Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Het verloop van de procedure in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep
- de memorie van grieven
- de memorie van antwoord
- de akte uitlaten producties van Dexia.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft Dexia Nederland B.V. hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Midden-Nederland, dat op 25 januari 2024 is uitgesproken. De zaak betreft een effectenleaseovereenkomst die tot stand is gekomen via een tussenpersoon, Hoevelaken Advies B.V. De centrale vraag is of de afnemer door deze tussenpersoon is geadviseerd zonder dat deze over de vereiste vergunning beschikte, en of Dexia hiervan op de hoogte was of had moeten zijn. De kantonrechter had eerder geoordeeld dat Dexia niets meer aan de afnemer verschuldigd was, maar Dexia vorderde in hoger beroep vernietiging van dit vonnis en toewijzing van haar vorderingen. Het hof heeft vastgesteld dat de tussenpersoon bij de totstandkoming van de overeenkomst als effectenbemiddelaar optrad, maar geen vergunning had. Het hof concludeert dat Dexia wist of moest weten dat de tussenpersoon de afnemer heeft geadviseerd, terwijl hij niet over de benodigde vergunning beschikte. Hierdoor blijft de vergoedingsplicht van Dexia volledig in stand, inclusief de restschuld en reeds betaalde rente, aflossing en kosten. Het hof bekrachtigt het bestreden vonnis en veroordeelt Dexia tot betaling van de proceskosten van de afnemer.