze direct wel konden komen. A-4110 en [medeverdachte 2] zijn naar hotel [locatie] in [plaats] gereden, ze waren daar rond 11:30 uur. Die " [verdachte] " vertelde dat hij drie dagen naar Bangkok ging. Hij vliegt met KLM business class. Hij vertrekt op woensdag 7 augustus om 17:30 uur. [1333]
Zoals hierboven reeds uiteen is gezet, blijkt uit nader identificerend onderzoek naar gebruikers van Encrochat dat verdachten [verdachte] , [verdachte] , [medeverdachte 1] , [medeverdachte 7] , [medeverdachte 6] , [medeverdachte 2] gebruik maken van Encrochat. [1334] Zij maken gebruik van Encrochat om af te stemmen over criminele activiteiten. Zo laat [medeverdachte 2] op 17 januari 2019 aan A-4110, wanneer [medeverdachte 2] vertelt dat het transport naar Finland met de 'aanpakker' gelukt is, een telefoon aan A-4110 zien waarop berichten staan. Op de vraag van A-4110 of dat niet gevaarlijk is, vertelt [medeverdachte 2] dat het geen probleem is, omdat er een 'burner' op zit die de berichten na verloop van tijd wist. Volgens A-4110 is het een normale telefoon om te zien. [medeverdachte 2] vertelt dat de telefoon € 1.500,- kost en hij iedere keer een andere krijgt. [1335] Uit een opgenomen vertrouwelijk gesprek tussen [medeverdachte 2] en A-4110 op l7 juli 2019 blijkt dat [medeverdachte 2] al langer gebruik maakt van encryptietelefonie. [medeverdachte 2] vertelt dat hij 'Ennetcom en Savecom' vroeger ook gebruikt heeft [1336] . Wanneer het gaat over een nieuw transport van verdovende middelen naar Finland, stemt [verdachte] af met [medeverdachte 2] via Encrochat over het doen van een betaling, voordat een nieuw transport plaatsvindt.
Uit inbeslaggenomen Encrochat toestellen blijkt dat verschillende deelnemers Encrochat gebruikten om af te stemmen over het transport van verdovende middelen naar Finland ( [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 7] , [medeverdachte 6] ) en de voorbereiding op een transport van 30 kilogram speed naar Denemarken ( [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 7] ), het aanbod om speed te kopen ( [medeverdachte 1] , [medeverdachte 7] ).
Uit een analyse van de inbeslaggenomen Encrochat toestellen, blijkt dat meerdere deelnemers elkaar in hun contactlijst hebben opgeslagen:
- De username Stableracer ( [verdachte] ) staat opgeslagen in de contactenlijst van van Avocadocrown ( [medeverdachte 2] );
- De username Ironsquirrel ( [medeverdachte 1] ) staat opgeslagen in de contactenlijst van Lazyagent ( [medeverdachte 7] ), Vibrantwhisky ( [medeverdachte 6] ) en van Avocadocrown ( [medeverdachte 2] )
- De username Fixedvodka ( [medeverdachte 1] , voorafgaand aan Ironsquirrel) staat opgeslagen in de contactlijst van Ironsquirrel ( [medeverdachte 1] ), Lazyagent ( [medeverdachte 7] ) en van Avocadocrown ( [medeverdachte 2] );
- De username Lazyagent ( [medeverdachte 7] ) staat opgeslagen in de contactenlijst van Ironsquirrel ( [medeverdachte 1] ), Vibrantwhisky ( [medeverdachte 6] ) en van Avocadocrown ( [medeverdachte 2] );
- De username Vibrantwhiskv ( [medeverdachte 6] ) staat opgeslagen in de contactenlijst van Ironsquirrel ( [medeverdachte 1] ), Lazyagent ( [medeverdachte 7] ) en van Avocadocrown ( [medeverdachte 2] );
- De username Avocadocrown ( [medeverdachte 2] ) staat opgeslagen in de contactenlijst van Lazyagent ( [medeverdachte 7] ), Ironsquirrel ( [medeverdachte 1] , opgeslagen onder de bijnaam ' [bijnaam] ') en Vibrantwhisky ( [medeverdachte 6] ). [1337]
Een username wordt opgeslagen in de contactenlijst door een actieve handeling van de gebruiker van het Encrochat toestel. [1338]
Naast het gebruik van Encrochat wordt ook gebruik gemaakt van andere telefoons of applicaties met encryptiediensten. Van meerdere verdachten is vastgesteld dat zij gebruik maken van de applicatie [naam] . Zo stuurt verdachte [verdachte] op 3 augustus 2019 een onbekend persoon een uitnodiging om contact te hebben via [app] en blijkt dat zijn gebruikersnaam 'koefarmer' is. [1339] Verdachten [medeverdachten 6 en 7] gebruiken [app] in 2020 om af te stemmen over de productie en het transport van speed dat naar Finland zal worden uitgevoerd. [1340] Uit een gesprek dat [verdachte] met een onbekende man (landnummer Letland) voert, blijkt dat [verdachte] ook gebruik maakt van Signal. [1341] Ook zegt [verdachte] op 08 november 2019 tegen [medeverdachte 2] dat hij “Sky” heeft op de Iphone, een Encro heeft en dan heb ik nog twee onepc (fonetisch) en nog een eyknive (fonetisch). lk loop met 5 telefoons rond, jasses. En nog een gewone” [1342] Uit het dossier volgt dat de encryptie telefoons ook wel gezamenlijk worden aangeschaft. Op zondag 25 augustus 2019 worden op de binnenplaats achter café [cafe] onder andere aan [medeverdachte 4] , [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en A-4110 PGP telefoons uitgeleverd. A-4110 heeft toen € 1.600,- betaald voor een PGP toestel. [1343] Uit het gesprek tussen verdachte [medeverdachte 2] en verdachte [verdachte] op 10 september 2019 blijkt dat verdachte [verdachte] via zijn vader [naam] het abonnement voor de encryptietelefoon van [medeverdachte 2] heeft proberen te verlengen. Echter, in het gesprek blijkt dat [verdachte] de oude gebruikersnaam doorgegeven heeft. Verdachte [verdachte] zegt dat de telefoon van [medeverdachte 2] het de volgende dag weer doet. [1344]
Het hof stelt vast dat ook gebruik wordt gemaakt van prepaid telefoons. Het gebruik van prepaidtelefoons komt ook naar voren voorafgaand aan het transport van 02 maart 2020. Op donderdag 27 februari 2020 vraagt [medeverdachte 1] via Encrochat aan [medeverdachte 7] of hij drie prepaids wil kopen, wat [medeverdachte 7] zegt te gaan doen. [1345] Een dag later vertelt [medeverdachte 7] dat hij de prepaid telefoons heeft gehaald. Op vrijdag 28 februari 2020 komt [medeverdachte 2] langs bij A-4110, deze vertelt dat hij twee prepaid telefoontjes heeft gekocht. [medeverdachte 2] zegt dat A-4110 hier voorzichtig mee moet zijn, hij mag ze niet bij elkaar houden. [medeverdachte 2] en A-4110 spreken af dat ze tijdens de reis naar Duitsland via deze telefoons contact houden, omdat
A-4110 onderweg niet met de 'PGP' kan 'appen'. [medeverdachte 2] vertelt dat hij met ' [medeverdachte 7] ' gaat voorrijden in een huurauto en dat ze voor Bremen afslaan, omdat ze geen risico willen lopen gepakt te worden. [1346] Voor de afstemming met de Finse aanpakker (' [naam] ') [1347] van de speed, neemt [medeverdachte 1] een prepaid telefoon in gebruik, krijgt hier response op [1348] en geeft deze aan A-4110 met instructies wanneer het toestel gebruikt kan worden. [1349]
Het hof stelt op grond van het bovenstaande vast dat het gebruik van onder meer prepaid telefoons en encryptie telefoons onderwerp van gesprek was in diverse samenstellingen. Ze werden strategisch ingezet in de voorbereiding en uitvoering van de drugstransporten. De telefoons werden door de verdachten welbewust gekozen, soms gezamenlijk en in overleg aangeschaft, en gebruikt als communicatiemiddel in hun onderlinge contacten tijdens en in het kader van hun samenwerking en in de voorbereiding van strafbare feiten, maar ook voorafgaand en tijdens de feiten.
Het hof zal op het telefoonbezit en -gebruik hieronder in zijn bewijsoverwegingen nader - toegespitst op de door het hof uiteindelijk bewezenverklaarde feiten - ingaan.
Feit 1
Het hof is van oordeel dat het door verdachte gevoerde verweer strekkende tot vrijspraak van het onder 1 tenlastegelegde wordt weerlegd door de gebezigde bewijsmiddelen. Het hof heeft geen reden om aan de juistheid en betrouwbaarheid van de inhoud van die bewijsmiddelen te twijfelen.
Het hof leidt uit de bewijsmiddelen af dat [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en verdachte voornemens waren om opzettelijk 140 kilogram amfetamine buiten het grondgebied van Nederland te brengen. In de periode van 22 juni 2019 tot en met 11 oktober 2019 hebben [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en verdachte aan dit voornemen uiting gegeven door meerdere voorbereidingshandelingen als bedoeld in artikel 10a, eerste lid, van de Opiumwet, te verrichten.
Het hof stelt vast dat het bezit en gebruik van de PGP-telefoons en andere reguliere telefoons dienstig en bestemd was voor het voorbereiden van transporten. In dit geval was de schakel van voorbereiding lang. Ten eerste dienden de drugs te worden geproduceerd door medeverdachten. Vervolgens werden de drugs geleverd en getransporteerd naar het buitenland. Daarna moest het geld voor de productie en het transport weer worden vervoerd naar Nederland en verdachten. Bij een dergelijke keten is het noodzakelijk dat hierover tussen de verschillende partijen wordt gecommuniceerd. Om ontdekking door politie en justitie te voorkomen van de (voorbereiding van de) drugshandel, is het voorts noodzakelijk om deze communicatie af te schermen via het gebruik van een PGP-telefoon en om versluierende taal te gebruiken, zoals het hiervoor genoemde ‘TP’ en ‘snel’. Zodoende merkt het hof de in de tenlastelegging omschreven handelingen van het onderhouden van contact via PGP-telefoons aan als voorbereidende handelingen voor de uitvoer van drugs.
Uit de bewijsmiddelen blijkt naast het overleg en de communicatie via de encryptie telefoons dat medeverdachte [medeverdachte 2] met A-4110 spreekt over een transport van 140 kilo speed naar Finland. [medeverdachte 2] heeft hiervoor afstemming met [medeverdachte 1] , die de contacten heeft met Finland en medefinancier is. Ook heeft medeverdachte [medeverdachte 2] contact met verdachte die wordt gevraagd het transport te doen. [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en verdachte hebben diverse ontmoetingen en contacten via cryptotelefoon waarbij afspraken worden gemaakt over de betalingen, het transport en het ophalen van geld. De inhoud van de gesprekken kan bezwaarlijk anders worden uitgelegd dan dat verdachte daarin mede een sturende rol heeft. Uit de gesprekken blijkt dat er communicatie- en prijsafspraken worden gemaakt en dat verdachte wijst op moeilijkheden en mogelijkheden van een transport naar Finland. Uit de gesprekken blijkt duidelijk dat verdachte betaling voor een eerder transport als voorwaarde stelt bij de onderhandelingen om mee te doen aan dit transport. Voorts blijkt uit de bewijsmiddelen dat hij ook daadwerkelijk geld ontvangt voor eerder transport. Het verweer dat het niet zou gaan om Finland wordt naar het oordeel van het hof weerlegd door de bewijsmiddelen.
Medeplegen
Het hof stelt voorop dat de betrokkenheid aan een strafbaar feit als medeplegen kan worden bewezenverklaard indien is komen vast te staan dat bij het begaan daarvan sprake is geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking.
Ten aanzien van de vraag of er sprake is van medeplegen kan het hof zich met de navolgende overweging van de rechtbank verenigen en zal daarom deze overweging hierna voor zover relevant (cursief) overnemen en tot de zijne maken.
“Bij het verrichten van voornoemde voorbereidingshandelingen is tussen [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en verdachte sprake geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking. De intellectuele en materiële bijdrage van verdachte aan deze voorbereidingshandelingen is daarbij, gelet op de intensiteit van de samenwerking, de onderlinge taakverdeling, de rol van verdachte en het belang van die rol, van zodanig gewicht geweest dat deze kan worden aangemerkt als medeplegen. Verdachte en [medeverdachte 2] hebben via cryptotelefoons, maar ook in persoon, gecommuniceerd over de uitvoer van de 140 kilogram amfetamine naar Finland, in het bijzonder over de financierings- en transportmogelijkheden. Verdachte is door [medeverdachte 2] benaderd als beoogd transporteur van het drugstransport. Verdachte was voornemens om het transport te verrichten, maar wilde eerst zijn aandeel in de winst van een eerder transport uitbetaald krijgen. Dit betrof een transport naar Finland voor de [naam] in het begin van 2019. Ook [medeverdachte 2] was bij dat transport betrokken.”
Door het verrichten van deze handelingen hebben zij aldus beoogd een misdrijf als bedoeld in artikel 10, vijfde lid, van de Opiumwet voor te bereiden
.
Het feit acht het hof wettig en overtuigend bewezen.
Feit 2
Gelet op hetgeen het hof heeft overwogen onder het kopje “4. B – Tallon-criterium” (over het gebruik van het bewijs in het ‘traject [medeverdachte 2] ’, zoals dat is verkregen naar aanleiding van de inzet van A-4110 (en nadien onder meer A-2395) voorzover dat gaat over de tenlastegelegde voorbereidingshandelingen van het Australië-traject), heeft het hof doordat de onderzoeksresultaten niet voor bewijs worden gebruikt met betrekking tot dit feit, niet door de inhoud van wettige bewijsmiddelen de overtuiging bekomen dat verdachte het onder 2 tenlastegelegde heeft begaan, zodat verdachte daarvan behoort te worden vrijgesproken.
Feit 3
Het hof acht op basis van de bewijsmiddelen, in onderling verband en samenhang bezien, feit 3 wettig en overtuigend bewezen, zoals hierna opgenomen in de bewezenverklaring. De rechtbank is van oordeel dat door de verdediging gevoerde verweer strekkende tot vrijspraak van het tenlastegelegde wordt weersproken door de gebezigde bewijsmiddelen.
Het hof stelt voorop dat van deelneming aan een organisatie als bedoeld in artikel 140 Sr slechts dan sprake kan zijn, indien de verdachte behoort tot het samenwerkingsverband en een aandeel heeft in, dan wel ondersteunt, gedragingen die strekken tot of rechtstreeks verband houden met de verwezenlijking van het in dat artikel bedoelde oogmerk. [1350]
Organisatie
Onder het bestanddeel “organisatie” wordt een samenwerkingsverband verstaan met een zekere duurzaamheid en structuur tussen verdachte en ten minste één andere persoon. Om als deelnemer te kunnen worden aangemerkt, hoeft niet vast te staan dat verdachte heeft samengewerkt, of bekend moet zijn geweest met, alle anderen in de organisatie of dat de samenstelling van het samenwerkingsverband steeds dezelfde is. [1351]
Het hof leidt uit de bewijsmiddelen af dat tussen verdachte, [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 3] , [medeverdachte 7] en [medeverdachte 6] sprake is geweest van een samenwerkingsverband met een zekere duurzaamheid en structuur.
Dit samenwerkingsverband heeft een drugstransport naar Finland georganiseerd en twee drugstransporten voorbereid, te weten naar Finland en Denemarken en diverse geldbedragen witgewassen. Er was sprake van veel onderling overleg en een duidelijke onderlinge taakverdeling. Over de rollen van de diverse verdachten komt het hof hierna terug onder het kopje “deelname en rollen verdachten”. De organisatie maakt voor het vinden van buitenlandse afnemers bovendien gebruik van het netwerk en de connecties van de [naam] . [medeverdachte 2] vertelt dat [medeverdachte 1] zijn klanten voor drugs van de club zijn. In gesprekken ging het immers over ‘de [naam] ’, ‘de chapter’ en ‘de colors’. Dit contact verliep via [medeverdachte 1] die zelf lid was van de [naam] . Van slechts incidenteel samenwerken is naar het oordeel van het hof geen sprake geweest. Dat geen sprake zou zijn geweest van een "geoliede machine" en dat het er soms vrij amateuristisch aan toe ging, ziet het hof geenszins. Naar het oordeel van het hof blijkt uit de bewijsmiddelen op geen enkele manier dat het er amateuristisch aan toe ging. Het gaat in deze zaak over de uitvoer van grote hoeveelheden harddrugs, verdachten maakten plannen over hoe contacten en transporten plaats moesten vinden en beschikten over stashauto’s en cryptotelefoons.
Uit de bewijsmiddelen leidt het hof voorts af dat het samenwerkingsverband in ieder geval actief geweest is in de periode 12 januari 2019 tot en met 2 maart 2020 en daarmee een min of meer duurzaam karakter heeft gehad.
Oogmerk
Het oogmerk van de organisatie moet gericht zijn op het plegen van misdrijven, maar niet is vereist dat de organisatie de uitsluitende bedoeling heeft om misdrijven te plegen, [1352] of dat het plegen van misdrijven de voornaamste bestaansgrond van de organisatie is. [1353]
Voor een bewezenverklaring is voldoende dat het plegen van misdrijven wordt beoogd, zodat geen aanvang hoeft te zijn gemaakt met het daadwerkelijk plegen daarvan. Voor bewijs van het bestanddeel “oogmerk” zal onder meer betekenis kunnen toekomen aan misdrijven die in het kader van de organisatie reeds zijn gepleegd, aan het meer duurzaam of gestructureerde karakter van de samenwerking, zoals daarvan kan blijken uit de onderlinge verdeling van werkzaamheden of onderlinge afstemming van activiteiten van deelnemers binnen de organisatie met het oog op het bereiken van het gemeenschappelijke doel van de organisatie, en, meer algemeen, aan de planmatigheid of stelselmatigheid van de met het oog op dit doel verrichte activiteiten van deelnemers binnen de organisatie. [1354]
Uit de bewijsmiddelen volgt dat het oogmerk van het samenwerkingsverband tussen verdachte, [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 7] en [medeverdachte 6] het verkopen van grote hoeveelheden harddrugs aan buitenlandse afnemers was. Vanuit dit oogpunt werkten zij samen.
De strafbare feiten waar het oogmerk verder op gericht was - kort gezegd de voorbereiding van het drugstransport en de productie, het vervoer en aflevering van de verdovende middelen, alsmede het witwassen van de opbrengsten uit de verkoop van harddrugs – zijn opgenomen in de bewezenverklaring.
[medeverdachte 1] vertegenwoordigde de personen die de harddrugs naar het buitenland wilden exporteren en hield contact met de afnemers van de drugs in het buitenland. De surrogaatpartij drugs zoals die conform de afgesproken route van het transport van 2 maart 2020 aankwam in [plaats] , werd opgehaald door een lid van de [naam] . [medeverdachte 1] regelde verder de financiën van het transport en hield contact met personen aan wie hij diverse taken uitbesteedde ten behoeve van de verwezenlijking van het transport. [medeverdachte 3] is als lid van de [naam] betrokken bij meerdere geldtransporten. [medeverdachte 2] betrof een tussenpersoon van [medeverdachte 1] en hield zich overwegend bezig met de organisatie van de feitelijke uitvoer van de harddrugs en de erop volgende geldtransporten waarmee de opbrengsten naar Nederland gebracht werden en verdeeld werden onder verdachte en zijn medeverdachten. In dat kader hield hij contact met verdachte, zijnde degene die ingeschakeld werd om de feitelijke uitvoer van een beoogd transport te coördineren. Wie verdachte vervolgens heeft ingeschakeld om de drugs te vervoeren - een vrachtwagenchauffeur - is onduidelijk gebleven. [medeverdachte 6] en [medeverdachte 7] waren werkzaam voor [medeverdachte 1] en hielden zich in de kern bezig met de productie van harddrugs.
Over de rollen van de diverse verdachten komt het hof hierna terug onder het kopje “deelname en rollen verdachten”.
Zoals hiervoor al is overwogen werd bij deze samenwerking voor de onderlinge communicatie onder andere gebruik gemaakt van PGP-telefoons. Uit de inhoud van de PGP-gesprekken volgt dat deze gesprekken zagen op de transporten naar het buitenland. Er werd volop gecommuniceerd en afgestemd om de transporten voor te bereiden. In de gesprekken werd immers gesproken over chauffeurs, aantallen en kilogrammen, over transporten (‘TPS), Denemarken (‘Deen’), speed (‘Snel’ of ‘Snelle’), verborgen ruimten (‘stashes’), mensen die voor het transport uitrijden (‘voorrijders’) en geld (‘pap’ en ‘ruggen’). Daarnaast worden door verdachte, [medeverdachte 1] en [medeverdachte 6] termen gebruikt die verband houden met de productie van amfetamine, namelijk: ‘spa’, ‘gele’, ‘draaien’, ‘kloppen’, ‘drogen’, ‘metha’, ‘uitlekken’, ‘vacuüm trekken’, ‘A’, ‘A-olie’ of ‘olie’, ‘APAAN’, ‘uitsmeren’, ‘puur’, ‘dubbel vacuüm’ en er wordt gesproken over de verwarming die hoger moet of over een kacheltje dat erbij moet komen.
Wanneer er met buitenlandse afnemers, aanpakkers of chauffeurs werd gecommuniceerd in berichtenverkeer werd ook versluierd taalgebruik gebruikt, door naar elkaar te communiceren met woorden als ‘darling’, als ware het berichtenverkeer tussen een stelletje is. De verdachten maakten afspraken en stemden hun handelingen onderling af op elkaar. Zelden spraken zij over elkaar met naam en toenaam, integendeel. Er werden enkel personen met bijnamen dan wel schuilnamen aangeduid zoals ‘ [medeverdachte 15] ’, ‘ [medeverdachte 2] ’, ‘ [medeverdachte 2] ’, ‘ [naam] ’ of ‘ [naam] ’, ‘ [medeverdachte 1] ’, ‘ [medeverdachte 7] ’ en ‘ [medeverdachte 6] ’ en ‘ [naam] ’, ‘ [naam] ’. Deze wijze van afscherming van de onderlinge communicatie is naar het oordeel van het hof niet anders te verklaren dan als middel om criminele activiteiten te verhullen en de opsporing en de bewijswaarheid daarvan te bemoeilijken.
Het hof is van oordeel dat de organisatie tot oogmerk had het plegen van een misdrijf als bedoeld in artikel 10, vijfde lid, van de Opiumwet. Meer specifiek bestond het oogmerk van de organisatie aan het buiten het grondgebied van Nederland brengen en het bereiden en/of bewerken en/of verwerken, vervaardigen, vervoeren, leveren, verkopen, afleveren en verstrekken van harddrugs en voorbereidingshandelingen daartoe. Verdachte, [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 7] en [medeverdachte 6] en [verdachte] kunnen worden gezien als deelnemers van een criminele organisatie die het plegen en voorbereiden van harddrugsdelicten, waaronder het buiten het grondgebied van Nederland brengen, en witwassen van de daarmee gepaard gaande opbrengsten tot oogmerk had. Zij hebben ieder een aandeel gehad in gedragingen, strekkend tot verwezenlijking van het binnen die organisatie bestaande oogmerk.
Deelname en rollen verdachten
Volgens vaste rechtspraak is van deelneming aan een organisatie als bedoeld in artikel 140 Sr sprake indien een persoon behoort tot de organisatie en een aandeel heeft in, dan wel ondersteunt, gedragingen die strekken tot of rechtstreeks verband houden met de verwezenlijking van het oogmerk van de organisatie. De verdachte dient in dat verband in zijn algemeenheid te weten (in de zin van onvoorwaardelijk opzet) dat de organisatie tot oogmerk heeft het plegen van misdrijven. Niet is vereist dat de verdachte wetenschap heeft van een of meer concrete misdrijven die door de organisatie worden beoogd, of dat zijn opzet is gericht op het plegen van die misdrijven, ook niet wanneer het gaat om misdrijven van uiteenlopende aard. [1355] Elke bijdrage aan een organisatie kan strafbaar zijn. Een dergelijke bijdrage kan bestaan uit het (mede)plegen van enig misdrijf, maar ook uit het verrichten van hand- en spandiensten en (dus) het verrichten van handelingen die op zichzelf niet strafbaar zijn, zolang van bovenbedoeld aandeel of ondersteuning kan worden gesproken.
Zoals hiervoor ook is overwogen vertegenwoordigde [medeverdachte 1] de personen die de harddrugs naar het buitenland wilden exporteren en hield hij contact met de afnemers van de drugs in het buitenland veelal leden van de [naam] . [medeverdachte 1] regelde verder de financiën van het transport en hield contact met personen aan wie hij diverse taken had uitbesteed ten behoeve van de verwezenlijking van het transport. Hij zette de lijnen uit en beheerde het geld. Hij onderhield ook contact met [medeverdachte 3] die geld transporteerde.
[medeverdachte 3] is als lid van de [naam] vanuit Finland betrokken bij meerdere geldtransporten. [medeverdachte 3] is zelf regelmatig vanuit Finland naar Nederland gekomen om geld van de drugshandel te bezorgen bij [medeverdachte 1] (al dan niet via [medeverdachte 4] ). De rol van [medeverdachte 3] bestaat met name uit het uitvoeren van geldtransporten en samen met [medeverdachte 1] contacten onderhouden en het zodoende completeren van de handelscirkel tussen Nederland en Finland waarbij ook gebruik wordt gemaakt van het netwerk van de [naam] .
[medeverdachte 2] was een tussenpersoon van [medeverdachte 1] en hield zich overwegend bezig met de organisatie van de feitelijke uitvoer van de harddrugs en import en distributie van de opbrengsten daarvan. Hij zorgde voor transporteurs en transporteerde zelf ook. Daarnaast bracht hij ook het geld op de juiste plek en zorgde hij voor ingrediënten voor het produceren van drugs.
Verdachte werd ingeschakeld om de feitelijke uitvoer van een beoogd transport te coördineren. Hij onderhield daarover contacten met [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] en was ook betrokken bij een eerder transport waarvoor hij betalingen ontving.
[medeverdachte 7] en [medeverdachte 6] werden direct door [medeverdachte 1] aangestuurd en hielden zich in de kern bezig met de productie van harddrugs. Hun rol in het geheel van de organisatie was het produceren van de te verhandelen drugs en vervolgens het verpakken, vervoeren en overdragen daarvan aan medeverdachten. Die rol merkt het hof aan als één die van essentieel belang is voor een organisatie met het oogmerk om aan buitenlandse afnemers drugs te verkopen.
Gelet op het vorenstaande is het hof van oordeel dat sprake is geweest van een
organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van een misdrijf als bedoeld in artikel
10, vierde of vijfde lid, en artikel 10a, eerste lid, van de Opiumwet, alsmede het
plegen van gewoontewitwassen. Verdachten behoorden tot deze organisatie en
hebben ieder een aandeel gehad in gedragingen, strekkend tot verwezenlijking van het
binnen die organisatie bestaande oogmerk.
Conclusie
Op grond hiervan is het hof van oordeel dat verdachte heeft behoord tot een op het plegen van misdrijven gericht samenwerkingsverband en dat hij daarnaast ook een aandeel heeft gehad in gedragingen die mede strekten tot de verwezenlijking van het binnen die organisatie bestaande oogmerk. Daarom is bewezen dat verdachte heeft deelgenomen aan een organisatie als bedoeld in artikel 140 Sr en komt het hof tot een bewezenverklaring van het ten laste gelegde. Het hof verwerpt het verweer van de verdediging.
Feit 4
Het hof leidt uit de bewijsmiddelen af dat verdachte - kort gezegd - de in de tenlastelegging genoemde geldbedragen in de periode van 13 april 2019 tot en met 8 november 2019 heeft verworven en voorhanden gehad en/of overgedragen.
Het hof merkt in aanvulling op de onderstaande overwegingen van de rechtbank op dat het hof heeft gezien dat volgens de hierboven weergegeven verslaglegging van het geldtransport van 13 april 2019 [medeverdachte 2] opmerkte dat er grond of modder aan de gesealde tas zat. [medeverdachte 2] zei: 'Kijk, ze hebben het in de grond begraven. Het hof heeft ook gezien dat in het dossier (waaronder hierboven opgenomen OVC gesprekken) vaker wordt gezegd dat er weer gegraven moet worden als het om geld gaat, welk geld regelmatig gezien de context in die gesprekken gerelateerd is aan drugstransporten. Voorts spreekt [medeverdachte 2] in het hierboven onder de bewijsmiddelen eveneens weergegeven OVC gesprek waar het gaat over het transport op 24 mei 2019: “Allemaal vijfhonderdjes en één van 50. Even zien hoeveel van die paarse jongetjes er zijn”.
Het hof kan zich met de navolgende overwegingen van de rechtbank verenigen en zal daarom deze overwegingen hierna voor zover relevant (cursief) overnemen en tot de zijne maken. Daar waar ‘rechtbank’ staat, moet nu ‘hof’ worden gelezen.
“De rechtbank is van oordeel dat in de gebezigde bewijsmiddelen feiten en omstandigheden zijn vervat, die redengevend zijn voor het bewijs dat de in de tenlastelegging genoemde geldbedragen opbrengsten betreffen uit de verkoop van amfetamine in Finland die daar begin 2019 (…) is geleverd. Het gaat om een partij van 180 kilogram en 60 kilogram. Verdachte is (…) betrokken geweest bij in ieder geval één van deze transporten en deelt mee in de winst van de verkoop van de amfetamine. De geldbedragen ontvangt hij van [medeverdachte 2] , zijnde de tussenpersoon van de [naam] [medeverdachte 1] . De geldbedragen komen bij [medeverdachte 1] vandaan die ze weer via een derde (toevoeging van het hof: o.a. [medeverdachte 3] ) binnenkrijgt. Het vorenstaande rechtvaardigt het vermoeden dat de geldbedragen van enig misdrijf afkomstig zijn. Dit vermoeden wordt versterkt door de volgende feiten van algemene bekendheid:
-
de handel in verdovende middelen genereert winsten in contant geld. In het drugscircuit gaan grote bedragen om; [1356]
-
het voorhanden hebben van grote contante geldbedragen door privé personen is, in het geval dat geld op legale wijze is verkregen, hoogst ongebruikelijk vanwege het risico van onder meer diefstal, waarbij het geld niet is verzekerd; [1357]
  • coupures van € 500,00 worden in het normale Nederlandse betalingsverkeer maar zelden gebruikt, terwijl deze wel voorkomen in het criminele milieu;
  • het vanuit het buitenland fysiek van vervoeren van grote bedragen in contanten brengt een aanzienlijk veiligheidsrisico met zich; [1358]
  • het rectaal - en dus heimelijk - vervoeren van grote geldbedragen vanuit het buitenland is hoogstens (het hof leest: hoogst) ongebruikelijk en
  • het onder de grond bewaren van grote hoeveelheden geld is hoogstens (het hof leest: hoogst) ongebruikelijk.
De rechtbank is in het licht van het vorenstaande van oordeel dat van verdachte mag worden verlangd dat hij een concrete, verifieerbare en niet op voorhand hoogst onwaarschijnlijke verklaring geeft dat de geldbedragen niet van misdrijf afkomstig zijn.
Verdachte heeft deze verklaring niet gegeven. Het door verdachte geboden tegenwicht tegen de verdenking van witwassen geeft daarmee onvoldoende aanleiding tot een nader onderzoek door het openbaar ministerie. [1359] De rechtbank is dan ook van oordeel dat het niet anders kan zijn geweest dan dat de geldbedragen onmiddellijk of middellijk uit enig misdrijf afkomstig zijn geweest en dat verdachte daar wetenschap van heeft gehad.
Bij het begaan van dit feit is tussen verdachte en zijn mededaders sprake geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking gericht op het voltooien daarvan. De intellectuele en/of materiële bijdrage van verdachte aan het feit is daarbij, gelet op de intensiteit van de samenwerking, de onderlinge taakverdeling, de rol van verdachte in de voorbereiding, de (deels gezamenlijke) uitvoering en afhandeling van het delict en het belang van die rol, van zodanig gewicht geweest dat deze kan worden aangemerkt als medeplegen. [medeverdachte 2] heeft samen met [medeverdachte 1] diverse geldbedragen verworven en voorhanden gehad afkomstig uit de verkoop van amfetamine in Finland. Een deel van deze geldbedragen heeft [medeverdachte 2] overgedragen aan verdachte. Zowel verdachte als diens medeverdachten hebben wetenschap gehad dat de geldbedragen uit enig misdrijf afkomstig waren.”
Het hof overweegt aanvullend nog als volgt.
Witwassen op 13 april 2019
Medeverdachte [medeverdachte 2] heeft bij de politie op vragen hierover verklaard dat hij met A-4110 geld van links naar rechts heeft gebracht. Hij heeft bij de politie desgevraagd over een transport van geld in april 2019 een bedrag genoemd van € 30.000,- en ter terechtzitting in eerste aanleg verklaard dat hij van [medeverdachte 1] ontvangen geld naar [pleegplaats] heeft gebracht. De verklaring van A-4110, inhoudende dat er op 13 april 2019 geld is opgehaald bij [medeverdachte 1] en naar [pleegplaats] wordt gebracht, wordt in zoverre ondersteund door andere bewijsmiddelen. Dat geldt niet voor het onderdeel van de verklaring van A-4110 dat het zou gaan om een geldbedrag ter hoogte van € 100.000,-. Het dossier biedt onvoldoende relevante ondersteuning voor dit specifieke bedrag. Het betreffende gesprek is niet opgenomen op OVC en ook anderszins is er geen ondersteunend bewijs dat het om dit bedrag zou gaan. Gelet op het voorgaande gaat het hof op basis van de verklaring van verdachte uit van een bedrag van € 30.000,-. Hoewel het dossier aanwijzingen bevat dat het om een groter geldbedrag gaat is het bewijs daarvoor onvoldoende.
Uit de bewijsmiddelen leidt het hof af dat het geld in [pleegplaats] naar de woning van [verdachte] is gebracht. Het hof neemt daarbij ook in aanmerking dat A-4110 verklaart over een huis in [pleegplaats] met glimmende dakpannen, hetgeen overeenkomt met de beschrijving van het huis van [verdachte] in een proces-verbaal van bevindingen, dat A-4110 noemt dat er een Audi voor de deur staat met Duitse kentekenplaten terwijl uit overige bewijsmiddelen blijkt dat [verdachte] in die tijd gebruik maakt van een Audi met Duits kenteken, alsmede de bevindingen over de aanstraling van de telefoon in gebruik bij [verdachte] van de mast in de omgeving van de woning. Het hof ziet voorts ondersteuning in het gesprek tussen A-4110 en [medeverdachte 2] op 25 juni 2019 waarin A-4110 vraagt of [medeverdachte 2] de jongens van de vrachtwagen heeft betaald en [medeverdachte 2] bevestigend antwoordt en zegt 'daar was je bij toen ik het heb opgehaald' en verder in het gesprek van 6 juli 2019 tussen A-4110 en [medeverdachte 2] waarin gesproken wordt over [verdachte] en [medeverdachte 2] tegen A-4110 zegt: je was met mij mee toch? waarop A-4110 zegt dat hij er twee keer is geweest.
Op grond van de bewijsmiddelen acht het hof wettig en overtuigend bewezen dat A-4110 en verdachte op 13 april 2019 bij [medeverdachte 1] geld hebben opgehaald en dat geld vervolgens naar de woning van [verdachte] in [pleegplaats] hebben gebracht, en dat dit een geldbedrag betrof ter hoogte van € 30.000,-.
Witwassen op 30 oktober 2019
Uit de bewijsmiddelen leidt het hof het volgende af. Op 30 oktober 2019 vindt een ontmoeting plaats tussen A-4110 en [medeverdachte 2] . Samen rijden ze naar [pleegplaats] naar de woning van ‘ [verdachte] ’ (het hof begrijpt: verdachte). A-4110 heeft verklaard dat [medeverdachte 2] een enveloppe met daarin € 5.000,- door de brievenbus heeft gegooid. ‘ [verdachte] ’ had via PGP contact met [medeverdachte 2] en had hem het geld gevraagd, aldus A-4110.
Bij de woning aan de [adres] te [pleegplaats] hangen camera’s aan de buitenzijde van de woning. Op 30 oktober 2019 te 19.46 uur is op de camerabeelden van camera 2 te zien dat een voertuig de oprit van de [adres] half oprijdt. De bijrijder stapt uit en heeft iets rechthoekig in zijn rechterhand vast. Omstreeks 19.47 uur loopt de bijrijder weer terug naar de auto. De bijrijder heeft voornoemd voorwerp niet meer in zijn rechterhand. De auto vertrekt met de bijrijder. Op 8 november 2019 is er een OVC-beschikbaar waarin [medeverdachte 2] tegen A-4110 bevestigt dat hij € 5.000,- bij verdachte in de brievenbus heeft gegooid, [medeverdachte 2] zegt dan:
“Kom ik met 5 ruggen aankakken. Wat ik door de brievenbus gegooid heb. (…) was 5 en die 35, nou is 40”
Het hof is van oordeel dat de verklaring van A-4110 voldoende wordt ondersteund door de camerabeelden en het hiervoor weergegeven OVC-gesprek. Verdachte heeft om hem moverende reden geen verklaring gegeven en enkel gesteld dat het geld niets te maken heeft met de feiten die hem worden verweten. In het licht van de gebezigde bewijsmiddelen en gelet op hetgeen het hof hiervoor heeft overwogen acht het hof dat niet aannemelijk geworden. Het hof acht ook dit feit wettig en overtuigend bewezen.
Witwassen op 8 november 2019
Het hof stelt op grond van de bewijsmiddelen vast dat [medeverdachte 2] en A-4110 op 8 november 2019 naar verdachte in [pleegplaats] zijn gegaan. Volgens de verklaring van A-4110 heeft [medeverdachte 2] € 34.800,- bij zich in een plastic zak en zijn zoon heeft € 200,- gepakt. Van het gesprek tussen [medeverdachte 2] en A-4110 is een OVC opname beschikbaar. Daaruit blijkt dat het volgende:
A-4110: Waar moeten we heen?
[medeverdachte 2] : Ik moet even bij [medeverdachte 5] langs.
[medeverdachte 2] : Dan pak ik het even en dan gaan we naar … Cash.
A-4110: Gaan we naar die …?
A-4110: [verdachte] ?
[medeverdachte 2] : Ja.
A-4110: Waar zien we hem?
[medeverdachte 2] : Bij hem thuis.
[medeverdachte 2] : In totaal heb ik gekregen … 55 ongeveer.
A-4110: Woont hij hier?
[medeverdachte 2] : Daar is het toch? [1360]
Auto staat stil.
Auto wordt gestart.
[medeverdachte 2] stapt in. [medeverdachte 2] zegt dat er iemand met zijn tengellijntjes aan gezeten heeft.
A:4110: Heeft hij er weer aangezeten?
[medeverdachte 2] : ja, 200 euro gehad. [1361]
Van de daaropvolgende ontmoeting tussen A-4110, [medeverdachte 2] en verdachte is een OVC-opname beschikbaar. Daaruit blijkt dat het volgende wordt gezegd:
[medeverdachte 2] : Anderhalve ton staat nog open. 162 om precies te zijn. Hij betaalt wel, maar in kleine beetjes. Ik heb hier 34 nog wat.
[verdachte] : Ik moet nu nog 10 van jou hebben.
[medeverdachte 2] : Ja.
[verdachte] : Dan staan we quitte.”
Vervolgens blijkt uit de OVC-opname tussen A-4110 en [medeverdachte 2] het volgende:
“ [medeverdachte 2] : Ik ben blij dat ik gegaan ben.
A-4110: Hij telt het niet eens.
[medeverdachte 2] : Hij verwachtte het niet meer. (…)
[medeverdachte 2] : Ik heb echt gepushed voor dat geld.
[medeverdachte 2] : Een transportbedrijf heeft wel geld nodig.”
Het hof is van oordeel dat uit bovengenoemde bewijsmiddelen blijkt dat verdachte
€ 34.800,- heeft ontvangen van [medeverdachte 2] . Verdachte heeft om hem moverende reden geen verklaring gegeven en enkel gesteld dat het geld niets te maken heeft met de feiten die hem worden verweten. In het licht van de gebezigde bewijsmiddelen en gelet op hetgeen het hof hiervoor heeft overwogen acht het hof dat niet aannemelijk geworden. Het hof acht ook dit feit wettig en overtuigend bewezen.
Medeplegen
Het hof stelt voorop dat de betrokkenheid aan een strafbaar feit als medeplegen kan worden bewezenverklaard indien is komen vast te staan dat bij het begaan daarvan sprake is geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking.
Het hof kan zich met de navolgende overweging van de rechtbank verenigen en zal daarom deze overweging hierna voor zover relevant (cursief) overnemen en tot de zijne maken. Daar waar ‘rechtbank’ staat, moet nu ‘hof’ worden gelezen.
“Bij het begaan van dit feit is tussen verdachte en zijn mededaders sprake geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking gericht op het voltooien daarvan. De intellectuele en/of materiële bijdrage van verdachte aan het feit is daarbij, gelet op de intensiteit van de samenwerking, de onderlinge taakverdeling, de rol van verdachte in de voorbereiding, de (deels gezamenlijke) uitvoering en afhandeling van het delict en het belang van die rol, van zodanig gewicht geweest dat deze kan worden aangemerkt als medeplegen. [medeverdachte 2] heeft samen met [medeverdachte 1] diverse geldbedragen verworven en voorhanden gehad afkomstig uit de verkoop van amfetamine in Finland. Een deel van deze geldbedragen heeft [medeverdachte 2] overgedragen aan [verdachte] . Zowel verdachte als diens medeverdachten hebben wetenschap gehad dat de geldbedragen uit enig misdrijf afkomstig waren.”
Gelet op het aantal van de witwashandelingen, de periode waarin deze hebben plaatsgevonden, de patroonmatige communicatie, ook in het handelen en de totale omvang van de geldbedragen is sprake van gewoontewitwassen.
Feit 5
Verdachte heeft ten aanzien van dit feit een bekennende verklaring afgelegd en door de verdediging is geen vrijspraak bepleit. Op grond van de gebezigde bewijsmiddelen acht het hof wettig en overtuigend bewezen dat verdachte dit feit heeft begaan. Uit de bewijsmiddelen blijkt dat hij het wapen, het patroonmagazijn en de kogelpatronen bewust aanwezig heeft gehad en daarover kon beschikken.
Overweging met betrekking tot het bewijs in de zaak met parketnummer 18-730001-21
Verdachte wordt verweten dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan witwassen.
Standpunt van de verdediging
Door de verdediging is ten aanzien van feit 1 en feit 2 vrijspraak bepleit.
Verdachte heeft verklaard dat hij beide geldbedragen van [naam] heeft geleend en dat hij deze bedragen terug zou betalen als zijn bedrijf winst zou maken. Hetgeen [naam] heeft verklaard is onjuist.
Door de verdediging is aangevoerd dat op de rekening van [naam] diverse bedragen zijn bij- en afgeschreven en dat daaruit weldegelijk blijkt dat [naam] in staat was om bedragen van deze grote aan verdachte te lenen. Bovendien is niet geverifieerd of [naam] daadwerkelijk van een uitkering leeft, zoals door hem en zijn vrouw is verklaard. De verklaring van [naam] wordt als waarheid aangenomen.
Standpunt van de advocaten-generaal
Met betrekking tot de tenlastegelegde feiten hebben de advocaten-generaal gerekwireerd, overeenkomstig het op de zitting van het hof overgelegde requisitoir, tot bewezenverklaring van alle tenlastegelegde feiten.
Oordeel van het hof
Feit 1
Uit de bewijsmiddelen blijkt dat verdachte op 19 oktober 2018 en woning aan de [adres] te [pleegplaats] heeft gekocht voor € 200.000,-. De woning is niet bezwaard met een hypotheek of andere beslagen. Ten aanzien van de financiering van de woning is gebleken dat op 15 oktober 2018 € 204.956,71 is overgemaakt naar de notaris [naam] . Dit geld is afkomstig van de bankrekening van verdachte. Op 11 september 2018 is € 195.000,- op de bankrekening van verdachte gestort door [naam] onder vermelding ‘Darlehn laut vertrag’.
[naam] heeft verklaard dat verdachte bij hem is gekomen met een contant geldbedrag van
€ 200.000,00 en aan hem heeft gevraagd dit bedrag naar de bankrekening van verdachte over de maken. Volgens [naam] wou verdachte een vastgoedobject aflossen. [naam] zou
€ 5.000,00 krijgen. [naam] heeft verder verklaard dat de overboeking geen lening betreft en dat hij financieel ook niet in staat om een dergelijk bedrag aan een derde te lenen.
Het hof ziet in hetgeen de verdediging heeft aan gevoerd geen aanleiding om te twijfelen aan de inhoud en juistheid van de opgenomen bewijsmiddelen. Het hof kan zich met de navolgende overweging van de rechtbank verenigen en zal daarom deze overweging hierna voor zover relevant (cursief) overnemen en tot de zijne maken. Daar waar ‘rechtbank’ staat, moet nu ‘hof’ worden gelezen.
Uit de uiterlijke verschijningsvorm van het geheel leidt de rechtbank af dat [naam] door verdachte is ingezet als geldezel (money mule of katvanger) om € 195.000,00 naar de rekening van verdachte over te maken. Voor deze handeling kreeg [naam] een "provisie" van € 5.000,00. [naam] heeft € 200.000,00 aan contanten van verdachte ontvangen. [naam] heeft vervolgens € 195.000,00 op zijn rekening gestort en dit bedrag overgeboekt naar de rekening van verdachte. Deze heeft het bedrag vervolgens gebruikt voor de aankoop van een woning aan de [adres] te [pleegplaats] . De rechtbank is van oordeel dat de voornoemde feiten en omstandigheden het vermoeden rechtvaardigen dat de aan [naam] geleverde € 200.000,00 van enig misdrijf afkomstig is. De rechtbank wijst daarbij op het feit van algemene bekendheid dat het voorhanden hebben van grote contante geldbedragen door privé personen, in het geval dat geld op legale wijze is verkregen, hoogst ongebruikelijk is vanwege het risico van onder meer diefstal, waarbij het geld niet is verzekerd;
De rechtbank is in het licht van het vorenstaande van oordeel dat van verdachte mag worden verlangd dat hij een concrete, verifieerbare en niet op voorhand hoogst onwaarschijnlijke verklaring geeft dat de geldbedragen niet van misdrijf afkomstig zijn. Verdachte heeft deze verklaring niet gegeven. Het aldus door de verdachte geboden tegenwicht tegen de verdenking van witwassen geeft onvoldoende aanleiding tot een nader onderzoek door het openbaar ministerie. Er is daarom geen andere conclusie mogelijk dan dat het ten laste gelegde voorwerp onmiddellijk of middellijk uit enig misdrijf afkomstig is en dat verdachte daar wetenschap heeft gehad.
Naar de uiterlijke verschijningsvorm hebben verdachtes handelingen voorts tot doel gehad en waren zij geschikt om de criminele herkomst van de € 195.000,00 te verhullen en te verhullen wie de rechthebbende daarop is.
Bij het begaan van het witwassen is tussen verdachte en [naam] sprake geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking gericht op het voltooien daarvan. De intellectuele en materiële bijdrage van verdachte aan het feit is daarbij, gelet op de intensiteit van de samenwerking, de onderlinge taakverdeling, de rol van verdachte in de voorbereiding, de (deels gezamenlijke) uitvoering en afhandeling van het delict en het belang van die rol, van zodanig gewicht geweest dat deze kan worden aangemerkt als medeplegen.”
Aanvullend overweegt het hof als volgt. De verdediging heeft gesteld dat uit de bankafschriften van [naam] blijkt dat er grote bedragen heen en weer worden gestort die niet zijn te relateren aan een leven op bijstandsniveau. Hoewel uit het dossier blijkt dat er grote bedragen worden bij- en afgeschreven op de rekening van [naam] stelt het hof vast dat het begin- en eindsaldo van de rekening in 2018, 2019 en 2020 steeds tussen € - 8,74 en € 5,97 ligt. Daarin ziet het hof aanleiding ervan uit te gaan dat [naam] meerdere malen als katvanger is gebruikt. [naam] heeft uitleg gegeven en ook toegegeven dat hij met het voorstel van verdachte snel geld kon verdienen. Het hof zietdaarin in ieder geval geen aanleiding om aan de betrouwbaarheid van zijn verklaring met betrekking tot de gang van zaken van de door verdachte aan [naam] gegeven € 200.000 te twijfelen. De verklaring van [naam] vindt ondersteuning in ander bewijs. Verdachtes verklaring daarentegen niet, deze wordt weersproken door het bewijs. Van de door verdachte gefingeerde lening is nooit sprake geweest. Het hof stelt vast dat verdachte door middel van een schijnconstructie een legale geldstroom heeft gecreëerd. Over de herkomst van het omvangrijke contante geldbedrag heeft verdachte ook in hoger beroep geen concrete, verifieerbare en niet op voorhand hoogst onwaarschijnlijke verklaring gegeven. Met de rechtbank is het hof van oordeel dat geen andere conclusie mogelijk dan dat het ten laste gelegde voorwerp onmiddellijk of middellijk uit enig misdrijf afkomstig is en dat verdachte daar wetenschap heeft gehad.
Naar de uiterlijke verschijningsvorm hebben verdachtes handelingen voorts tot doel gehad en waren zij geschikt om de criminele herkomst van de € 195.000,00 te verhullen en te verhullen wie de rechthebbende daarop is.
Feit 2
Op grond van de gebezigde bewijsmiddelen stelt het hof het volgende vast.
Op 17 juni 2019 wordt een BMW 740LD aangekocht bij [bedrijf] . KG te [plaats] . Het voertuig wordt contant betaald. Ten behoeve van de betaling is op 5 juni 2019 € 5.000,00 en op 17 juni 2019 € 70.000,00 en € 700,00 contant bij de kassa gestort. Het voertuig is gekocht door [bedrijf] en het voertuig is opgehaald door [naam] . Hij is tevens de persoon die de contante geldbedragen heeft gestort.
[naam] heeft verklaart dat [verdachte] geïnteresseerd was in een personenauto van het merk BMW 7-serie. [naam] vond dit voertuig bij [bedrijf] in [plaats] . [verdachte] heeft [naam] geld gegeven voor de aankoop van de auto. Het betrof € 75.000,00 aan contanten. [naam] ontving € 2.500,00 provisie. De auto is gekocht met het contante geld van [verdachte] . De aankoop van de auto verliep via het agrarische bedrijf van [verdachte] : [bedrijf] . [naam] heeft verder verklaard (op 18 augustus 2020) dat [verdachte] de BMW met kenteken [kenteken] sinds vorige zomer (het hof begrijpt: 2019) heeft.
Het hof ziet in hetgeen de verdediging heeft aan gevoerd geen aanleiding om te twijfelen aan de inhoud en juistheid van de opgenomen bewijsmiddelen. Ook het handschriftonderzoek dat op verzoek van de verdediging is verricht geeft daartoe, bezien in het licht van het geheel van de bewijsmiddelen, naar het oordeel van het hof geen aanleiding. Het hof kan zich met de navolgende overweging van de rechtbank verenigen en zal daarom deze overweging hierna voor zover relevant (cursief) overnemen en tot de zijne maken. Daar waar ‘rechtbank’ staat, moet nu ‘hof’ worden gelezen.
“Het verweer vindt zijn weerlegging in de gebezigde bewijsmiddelen en de aan die bewijsmiddelen te ontlenen feiten en omstandigheden. De rechtbank heeft geen aanleiding om te twijfelen aan de inhoud en juistheid van die bewijsmiddelen. Uit de uiterlijke verschijningsvorm van het geheel leidt de rechtbank af dat [naam] ook hier door verdachte is ingezet als geldezel. [naam] heeft € 75.000,00 contant van verdachte gekregen om voor verdachte een BMW aan te schaffen. [naam] krijgt voor deze transactie een provisie van
€ 2.500,00. [naam] laat de BMW aanschaffen en zet de auto op naam van zijn niet-actieve bedrijf. Feitelijk is verdachte echter de eigenaar van de auto en maakt hij daarvan gebruik. De rechtbank is van oordeel dat de voornoemde feiten en omstandigheden het vermoeden rechtvaardigen dat de aan [naam] geleverde € 200.000,00(het hof begrijpt: € 75.000,-)
van enig misdrijf afkomstig is. De rechtbank wijst daarbij op het feit van algemene bekendheid dat het voorhanden hebben van grote contante geldbedragen door privé personen, in het geval dat geld op legale wijze is verkregen, hoogst ongebruikelijk is vanwege het risico van onder meer diefstal, waarbij het geld niet is verzekerd.
De rechtbank is in het licht van het vorenstaande van oordeel dat van verdachte mag worden verlangd dat hij een concrete, verifieerbare en niet op voorhand hoogst onwaarschijnlijke verklaring geeft dat het geldbedrag en de BMW niet van misdrijf afkomstig zijn. Verdachte heeft deze verklaring niet gegeven. Het aldus door de verdachte geboden tegenwicht tegen de verdenking van witwassen geeft onvoldoende aanleiding tot een nader onderzoek door het openbaar ministerie. Er is daarom geen andere conclusie mogelijk dan dat de ten laste gelegde voorwerpen onmiddellijk of middellijk uit enig misdrijf afkomstig zijn en dat verdachte daar wetenschap van heeft gehad.
Naar de uiterlijke verschijningsvorm hebben verdachtes handelingen voorts tot doel gehad en waren zij geschikt om de criminele herkomst van de BMW te verhullen en te verhullen wie de rechthebbende daarop is. Het is immers een feit van algemene bekendheid dat tenaamstelling op naam van een ander dan de werkelijke eigenaar er toe strekt om het eigendom te verhullen. [1362]
Bij het begaan van het witwassen is tussen verdachte en [naam] sprake geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking gericht op het voltooien daarvan. De intellectuele en materiële bijdrage van verdachte aan het feit is daarbij, gelet op de intensiteit van de samenwerking, de onderlinge taakverdeling, de rol van verdachte in de voorbereiding, de (deels gezamenlijke) uitvoering en afhandeling van het delict en het belang van die rol, van zodanig gewicht geweest dat deze kan worden aangemerkt als medeplegen.”
Gelet op hetgeen hiervoor is overwogen, in onderling verband en samenhang bezien, acht het hof wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zich samen met een ander ( [naam] ) opzettelijk schuldig heeft gemaakt aan witwassen.

6. Bewezenverklaring

Door wettige bewijsmiddelen, waarbij de inhoud van elk bewijsmiddel -ook in onderdelen- slechts wordt gebezigd tot het bewijs van dat tenlastegelegde feit waarop het blijkens de inhoud kennelijk betrekking heeft, en waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt, acht het hof wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het in de zaak met parketnummer 18-750038-20 onder 1, 3, 4 en 5 en in de zaak met parketnummer 18-730001-21 onder 1 en 2 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande, dat:
Zaak met parketnummer 18-750038-20:
1. zaaksdossier 7)
hij omstreeks de periode van 22 juni 2019 tot en met 11 oktober 2019, in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen, om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, te weten het opzettelijk uitvoeren van 140 kilo amfetamine (speed), een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I, bestemd voor Finland, voor te bereiden,
tezamen en in vereniging anderen,
- zich en anderen gelegenheid toen inlichtingen tot het plegen van dat feit heeft getracht te verschaffen en
- voorwerpen en gelden voorhanden heeft gehad, waarvan verdachte en verdachtes mededaders wisten, dat die bestemd waren tot het plegen van dat feit,
immers heeft verdachte, tezamen en in vereniging met zijn mededaders
- meermalen contact gehad via cryptotelefoons en
- ontmoetingen gehad in [plaats] (in de [locatie] ) en in [pleegplaats] en in [pleegplaats] (in Hotel [locatie] ) om te overleggen over de uitvoer van 140 kilo speed naar Finland en
- cryptotelefoons voorhanden gehad om te communiceren over uitvoer van 140 kilo speed naar Finland en
- een geldbedrag van 78.000 voorhanden gehad dat bestemd was voor de financiering van de uitvoer van 140 kilo speed naar Finland;
3. ( zaaksdossier 11)
hij in de periode 3 januari 2018 tot en met 2 maart 2020, in Nederland, heeft deelgenomen aan een organisatie, bestaande uit een samenwerkingsverband van natuurlijke personen, te weten [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 3] , [medeverdachte 6] en [medeverdachte 7] , welke organisatie tot oogmerk heeft het plegen van misdrijven namelijk:
- het buiten het grondgebied van Nederland brengen en het bereiden en/of bewerken en/of verwerken en vervaardigen en vervoeren en leveren en verkopen en afleveren en verstrekken van middelen als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, strafbaar gesteld in artikel 2 aanhef en onder A en B en D van de Opiumwet en
- het plegen van strafbare voorbereidingshandelingen als bedoeld in artikel 10a van de Opiumwet en
- witwassen als bedoeld in artikel 420bis en artikel 420ter van het Wetboek van Strafrecht;
4. ( zaaksdossier 12 en 17)
hij in de periode van 13 april 2019 tot en met 8 november 2019, in [pleegplaats] , gemeente [gemeente] en [pleegplaats] , tezamen en in vereniging met anderen, geldbedragen, te weten
- op 13 april 2019 een bedrag van €30.000,- en
- in de periode van 21 oktober 2019 tot en met 30 oktober 2019 een bedrag van € 5000,- en - op 8 november 2019 een bedrag van € 34.800,-,
heeft verworven, voorhanden heeft gehad, heeft overgedragen terwijl hij en zijn mededaders wisten dat die voorwerpen geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk of middellijk - afkomstig waren uit enig misdrijf en hij van het plegen van dit feit een gewoonte heeft gemaakt;
5. ( zaaksdossier 26)
hij op 02 maart 2020 te [pleegplaats] , gemeente [gemeente] , in zijn woning aan de [adres] , in een zak van een jas aan de kapstok,
- een wapen van categorie III, onder 1 van de Wet wapens en munitie, te weten een pistool met magazijn, van het merk Ekol, type Gediz, kleur zwart, (voorzien van een valt opschrift Glock 25 Austria 380 auto), zijnde een vuurwapen in de vorm van een pistool en
- munitie van categorie III onder 2 van de Wet wapens en munitie, te weten een patroonmagazijn met centraalvuur kogelpatronen en
in de garage
- munitie van categorie III onder 2 van de Wet wapens en munitie te weten 33 kogelpatronen van het merk Fiocchi, kaliber .22 Long Rifle,
voorhanden heeft gehad.
Zaak met parketnummer 18-730001-21 (gevoegd):
1. (zaaksdossier 18)
hij in de periode van 24 augustus 2018 tot en met 19 oktober 2018 in Nederland en in Duitsland, tezamen en in vereniging met een ander,
- van een voorwerp, te weten een geldbedrag van 195.000 euro (met als omschrijving op zijn bankrekening 'Darlehn laut vertrag'), de herkomst heeft verhuld en heeft verhuld wie de rechthebbende op dat voorwerp was en
- een voorwerp, te weten een geldbedrag van (ongeveer) 200.000 euro, voorhanden heeft gehad en heeft overgedragen, en van dat voorwerp gebruik heeft gemaakt door dit bedrag (200.000) contant te overhandigen aan een ander persoon en dit bedrag (195.000) te laten storten op een Duitse bankrekening en via die bankrekening dat bedrag vervolgens met als omschrijving 'Darlehn laut vertrag' naar zijn eigen bankrekening te laten overmaken en dit bedrag vervolgens aan te wenden voor de aankoop van een woning,
terwijl hij en zijn mededader wisten dat dat geldbedrag geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was uit enig misdrijf;
2. ( zaaksdossier 18)
hij in de periode van 27 juni 2019 tot en met 2 maart 2020, in Nederland en in Duitsland, tezamen en in vereniging met een ander,
- heeft verhuld en/of verborgen wie de rechthebbende op een voorwerp, te weten een BMW 740 Ld Xdri met kenteken [kenteken] was en
- een voorwerp, te weten een BMW 740 Ld Xdri met kenteken [kenteken] heeft verworven, voorhanden heeft gehad en van dat voorwerp gebruik heeft gemaakt en
- een voorwerp, te weten een geldbedrag van 75.000 euro, voorhanden heeft gehad en heeft overgedragen, omgezet en van dat voorwerp gebruik heeft gemaakt door dit geldbedrag contant te overhandigen aan een ander en een ander van dat geldbedrag een BMW 740 Ld Xdri te laten kopen en de BMW op naam van een Duits bedrijf (te weten [bedrijf] ) te laten zetten en vervolgens zelf deze BMW te gebruiken,
terwijl hij en zijn mededader wisten dat die voorwerpen geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk of middellijk -afkomstig waren uit enig misdrijf.
Het hof acht niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard, zodat deze daarvan behoort te worden vrijgesproken.

7. Strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het in de zaak met parketnummer 18-750038-20 onder 1 bewezenverklaarde levert op:
medeplegen van het voorbereiden van een feit, bedoeld in het vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, door zich en een ander gelegenheid en inlichtingen tot het plegen van dat feit trachten te verschaffen en door voorwerpen voorhanden te hebben, waarvan hij weet dat zij bestemd zijn tot het plegen van dat feit
Het in de zaak met parketnummer 18-750038-20 onder 3 bewezenverklaarde levert op:
de eendaadse samenloop van medeplegen van deelneming aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van een misdrijf als bedoeld in artikel 10, vierde of vijfde lid, en artikel 10a, eerste lid, van de Opiumwet en
deelneming aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van misdrijven.
Het in de zaak met parketnummer 18-750038-20 onder 4 bewezenverklaarde levert op:
medeplegen van het plegen van witwassen een gewoonte maken.
Het in de zaak met parketnummer 18-750038-20 onder 5 bewezenverklaarde levert op:
handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot een vuurwapen van categorie III
en
handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie.
Het in de zaak met parketnummer 18-730001-21 onder 1 en onder bewezenverklaarde levert op – telkens -:
medeplegen van witwassen.

8. Strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar aangezien geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die verdachte niet strafbaar zou doen zijn.

9. Oplegging van straf en/of maatregel

De hierna te melden strafoplegging is in overeenstemming met de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan, mede gelet op de persoon van verdachte, zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
Het hof kan zich grotendeels met de navolgende overwegingen van de rechtbank verenigen en zal daarom deze overwegingen hierna voor zover relevant (cursief) overnemen en tot de zijne maken. Daar waar ‘rechtbank’ staat, moet nu ‘hof’ worden gelezen.
“Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het medeplegen van voorbereidingshandelingen voor de uitvoer van 140 kilogram amfetamine naar Finland. Verdachte heeft zich daarnaast schuldig gemaakt aan het witwassen van diverse grote geldbedragen, afkomstig uit de opbrengsten van de verkoop van amfetamine in Finland, welke amfetamine daar met zijn hulp geleverd is aan een lid van de Finse [naam] . Voornoemde gedragingen vonden plaats in het kader van een criminele organisatie die zich overwegend bezig hield met de export van harddrugs. Binnen deze organisatie fungeerde verdachte als transport coördinator. Daarbij deed hij zaken met een lid van de [naam] te [plaats] . Ook heeft verdachte een vuurwapen en munitie in zijn woning voorhanden gehad.
Het is een feit van algemene bekendheid dat achter de internationale handel in harddrugs doorgaans een wereld van (grootschalige) georganiseerde en ondermijnende criminaliteit schuilgaat, waarbij het gebruik van (excessief) geweld niet geschuwd wordt. Dergelijke handel maakt het mogelijk dat harddrugs op grote schaal kunnen worden gebruikt. Het gebruik van deze middelen kan leiden tot acute gezondheidsincidenten, maar ook tot gezondheidsschade op de langere termijn. Regelmatig drugsgebruik en verslaving brengt bovendien negatieve gevolgen met zich mee voor de sociale omgeving van de gebruiker en de maatschappij.
Verdachte heeft zich daarnaast schuldig gemaakt aan het witwassen van een bedrag van
€ 200.000,00 en € 75.000,00. Van deze bedragen heeft verdachte respectievelijk een groot huis gekocht en een dure BMW . Witwassen verziekt de integriteit van het financiële en economische verkeer. De opbrengsten van misdrijven worden aan het zicht onttrokken en daaraan wordt een schijnbare legale herkomst verschaft.
Verdachte heeft geen rekening gehouden met de voornoemde gevolgen en heeft zich kennelijk enkel laten leiden door zijn eigen financiële belangen.”
Het hof heeft voorts gelet op het uittreksel uit de justitiële documentatie van 8 januari 2024. Hieruit volgt dat verdachte eerder onherroepelijk is veroordeeld voor (soortgelijke) strafbare feiten. Het hof houdt er rekening mee dat artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht van toepassing is.
Daarnaast heeft het hof ook gelet op de persoonlijke omstandigheden van verdachte zoals die uit het dossier blijken en zoals die door verdachte ter terechtzitting zijn toegelicht. Het hof heeft ook acht geslagen op het meeste recente reclasseringsrapport d.d. 30 januari 2024. Uit het reclasseringsrapport blijkt dat verdachte een stabiel leven heeft. De kans op recidive wordt als laag ingeschat. De reclassering ziet in toezicht geen meerwaarde. Naar voren is gebracht dat een gevangenisstraf enorme gevolgen heeft voor verdachte en zijn gezin.
Naar het oordeel van hof kan gelet op de aard en ernst van het bewezenverklaarde niet worden volstaan met een andere of lichtere sanctie dan een straf die een onvoorwaardelijke vrijheidsbeneming met zich meebrengt.
Bij de bepaling van de duur van de onvoorwaardelijke gevangenisstraf houdt het hof rekening met het feit dat verdachte ernstige strafbare feiten heeft gepleegd waarbij verdachte een prominente rol heeft vervuld in het organiseren van het transport van harddrugs. Daarnaast houdt het hof in matigende zin ook rekening met de bijkomende straf die in deze zaak aan verdachte wordt opgelegd, namelijk de verbeurdverklaring van zijn woning en een auto.
Het hof acht, alles afwegende, een gevangenisstraf van drie jaren passend en geboden, met aftrek van de tijd die verdachte in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat de verdachte in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma, als bedoeld in artikel 4 Penitentiaire beginselenwet, dan wel de regeling van voorwaardelijke invrijheidstelling, als bedoeld in artikel 6:2:10 Wetboek van Strafvordering, aan de orde is.
Redelijke termijn
Het hof heeft zich ook rekenschap gegeven van de redelijke termijn. Het hof stelt voorop dat elke verdachte recht heeft op een openbare behandeling van zijn zaak binnen een redelijke termijn als bedoeld in artikel 6 EVRM. Deze waarborg strekt er onder meer toe te voorkómen dat een verdachte langer dan redelijk is onder de dreiging van een strafvervolging zou moeten leven. Deze termijn vangt aan vanaf het moment dat vanwege de Nederlandse Staat jegens de betrokkene een handeling is verricht waaraan deze in redelijkheid de verwachting kan ontlenen dat tegen hem of haar ter zake van een bepaald strafbaar feit door het Openbaar Ministerie een strafvervolging zal worden ingesteld.
Bij de vraag of sprake is van een schending van de redelijke termijn moet rekening worden gehouden met de omstandigheden van het geval, waaronder begrepen de processuele houding van verdachte, de aard en ernst van het ten laste gelegde, de ingewikkeldheid van de zaak en de mate van voortvarendheid waarmee deze strafzaak door de justitiële autoriteiten is behandeld.
In de onderhavige zaak is de redelijke termijn aangevangen op 3 maart 2020, de dag waarop verdachte in verzekering is gesteld. De rechtbank heeft op 17 augustus 2022 vonnis gewezen. Het hof stelt vast dat de rechtbank na ruim twee jaren en vijf maanden vonnis heeft gewezen. In deze zaak dient bij de vraag of sprake is van schending van de redelijke termijn rekening te worden gehouden met de bijzondere omstandigheden van deze zaak. Naar het oordeel van het hof wordt de langere behandelduur in eerste aanleg gerechtvaardigd door de complexiteit en omvang van de zaak (de zaak tegen verdachte maakt deel uit van een megazaak met in eerste aanleg 21 verdachten en in hoger beroep 14 verdachten) en in het aantal getuigenverhoren dat heeft plaatsgevonden in eerste aanleg. Het hof stelt vast dat de rechtbank de zaak voortvarend heeft behandeld en dat de zaak op geen enkel moment onnodig lang heeft stilgelegen. Gelet op deze omstandigheden is het hof van oordeel dat de redelijk termijn in deze zaak niet is overschreden.
Voorlopige hechtenis
Het hof stelt vast dat verdachte gedurende langere tijd geschorst is geweest terwijl zich geen noemenswaardige incidenten hebben voorgedaan. Het hof ziet daarin, uit overwegingen van redelijkheid en opportuniteit, aanleiding om met ingang van heden het (inmiddels geschorste) bevel van de voorlopige hechtenis op te heffen bij arrest. Dat leidt ertoe dat de op te leggen gevangenisstraf bij het onherroepelijk worden van de veroordeling te zijner tijd (verder) moet worden ondergaan.

10. Beslag

Standpunt van de verdediging
De verdediging heeft ten aanzien van het beslag bepleit om de auto ( BMW 740 [kenteken] ) en de woning (adres: [adres] te [pleegplaats] ) niet verbeurd te verklaren.
Standpunt van de advocaten-generaal
De advocaten-generaal hebben gevorderd om de auto ( BMW 740 [kenteken] ) en de woning (adres: [adres] te [pleegplaats] ) verbeurd te verklaren. Voor het overige beslag dient conform het vonnis van de rechtbank te worden beslist.
Oordeel van het hof
Verbeurdverklaring
Het hof acht de hieronder genoemde goederen vatbaar voor verbeurdverklaring. Naar het oordeel van het hof betreffen het voorwerpen die geheel of grotendeels door middel van of uit de baten van de bewezenverklaarde strafbare feiten zijn verkregen. Het hof overweegt dat bij de afweging of de woning en auto moeten worden verbeurdverklaard in aanmerking is genomen dat hierboven is vastgesteld dat zij zijn aangekocht met geld dat uit witwassen voortkomt. De voorwerpen behoren aan verdachte toe. Het hof heeft bij de verbeurdverklaring rekening gehouden met de draagkracht van verdachte.
- woning; adres [adres] te [pleegplaats]
- BMW 740 [kenteken] (nummer 590302)
- geld uit zwarte koffer totaal € 3640,- (nummer 1245483 of 1260483)
- geld uit zwarte koffer totaal € 106,95 (nummer 1245489 of 1260489)
- geld in plastic totaal € 3.000,- (nummer 1245116)
- geld totaal € 600,- (nummer 1245135)
- geld totaal 20 GBP (nummer 1245140)
- envelop met totaal € 100,- (nummer 1245126)
- prada doosje met totaal € 600,- (nummer 1245139)
- geld totaal 10 GBP (nummer 1245142)
- 5 x onbekende valuta (nummer 1245146)
- geld totaal € 760,- (nummer 1245152)
- geld totaal € 800,- (nummer 1245155)
- geld totaal € 1450,- (nummer 1245156)
- geld totaal 1000,- (nummer 1245159).
Ook de inbeslaggenomen iPhone 8 (iPhone 8 (nummer 1245177) acht het hof vatbaar voor verbeurdverklaring. Op basis van de processtukken kan worden vastgesteld dat het in de zaak met parketnummer 18-750038-20 onder 1 en 3 tenlastegelegde feiten is begaan met behulp van de in beslag genomen en niet teruggegeven telefoon van de verdachte. Het hof heeft bij de verbeurdverklaring rekening gehouden met de waarde van het voorwerp en de draagkracht van verdachte.
Onttrekking aan het verkeer
Het hof acht de volgende inbeslaggenomen voorwerpen, waarvan verdachte als de redelijkerwijs rechthebbende kan worden aangemerkt, vatbaar voor onttrekking aan het verkeer en zal daartoe ook overgaan:
- een vuurwapen van het merk Glock met patroonhouder (nummer 1245186);
- 33 kogels (nummer 1245195);
Op basis van de processtukken kan worden vastgesteld dat met betrekking tot de bovengenoemde voorwerpen het in de zaak met parketnummer 18-750038-20 onder 5 ten laste gelegde feit is begaan. Deze voorwerpen zijn van zodanige aard dat het ongecontroleerde bezit daarvan door verdachte in strijd is met de wet en met het algemeen belang.
- 12 blokken hasj in een blauwe tas (nummer 1245209).
Deze voorwerpen zijn bij gelegenheid van het onderzoek naar het door verdachte begane feiten aangetroffen. Het ongecontroleerde bezit van dit voorwerp is in strijd met de Opiumwet.
Teruggave van het voorwerp aan verdachte
Het hof is van oordeel dat de hierna inbeslaggenomen voorwerpen moeten worden teruggegeven aan verdachte nu het belang van strafvordering zich daartegen niet verzet.
- geschreven vragen op briefpapier van Globana (nummer 1258939)
- creditkaart Viabuy onv [naam] (nummer 245887)
- KLM e-ticket en reispapieren van [naam] (nummer 1245883)
- kassabon SNS storting € 500,- door van [naam] (nummer 1245884)
- document [bedrijf] kmrnr 2016 (nummer 1245881)
- arbeidsovereenkomst van [naam] (nummer 1245885)
- iPhone kleur grijs van [naam] (nummer 1245882)
- grote dichte enveloppe notaris (nummer 1245119)
- uit koffer a4 documenten met getallen (nummer 1245413)
- uit bruine map huurovereenkomst (nummer 1245414)
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Het hof heeft gelet op de artikelen 10a en 11b van de Opiumwet, de artikelen 26 en 55 van de Wet wapens en munitie en de artikelen 24, 33, 33a, 36b, 36c, 36d, 47, 55, 57, 140, 420bis en 420ter van het Wetboek van Strafrecht.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij golden ten tijde van het bewezenverklaarde.
BESLISSING
Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het in de zaak met parketnummer 18-750038-20 onder 2 tenlastegelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het in de zaak met parketnummer 18-750038-20 onder 1, 3, 4 en 5 en in de zaak met parketnummer 18-730001-21 onder 1 en 2 tenlastegelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het in de zaak met parketnummer 18-750038-20 onder 1, 3, 4 en 5 en in de zaak met parketnummer 18-730001-21 onder 1 en 2 bewezenverklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
3 (drie) jaren.
Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Verklaart verbeurdde in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
- woning; adres [adres] te [pleegplaats]
- BMW 740 [kenteken] (nummer 590302)
- geld uit zwarte koffer totaal € 3640,- (nummer 1245483 of 1260483)
- geld uit zwarte koffer totaal € 106,95 (nummer 1245489 of 1260489)
- geld in plastic totaal € 3.000,- (nummer 1245116)
- geld totaal € 600,- (nummer 1245135)
- geld totaal 20 GBP (nummer 1245140)
- envelop met totaal € 100,- (nummer 1245126)
- prada doosje met totaal € 600,- (nummer 1245139)
- geld totaal 10 GBP (nummer 1245142)
- 5 x onbekende valuta (nummer 1245146)
- geld totaal € 760,- (nummer 1245152)
- geld totaal € 800,- (nummer 1245155)
- geld totaal € 1450,- (nummer 1245156)
- geld totaal 1000,- (nummer 1245159)
- iPhone 8 (nummer 1245177).
Beveelt de
onttrekking aan het verkeervan de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
- een vuurwapen van het merk Glock met patroonhouder (nummer 1245186);
- 33 kogels (nummer 1245195) en
- 12 blokken hasj in een blauwe tas (nummer 1245209).
Gelast de
teruggaveaan de verdachte van de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
- geschreven vragen op briefpapier van Globana (nummer 1258939)
- creditkaart Viabuy onv [naam] (nummer 245887)
- KLM e-ticket en reispapieren van [naam] (nummer 1245883)
- kassabon SNS storting € 500,- door van [naam] (nummer 1245884)
- document [bedrijf] kmrnr 2016 (nummer 1245881)
- arbeidsovereenkomst van [naam] (nummer 1245885)
- iPhone kleur grijs van [naam] (nummer 1245882)
- grote dichte envelope notaris (nummer 1245119)
- uit koffer a4 documenten met getallen (nummer 1245413)
- uit bruine map huurovereenkomst (nummer 1245414).
De voorlopige hechtenis
Heft op het (geschorste), tegen verdachte verleende bevel tot voorlopige hechtenis.
Aldus gewezen door
mr. J. Dolfing, voorzitter,
mr. T.H. Bosma en mr. M.B. de Wit, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. A. Dörholt, griffier,
en op 12 juli 2024 ter openbare terechtzitting uitgesproken.

Voetnoten

1.Vgl. HR 30 maart 2004, ECLI:NL:HR:2004:AM2533 r.o. 3.6.5.
2.HR 1 december 2020, ECLI:NL:HR:2020:1889, r.o. 2.5.2 en 2.5.3.
3.Voluit: Wet van 27 mei 1999 tot wijziging van het Wetboek van Strafvordering in verband met de regeling van
4.Kamerstukken II 1996/97, 25 403, nr. 3, pagina 47 (MvT).
5.Kamerstukken II 1996/97, 25 403, nr. 3, pagina 121 (MvT).
6.Kamerstukken II 1997/98, 25 403, nr. 7, pagina 71.
7.Kamerstukken II 1996/97, 25 403, nr. 3, pagina 47 (MvT).
8.Kamerstukken II 1998/1999, 25 403, nr. 33.
9.Kamerstukken II 2013/2014, 29 279, nr. 192.
10.Kamerstukken II 2013/2014, 29 279, nr. 195.
11.Dit is alleen anders bij een motie van wantrouwen.
12.C.A.J.M. Kortmann c.s., Constitutioneel recht, p. 276 8e druk.
13.Kamerstukken II 1996/97, 25 403, nr. 3, pagina 24 (MvT).
14.Kamerstukken II 1996/97, 25 403, nr. 3, pagina 24 en 25 (MvT).
15.Concl. A-G Vellinga, ECLI:NL:PHR:2011:BT2099 ro. 10, bij, HR 8 november 2011, ECL1:NL:HR:2011:BT2099, NJ2QH/530. HR 8 november 201 l, ECLI:NL:HR:2011:BT2099/NJ2011/530. ro. 2.5.
16.Concl. A-G Harteveld, ECLI:NL:PHR:2013:2696, ro. 4.6. bij, HR 15 april 2014, ECLI:NL:HR:2014:913
17.Aanwijzing opsporingsbevoegdheden, Stcrt. 2014, 24442, onder 2.9.
18.Kamerstukken II 1996/97, 25 403, nr. 3, pagina 29 (MvT).
19.Vgl. Kamerstukken II 1996/97, 25 403, nr. 3, pagina 74 (MvT).
20.HR 4 januari 1994, ECLI:NL:HR:1994:ZC9598, NJ 1994/294, ro. 5.5.
21.HR 5 december 1995, ECLI:NL:HR:1995:ZD0315, NJ 1996/238, ro. 4.2. & Kamerstukken II 1996/97, 25 403, nr. 3, pagina 11 (MvT).
22.Kamerstukken II 1996/97, 25 403, nr. 3, pagina 30 (MvT).
23.Aanwijzing opsporingsbevoegdheden, Stcrt. 2014, 24442, onder 2.9 & Kamerstukken II 1996/97, 25 403, nr. 3, pagina 121 (MvT).
24.Kamerstukken II 1996/97, 25 403, nr. 3, pagina 46 (MvT), Kamerstukken II 1997/98, 25 403, nr. 7, pagina 68 & Aanwijzing opsporingsbevoegdheden, Stcrt. 2014, 24442, onder 2.9.
25.Kamerstukken II 1996/97, 25 403, nr. 3, pagina 47 (MvT).
26.Kamerstukken II 1996/97, 25 403, nr. 3, pagina 46 en 47 (MvT).
27.Kamerstukken II 1996/97, 25 403, nr. 3, pagina 15 (MvT).
28.Zie artikel 140a van het wetboek van Strafvordering (Sv)
29.Artikel 131 van de Wet op de rechterlijke organisatie jo. artikel 11, tweede lid, Reglement van Orde College van procureurs-generaal, Stcrt. 1999, 106.
30.Artikel 11, derde lid, Reglement van Orde College van procureurs-generaal, Stcrt. 1999, 106.
31.Kamerstukken II 1997/98, 25 403, nr. 7, pagina 28.
32.Kamerstukken II 1997/98, 25 403, nr. 7, pagina 28.
33.Vgl. HR 20 juni 2000, ECLI:NL:HR:2000:AA6245, NJ 2000,502.
34.Vgl. Kamerstukken II 1996/97, 25 403, nr. 3, pagina 15 en 16 (MvT) en kamerstukken II 1997/98, 25 403, nr. 7, pagina 5.
35.Vgl. C.A.J.M. Kortmann c.s., o.c., pagina 359 en kamerstukken II 1997/98, 25 403,nr. 7, pagina 5.
36.Algemeen dossier nazending december 2021, JUS-018-02, pagina 10005.
37.Algemeen dossier nazending december 2021, JUS-018-02, pagina 10005.
38.Algemeen dossier nazending december 2021, JUS-018-02, pagina 10006.
39.Algemeen dossier nazending oktober 2021, JUS-018-01, pagina 9580.
40.Methodieken dossier, BOB-040-02, pagina 2472.
41.Aanwijzing opsporingsbevoegdheden, Stcrt. 2014, 24442, onder 2.9.
42.Vgl. HR 19 juni 1990, ECLI:NL:HR:1990:ZC8556, NJ 1991/119, m.nt. M. Scheltema, Th.W. van Veen, r.o. 5.1. & Vgl. HR 26 april 2011, ECLI:NL:HR:2011:B04015, NJ 2012/63, m.nt. B.F. Keulen, r.o. 2.6.
43.HR 30 maart 2004, ECLI:NL:PHR:2004:AM2533, NJ 2004/376, m.nt. Y. Buruma. r.o. 3.3 & Vgl. J.H. Crijns, "Beginselen van een behoorlijke strafrechtspleging", in: C.P.M. Cleiren, Th.A. de Roos en M.A.H. van der Woude (red.), Jurisprudentie strafrecht select. Den Haag; SDU Uitgevers 2008, pagina 63.
44.Aanwijzing opsporingsbevoegdheden, Stcrt. 2014, 24442, onder 2.9.
45.Kamerstukken II 1996/97, 25 403, nr. 3, pagina 3.
46.Methodiekendossier, proces-verbaal aanvraag overeenkomt criminele burgerinfiltratie, p. 2463 e.v.
47.E.M. Moerman, Inburgeren in de opsporing. Over de juridische positie van de burger in de opsporing van
48.E.M. Moerman, o.c., pagina 139.
49.Vgl. E.M. Moerman, o.c., pagina 21.
50.Kamerstukken II 1996/97, 25 403, nr. 3, pagina 3 (MvT).
51.Aanwijzing opsporingsbevoegdheden, Stcrt. 2014, 24442, onder 2.9.
52.Voluit: opsporingsambtenaren van het team Werken onder Dekmantel, Afdeling Afgeschermde Operaties, van de Dienst Landelijke Operationele Samenwerking van de Nationale Politie Landelijke Eenheid.
53.Algemeen dossier, AHW-211-01, pagina 10339 e.v.
54.Kamerstukken II 2013/14, 29 279, nr. 195, pagina 20.
55.Kamerstukken II 1995-1996, 24 072, nrs. 10-11, pagina 74.
56.O.S. Pluimer, "Criminele burgerinfiltratie anno 2017: heimelijke opsporing in de duisternis", TPWS 2017/3, onder 7.2.
57.Kamerstukken II 2012/13, 29 911, nr. 83, pagina l, 2 en 3.
58.Kamerstukken II 1996/97, 25 403, nr. 3, pagina 31 en 32 (MvT).
59.O.S. Pluimer, o.c., onder 7.2.
60.Vgl. HR 19 februari 2013, ECLI:NL:HR:2013:BY5321, NJ 2013/308, m.nt. B.F. Keulen, ro. 2.4.1.
61.Kamerstukken II 2013/2014, 29 279, nr. 195.
62.Methodiekendossier, BOB-040-03 p. 2485.
63.Vgl. Kamerstukken II 2013/14, 29 279, nr. 195, pagina 14.
64.Algemeen dossier nazending december 2021, JUS-018-02, pagina 10006 & algemeen dossier nazending december 2021, JUS-018-03, pagina 10007.
65.Methodiekendossier, BOB-040-02, p. 2471 e.v.
66.Algemeen dossier ZD-6 p. 123 e.v.
67.Methodiekendossier, BOB-002-08, p. 527 e.v. & Methodiekendossier, BOB-010-09, p. 1245 e.v.
69.Methodiekendossier, proces-verbaal aanvraag overeenkomst burgerpseudokoop/burgerpseudodienstverlening, BOB-002-01 p. 505 e.v.
70.Methodiekendossier, overeenkomst tot pseudokoop/pseudodienstverlening met een burger, BOB-002-02 p. 507 e.v.
71.Methodiekendossier, proces-verbaal aanvraag overeenkomst burgerpseudokoop/burerpseudodienstverlening, BOB-002-03 p. 513 e.v.
72.Verlening overeenkomst tot pseudokoop/pseudodienstverlening met een burger, BOB-002-04 p. 516 e.v.
73.Methodiekendossier, BOB-002-06 p. 521 e.v.
74.Methodiekendossier, BOB-002-07, p. 523 e.v.
75.Methodiekendossier, BOB-002-08, p. 527 e.v.
76.Methodiekendossier, BOB-010-01 p. 1219 e.v.
77.Methodiekendossier, BOB-010-02 p. 1223 e.v.
78.Methodiekendossier, BOB-010-03, p. 1225 e.v.
79.Methodiekendossier, BOB-010-04, p. 1231 e.v.
80.Methodiekendossier, BOB-010-05, p. 1235 e.v.
81.Methodiekendossier, BOB-010-06, p. 1237 e.v.
82.Methodiekendossier, BOB-010-07, p. 1239 e.v.
83.Methodiekendossier, BOB-010-08, p. 1243 e.v.
84.Methodiekendossier, BOB-010-09, p. 1245 e.v.
85.Methodiekendossier, BOB-040-01, p. 2463 e.v.
86.Methodiekendossier, BOB-040-02, p. 2471 e.v.
87.Methodiekendossier, BOB-040-03, p. 2477 e.v.
88.Methodiekendossier, BOB-040-04, p. 2487 e.v.
89.Methodiekendossier, BOB-040-05, p. 2489 e.v.
90.Methodiekendossier, BOB-040-06, p. 2512 e.v.
91.Methodiekendossier, BOB-040-07, p. 2514 e.v.
92.Methodiekendossier, BOB-040-08, p. 2532 e.v.
93.Methodiekendossier, BOB-040-09, p. 2534 e.v.
94.Methodiekendossier, BOB-040-10, p. 2546 e.v.
95.E-mail d.d. 21 augustus 2023 om 12:06 uur van de advocaat-generaal van der Spek.
96.prof. dr. [neuropsycholoog] , klinisch neuropsycholoog, rapport d.d. 22 oktober 2023.
97.Zie de begeleidende email bij het rapport.
98.Proces-verbaal d.d. 7 februari 2014 opgemaakt op ambtsbelofte door de Officier van Justitie M.S. Kappeyne van de Coppello.
99.Een op ambtseed opgemaakt proces-verbaal, nummer B120240213 d.d. 14 februari 2014.
100.Proces-verbaal verhoor van getuige B-2820 bij de raadsheer-commissaris, d.d. 15 november 2023 en Proces-verbaal verhoor van getuige B-2992 bij de raadsheer-commissaris d.d. 9 januari 2024.
101.Proces-verbaal verhoor van getuige B-2992 bij de raadsheer-commissaris d.d. 9 januari 2024, p. 4.
102.Proces-verbaal verhoor van getuige B-2821 bij de raadsheer-commissaris, d.d. 16 november 2023.
103.Proces-verbaal verhoor van getuige B-2820 bij de raadsheer-commissaris, d.d. 15 november 2023.
104.Proces-verbaal verhoor getuige A-4110 bij de rechter-commissaris d.d. 29 en 30 april 2021, p. 4.
105.Algemeen dossier, AHW-207-01, p. 10333 & AHW-207-02 p. 10334.
106.Kamerstukken II 1996/97, 25 403, nr. 3, p. 31-32.
107.ECLI:NL:PHR:2024:122 r.o. 3.1.
108.HR 8 december 2020, ECLI:NL:HR:2020:1973, r.o. 2.3.2.
109.Proces-verbaal van verdenking d.d. 20 april 2018, dossier, p. 1245 en p. 1248.
110.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 19 april 2018, dossier, p. 1257
111.Proces-verbaal van verhoor A-4110 (GET-001-01) d.d. 29 maart 2018, dossier p. 12750 e.v.
112.Proces-verbaal van verdenking AH-001-01 p. 1247.
113.TOOI informatierapport openbare orde, dossier p. 15062.
114.Afscherm proces-verbaal d.d. 13 april 2018, dossier p. 15056.
115.Proces-verbaal van bevindingen, dossier p. 8774.
116.Afgeluisterd telefoongesprek dossier, p. 13748.
117.Proces-verbaal van bevindingen, dossier p. 9034.
118.Afgeluisterd telefoongesprek dossier, p. 13748.
119.Afgeluisterd telefoongesprek dossier p. 13753.
120.Afgeluisterd telefoongesprek dossier p. 13754.
121.Kamerstukken II 1997/98, 25 403, nr. 7, pagina 43.
122.G.J.M. Corstens, Het Nederlands strafprocesrecht, bewerkt door M.J. Borgers en T. Kooijmans, Deventer: Wolters Kluwer 2021, pagina 67.
123.Vgl. G.J.M. Corstens, o.c., pagina 67 & Vgl. C.P.M. Cleiren,
124.algemeen dossier, GET-001-01, pagina 12750 & algemeen dossier, TCI-001-01, pagina 15056.
125.Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt hierna steeds verwezen naar pagina's van in de wettelijke vorm op ambtseed/ambtsbelofte en door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren opgemaakte processen-verbaal uit de dossiers van het onderzoek Vidar (nummer NNRAA18011) van de Nationale Politie, Eenheid [politie-eenheid] , Dienst Regionale Recherche, Afdeling Generieke Opsporing.
126.algemeen dossier, AH-122-01, pagina 4661 e.v. (map 14).
127.algemeen dossier, AH-122-01, pagina 4661 (map 14)
128.algemeen dossier, AH-082-05, pagina 2732 e.v. (map 8). AH-082-05-01, pagina 2766 e.v. (map 8).
129.algemeen dossier, TA020, sessie 10314 d.d. 14-05-2019 16:38:53 uur, pagina 14139 (map 42). TA020, sessie 10527 d.d. 20052019 15:50:33 uur, pagina 14144 (map 42).
130.algemeen dossier, AH-103-18, pagina 3681 e.v. (map 11).
131.algemeen dossier, AH-104-04 OVC uitwerking 07-09-2019
132.beslagdossier, IBN-002-01-02, pagina 145 e.v., IBN-002-02-27, pagina 205 en 206. Algemeen dossier AH-122-01, pagina 4661 e.v. (map 14).
133.algemeen dossier, FTO-018-03, pagina 11619 (map 34). FTO-018-02, pagina 11614 (map 34).
134.algemeen dossier, AH-122-04, pagina 4673 e.v. (map 14).
135.algemeen dossier, AH-099-10-01, pagina 3374 e.v. (map 10).
136.algemeen dossier, AHW-115-01, pagina 9826 (map 27). AH-104-03, pagina 3907 e.v. (map 12).
137.algemeen dossier, AH-104-07 OVC, pagina 3946 e.v. (map 12).
138.algemeen dossier, AH-122-04, pagina 4673 e.v. (map 14). BOB-151-01, pagina 5046 e.v. (Methodiekendossier). BOB-157-01, pagina 5285 (Methodiekendossier).
139.algemeen dossier, AH-122-04, pagina 4673 e.v. (map 14). BOB-151-01, pagina 5046 e.v. (Methodiekendossier). BOB-157-01, pagina 5281 (Methodiekendossier).
140.algemeen dossier, V-005-01, pagina 15501 (map 46). IBN-028-02-04, pagina 840 (Beslagdossier).
141.algemeen dossier, AH-122-04, pagina 4673 e.v. (map 14).
142.algemeen dossier, AH-234-01, pagina 7545 e.v. (map 21).
143.algemeen dossier, AH-234-02, pagina 9412 en 9413 (map 51) & TTI-059-01 pagina 9548 (map 51).
144.algemeen dossier, AH-103-18, pagina 3681 e.v. (map 11)
145.algemeen dossier, AHW-111-01, pagina 9807 (map 27). AH-103-20, pagina 3804 e.v. (map 11).
146.algemeen dossier, AHW-117-01, pagina 9832 e.v. (map 27) & Ah-140-05, pagina 3925 e.v. (map 12).
147.algemeen dossier, AH-234-01, pagina 7546 (map 21).
148.Op grond van AH-234-01, pagina 7547 (map 21) begrijpt het hof: ‘Stableracer’.
149.algemeen dossier, AH-104-07, pagina 3946 e.v. (map 12).
150.algemeen dossier, AH-234-01, pagina 7546 e.v. (map 21).
151.algemeen dossier, AHW-147-01, pagina 9935 (map 27).
152.algemeen dossier, AHW-158-01, pagina 9954 e.v. (map 27). AH-105-07, pagina 4334 e.v. (map 13). AH-105-17, pagina 4463 e.v. (map 13)
153.algemeen dossier, AH-206-01, pagina 7362 e.v. (map 21).
154.algemeen dossier, AH-106-04, pagina 4501 e.v. (map 13).
155.algemeen dossier, AH-106-06, pagina 4538 e.v. (map 13).
156.algemeen dossier, AH-234-01, pagina 7548 (map 21).
157.algemeen dossier, AH-122-02, pagina 4666 e.v. (map 14).
158.algemeen dossier, AH-218-01, pagina 7408 .e.v. (map 21).
159.beslagdossier, IBN-028-02-02, pagina 837.
160.beslagdossier, IBN-028-02-03, pagina 838 en 839.
161.algemeen dossier, AH-122-02, pagina 4666 e.v. (map 14).
162.algemeen dossier, AH-122-02, pagina 4666 e.v. (map 14). AH-169-01, pagina 6431 (map 18).
163.algemeen dossier, AH-122-02, pagina 4666 e.v. (map 14).
164.algemeen dossier, AH-218-01, pagina 7409 e.v. (map 21).
165.algemeen dossier, AH-218-01, pagina 7409 e.v. (map 21).
166.algemeen dossier, AH-218-01, pagina 7409 e.v. (map 21) en algemeen dossier, TTI-050-01, pagina 15132 e.v. (map 45).
167.algemeen dossier, AH-122-03, pagina 4671 e.v. (map 14).
168.algemeen dossier, AH-122-03, pagina 4671 e.v. (map 14).
169.algemeen dossier, V-022-01, pagina 17189 en 17190 (map 50). AH-122-03, pagina 4671 e.v. (map 14).
170.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6481 (map 18).
171.beslagdossier, IBN-021-02-04, pagina 739.
172.algemeen dossier, AH-122-03, pagina 4671 e.v. (map 14).
173.algemeen dossier, AH-218-01, pagina 7409 e.v. (map 21).
174.algemeen dossier, AH-218-01, pagina 7409 e.v. (map 21).
175.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6470.
176.algemeen dossier, AH-218-01, pagina 7109.
177.algemeen dossier, ZD 11, pagina 453.
178.algemeen dossier, AHW-028-01, pagina 9497.
179.algemeen dossier, AH-095-01, pagina 2943.
180.algemeen dossier, AH-247-01 pagina’s 7634 en 7635 & AH-247-02 pagina 7636.
181.algemeen dossier, ZD 11, pagina 454.
182.algemeen dossier, AH-172-01, pagina 6449.
183.algemeen dossier, AHW-017-02, pagina 9444.
184.algemeen dossier, verhoor [medeverdachte 5] , pagina 15254.
185.algemeen dossier, ZD-009, pagina 271.
186.algemeen dossier, AH-280-01, pagina 9034 e.v.
187.algemeen dossier, AH-284-01, pagina 9092.
188.Beantwoording vraag officier van justitie door Finse politie d.d. 22 augustus 2022, in hoger beroep als bijlage gevoegd bij het dossier.
189.algemeen dossier, AHW-049-01, pagina 9581.
190.algemeen dossier, AHW-049-01, pagina 9582.
191.algemeen dossier, AHW-049-01, pagina 9583.
192.algemeen dossier, AH-061-01, pagina 1928.
193.algemeen dossier, AH-061-01, pagina 1929.
194.algemeen dossier, AHW-059-0l, pagina 9627.
195.algemeen dossier, AH-064-01, pagina 1939.
196.algemeen dossier, V-005-12, p. 15846 en 15846.
197.algemeen dossier, AHW-059-01, pagina 9627.
198.algemeen dossier, AHW-028-01, pagina 9496.
199.algemeen dossier, ADM-030-01, pagina 1191.
200.algemeen dossier, AH-061-01, pagina 1929.
201.algemeen dossier, AH-061-01, pagina 1930.
202.algemeen dossier, AHW-058-01, pagina 9625.
203.algemeen dossier, AH-082-03, pagina 2696.
204.algemeen dossier, AH-082-03, pagina 2700.
205.algemeen dossier, AHW-058-01, pagina 9625.
206.algemeen dossier, AHW-062-01, pagina 9649.
207.algemeen dossier, AH-082-01, pagina 2715 en verder.
208.algemeen dossier, AH-082-04, pagina 2722 en verder.
209.algemeen dossier, AHW-062-0l, pagina 9649.
210.algemeen dossier, AHW-063-0l, pagina 9651.
211.algemeen dossier, AHW-063-02, pagina 9653.
212.algemeen dossier, AH-082-05, pagina 2732 en verder.
213.algemeen dossier, AH-082-05, pagina 2733.
214.algemeen dossier, AH-082-05, pagina 2741.
215.algemeen dossier, AH-082-05, pagina 2747.
216.algemeen dossier, AH-082-05, pagina 2748.
217.algemeen dossier, AH-082-05, pagina 2754.
218.algemeen dossier, AH-082-05, pagina 2755.
219.algemeen dossier, AH-082-05, pagina 2756.
220.algemeen dossier, AH-082-05-01, pagina 27.
221.algemeen dossier, AH-082-05, pagina 2756.
222.algemeen dossier, AH-082-05, pagina 2759.
223.algemeen dossier, AH-082-05, pagina 2760.
224.algemeen dossier, AH-082-05, pagina 2762.
225.algemeen dossier, AH-082-05, pagina 2764.
226.algemeen dossier, AHW-063-02, pagina 9653.
227.algemeen dossier, AHW-064-01, pagina 9656.
228.algemeen dossier, AH-099-01, pagina 3207 en verder.
229.algemeen dossier, AH-099-01, pagina 3215.
230.algemeen dossier, AH-099-01, pagina 3216.
231.algemeen dossier, AHW-064-01, pagina 9657.
232.algemeen dossier, AHW-068-01, pagina 9667.
233.algemeen dossier, AH-099-04, pagina 3242 en verder.
234.algemeen dossier, AH-099-04, pagina 3243.
235.algemeen dossier, AH-099-04, pagina 3243.
236.algemeen dossier, AH-099-04, pagina 3255.
237.algemeen dossier, AH-099-04, pagina 3258
238.algemeen dossier, AHW-068-0l, pagina 9667.
239.algemeen dossier AH-099-04-01, pagina 3271
240.algemeen dossier AH-099-04-01, pagina 3283
241.algemeen dossier, AHW-070-0l, pagina 9671.
242.algemeen dossier, AH-099-06, pagina 3289 en verder.
243.algemeen dossier, AH-099-06, pagina 3291.
244.algemeen dossier, AH-099-06, pagina 3305
245.algemeen dossier, AH-099-06, pagina 3306
246.algemeen dossier, AHW-070-0l, pagina 9671.
247.algemeen dossier, AHW-070-0l, pagina 9671.
248.algemeen dossier, AH-099-07, pagina 3301 en verder.
249.algemeen dossier, AH-099-07, pagina 3303.
250.algemeen dossier, AH-099-07, pagina 3308.
251.algemeen dossier, AH-099-07-01, pagina 3318.
252.algemeen dossier, AHW-070-0l, pagina 9672.
253.algemeen dossier, AH-099-08, pagina 3320 en verder.
254.algemeen dossier, AH-099-08, pagina 3324.
255.algemeen dossier, AH-099-08, pagina 3332.
256.algemeen dossier, AHW-070-0l, pagina 9672.
257.algemeen dossier, AH-099-09, pagina 3333 en verder.
258.algemeen dossier, AH-099-09, pagina 3335.
259.algemeen dossier, AHW-071-02, pagina 9679 e.v.
260.algemeen dossier, AH-099-10, pagina 3354 en verder.
261.algemeen dossier, AH-099-10, pagina 3355.
262.algemeen dossier, AH-099-10, pagina 3356.
263.algemeen dossier, AH-099-10, pagina 3356.
264.algemeen dossier, AH-099-10, pagina 3356.
265.algemeen dossier, AH-099-10, pagina 3358.
266.algemeen dossier, AH-099-10, pagina 3359.
267.algemeen dossier, AH-099-10, pagina 3359.
268.algemeen dossier, AH-099-10, pagina 3363.
269.algemeen dossier, AH-099-10, pagina 3363.
270.algemeen dossier, AH-099-10, pagina 3364.
271.algemeen dossier, AH-099-10, pagina 3365.
272.algemeen dossier, AH-099-10, pagina 3366.
273.algemeen dossier, AH-099-10, pagina 3367.
274.algemeen dossier, AH-099-10, pagina 3368.
275.algemeen dossier, AH-099-10-01, pagina 3372.
276.algemeen dossier, AH-107-01, pagina 4552.
277.algemeen dossier, AH-088-01-01, pagina’s 2828 e.v.
278.algemeen dossier, AHW-075-02, pagina 9693.
279.algemeen dossier, AH-258-02, pagina 7729 en verder.
280.algemeen dossier, AH-258-02, pagina 7745.
281.algemeen dossier, AH-258-02, pagina 7746.
282.algemeen dossier, AH-258-02, pagina 7753.
283.algemeen dossier, AH-258-02, pagina 7762.
284.algemeen dossier, AH-258-02, pagina 7763.
285.algemeen dossier, AHW-076-01, pagina 9696.
286.algemeen dossier, AH-258-03, pagina 7781 en verder.
287.algemeen dossier, AH-258-03, pagina 7796.
288.algemeen dossier, AH-258-03, pagina 7797.
289.algemeen dossier, AH-258-03, pagina 7797.
290.algemeen dossier, AH-258-03, pagina 7798.
291.algemeen dossier, AH-258-03, pagina 7799.
292.algemeen dossier, AHW-076-01, pagina 9697.
293.algemeen dossier, AHW-080-01, pagina 9713.
294.algemeen dossier, AH-093-01, pagina 2920.
295.algemeen dossier, AH-093-01, pagina 2920.
296.algemeen dossier, AHW-080-01, pagina 9714.
297.algemeen dossier, AHW-080-01, pagina 9715.
298.algemeen dossier, AH-093-01, pagina 2921.
299.algemeen dossier, AH-093-01, pagina 2923.
300.algemeen dossier, AH-093-01, pagina 2924.
301.algemeen dossier, AHW-105-01, pagina 9784.
302.algemeen dossier, AHW-105-02, pagina 9788.
303.algemeen dossier, AHW-081-01, pagina 9717.
304.algemeen dossier, AH-095-01, pagina 3053 en verder.
305.algemeen dossier, AH-095-01, pagina 3057.
306.algemeen dossier, AH-095-01, pagina 3058.
307.algemeen dossier, AHW-081-01, pagina 9718.
308.algemeen dossier, AH-095-03-02, pagina 3076.
309.algemeen dossier, AH-095-01, pagina 3056.
310.algemeen dossier, AHW-082-01, pagina 9719.
311.algemeen dossier, AH-095-04, pagina 3078 en verder.
312.algemeen dossier, AH-095-04, pagina 3079.
313.algemeen dossier, AH-095-04, pagina 3082.
314.algemeen dossier, AH-095-04, pagina 3084.
315.algemeen dossier, AH-095-04, pagina 3095.
316.algemeen dossier, AH-095-04, pagina 3098.
317.algemeen dossier, AHW-082-01, pagina 9720.
318.algemeen dossier, AHW-082-01, pagina 9720.
319.algemeen dossier, AHW-082-01, pagina 9721.
320.algemeen dossier, AH-095-04-02, pagina 3111.
321.algemeen dossier, AH-095-04, pagina 3084.
322.algemeen dossier, AH-095-04, pagina 3085.
323.algemeen dossier, AHW-086-01, pagina 9743.
324.algemeen dossier, AH-095-06, pagina 3135 en verder.
325.algemeen dossier, AH-095-06, pagina 3137.
326.algemeen dossier, AH-095-06, pagina 3138.
327.algemeen dossier, AHW-086-01, pagina 9743.
328.algemeen dossier, AHW-089-01, pagina 9749.
329.algemeen dossier, AH-103-01, pagina 3408 en verder.
330.algemeen dossier, AH-103-01, pagina 3413.
331.algemeen dossier, AH-103-01, pagina 3422.
332.algemeen dossier, AH-103-01, pagina 3427.
333.algemeen dossier, AH-103-01, pagina 3430.
334.algemeen dossier, AH-103-01, pagina 3431.
335.algemeen dossier, AH-103-01, pagina 3438.
336.algemeen dossier, AH-103-01, pagina 3444.
337.algemeen dossier, AHW-089-01, pagina 9750.
338.algemeen dossier, AHW-089-01, pagina 9750.
339.algemeen dossier, AHW-090-01, pagina 9751.
340.algemeen dossier, AH-103-02, pagina 3451 en verder.
341.algemeen dossier, AH-103-02, pagina 3453.
342.algemeen dossier, AH-103-02, pagina 3470.
343.algemeen dossier, AH-103-01, pagina 3506.
344.algemeen dossier, AH-103-02, pagina 3507.
345.algemeen dossier, AH-103-02, pagina 3509.
346.algemeen dossier, AH-103-02, pagina 3512.
347.algemeen dossier, AH-103-02, pagina 3513.
348.algemeen dossier, AH-103-02, pagina 3516.
349.algemeen dossier, AH-103-02, pagina 3516.
350.algemeen dossier, AH-103-02, pagina 3517.
351.algemeen dossier, AH-103-02, pagina 3518.
352.algemeen dossier, AH-103-02, pagina 3519.
353.algemeen dossier, AH-103-02, pagina 3519.
354.algemeen dossier, AH-103-02, pagina 3520.
355.algemeen dossier, AH-103-02, pagina 3524.
356.algemeen dossier, AH-103-02, pagina 3530.
357.algemeen dossier, AH-103-02, pagina 3531.
358.algemeen dossier, AH-103-02, pagina 3535.
359.algemeen dossier, AHW-090-01, pagina 9752.
360.algemeen dossier, AHW-090-01, pagina 9753.
361.algemeen dossier, AHW-090-01, pagina 9752.
362.algemeen dossier, FTO-062-25, pagina 12699.
363.algemeen dossier, FTO-012-04, NFI-rapport 20181017213.052, pagina 11287.
364.algemeen dossier, FTO-065-01, NFI-rapport 20181017213.06, pagina 12744.
365.algemeen dossier, AH-103-02, pagina 3539.
366.algemeen dossier, AH-103-02, pagina 3540.
367.algemeen dossier, TA048, sessienr. 272, pagina 14649.
368.algemeen dossier, TTI-037-01, pagina 15115 en 15116.
369.algemeen dossier, AHW-091-01, pagina 9755.
370.algemeen dossier, AH-103-03, pagina 3548 en verder.
371.algemeen dossier, AH-103-03, pagina 3549.
372.algemeen dossier, AH-103-03, pagina 3550.
373.algemeen dossier, AH-103-03, pagina 3551.
374.algemeen dossier, AH-103-03, pagina 3552.
375.algemeen dossier, AH-103-03, pagina 3552.
376.algemeen dossier, AH-103-03, pagina 3553.
377.algemeen dossier, AHW-091-01, pagina 9755.
378.algemeen dossier, AHW-091-01, pagina 9756.
379.algemeen dossier, AHW-092-02, pagina 9759.
380.algemeen dossier, AHW-092-01, pagina 9757.
381.algemeen dossier, AH-103-04, pagina 3559 en verder.
382.algemeen dossier, AH-103-04, pagina 3566.
383.algemeen dossier, AH-103-04, pagina 3569.
384.algemeen dossier, AH-103-04, pagina 3570.
385.algemeen dossier, AH-103-04, pagina 3571.
386.algemeen dossier, AH-103-04, pagina 3571.
387.algemeen dossier, AHW-092-01, pagina 9758.
388.algemeen dossier, AHW-096-02, pagina 9764.
389.algemeen dossier, AHW-098-01, pagina 9766.
390.algemeen dossier, AH-103-09, pagina 3596 en verder.
391.algemeen dossier, AH-103-09, pagina 3601.
392.algemeen dossier, AH-103-09, pagina 3601.
393.algemeen dossier, AHW-098-01, pagina 9766.
394.algemeen dossier, AH-103-13, pagina 3635
395.algemeen dossier, AHW-103-02, pagina 9778.
396.algemeen dossier, AHW-104-01, pagina 9779.
397.algemeen dossier, AH-103-15, pagina 3645 en verder.
398.algemeen dossier, AH-103-15, pagina 3647.
399.algemeen dossier, AH-103-15, pagina 3649.
400.algemeen dossier, AHW-104-01, pagina 9779.
401.algemeen dossier, AH-103-15, pagina 3645 en verder.
402.algemeen dossier, AH-103-15, pagina 3656.
403.algemeen dossier, AH-103-15, pagina 3657.
404.algemeen dossier, AH-103-15, pagina 3661.
405.algemeen dossier, AH-103-15, pagina 3662.
406.algemeen dossier, AH-103-15, pagina 3664.
407.algemeen dossier, AH-103-15, pagina 3665.
408.algemeen dossier, AH-103-15, pagina 3666.
409.algemeen dossier, AH-103-15, pagina 3668.
410.algemeen dossier, AH-103-15, pagina 3662.
411.algemeen dossier, AH-103-15, pagina 3663.
412.algemeen dossier, AHW-104-01, pagina 9779.
413.algemeen dossier, AHW-104-01, pagina 9779.
414.algemeen dossier, AHW-104-01, pagina 9780.
415.algemeen dossier, AHW-106-02, pagina 9792.
416.algemeen dossier, AHW-106-01, pagina 9789.
417.algemeen dossier, AH-103-22, pagina 3852 en verder.
418.algemeen dossier, AH-103-22, pagina 3853.
419.algemeen dossier, AH-103-22, pagina 3853.
420.algemeen dossier, AH-103-22, pagina 3854.
421.algemeen dossier, AH-103-22, pagina 3857.
422.algemeen dossier, AH-103-22, pagina 3862.
423.algemeen dossier, AH-103-22, pagina 3862.
424.algemeen dossier, AH-103-22, pagina 3865.
425.algemeen dossier, AH-103-22, pagina 3866.
426.algemeen dossier, AH-103-22, pagina 3866.
427.algemeen dossier, AH-103-22, pagina 3870.
428.algemeen dossier, TA045-1962, pagina 14582 (geschrift, uitwerking tapgesprek).
429.algemeen dossier, AH-103-22, pagina 3871.
430.algemeen dossier, AHW-106-01, pagina 9789.
431.algemeen dossier, AHW-106-01, pagina 9789.
432.algemeen dossier, AHW-106-01, pagina 9790.
433.algemeen dossier, AHW-106-01, pagina 9790.
434.algemeen dossier, AH-103-18, pagina 3681 en verder.
435.algemeen dossier, AH-103-18, pagina 3685.
436.algemeen dossier, AH-103-18, pagina 3697.
437.algemeen dossier, AH-103-18, pagina 3702.
438.algemeen dossier, AH-103-18-03, pagina 3713.
439.algemeen dossier, AHW-109-02, pagina 9801.
440.algemeen dossier, AHW-110-01, pagina 9803.
441.algemeen dossier, AH-103-19, pagina 3717 en verder.
442.algemeen dossier, AH-103-19, pagina 3794.
443.algemeen dossier, AH-103-19, pagina 3795.
444.algemeen dossier, AH-103-19, pagina 3799.
445.algemeen dossier, AHW-110-01, pagina 9803.
446.algemeen dossier, AHW-110-01, pagina 9804.
447.algemeen dossier, AHW-111-02, pagina 9810.
448.algemeen dossier, AHW-111-01, pagina 9808.
449.algemeen dossier, AHW-113-02, pagina 9819.
450.algemeen dossier, AHW-113-01, pagina 9812.
451.algemeen dossier, AH-103-21, pagina 3828 en verder.
452.algemeen dossier, AH-103-21, pagina 3829.
453.algemeen dossier, AH-103-21, pagina 3840.
454.algemeen dossier, AH-103-21, pagina 3841.
455.algemeen dossier, AH-103-21, pagina 3843.
456.algemeen dossier, AH-103-21, pagina 3844.
457.algemeen dossier, AH-103-21, pagina 3844.
458.algemeen dossier, AH-103-21, pagina 3845.
459.algemeen dossier, AH-103-21, pagina 3848.
460.algemeen dossier, AHW-113-01, pagina 9812.
461.algemeen dossier, TA045-2261, pagina 14607 (geschrift, uitwerking tapgesprek).
462.algemeen dossier, AH-130-01, pagina 4776.
463.algemeen dossier, AH-130-01, pagina 4781.
464.algemeen dossier, AH-130-01, pagina 4783.
465.algemeen dossier, AH-130-01, pagina 4785.
466.algemeen dossier, TA045-2267, pagina 14608 (geschrift, uitwerking tapgesprek).
467.algemeen dossier, TA045-2274, pagina 14610 (geschrift, uitwerking tapgesprek).
468.algemeen dossier, TA045-2282, pagina 14611 (geschrift, uitwerking tapgesprek).
469.algemeen dossier, TA045-2283, pagina 14612 (geschrift, uitwerking tapgesprek).
470.algemeen dossier, ADM-001-08, pagina 1134.
471.algemeen dossier, AH-111-01, pagina 4614.
472.algemeen dossier, AH-111-01, pagina 4615.
473.algemeen dossier, GET-012-01, pagina 13012.
474.algemeen dossier, GET-012-01, pagina 13013.
475.algemeen dossier, GET-012-01, pagina 13014.
476.algemeen dossier, GET-012-01, pagina 13015.
477.algemeen dossier, RHV-052-02, pagina 13718.
478.algemeen dossier, V-016-01, pagina 16896.
479.algemeen dossier, V-016-01, pagina 16898.
480.algemeen dossier, V-017-03, pagina 16910 en verder.
481.algemeen dossier, V-017-03, pagina 16913.
482.algemeen dossier, V-017-03, pagina 16914.
483.algemeen dossier, V-017-03, pagina 16915.
484.algemeen dossier, V-017-03, pagina 16922 en 16923.
485.algemeen dossier, V-017-03, pagina 16923.
486.algemeen dossier, V-017-03, pagina 16928 en 16929.
487.algemeen dossier, V-017-03, pagina 16924.
488.algemeen dossier, V-017-03, pagina 16925.
489.algemeen dossier, V-017-03, pagina 16926.
490.algemeen dossier, V-017-03, pagina 16927.
491.algemeen dossier, V-017-03, pagina 16926.
492.algemeen dossier, V-017-03, pagina 16926.
493.algemeen dossier, V-017-03, pagina 16927.
494.algemeen dossier, V-017-04, pagina 16931 en verder.
495.algemeen dossier, V-017-04, pagina 16933.
496.algemeen dossier, V-017-04, pagina 16934.
497.algemeen dossier, V-017-04, pagina 16936.
498.algemeen dossier, V-017-04, pagina 16934.
499.algemeen dossier, AHW-113-01, pagina 9813.
500.algemeen dossier, AH-104-01, pagina 3883 en verder.
501.algemeen dossier, AH-104-01, pagina 3884.
502.algemeen dossier, AH-104-01, pagina 3885.
503.algemeen dossier, AH-104-01, pagina 3892.
504.algemeen dossier, AH-104-01, pagina 3893.
505.algemeen dossier, AH-104-01, pagina 3893.
506.algemeen dossier, AH-104-01, pagina 3896.
507.algemeen dossier, AHW-113-01, pagina 9813.
508.algemeen dossier, AH-104-11, pagina 4118.
509.algemeen dossier, AH-260-03-10, pagina’s 8334 en 8335.
510.algemeen dossier, TA052, sessie 3043, pagina 5735.
511.algemeen dossier, TA052, sessie 3044, pagina 5736.
512.algemeen dossier, AH-104-13, pagina 4123.
513.algemeen dossier, AHW-147-01, pagina 9935.
514.algemeen dossier, AH-105-07, pagina 4334 en verder.
515.algemeen dossier, AH-105-07, pagina 4335.
516.algemeen dossier, AHW-147-01, pagina 9935.
517.algemeen dossier, AHW-147-01, pagina 9935.
518.algemeen dossier, AH 220-01, pagina 7435 e.v.
519.algemeen dossier, AHW-151-01, pagina 9941.
520.algemeen dossier, AH-105-11, pagina 4388 en verder.
521.algemeen dossier, AH-105-11, pagina 4389.
522.algemeen dossier, AH-105-11, pagina 4390.
523.algemeen dossier, AH-105-11, pagina 4391.
524.algemeen dossier, AH-105-11, pagina 4392.
525.algemeen dossier, AH-105-11, pagina 4397.
526.algemeen dossier, AH-105-11, pagina 4398.
527.algemeen dossier, AHW-151-01, pagina 9941 en verder.
528.algemeen dossier, AHW-151-01, pagina 9941.
529.algemeen dossier, AHW-151-01, pagina 9941.
530.algemeen dossier, AH-105-11, pagina 4388 en verder.
531.algemeen dossier, AH-105-11, pagina 4403.
532.algemeen dossier, AH-105-11, pagina 4408.
533.algemeen dossier, AH-105-11, pagina 4410.
534.algemeen dossier, AH-105-11, pagina 4411.
535.algemeen dossier, AH-105-11, pagina 4412.
536.algemeen dossier, AH-105-11, pagina 4415.
537.algemeen dossier, AH-105-11, pagina 4416.
538.algemeen dossier, AH-105-11, pagina 4416.
539.algemeen dossier, AH-105-11, pagina 4417.
540.algemeen dossier, AH-105-11, pagina 4418.
541.algemeen dossier, AH-105-11, pagina 4418.
542.algemeen dossier, AH-105-11, pagina 4420.
543.algemeen dossier, AH-105-11, pagina 4421.
544.algemeen dossier, AH-105-11, pagina 4421.
545.algemeen dossier, AH-105-11, pagina 4422.
546.algemeen dossier, AHW-151-01, pagina 9941 en verder.
547.algemeen dossier, AHW-151-01, pagina 9942.
548.algemeen dossier, AHW-151-01, pagina 9942.
549.algemeen dossier, AH-105-11, pagina 4388 en verder.
550.algemeen dossier, AH-105-11, pagina 4424.
551.algemeen dossier, AH-105-11, pagina 4425.
552.algemeen dossier, AH-105-11, pagina 4425.
553.algemeen dossier, AH-105-11, pagina 4426.
554.algemeen dossier, AH-105-11, pagina 4430.
555.algemeen dossier, AH-105-11, pagina 4431.
556.Algemeen dossier, zaaksdossier 11, pagina 432.
557.algemeen dossier, FTO-013-02, pagina 11304 (geschrift, kennisgeving van inbeslagneming).
558.algemeen dossier, FTO-013-03, pagina 11305.
559.algemeen dossier, FTO-013-04, pagina 11307 (geschrift, rapport NFI).
560.algemeen dossier, FTO-062-05, pagina 12714.
561.algemeen dossier, FTO-013-33, pagina 11347 en 11348 (geschrift, rapport dactyloscopisch onderzoek).
562.algemeen dossier, FTO-013-33, pagina 11348 (geschrift, rapport dactyloscopisch onderzoek).
563.algemeen dossier, FTO-013-34, pagina 11366-11367 (geschrift, rapport dactyloscopisch onderzoek).
564.algemeen dossier, FTO-013-34, pagina 11367 (geschrift, rapport dactyloscopisch onderzoek).
565.algemeen dossier, FTO-013-35, pagina 11385-11386 (geschrift, rapport dactyloscopisch onderzoek).
566.algemeen dossier, FTO-013-35, pagina 11386 (geschrift, rapport dactyloscopisch onderzoek).
567.algemeen dossier, FTO-013-36, pagina 11404-11405 (geschrift, rapport dactyloscopisch onderzoek).
568.algemeen dossier, FTO-013-36, pagina 11405 (geschrift, rapport dactyloscopisch onderzoek).
569.algemeen dossier, FTO-013-04, pagina 11307 (geschrift, rapport NFI).
570.algemeen dossier, FTO-013-04, pagina 11308 (geschrift, rapport NFI)
571.algemeen dossier, FTO-013-05, pagina 11310 en 11311 (geschrift, rapport NFI).
572.algemeen dossier, AHW-158-02, pagina 9956.
573.algemeen dossier, AHW-158-01, pagina 9954.
574.algemeen dossier, AHW-158-01, pagina 9955.
575.algemeen dossier, AHW-158-01, pagina 9955.
576.algemeen dossier, AH-206-01, pagina 7363.
577.algemeen dossier, AH-206-01, pagina 7362.
578.algemeen dossier, AH-206-01, pagina 7364.
579.algemeen dossier, AH-206-01, pagina 7364.
580.algemeen dossier, AHW-162-01, pagina 9966.
581.algemeen dossier, AHW-162-01, pagina 9967.
582.algemeen dossier, AH-112-01, pagina 4616.
583.algemeen dossier, AH-112-01, pagina 4617.
584.algemeen dossier, AH-112-01, pagina 4617.
585.algemeen dossier, FIN-067-01, pagina 10971.
586.algemeen dossier, RHV-052-02, pagina 13718.
587.algemeen dossier, RHV-052-02, pagina 13718.
588.algemeen dossier, AH-265-01, pagina 8731.
589.algemeen dossier, AH-265-01, pagina 8732.
590.algemeen dossier, AH-265-01, pagina 8733.
591.algemeen dossier, AH-265-01, pagina 8728.
592.algemeen dossier, AH-265-01, pagina 8734.
593.algemeen dossier, AH-265-01, pagina 8735.
594.algemeen dossier, BHV-2020012363-1, pagina 10477.
595.algemeen dossier, AH-110-02, pagina 4607.
596.algemeen dossier, AH-110-02, pagina 4606.
597.algemeen dossier, AH-110-02, pagina 4608.
598.algemeen dossier, AH-110-02, pagina 4609.
599.algemeen dossier, AH-110-02, pagina 4609.
600.algemeen dossier, AH-110-02, pagina 4609.
601.algemeen dossier, AH-110-02, pagina 4609.
602.algemeen dossier, AH-110-02, pagina 4609.
603.algemeen dossier, TA067, sessie 467, pagina 14849.
604.algemeen dossier, TA067, sessie 468, pagina 14849.
605.algemeen dossier, AH-110-02, pagina 4610.
606.algemeen dossier, AH-110-02, pagina 4611.
607.algemeen dossier, AH-110-02, pagina 4611.
608.algemeen dossier, AH-110-02, pagina 4612.
609.algemeen dossier, TA067-1960, pagina 14861.
610.beslag dossier, IBN-043-01, pagina 1003.
611.algemeen dossier, AH-266-01, pagina 8743.
612.algemeen dossier, AH-266-01, pagina 8744.
613.algemeen dossier, AH-266-01, pagina 8743.
614.algemeen dossier, GET-009-01, pagina 12827 en verder.
615.algemeen dossier, V-027-04, pagina 17388 en verder.
616.algemeen dossier, GET-009-01, pagina 12829.
617.algemeen dossier, GET-009-01, pagina 12830 en 12831.
618.algemeen dossier, GET-009-01, pagina 12831.
619.algemeen dossier, V-027-04, pagina 17390.
620.algemeen dossier, V-027-04, pagina 17391.
621.algemeen dossier, V-018-06, pagina 16956 en verder.
622.algemeen dossier, V-018-06, pagina 16963.
623.algemeen dossier, V-018-06, pagina 16967.
624.algemeen dossier, V-018-06, pagina 16968.
625.algemeen dossier, V-018-06, pagina 16968.
626.algemeen dossier, TA067-1820, pagina 14856 (geschrift, uitwerking tapgesprek).
627.algemeen dossier, AH-110-01, pagina 4585 en 4592.
628.algemeen dossier, TA067-1820, pagina 14856 (geschrift, uitwerking tapgesprek).
629.algemeen dossier, AHW-163-01, pagina 9968.
630.algemeen dossier, AH-106-03, pagina 4497 en verder.
631.algemeen dossier, AH-106-03, pagina 4497 en verder.
632.algemeen dossier, AHW-163-01, pagina 9968.
633.algemeen dossier, TA067-1893, pagina 14858 (geschrift, uitwerking tapgesprek).
634.algemeen dossier, TA067-1942, pagina 14860.
635.algemeen dossier, TA062-2666, pagina 14714.
636.algemeen dossier, TA062-2670 pagina 14715.
637.algemeen dossier, TA067-1960, pagina 14861.
638.algemeen dossier, TA067-1961, pagina 14861.
639.algemeen dossier, TA067-1962, pagina 14862.
640.algemeen dossier, TA067-1965, pagina 14862.
641.algemeen dossier, TA020-33441, pagina 14238.
642.algemeen dossier, AH-110-01, pagina 4599.
643.algemeen dossier, TA067-1986, pagina 14862.
644.algemeen dossier, AH-110-01, pagina 4599.
645.algemeen dossier, TA062-2671, pagina 14715.
646.algemeen dossier, AH-110-01, pagina 4600.
647.algemeen dossier, TA062-2673, pagina 14716.
648.algemeen dossier, TA062-1999, pagina 14863.
649.algemeen dossier, GET-013-01, pagina 13019 en verder.
650.algemeen dossier, GET-013-01, pagina 13020.
651.algemeen dossier, GET-013-01, pagina 13021.
652.algemeen dossier, TA043-28513, pagina 14526.
653.algemeen dossier, TA062-2764, pagina 14721.
654.algemeen dossier, TA062-2722, pagina 14721.
655.algemeen dossier, AHW-164-02, pagina 9975.
656.algemeen dossier, AHW-164-01, pagina 9972.
657.algemeen dossier, AH-106-04, pagina 4501 en verder.
658.algemeen dossier, AH-106-04, pagina 4502.
659.algemeen dossier, AH-106-04, pagina 4503.
660.algemeen dossier, AH-106-04, pagina 4503.
661.algemeen dossier, AH-106-04, pagina 4505.
662.algemeen dossier, AH-106-04, pagina 4505.
663.algemeen dossier, AH-106-04, pagina 4506.
664.algemeen dossier, AH-106-04, pagina 4508.
665.algemeen dossier, AHW-164-01, pagina 9972.
666.algemeen dossier, AHW-164-01, pagina 9972.
667.algemeen dossier, AH-106-04, pagina 4501 en verder.
668.algemeen dossier, AH-106-04, pagina 4512.
669.algemeen dossier, AH-106-04, pagina 4513.
670.algemeen dossier, AH-106-04, pagina 4513.
671.algemeen dossier, AH-106-04, pagina 4514.
672.algemeen dossier, AH-106-04, pagina 4515.
673.algemeen dossier, AH-106-04, pagina 4515.
674.algemeen dossier, AH-106-04, pagina 4516.
675.algemeen dossier, AH-106-04, pagina 4521.
676.algemeen dossier, AH-106-04, pagina 4522.
677.algemeen dossier, AH-106-04, pagina 4523.
678.algemeen dossier, AHW-164-01, pagina 9972.
679.algemeen dossier, AHW-164-01, pagina 9972.
680.algemeen dossier, AHW-164-01, pagina 9972.
681.algemeen dossier, AH-106-04, pagina 4501 en verder.
682.algemeen dossier, AH-106-04, pagina 4526.
683.algemeen dossier, AH-106-04, pagina 4527.
684.algemeen dossier, AH-106-04, pagina 4527.
685.algemeen dossier, AH-106-04, pagina 4527.
686.algemeen dossier, AH-106-04, pagina 4528.
687.algemeen dossier, AH-106-04, pagina 4529.
688.algemeen dossier, AHW-164-01, pagina 9972.
689.algemeen dossier, AHW-164-01, pagina 9973.
690.algemeen dossier, AHW-177-01, pagina 10018.
691.algemeen dossier, AH-154-01, pagina 5977 en verder.
692.algemeen dossier, AH-154-01, pagina 5981.
693.algemeen dossier, AH-154-01, pagina 5997.
694.algemeen dossier, AH-154-01, pagina 5999.
695.algemeen dossier, AHW-177-01, pagina 10018.
696.algemeen dossier, AHW-177-01, pagina 10018.
697.algemeen dossier, AHW-178-01, pagina 10021.
698.algemeen dossier, AH-154-02, pagina 6001 en verder.
699.algemeen dossier, AH-154-02, pagina 6005.
700.algemeen dossier, AH-154-02, pagina 6010.
701.algemeen dossier, AH-154-02, pagina 6011.
702.algemeen dossier, AH-154-02, pagina 6001 en verder.
703.algemeen dossier, AHW-178-01, pagina 10021 en verder.
704.algemeen dossier, AHW-178-01, pagina 10021.
705.algemeen dossier, AHW-181-02, pagina 10031.
706.algemeen dossier, AHW-181-01, pagina 10029.
707.algemeen dossier, AH-154-05, pagina 6039 en verder.
708.algemeen dossier, AH-154-05, pagina 6042.
709.algemeen dossier, AH-154-05, pagina 6043.
710.algemeen dossier, AH-154-05, pagina 6045.
711.algemeen dossier, AH-154-05, pagina 6057.
712.algemeen dossier, AH-154-05, pagina 6071.
713.algemeen dossier, AH-154-05, pagina 6072.
714.algemeen dossier, AH-154-05, pagina 6073.
715.algemeen dossier, AHW-181-01, pagina 10029 en verder.
716.algemeen dossier, AHW-181-01, pagina 10029.
717.algemeen dossier, AHW-185-02, pagina 10053.
718.algemeen dossier, AHW-185-01, pagina 10051.
719.algemeen dossier, AH-155-01, pagina 6086 en verder.
720.algemeen dossier, AH-155-01, pagina 6087.
721.algemeen dossier, AH-155-01, pagina 6103.
722.algemeen dossier, AH-155-01, pagina 6106.
723.algemeen dossier, AH-155-01, pagina 6107.
724.algemeen dossier, AH-155-01, pagina 6112.
725.algemeen dossier, AH-155-01, pagina 6113.
726.algemeen dossier, AHW-185-01, pagina 10051 en verder.
727.algemeen dossier, AHW-185-01, pagina 10051.
728.algemeen dossier, AHW-189-02, pagina 10069.
729.algemeen dossier, AHW-189-01, pagina 10066.
730.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6149 en verder.
731.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6151.
732.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6151.
733.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6152.
734.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6154.
735.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6156.
736.algemeen dossier, AHW-189-01, pagina 10066.
737.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6149 en verder.
738.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6156.
739.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6157.
740.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6158.
741.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6159.
742.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6159.
743.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6160.
744.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6160.
745.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6161.
746.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6161 en 6162.
747.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6162.
748.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6163.
749.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6163.
750.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6163.
751.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6164.
752.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6165.
753.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6165.
754.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6165.
755.algemeen dossier, AHW-188-01-01, pagina 10061 en verder (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
756.algemeen dossier, AHW-188-01-01, pagina 10062 en verder (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
757.algemeen dossier, AHW-188-01-01, pagina 10062 en verder (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
758.algemeen dossier, AHW-188-01-01, pagina 10063 en verder (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
759.algemeen dossier, AHW-188-01-01, pagina 10063 en verder (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
760.algemeen dossier, AHW-189-01, pagina 10067.
761.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6149 en verder.
762.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6166.
763.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6166.
764.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6167.
765.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6169.
766.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6170.
767.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6172.
768.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6173.
769.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6174.
770.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6174.
771.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6175.
772.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6176.
773.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6177.
774.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6178.
775.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6178.
776.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6179.
777.algemeen dossier, AH-155-05, pagina 6180.
778.algemeen dossier, AHW-189-01, pagina 10066 en verder.
779.algemeen dossier, AHW-189-01, pagina, 10067.
780.algemeen dossier, AHW-190-01, pagina 10071.
781.algemeen dossier, TA062-32819, pagina 14806.
782.algemeen dossier, TA062-32819, pagina 14806.
783.algemeen dossier, AH-317-01, pagina 9344.
784.algemeen dossier, AHW-190-01, pagina 10071.
785.algemeen dossier, AHW-190-01, pagina 10071.
786.algemeen dossier, AH-155-02, pagina 6123 en verder.
787.algemeen dossier, AH-155-02, pagina 6124.
788.algemeen dossier, AH-155-02, pagina 6125.
789.algemeen dossier, AH-155-02, pagina 6126.
790.algemeen dossier, AH-155-02, pagina 6128.
791.algemeen dossier, AH-155-02, pagina 6128.
792.algemeen dossier, AH-155-02, pagina 6128.
793.algemeen dossier, AH-155-02, pagina 6129.
794.algemeen dossier, AH-155-02, pagina 6129.
795.algemeen dossier, AHW-190-01, pagina 10071.
796.algemeen dossier, AHW-190-01, pagina 10072.
797.algemeen dossier, AHW-190-01, pagina 10072.
798.algemeen dossier, AHW-191-01, pagina 10073.
799.algemeen dossier, AHW-191-02, pagina 10076.
800.algemeen dossier, AHW-191-01, pagina 10073.
801.algemeen dossier, AH-155-03, pagina 6132 en verder.
802.algemeen dossier, AH-155-03, pagina 6133.
803.algemeen dossier, AH-155-03, pagina 6133.
804.algemeen dossier, AH-155-03, pagina 6134.
805.algemeen dossier, AH-155-03, pagina 6134.
806.algemeen dossier, AH-155-03, pagina 6135.
807.algemeen dossier, AH-155-03, pagina 6136.
808.algemeen dossier, AH-155-03, pagina 6138.
809.algemeen dossier, AH-155-03, pagina 6139.
810.algemeen dossier, AH-155-03, pagina 6140.
811.algemeen dossier, AH-155-03, pagina 6142
812.algemeen dossier, AHW-191-01, pagina 10073 en verder.
813.algemeen dossier, AHW-191-01, pagina 10074.
814.algemeen dossier, AHW-191-01, pagina 10074.
815.algemeen dossier, AHW-192-01, pagina 10078.
816.algemene dossier, AH-155-06, pagina 6185 en verder.
817.algemeen dossier, AH-155-06, pagina 6187
818.algemeen dossier, AH-155-06, pagina 6188.
819.algemeen dossier, AH-155-06, pagina 6188.
820.algemeen dossier, AH-155-06, pagina 6189.
821.algemeen dossier, AH-155-06, pagina 6189.
822.algemeen dossier, AH-155-06, pagina 6190.
823.algemeen dossier, AHW-192-01, pagina 10078 en verder.
824.algemeen dossier, AHW-192-01, pagina 10078.
825.algemeen dossier, AHW-192-01, pagina 10079.
826.algemeen dossier, AH-155-08, pagina 6196 en verder.
827.algemeen dossier, AH-155-08, pagina 6198.
828.algemeen dossier, AHW-192-01, pagina 10079.
829.algemeen dossier, BVH 2020044210-5, pagina 10482 (geschrift, proces-verbaal van bevindingen).
830.algemeen dossier, BVH 2020044210-5, pagina 10482 (geschrift, proces-verbaal van bevindingen).
831.algemeen dossier, BVH 2020044210-5, pagina 10481 (geschrift, proces-verbaal van bevindingen).
832.algemeen dossier, BVH 2020044210-5, pagina 10482 (geschrift, proces-verbaal van bevindingen).
833.algemeen dossier, AHW-193-01, pagina 10081.
834.algemeen dossier, AH-155-09, pagina 6206 en verder.
835.algemeen dossier, AH-155-09, pagina 6207.
836.algemeen dossier, AH-155-09, pagina 6207.
837.algemeen dossier, AH-155-09, pagina 6207.
838.algemeen dossier, AH-155-09, pagina 6208.
839.algemeen dossier, AH-155-09, pagina 6209.
840.algemeen dossier, AHW-193-01, pagina 10081.
841.algemeen dossier, AHW-193-01, pagina 10081.
842.algemeen dossier, AH-155-09-01, pagina 6211.
843.algemeen dossier, AHW-195-01, pagina 10084.
844.Ter bevordering van de leesbaarheid van dit arrest wordt de dealer van [medeverdachte 2] aangeduid als [medeverdachte 19] .
845.algemeen dossier, AH-155-10, pagina 6213 en verder.
846.algemeen dossier, AH-155-10, pagina 6216.
847.algemeen dossier, AH-155-10, pagina 6219.
848.algemeen dossier, AH-155-10, pagina 6220.
849.algemeen dossier, AH-155-10, pagina 6230.
850.algemeen dossier, AHW-195-01, pagina 10084 en verder.
851.algemeen dossier, AHW-195-01, pagina 10084.
852.algemeen dossier, AHW-195-01, pagina 10085.
853.algemeen dossier, AHW-196-01, pagina 10086.
854.algemeen dossier, AH-155-11, pagina 6231 en verder.
855.algemeen dossier, AH-155-11, pagina 6244.
856.algemeen dossier, AH-155-11, pagina 6247.
857.algemeen dossier, AHW-196-01, pagina 10086.
858.algemeen dossier, AHW-196-01, pagina 10086.
859.algemeen dossier, AHW-196-01, pagina 10087.
860.algemeen dossier, AHW-197-01, pagina 10088.
861.algemeen dossier, AH-155-12, pagina 6256 en verder.
862.algemeen dossier, AH-155-12, pagina 6258.
863.algemeen dossier, AH-155-12, pagina 6259.
864.algemeen dossier, AH-155-12, pagina 6260.
865.algemeen dossier, AH-155-12, pagina 6264.
866.algemeen dossier, AHW-197-01, pagina 10088 en verder.
867.algemeen dossier, AHW-197-01, pagina 10088.
868.algemeen dossier, AH-181-01, pagina 6559 en verder.
869.algemeen dossier, AH-329-01, pagina 9437.
870.algemeen dossier, AH-329-01, pagina 9437 en 9438.
871.algemeen dossier, AH-329-01, pagina 9437.
872.algemeen dossier, AHW-197-01, pagina 10088.
873.algemeen dossier, AHW-197-01, pagina 10089.
874.algemeen dossier, AHW-203-01, pagina 10107,
875.algemeen dossier, AH-155-16, pagina 6361 en verder.
876.algemeen dossier, AH-155-16, pagina 6365.
877.algemeen dossier, AH-155-16, pagina 6370.
878.algemeen dossier, AH-155-16, pagina 6372.
879.algemeen dossier, AH-155-16, pagina 6373.
880.algemeen dossier, AH-255-01, pagina 7680.
881.algemeen dossier, AH-253-01, pagina 7644.
882.algemeen dossier, AH-253-01, pagina 7645.
883.algemeen dossier, AH-264-01, pagina 8626.
884.algemeen dossier, AH-264-01, pagina 8627.
885.algemeen dossier, AH-264-01, pagina 8630.
886.algemeen dossier, AHW-198-01, pagina 10090.
887.algemeen dossier, AH-155-13, pagina 6265 en verder.
888.algemeen dossier, AH-155-13, pagina 6279.
889.algemeen dossier, AH-155-13, pagina 6280.
890.algemeen dossier, AH-155-13, pagina 6281.
891.algemeen dossier, AH-155-13, pagina 6282.
892.algemeen dossier, AH-155-13, pagina 6283.
893.algemeen dossier, AH-155-13, pagina 6284.
894.algemeen dossier, AH-155-13, pagina 6285.
895.algemeen dossier, AH-155-13, pagina 6286.
896.algemeen dossier, AHW-198-01, pagina 10090 en verder.
897.algemeen dossier, AHW-198-01, pagina 10090.
898.algemeen dossier, AHW-198-01, pagina 10091.
899.algemeen dossier, AH-255-01, pagina 7681.
900.algemeen dossier, AH-253-01, pagina 7658.
901.algemeen dossier, AH-253-01, pagina 7659.
902.algemeen dossier, AH-255-01, pagina 7681.
903.algemeen dossier, AH-253-01, pagina 7659.
904.algemeen dossier, AH-253-01, pagina 7660.
905.algemeen dossier, AH-253-01, pagina 7661.
906.algemeen dossier, AH-253-01, pagina 7648.
907.algemeen dossier, AH-253-01, pagina 7649.
908.algemeen dossier, AH-253-01, pagina 7651.
909.algemeen dossier, AH-253-01, pagina 7652.
910.algemeen dossier, AH-253-01, pagina 7653.
911.algemeen dossier, AH-255-01, pagina 7681.
912.algemeen dossier, AH-253-01, pagina 7654.
913.algemeen dossier, AH-253-01, pagina 7656.
914.algemeen dossier, AH-253-01, pagina 7657.
915.algemeen dossier, AH-253-01, pagina 7658.
916.algemeen dossier, AH-253-01, pagina 7661.
917.algemeen dossier, AH-255-01, pagina 7681.
918.algemeen dossier, AHW-199-02, pagina 10094.
919.algemeen dossier, AHW-199-01, pagina 10092.
920.algemeen dossier, AH-155-14, pagina 6291 en verder.
921.algemeen dossier, AH-155-14, pagina 6298.
922.algemeen dossier, AH-155-14, pagina 6303.
923.algemeen dossier, AH-155-14, pagina 6303.
924.algemeen dossier, AHW-199-01, pagina 10092 en verder.
925.algemeen dossier, AHW-199-01, pagina 10092.
926.algemeen dossier, AH-253-01, pagina 7663.
927.algemeen dossier, AH-253-01, pagina 7664.
928.algemeen dossier, AH-253-01, pagina 7665.
929.algemeen dossier, AH-253-01, pagina 7666.
930.Algemeen dossier, AH-255-01, pagina 7682.
931.algemeen dossier, AH-255-01, pagina 7682.
932.algemeen dossier, AH-253-01, pagina 7666.
933.algemeen dossier, AH-255-01, pagina 7683.
934.algemeen dossier, AH-264-01, pagina 8699.
935.algemeen dossier, AH-255-01, pagina 7683.
936.algemeen dossier, AHW-199-02, pagina 10094.
937.algemeen dossier, AHW-199-01, pagina 10092.
938.algemeen dossier, AH-155-14, pagina 6291 en verder.
939.algemeen dossier, AH-155-14, pagina 6298.
940.algemeen dossier, AH-155-14, pagina 6303.
941.algemeen dossier, AH-155-14, pagina 6303.
942.algemeen dossier, AHW-199-01, pagina 10092 en verder.
943.algemeen dossier, AHW-199-01, pagina 10092.
944.algemeen dossier, AH-218-01, pagina 7411.
945.algemeen dossier, AH-218-01, pagina 7412.
946.algemeen dossier, AHW-200-01, pagina 10096.
947.algemeen dossier, AH-155-15, pagina 6309 en verder.
948.algemeen dossier, AH-155-15, pagina 6324.
949.algemeen dossier, AH-155-15, pagina 6336.
950.algemeen dossier, AH-155-15, pagina 6336.
951.algemeen dossier, AHW-200-01, pagina 10096 en verder.
952.algemeen dossier, AHW-200-01, pagina 10096.
953.algemeen dossier, AH-255-01, pagina 7684.
954.algemeen dossier, AH-255-01, pagina 7684.
955.algemeen dossier, AH-255-01, pagina 7684.
956.algemeen dossier, AH-255-01, pagina 7685.
957.algemeen dossier, AHW-201-02, pagina 10101.
958.algemeen dossier, AHW-201-01, pagina 10098.
959.algemeen dossier, AH-172-01, pagina 6434 en verder.
960.algemeen dossier, AH-172-01, pagina 6435.
961.algemeen dossier, AH-172-01, pagina 6437.
962.algemeen dossier, AHW-201-01, pagina 10098.
963.algemeen dossier, AHW-201-01, pagina 10098.
964.algemeen dossier, AHW-201-01, pagina 10098.
965.algemeen dossier, TA114-2782-2783, pagina 6544 (geschrift, uitwerking tapgesprek).
966.algemeen dossier, ZD-10, pagina 305.
967.algemeen dossier, TA114-2782-2783, pagina 6544 (geschrift, uitwerking tapgesprek).
968.algemeen dossier, TA020-47556, pagina 14296.
969.algemeen dossier, ZD-10, pagina 305.
970.algemeen dossier, TA093-314, pagina 14942.
971.algemeen dossier, ZD-10, pagina 304.
972.algemeen dossier, AHW-201-01, pagina 10098.
973.algemeen dossier, AHW-201-01, pagina 10099.
974.algemeen dossier, AH-172-01, pagina 6434 en verder.
975.algemeen dossier, AH-172-01, pagina 6446.
976.algemeen dossier, AH-172-01, pagina 6447.
977.algemeen dossier, AH-172-01, pagina 6448.
978.algemeen dossier, AH-172-01, pagina 6449.
979.algemeen dossier, AH-172-01, pagina 6450.
980.algemeen dossier, AH-172-01, pagina 6451.
981.algemeen dossier, AH-172-01, pagina 6457.
982.algemeen dossier, AH-172-01, pagina 6452.
983.algemeen dossier, AH-172-01, pagina 6460.
984.algemeen dossier, AH-172-01, pagina 6464.
985.algemeen dossier, AH-172-01, pagina 6465.
986.algemeen dossier, AH-172-01, pagina 6466.
987.algemeen dossier, AHW-201-01, pagina 10098 en verder.
988.algemeen dossier, AHW-201-01, pagina 10099.
989.algemeen dossier, AH-226-01, pagina 7499.
990.algemeen dossier, AH-226-02, pagina 7506
991.algemeen dossier, AH-226-03, pagina 7508
992.algemeen dossier, AH-255-01, pagina 7685.
993.algemeen dossier, AH-255-01, pagina 7685.
994.algemeen dossier, AH-253-01, pagina 7676.
995.algemeen dossier, AH-255-01, pagina 7685.
996.algemeen dossier, AH-255-01, pagina 7685.
997.algemeen dossier, AH-255-01, pagina 7686.
998.algemeen dossier, AH-255-01, pagina 7687.
999.algemeen dossier, AH-218-01, pagina 7414.
1000.algemeen dossier, AH-218-01, pagina 7416.
1001.algemeen dossier, AH-218-01, pagina 7416.
1002.algemeen dossier, AHW-202-02, pagina 10105.
1003.algemeen dossier, AHW-202-01, pagina 10103.
1004.algemeen dossier, TTI-050-01, pagina 15132.
1005.algemeen dossier, AHW-202-01, pagina 10103.
1006.algemeen dossier, AHW-202-01, pagina 10103.
1007.algemeen dossier, TTI-050-01, pagina 15132.
1008.algemeen dossier, TA095-6352, pagina 14946 (geschrift, uitwerking tapgesprek).
1009.algemeen dossier, TTI-050-01, pagina 15133.
1010.algemeen dossier, AHW-202-01, pagina 10104.
1011.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6470 en verder.
1012.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6471.
1013.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6472.
1014.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6474.
1015.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6475.
1016.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6476.
1017.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6477.
1018.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6478.
1019.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6479.
1020.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6480.
1021.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6481.
1022.algemeen dossier, TA095-6430, pagina 14947 (geschrift, uitwerking tapgesprek).
1023.algemeen dossier, TTI-050-01, pagina 15133.
1024.algemeen dossier, TTI-050-01, pagina 15133.
1025.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6481.
1026.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6483.
1027.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6484.
1028.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6485.
1029.algemeen dossier, TTI-050-01, pagina 15133.
1030.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6486.
1031.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6488.
1032.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6489.
1033.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6489.
1034.algemeen dossier, AHW-202-01, pagina 10103 en verder.
1035.algemeen dossier, AHW-202-01, pagina 10104.
1036.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6489.
1037.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6490.
1038.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6490.
1039.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6492.
1040.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6492.
1041.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6492.
1042.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6494.
1043.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6495.
1044.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6496.
1045.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6496.
1046.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6497.
1047.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6498.
1048.algemeen dossier, TTI-050-01, pagina 15133.
1049.algemeen dossier, TTI-050-01, pagina 15133.
1050.algemeen dossier, AH-172-02, pagina 6498.
1051.algemeen dossier, AHW-202-01, pagina 10103 en verder.
1052.algemeen dossier, AHW-202-01, pagina 10104.
1053.algemeen dossier, TTI-050-01, pagina 15133.
1054.algemeen dossier, TTI-050-01, pagina 15133.
1055.algemeen dossier, TTI-050-01, pagina 15134.
1056.algemeen dossier, TTI-050-01, pagina 15134.
1057.algemeen dossier, ZD-09, pagina 276.
1058.algemeen dossier, AHW-202-01, pagina 10104.
1059.algemeen dossier, TTI-050-01, pagina 15134.
1060.algemeen dossier, TTI-050-01, pagina 15134.
1061.algemeen dossier, TA104-77, pagina 14997.
1062.algemeen dossier, TTI-050-01, pagina 15134.
1063.algemeen dossier, TTI-050-01, pagina 15134.
1064.algemeen dossier, V-005-01, pagina 15501 en verder.
1065.algemeen dossier, V-020-01, pagina 17034 en verder.
1066.algemeen dossier, V-021-01, pagina 17125 en verder.
1067.algemeen dossier, V-020-01, pagina 17035.
1068.algemeen dossier, V-005-01, pagina 15502.
1069.algemeen dossier, V-021-01, pagina 17126.
1070.algemeen dossier, AH-255-01, pagina 7687.
1071.algemeen dossier, AH-255-01, pagina 7688.
1072.algemeen dossier, AH-255-01, pagina 7688.
1073.algemeen dossier, AH-255-01, pagina 7689.
1074.algemeen dossier, AH-255-01, pagina 7689.
1075.algemeen dossier, AH-255-01, pagina 7689.
1076.algemeen dossier, AH-255-01, pagina 7689.
1077.algemeen dossier, AH-255-01, pagina 7690.
1078.algemeen dossier, AH-218-01, pagina 7417.
1079.algemeen dossier, AH-218-01, pagina 7418.
1080.algemeen dossier, AH-218-01, pagina 7419.
1081.algemeen dossier, AH-218-01, pagina 7420.
1082.algemeen dossier, FTO-014-01, pagina 11424.
1083.algemeen dossier, FTO-062-19, pagina 12674.
1084.algemeen dossier, FTO-014-04, pagina 11433-11434.
1085.algemeen dossier, FTO-014-04, pagina 11435.
1086.algemeen dossier, FTO-014-06, pagina 11441.
1087.algemeen dossier, FTO-014-06, pagina 11441, 11442 en 11443.
1088.algemeen dossier, FTO-014-06-03, pagina 11452.
1089.algemeen dossier,FTO-014-06-04, pagina 11453
1090.algemeen dossier, FTO-014-04, pagina 11434.
1091.algemeen dossier, FTO-014-04, pagina 11435.
1092.algemeen dossier, FTO-014-06, pagina 11443.
1093.algemeen dossier, FTO-014-06, pagina 11443 en 11444.
1094.algemeen dossier, FTO-014-06-06, pagina 11455 (geschrift, rapport NFI).
1095.algemeen dossier, FTO-014-06-05, pagina 11454 (geschrift, rapport NFI).
1096.algemeen dossier, FTO-014-04, pagina 11434.
1097.algemeen dossier, FTO-014-04, pagina 11435.
1098.algemeen dossier, FTO-014-06, pagina 11445.
1099.algemeen dossier, FTO-014-06, pagina 11445 en 11446.
1100.algemeen dossier, FTO-014-06-08, pagina 11457 (geschrift, rapport NFI).
1101.algemeen dossier, FTO-014-06-07, pagina 11456 (geschrift, rapport NFI).
1102.algemeen dossier, FTO-014-04, pagina 11434.
1103.algemeen dossier, FTO-014-04, pagina 11436.
1104.algemeen dossier, FTO-014-06, pagina 11446.
1105.algemeen dossier, FTO-014-06, pagina 11446 en 11447.
1106.algemeen dossier, FTO-014-06-02, p. 11451 (geschrift, rapport NFI).
1107.algemeen dossier, FTO-014-06-01, p. 11450 (geschrift, rapport NFI).
1108.algemeen dossier, FTO-014-06, pagina 11449.
1109.algemeen dossier, FTO-014-13, pagina 11480.
1110.beslag dossier, IBN-019-02-02, pagina 688 (geschrift, kennisgeving van inbeslagneming).
1111.algemeen dossier, FTO-014-13, pagina 11480.
1112.algemeen dossier, FTO-014-10, pagina 11475.
1113.algemeen dossier, FTO-014-10, pagina 11476.
1114.algemeen dossier, FTO-014-02, pagina 11426 (geschrift, rapport NFI).
1115.algemeen dossier, FTO-014-02, pagina 11427 (geschrift, rapport NFI).
1116.algemeen dossier, AH-226-01, pagina 7450.
1117.algemeen dossier, AH-226-01, pagina 7500.
1118.algemeen dossier, AH-226-01, pagina 7505.
1119.algemeen dossier, AH-226-02, pagina 7507.
1120.algemeen dossier, AH-226-01, pagina 7500.
1121.algemeen dossier, AH-226-03, pagina 7508.
1122.beslag dossier, IBN-028-02-01, pagina 835 (geschrift, kennisgeving van inbeslagneming).
1123.algemeen dossier, FTO-036-02, pagina 12390.
1124.beslag dossier, IBN-007-02-02, pagina 370 (geschrift, kennisgeving van inbeslagneming).
1125.beslag dossier, IBN-028-01-02, pagina 825.
1126.beslag dossier, IBN-007-02-02-01, pagina 372 (geschrift, kennisgeving van inbeslagneming).
1127.beslag dossier, IBN-028-02-02, pagina 837 (geschrift, kennisgeving van inbeslagneming).
1128.algemeen dossier, AH-122-02, pagina 4667.
1129.algemeen dossier, AH-169-01, pagina 6431.
1130.algemeen dossier, AH-122-02, pagina 4667.
1131.algemeen dossier, AH-122-02, pagina 4667.
1132.algemeen dossier, AH-122-02, pagina 4668.
1133.algemeen dossier, AH-218-01, pagina 7409.
1134.beslag dossier, IBN-028-02-03, pagina 838 (geschrift, kennisgeving van inbeslagneming).
1135.algemeen dossier, AH-122-02, pagina 4669.
1136.beslag dossier, IBN-028-02-04, pagina 840 (geschrift, kennisgeving van inbeslagneming).
1137.algemeen dossier, AH-122-04, pagina 4676.
1138.algemeen dossier, AHW-085-03, pagina 9740 (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor).
1139.algemeen dossier, AHW-116-01, pagina 9829.
1140.algemeen dossier, AH-122-04, pagina 4673 en verder.
1141.algemeen dossier, AH-122-04, pagina 4676.
1142.methodieken dossier, BOB-157-01, pagina 5285.
1143.beslag dossier, IBN-022-01, pagina 769.
1144.beslag dossier, IBN-022-02-01, pagina 779 (geschrift, kennisgeving van inbeslagneming).
1145.beslag dossier, IBN-022-01, pagina 770.
1146.beslag dossier, IBN-022-01-01, pagina 771.
1147.beslag dossier, IBN-022-01-01, pagina 772.
1148.algemeen dossier, FDO-001-01, pagina 1019.
1149.beslag dossier, IBN-022-01-01, pagina 772.
1150.algemeen dossier, FDO-001-02, pagina 1048.
1151.beslag dossier, IBN-021-01-01, pagina 707.
1152.algemeen dossier, AH-122-03, pagina 4671.
1153.algemeen dossier, V-022-01, pagina 17189.
1154.beslag dossier, IBN-021-01-03, pagina 719.
1155.algemeen dossier, FTO-019-91, pagina 12259.
1156.algemeen dossier, FTO-019-91, pagina 12260.
1157.algemeen dossier, V-024-01, pagina 17274 en verder.
1158.algemeen dossier, V-024-01, pagina 17279.
1159.algemeen dossier, V-024-01, pagina 17277.
1160.algemeen dossier V-024-01, pagina 17279.
1161.algemeen dossier, V-024-01, pagina 17280.
1162.algemeen dossier, V-024-01, pagina 17280.
1163.beslag dossier, IBN-021-01-03, pagina 724.
1164.algemeen dossier, FDO-001-02, pagina 1048.
1165.beslag dossier, IBN-021-01-03, pagina 723.
1166.beslag dossier, IBN-021-02-04, pagina 739.
1167.algemeen dossier, AH-122-03, pagina 4671.
1168.beslag dossier, IBN-023-02-01, pagina 788 (geschrift, kennisgeving van inbeslagneming).
1169.beslag dossier, IBN-021-01-02, pagina 712.
1170.beslag dossier, IBN-021-01-03, pagina 723.
1171.beslag dossier, IBN-021-02-02, pagina 733.
1172.beslag dossier, IBN-021-01-03, pagina 724.
1173.beslag dossier, IBN-021-02-02, pagina 733 en 734.
1174.beslag dossier, IBN-021-01-03, pagina 724.
1175.beslag dossier, IBN-021-02-02, pagina 734.
1176.beslag dossier, IBN-021-01-03, pagina 724.
1177.beslag dossier, IBN-021-02-02, pagina 734.
1178.beslag dossier, IBN-021-01-03, pagina 724.
1179.algemeen dossier nazending februari 2021, FTO-019-15, pagina 9453.
1180.algemeen dossier nazending februari 2021, FTO-019-15, pagina 9456.
1181.algemeen dossier nazending februari 2021, FTO-067-02, pagina 9483 en 9484 (geschrift, rapport dactyloscopisch onderzoek).
1182.algemeen dossier nazending februari 2021, FTO-067-02, pagina 9484.
1183.algemeen dossier, FTO-062-19, pagina 12670.
1184.algemeen dossier, FTO-019-99, pagina 12288 en 12289 (geschrift, kennisgeving van inbeslagneming).
1185.algemeen dossier nazending februari 2021, FTO-019-15, pagina 9452.
1186.algemeen dossier nazending februari 2021, FTO-019-15, pagina 9454.
1187.algemeen dossier, FTO-019-56, pagina 11795 en 11796 (geschrift, rapport dactyloscopisch onderzoek).
1188.algemeen dossier, FTO-019-56, pagina 11796 (geschrift, rapport dactyloscopisch onderzoek).
1189.algemeen dossier, FTO-062-19, pagina 12670.
1190.algemeen dossier, FTO-019-99, pagina 12289 (geschrift, kennisgeving van inbeslagneming).
1191.algemeen dossier, FTO-019-06, pagina 11689.
1192.algemeen dossier, FTO-019-06, pagina 11693.
1193.algemeen dossier, FTO-019-11, pagina 11707 en 11708 (geschrift, rapport NFI).
1194.algemeen dossier, FTO-019-11, pagina 11709 (geschrift, rapport NFI).
1195.beslag dossier, IBN-021-01-03, pagina 722.
1196.beslag dossier, IBN-021-01-02, pagina 712.
1197.beslag dossier, IBN-021-02-01, pagina 726.
1198.algemeen dossier, FTO-019-01, pagina 11646.
1199.algemeen dossier, FTO-019-01, pagina 11647.
1200.algemeen dossier, FTO-019-01-01, pagina 11651 (geschrift, rapport NFI).
1201.algemeen dossier, FTO-019-23, pagina 11750 (geschrift, rapport NFI).
1202.algemeen dossier, FTO-019-01-01, pagina 11652 (geschrift, rapport NFI).
1203.algemeen dossier, FTO-019-01-01, pagina 11653 (geschrift, rapport NFI).
1204.algemeen dossier, FTO-019-23, pagina 11750 (geschrift, rapport NFI).
1205.algemeen dossier, FTO-019-01-01, pagina 11654 (geschrift, rapport NFI).
1206.algemeen dossier, FTO-019-01-01, pagina 11655 (geschrift, rapport NFI).
1207.algemeen dossier, FTO-019-01, pagina 11646.
1208.algemeen dossier, FTO-019-22, p. 11745 (geschrift, rapport NFI).
1209.algemeen dossier, FTO-019-22, p. 11747 (geschrift, rapport NFI).
1210.algemeen dossier, FTO-019-22, p. 11748 (geschrift, rapport NFI).
1211.beslag dossier, IBN-021-01-03, pagina 723.
1212.beslag dossier, IBN-021-02-10, pagina 756.
1213.algemeen dossier, FTO-062-19, pagina 12683.
1214.algemeen dossier, FTO-019-19, pagina 11735 (geschrift, rapport NFI).
1215.beslag dossier, IBN-021-01-02, pagina 712.
1216.beslag dossier, IBN-021-02-14, pagina 764.
1217.algemeen dossier, FTO-019-91, pagina 12261.F
1218.algemeen dossier, FTO-019-04, pagina 11667.
1219.algemeen dossier, FTO-019-04, pagina 11667.
1220.algemeen dossier, FTO-019-04, pagina 11667.
1221.algemeen dossier, FTO-019-04, pagina 11668.
1222.algemeen dossier, FTO-019-93, pagina 12267.
1223.algemeen dossier, FTO-019-93, pagina 12267.
1224.algemeen dossier, FTO-019-93, pagina 12267.
1225.algemeen dossier, FTO-019-07, pagina 11721.
1226.algemeen dossier, FTO-019-07, pagina 11721.
1227.algemeen dossier, FTO-019-07, pagina 11721.
1228.algemeen dossier, FTO-019-07, pagina 11722.
1229.algemeen dossier, FTO-019-04, pagina 11667.
1230.algemeen dossier, FTO-019-04, pagina 11668.
1231.algemeen dossier, FTO-019-19, pagina 11734 (geschrift, rapport NFI).
1232.algemeen dossier, FTO-019-91, pagina 12261.
1233.algemeen dossier, FTO-019-91, pagina 12264.
1234.algemeen dossier, FTO-019-99, pagina 12290.
1235.algemeen dossier, FTO-019-19, pagina 11733 (geschrift, rapport NFI).
1236.algemeen dossier, FTO-019-02, pagina 11712.
1237.algemeen dossier, FTO-019-19, pagina 11733 en 11735 (geschrift, rapport NFI).
1238.algemeen dossier, FTO-019-19, pagina 11734 (geschrift, rapport NFI).
1239.algemeen dossier, FTO-019-19, pagina 11736 (geschrift, rapport NFI).
1240.algemeen dossier, FTO-019-18, pagina 11725 (geschrift, rapport NFI).
1241.algemeen dossier, FTO-019-18, pagina 11723 (geschrift, rapport NFI).
1242.algemeen dossier, FTO-019-18, pagina 11725 (geschrift, rapport NFI).
1243.algemeen dossier, FTO-019-18, pagina 11723 (geschrift, rapport NFI).
1244.algemeen dossier, FTO-019-18, pagina 11725 (geschrift, rapport NFI).
1245.algemeen dossier, FTO-019-18, pagina 11725 (geschrift, rapport NFI).
1246.algemeen dossier, FTO-019-18, pagina 11726 (geschrift, rapport NFI).
1247.algemeen dossier, FTO-019-91, pagina 12261.
1248.algemeen dossier, FTO-019-91, pagina 12262.
1249.algemeen dossier, FTO-019-21, pagina 11739 (geschrift, rapport NFI).
1250.algemeen dossier, FTO-019-21, pagina 11740 (geschrift, rapport NFI).
1251.algemeen dossier, FTO-019-21, pagina 11740 (geschrift, rapport NFI).
1252.beslag dossier, IBN-002-01-01, pagina 143.
1253.beslag dossier, IBN-002-01-01, pagina 143.
1254.algemeen dossier, V-002-01, pagina 15330.
1255.beslag dossier, IBN-002-01-02, pagina 146.
1256.beslag dossier, IBN-002-01-02, pagina 147.
1257.beslag dossier, IBN-002-02-27, pagina 205.
1258.algemeen dossier, AH-122-01, pagina 4665.
1259.algemeen dossier, AHW-116-01, pagina 9829.
1260.algemeen dossier, FTO-018-03, pagina 11620.
1261.algemeen dossier, FTO-018-02, pagina 11614 (geschrift, rapport NFI).
1262.algemeen dossier, FTO-018-02, pagina 11615 (geschrift, rapport NFI).
1263.algemeen dossier, ADM-030-01, pagina 1191.
1264.algemeen dossier, FIN-019-04, pagina 10591.
1265.algemeen dossier, FIN-019-04-01, pagina 10597.
1266.algemeen dossier, FIN-020-04, pagina 10601.
1267.algemeen dossier, FIN-065-01, pagina 10967.
1268.algemeen dossier, FIN-065-01, pagina 10967.
1269.algemeen dossier, FIN-065-01, pagina 10966.
1270.algemeen dossier, FIN-020-04, pagina 10605.
1271.algemeen dossier, RHV-037-04, pagina 13355 e.v. (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
1272.algemeen dossier, RHV-037-04, pagina 13358 (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
1273.algemeen dossier, RHV-037-04, pagina 13360 (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
1274.algemeen dossier, RHV-037-04, pagina 13359 (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
1275.algemeen dossier, RHV-037-04, pagina 13359, p. 13364 e.v. (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
1276.algemeen dossier, RHV-037-04, pagina 13359, p. 13368 (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
1277.algemeen dossier, RHV-037-04, pagina 13375 (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
1278.algemeen dossier, RHV-037-04, pagina 13376 (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
1279.algemeen dossier, RHV-037-04, pagina 13359, p. 13376 (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
1280.algemeen dossier, RHV-037-04, pagina 13377 (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
1281.algemeen dossier, FIN-020-01, pagina 10619.
1282.algemeen dossier, FIN-020-01, pagina 10621 en 10622.
1283.algemeen dossier, RHV-037-07, pagina 13385.
1284.algemeen dossier, RHV-037-07, pagina 13399.
1285.algemeen dossier, RHV-037-07, pagina 13385.
1286.algemeen dossier, RHV-037-07, pagina 13401.
1287.algemeen dossier, zaaksdossier 18, pagina 693.
1288.algemeen dossier, zaaksdossier 18, pagina 694.
1289.algemeen dossier, AH-267-01, pagina 8745.
1290.algemeen dossier, AH-267-01, pagina 8760.
1291.algemeen dossier, AH-278-01, pagina 8997.
1292.algemeen dossier, TTI-038-01, pagina 15119 en verder.
1293.algemeen dossier, TTI-038-01, pagina 15120.
1294.algemeen dossier, TTI-023-01, pagina 15081 e.v.
1295.algemeen dossier, TTI-023-01, pagina 15081.
1296.algemeen dossier, TTI-023-01, pagina 15082.
1297.algemeen dossier, TTI-024-01, pagina 15083 e.v.
1298.algemeen dossier, TTI-024-01, pagina 15083.
1299.algemeen dossier, TTI-044-01, pagina 15124 e.v.
1300.algemeen dossier, TTI-044-01, pagina 15124.
1301.algemeen dossier, TA043-1538, pagina 14478 (geschrift, uitwerking tapgesprek)
1302.algemeen dossier, TA043, sessie 27994, p. 14521 (geschrift, uitwerking tapgesprek)
1303.algemeen dossier, RHV-037-04, pagina 13355 e.v. (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige)
1304.algemeen dossier, RHV-037-04, pagina 13358 e.v. (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige)
1305.algemeen dossier, RHV-037-04, pagina 13360 e.v. (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige)
1306.algemeen dossier, RHV-037-04, pagina 13360 e.v. (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige)
1307.algemeen dossier, RHV-037-04, pagina 13364 e.v. (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
1308.algemeen dossier, RHV-037-04, pagina 13368 (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
1309.algemeen dossier, RHV-037-04, pagina 13369 (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
1310.algemeen dossier, RHV-037-04, pagina 13370 (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
1311.algemeen dossier, RHV-037-04, pagina 13370 (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
1312.algemeen dossier, RHV-037-04, pagina 13370 (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
1313.algemeen dossier, RHV-037-04, pagina 13370 (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
1314.algemeen dossier, RHV-037-04, pagina 13371 (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
1315.algemeen dossier, RHV-037-04, pagina 13371-13372 (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
1316.algemeen dossier, RHV-037-04, pagina 13372 (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
1317.algemeen dossier, RHV-037-04, pagina 13371 (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
1318.algemeen dossier, RHV-037-04, pagina 13370 (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
1319.algemeen dossier, RHV-037-04, pagina 13371 (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
1320.algemeen dossier, RHV-037-04, pagina 13372 (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
1321.algemeen dossier, RHV-037-04, pagina 13373 (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
1322.algemeen dossier, GET-011-01-01, pagina 12968 e.v. (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige)
1323.algemeen dossier, GET-011-01-01, p. 12978 (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
1324.algemeen dossier, GET-011-01-01, p. 12978-12979 (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
1325.algemeen dossier, GET-011-01-01, p. 12979 (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
1326.algemeen dossier, GET-011-01-01, p. 12982 (geschrift, vertaling proces-verbaal van verhoor getuige).
1327.algemeen dossier, AH-258-03, pagina 7781 e.v.
1328.algemeen dossier, AHW-105-01, pagina 9784.
1329.algemeen dossier, AH-093-01, pagina 2923.
1330.algemeen dossier, AH-093-01, pagina 2924.
1331.algemeen dossier, AH-103-02, pagina 3512.
1332.algemeen dossier, AH-103-02, pagina 3540.
1333.algemeen dossier, AHW-092-01, pagina 9757.
1334.algemeen dossier, ZD 11, pagina 453.
1335.algemeen dossier, AHW-028-01, pagina 9497.
1336.algemeen dossier, AH-095-01, pagina 2943.
1337.algemeen dossier, AH-247-01 pagina’s 7634 en 7635 & AH-247-02 pagina 7636.
1338.algemeen dossier, ZD 11, pagina 454.
1339.algemeen dossier aanvulling deel 2 (map 51), TA043, sessienummers 24671 en 24672, pagina’s 9544 en 9545.
1340.algemeen dossier, AH-218-01, pagina 7408 e.v.
1341.algemeen dossier, TA4043, sessienr. 28232, pagina 14522 & sessienr. 28234, pagina 14524.
1342.algemeen dossier, AH-106-04, pagina 4521.
1343.algemeen dossier, AH-103-19, pagina 3717 e.v. & AHW-110-01, pagina 9803 en 9804.
1344.algemeen dossier, AH-107-07, pagina 3946 e.v.
1345.algemeen dossier, AH-255-01 pagina 7679 e.v.
1346.algemeen dossier, AHW-199-01, pagina 10092.
1347.algemeen dossier, AH-226-01, pagina 7499 e.v.
1348.algemeen dossier, AH-255-01 pagina 7679 e.v.
1349.algemeen dossier, AHW-201-01, pagina 10098 & AH-172-01 pagina 6434 e.v.
1350.Hoge Raad 10 februari 2015, ECLI:NL:HR:2015:264 en Hoge Raad 14 maart 2017, ECLI:NL:HR:2017:413.
1351.Hoge Raad 22 januari 2008, ECLI:NL:HR:2008:BB7134.
1352.Hoge Raad 26 februari 1991,
1353.Hoge Raad 15 juni 2010,
1354.Hoge Raad 15 mei 2007,
1355.Hoge Raad 5 september 2006, ECLI:NL:HR:2006:AV4122.
1356.Vgl. Hof Amsterdam 15 juni 2018, ECLI:NL:GHAMS:2018:1972.
1357.Vgl. Hof Leeuwarden 26 augustus 2011, ECLI:NL:GHLEE:2011:BR5801.
1358.Hof Den Bosch 25 maart 2015, ECLI:NL:GHSHE:2015:1181.
1359.Vgl. HR 18 december 2018, ECLI:NL:HR:2018:2352,
1360.algemeen dossier, AH-106-04, pagina 4505.
1361.algemeen dossier, AH-106-04, pagina 4505.
1362.HR 7 december 2012, ECLI:NL:HR:2012:BU7335, ro. 2.3.2.