Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Het verloop van de procedure in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep
- de memorie van grieven
- de memorie van antwoord
- de akte uitlating productie van Dexia.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft Dexia Nederland B.V. hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Overijssel, dat op 29 augustus 2024 is uitgesproken. De zaak betreft twee effectenleaseovereenkomsten die zijn afgesloten via een tussenpersoon, Spaar Select. De centrale vraag is of de afnemer door deze tussenpersoon is geadviseerd zonder dat deze over de vereiste vergunning beschikte, en of Dexia hiervan op de hoogte was of had moeten zijn. Dexia vorderde een verklaring voor recht dat zij na betaling van een door de kantonrechter te bepalen bedrag aan al haar verplichtingen heeft voldaan. De kantonrechter oordeelde dat Dexia niets meer aan de afnemer verschuldigd was na betaling van de schadevergoeding, maar dat de afnemer voor een deel verantwoordelijk bleef voor de resterende schade. In hoger beroep heeft het hof de vorderingen van Dexia opnieuw beoordeeld. Het hof concludeert dat Dexia wist of moest weten dat de tussenpersoon de afnemer heeft geadviseerd zonder de benodigde vergunning. Dit betekent dat Dexia in strijd heeft gehandeld met de regelgeving en dat de vergoedingsplicht van Dexia volledig in stand blijft. Het hof bekrachtigt het vonnis van de kantonrechter en veroordeelt Dexia tot betaling van de proceskosten van de afnemer.