Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Het verloop van de procedure in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep
- de memorie van grieven
- de memorie van antwoord
- de akte uitlaten producties van Dexia
- de antwoordakte van de afnemer.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft Dexia Nederland B.V. hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Midden-Nederland, dat op 20 april 2023 is uitgesproken. De zaak betreft vijf effectenleaseovereenkomsten tussen Dexia en de afnemer, die optreedt als erfgename van de erflaatster. De kern van het geschil draait om de vraag of de afnemer bij de totstandkoming van de overeenkomst met nummer [nummer1] door de tussenpersoon is geadviseerd, terwijl deze niet over de vereiste vergunning beschikte. Indien dit het geval is, is Dexia gehouden de door de afnemer geleden schade volledig te vergoeden. De afnemer heeft gevorderd dat Dexia onrechtmatig heeft gehandeld en dat de overeenkomst met nummer [nummer5] rechtsgeldig is vernietigd. De kantonrechter heeft Dexia veroordeeld tot schadevergoeding en de vernietiging van de overeenkomst bevestigd. In hoger beroep heeft Dexia grieven aangevoerd en geconcludeerd tot vernietiging van het vonnis, maar het hof heeft geoordeeld dat Dexia onrechtmatig heeft gehandeld door de effectenleaseovereenkomst aan te gaan zonder te verifiëren of de tussenpersoon vergunningplichtig advies heeft gegeven. Het hof bekrachtigt het vonnis van de kantonrechter en veroordeelt Dexia tot betaling van de proceskosten van de afnemer.