Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Het verloop van de procedure in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep
- de memorie van grieven
- de memorie van antwoord
- de akte uitlaten producties van Dexia
- de antwoordakte van de afnemer.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft Dexia Nederland B.V. hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Overijssel, dat op 18 april 2024 is uitgesproken. De zaak betreft een effectenleaseovereenkomst die tot stand is gekomen via een tussenpersoon, Wilmink & Muijs Financiële Diensten. De centrale vraag is of de afnemer door deze tussenpersoon is geadviseerd zonder dat deze over de vereiste vergunning beschikte, en of Dexia hiervan op de hoogte was of had moeten zijn. De kantonrechter oordeelde dat Dexia onrechtmatig heeft gehandeld en dat de schade van de afnemer voor rekening van Dexia komt. In hoger beroep heeft Dexia de grieven aangevoerd en geconcludeerd tot vernietiging van het bestreden vonnis. Het hof heeft de procedure opnieuw behandeld en vastgesteld dat de afnemer inderdaad een gepersonaliseerde aanbeveling heeft gekregen van de tussenpersoon, die niet over de benodigde vergunning beschikte. Het hof oordeelt dat Dexia wist of moest weten dat de tussenpersoon de afnemer heeft geadviseerd, en dat Dexia in strijd heeft gehandeld met de regelgeving. Het hof bekrachtigt het vonnis van de kantonrechter en veroordeelt Dexia tot betaling van de proceskosten van de afnemer.