Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Het verloop van de procedure in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep
- de memorie van grieven
- de memorie van antwoord
- de akte uitlaten producties van Dexia
- de antwoordakte van de afnemer.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft Dexia Nederland B.V. hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Gelderland, dat op 7 december 2023 is uitgesproken. De zaak betreft twee effectenleaseovereenkomsten die zijn afgesloten via een tussenpersoon, NBG Finance. De centrale vraag is of de afnemer door deze tussenpersoon is geadviseerd zonder dat deze over de vereiste vergunning beschikte, en of Dexia hiervan op de hoogte was of had moeten zijn. Dexia vorderde een verklaring voor recht dat zij aan al haar verplichtingen heeft voldaan en niets meer aan de afnemer verschuldigd is. De kantonrechter verklaarde dat Dexia niets meer aan de afnemer verschuldigd is, maar dat de schadevergoeding die in het vonnis is omschreven, wel moet worden uitgekeerd. In hoger beroep heeft het hof de vorderingen van Dexia opnieuw behandeld. Het hof concludeert dat Dexia wist of moest weten dat de tussenpersoon de afnemer heeft geadviseerd zonder de benodigde vergunning. Hierdoor heeft Dexia in strijd gehandeld met de Nadere Regeling toezicht effectenverkeer 1999. Het hof bekrachtigt het vonnis van de kantonrechter en veroordeelt Dexia tot betaling van de proceskosten van de afnemer. De uitspraak is gedaan op 1 juli 2025.