Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Het verloop van de procedure in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep
- de memorie van grieven
- de memorie van antwoord
- de akte uitlaten producties van Dexia.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft Dexia Nederland B.V. hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Overijssel, dat op 20 juli 2023 is uitgesproken. De zaak betreft een effectenleaseovereenkomst die tot stand is gekomen via een tussenpersoon, NBG Finance, die niet over de vereiste vergunning beschikte. De afnemer, die als eiser in conventie optrad, vorderde onder andere schadevergoeding van Dexia, stellende dat Dexia onrechtmatig heeft gehandeld door de effectenleaseovereenkomst aan te gaan met een tussenpersoon die geen vergunning had. De kantonrechter heeft geoordeeld dat Dexia onrechtmatig heeft gehandeld en heeft Dexia veroordeeld tot schadevergoeding aan de afnemer. In hoger beroep heeft het hof de vorderingen van de afnemer en Dexia opnieuw beoordeeld. Het hof heeft vastgesteld dat Dexia wist of moest weten dat de tussenpersoon de afnemer had geadviseerd zonder de benodigde vergunning. Het hof heeft de eerdere uitspraak van de kantonrechter bekrachtigd en Dexia veroordeeld tot betaling van de proceskosten van de afnemer. De zaak benadrukt de verantwoordelijkheden van financiële instellingen bij het aangaan van overeenkomsten via tussenpersonen en de gevolgen van het niet naleven van vergunningseisen.