mw. mr. S.P.A. Wensink-Vergunst

Het hof bekrachtigt de beschikking van de rechtbank Zeeland-West-Brabant, waarbij het ouderlijk gezag van de moeder over haar kinderen is beëindigd en de GI tot voogd is benoemd.

Het hof bekrachtigt de ondertoezichtstelling van [minderjarige 1] vanwege ernstige ontwikkelingsbedreigingen en onvoldoende samenwerking van de moeder met hulpverlening.

Hoger beroep over ouderschapsplan en kinderalimentatie, waarbij partijen overeenstemming hebben bereikt na mediation. Beschikking vernietigd en nieuwe afspraken vastgelegd.

Het hof bekrachtigt de afwijzing van het verzoek van de vader om vervangende toestemming voor het aanvragen van paspoorten voor zijn kinderen, en compenseert de proceskosten in hoger beroep.

Het hof bekrachtigt de beëindiging van het gezag van de moeder over haar kind, oordelend dat zij niet in staat is om de verantwoordelijkheid voor de opvoeding te dragen.

Het hof beëindigt het gezag van de vader over de minderjarige [minderjarige] en bekrachtigt de eerdere beschikking van de rechtbank, waarbij de GI tot voogd is benoemd.

Het hof bekrachtigt de verlenging van de machtiging tot uithuisplaatsing van de minderjarigen voor twaalf maanden, gezien de omstandigheden en de noodzaak voor hun verzorging.

Het hof bekrachtigt het ontslag van de vader als mentor van zijn zoon, gezien de ernst van de problematiek en de noodzaak van professionele begeleiding.

Het hof heeft het gezag over de kinderen aan de vrouw alleen toegekend en de kinderalimentatie herzien, waarbij de man een lagere bijdrage moet betalen.

Het hof heeft de ondertoezichtstelling van een minderjarige opgeheven, oordelend dat deze niet langer effectief was om de ontwikkelingsbedreiging weg te nemen.

Het hof verklaart de moeder niet-ontvankelijk in het verzoek in hoger beroep na intrekking door de moeder en instemming van de vader.

Hof vernietigt contactverbod, ontzegt vader omgangsrecht met minderjarige vanwege haar verzet en behoefte aan rust.

Hoger beroep over uithuisplaatsing van minderjarige kinderen; moeder betwist noodzaak uithuisplaatsing, maar hof bekrachtigt eerdere beschikking.

Het hof verklaart de moeder niet-ontvankelijk in haar verzoek in hoger beroep inzake omgangsregeling voor de minderjarige met de grootmoeder.

Het hof wijst het hoger beroep af omdat de rechthebbende, [verzoekster], is overleden, waardoor het bewind van rechtswege eindigt.

Het hof wijst het verzoek van de vrouw en haar moeder om gezamenlijk gezag over de minderjarige af, en bekrachtigt de beschikking van de rechtbank.

Het hof bekrachtigt de afwijzing van het verzoek tot opheffing van het mentorschap, omdat de noodzaak voor het mentorschap nog steeds bestaat.

Het hof bekrachtigt de vervangende toestemming voor erkenning van een minderjarige, ondanks bezwaren van de vrouw.

Het hof bekrachtigt de afwijzing van de opheffing van het bewind over [verzoeker], omdat de noodzaak voor het bewind nog steeds aanwezig is.

Het hof heeft het verzoek van de rechthebbende om het bewind op te heffen toegewezen, oordelend dat de noodzaak voor het bewind niet langer bestaat.

Het hof heeft de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige toegewezen voor de duur van de voorlopige ondertoezichtstelling, van 18 december 2024 tot 13 februari 2025.

Hoger beroep over partneralimentatie en draagkracht na echtscheiding. Man betwist hoogte alimentatie en aanvullende behoefte vrouw. Hof bevestigt beschikking rechtbank.

Hoger beroep over partneralimentatie; vrouw verzoekt verhoging van € 520,- naar € 967,48 bruto per maand. Hof stelt alimentatie vast op € 911,- bruto per maand.

Het hof heeft de hoofdverblijfplaats van [minderjarige 1] bij de vrouw bepaald en de zorgregeling aangepast, zodat de kinderen vaker bij de vrouw verblijven.

Ouders bereiken overeenstemming over omgangsregeling voor minderjarige na hoger beroep; hof bekrachtigt nieuwe afspraken.

Het hof bekrachtigt de beschikking van de kantonrechter over de instelling van bewind en verklaart verzoekster niet-ontvankelijk in haar verzoek tot schorsing.

Het hof verklaart de moeder niet-ontvankelijk in haar verzoek in hoger beroep inzake de zorgregeling voor haar minderjarige kinderen.

Hoger beroep van de vrouw tegen de beslissing van de rechtbank tot erkenning van de minderjarige door de man. Het hof benoemt mr. G.H.M. van Laarhoven opnieuw tot bijzondere curator.

Het hof bekrachtigt de verlenging van de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige, gezien de noodzaak voor haar verzorging en opvoeding.

Het hof bekrachtigt de beschikking van de rechtbank inzake ouderlijk gezag en stelt een nieuwe zorgregeling vast voor de minderjarige [minderjarige 1].

Het hof bekrachtigt de afwijzing van de vorderingen van de vrouw om vervangende toestemming voor inschrijving van haar kinderen op school en peuterspeelzaal, wegens onvoldoende onderbouwing van onveiligheid.

De kinderrechter verleent op 5 juli 2024 een spoedmachtiging gesloten jeugdhulp voor de minderjarige [A] vanwege ernstige opgroei- en opvoedproblemen, ondanks dat de gedragswetenschapper geen spoedelement zag.

De kinderrechter wijst het verzoek van de Jeugdrechtbank Antwerpen af om de bevoegdheid over de minderjarige [X] aan Nederland over te dragen, omdat er geen bijzondere band met Nederland is.

De rechtbank oordeelt dat de Nederlandse rechter bevoegd is in de zaak over het gezag van de minderjarige, maar wijst het verzoek van de vader om gezamenlijk gezag af. Het hoofdverblijf van de minderjarige wordt bij de vader bepaald.

De rechtbank spreekt de echtscheiding uit tussen twee Syrische partijen en bepaalt het hoofdverblijf van de minderjarige bij de vrouw, met een ouderschapsplan en een hulptraject.

De rechtbank verlengt de machtiging tot uithuisplaatsing van [minderjarige I] en [minderjarige II] tot 26 maart 2024 en verklaart de GI niet-ontvankelijk in haar verzoek om het perspectiefbesluit te toetsen.

De rechtbank heeft op 17 juli 2023 beslist dat minderjarige X niet meer bij de ouders zal opgroeien en heeft de ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing verlengd tot 20 juli 2024.

De rechtbank heeft beslist dat [minderjarige Z] niet meer bij de ouders zal opgroeien en heeft de ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing verlengd tot 20 juli 2024.

De rechtbank heeft op 16 mei 2023 de adoptie van een meerderjarige door haar stiefvader toegewezen, onder bijzondere omstandigheden die het minderjarigheidsvereiste terzijde stellen.

De kinderrechter heeft het verzoek tot intrekking van de machtiging uithuisplaatsing van de minderjarige [minderjarige 1] afgewezen, omdat dit in het belang van de minderjarige noodzakelijk blijft.

De rechtbank heeft de omgangsregeling voor twee minderjarigen vastgesteld, waarbij de moeder eenmaal per vier weken omgang heeft. Het verzoek van de GI om de regie over de omgang te wijzigen is afgewezen.

De rechtbank spreekt de echtscheiding uit en regelt de verdeling van een woning in Spanje, waarbij de rechtsmacht bij Spaanse gerechten ligt. De man moet de vrouw € 522,03 betalen en beide partijen moeten medewerking verlenen aan de verkoop van de woning.

De kinderrechter heeft verzoekers ontvankelijk verklaard in hun verzoek tot beëindiging van de uithuisplaatsing van [minderjarige], maar niet voor [minderjarige 2].

De rechtbank wijst het verzoek van de man tot wijziging van partneralimentatie af, omdat hij niet kan aantonen dat er sprake is van een ingrijpende wijziging van omstandigheden.

De rechtbank heeft het verzoek tot gezamenlijk gezag en geslachtsnaamwijziging van een minderjarige toegewezen, waarbij de moeder en stiefvader betrokken zijn. De vader heeft geen rol gespeeld in het leven van het kind.

De kinderrechter verleent een spoedmachtiging gesloten jeugdhulp voor een minderjarige vanwege verergerde gedragsproblematiek en wachtlijstproblematiek.

De rechtbank heeft op 11 juli 2022 de adoptie van meerderjarig pleegkind [X] toegewezen, ondanks de wettelijke minderjarigheidseis, vanwege bijzondere omstandigheden die de adoptie in het belang van [X] rechtvaardigen.

De rechtbank verlengt de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige en oordeelt dat ook tijdens de gezinsopname sprake is van uithuisplaatsing, waarvoor een machtiging vereist is.

De rechtbank heeft het hoofdverblijf van [kind 1] bij de vader bepaald en de verzoeken van de vader om kinderalimentatie op nihil te stellen en om kinderbijslag te ontvangen afgewezen. De zorgregeling is aangepast en de proceskosten zijn gecompenseerd.

De rechtbank ontkent het vaderschap van de man naar Pools recht en wijst het verzoek tot gerechtelijke vaststelling van het vaderschap van de biologische vader af, omdat deze niet heeft aangegeven niet te willen erkennen.